NL8602981A - Anti-slip band. - Google Patents

Description

*-ir * t - 1 -

Anti-slip band. ^

De uitvinding heeft betrekking op een anti-slip band cm te voorkomen dat een band wegslipt zoals in het bijzonder ten gevolge van op de weg liggende sneeuw, ijzel, tijdens sneeuw- of regenval terwijl het voertuig rijdt.

5 Om het slippen van banden te voorkomen wordt tot nu toe gebruik gemaakt van sneeuwkettingen of spijkerbanden. Sneeuwkettingen zijn lastig aan te brengen en spijkerbanden mogen slechts zeer beperkt worden gebruikt in verband met de mogelijkheid van vernieling van het wegdek.

10 Het is bekend dat een waterfilm zal worden ge vormd tussen het rubber van een band en het wegoppervlak, terwijl er bij de bekende banden een grens is aan de verbetering van het rubber van de band.

De uitvinding beoogt nu een anti-slip band te 15 verschaffen waarbij met dit standpunt rekening is gehouden en die geschikt is om te worden gebruikt bij sneeuwval. De uitvinding beoogt een band te verschaffen die een zekere hechting biedt met samengedrukte sneeuw of met ijzel door het absorberen van water.

20 Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een anti-slip band waarvan het loopvlak een zeker water absorberend vermogen bezit waardoor een oorzaak van slippen zal worden weggenomen terwijl gevallen sneeuw zal worden samengedrukt.

25 Een verder doel van de uitvinding is het ver schaffen van een anti-slip band die een zekere binding en adhesie bezit ten opzichte van een beijzeld of besneeuwd oppervlak voor het effectief voorkomen van slippen van de band tijdens het rijden van het voertuig en het afremmen 30 daarvan, terwijl het op gang komen van het voertuig wordt vergemakkelijkt.

De bovengenoemde doeleinden worden volgens de uitvinding bereikt door een band waarin een vezelig materiaal, vervaardigd uit plantaardige, dierlijke, synthe-35 tische vezels of dergelijke, wordt gebundeld en uitgehard voor het vormen van een aantal kleine anti-slip stukken met een bepaalde doorsnede op zodanige wijze dat de kleine 8602981 ? * - 2 - stukken zijn opgenomen in het loopvlak van de band en het doorsnede-oppervlak van het vezelmateriaal naar buiten toe is gericht.

Overeenkomstig deze constructie worden een aantal 5 kleine stukken, vervaardigd door het uitharden van vezelig materiaal, aangebracht in het loopvlak van de band dat met de grond in aanraking is. Daarbij wordt het doorsnede-oppervlak van het vezelig materiaal blootgesteld om in aanraking te komen met de bodem zodat water kan worden 10 geabsorbeerd en de band zich hecht aan het ijzel op de weg, zodat het * tussen de weg en het loopvlak van de band aanwezige water zorgt voor adhesie om te voorkomen dat de band slipt.

De kleine stukken die zijn opgenomen in uit-15 sparingen van de band volgens de onderhavige uitvinding komen in zekere zin overeen met de spijkers van een conventionele spijkerband maar dringen niet in het wegopper-vlak en hebben de eigenschap water te absorberen en zich te hechten aan een besneeuwd of beijzeld oppervlak.

20 Het materiaal dat een dergelijke eigenschap bezit bestaat uit een vezelig materiaal, dat verschillende typen geweven of niet geweven doek omvat, ofwel papier uit zowel natuurlijke als synthetische vezels. Een vezelig materiaal dat echter de voorkeur verdient omvat 25 doek uit plantaardige vezels die water-absorberend zijn zoals bijvoorbeeld canvas, linnen en katoenen doek. Ook houtpulp, houtspaanders en stro zijn bruikbaar.

Volgens de uitvinding wordt een aantal kleine stukken vervaardigd uit vezelig materiaal dat is uitgehard 30 met rubber of bindmiddel in de vorm van een aantal lagen verbonden met het loopvlak van de band, waarbij het doorsnede-oppervlak van het vezelig materiaal, zoals canvas, wordt blootgesteld en in aanraking komt met de grond voor < het absorberen van water om slippen van de band te 35 vermijden, waarbij gebruik wordt gemaakt van het capillaire-buisverschijnsel om hierdoor de band aan het wegdek ofwel de gevallen sneeuw te doen kleven bij een temperatuur die lager ligt dan die waarbij ijsvorming optreedt. Daar het water binnendringt in de kleine stukken wanneer deze 40 en het wegoppervlak zijn bevochtigd met water zal, indien | ________ 8602981 * \ - 3 - het water aanwezig is op het beijzelde of sneeuwoppervlak, nauwelijks een waterfilm worden gevormd tussen het met de grond in aanraking zijnde oppervlak van de bewegende band en het wegoppervlak, terwijl het bevroren of besneeuwde 5 oppervlak gemakkelijk vloeibaar wordt gemaakt voor de bewegende band zodat het in de kleine stukken binnen-'dringende water snel wordt afgekoeld om met de band te worden verbonden. Hierdoor wordt voorkomen dat de band slipt. Hoe meer de temperatuur van de weg daalt des te sneller is 10 de verbindende werking met het wegoppervlak voor het verkrijgen van een sterke adhesiekracht tussen de band en de weg.

Met behulp van de uitvinding worden de volgende voordelen bereikt.

15 (1) Door de aanwezigheid van een aantal water- absorberende kleine stukken in het loopvlak van een band wordt water, dat zich tussen de band en het wegdek bevindt, door de kleine stukken geabsorbeerd waardoor slippen van de band wordt voorkomen.

20 (2) De band zal nauwelijks kunnen slippen ten gevolge van de bindingskracht die werkzaam is tussen het water dat in de kleine stukken wordt opgenomen en het beijzelde of besneeuwde oppervlak zodanig dat het water zal bevriezen ten gevolge van de temperatuurval, terwijl 25 de band gemakkelijk weer in beweging kan worden gebracht nadat het voertuig is stil gezet.

(3) Daar het aantal kleine stukken, vervaardigd uit een materiaal dat verschilt van het rubber van de band, is opgenomen in het loopvlak van de band zal het 30 loopvlak onregelmatig worden waardoor de wrijvingsweerstand tussen de band en het wegdek wordt verbeterd.

De uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van uitvoeringsvoorbeelden, weergegeven in de tekening, waarin: 35 Fig. 1 een perspectivisch aanzicht toont van een eerste uitvoeringsvorm van een anti-slip onderdeel volgens de uitvinding;

Fig. 2 een perspectivisch aanzicht toont van een tweede uitvoeringsvorm van een deel van een band volgens 40 de uitvinding; {_ 8602981 r N.

- 4 -

Fig. 3 een perspectivisch aanzicht toont van een band volgens de uitvinding;

Fig. 4, 5 en 6 gedeeltelijke uitgeslagen aanzichten tonen van drie voorbeelden van een loopvlakpatroon; 5 Fig. 7 een perspectivisch aanzicht toont van een verdere uitvoeringsvorm van een band volgens de uitvinding;

Fig. 8 en 9 aanzichten tonen van twee voorbeelden van kleine stukken;

Fig. 10 en 11 doorsneden tonen van twee uitvoerings-10 vormen van constructies voor het opnemen van kleine stukken;

Fig. 12 een gedeeltelijk aanzicht toont van een uitgeslagen deel van een loopvlakpatroon;

Fig. 13 en 14 doorsneden tonen volgens de lijnen 15 XIII-XIII respectievelijk XIV-XIV van fig. 12; en

Fig. 15 een perspectivisch aanzicht toont van een band volgens de uitvinding.

In de tekening is met het verwijzingscijfer 1 een vezelig materiaal aangeduid, terwijl met 2 kleine 20 stukken zijn aangegeven, die uit het materiaal 1 zijn vervaardigd door bundelen en uitharden daarvan.

Fig. 1 toont een langgerekt blokvormig stuk 2A, fig. 2 een cilindrisch penvormig stuk 2B en fig. 6 toont een penvormig stuk 2C met vierkante doorsnede.

25 Met het verwijzingscijfer 3 is een band aangeduid en de nummers 5A, 5B en 5C geven de groeven aan voor het opnemen van de kleine stukken 2A, 2B en 2C die zich op het loopvlak 4 van de band bevinden.

De lange rechthoekige groef 5A heeft in het 3ü midden een vernauwd deel 6 en de cilindrische groef 5B en de groef 5C met vierkante dwarsdoorsnede zijn kleiner uitgevoerd dan de kleine stukken 2B respectievelijk 2C.

De kleine stukken 2A, 2B en 2C zijn vervaardigd door het bundelen van plantaardige vezels, dierlijke 35 vezels, synthetische vezels, minerale vezels of metaal-vezels en zijn gevormd tot de boven aangegeven vormen.

Meer in het bijzonder is het kleine stuk 2A gevormd door het binden van een aantal canvasvezels met een bindmiddel (of rubber) en het afsnijden van de verbonden canvas tot 40 een geschikte grootte, terwijl de kleine stukken 2B en 2C

8602981 - 5 - zijn gevormd door het bundelen van strengvormige of korte vezels in de vorm van een staaf met ronde of vierkante dwarsdoorsnede, waarna op het buitenoppervlak rubber of een bindmiddel is aangebracht waarna de stukken in de 5 gewenste vorm zijn gesneden. De stukken kunnen water absorberen door de vezels zelf en tussen de vezels in onder gebruik making van de eigenschap van capillaire buizen.

Met het verwijzingscijfer 7 is een trapeziodaal deel van het loopvlak aangeduid, waarbij het cijfer 8 ver-10 wijst naar een klein wanddeel dat is aangebracht om te voorkomen dat sneeuw naar de buitenzijde ontsnapt, terwijl het cijfer 9 in fig. 5 een uitsteeksel aangeeft dat eveneens dient om te verhinderen dat sneeuw ontsnapt of vast wordt gereden.

15 Zoals boven beschreven bevinden de kleine stukken 2 zich in de uitstekende delen 7 van het loopvlak. In aanvulling op de boven beschreven wijze om de kleine stukken aan te brengen na het vormen van de uitsparingen 5 kunnen de kleine stukken ook in het loopvlak worden 20 opgenomen tijdens het vormen van de band. In dit geval is het mogelijk aanvullende middelen te gebruiken om te voorkomen dat de kleine stukken het loopvlak verlaten.

Met 10 zijn de schuine omtreksvlakken van het loopvlak aangeduid. De vorm van de uitstekende delen 7 kan zowel recht-25 hoekig zijn, zoals aangegeven in de fig. 4 en 5, als taps zijn zoals aangegeven in fig. 6, maar is niet tot deze mogelijkheden beperkt.

De fig. 7 tot 15 tonen verdere voorbeelden van de kleine stukken. Een stuk 21 dat water-absorberend is 30 heeft een structuur bestaande uit op elkaar volgende lagen canvas 22 en rubber 23. Het stuk in fig. 7 heeft een langgerekte parallellepipedumvorm. Het kleine stuk kan echter ook andere wilKekeurige vormen bezitten zoals de vorm van een cilindrische pen of een trapeziumvorm. Het stuk 21 35 kan worden verkregen door het snijden van een groot blok tot kleine stukken met de vooraf bepaalde afmetingen en het oppervlak van het canvas 22, dat in het doorsnijdings-vlak komt te liggen wordt gebruikt als'oppervlak 24 dat in aanraking komt met de grond, terwijl de kleine stukken 40 in een vooraf bepaald patroon worden opgenomen in het 8602981 - 6 - loopvlak 26 van een band 25.

Fig. 8 toont een laminaat waarin canvas 22 en rubberlagen 23 afwisselend zijn aangebracht. Fig. 9 toont een voorbeeld waarbij rubber platen 23 worden gebruikt tussen 5 de lagen canvas 22 en dat belangrijk bijdraagt tot het absorberen van water bij het doorsnede-oppervlak van de canvasvezelbundel.

Om de kleine stukken 21 in het loopvlak aan te brengen kunnen in het loopvlak uitsparingen 27 worden 10 gemaakt die in het midden zijn voorzien van vernauwingen 27a bij het fabriceren van de band, waarna de stukken 21 in de uitsparingen 27 worden aangebracht en daarin vastgezet. Ook kunnen de stukken 21 gelijktijdig worden gevormd bij het vervaardigen van de band.

15 De fig. 10 en 11 tonen voorbeelden van de ver houdingen tussen een stuk 21 en de opneemuitsparing 27, waarbij gebruik gemaakt wordt van een perspassing. Het stuk volgens fig. 10 heeft een ronde bodem 21a en de opneemuitsparing 27 van fig. 11 bezit op de bodem een uit-20 steeksel 27b. Beide voorkomen dat het stuk 21 uit de uitsparing wordt verwijderd door een stabiele verbinding tussen het stuk en de bodem van de groef. Met 27C is een nagenoeg T-vormige groef aangeduid die het mogelijk maakt dat lucht rond het stuk ontsnapt wanneer het loopvlak 25 met de grond in aanraking komt terwijl trillingen aan beide zijden worden geabsorbeerd.

Nu zal een wijze van vervaardiging van de kleine stukken worden beschreven. Daarbij wordt een bekleding van een primer op een canvas toegepast, waarbij het 30 canvas samengsteld kan zijn overeenkomstig no. 6 van de

Japanse industriële standaard, waarna het canvas wordt gedroogd en vervolgens tezamen wordt gebracht met rubber met een dikte van 0,2 mm in een 6-laags structuur, welk samenstel in een pers wordt gebracht met een maximum 35 belasting van 100 ton om te worden samengeperst, waarna het vervolgens wordt gevulcaniseerd met stoom van 7 tot 8 2 kg/cm gedurende 15 minuten voor het vervaardigen van een klein stuk materiaal.

Een verdere mogelijkheid is het gebruik van canvas 40 volgens één der nummers 1 tot 11 van de Japanse industriële 8602981 - 7 - r standaard L-3102, en vezelig papiermateriaal, waarbij de dikte van het rubber werd gewijzigd en 3 tot 10 lagen materiaal werden toegepast waaruit kleine stukken met afmetingen van enkele mm tot 30 mm in dwars- en langs-5 richting werden vervaardigd met een dikte van enkele tot 10 mm. De kleine stukken werden in aanraking met een ijsklomp gebracht en gedurende 1 tot enkele seconden daar tegen aan gedrukt en daarna opgetild om de bindings-kracht bij lage temperatuur te onderzoeken. De kleine 10 stukken met het canvas no. 6 konden 7 kg optillen.

Het loopvlak 26 van de band 25 is voorzien van een groep uitsteeksels 28, 29, 30, 31 die gedeeltelijk het loopvlak omringen over het gehele omtreksoppervlak heen en die zijn voorzien van rechter en linker uitstekende 15 delen 8 en 9 in langsrichting van de band, terwijl kleine uitstekende delen 30 en 32 zijn aangebracht bij de voor- en achterzijde tussen de uitstekende delen 8 en 9 terwijl kleine uitsteeksels de uitsteeksels 30, 31 gedeeltelijk kunnen omringen. Het loopvlak bezit eveneens een 20 ruimte die wordt omringd door een groep uitsteeksels 28', 29', 30', 31* aan beide zijden. De vorm van de uitsteeksels 28 tot 31 en 28' tot 31' en van het uitsteeksel 32 is als aangegeven in bovenaanzicht en in de doorsneden, maar is daartoe niet beperkt. Zoals boven aangegeven absorbeert 25 het vezelig materiaal water en levert het een adhesie met de weg door de werking van het water tezamen met op de weg aanwezige sneeuw of dergelijke, terwijl het vezelige materiaal tegelijkertijd met het rubber van de band wegslijt.

-conclusies- < 8602981

Claims (5)

1. Anti-slip band, met het kenmerk, dat daarin een vezelig materiaal, vervaardigd uit plantaardige, dierlijke, synthetische vezels of dergelijke, wordt gebundeld en uitgehard voor het vormen van een aantal kleine 5 anti-slip stukken met een bepaalde doorsnedevorm op zodanige wijze dat de kleine stukken zijn opgenomen in het loopvlak van de band en het doorsnede-oppervlak van het vezelmateriaal naar buiten toe is gericht.

2. Band volgens conclusie 1, m e t het ken-10 merk, dat het vezelig materiaal is gevormd met rubber of bindmiddel en dat kleine stukken worden gevormd die water kunnen absorberen en bloot liggende oppervlakken worden gevormd bij de doorsnede-oppervlakken van het materiaal bij tenminste één oppervlak door behandeling van 15 het gevormde materiaal, welke stukken worden opgenomen in uitsparingen gevormd in het loopvlak van deband zodanig dat de kleine stukken iets buiten de oppervlakken uitsteken.

3. Band volgens conclusie 1 of 2,met het 20 kenmerk, dat het vezelig materiaal wordt vervaardigd uit natuurlijke of synthetische vezels door vervaardiging uit canvas of een ander stijf geweven doek, niet geweven doek of stijf papier.

4. Band volgens één der voorgaande conclusies, 25 met het kenmerk, dat het loopvlak van de band is voorzien van een groep uitsteeksels die zodanig zijn geplaatst dat zij het loopvlak van de band gedeeltelijk omringen, terwijl bij de uitsteeksels uitsparingen zijn aangebracht voor het opnemen van de kleine stukken. 30

5. Band als beschreven en/of weergegeven in de tekening. 860 2 98 f