NL8900754A - Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel. - Google Patents

Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel. Download PDF

Info

Publication number
NL8900754A
NL8900754A NL8900754A NL8900754A NL8900754A NL 8900754 A NL8900754 A NL 8900754A NL 8900754 A NL8900754 A NL 8900754A NL 8900754 A NL8900754 A NL 8900754A NL 8900754 A NL8900754 A NL 8900754A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
stack
carrier
sheets
air
transport
Prior art date
Application number
NL8900754A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Oce Nederland Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Oce Nederland Bv filed Critical Oce Nederland Bv
Priority to NL8900754A priority Critical patent/NL8900754A/nl
Priority to KR1019900003494A priority patent/KR100188303B1/ko
Priority to EP90200701A priority patent/EP0390272B1/en
Priority to DE69019575T priority patent/DE69019575T2/de
Priority to US07/499,945 priority patent/US5050853A/en
Publication of NL8900754A publication Critical patent/NL8900754A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H3/00Separating articles from piles
    • B65H3/08Separating articles from piles using pneumatic force
    • B65H3/10Suction rollers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H3/00Separating articles from piles
    • B65H3/46Supplementary devices or measures to assist separation or prevent double feed
    • B65H3/48Air blast acting on edges of, or under, articles
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H3/00Separating articles from piles
    • B65H3/08Separating articles from piles using pneumatic force
    • B65H3/12Suction bands, belts, or tables moving relatively to the pile
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H2301/00Handling processes for sheets or webs
    • B65H2301/40Type of handling process
    • B65H2301/42Piling, depiling, handling piles
    • B65H2301/423Depiling; Separating articles from a pile
    • B65H2301/4232Depiling; Separating articles from a pile of horizontal or inclined articles, i.e. wherein articles support fully or in part the mass of other articles in the piles
    • B65H2301/42322Depiling; Separating articles from a pile of horizontal or inclined articles, i.e. wherein articles support fully or in part the mass of other articles in the piles from bottom of the pile

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Sheets, Magazines, And Separation Thereof (AREA)
  • Pile Receivers (AREA)

Description

Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het één voor één afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel vellen, omvattende een houder, voorzien van een drager en zijsteunen, voor een stapel vellen, waarbij middelen aanwezig zijn om lucht tegen de zijkant, gezien ten opzichte van de transportrichting van de vellen, van de stapel te blazen om ten minste tussen het onderste vel en de bovenliggende stapel een luchtlaag te creëren en waarbij transportmiddelen aanwezig zijn om het onderste vel af te voeren.
Een dergelijke inrichting is bekend uit US-A-4,579,330, waarin een inrichting wordt beschreven waarbij de drager vlak is, waarbij twee parallelle zijaanslagen aanwezig zijn, welke aan de naar elkaar toegerichte zijden zijn voorzien van een aantal blaasopeningen. Door lucht door deze openingen naar de zijden van de stapel te blazen, worden dunne luchtlagen gevormd tussen de onderste vellen van de stapel. Vervolgens wordt het onderste vel naar een draaibare zuigwals, welke is voorzien van gaten waarin een onderdruk is gecreëerd, getrokken, waarna het vel met behulp van deze wals van de stapel wordt afgevoerd.
Bij deze bekende inrichting ontstaan tijdens de luchttoevoer naar de stapel grote lekken aan de, gezien in de transportrichting, voorzijde en achterzijde van de vellen waardoor de toevoer van veel lucht noodzakelijk is om het onderste vel van de rest van de stapel te scheiden, hetgeen het gebruik van grote ventilatoren noodzakelijk maakt. Door de grote luchttoevoer is de geluidsproduktie van deze inrichting hoog. Bij een gering aantal af te voeren vellen ontstaan verder snel trillingen van de vellen in de houder, waardoor de scheiding van de vellen verslechterd wordt en de geluidsproduktie verder verhoogd wordt. Om te voorkomen dat meerdere vellen tegelijkertijd worden getransporteerd wordt een tegenhoudplaat gebruikt, welke ingesteld moet worden op de dikte van de te transporteren vellen. In de praktijk is ook gebleken dat in een dergelijke inrichting al bij een geringe vervorming van de zijrand van het direkt boven het onderste vel liggende vel dit vel niet van het onderste vel gescheiden wordt. Daarnaast is gebleken dat als in een dergelijke inrichting lucht niet over de volle lengte van de zijkanten van de vellen in de stapel wordt geblazen, de stapel tijdens de luchttoevoer naar boven doorgebogen wordt. Oe weerstand van de stapel tegen een dergelijke vervorming werkt hierbij de kracht uitgeoefend door de toegevoerde lucht tegen, zodat niet alleen het gewicht maar ook de buigweerstand van de stapel bovenliggende vellen invloed uitoefent op de gevormde luchtlaag, waardoor de invloed van de aard van de stapel op de betrouwbaarheid van de scheiding aanzienlijk is.
De uitvinding stelt zich tot doel een inrichting volgens de aanhef te verschaffen die de genoemde nadelen niet heeft. Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de drager dwars op de transportrichting van de vellen naar beneden is doorgebogen, de drager in de omgeving van het diepste gedeelte, onder ten minste een randgebied van een zijkant van een op te nemen stapel vellen, is voorzien van ten minste een opening waarin een onderdruk kan worden gecreëerd en de middelen voor het blazen van lucht tegen de zijkant van de stapel zo zijn opgesteld dat de luchtstroom over het diepste gedeelte van de drager wordt uitgeblazen.
Doordat in de omgeving van het diepste gedeelte van de drager lucht wordt geblazen naar de zijkant van de stapel, terwijl tegelijkertijd het onderste vel tegen de drager wordt aangezogen, ontstaat een luchtlaag tussen dit vel en de bovenliggende stapel en wordt deze stapel van het onderste vel gelicht, waardoor de wrijving tussen het onderste vel en de rest van de stapel verminderd wordt. Hierdoor kan het onderste vel storingsvrij getransporteerd worden en wordt bijvoorbeeld het tegelijk transporteren van meerdere vellen voorkomen. Omdat bij de inrichting volgens de uitvinding alleen het onderste vel doorbuigt en de stapel min of meer onvervormd blijft heeft de buigweerstand van de stapel vrijwel geen invloed op de luchtlaag en kan bij bijvoorbeeld verschillende stapel gewichten, verschillende stapel hoogtes en verschillende stijfheden van vellen, binnen ruime grenzen, een goede scheiding van het onderste vel van de bovenliggende stapel plaatsvinden, zonder aanpassing van de hoeveelheid ingeblazen lucht.
Bij voorkeur is de drager in de omgeving van het diepste gedeelte, onder de randgebieden van beide zijkanten van een op te nemen stapel vellen, voorzien van ten minste een opening waarin een onderdruk kan worden gecreëerd en zijn de middelen voor het blazen van lucht tegen de zijkant van de stapel zo opgesteld dat de luchtstroom over het diepste gedeelte van de drager tegen beide zijkanten van de stapel wordt gebla- zen. Hierdoor worden bij het blazen de op de vellen uitgeoefende krachten gelijkmatiger verdeeld zodat een verbetering van de betrouwbaarheid van de inrichting wordt bereikt.
Om de scheiding van het onderste vel van de bovenliggende stapel verder te verbeteren is de drager bij voorkeur tussen de voorrand en het midden, gezien in de transportrichting, naar beneden doorgebogen. Bij het inblazen van lucht in de omgeving van het diepste gedeelte van dit deel van de drager ontstaat aan de voorzijde tussen de bovenliggende stapel en het onderste vel een luchtlaag zodat het kon-takt tussen de voorrand van het onderste vel en de voorrand van de stapel verminderd wordt.
In een verdere uitvoeringsvorm is de drager dwars op de transportrichting naar beneden doorgeknikt, waarbij het voorste gedeelte van de drager met het achterste gedeelte een stompe hoek maakt. Bij voorkeur is deze hoek 150 - 175°. Bij aanzuiging van het onderste vel tegen de drager zal dit vel de knik in de drager beter volgen dan de bovenliggende stapel zodat tussen dit vel en de stapel ter plaatse van de knik een opening ontstaat. Bij het inblazen van lucht in de omgeving van de knik in de zijkanten van de stapel zal de luchtlaag hierdoor in hoofdzaak in de omgeving van de knik tussen het onderste vel en de bovenliggende stapel ontstaan.
Er zijn ook inrichtingen bekend waarbij aan de voorzijde van de stapel, gezien in de transportrichting van de vellen, lucht in de stapel wordt geblazen. Tegenover deze inrichtingen heeft de inrichting volgens de uitvinding het voordeel dat zij door eenvoudige verplaatsing van een of beide zijsteunen binnen zekere grenzen geschikt te maken is voor de verwerking van verschillende formaten. Bij toepassing van de inrichting volgens de uitvinding op een elektrofotografisch kopieerapparaat, om meermalen een set dokumenten vel voor vel af te voeren naar de belichtingsruit van het apparaat, waarna de vellen gereproduceerd worden en vervolgens weer in de houder worden afgelegd, heeft deze inrichting bovendien het voordeel dat de afleg van de vellen niet tegen de luchtstroom in gebeurt zodat de vellen weer snel goed gepositioneerd op de stapel tot rust komen.
Andere kenmerken en voordelen van de uitvinding zullen duidelijk worden uit de hierna volgende beschrijving waarbij verwezen wordt naar de bijbehorende tekeningen, waarvan:
Fig. 1 schematisch een eerste uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding weergeeft,
Fig. 2 schematisch een tweede uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding weergeeft,
Fig. 3 schematisch in zijaanzicht het lichten van de stapel met behulp van een inrichting volgens Fig. 1 of 2 met een naar beneden doorgeknikte drager weergeeft,
Fig. 4a tot en met 4d elk schematisch in zijaanzicht een andere uitvoeringsvorm van de drager weergeeft,
Fig. 5 schematisch in bovenaanzicht een verdere uitvoeringsvorm van de drager weergeeft,
Fig. 6a schematisch in bovenaanzicht en Fig. 6b in zijaanzicht een transportorgaan met een beweegbare eindloze band weergeeft, zoals toegepast in de uitvoeringsvormen volgens Fig. 1 en 2.
De inrichting volgens Fig. 1 omvat een houder voor een stapel vellen met een naar beneden doorgebogen drager 1 en met als zijsteun een zijwand 2 waaraan een op een luchttoevoerbron aansluitbaar lucht-toevoerkanaal 3 is bevestigd, hetwelk uitkomt in een blaasopening 4, in de omgeving van het diepste gedeelte van de houder, waardoor de lucht, loodrecht op de transports chting van de vellen en parallel aan de drager, naar een zijkant van de stapel wordt geblazen. De houder is verder voorzien van een tweede zijwand 5 en een achterwand 6 welke voorzien is van openingen 6a.
In de omgeving van de blaasopening 4 is de drager 1 voorzien van een opening 10 via welke opening het onderste vel ter plaatse van deze blaasopening 4 naar de drager 1 wordt aangezogen. Deze opening 10 is uitgevoerd als een sleuf welke zich uitstrekt nabij het gebied waar effektief in de stapel wordt ingeblazen en bevindt zich in de omgeving van een zijrand van het vel zodat voorkomen wordt dat de in de stapel geblazen lucht tussen het onderste vel en de drager 1 wordt geblazen.
In de in Fig. 2 weergegeven uitvoeringsvorm zijn beide zijwanden 2, 5 van de houder in de omgeving van het diepste gedeelte van de drager 1 voorzien van een op een luchttoevoerbron aansluitbaar lucht-toevoerkanaal 3. Beide zijwanden 2, 5 zijn nabij het diepste gedeelte van de drager 1 voorzien van een blaasopening 4 waarin het lucht-toevoerkanaal 3 uitmondt. De drager 1 is in de omgeving van beide blaasopeningen 4 voorzien van een blaasopening 10 .
Door het inblazen van lucht in de stapel ontstaat, zoals in Fig. 3 is weergegeven, een luchtlaag 7 tussen het tegen de drager 1 aangezogen onderste vel 8 en de rest van de stapel 9.
In alternatieve uitvoeringsvormen van de inrichting volgens de uitvinding kan de drager 1 op andere manieren naar beneden doorgebogen zijn. Enkele vormen zijn weergegeven in Fig. 4a-4d. Het moge voor de vakman duidelijk zijn dat meerdere vormen bruikbaar zijn in de inrichting volgens de uitvinding en dat de uitvinding niet beperkt is tot de in deze figuren weergegeven vormen.
De in Fig. 5 weergegeven uitvoeringsvorm van een drager 1 is naar beneden doorgeknikt op de plaats aangegeven door de lijn I-I waarbij de hoek tussen het voorste deel van deze plaat en het achterste deel 168° is. De drager 1 is in de omgeving van de knik nabij de zijwanden voorzien van meerdere openingen 12 die dezelfde funktie hebben als de openingen 10 in de uitvoeringsvormen volgens Fig. 1 en 2.
De drager 1 is in deze uitvoeringsvorm in de omgeving van het midden, gezien in de transportrichting van de vellen, voorzien van openingen 13 waarin een onderdruk kan worden gecreëerd. De drager 1 is tevens voorzien van een uitsparing 15 voor een transportorgaan 16, dat dient om het onderste vel af te voeren.
Het transportorgaan 16, zoals weergegeven in de figuren 1,2,6a en 6b omvat een beweegbare eindloze berubberde band 17 welke is voorzien van openingen 20 waarin een onderdruk kan worden gecreëerd. De berubberde band 17 loopt over twee walsen 18 en over een zuigdoos 19 welke binnen de omtrek van de band 17 aanwezig is. De zuigdoos 19 is verbonden met een niet afgebeelde vakuuminrichting waarmee een onderdruk in de openingen 20 kan worden gecreëerd.
Om het onderste vel af te kunnen voeren moet door de band 17 een zodanige kracht op het onderste vel worden uitgeoefend dat de wrijving van dit vel met enerzijds de drager 1 en anderzijds het direkt boven dit vel liggende vel wordt overwonnen. De kracht die de band 17 op het onderste vel uitoefent hangt onder meer af van de wrijvingskoëfficient tussen de band 17 en het te transporteren vel, de onderdruk in de zuigdoos 19 en het effektieve zuigoppervlak. Het effektieve zuigoppervlak is het werkzame oppervlak waar de onderdruk zich bevindt en hangt onder meer af van de ruwheid van de band 17 en van het te transporteren vel, van de grootte van de openingen 20 en het gatenpatroon in de band 17 en van de grootte van de zuigdoos 19 onder de band 17. Het kan gunstig zijn om de openingen 20 in de band 17 aan de naar de vellen gerichte zijde wijder te maken dan aan de tegenoverliggende zijde, zodat met behoud van de stevigheid van de band 17 het effektieve zuigoppervlak wordt vergroot. In plaats van het transportorgaan 16 kunnen ook andere voor dit doel bekende transportorganen worden gebruikt. Onder meer kan gebruik worden gemaakt van een wrijfrol of van een zuigwals zoals bekend uit US-A-4,579,330, maar vanwege zijn groter effektief zuigoppervlak heeft het transportorgaan 16 volgens de figuren 6a en 6b de voorkeur.
De zijsteunen behoeven niet te bestaan uit zijwanden die zich langs de gehele zijkant van de stapel uitstrekken, zoals weergegeven in de figuren 1 en 2, maar kunnen onder meer ook zijn uitgevoerd als zijaanslagen tegen een gedeelte van de stapel of als paspinnen, waarbij, nabij het gedeelte waar de drager het diepst is, een of meerdere 1uchttoevoerkanalen zijn aangebracht uitkomend in blaasopeningen welke naar de stapel zijn gericht. Het is niet noodzakelijk dat de zijsteunen direkt op de stapel aansluiten.
De inrichting kan gebruikt worden bij een elektrofotografisch kopieerapparaat om meermalen een set dokumenten vel voor vel af te voeren naar de belichtingsruit van het apparaat, waarna de vellen gereproduceerd worden en vervolgens weer in de houder worden afgelegd. Het is hierbij gewenst dat, ter bevordering van een goede positionering van de op de stapel af te leggen vellen en van een goede scheiding, de houder, gezien in de transportrichting, zodanig is geplaatst dat de voorrand van de drager 1 hoger ligt dan de achterrand.
Binnen zekere grenzen kan de inrichting, door een of twee zijsteunen verplaatsbaar uit te voeren, gebruikt worden voor het afvoeren van vellen van verschillende formaten. Voor dit doel kan ook de achterwand verplaatsbaar worden uitgevoerd.
De werking van de hiervoor beschreven inrichting is als volgt.
Door een onderdruk te creëren in de diverse openingen in de drager 1 en de transportband 17 en in de omgeving van het diepste gedeelte van de drager lucht te blazen tegen de zijkant van de stapel wordt het onderste vel tegen de drager aangezogen en ontstaat, doordat de voor-en achterzijde van de stapel dank zij het eigen gewicht van de stapel als afdichting funktioneren, een luchtlaag of luchtkamer tussen dit vel en de bovenliggende stapel. Door de druk uitgeoefend door de lucht in deze luchtlaag wordt de bovenliggende stapel van het onderste vel gelicht waardoor de wrijving tussen het onderste vel en de rest van de stapel verminderd wordt. De grootte en de vorm van de ruimte tussen het onderste vel en de rest van de stapel wordt onder meer beïnvloed door de vorm van de drager, de plaats waar de lucht ingeblazen wordt, het aantal blaasopeningen 4 in de zijwanden 2, 5, de vorm van deze blaasopeningen 4, de richting waarin de lucht geblazen wordt, de hoeveelheid lucht die in de stapel geblazen wordt, de luchtsnelheid, en de aanwezigheid van lekopeningen waardoor lucht uit de stapel kan ontsnappen. Afhankelijk van de uitvoering van de inrichting kan de vakman door eenvoudig experimenteren tot de voor een goede scheiding benodigde kombinatie van luchtsnelheid, ingeblazen hoeveelheid lucht en blaasrichting komen. Op het moment dat de luchtlaag tussen het onderste vel en de bovenliggende stapel gevormd is wordt het onderste vel met behulp van het transportorgaan 16 afgevoerd. Het is hierbij bijzonder gunstig het onderste vel met een grote versnelling onder de stapel weg te trekken. Het direkt boven dit onderste vel liggende vel blijft dan door massatraagheid achter. Goede resultaten kunnen worden bereikt met een versnelling vanaf ca. 30 m/s^. Als de drager, zoals in Fig. 5 is weergegeven, in de omgeving van het midden, gezien in de transportrichting van de vellen, is voorzien van openingen 13 waarin een onderdruk kan worden gecreëerd, kan na het wegtrekken van het onderste vel van deze openingen 13 de tussen het vel en de bovenliggende stapel aanwezige lucht worden afgevoerd, zodat het direkt boven dit vel liggende vel snel naar de drager wordt getransporteerd, waarna dit vel ter plaatse van de openingen waarin een onderdruk aanwezig is tegen de drager wordt aangezogen. Nadat het onderste vel uit de houder is afgevoerd wordt de aandrijving van het transportorgaan 16 gestopt. Het kost enige tijd voordat een nieuwe luchtlaag tussen het volgende tegen de drager aangezogen vel en de stapel onstaan is en het volgende vel getransporteerd kan worden. Deze tijd is onder meer afhankelijk van de ingeblazen hoeveelheid lucht, de luchtsnelheid en de stijfheid van de vellen. Hierbij wordt opgemerkt dat tijdens het één voor één afvoeren van vellen de onderdruk in de diverse openingen van de drager, de onderdruk in de zuigdoos 19, welke binnen de omtrek van de transportband 17 aanwezig is, en de luchttoevoer naar de stapel gehandhaafd kunnen blijven.

Claims (7)

1. Inrichting voor het één voor één afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel vellen, omvattende een houder, voorzien van een drager, voor een stapel vellen, waarbij middelen aanwezig zijn om lucht tegen de zijkant, gezien ten opzichte van de 5 transportrichting van de vellen, van de stapel te blazen om ten minste tussen het onderste vel en de bovenliggende stapel een luchtlaag te creëren en waarbij transportmiddelen aanwezig zijn om het onderste vel af te voeren, met het kenmerk, dat de drager (1) dwars op de transportrichting van de vellen naar beneden is doorgebogen, de drager (1) in de omgeving van het diepste gedeelte, onder de op te nemen stapel vellen, nabij ten minste een zijkant is voorzien van ten minste een opening (10) waarin een onderdruk kan worden gecreëerd en de middelen voor het blazen van lucht tegen de zijkant van de stapel zo zijn opgesteld dat de luchtstroom over het diepste gedeelte van de drager (1) wordt uitgeblazen.
2. Inrichting volgens konklusie 1, met het kenmerk, dat de drager (1) in de omgeving van het diepste gedeelte, onder de op te nemen stapel vellen, nabij beide zijkanten is voorzien van ten minste een opening (10) waarin een onderdruk kan worden gecreëerd en de middelen voor het blazen van lucht tegen de zijkant van de stapel zo zijn opgesteld dat de luchtstroom over het diepste gedeelte van de drager (1) tegen beide zijkanten van de stapel wordt geblazen.
3. Inrichting volgens een der voorgaande konklusies, met het kenmerk, dat de openingen (10) zich op zichzelf of gezamenlijk ten minste uitstrekken nabij het gebied waar effektief lucht in de stapel wordt geblazen.
4. Inrichting volgens een der voorgaande konklusies, met het kenmerk, dat het deel van de drager (1) tussen de voorrand en het midden, gezien in de transportrichting, naar beneden doorgebogen is.
5. Inrichting volgens een der voorgaande konklusies, met het kenmerk, dat de drager (1) naar beneden doorgeknikt is en het voorste deel van de drager (1) , gezien in de transportrichting, met het achterste deel een stompe hoek maakt.
6. Inrichting volgens konklusie 5, met het kenmerk, dat, gezien in de transportrichting, het voorste deel van de drager (1) met het achterste deel een hoek maakt van 150 - 175 .
7. Inrichting volgens een der voorgaande konklusies, met het kenmerk, dat de drager (1) is voorzien van verdere openingen (13) waarin een onderdruk kan worden gecreëerd.
NL8900754A 1989-03-28 1989-03-28 Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel. NL8900754A (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8900754A NL8900754A (nl) 1989-03-28 1989-03-28 Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel.
KR1019900003494A KR100188303B1 (ko) 1989-03-28 1990-03-15 복사기용시이트적층체의저면시이트배출장치
EP90200701A EP0390272B1 (en) 1989-03-28 1990-03-26 A device for discharging sheets from the bottom of a stack
DE69019575T DE69019575T2 (de) 1989-03-28 1990-03-26 Vorrichtung zum Aufnehmen von Bögen von der Unterseite eines Stapels.
US07/499,945 US5050853A (en) 1989-03-28 1990-03-27 Device for discharging sheets from the bottom of a stack

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8900754 1989-03-28
NL8900754A NL8900754A (nl) 1989-03-28 1989-03-28 Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8900754A true NL8900754A (nl) 1990-10-16

Family

ID=19854367

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8900754A NL8900754A (nl) 1989-03-28 1989-03-28 Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US5050853A (nl)
EP (1) EP0390272B1 (nl)
KR (1) KR100188303B1 (nl)
DE (1) DE69019575T2 (nl)
NL (1) NL8900754A (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL9400396A (nl) * 1994-03-14 1995-10-02 Oce Nederland Bv Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel.

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JP2702598B2 (ja) * 1990-09-28 1998-01-21 シャープ株式会社 電子写真装置
NL9002121A (nl) * 1990-09-28 1992-04-16 Oce Nederland Bv Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel.
US5246220A (en) * 1990-12-14 1993-09-21 Fuji Photo Film Co., Ltd. Sheet feeding device
DE4130564A1 (de) * 1991-09-13 1993-03-18 Agfa Gevaert Ag Vorrichtung zum fuehren von fotografischen filmen
US5634634A (en) * 1995-03-06 1997-06-03 Eastman Kodak Company Vacuum corrugated duplex tray having oscillating side guides
US6742779B2 (en) * 2000-04-11 2004-06-01 Drs Digitale Repro Systeme Gmbh Automatic document transport method and device using suction to retain unfed documents during feeding
US6439567B1 (en) 2000-10-12 2002-08-27 Nbs Card Technology Card guide and card picker
US7204483B2 (en) * 2003-05-08 2007-04-17 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Sheet media input tray
WO2010093962A2 (en) * 2009-02-13 2010-08-19 Muller Martini Mailroom Systems, Inc. Vacuum hold down for feeder tray

Family Cites Families (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CA698520A (en) * 1964-11-24 The Deritend Engineering Company Limited Pneumatic bottom sheet feeder
US2812178A (en) * 1953-05-11 1957-11-05 Dux Ab Sheet feeding apparatus
US3099442A (en) * 1961-04-11 1963-07-30 American Can Co Method and apparatus for feeding sheet material
NL295216A (nl) * 1962-07-12 1900-01-01
FR1460465A (fr) * 1965-12-15 1966-11-25 Marius Martin Margeur
SE355554B (nl) * 1971-08-24 1973-04-30 Galco Dux Ab
GB1412596A (en) * 1972-05-25 1975-11-05 Simon Ltd Henry Mechanism for feeding cardboard or like blanks
US3782716A (en) * 1972-06-29 1974-01-01 Digi Data Corp Device for selecting data cards
FR2219665A5 (nl) * 1973-02-28 1974-09-20 Bertin & Cie
US3947018A (en) * 1974-12-19 1976-03-30 Xerox Corporation Universal feeder-stacker
US4014537A (en) * 1975-11-28 1977-03-29 Xerox Corporation Air floatation bottom feeder
US4462586A (en) * 1981-11-02 1984-07-31 Xerox Corporation Sheet feeding apparatus
DE3447331A1 (de) * 1984-12-24 1986-06-26 Mathias Bäuerle GmbH, 7742 ST. Georgen Pneumatischer bogenanleger
US4616815A (en) * 1985-03-05 1986-10-14 Vijuk Bindery Equipment, Inc. Automatic stacking and folding apparatus
NL8502185A (nl) * 1985-08-05 1987-03-02 Oce Nederland Bv Bladafvoerinrichting.
US4887805A (en) * 1988-03-10 1989-12-19 Xerox Corporation Top vacuum corrugation feeder

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL9400396A (nl) * 1994-03-14 1995-10-02 Oce Nederland Bv Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel.
US5620176A (en) * 1994-03-14 1997-04-15 Oce-Nederland, B.V. Sheet discharging apparatus

Also Published As

Publication number Publication date
EP0390272B1 (en) 1995-05-24
EP0390272A1 (en) 1990-10-03
DE69019575T2 (de) 1996-01-11
DE69019575D1 (de) 1995-06-29
KR100188303B1 (ko) 1999-06-01
US5050853A (en) 1991-09-24
KR900014942A (ko) 1990-10-25

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5636833A (en) Apparatus for the underlap imbricated feeding of sheet-like printing substates to a printing machine and method
NL8900754A (nl) Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel.
JPH0155172B2 (nl)
JP3223938U (ja) シート用の搬送ベルトを備える印刷機
JPH11217130A (ja) 柔軟で扁平な物品、特に紙葉、厚紙全紙、金属薄板等を 分離するための方法及び方法の実施のための装置
US6929258B2 (en) Sheet feeder and sheet feeding method
EP0132150B1 (en) Vacuum transfer conveyor
NL9002121A (nl) Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel.
JPS61254438A (ja) 給紙装置
US3941373A (en) Floating gate sheet separator
JP3560673B2 (ja) トップシートフィーディング装置
NL9400396A (nl) Inrichting voor het afvoeren van vellen vanaf de onderzijde van een stapel.
JP3949813B2 (ja) 印刷機の排紙搬送装置
JP3564229B2 (ja) シート搬送装置
JPS6019630A (ja) 給紙装置
JP3620198B2 (ja) 紙葉類の分離装置
JPH034463B2 (nl)
JPH0934199A (ja) 複写装置
JP2001039556A (ja) 給紙装置
JPS61217461A (ja) 印刷装置の排紙案内装置
JPH1035927A (ja) シート給送装置及びシート処理装置
RU2611147C1 (ru) Устройство для извлечения листов и аппарат для обработки листов
JP2024027194A (ja) 袋供給装置
JPH0521808B2 (nl)
JP2021028255A (ja) シート供給装置

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed