NL9400344A - Achterrek voor voertuigen met een trekhaak. - Google Patents

Achterrek voor voertuigen met een trekhaak. Download PDF

Info

Publication number
NL9400344A
NL9400344A NL9400344A NL9400344A NL9400344A NL 9400344 A NL9400344 A NL 9400344A NL 9400344 A NL9400344 A NL 9400344A NL 9400344 A NL9400344 A NL 9400344A NL 9400344 A NL9400344 A NL 9400344A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
plug
connector
valve
refill
outer container
Prior art date
Application number
NL9400344A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Kober Ag
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Kober Ag filed Critical Kober Ag
Publication of NL9400344A publication Critical patent/NL9400344A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60RVEHICLES, VEHICLE FITTINGS, OR VEHICLE PARTS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B60R9/00Supplementary fittings on vehicle exterior for carrying loads, e.g. luggage, sports gear or the like
    • B60R9/06Supplementary fittings on vehicle exterior for carrying loads, e.g. luggage, sports gear or the like at vehicle front or rear

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Fittings On The Vehicle Exterior For Carrying Loads, And Devices For Holding Or Mounting Articles (AREA)
  • Containers And Packaging Bodies Having A Special Means To Remove Contents (AREA)

Description

Vloeistofdispenser met navulverpakking.
De uitvinding heeft betrekking op een vloeistofdispenser met navulverpakking, bestaande uit een openmaakbare buitenhouder van stijf materiaal, die voorzien is van een door een uitwendig bedienbare dispenserpomp of vernevelingspomp, waarop aan uitlaatzijde een mondstuk aangesloten is en aan inlaatzijde een connector, en een binnenhouder van flexibel materiaal, uitgevoerd als flexibele navulverpakking voor een te dispenseren vloeistof, afgesloten door een ventiel, dat aansluitbaar is op de connector en door aansluiting daarop geopend wordt. Bij een dergelijke vloeistofdispenser worden onder vloeistoffen verstaan niet alleen zuivere vloeistoffen zoals waterige oplossingen, alcoholen, oliën en dergelijke, maar ook vloeibare materialen met een hogere viscositeit, zoals gels, geleien en dergelijke, zoals deze bijvoorbeeld gebruikt worden in de cosmetische industrie, voedingsmiddelen-, reinigingsmiddelen-, en farmaceutische industrie.
Een vloeistofdispenser van het bovengenoemde type is bekend uit de internationale octrooiaanvrage WO 91/14630. Daarbij bestaat de dispenser uit een openklapbare buitenhouder van langwerpig type, aan de bovenzijde afgesloten en vastgehouden door een opschroefbare sluitring, waarop een sproeikop vastgezet is, die een van een uitwendige trekker voorziene dispenserpomp bevat, waarop een sproeimond is aangesloten. Aan deze sproeikop is, stekend in de sluitring, een holle connectorbuis aangesloten in verbinding met de inlaat van de dispenserpomp. In de buitenhouder kan een flexibele navulverpakking, gevuld met een te dispenseren vloeistof worden aangebracht. Zo'n navulverpakking is een zakvormige verpakking van flexibel kunststofmateriaal, afgesloten door een plug, die aan zijn buitenzijde voorzien is van een ingrijpgroef. Deze plug heeft een centrale holle boring, die door een membraam vloeistofdicht is afgesloten. Bij gebruik wordt zo'n navulverpakking in de opengeklapte buitenhouder ingebracht, die vervolgens wordt dichtgeklapt, waarbij twee speciale grijpranden ingrijpen in de groef aan de buitenomtrek van de plug, zodat de aangebrachte navulverpakking daardoor gefixeerd wordt. Vervolgens wordt de sluitring met sproeikop opgeschroefd, waarbij de connector naar beneden gedrukt wordt tot in een uitholling van de sluitplug, waarna bij verder doordringen van de connector een daaraan gevormde snijrand het membraan doorsnijdt, zodat er een open, en naar buiten afgesloten, verbinding gevormd is tussen dispenserpomp en het inwendige van de navulverpakking.
Bij een alternatieve uitvoering is de aansluitconnector aangebracht aan één van de binnenzijwanden van de buitenhouder en door een slang verbonden met de sproeikop.
Deze bekende vloeistofdispenser met navulverpakking heeft het nadeel, dat de navulverpakking, na eenmaal aangesloten te zijn op de connector van de dispenser, definitief en onherroepelijk geopend is, zodat men de verpakking pas kan wegnemen, nadat deze volledig geledigd is. In het geval, dat men bij gebruik van de dispenser van vloeistof zou willen wisselen, is dit pas mogelijk, wanneer de verpakking met de eerste vloeistof volledig is verbruikt. Zelfs bij het wegnemen van geheel verbruikte navul-verpakkingen uit de dispenser bestaat nog de mogelijkheid, dat door de geopende afsluitplug nog restvloeistof zal lekken. Een verder nadeel is, dat de flexibele navul-verpakkingen na de fabrikage eerst moeten worden gevuld, alvorens de sluitplug er op kan worden aangebracht.
Het is nu het doel van de uitvinding een vloeistofdispenser met navulverpakking te verschaffen, waarbij deze nadelen zijn opgeheven.
Het is een verder doel van de uitvinding een connector-ventielsysteem te verschaffen dat daarbij kan worden gebruikt.
De uitvinding heeft tevens tot doel het verschaffen van een navulverpakking, voorzien van een ventielafsluiting, die gevuld kan worden nadat het ventiel reeds is opgebracht.
Volgens de uitvinding wordt voorzien in een vloeistofdispenser met navulverpakking, zoals omschreven in de aanhef, met het kenmerk, dat de connector is uitgevoerd als een holle, aan zijn uiteinde vernauwende buis, welk uiteinde een geprofileerde stekerkop heeft, waarbij in het buisuiteinde vlak onder de stekerkop zijopeningen in de buiswand zijn aangebracht, en dat het ventiel bestaat uit een ventiellichaam met een centrale, doorgaande boring, waarin de connectorbuis insteekbaar is, en die aan de achterzijde is afgesloten door een in het achtereinde van de boring klemmend en afdichtend ingestoken plug, voorzien van een geprofileerde tegenstekerholte, waar de stekerkop inpast, en dat het ventiellichaam aan zijn achterzijde opstaande steunwanden heeft, die zich uitstrekken tot boven de plug, en waarmee de plug verbonden is door scharnierende drukarmen, die de plug gefixeerd houden in een eerste stand, waarin de plug afdichtend is ingestoken in de boring van het ventiellichaam, en in een tweede stand, waarin de plug los is van de ventielboring, welke tweede stand bereikt wordt door de connector in de ventielboring in te steken en door te drukken.
Bij de uitvinding wordt op doelmatige wijze gebruik gemaakt van een flipflopsysteem, bestaande uit scharnierende drukarmen, die in samenwerking met de opstaande, veerkrachtig uitbuigbare steunwanden een veerkarakteristiek vertonen, die centraal negatief is en naar buiten in twee richtingen positief, hetgeen een zogenaamde "flipflop"-werking geeft. In de eerste stand van deze flipflop is de plug ingedrukt in de achterzijde van de ventielboring, waardoor een doelmatig en veerkrachtig ondersteunde afsluiting gewaarborgd is. Indien een van een dergelijk ventiel voorziene navulverpakking wordt ingebracht in de buitenhouder van de vloeistofdispenser, en het ventiel wordt aangedrukt tegen de connector, wordt de geprofileerde stekerkop passend ingedrukt in de aangepast geprofileerde tegenstekerholte van de plug, waarna vervolgens bij verder doordrukken de plug los komt uit de boring van de ventielplug, en in de tweede flipflopstand gebracht wordt, waarin er vloeistofverbinding is tussen de zijopeningen in de connectorbuis en het inwendige van de als navulverpakking uitgevoerde flexibele binnenhouder. Doordat de connector nauwpassend in de boring van het ventiellichaam past, wordt er voor gezorgd, dat er geen vloeistoflek daarover plaats kan vinden. Doelmatig kan daarbij bovendien de connectorbuis voorzien zijn van een uitwendige groef met O-ring, die bij het inschuiven van de connectorbuis in de ventielboring een vloeistofdichte afsluiting waarborgt.
