NL9301097A - Inrichting voor het inhalen van een soepele slang. - Google Patents

Inrichting voor het inhalen van een soepele slang. Download PDF

Info

Publication number
NL9301097A
NL9301097A NL9301097A NL9301097A NL9301097A NL 9301097 A NL9301097 A NL 9301097A NL 9301097 A NL9301097 A NL 9301097A NL 9301097 A NL9301097 A NL 9301097A NL 9301097 A NL9301097 A NL 9301097A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
hose
pressure rollers
nips
pinch
rollers
Prior art date
Application number
NL9301097A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Kuiken Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Kuiken Nv filed Critical Kuiken Nv
Priority to NL9301097A priority Critical patent/NL9301097A/nl
Priority to ES94201796T priority patent/ES2109593T3/es
Priority to EP94201796A priority patent/EP0631796B1/en
Priority to DK94201796.3T priority patent/DK0631796T3/da
Priority to DE69405482T priority patent/DE69405482T2/de
Priority to AT94201796T priority patent/ATE157890T1/de
Publication of NL9301097A publication Critical patent/NL9301097A/nl
Priority to GR970402879T priority patent/GR3025243T3/el

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A62LIFE-SAVING; FIRE-FIGHTING
    • A62CFIRE-FIGHTING
    • A62C33/00Hose accessories
    • A62C33/02Apparatus for cleaning or drying hoses

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Business, Economics & Management (AREA)
  • Emergency Management (AREA)
  • Loading And Unloading Of Fuel Tanks Or Ships (AREA)
  • Pipe Accessories (AREA)
  • Storing, Repeated Paying-Out, And Re-Storing Of Elongated Articles (AREA)
  • Rigid Pipes And Flexible Pipes (AREA)
  • Reciprocating Pumps (AREA)
  • Fittings On The Vehicle Exterior For Carrying Loads, And Devices For Holding Or Mounting Articles (AREA)

Description

Inrichting voor het inhalen van een soepele slang
De uitvinding betreft een inrichting voor het inhalen van een soepele slang voor het transport van vloeistof, zoals een-brandweerslang, omvattende tenminste een paar tegenover elkaar geplaatste, onderling een kneep bepalende en rondlopende knijpelementen, door welke kneep de slang transporteerbaar is en voor het daaruit verwijderen van achtergebleven vloeistof.
Een dergelijke inrichting is bekend uit US-A-1915632. Bij deze bekende inrichting kan door middel van een opwikkelmechanisme de slang tussen twee onder voorspanning naar elkaar toe gedrongen rollen heen worden getrokken. Het zich nog in de slang bevindende water wordt daarbij steeds verder uit de slang geperst, zodanig dat uiteindelijk al het water uit de slang is verwijderd.
Dergelijke slangen zijn meestal voorzien van eindkoppelingen, zodanig dat uit meerdere slangen een aaneengesloten slang met de gewenste lengte kan worden verkregen. Dergelijke koppelingen zijn over het algemeen van metaal, en dus niet samendrukbaar zoals het soepele materiaal van de slang zelf. Dit betekent de koppelingen niet door de kneep tussen de rollen kan worden getrokken, zodat elke slang afzonderlijk moet worden leeggeperst.
Gevolg daarvan is dat de samenstellende slangen alle moeten worden losgekoppeld, alvorens daaruit het water kan worden verwijderd met de bekende inrichting. Het loskoppelen van de slangen is echter een tijdrovend en vervelend karwei, dat in het geval van brandweerslangen tot veel aanvullende opruimwerkzaamheden in het terrein leidt na het blussen van een brand.
Maar zelfs in het geval de koppelingen van de slangen wel door de kneep gevoerd zouden kunnen worden, zou op het moment waarop de koppeling zich in de kneep bevindt de samendrukking tijdelijk ontbreken. Het weggeperste water kan daardoor weer terugvloeien, en vooral bij hoogteverschillen in het verloop van de slang kan het daarbij cm aanzienlijke hoeveelheden gaan.
Doel van de inrichting is daarom een inrichting voor het inhalen van een slang te verschaffen die ook geschikt is voor het leegpersen van een door middel van koppelingen samengestelde slang. Dat doel wordt bereikt doordat twee knepen zijn voorzien die in de richting waarin de knijpelementen rondlopen zich op afstand van elkaar bevinden, elk met een variabele kneepafmeting die vergroot kan worden voor het doorlaten van een in de slang aanwezige koppeling, waarbij de knepen zodanig ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd dat de slang voortdurend door tenminste een der knepen samengedrukt kan worden gehouden.
Zodra bij de inrichting volgens de uitvinding een koppeling aankomt bij een der knepen tussen beide knijpelementen, bewegen deze uit elkaar. Ter plaatse van de ander kneep wordt de slang echter nog steeds samen geknepen gehouden, waardoor de vloeistof niet kan terugstromen.
In het bijzonder bevinden de knepen zich op zodanige afstand van elkaar dat de slang ter plaatse van beide knepen samengedrukt kan worden gehouden indien de koppeling zich bevindt in het gebied tussen die knepen.
Bij het verder inhalen van de slang worden de knijpelementen ter plaatse van de andere kneep uit elkaar bewogen voor het doorlaten van de koppeling. Nu zorgt de reeds weer gesloten kneep echter voor de afdichting.
De knijpelementen kunnen op verschillende manieren worden uitgevoerd. Volgens een eerste mogelijkheid bevindt tegenover elk rollichaam zich een bijbehorende aandrukrol die naar het rollichaam toe respectievelijk daar vanaf beweegbaar is voor het verkleinen respectievelijk vergroten van de kneep.
De wijze waarop de kneep aangepast wordt aan een daar doorheen bewegende koppeling kan ook variëren. Daarbij kan bijvoorbeeld tenminste een der aandrukrollen beweegbaar zijn door middel van een eigen aandrijving. In dat geval zijn tevens sensoren voorzien voor het detecteren van een slangkoppeling, alsmede regelmiddelen voor het vergroten en verkleinen van de kneep bij detectie van een slangkoppeling.
Als alternatief echter kan tenminste een der aandrukrollen onder voorbelasting aangedrukt worden in de richting van het bijbehorende rollichaam. Een dergelijke uitvoering heeft het voordeel dat hij eenvoudiger een daardoor goedkoper is.
Volgens een tweede mogelijke uitvoering van de knijpelementen zijn beide aandrukrollen opgehangen aan een zwenkarm, zijn beide zwenkarmen draaibaar rond een gemeenschappelijke zwenkas, zijn op de zwenkas geleidingsrollen voorzien en is rond de aandrukrollen alsmede de geleidingsrollen tenminste een snaar voorzien.
Indien daarbij elke snaar is opgenomen in een groef in de aandrukrollen, bezit deze aandrukrollen een gelijkmatig, plat oppervlak waardoor ook bij deze uitvoering de gewenste aandrijvende werking op de slang kan worden geleverd.
Volgens een voordelige uitvoering worden meerdere snaren naast elkaar aangebracht. Een dergelijk stel snaren biedt een goede geleiding voor de slang alsmede de koppelingen, ook in zijdelingse richting.
Volgens een derde mogelijke uitvoering van de knijpelementen is een daarvan voorzien van tenminste twee aandrukrollen waarvan de rotatie-assen evenwijdig zijn, welke aandrukrollen zijn opgenomen op een hulpgestel met een aan de rotatie-assen der aandrukrollen evenwijdige rotatie-as, terwijl de aandrukrollen in draairichting met regelmatige tussenafstanden rond die rotatie-as zijn aangebracht.
Door de koppelingen kan in dat geval de eerste aandrukrol worden weggeduwd rond de rotatie-as van het hulpgestel, waarbij die aandrukrol blijft samenwerken met het tegenoverliggende rollichaam voor het handhaven van de samendrukking van de slang. Bij verder bewegen van de koppeling draait die eerste aandrukrol verder, waarbij de volgende aandrukrol de slang, achter de koppeling, geleidelijk aan samendrukt. Zodra de eerste aandrukrol rond genoemde rotatie-as begint af te bewegen van de slang, is deze echter reeds door de volgende aandrukrol samengedrukt waardoor terugstroming wordt verhinderd.
Het hulpgestel kan door middel van een uithouder zijn opgehangen, zodanig dat het hulpgestel naar het andere knijpelement toe en daarvan af verzwenkbaar is. Volgens een voorkeursuitvoering draagt het hulpgestel drie aandrukrollen, en bevindt dit hulpgestel zich boven het rollichaam zodanig dat het hulpgestel onder invloed van de zwaartekracht naar dat rollichaam wordt gedrongen.
Volgens een vierde mogelijke uitvoering van de knijpelementen omvat het tegenover de rollichamen liggende knijpelement drie aandrukrollen die zijn opgehangen op een hulpgestel, dat draaibaar is rond een as die zich bevindt op gelijke afstand van de draaiassen der beide rollichamen.
Volgens een voorkeursuitvoering is elk rollichaam uitgevoerd als een aan beide einden afgesloten cilinder van soepel materiaal met inwendige overdruk.
Verder kan een steunconstructie zijn voorzien waarop de knijpelementen draaibaar zijn opgehangen, welke steunconstructie draaibaar rond een hartlijn ondersteunbaar is die dwars op de hartlijn der knijpelementen loopt. Met behulp van een dergelijke steunconstructie kan de inrichting bijvoorbeeld op een bak worden gemonteerd waarin de gehele slang kan worden opgenomen. Dankzij het feit dat de steunconstructie draaibaar is, kan deze zich aanpassen aan het verloop van de slang bij het inhalen door middel van een voertuig dat langs de slang rijdt.
Vervolgens zal de uitvinding aan de hand van enkele in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeelden nader worden toegelicht.
Figuur 1 toont een aanzicht in perspectief, gedeeltelijk opgewerkt, van een inrichting volgens de uitvinding.
Figuur 2 toont een zijaanzicht van de inrichting volgens figuur 1.
Figuur 3 toont een vrachtwagen met een inrichting volgens de uitvinding.
Figuur 4 toont een tweede uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding.
Figuur 5 toont een derde uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding.
Figuur 6 toont een aanzicht volgens pijl VI van figuur 5·
In de figuren 1 en 2 is een inrichting voor het inhalen van een in zijn geheel met 1 aangeduide soepele slang afgebeeld. Deze soepele slang bestaat uit slangdelen 2, 3· die door middel van koppeling 4 aan elkaar zijn bevestigd. De inrichting omvat een gestel 5. voorzien van zijplaten 6 waarin twee als een rollichaam 7t 8 net een soepel oppervlak uitgevoerde knijpelementen draaibaar zijn opgehangen. Deze rollen kunnen bijvoorbeeld bestaan uit een cilinder van soepel materiaal 9* die aan de uiteinden luchtdicht is aangesloten op een draaibare naaf 10. Rol 7 is bovendien aandrijfbaar door middel van motor 11; via snaarschijven 12 en snaar 13 is rol 9 eveneens aandrijfbaar.
Bij elke rol 7. 8 is een aandrukrol lk respektievelijk 15 voorzien. Deze aandrijfrollen zijn draaibaar opgehangen aan zwenkarmen 16, die bij 17 telkens draaibaar zijn gelagerd. Door middel van de zuigercilinderin-richtingen 18 zijn de zwenkarmen 16 met aandrukoren lk, 15 verzwenkbaar naar de bijbehorende rol 7 respektievelijk 8 toe respektievelijk daar van af.
Tevens is op het gestel 5 nog een paar geleidingsrollen 19 voorzien, die ten doel hebben om de binnen bewegende slang 1 begeleiden.
In de in figuur 1 weergegeven positie is de aandrukrol 14 van de bijbehorende rol 7 afgezwaaid, zodat de koppeling 4 door de aldus gevormde brede kneep heen kan bewegen. Aandrukrol 15 is naar de bijbehorende rol 8 toegezwenkt en houdt de slang 1, in het bijzonder het slangdeel 3. stevig samengedrukt in de aldus gevormde smalle kneep. Gezien de bewegingsrichting van de rollen 7. 8, wordt de slang in de met pijlen aangeduide richting door de inrichting gevoerd. Eventueel in de slang aanwezig water wordt door de rol 8 en aandrukrol 15 tegengehouden. Zodat dit ge- dwongen wordt om weg te vloeien door het andere slangdeel 2.
Zodra de koppeling 4 zich in het vrij ruime gebied tussen de rollen 7 en 8 bevindt, wordt ook de aandrukrol 14 verzwenkt naar de bijbehorende rol 7· Daarna is ook het slangdeel 2 stevig ingeklemd, evenals het slangdeel 1 tussen de aandrukrol 15 en de rol 8.
Bij het verder verplaatsen van de slang wordt de situatie zoals weergegeven in figuur 2 verkregen. De aandrukrol 15 is daarbij weggezwaaid van de rol 8, zodat nu door de aldaar gevormde wijde kneep de koppeling 4 heen kan bewegen.
Het buiten de inrichting in slangdeel 2 eventueel aanwezige water kan echter niet naar slangdeel 3 stromen, aangezien nu slangdeel 2 platgedrukt gehouden wordt tussen aandrukrol 14 en bijbehorende rol 7. Door de samenwerking tussen aandrukrol 14 en rol 7 wordt het eventueel in slangdeel 2 aanwezige water tegen gehouden.
Voor het op het juiste moment bedienen van de hydraulische zuiger-cilinderinrichtingen 18, 19 zijn sensoren 20, 21 en 22 aanwezig. Zodra sensor 20 een koppeling 4 detecteert, wordt een signaal afgegeven aan een overigens niet getoonde besturingseenheid, waardoor zuigercilinderinrich-ting 18 behorende bij aandrukrol 14 wordt bediend en deze van bijbehorende rol 7 afzwaait.
Zodra de koppeling 4 is aangekomen in het gebied tussen de beide rollen 7» δ, detecteert sensor 21 dit, zodat aandrukrol 14 terugbewogen kan worden. Zodra deze heel terug bewogen is, kan vervolgens aandrukrol 15 van bijbehorende rol 8 worden afgebroken door bekrachtiging van de betreffende zuigercilinderinrichting 18.
Wanneer sensoren 22 vervolgens de koppeling 4 detecteren, worden deze zuigercilinderinrichtingen 18 weer bekrachtigd zodat aandrukrol 15 weer terug bewogen kan worden.
Het gestel 5 is gemonteerd op een vertikale draaias 23, zodanig dat de gehele inrichting zich kan richten naar het verloop van de binnenkomende slang 1, bestuurt door de geleidingsrollen 19.
Zoals weergegeven in figuur 3 kan de gehele inrichting toegepast worden op een vrachtwagen. De vertikale draaias 23 is daartoe gemonteerd aan de voorzijde van een bak 24 waarin de slang 1 kan worden opgeborgen. De vrachtwagen 25 rijdt langs de baan die slang 1 volgt, waarbij de inrichting zich dankzij de geleidingsrollen 19 kan richten naar het verloop van de binnenkomende slang. Ondanks de aanwezigheid van de koppelingen 4 wordt bij het binnen halen van de slang 1 toch het water daaruit geperst, zoals hiervoor beschreven onder verwijzing naar de figuren 1 en 2.
In de variant van figuur 4 zijn eveneens twee rollen 7. 8 met een soepel oppervlak toegepast, bijvoorbeeld de rollen zoals beschreven onder verwijzende figuren 1 en 2. Tussen de slangdelen 2 en 3 bevindt zich weer een koppeling 4.
Bij deze uitvoering zijn een drie aandrukrollen 26, 27, 28 toegepast, die zijn gemonteerd tot een stervormig hulpgestel 28. Dit stervormig hulpgestel 28 is door middel van uithouder 29 verzwaaibaar ten opzichte van steunpunt 30 opgehangen.
Tengevolge van de draairichting van de rollen 7. 8 wordt de slang in de aangegeven verplaatsingsrichting bewogen. Bij verder verplaatsen vanuit de in figuur 4 getoonde situatie wordt de aandrukrol 27 door de koppeling 4 weggedrukt. Aandrukrol 28 blijft daarbij echter het slangdeel 2 stevig aandrukken tegen de rol 7. zodat de afdichting gehandhaafd blijft en geen water terug kan stromen naar het reeds geleegde deel van de slang. Uiteindelijk wordt de met onderbroken lijnen weergegeven situatie bereikt, waarbij het hulpgestel 28 samen met de uithouder 29 een weinig omlaag zijn bewogen. In deze situatie houdt de aandrukrol 28' de slang stevig afdicht tegen beide rollen 7. 8.
Bij het verder bewegen van de slang wordt weer de situatie zoals afgeheeld met getrokken lijnen bereikt, waarbij echter het hulpgestel 28 over 120* is gedraaid ten opzichte van de vorige toestand.
In de variant van de figuren 5 en 6 zijn ook twee rollen met een soepel oppervlak 7. 8 toegepast. Over de aandrukrollen 31« 32 is nu echter een zestal snaren 33 geleid, die zijn opgenomen in groeven 34. De snaren verder geleid over hulprollen 35» 36.
Aandrukrol 32 is gemonteerd op steunarm 37. aandrukrol 38 op steunarm 39· Deze steunarmen worden onder veervoorspanning aangehouden tegen respektievelijk de rollen 7 en 8. De armen 37 en 39. die onder een vaste hoek ten opzichte van elkaar staan, zijn daartoe opgehangen aan uithouder 42. Door middel van trekveer 43 wordt uithouder naar de rollen 7. 8 toegetrokken.
Zodra een koppeling 4 aankomt bij aandrukrol 38, wordt steunarm 39 tegen een veervoorspanning in weggezwenkt, zodanig dat door de aldus gevormde wijde kneep tussen de aandrukrol 38 en rol 8 de koppeling 4 heen kan bewegen. Vervolgens beweegt de steunarm 39 weer terug, zodanig dat aandrukrol 32 komt aan te liggen tegen rol 7· Bij verder bewegen van de koppeling wordt vervolgens steunarm 37 weggezwenkt, zodat de koppeling 4 nu door de wijde kneep tussen aandrukrol 32 en rol 7 kan bewegen. Ten- slotte beweegt ook arm 37 weer terug, waardoor de aandrukking van de slang tussen aandrukrol 32 en de rol 7 weer tot stand komt.

Claims (15)

1. Inrichting voor het inhalen van een soepele slang voor het transport van vloeistof, zoals een brandweerslang, omvattende tenminste een paar tegenover elkaar geplaatste, onderling een kneep bepalende en rondlopende knijpelenenten, door welke kneep de slang transporteerbaar is en voor het daaruit verwijderen van achtergebleven vloeistof met het kenmerk dat twee knepen zijn voorzien die in de richting waarin de knijpelementen rondlopen zich op afstand van elkaar bevinden, elk met een variabele kneepafmeting die vergroot kan worden voor het doorlaten van een in de slang aanwezige koppeling, waarbij de knepen zodanig ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd dat de slang voortdurend door tenminste een der knepen samengedrukt kan worden gehouden.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de knepen zich op zodanige afstand van elkaar bevinden dat de slang ter plaatse van beide knepen samengedrukt kan worden gehouden indien de koppeling zich bevindt in het gebied tussen die knepen.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij twee knijpelementen zijn voorzien die elk zijn uitgevoerd als een rollichaam met een soepel oppervlak die elk met een ander, tegenoverliggend knijpelement een kneep bepalen.
4. Inrichting volgens conclusie 3t waarbij tegenover elk rollichaam zich een bijbehorende aandrukrol bevindt die naar het rollichaan toe respectievelijk daar vanaf beweegbaar is voor het verkleinen respectievelijk vergroten van de kneep.
5. Inrichting volgens conclusie 4, waarbij tenminste een der aandrukrollen beweegbaar is door middel van een eigen aandrijving.
6. Inrichting volgens conclusie 5* waarbij sensoren zijn voorzien voor het detecteren van een slangkoppeling, alsmede regelmiddelen voor het vergroten van de kneep bij detectie van een slangkoppeling.
7. Inrichting volgens conclusie 4, 5 of 6, waarbij tenminste een der aandrukrollen onder voorbelasting aangedrukt wordt in de richting van het bijbehorende rollichaam.
8. Inrichting volgens conclusie 4, 5t 6 of 7. waarbij beide aandrukrollen zijn opgehangen aan een zwenkarm, beide zwenkarmen draaibaar zijn rond een gemeenschappelijke zwenkas, op de zwenkas geleidingsrollen zijn voorzien en rond de aandrukrollen alsmede de geleidingsrollen tenminste een snaar is voorzien.
9. Inrichting volgens conclusie 8, waarbij elke snaar is opgenomen in een groef in de aandrukrollen.
10. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij een der knijpelementen is voorzien van tenminste twee aandrukrollen waarvan de rotatie-assen evenwijdig zijn, welke aandrukrollen zijn opgenomen op een hulpgestel met een aan de rotatie-assen der aandrukrollen evenwijdige rotatie-as, en de aandrukrollen in draairichting met regelmatige tussenafstanden rond die rotatie-as zijn aangebracht.
11. Inrichting volgens conclusie 10, waarbij het hulpgestel door middel van een uithouder is opgehangen, zodanig dat het hulpgestel naar het andere knijpelement toe en daarvan af verzwenkbaar is.
12. Inrichting volgens conclusie 11, waarbij het hulpgestel drie aandrukrollen draagt en zich boven het rollichaam bevindt zodanig dat het hulpgestel onder invloed van de zwaartekracht naar dat rollichaam wordt gedrongen.
13· Inrichting volgens conclusie 3. waarbij het tegenover de rollichamen liggende knijpelement drie aandrukrollen omvat die zijn opgehangen op een hulpgestel, dat draaibaar is rond een as die zich bevindt op gelijke afstand van de draaiassen der beide rollichamen.
14. Inrichting volgens een der conclusies 3“13. waarbij elk rollichaam is uitgevoerd als een aan beide einden afgesloten cilinder van soepel materiaal met inwendige overdruk.
15. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij een steunconstructie is voorzien waarop de knijpelementen draaibaar zijn opgehangen, welke steunconstructie draaibaar rond een vertikale hartlijn ondersteunbaar is, die dwars op de hartlijn der knijpelementen loopt.
NL9301097A 1993-06-23 1993-06-23 Inrichting voor het inhalen van een soepele slang. NL9301097A (nl)

Priority Applications (7)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9301097A NL9301097A (nl) 1993-06-23 1993-06-23 Inrichting voor het inhalen van een soepele slang.
ES94201796T ES2109593T3 (es) 1993-06-23 1994-06-22 Instalacion para recoger una manguera flexible.
EP94201796A EP0631796B1 (en) 1993-06-23 1994-06-22 Device for retracting a flexible hose
DK94201796.3T DK0631796T3 (da) 1993-06-23 1994-06-22 Indretning til optagning af en bøjelig slange.
DE69405482T DE69405482T2 (de) 1993-06-23 1994-06-22 Vorrichtung zum Zurückziehen eines biegsamen Schlauches
AT94201796T ATE157890T1 (de) 1993-06-23 1994-06-22 Vorrichtung zum zurückziehen eines biegsamen schlauches
GR970402879T GR3025243T3 (en) 1993-06-23 1997-11-04 Device for retracting a flexible hose.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9301097 1993-06-23
NL9301097A NL9301097A (nl) 1993-06-23 1993-06-23 Inrichting voor het inhalen van een soepele slang.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9301097A true NL9301097A (nl) 1995-01-02

Family

ID=19862575

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9301097A NL9301097A (nl) 1993-06-23 1993-06-23 Inrichting voor het inhalen van een soepele slang.

Country Status (7)

Country Link
EP (1) EP0631796B1 (nl)
AT (1) ATE157890T1 (nl)
DE (1) DE69405482T2 (nl)
DK (1) DK0631796T3 (nl)
ES (1) ES2109593T3 (nl)
GR (1) GR3025243T3 (nl)
NL (1) NL9301097A (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2013095116A2 (en) 2011-12-13 2013-06-27 Hytrans Beheer B.V. Device for retracting a hose, and vehicle and method therefor
WO2017217841A1 (en) 2016-06-13 2017-12-21 Hytrans Beheer B.V. Retracting device with hose guide for retracting a hose, vehicle provided therewith and method therefor.

Families Citing this family (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US9494256B2 (en) 2013-01-11 2016-11-15 Clinton D. Baker Apparatus and system for retrieving hose
US8376202B2 (en) 2006-09-14 2013-02-19 Clinton D. Baker Apparatus for recovering hose
US9399560B2 (en) * 2006-09-14 2016-07-26 Clinton D. Baker Apparatus and system for retrieving hose
CH701833B1 (de) * 2008-03-19 2011-03-31 Braendle Tony Ag Schlauchaufrollvorrichtung.
CH701223A1 (de) * 2009-06-05 2010-12-15 Braendle Tony Ag Schlauchaufrollvorrichtung.
CN103706069B (zh) * 2013-12-27 2018-05-18 西安新竹防灾救生设备有限公司 一种消防水带折叠器
CN104689504B (zh) * 2015-03-25 2018-07-06 北京中卓时代消防装备科技有限公司 消防水带收卷头
CN107693987A (zh) * 2017-10-13 2018-02-16 苏州瑞奇安机电科技有限公司 自平衡式水带压紧机构、水带传输装置及消防车
CN110467043A (zh) * 2019-08-06 2019-11-19 广东永强奥林宝国际消防汽车有限公司 一种车载水带自动收卷和整理系统
CN112221064A (zh) * 2020-11-02 2021-01-15 乔玉桃 一种方便消防水带快速缠绕的消防箱
NL2028656B1 (en) * 2021-07-07 2023-01-13 Innovative Fire Fighting Solutions B V Hose drain device
CN113942880A (zh) * 2021-09-03 2022-01-18 深圳市鑫龙邦科技有限公司 一种cob灯带专用输送装置
CN117482451A (zh) * 2022-07-25 2024-02-02 杭州工匠科技有限责任公司 一种改进的消防水带收卷用排水传动结构

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1915632A (en) * 1931-02-02 1933-06-27 Ben Love Hose winder
US3866532A (en) * 1974-02-21 1975-02-18 Ogden Gloria F Firehose retractor
US4452135A (en) * 1981-08-31 1984-06-05 Hayes Robert H Fire hose retracting and flattening apparatus
EP0360603A2 (en) * 1988-09-22 1990-03-28 Showa Kiki Sangyo Kabushiki Kaisha Fire hose washing apparatus

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1915632A (en) * 1931-02-02 1933-06-27 Ben Love Hose winder
US3866532A (en) * 1974-02-21 1975-02-18 Ogden Gloria F Firehose retractor
US4452135A (en) * 1981-08-31 1984-06-05 Hayes Robert H Fire hose retracting and flattening apparatus
EP0360603A2 (en) * 1988-09-22 1990-03-28 Showa Kiki Sangyo Kabushiki Kaisha Fire hose washing apparatus

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2013095116A2 (en) 2011-12-13 2013-06-27 Hytrans Beheer B.V. Device for retracting a hose, and vehicle and method therefor
WO2017217841A1 (en) 2016-06-13 2017-12-21 Hytrans Beheer B.V. Retracting device with hose guide for retracting a hose, vehicle provided therewith and method therefor.

Also Published As

Publication number Publication date
DE69405482D1 (de) 1997-10-16
ES2109593T3 (es) 1998-01-16
DE69405482T2 (de) 1998-01-15
ATE157890T1 (de) 1997-09-15
DK0631796T3 (da) 1997-10-13
EP0631796B1 (en) 1997-09-10
EP0631796A1 (en) 1995-01-04
GR3025243T3 (en) 1998-02-27

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL9301097A (nl) Inrichting voor het inhalen van een soepele slang.
US7111724B2 (en) Fluid operated self aligning roller
EP2514697B1 (en) Systems and methods for supplying a web of packaging material to an indexing-motion packaging machine
US4262855A (en) Web-splicing apparatus
NL1002505C2 (nl) Zak, alsmede afgifte-inrichting voor het afgeven van een vloeibare substantie uit een zak.
NL8202141A (nl) Inrichting voor het afvoeren van vellen.
NL9000309A (nl) Werkwijze en inrichting voor het vanaf een stapel stuksgewijs afgeven van platte voorwerpen.
US4072611A (en) Belt dewrinkling and alignment method and apparatus
NL8802644A (nl) Fixeerinrichting voor het fixeren van een poederbeeld op een ontvangstblad.
FR2631947A1 (fr) Dispositif de formation d'une pile d'objets plats tels que des lettres
US774530A (en) Expressing-machine.
FR2514268A1 (fr) Dispositif de guidage et de reception de lettres en sortie de machine a trier le courrier et machine equipee d'un tel dispositif
US3540642A (en) Tension control apparatus for conduit laying and retrieval
EP1276689B1 (en) An apparatus for inverting and returning sheets from a printer for large-sized paper
NL1003078C2 (nl) Aangedreven ductiliteit-machine.
NL8601626A (nl) Rondebalenpers.
US4181269A (en) Reeling device for veneer band
JP3912434B2 (ja) ホースコンテナ車のホース引込装置
EP0070750B1 (fr) Etage tampon
EP0586201B1 (en) Packaging machine
NL9201475A (nl) Transportbandsamenstel.
NL1033230C2 (nl) Inrichting voor het transporteren van langwerpige voorwerpen.
NL1003297C2 (nl) Keerinrichting voor papiervellen, in het bijzonder bestemd voor afdruk- inrichtingen.
EP0728692B1 (en) Apparatus for splicing a material web
JPS6036215A (ja) 円筒形コンベヤに於けるベルト縦裂き防止装置

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed