NL8920519A - Cassette-detecteerinrichting voor cassettelaadmechanisme. - Google Patents

Cassette-detecteerinrichting voor cassettelaadmechanisme. Download PDF

Info

Publication number
NL8920519A
NL8920519A NL8920519A NL8920519A NL8920519A NL 8920519 A NL8920519 A NL 8920519A NL 8920519 A NL8920519 A NL 8920519A NL 8920519 A NL8920519 A NL 8920519A NL 8920519 A NL8920519 A NL 8920519A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cassette
detecting
frame
lever
holder
Prior art date
Application number
NL8920519A
Other languages
English (en)
Other versions
NL194284C (nl
NL194284B (nl
Original Assignee
Mitsubishi Electric Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Mitsubishi Electric Corp filed Critical Mitsubishi Electric Corp
Publication of NL8920519A publication Critical patent/NL8920519A/nl
Publication of NL194284B publication Critical patent/NL194284B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL194284C publication Critical patent/NL194284C/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B17/00Guiding record carriers not specifically of filamentary or web form, or of supports therefor
    • G11B17/02Details
    • G11B17/04Feeding or guiding single record carrier to or from transducer unit
    • G11B17/041Feeding or guiding single record carrier to or from transducer unit specially adapted for discs contained within cartridges
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/02Control of operating function, e.g. switching from recording to reproducing
    • G11B15/16Control of operating function, e.g. switching from recording to reproducing by sensing presence, absence or position of record carrier or container
    • G11B15/17Control of operating function, e.g. switching from recording to reproducing by sensing presence, absence or position of record carrier or container of container
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/675Guiding containers, e.g. loading, ejecting cassettes
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B19/00Driving, starting, stopping record carriers not specifically of filamentary or web form, or of supports therefor; Control thereof; Control of operating function ; Driving both disc and head
    • G11B19/02Control of operating function, e.g. switching from recording to reproducing
    • G11B19/10Control of operating function, e.g. switching from recording to reproducing by sensing presence or absence of record in accessible stored position or on turntable

Landscapes

  • Automatic Tape Cassette Changers (AREA)
  • Feeding And Guiding Record Carriers (AREA)

Description

Titel: Cassette-detecteerinrichting voor cassettelaadmechanisme.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een cassette-detecteerinrichting voor een cassettelaadmechanisme en, meer in het bijzonder, op een cassette-detecteerinrichting die geschikt is om gebruikt te worden in een cassettelaadmechanisme dat verplaatsbaar is tussen een cassette-inbrengpositie en een cassette- induwpositie met een cassette daarin vastgehouden.
De figuren 1 tot en met 3 zijn schematische bovenaanzichten van het hoofdgedeelte van het cassettelaadmechanisme die een reeks bedrijfsmodi illustreren van een positie waarin een cassette wordt ingebracht tot een positie waarin de cassette is verplaatst naar een gemonteerde positie via een induwpositie wanneer een magnetische band bevattende cassette geladen moet worden op een conventioneel cassettelaadmechanisme. In de figuren is met het verwijzingscijfer 1 een registreermediumcassette aangeduid die bijvoorbeeld een magnetische band bevat en, hoewel dit geïllustreerd is, is voorzien van een schuiver voor het openen en sluiten van een afdekking. Met het verwijzingscijfer 2 is een cassettehouder aangeduid met een doosvormige dwarsdoorsnede voor het vasthouden van de cassette 1, zoals het duidelijkst blijkt uit fig. 4, en die op een voorrand is voorzien van een paar pallen 2a voor het aangrijpen en verschuiven van de schuiver op de cassette 1. Met het verwijzingscijfer 3 zijn geleidepennen aangeduid die aan weerszijden van de cassettehouder 2 zijn aangebracht. Met het verwijzingscijfer 4 is een frame aangeduid met een U-vormige dwarsdoorsnede dat is voorzien van (niet weergegeven) geleidegaten in de respectieve zijgedeelten 4a voor het geleiden van de geleidepennen 3. Met het verwijzingscijfer 5 is een hefboom of een detecteerorgaan aangeduid dat draaibaar om de as 6 is gedragen bij de diepere zijde van het frame 4, en die is voorzien van een booggedeelte 5a welke een nokfunctie uitvoert, en een aangrijpgedeelte dat kan aangrijpen met de cassette 1. Met het verwijzingscijfer 7 is een voorspanorgaan of een veer aangeduid die is opgesteld tussen het frame 4 en de hefboom 5 om de hefboom 5 voor te spannen in een niet-bediende positie. Met het verwijzingscijfer 8 is een detecteerelement of startschakelaar aangeduid die is opgesteld in de nabijheid van een hoekgedeelte van de boog 5A van de hefboom 5 om bediend te worden in overeenstemming met de beweging van de hefboom 5 om het cassettelaadmechanisme te sturen.
Bij het conventionele cassettelaadmechanisme van de bovenbeschreven constructie grijpt, wanneer de cassette 1 wordt ingebracht in de cassettehouder 2 in de richting van de pijl A, de schuiver van de cassette 1 aan op de pallen 2a van de cassettehouder 2 om de schuiver te bewegen in een vrijgemaakte positie, zodat de cassette wordt gebracht in een positie waarin zijn deksel geopend kan worden. Aangezien de voorrand van de cassette 1, gezien in de inbrengrichting, nog niet de punt van de hefboom 5 duwt om deze te roteren, wordt in deze positie de cassette 1 binnen de cassettehouder 2 vastgehouden met de startschakelaar 8 of het detecteerelement nog niet bediend. Deze positie wordt aangeduid als een cassette-inbrengpositie.
Wanneer de cassette 1 verder naar voren wordt geduwd vanuit de in fig. 1 getoonde inbrengpositie in de richting van de pijl A wordt de cassette 1 bewogen tegen de voorspankracht van de (niet-weergegeven veer) die de cassettehouder 2 voorspant in de richting tegenovergesteld aan de inbrengrichting van de cassette 1, naar de in fig. 2 geïllustreerde induwpositie waarin de cassette 1 is geduwd binnen het cassettelaadmechanisme samen met de cassettehouder 2 voorbij de in fig. 1 geïllustreerde inbrengpositie. In deze positie duwt de voorrand van de cassette 1 tegen het aangrijpgedeelte van de hefboom 5 om de hefboom 5 rechtsom te draaien en wordt de startschakelaar 8 omgezet naar de bediende positie door het nokoppervlak 5a van de hefboom 5.
Aldus detecteert de startschakelaar 8 dat de rotatiepositie van de hefboom 5 of de positie van de casette 1 is veranderd van de inbrengpositie naar de ingeduwde positie, waarop een niet-weergegeven aandrijfeenheid wordt bekrachtigd om de cassettehouder 2 met de cassette 1 daarin dieper in het frame 4 te bewegen tot het een voorafbepaalde, in fig. 3 geïllustreerde, montagepositie bereikt. Wanneer de cassettehouder 2 wordt geplaatst in de montagepositie, wordt deze bewogen in de richting vanaf de voorzijde naar de achterzijde van het vlak van tekening en tijdens deze beweging wordt het (niet-weergegeven) deksel van de cassette 1 geopend.
Bij het conventionele cassettelaadmechanisme met de bovenbeschreven constructie wordt de detectie van de positie van de cassette bereikt door te veroorzaken, dat het enkele aangrijpgedeelte van de hefboom 5 van het detecteerorgaan aangrijpt op het centrale gedeelte van de voorrand van de cassette 1. De cassette 1 is ingericht om bewogen te worden naar een voorafbepaalde montagepositie op de basis van de resultaten van een dergelijke detectie. Echter, zelfs wanneer de cassette 1 scheef wordt ingebracht ten opzichte van de cassettehouder 2, zoals geïllustreerd in fig. 5, raakt het hoekgedeelte la van de cassette 1 het uiteinde van de hefboom 5 en roteert deze. Deze rotatie wordt gedetecteerd door de startschakelaar 8 en aldus wordt de aandrijfeenheid voor het aandrijven van de cassettehouder 2 naar de voorafbepaalde montagepositie bekrachtigd met de cassette niet korrekt ingebracht. Wanneer de cassette 1 en de cassettehouder 2 onder dergelijke omstandigheden worden bewogen, zullen zij samenwerken met de componenten van het cassettelaadmechanisme tijdens de beweging en aldus op nadelige wijze het mechanisme en de cassette 1 beschadigen.
De onderhavige uitvinding beoogt de bovengenoemde problemen op te lossen en heeft tot doel het verschaffen van een cassette-detecteerinrichting voor een cassettelaadmechanisme waarbij een foutieve bediening van de cassettehouder voorkomen kan worden wanneer een cassette niet korrekt is ingebracht in de cassettehouder.
Daartoe verschaft de onderhavige uitvinding een cassette-detecteerinrichting voor gebruik met een cassettelaadmechanisme dat een frame en een beweegbaar op het frame opgestelde cassettehouder omvat, voor het detecteren van de positie van de cassette ten opzichte van het frame voor het besturen van de werking van het cassettelaadmechanisme, welke cassette beweegbaar is tussen een inbrengpositie waarin de cassette is ingebracht in en vastgehouden binnen de cassettehouder en een induwpositie waarin de cassette samen met de casettehouder is geduwd voorbij de inbrengpositie in de cassettelaadinrichting, welke cassette-detecteerinrichting een detecteerorgaan omvat dat beweegbaar is gedragen op het frame, welk detecteerorgaan beweegt naar een onbediende positie wanneer de cassette zich in de inbrengpositie bevindt en naar een bediende positie, door te worden aangegrepen en geduwd door een voorrand van de cassette wanneer de cassette zich in de induwpositie bevindt, waarbij is voorzien in voorspanorganen om het detecteerorgaan voor te spannen in de onbediende positie, en een detecteerelement dat bedienbaar is in respons op de beweging van het detecteerorgaan voor het besturen van de cassettelaadinrichting, welke cassette-detecteerinrichting wordt gekenmerkt doordat het detecteerorgaan aangrijpgedeelten omvat voor aangrijping met de voorrand van de cassette bij twee op afstand van elkaar gelegen posities, welke aangrijpgedeelten een ruimte daartussen definiëren voor het daarin ontvangen van een hoekgedeelte van de cassette wanneer de cassette niet korrekt wordt vastgehouden binnen de cassettehouder en voor het onwerkzaam maken van het detecteerorgaan in de bediende positie. In een voorkeursuitvoeringsvorm is het detecteerorgaan beweegbaar gedragen op het frame in hoofdzaak evenwijdig aan de inbrengrichting van de cassette, of is het detecteerorgaan verbonden aan een uiteinde van een draaibaar aan het frame verbonden hefboom en is het detecteerorgaan werkzaam verbonden met de hefboom.
In een andere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het detecteerorgaan een eerste en een tweede hefboom die op een schaarachtige manier met elkaar zijn gekoppeld, waarbij elke hefboom bij een uiteinde is verbonden aan het frame, bij een middengedeelte draaibaar is verbonden, en bij het andere uiteinde het aangrijpgedeelte vormt.
Volgens de onderhavige uitvinding wordt de cassette niet gedetecteerd wanneer de cassette niet korrekt in de cassettehouder is ingebracht, hetgeen het mogelijk maakt te voorkomen dat de cassettehouder slecht funktioneert en wordt beschadigd of gebroken.
De uitvinding zal nader worden verduidelijkt door de hierna volgende beschrijving van voorkeursuitvoeringsvormen van de cassettedetecteerinrichting volgens de onderhavige uitvinding onder verwijzing naar de tekening, waarin: fig. 1 een schematisch bovenaanzicht is dat de inbrengpositie illustreert waarin de cassette is ingebracht binnen een cassettelaadmechanisme met een conventionele cassettedetecteerinrichting; fig. 2 een schematisch bovenaanzicht is dat de induwpositie illustreert waarin de cassette is ingeduwd in het cassettelaadmechanisme met de conventionele cassettedetecteerinrichting; fig. 3 een schematisch bovenaanzicht is dat de geladen positie illustreert waarin de cassette is geladen in het cassettelaadmechanisme met de conventionele cassettedetecteerinrichting; fig. 4 een perspectief aanzicht is dat de cassettehouder illustreert van het in de fig. 1 t/m 3 getoonde conventionele cassettelaadmechanisme; fig. 5 is een schematisch bovenaanzicht dat de toestand illustreert van de cassettedetecteerinrichting wanneer de cassette scheef is ingebracht in het in de figuren 1 t/m 3 geïllustreerde conventionele laadmechanisme; fig. 6 is een schematisch bovenaanzicht dat de inbrengpositie illustreert waarin de cassette is ingebracht in een cassettelaadmechanisme met een cassettedetecteerinrichting volgens de onderhavige uitvinding; fig. 7 is een schematisch bovenaanzicht dat de induwpositie illustreert waarin de cassette is ingeduwd in het cassettelaadmechanisme met de cassettedetecteerinrichting volgens de onderhavige uitvinding; fig. 8 een schematisch bovenaanzicht is dat de geladen positie illustreert waarin de cassette is geladen in het cassettelaadmechanisme met de cassettedetecteerinrichting volgens de onderhavige uitvinding; fig. 9 een schematisch bovenaanzicht is dat de toestand illustreert waarin de cassette scheef is ingebracht in de cassettehouder van het in de fig. 6 t/m 8 geïllustreerde cassettelaadmechanisme volgens de onderhavige uitvinding; fig. 10 een schematisch bovenaanzicht is dat de toestand illustreert waarin de cassette is ingeduwd vanuit de in fig. 9 geïllustreerde toestand; fig. 11 een schematisch bovenaanzicht is dat een andere uitvoeringsvorm illustreert van het cassettelaadmechanisme volgens de onderhavige uitvinding; en fig. 12 een schematisch bovenaanzicht is dat de toestand illustreert waarin de cassette is geladen in het cassettelaadmechanisme met de cassettedetecteerinrichting volgens de onderhavige uitvinding.
De fig. 6 t/m 8 zijn schematische bovenaanzichten van het hoofdgedeelte van het cassettelaadmechanisme, welke een reeks bedrijfsmodi illustreren van het inbrengen van de cassette naar de gemonteerde positie via een induwpositie wanneer een cassette 1, welke een magnetische band daarin bevat, geladen moet worden in het cassettelaadmechanisme met de casettedetecteerinrichting volgens de onderhavige uitvinding.
De cassette 1 is een publiek bekend registreermedium, en heeft een deksel dat geopend of gesloten kan worden voor de toegang tot en bescherming van de inwendige magnetische band, hoewel dit niet is geïllustreerd. De cassette 1 is ook voorzien van een (niet weergegeven) schuiver die beweegbaar is tussen een vergrendelde positie waarin het deksel niet geopend kan worden, en een vrijgegeven positie waarin het deksel geopend kan worden. De casettehouder 2 kan een publiek bekend type zijn, en heeft een doosvormige dwarsdoorsnede om de cassette 1 vast te houden, zoals het best geïllustreerd is in fig. 4, waarbij de cassettehouder 2 is voorzien van een paar klauwen 2a die de schuiver van de cassette 1 aangrijpen om deze te bewegen, en waarbij voorts geleidepennen 3 aan weerszijden van de cassettehouder 2 zijn aangebracht.
Het cassettelaadmechanisme omvat een frame 4 met een structuur die in hoofdzaak vergelijkbaar is met die welke publiekelijk bekend is. Het frame 4 is een orgaan met een in hoofdzaak U-vormige dwarsdoorsnede, en omvat zijwanden 4a waarin een (niet weergegeven) L-vormig geleidegat is gevormd voor het geleiden van de geleidepennen 3 van de cassettehouder 2, en een basisplaat 4b is verbonden tussen de twee zijwanden 4a.
In de basisplaat 4b van het frame 4, is een geleidegat 20 gevormd dat zich in hoofdzaak evenwijdig aan de bewegingsrichting van de cassette 1 uitstrekt, en een geleidepen 21 is ingebracht in het geleidegat 20 voor het steunen van een detecteerorgaan 22 dat in hoofdzaak evenwijdig aan de inbrengrichting van de cassette 1 beweegbaar is. Het detecteerorgaan 22 is beweegbaar gedragen op het frame 4 en is in een onbediende positie (fig. 6) gebracht wanneer de cassette 1 zich in een inbrengpositie (fig. 6) bevindt, en is in een bediende positie (fig. 7) gebracht wanneer de casette 1 zich in een induwpositie (fig. 7) bevindt, door de duwwerking van een voorrand van de cassette 1 gezien in de richting van het inbrengen daarvan in het cassettelaadmechanisme. Het detecteerorgaan 22 van deze uitvoeringsvorm is een integraal plaatorgaan met twee aangrijpgedeelten 23 die uitsteken van een in hoofdzaak rechthoekig hoofdlichaam. Deze aangrijpgedeelten 23 grijpen aan op de voorrand van de cassette 1 bij twee op afstand van elkaar gelegen posities in de richting evenwijdig aan de voorrand van de cassette 1. Tussen deze aangrijpgedeelten 23 is een ruimte 22a gedefinieerd. Deze ruimte 22a dient voor het ontvangen van een hoek la van de cassette 1 die uitsteekt uit de casettehouder 2 wanneer de cassette 1 niet op een juiste wijze binnen de cassettehouder 2 is vastgehouden, zodat de cassette 1 niet aangrijpt op het detecteerorgaan 22 en dat het detecteerorgaan 22 niet wordt bewogen naar de bediende positie (zie de fig. 9 en 10).
De cassettedetecteerinrichting voor een cassettelaadmechanisme omvat ook een voorspanorgaan 7, in de geïllustreerde uitvoeringsvorm een trekveer, om het detecteerorgaan 22 voor te spannen naar de onbediende positie van fig. 6, en een detecteerelement 8, dat in de geïllustreerde uitvoeringsvorm een nitroschakelaar is, voor het sturen van het cassettelaadmechanisme in respons op de beweging van het detecteerorgaan 22. In de geïllustreerde uitvoeringsvorm is het detecteerorgaan 22 door de veer 7 voorgespannen naar de onbediende positie via de detecteerhefboom 5 die bij een uiteinde door middel van een pen 6 is verbonden aan het frame 4 en bij het andere uiteinde met het detecteerorgaan 22 is verbonden door middel van een langwerpig gat 24 en een pen 25 op het detecteerorgaan 22. Op de detecteerhefboom 5 is een nok 5a gevormd zodat de rotatie van de detecteerhefboom 5 ten gevolge van het detecteerorgaan 22 kan worden gedetecteerd door de microschakelaar 8.
Bij het cassettelaadmechanisme met de bovenbeschreven constructie grijpt, wanneer de cassette 1 is ingebracht in de cassettehouder 2 in de richting van de pijl C zoals geïllustreerd in fig. 6, de (niet weergegeven) schuiver van de cassette 1 aan op de klauwen 2a van de cassettehouder 2 om bewogen te worden naar de vrijgegeven positie, waardoor het deksel van de cassette 1 geopend kan worden. In deze toestand heeft de voorrand van de cassette 1 nog niet het uiteinde van de detecteerhefboom 5 geduwd om deze te roteren, zodat de cassette 1 binnen de cassettehouder 2 wordt gehouden in de toestand waarin de startschakelaar 8, welke het detecteerelement 1, niet bediend is. Deze toestand wordt aangeduid als de cassette-inbrengpositie.
Wanneer de cassette 1 wordt geduwd in de richting van de pijl C voorbij de in fig. 6 getoonde inbrengpositie, wordt de cassette 1 bewogen tegen de voorspanwerking van de (niet weergegeven) veer welke de cassette 1 dwingt in de richting tegenovergesteld aan de cassette-inbrengrichting, waardoor de cassette 1 samen met de cassettehouder 2 wordt bewogen naar de in fig. 7 geïllustreerde induwpositie waarin de cassette 1 is ingeduwd voorbij de in fig. 6 geïllustreerde inbrengpositie.
In deze positie grijpt de voorrand van de cassette 1 aan op de twee aangrijpgedeelten 23 van het detecteerorgaan 22 om het detecteerorgaan 22 tegen de werking van de veer 7 in te duwen, in de fig. naar rechts, waardoor de detecteerhefboom 5 rechtsom wordt geroteerd om de startschakelaar 8 te verschuiven naar de bediende positie door het nokoppervlak 5a van de detecteerhefboom 5.
Op deze manier detecteert de startschakelaar 8 de rotatie van de detecteerhefboom 5, d.w.z. de positieverandering van de cassette 1 vanaf de inbrengpositie naar de induwpositie, waarop een niet-geïllustreerde aandrijfeenheid wordt bekrachtigd om de cassettehouder 2 met de cassette 1 dieper in het frame 4 te drijven tot zij zich in fig. 8 geïllustreerde gemonteerde positie bevinden. Tijdens de beweging van de cassettehouder 2 naar de gemonteerde positie wordt de cassettehouder 2 loodrecht op het vlak van de tekening bewogen, gedurende welke het (niet weergegeven) deksel van de cassette 1 open wordt geduwd door het aangegrepen stationaire aangrijpgedeelte, waardoor toegang tot de magnetische band mogelijk wordt.
Wanneer de cassette 1 in de cassettehouder 2 wordt ingebracht in een scheve of verdraaide positie zoals geïllustreerd in fig. 9, raken de klauwen 2a niet met de voorafbepaalde posities op de schuiver, zodat de schuiver gesloten blijft zonder de band bloot te stellen. Voorts, terwijl de cassette 1 is gestopt door de klauwen 2a in de scheve toestand zoals geïllustreerd in fig. 9, is het hoekgedeelte van de cassette 1 ontvangen in de tussen de aangrijpgedeelten 23 gedefinieerde ruimte 22a zonder het de schuifhefboomvormende detecteerorgaan 22 te raken en te duwen. Wanneer de cassette 1 verder wordt geduwd vanaf de in fig. 9 getoonde positie, wordt de cassettehouder 2 samen met de cassette 1 verder bewogen voorbij de in fig. 9 getoonde positie (welke correspondeert met de in fig. 6 getoonde inbrengpositie) door een voorafbepaalde positie tegen de in de richting tegenovergesteld aan de cassette-inbrengrichting werkende voorspanmiddelen tot deze diep in de in fig. 10 geïllustreerde induwpositie is bewogen. Ook in dit geval raakt het hoekgedeelte la van de cassette 1 geen enkel gedeelte van het detecteerorgaan 22, waardoor geen beweging van het detecteerorgaan 22 wordt veroorzaakt, waardoor wordt voorkomen dat de startschakelaar 8 wordt aangezet en de werking van het cassettelaadmechanisme start. Hierdoor wordt de incorrecte inbrenging van de cassette 1 onder de aandacht van de bedienende persoon gebracht en deze kan het inbrengen opnieuw proberen, waardoor schade aan de cassette 1 of het cassettelaadmechanisme voorkomen kan worden.
De fig. 11 en 12 illustreren een andere uitvoeringsvorm van de cassettedetecteerinrichting voor een cassettelaadmechanisme volgens de onderhavige uitvinding. In deze uitvoeringsvorm omvat het detecteerorgaan 30 een eerste hefboom 31 en een tweede hefboom 32, die gecombineerd in een schaarachtige koppeling elk met een uiteinde zijn verbonden aan het frame, bij een middelgedeelte draaibaar zijn gekoppeld en het aangrijpgedeelte vormen bij het andere uiteinde. De eerste detecteerhefboom 31 is een langwerpig orgaan die bij een uiteinde door een pen 6a draaibaar is verbonden aan het frame 4 en is voorzien van een nokgedeelte 31a vergelijkbaar met dat van het in de fig. 6 t/m 10 geïllustreerde detecteerorgaan 22 voor het bedienen van de microschakelaar 8.
Bij het andere uiteinde van de eerste detecteerhefboom 31 is een aangrijpgedeelte 33a gevormd voor aangrijping met de voorrand van de cassette 1, en in het centrale gedeelte is een langwerpig gat 34 gevormd. De tweede detecteerhefboom 32 is een langwerpig orgaan dat bij een uiteinde door een pen 6b draaibaar is verbonden met het frame 4. Bij het andere uiteinde is een aangrijpgedeelte 33b gevormd voor aangrijping met de cassette 1. Bij het centrale gedeelte is een pen 35 verschaft voor aangrijping met het langwerpige gat 34 van de eerste detecteerhefboom 31. Tussen de twee detecteerhefbomen 31 en 32 bevindt zich een ruimte 36 voor het ontvangen van het hoekgedeelte la van de cassette 1, zoals geïllustreerd in fig. 12, zodat de hefbomen niet worden bediend door het hoekgedeelte la.
Ook bij deze uitvoeringsvorm is de cassettedetecteerinrichting niet foutief werkzaam wanneer de cassette 1 onjuist is ingebracht.
Howel de onderhavige uitvinding is beschreven in termen van een uitvoeringsvorm van een cassette met een magnetische band daarin, is de onderhavige uitvinding evenzo toepasbaar op een cassette met een magnetische schijf of een optische schijf daarin.
Evenzo, hoewel de schakelaar voor het bekrachtigen van de aandrijfvermogensbron voor het aandrijven van de cassette naar de cassettelaadpositie in de bovenstaande beschrijving wordt bediend door het detecteerorgaan te verschuiven door de cassette handmatig in te duwen vanaf de inbrengpositie, kan het handmatig induwen van de cassette worden geëlimineerd door een speel/start-knop te verschaffen voor het bekrachtigen van de aandri j fvermogensbron.
Zoals is beschreven, omvat het detecteerorgaan van een cassettelaadmechanisme volgens de onderhavige uitvinding aangrijpgedeelten voor aangrijping met de voorrand van de cassette bij twee op onderlinge afstand gelegen posities, en is een ruimte gedefinieerd tussen de aangrijpgedeelten voor het daarin ontvangen van een hoekgedeelte van de cassette wanneer de cassette niet korrekt wordt vastgehouden binnen de cassettehouder en om te voorkomen dat het detecteerorgaan naar de bediende positie wordt bewogen, zodat, zelfs wanneer de cassette niet korrekt is ingebracht in de cassettehouder, voorkomen wordt dat het cassettelaadmechanisme foutief wordt bediend door het hoekgedeelte van de cassettehouder naar de cassettelaadpositie beweegt waardoor voorkomen kan worden dat de cassette of het cassettelaadmechanisme ontregeld raakt of beschadigd wordt.

Claims (4)

1. Cassettedetecteerinrichting, voor gebruik met een cassettelaadmechanisme met een frame en een beweegbaar op het frame opgestelde casse11ehouder, voor het detecteren van de positie van de cassette ten opzichte van het frame om de bediening van het cassettelaadmechanisme te sturen, welke cassette beweegbaar is tussen een inbrengpositie waarin de cassette is ingebracht en vastgehouden binnen de cassettehouder, en een induwpositie waarin de cassette samen met de cassettehouder is geduwd voorbij de inbrengpositie in de genoemde casettelaadinrichting; welke cassettedetecteerinrichting omvat: een detecteerorgaan dat beweegbaar op het frame is gedragen, naar een niet-bediende positie beweegt wanneer de cassette zich in de genoemde inbrengpositie bevindt en naar een bediende positie beweegt door te worden aangegrepen en geduwd door een voorrand van de cassette wanneer de cassette zich in de induwpositie bevindt; een voorspanorgaan voor het voorspannen van het detecteerorgaan naar de genoemde niet-bediende positie; en een detecteerelement dat in respons op de beweging van het detecteerorgaan werkzaam is om de cassettelaadinrichting te sturen; met het kenmerk, dat het detecteerorgaan aangrijpgedeelten omvat voor aangrijping met de voorrand van de cassette bij twee op onderlinge afstand gelegen posities, welke aangrijpgedeelten daartussen een ruimte definiëren voor het daarin ontvangen van een hoekgedeelte van de cassette wanneer de cassette onjuist wordt vastgehouden binnen de cassettehouder, en om te voorkomen dat het detecteerorgaan in de bediende positie wordt gebracht.
2. Cassettedetecteerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het detecteerorgaan in hoofdzaak evenwijdig aan de inbrengrichting van de cassette beweegbaar op het frame wordt gedragen.
3. Cassettedetecteerinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk dat het detecteerorgaan is verbonden met een uiteinde van een draaibaar met het frame hefboom, en dat het detecteerorgaan werkzaam is verbonden met de genoemde hefboom.
4. Casettedetecteerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het detecteerorgaan een eerste en een tweede hefboom omvat die op een schaarachtige manier met elkaar zijn gekoppeld en elk met een uiteinde aan het frame zijn verbonden, bij een middengedeelte draaibaar zijn verbonden, en het aangrijpgedeelte bij het andere uiteinde vormen.
NL8920519A 1989-04-25 1989-06-01 Cassettedetecteerinrichting voor cassettelaadmechanisme. NL194284C (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP10341589 1989-04-25
JP1103415A JPH0740396B2 (ja) 1989-04-25 1989-04-25 カセットローディング装置
PCT/JP1989/000552 WO1990013120A1 (en) 1989-04-25 1989-06-01 Cassette detector for cassette loading apparatuses
JP8900552 1989-06-01

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8920519A true NL8920519A (nl) 1991-04-02
NL194284B NL194284B (nl) 2001-07-02
NL194284C NL194284C (nl) 2001-11-05

Family

ID=14353415

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8920519A NL194284C (nl) 1989-04-25 1989-06-01 Cassettedetecteerinrichting voor cassettelaadmechanisme.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US5151835A (nl)
JP (1) JPH0740396B2 (nl)
DE (1) DE3991620C1 (nl)
NL (1) NL194284C (nl)
WO (1) WO1990013120A1 (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JP2663758B2 (ja) * 1991-08-28 1997-10-15 三菱電機株式会社 カセットローディング装置
JPH0581749A (ja) * 1991-09-20 1993-04-02 Hitachi Ltd カセツト挿入排出装置及びこれに用いるカセツト
US5637152A (en) * 1992-05-07 1997-06-10 Separation Oil Services, Inc. Soil washing apparatus and method
BE1007180A3 (fr) * 1993-05-12 1995-04-18 Staar Sa Dispositif permettant le chargement correct de cassettes dans un logement d'introduction d'appareils de lecture et/ou d'enregistrement.
JPH10247349A (ja) * 1997-03-03 1998-09-14 Sony Corp テープ再生及び/又は記録装置

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2441791A1 (de) * 1974-08-31 1976-03-18 Lenco Ag Kassettenhalterung fuer tonbandkassetten
DE3430452A1 (de) * 1984-08-18 1986-03-06 Standard Elektrik Lorenz Ag, 7000 Stuttgart Kassettenladeeinrichtung fuer einen kassettenrecorder mit einer betriebsruheschaltung
FR2578676A1 (fr) * 1985-03-08 1986-09-12 Pioneer Electronic Corp Appareil a plusieurs disques d'audiofrequences et a lecteur incorpores
JPS62243151A (ja) * 1986-04-16 1987-10-23 Mitsubishi Electric Corp カセツトテ−プレコ−ダ
EP0248908A1 (en) * 1985-11-22 1987-12-16 Sony Corporation Disk cartridge having shutter and a device for opening and closing the shutter
JPS6371970A (ja) * 1987-09-02 1988-04-01 Clarion Co Ltd カセットホルダー機構
US4796119A (en) * 1986-03-22 1989-01-03 Alps Electric Co., Ltd. Cassette loading apparatus for tape player

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1542882A (en) * 1975-03-20 1979-03-28 Matsushita Electric Ind Co Ltd Tape cassette machines
JPS5812162A (ja) * 1981-07-14 1983-01-24 Toshiba Corp カセツト自動装填装置
JPS5826361A (ja) * 1981-08-11 1983-02-16 Sony Corp カセツトロ−デイング機構
KR870003389Y1 (ko) * 1985-06-28 1987-10-15 주식회사 금성사 비디오 테이프 레코오더의 카세트 하우징
JPS62217459A (ja) * 1986-03-17 1987-09-24 Mitsubishi Electric Corp カセツト式記録再生装置
JPS6386140A (ja) * 1986-09-29 1988-04-16 Mitsubishi Electric Corp 磁気記録再生装置のカセツト着脱装置
NL8701279A (nl) * 1987-05-29 1988-12-16 Polygram Int Holding Combinatie van magneetbandcassetteapparaat, voorzien van een laadorgaan, en een magneetbandcassette, alsmede magneetbandcassetteapparaat behorende bij een dergelijke combinatie.
JPH01130356A (ja) * 1987-11-16 1989-05-23 Canon Inc カセット装着装置
US5053902A (en) * 1988-12-14 1991-10-01 Pioneer Electronic Corporation Device for preventing tape cassette from erroneous insertion into tape deck

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2441791A1 (de) * 1974-08-31 1976-03-18 Lenco Ag Kassettenhalterung fuer tonbandkassetten
DE3430452A1 (de) * 1984-08-18 1986-03-06 Standard Elektrik Lorenz Ag, 7000 Stuttgart Kassettenladeeinrichtung fuer einen kassettenrecorder mit einer betriebsruheschaltung
FR2578676A1 (fr) * 1985-03-08 1986-09-12 Pioneer Electronic Corp Appareil a plusieurs disques d'audiofrequences et a lecteur incorpores
EP0248908A1 (en) * 1985-11-22 1987-12-16 Sony Corporation Disk cartridge having shutter and a device for opening and closing the shutter
US4796119A (en) * 1986-03-22 1989-01-03 Alps Electric Co., Ltd. Cassette loading apparatus for tape player
JPS62243151A (ja) * 1986-04-16 1987-10-23 Mitsubishi Electric Corp カセツトテ−プレコ−ダ
JPS6371970A (ja) * 1987-09-02 1988-04-01 Clarion Co Ltd カセットホルダー機構

Non-Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 12, no. 114 (P-688)12 April 1988 & JP-A-62 243 151 ( MITSUBISHI ) *
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 12, no. 300 (P-745)16 Augustus 1988 & JP-A-63 071 970 ( CLARION ) *

Also Published As

Publication number Publication date
JPH02282969A (ja) 1990-11-20
JPH0740396B2 (ja) 1995-05-01
WO1990013120A1 (en) 1990-11-01
US5151835A (en) 1992-09-29
DE3991620C1 (nl) 1992-11-19
NL194284C (nl) 2001-11-05
NL194284B (nl) 2001-07-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CA1227281A (en) Disc player
EP0750300B1 (en) Disc cartridge loading apparatus
US6978467B1 (en) Auto-loading disk player
US6262959B1 (en) Disc cartridge
NL194284C (nl) Cassettedetecteerinrichting voor cassettelaadmechanisme.
EP1100083B1 (en) Disk player
US6667942B2 (en) Loading device for optical disk medium
JP2804814B2 (ja) フロントカバー開閉装置
EP0774755B1 (en) Magnetic recording-playback apparatus for cassettes of two different sizes
JP3155959B2 (ja) ディスクチェンジャーにおけるディスクロック機構
JP2504296B2 (ja) カセット収納装置
JP2677046B2 (ja) ディスクチェンジャー装置
JP2526420B2 (ja) カセットロ―ディング装置
US5889633A (en) Cassette tape drive having an improved mechanism for opening and closing a tape cassette lid
JPH05114197A (ja) 磁気記録再生装置のカセツト判別機構
JPH03119553A (ja) ケース装着・排出機構
JPH05101507A (ja) デイスクカートリツジ排出機構
JPS61150159A (ja) 磁気記録装置
JPS6122382B2 (nl)
JPH01138653A (ja) 光ディスク装置
JPH09265721A (ja) ディスクドライブ装置
JPH06267171A (ja) ディスク装置
JPH0562322A (ja) デイスク装置
JPH01306977A (ja) カードリーダライタ用カード抜け止め構造
JPH07320367A (ja) ディスク装置

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20070101