Bij de uitvinding wordt gebruik gemaakt van een connector-ventielsysteem, waarbij het ventiel gevormd wordt door een ventiellichaam met centrale, doorgaande boring, welke afgesloten is door een plug, voorzien van een holte, die een opneemholte vormt voor de kop van een stekerconnector, die in de boring van het ventiel wordt gestoken en de plug naar buiten drukt om de ventiel-verbinding te openen. Een dergelijk systeem is bekend uit de internationale aanvrage WO 93/07084. Het gaat daarbij om een connector-ventielsysteem, dat in het bijzonder is bedoeld voor het vullen van een vloeistofdispenser uit een voorraadfles, die deze vloeistof bevat. Daarbij is de hals van de fles voorzien van een afsluitkurk, die centraal een open cilinder heeft, waarin een afsluitplug is gestoken, die uitgevoerd is als tegensteker voor het kopeinde van een stekervormige connector, die verbonden is met de dispenser. Om te vullen wordt de fles omgekeerd op de dispenserhals gezet en doorgedrukt, waardoor de tegenstekerplug door de daarin passende connectorkop omhoog gedrukt wordt tot buiten de cilinder, waarbij, evenals bij de uitvinding, zijdelingse openingen het mogelijk maken, dat vloeistof uit de fles kan doorlopen naar en in de dispenser. Volgens deze bekende uitvoering is de profilering van stekerkop en tegensteker-holte van de afsluitplug van het ventiel zodanig gekozen, dat bij insteken van de connector in het ventiel de tegenstekerplug vast op de kop van de connector blijft zitten, wanneer de tegensteker uit de holle cilinder gedrukt wordt om de vloeistofverbinding te openen, terwijl, wanneer de connector weer wordt teruggetrokken, de tegensteker weer in de holle cilinder getrokken wordt en daar zijn afsluitfunktie weer hervat.
Bij deze bekende uitvoering bestaat evenwel het nadeel, dat een dergelijk systeem bijzonder kritisch luistert, en bij de geringste slijtage de kans bestaat, dat de grip tussen stekerkop en tegenstekerlichaam tijdens openen en sluiten op ongewenste wijze verloren gaat, zodat bij het vullen de kans op lekken zal bestaan.
Dankzij het flipflopsysteem van de onderhavige uitvinding is gewaarborgd, dat onder alle omstandigheden het openen en sluiten op betrouwbare wijze zal gebeuren.
Bij de uitvinding kan de uitvoering verder zodanig zijn, dat de steunwanden van het ventiellichaam aan hun vrije uiteinden overbrugd zijn door een achterband, voorzien van zijpennen, welke er voor zorgen dat een navulzakje bij het leegpompen daarvan niet in het ventiel gezogen wordt, wat tot verstopping zou leiden. Doelmatig kunnen verder de steunwanden zijn gevormd door een ringwand.
Een belangrijk voordeel is verder, dat het ventiel in zijn geheel uit één stuk kan worden vervaardigd, evenals de connector, hetgeen aanmerkelijk bespaart op de totale fabrikagekosten.
Voor een goede bevestiging van een ventielplug aan een flexibele verpakking kan verder doelmatig aan de buitenzijde van het ventiellichaam een bevestigingsrand zijn aangebracht.
Bij het aanbrengen van een flexibele verpakking in een vloeistofdispenser zoals volgens de eerder genoemde internationale aanvrage WO 91/14630 wordt de verpakking aangesloten met het ventiel omhoog gericht. Dit maakt het noodzakelijk om in de verpakking geleideplooien en/of een stijgbuisje aan te brengen om er voor te zorgen, dat de vloeistof ook in reeds gedeeltelijk geledigde vullingen kan worden uitgepompt.
Volgens de uitvinding kan de vloeistofdispenser zodanig zijn uitgevoerd, dat de connector in de buitenhouder gemonteerd is aan de bodemzijde met het stekereinde omhoog gericht, en met de dispenserpomp verbonden via een flexibele slang. Hierdoor wordt bereikt, dat de vloeistof steeds van onderen af uit de zakvormige binnenhouder wordt gepompt, waardoor hulpplooien en stijgbuisje achterwege kunnen blijven, en het navulzakje wordt leeggepompt tot een klein propje. Een dergelijke uitvoering biedt bovendien het grote voordeel, dat de dispenser in alle standen (ook ondersteboven) gebruikt kan worden.
Een ander nadeel van bekende vloeistofdispensers is verder dat er een los daarop aanbrengbare sproeikop met pomp bevestigd is. Dit geeft extra lekmogelijkheden en beperkt bovendien de vrijheid van vormgeving in sterke mate.
Volgens de uitvinding wordt nu voorzien in een vloeistofdispenser, waarbij eventueel de buitenhouder een integraal daarmee gevormde uitlaattuit heeft, en in een afgeschermde ruimte van de binnenhouder de dispenserpomp geplaatst is, aangesloten op een door de uitlaattuit gevoerd uitlaatmondstuk. Op deze wijze wordt een compacte en beschermde constructie verkregen, die bovendien zich leent voor elke gewenste uitwendige vorm.
Doelmatig kan verder daarbij de uitvoering zodanig zijn, dat de dispenserpomp een zuigerpomp is met een met het uitlaatmondstuk verbonden holle zuigerstang met holle zuiger, en een over de zuigerstang heen en weer beweegbare pompcilinder, die bediend wordt door een in een aangrijporgaan gestoken gaffelvorkvormige hefboom, waarvan de twee gaffeluiteinden scharnierend bevestigd zijn aan overstaande wanddelen van de buitenhouder, en de steel door een gleuf in de houderwand naar buiten steekt als trekker.
Bijzonder doelmatig kan daarbij de uitvoering zodanig zijn, dat de aan de bovenzijde van de buitenhouder integraal gevormde uitlaattuit naar voren afgebogen is, dat de trekkergleuf aangebracht is aan de voorzijde van de buitenhouder onder de afbuiging, en dat de buitenhouder aan de achterzijde een deksel heeft met een vergrendelingsknop, die bij gesloten deksel gelegen is nabij het begin van de uitlaattuit, en een geleidehulpmiddel vormt voor het doelmatig met de hand bedienen van de trekker tijdens gebruik.
De uitvinding wordt thans nader toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld onder verwijzing naar de tekening. In de tekening toont:
Fig. 1 een zijaanzicht in doorsnee van een uitvoeringsvorm van een vloeistofdispenser volgens de uitvinding,
Fig. 2 vergroot in zijaanzicht in doorsnee een daarbij te gebruiken stekerconnector,
Fig. 3 vergroot in zijaanzicht in doorsnee het aansluitventiel van een flexibele verpakking,
Fig. 4 in dwarsdoorsnee een tweede uitvoeringsvorm van de connector,
Fig. 5 het insteken van de connector in het aansluitventiel tijdens een eerste fase,
Fig. 6 het insteken van de connector in het aansluitventiel tijdens een tweede fase, waarbij het ventiel nog steeds gesloten is, en
Fig. 7 de laatste fase van dit insteken, waarbij het ventiel geopend is.
Fig. 1 toont in zijaanzicht in doorsnee een uitvoeringsvorm van de vloeistofdispenser volgens de uitvinding. De dispenser heeft een buitenhouder 1 van hard kunststof-materiaal, voorzien van een gebogen hals 2. De achterhelft van de houder wordt gevormd door een deksel 3, dat losgenomen kan worden. In de houder bevindt zich verder een scheidingswanddeel 4, dat zorgt voor de scheiding tussen een pomphuis 5 en reservoirhuis 6. De beide wanddelen van de buitenhouder en het scheidingswanddeel zijn door spuitgieten vervaardigd van hard kunststofmateriaal.
In het pomphuis 5 is een dispenserpomp ondergebracht, welke een holle zuigerstang 7 heeft, die verbonden is met een holle zuiger 8. De holle zuigerstang 7 is vastgezet op een uitsteeksel van de binnenwand van het pomphuis 5. Een pompcilinder 9 is heen en weer beweegbaar over de holle zuiger 8. De pompuitlaat 10 is aangesloten op een flexibele uitlaatbuis 11, die zich uitstrekt in de gebogen hals 2 van de buitenhouder 1, en is aangesloten op een sproeikop 12, die gemonteerd is in een sproeikophouder 13 aan het einde van de gebogen hals.
Het heen en weer bewegen van de pompcilinder 9 over de holle zuiger 8 gebeurt met behulp van een hefboommechanisme, dat een trekker 14 heeft, die uitsteekt door een trekkergleuf 15 in de buitenhouder 1. Deze trekker 14 gaat over in een gaffelvormige dubbele hefboom 16, die aan scharnierpunten 17 vastgezet is aan de binnenwand van de buitenhouder. Daarbij grijpt de trekker 14 aan over een schakelvormig aangrijporgaan 18, dat over een hals 19 van de pompcilinder is geschoven. Op deze hals sluit een pompinlaat 20 aan, die verbonden is met een flexibele pompbuis 21, en via een opening 22 in de scheidingswand 4 doorloopt naar het reservoirhuis 6. Dankzij de voordelige krachtoverbrenging van de trekker op de pompcilinder wordt optimale pompwerking verkregen.
In het reservoirhuis 6 is ruimte voor het opnemen van een zakvormige vloeistofverpakking 23 van flexibel materiaal, bijvoorbeeld thermoplastisch materiaal zoals PE/PET, gevuld met een te dispenseren vloeistof of gel, en afgesloten door een afsluitventiel 24, dat geopend wordt door dit te steken op een stekervormige connector 25, gemonteerd in een connectorhouder 26, waarop het uiteinde van de pompbuis 21 aansluit.
Doordat de connector 25 aan de onderzijde van de buitenhouder omhoog gericht staat, komt het zakje 23 ondersteboven in de buitenhouder te liggen, en bij pompen via de pomp 7, 8, 9, kan de inhoud van het vacuum-gevulde zakje gemakkelijk en volledig worden leeggepompt, ook, wanneer ten gevolge van het leegraken, de navulverpakking in elkaar komt te zakken. Het grote voordeel van deze wijze van aanbrengen is, dat er geen speciale voorzieningen, zoals groeven of stijgbuis, in het zakje behoeven te zijn aangebracht, hetgeen wel het geval is, wanneer het zakje met zijn ventiel naar boven zou zijn aangebracht.
De achterzijde van de buitenhouder, welke het deksel 3 vormt, kan gemakkelijk worden verwijderd door middel van een balknop 27, die bevestigd is op een stang 28, die door het deksel 3 heenvoert en een schroef- of bajonetverbinding 29 met de houder heeft. Deze balknop, die aan de overzijde van de hals tegenover de trekker geplaatst is, vervult daarnaast de taak als geleidehulpmiddel bij het hanteren van de dispenser, waarbij de handpalm achter deze knop komt te liggen en men gemakkelijk de trekker kan bedienen met de wijsvinger om vloeistof of gel uit te pompen. Anderzijds kan de trekker ook met de duim bediend worden, hetgeen het besproeiïngsgemak bijvoorbeeld bij haar- of okselspray aanmerkelijk vergroot.
De connector 25 is in meer detail getoond in fig. 2.
Deze heeft een holle insteekbuis 30, aan de buitenzijde voorzien van een groef met 0-ring 31. Het voorgedeelte 32 heeft een kleinere diameter en is aan de voorzijde afgeschuind. Op dit conische deel bevindt zich een stekerkop 33, voorzien van een geschikt gekozen profilering, en direkt onder deze stekerstop zijn zijopeningen aangebracht voor het doorlaten van vloeistof.
Het afsluitventiel 24 van de navulverpakking 23 is getoond in fig. 3. Dit ventiel heeft een ventiellichaam 35, met een geschikt gekozen omtrek, bijvoorbeeld rond, zeskantig, enz. Dit ventiellichaam 35 heeft een centrale doorgaande boring 36, waarbij de diameter aangepast is aan die van de insteekbuis 30 van de connector 25. Aan de omtrek van het ventiellichaam bevindt zich een bevestigingsrand 37, waarop het zakje van de navulverpakking wordt vastgelast. Aan de achterzijde van het ventiellichaam 35, dat zich in de gemonteerde toestand bevindt binnen het navulzakje 23, is in het achteruiteinde van de centrale boring 36 een afsluitende plug 38 ingestoken, die voorzien is van een uitholling 39. Deze uitholling heeft een inwendig profiel, dat aangepast is aan het profiel van de stekerkop 33 van de connector 25. Aan de buitenzijde heeft de plug 38 een geschikte afsluitprofilering.
Op het achtereinde van het ventiellichaam 35 zijn verder opstaande steunwanden 41, die uitsteken boven de plug 38. De plug 38 is via scharnierende armen 42 verbonden met de opstaande steunwanden 41. De scharnierende armen 42 vormen samen met de opstaande steunwanden 41 een uniek flipflop-systeem, dat de plug 38 gefixeerd kan houden in twee standen, een gesloten stand, waarin de plug in de ventielboring gedrukt is en een open stand, waarin de plug daaruit gedrukt is door de stekerkop 33 van de connector 25. In de gesloten stand zijn de steunwanden in zeer geringe mate naar buiten gebogen door de scharnierarmen, en bij het doordrukken worden zij eerst verder uit elkaar gedrukt en vervolgens teruggeklapt, hetgeen de flipflopwerking geeft. Boven de steunwanden 43 is een overbruggende steunrand 43, die bedoeld is om bij het leegpompen van een navulzakje te voorkomen, dat dit in het ventiel zou kunnen binnendringen en dit verstoppen. Daartoe kan deze steunwand 43 verder zijn voorzien van zijpennen (niet getoond).
In fig. 4 is een voorkeursvariant getoond van de connector, getoond in fig. 2. Evenals de connector 25 in fig. 2, heeft de connector 25' in fig. 4 een insteekbuis 30, overeenkomstig gevormd als die van fig. 2, met insteekbuis-groef met O-ring, versmald voorgedeelte, geprofileerde stekerkop en zijopeningen.
In tegenstelling met de uitvoering van fig. 2 is de connector 25' integraal gevormd met een bevestigingslichaam 44, dat aan de onderzijde een montageholte 45 heeft, met behulp waarvan de connector kan worden opgestoken op een uitsteeksel 46 van de bodem 47 van de buitenhouder. Het inwendige kanaal van de insteekbuis 30 gaat over in een naar opzij lopend inwendig kanaal 48 in het bevestigingslichaam 44 en eindigt in een aansluiting 49, in verbinding met de pompbuis 21.
Het bevestigingslichaam 44 kan voorzien zijn van montagestekers 50, die in openingen 51 aan een voorflens van het ventiel 35 van het afsluitventiel 24.
Deze stekers 50 en stekeropeningen 51 vormen doelmatig een oriëntatiesysteem voor het in de juiste stand plaatsen van het ventiel. Anderzijds kunnen zij ook een key-systeem vormen om te waarborgen dat uitsluitend speciale navulverpakkingen te gebruiken zijn.
Het aansluiten van het ventiel 24 op de connector 257 zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de fig. 5-7 die drie opeenvolgende fasen laten zien van het aanbrengen van het ventiel op de connector.
Tijdens een eerste fase, getoond in fig. 5, brengt men het navulzakje aan in de buitenhouder 1 en drukt het ventiel 24 op de stekervormige connector 25#, waarbij de insteekbuis 30 van de connector ingrijpt in de centrale boring 36 van het ventiellichaam 35. Daarbij dringt de stekerkop 33 door tot in de tegenstekerholte 39 van de plug 38, die de centrale boring 36 afgesloten houdt. Op dat moment is het ventiel nog steeds gesloten en kan er geen vloeistof lekken. Vervolgens wordt doorgedrukt, totdat de stekerkop 33 volledig is doorgedrongen in de uitholling 39 van de afsluitplug 38, waarbij de aangepaste profileringen van stekerkop 33 en uitholling 39 voor een goede grip zorgen.
Door nu verder door te drukken, wordt de kop 39, geleid door het flipflopmechanisme 42, omhoog gedrukt tot afsteunen tegen de steunrand 43, waardoor de plug 38 vrijgekomen is van de boring 36, zodat via de zijopeningen 34 vloeistof uit de navulverpakking door de connector heen kan gaan naar de pomp. Hierbij is de kans op ongewenst lekken te allen tijde uitgesloten.
Indien men het navulzakje, al dan niet volledig verbruikt, wenst weg te nemen, wordt in omgekeerde volgorde, dat wil zeggen de fasen van fig. 7, 6 en 5 gehandeld, waarbij de flipflop 42 waarborgt, dat bij aftrekken van het ventiel van de stekerconnector de plug 38 weer terug geflipt wordt naar de uitgangsstand van fig. 5, waar een afdichtende afsluiting tussen plug en ventielboring gewaarborgd is.
In het bovenstaande werd de uitvinding toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld. Het zal evenwel duidelijk zijn, dat tal van variaties en modificaties mogelijk zijn, die alle geacht worden te vallen binnen het kader van de uitvinding. Zo is bijvoorbeeld een dispenser mogelijk met opgezette sproeikop zoals gebruikelijke dispensers, waarbij evenwel de bodem uitklapbaar is en aan de binnenzijde voorzien van de connector, die weer via een flexibele slang verbonden is met de pomp in de sproeikop. Om een navulverpakking aan te brengen, wordt de bodem van de dispenser opengeklapt, de navulverpakking met zijn ventiel op de connector geklikt, en vervolgens wordt het deksel weer dichtgeklapt, waarna de dispenser gereed is voor gebruik.
Het grote voordeel van dit type dispenser is, dat deze vervaardigd kan worden door blazen van geschikt kunststof-materiaal (in plaats van het duurdere spuitgieten), en vervolgens de bodem wordt uitgedrukt op een zodanige wijze, dat hij aan één zijde scharnierend verbonden blijft. Vervolgens kan dan de connector op deze bodem worden gemonteerd.
Verder leent het gecombineerde connector-ventielsysteem zich voor meer toepassingen dan uitsluitend de boven beschrevene. Zo kan een dergelijke connector-ventiel- combinatie ook worden gebruikt voor bijvoorbeeld bag-in-box, cartridge, infuussystemen (bloedtransfusie), en tal van ventielsluitingen (bijvoorbeeld luchtbanden). Bovendien is de connector ook geschikt als vulpen van een vulsysteem voor navulzakjes, waarbij de vulpen van het vulsysteem uitgevoerd kan zijn zoals de uitvoeringsvorm van fig. 2. Dankzij de zelfsluitende ventielconstructie, waarbij het ventiel na vullen en weghalen van het navulzakje meteen weer dicht is, behoeft na het vullen geen afsluitdop te worden aangebracht.
Verder kan de stekerkop van de connector doelmatig zijn voorzien van een fijne, centrale boring, of van axiale omtreksgroeven, om te waarborgen dat de stekerstop moeiteloos in de holte van de afsluitplug van het ventiel kan worden ingestoken.
Verdere variaties en combinaties zullen de vakman na het bovenstaande duidelijk zijn.

Claims (12)

1. Vloeistofdispenser met navulverpakking, bestaande uit een openmaakbare buitenhouder van stijf materiaal, die voorzien is van een door een uitwendig bedienbare dispenserpomp of vernevelingspomp, waarop aan uitlaatzijde een mondstuk aangesloten is en aan inlaatzijde een connector, en een binnenhouder van flexibel materiaal, uitgevoerd als flexibele navulverpakking voor een te dispenseren vloeistof, afgesloten door een ventiel, dat aansluitbaar is op de connector en door aansluiting daarop geopend wordt, met het kenmerk, dat de connector is uitgevoerd als een holle, aan zijn uiteinde vernauwende buis, welk uiteinde een geprofileerde stekerkop heeft, waarbij in het buisuiteinde vlak onder de stekerkop zijopeningen in de buiswand zijn aangebracht, en dat het ventiel bestaat uit een ventiellichaam met een centrale, doorgaande boring, waarin de connectorbuis insteekbaar is, en die aan de achterzijde is afgesloten door een in het achtereinde van de boring klemmend en afdichtend ingestoken plug, voorzien van een geprofileerde tegenstekerholte, waar de stekerkop inpast, en dat het ventiellichaam aan zijn achterzijde opstaande steunwanden heeft, die zich uitstrekken tot boven de plug, en waarmee de plug verbonden is door scharnierende drukarmen, die de plug gefixeerd houden in een eerste stand, waarin de plug afdichtend is ingestoken in de ventielboring, en in een tweede stand, waarin de plug los is van de ventielboring, welke tweede stand bereikt wordt door de connector in de ventielboring in te steken en door te drukken.
2. Vloeistofdispenser met navulverpakking volgens conclusie 1, methetkenmerk, dat de steunwanden van het ventiellichaam aan hun vrije uiteinden overbrugd zijn door een achterband, voorzien van zijpennen welke er voor zorgen, dat een navulzakje bij het leegpompen daarvan niet in het ventiel gezogen wordt.
3. Vloeistofdispenser met navulverpakking volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de steunwanden een ringwand zijn.
4. Vloeistofdispenser met navulverpakking volgens één der conclusies 1-3, met het kenmerk, het ventiellichaam aan zijn buitenzijde een bevestigings-rand voor de flexibele binnenhouder heeft.
5. Vloeistofdispenser met navulverpakking volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de connectorbuis voorzien is van een uitwendige groef met O-ring.
6. Connector-ventielsysteem volgens één of meer der conclusies 1-5.
7. Connector-ventielsysteem volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat zowel de connector als het ventiel uit één stuk vervaardigd is.
8. Navulverpakking met afsluitventiel voor vloeistof-dispenser volgens één of meer der conclusies 1-5.
9. Vloeistofdispenser volgens de conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de connector in de buitenhouder gemonteerd is aan de bodemzijde met het stekereinde omhoog gericht, en met de dispenserpomp verbonden via een flexibele slang.
10. Vloeistofdispenser volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat eventueel de buitenhouder een integraal daarmee gevormde uitlaattuit heeft, en in een afgeschermde ruimte van de binnenhouder de dispenserpomp geplaatst is, aangesloten op een door de uitlaattuit gevoerd uitlaatmondstuk.
11. Vloeistofdispenser volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de dispenserpomp een 2uigerpomp is met een met het uitlaatmondstuk verbonden holle zuigerstang met holle zuiger, en een over de zuigerstang heen en weer beweegbare pompcilinder, die bediend wordt door een in een aangrijporgaan gestoken gaffelvorkvormige hefboom, waarvan de twee gaffeluiteinden scharnierend bevestigd zijn aan overstaande wanddelen van de buitenhouder, en de steel door een gleuf in de houderwand naar buiten steekt als trekker.
12. Vloeistofdispenser volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de aan de bovenzijde van de buitenhouder integraal gevormde uitlaattuit naar voren afgebogen is, dat de trekkergleuf aangebracht is aan de voorzijde van de buitenhouder onder de afbuiging, en dat de buitenhouder aan de achterzijde een deksel heeft met een vergrendelingsknop, die bij gesloten deksel gelegen is nabij het begin van de uitlaattuit, en een geleidehulpmiddel vormt voor het doelmatig met de hand bedienen van de trekker tijdens gebruik.
NL9400344A 1993-03-10 1994-03-07 Achterrek voor voertuigen met een trekhaak. NL9400344A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE9303510U DE9303510U1 (de) 1993-03-10 1993-03-10 Heckträger für Fahrzeuge mit einer Anhängerkupplung
DE9303510 1993-03-10

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9400344A true NL9400344A (nl) 1994-10-03

Family

ID=6890447

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9400344A NL9400344A (nl) 1993-03-10 1994-03-07 Achterrek voor voertuigen met een trekhaak.

Country Status (3)

Country Link
AT (1) AT404455B (nl)
DE (1) DE9303510U1 (nl)
NL (1) NL9400344A (nl)

Families Citing this family (18)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE9413008U1 (de) * 1994-08-11 1994-10-06 C & T Comfort Technic Gmbh Fahrzeuglastträger
FR2728213A1 (fr) * 1994-12-14 1996-06-21 Mottez Frederic Porte-cycle arriere avec blocage en rotation
DE19922752B4 (de) * 1999-05-18 2007-08-09 Mont Blanc Autozubehör GmbH Lastenträgersystem für eine Anhängekupplung
ATE251561T1 (de) * 1999-10-25 2003-10-15 Thule Sweden Ab Ladungsträger
IT1318141B1 (it) * 2000-07-07 2003-07-23 Fabbri Srl Portapacchi applicabile al gancio traino di un autoveicolo e simili.
FR2819460B1 (fr) * 2001-01-16 2003-07-18 Wagon Automotive Snc Dispositif porte-charge a au moins deux positions, pour vehicule automobile
NL1018947C2 (nl) * 2001-09-13 2003-03-14 Publiekrechtelijk Overheidslic Koppelinrichting voor het koppelen van een lastdrager aan een trekhaak van een voertuig.
DK1440846T3 (da) * 2003-01-23 2005-12-05 Chiu-Kuei Wang Spændeindretning til fastgörelse af et stativ til en anhængerkobling
DE102008009150A1 (de) * 2008-02-14 2009-09-10 Westfalia-Automotive Gmbh Anhängekupplungssystem zur Befestigung eines Lastenträgers
DE102010045357A1 (de) * 2010-09-14 2012-03-15 Westfalia-Automotive Gmbh Lastenträger-Kupplung und Lastenträger
DE202012012566U1 (de) 2011-12-14 2013-05-17 Ulrich Siepmann Heckträger
DE202012010914U1 (de) 2012-11-14 2012-12-04 Udo Gräfe Montagestütze an einer Kugelkupplung eines Kraftfahrzeugs
DE102013004484A1 (de) * 2013-03-07 2014-09-11 Westfalia-Automotive Gmbh Lastenträgerkupplung und Lastenträger
EP2942213A1 (en) 2014-05-05 2015-11-11 Fabio Pedrini "Coupling device for a motor-vehicle tow hitch"
DE202014009572U1 (de) 2014-12-02 2016-03-03 Wilfried Laumann Verbindungsvorrichtung für einen Heckanbau an einem Fahrzeug
NL2017968B1 (en) * 2016-12-09 2018-06-19 Brink Towing Systems B V Assembly of a tow hitch and a tow hitch coupling
DE202021103787U1 (de) 2021-07-15 2021-07-23 Stefan Sauter Fahrzeuganhänger
DE102021118299A1 (de) 2021-07-15 2023-01-19 Stefan Sauter Fahrzeuganhänger

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL181345C (nl) * 1980-03-10 1987-08-03 Aalders B V Bagagerek met bevestigingsmiddelen, waarmee het bagagerek wordt bevestigd op een kogel van een trekhaak.
US4576395A (en) * 1984-04-26 1986-03-18 Heron Longoria Trailer hitch mounted tool support
DE3524283A1 (de) * 1985-07-06 1986-02-06 Klaus 2800 Bremen Sendner Heckgepaecktraeger mit fahrradhalter fuer pkw's und dergleichen
DE4135859C2 (de) * 1990-10-31 1995-03-23 Karl Reinhart Trägervorrichtung zum Transport von Fahrrädern
NL9002874A (nl) * 1990-12-27 1992-07-16 Isedore Desire Maria Hubertina Auto-bagagedrager.
DE4120780C2 (de) * 1991-06-24 1994-04-14 Cartec Gmbh Automobiltech Fahrzeug-Lastträger
DE4131854A1 (de) * 1991-09-25 1993-04-01 Heinz Dr Hasselmann Tragvorrichtung

Also Published As

Publication number Publication date
ATA47994A (de) 1998-04-15
AT404455B (de) 1998-11-25
DE9303510U1 (de) 1994-07-14

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5819986A (en) Liquid dispenser with refill packing
NL9400344A (nl) Achterrek voor voertuigen met een trekhaak.
US6269837B1 (en) Rechargeable dispensing system
US4805814A (en) Container for liquids having a mounting boss for storage of a removable dispenser
CA2471638C (en) Fluid dispenser assembly
US4457455A (en) Collapsible container
US4974984A (en) Brush top/dispenser container
CA2698915C (en) Stationary stem pump
US5699936A (en) Liquid dispensing system
US6889873B1 (en) Pouch and packaging and distribution unit
US5497909A (en) Reuseable pouch fitment
RU96120080A (ru) Раздаточное устройство для жидкостей с упаковкой для повторного заполнения
US20020096540A1 (en) Inverted package dispensing system
JP2002053161A (ja) 可変容量の用量を分配する投液ノズルと該ノズルを備えた装置
CA2045034C (en) Bottle refilling apparatus
EP3137392A2 (en) Portable refillable cream dispenser
US8302816B2 (en) Spray bottle with refill cartridge
AU2012288456A1 (en) Portable refillable cream dispenser
US10702878B2 (en) Pump style dispense mechanism for flowable product packaging
US5346108A (en) Gaged dispensing apparatus
US3220657A (en) Closure-dispenser cap for flexible liquid containers
JP4171822B2 (ja) 液体を収容した軟質容器に被着する外容器
CA1104532A (en) Dispensing apparatus
HUT73298A (en) Refillable package
MXPA96003899A (en) Liquid distributor with rell packaging

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed