NL8102434A - Werkwijze en inrichting voor het verpakken van lasten. - Google Patents
Werkwijze en inrichting voor het verpakken van lasten. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8102434A NL8102434A NL8102434A NL8102434A NL8102434A NL 8102434 A NL8102434 A NL 8102434A NL 8102434 A NL8102434 A NL 8102434A NL 8102434 A NL8102434 A NL 8102434A NL 8102434 A NL8102434 A NL 8102434A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- conveyor
- load
- film
- wrapping
- loads
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65B—MACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
- B65B11/00—Wrapping, e.g. partially or wholly enclosing, articles or quantities of material, in strips, sheets or blanks, of flexible material
- B65B11/008—Wrapping, e.g. partially or wholly enclosing, articles or quantities of material, in strips, sheets or blanks, of flexible material by webs revolving around articles moved along the axis of revolution
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Basic Packing Technique (AREA)
- Auxiliary Devices For And Details Of Packaging Control (AREA)
Description
J ‘ ^
S
t k 1
Werkwijze en inrichting voor het verpakken van lasten.
De uitvinding heeft in zijn algemeenheid betrekking op het verpakken van lasten en heeft meer in het bijzonder betrekking op een roteerbare strekwikkelinrichting alsmede een werkwijze voor het maken van u-niforme pakken die een aantal componenten bevatten, waarbij elk pak een 5 last bevat die omwikkeld is door een baan van een gestrekte folie.
De uitvinding is bestemd om te functioneren met een strekbare fo-liebaan van plastic materiaal zoals nylon, polypropeen, PVC, polybu-teen, polyeteen of een andere polymeer of mengsel van de bovengenoemde strekbare folies.
10 Een snel groeiende economische wijze voor het verpakken van pro- dukten is het omwikkelen van de produktlast met een baan van gestrekt plastic folie.
De elasticiteit van de plastic folie houdt de produkten van de last onder een hogere spanning dan mogelijk is bij krimpwikkelingen of 15 kraftwikkelingen, in het bijzonder bij produkten die in de verpakte ' toestand zich zetten. De effectiviteit van gestrekte plastic folie voor het bij elkaar houden van een last is een functie van de bindkracht of strekkracht bij plaatsing op de last en van de uiteindelijke sterkte van de totale gelaagde foliewikkel. Deze twee functies worden bepaald 20 door de modules of hardheid van de folie nadat het strekken heeft plaats gevonden en de uiteindelijke sterkte van de folie na het aanbrengen ervan. De bindkracht wordt bereikt door het maximaliseren van de verlenging tot juist onder het kritische punt waar de folie breekt. Nagenoeg alle strekfilms die op dit moment op de markt verkrijgbnaar 25 zijn bevatten produkten van Mobil Chemical Company (Mobil-X, Mobil-C,
Mobil-H), Borden Resinite Division PS-26, Consolidated Thermoplastics,
Presto, PPD en anderen en deze produkten worden over het algemeen minder dan 30% gestrekt tijdens toepassing ervan vanwege onregelmatigheden in de folieremstelsels. Deze stelsels zijn afhankelijk van de door 30 wrijving veroorzaakte trek, ofwel direct op de film via een stangensa-menstelling zoals degene die wordt gebruikt door Radient Engineering Company ofwel indirect zoals geïllustreerd is in de Amerikaanse oc-trooischriften 3.867.806 en 4.077.179.
Spiraalvormig wikkelende machines die op dit moment commercieel 35 verkrijgbaar zijn worden geproduceerd door Lantech, Incorporated, onder model Nrs. SVS-80, SVSM-80, STVS-80, STVSM-80 en SAHS-80.
Met een volledige baan wikkelende machines, kenmerkend voor de op dit moment officieel verkrijgbare machines, zijn de modellen S-65, 81 024 34 * , J*' * * 2 T-65, en SAH-70.
Commerciële cirkelvormig roterende omwikkelmachines worden op dit moment gefabriceerd door Lantech Incorporated onder de handelsnaam LANRINGR en worden geleverd met inwendige omwikkelringdiameters van 5 91,44 cm, 137,16 cm, 182,88 cm en 213,36 cm. Bij het onderscheid maken tussen de diverse cirkelvormig roterende omwikkelmachines die worden geproduceerd door Lantech Ine*, heeft het handbediende model de aanduiding SR gekregen; de met een volle baan werkende modellen hebben de aanduidingen SVR en SAVR; de met meervoudige banden werkende modellen 10 hebben de aanduidingen SVBR en SAVBR; de spiraalvormig werkende modellen hebben de aanduidingen SVSR en SAVSR en de continu wikkelende of bundelende modellen hebben de modelaanduidingen SVCR en SAVCR.
In deze commerciële machines wordt de last over steunende tongen of omwikkelrails geduwd en de last met de steunende tongen wordt omwik-15 keld door een roterende toegevoerde folie* De folie wordt tijdens de rotatie vanaf een afgifte-eenheid gestrekt en de gestrekte foliewikke-ling houdt de last bijeen onder cómpressiekrachten en maakt eveneens contact met de tongen of omwikkelrails waarop de last wordt gedragen.
De last wordt vervolgens afgeduwd of weggetransporteerd vanaf de tongen 20 door de volgende last of door een afvoertransporteur respectievelijk met de daarmee samenhangende wrijvingskrachten resulterend uit het feit dat de folie contact maakt met de tongen. Deze wrijvingskrachten kunnen leiden tot een desoriëntatie van de last.
Het is duidelijk dat de wrijvingskrachten toenemen als de breedte 25 van de tongen toeneemt. De wrijvingskrachten nemen echter ook toe naarmate de tongen dichter naderen aan de hoeken van de last. Daarom moeten uit de stand der techniek bekende inrichtingen gebruik maken van wik-kelrails of tongen die niet verlopen in de nabijheid van de hoeken of zijranden van de last en moet men ook een oplossing zoeken voor het 30 probleem van het transport van de last. Alhoewel nauwere tongen de voorkeur verdienen om de wrijvingskrachten te reduceren zijn de sterk-tevereisten over het algemeen zodanig dat de onderzijde van het produkt ofwel hget totale gewicht van de last door de tongen moet worden ondersteund en de tongen noodzakelijkerwijze dikker en breder moeten zijn 35 waardoor de wrijvingskrachten toenemen. Bovendien heeft, het probleem van het verwijderen van de omwikkelde last· van de tongen moeilijkheden opgeleverd omdat de thans gebruikeleijke wijze voor het verwijderen van omwikkelde pakken bestaat uit het van achteraf duwen tegen de pakken. Alhoewel het gebruik van tongen of wikkelrails effectief is wanneer 40 lange lasten worden gebruikt, worden deze tongen minder effectief wan- 81 02 4 34 ί ί 3 neer kleine lasten moeten worden ontwikkeld* Ook kunnen veel pakken die produkten bevatten met een laag gewicht, een gladde samenstelling of een breekbare compositie niet worden gebruikt bij de bestaande roterende omwikkelinrichtingen.
5 Een ander probleem dat inherent is aan het gebruik van vaste rails en tongen is het feit dat bij wijziging van produktafmetingen problemen optreden in de werking van de inrichting, omdat de afmetingen van de tongen en de tussenafstand tussen de tongen en ook de afvoertranspor-teur moeten worden gewijzigd. Als het produkt wordt bewogen door het 10 omwikkelgebied dan verloopt de omwikkelbaan vanaf de afgifte-eenheid onder een hoek die meer ruimte vraagt dan nodig is in het geval een enkele band wordt aangebracht over de te omwikkelen last* Andere problemen die optreden zijn het scheuren van de folie op de tongen wanneer de last van de tongen wordt afgeduwd en ook afschuren van het produkt.
15 Rollen van kleding worden daardoor ingedrukt, metalen delen worden ingesneden en produkten worden ingedeukt of geplet bij passage over de tongen.
Een ander groot probleem dat inherent is aan de op dit moment bestaande apparatuur treedt op wanneer produkten continu spiraalvormig 20 worden omwikkeld. Bij deze bepaalde omwikkelingsmodus loopt de afvoer-transporteur sneller dan de invoertransporteur waardoor er een scheiding ontstaat tussen de produkten en het mogelijk is dat een snijstang heen en weer beweegt tussen de lasten teneinde de lasten om te vormen tot individueel verpakte lasten. In de huidige apparatuur wordt een 25 groot aantal individuele artikelen zoals pakken suiker geplaatst op de transporteur teneinde omwikkeld te worden, bijvoorbeeld in de vorm van een last die zes zakken lang en drie zakken breed is waarbij het gewenst is dat de lengte van zes zakken in een enkele last wordt onder-gebracht. Wanneer bij de huidige apparatuur de afneemtransporteur snel-30 Ier loopt dan wordt elke rij gescheiden van de volgende waardoor het niet mogelijk is om meerdere artikelen in de lengterichting van de transporteur tot een eenheid te omwikkelen.
De uitvinding overwint nu deze bovenstaand besproken problemen bij bestaande machines door gebruik te maken van een nieuwe transporteursa-35 menstelling, welke de gestrekte foliebaan met dezelfde snelheid transporteert als waarmee de last door het afgiftegebied wordt verplaatst waardoor een sterkere wikkel wordt verschaft en disoriëntatie, scheuren van de film, inwerkingen op het produkt en wrijvingsproblemen die inherent zijn aan de huidige stand der techniek, worden vermeden. Door toe-40 passing van de uitvinding bestaan er verder geen problemen ten aanzien 81 024 3 4 *· » 4 van de lastbreedte in relatie tot de ondersteunende transporteur omdat de ondersteunende transporteur breder kan zijn dan de last en er geen wrijvingsproblemen zijn met tongsteundelen. Bovendien is het niet meer nodig om de afmetingen van de tongen voor het ondersteunen van ver-5 schillende gewichten en verschillende lastlengten te wijzigen of om te verzekeren dat er voldoende ruimte is om de folie vanaf de foliering te houden zodanig dat de hoek tussen het produkt en de stationaire ring wordt bedekt.
De uitvinding verschaft in zijn algemeenheid een nieuwe inrichting 10 en een nieuwe werkwijze voor het maken van een omwikkeld uniform pak.
In de inrichting wordt een reeks van lasten, elk voorzien van een aantal eenheden, toegevoerd in een roterende wikkelinrichting met een fo-liebaanstrekmechanisme en een folie-afgiftemechanisme en de- last wordt bekleed met een aantal lagen van de gestrekte film teneinde een uniform 15 pak te vormen. De last wordt tijdens de toevoer aan de roterende wikkelinrichting gedragen in het wikkelstation door een transporteursamen-Stelling met een bovenste transporteureenheid die de last in stroomafwaartse richting draagt en een onderste, onder deze last dragende transporteureenheid gemonteerde transporteureenheid. Het onderste deel 20 van de eindloze band van de onderste transporteur beweegtmet dezelfde snelheid en in dezelfde richting als het bovenste deel van de eindloze band van de last dragende transporteur, zodat de gestrekte folie die gewikkeld is rond de last en rond de transporteursamenstelling wordt voortbewogen door de onderste transporteur met dezelfde snelheid en in 25 dezelfde richting als de last die wordt gedragen door de bovenste transporteur. De omwikkelde last wordt toegevoerd aan een afvoertrans-potteur die zich op afstand bevindt van de transporteursamenstelling waardoor het mogelijk wordt dat de wikkel wordt afgenomen van de transporteursamenstelling en zijn geheugenpositie rond de last kan aannemen 30 voordat het pak door de afvoertransporteur wordt weggevoerd. Nadat elke last gewikkeld is ofwel in banden, ofwel volledig in een baan van het materiaal ofwel in een spiraalvormige configuratie wordt de transporteursamenstelling gestopt en wordt de foliebaan gesneden van de folie -afgiftee-eenheid door een scharnieren snijmechanisme.Wanneer er wordt 35 gewerkt met een continue spiraalvormige omwikkeling, dan wordt er geen snijmechanisme gebruikt en de continu spiraalvormig omwikkelde lasten worden getransporteerd naar een snijgebied waar de lasten worden gescheiden van de bundel tot uniforme pakken die vervolgens worden afgevoerd naar een stapelstation of een verder verwerkingsstation. Uit het 40 bovenstaande blijkt dat de inrichting een nieuwe transporteursamenstel- 81 02 4 3 4 t * 5 ling verschaft in combinatie met een omwikkelinrichting.
De transporteursamenstelling die de last en de gestrekte foliebaan draagt en vasthoudt elimineert wrijvingsproblemen die inherent zijn aan omwikkelstelsels uit de stand der techniek en elimineert de noodzaak om 5 de vereiste afstand als aanpassing aan de baanhoek gevormd tussen de last en de omwikkelring te wijzigen. Verder kan de transporteursamenstelling gemakkelijk willekeurig bemeten lasten van variërende samenstelling behandelen zodat het niet nodig is om tongen of wikkelrailaf-metingen te wijzigen als aanpassing aan variërende produktaf metingen, 10 en variërend produktgewicht of een andere produktsamenstelling. Bovendien is het bij de transporteursamenstelling volgens de uitvinding niet nodig om lasten van achteraf te duwen om ze door het omwikkelstation te bewegen. Bij toepassing van de uitvinding is het mogelijk om de van banden, en volle baanomhulling of een gespiraliseerde omwikkeling voor-15 ziene lasten te bewegen vanaf het omwikkelstation waardoor in aanzienlijke mate folieslijtage, beschadiging van het produkt en belastings-uitlijning nadat de last het wikkelstation verlaat in de richting van de afvoertransporteur wordt gereduceerd.
Alhoewel de uitvinding is beschreven in de conclusies zal de uit-20 vinding zelf alsmede de daartoe behorende werkwijze beter worden begrepen aan de hand van de volgende beschrijving waarin wordt verwezen naar de bijgaande figuren. In deze figuren zijn overeenkomstige onderdelen met dezelfde referentiecijfers aangeduid.
Figuur 1 toont in perspectief een gedeeltelijk opengewerkt aan-25 zicht van een inrichting volgens de uitvinding.
Figuur 2 toont op andere schaal en gezien vanaf de achterzijde een zijaanzicht van figuur 1.
Figuur 3 toont een achteraanzicht van de inrichting uit figuur 1.
Figuur 4 toont een bundel van continu spiraalvormig omwikkelde 30 pakken die zijn ontwikkeld met behulp van de inrichting volgens de uitvinding.
Figuur 5 illustreert omwikkeling met behulp van een volledige foliebaan bij. de inrichting volgens de uitvinding.
Figuur 6 illustreert een bandomwikkeling bij de inrichting vol-35 gens de uitvinding.
Figuur 8 toont een zijaanzicht van een baanscheidingsmechanisme dat gebruikt wordt bij de uitvinding.
Figuur 9 toont een opengewerkt vooraanzicht van het baanscheidingsmechanisme in verschillende posities tijdens het doorsnijden van 40 de foliebaan.
81 02 4 34 * %> 6
Figuur 10 toont een opengewerkt achteraanzicht van een inrichting volgens de uitvinding met een ander baanstrekmechanisme.
Figuur 11 toont een vergroot deelaanzicht van de andere baanstrek-eenheid uit figuur 10.
5 Figuur 12 toont een perspectief opengewerkt aanzicht van de over brenging die gebruikt wordt in het baanstrekmechanisme.
Figuur 13 toont een bovenaanzicht van een andere uitvoeringsvorm van de transporteursamenstelling waarbij de band en de glijplaat zijn verwijderd.
10 Figuur 14 toont ee zijaanzicht van. de transporteursamenstelling volgens figuur 13 .
Figuur 15 toont een doorsnede in vooraanzicht volgens de lijn 14'-14' in figuur 14.
De uitvoeringsvorm van de uitvinding geïllustreerd in de figuren 1 15 tot en met 12 omvat een ringwifckelinrichting 10 met een toevoertrans-porteur 12, een samenstelling 14 voor het omwikkelen en transporteren van een last, een film- of folie-af gif temechanisme 16 met een snijme-chanlsme 18 en een afvoertransporteur 20.
Zoals getoond is in figuur 1 zijn een aantal kartonnen dozen 22 20 die tesamen een last 24 vormen in een opeen gestapelde relatie geladen op de toevoertransporteursamenstelling 12 ofwel mét de hand ofwel met behulp van mechanische middelen. Er wordt op gewezen dat de last, afhankelijk van zijn aard en samenstelling al dan niet onderlinge tussenafstanden kan vereisen. De laadeenheid 11 is schematisch aangegeven en 25 kan een van een groot aantal typen stapel- of plaatsingseenheden zijn die uit de stand der techniek op zichzelf bekend zijn en bestemd zijn voor het plaatsen van een stapel kartonnen dozen of materialen in gewenste gebieden.
In de voorkeursuitvoeringsvorm wordt de last 24 geplaatst op een 30 toevoertransporteur 12 die voorzien is van een eindloze band 26 gemonteerd op een steunframe 28.
In een andere uitvoering kan de toevoertransporteur de vorm aannemen van een hydraulische of pneumatische duweenheid (niet getoond in de figuren) die tijdens gebruik een plaat in contact brengt met elke last 35 24 en daarmee de last naar het omwikkelgebied duwt. De getoonde trans- porteuruitvoering verdient echter de voorkeur en de banden Van de transporteur die bij de uitvinding wordt toegepast zijn bij voorkeur getextureerd zodat ze een hoge wrijvingscoëfficiënt hebben.
De bepaalde rangschikking van de transporteurs die blijkt uit de 40 figuren 1 en 2 is geschikt voor een willekeurige variatie van de totale 81 02 4 3 4 * * 7 lastafmetingen in alle drie de af met ings richt ing en. Het zal echter duidelijk zijn dat ook andere configuraties geconstrueerd kunnen worden die voor specifieke produkten voordelen kunnen hebben. Het transport van pakken met twaalf of zes blikken of flessen kan bijvoorbeeld worden 5 uitgevoerd met behulp van een horizontale transporteur met geleidende transportelementen aan beide zijden.
De transportband 26 die te zien is in figuur 2 is gemonteerd op de rollen 30 die roteerbaar gelagerd zijn in geschikte lagermiddelen in klampen die bevestigd zijn aan het steunframe 28. De toevoertranspor-10 teur 12 transporteert de lasten 24 naar een omwikkelstation 41 welk station voorzien is van een filmafgifte-inrichting 16 en een wikkel-transporteursamenstelling 14.
De voorkeursuitvoeringsvorm en beste realisatievorm van de uitvinding is voorzien van een frame 42 waarop een stalen ringvormig film-15 dragerelement 44 roteerbaar is gemonteerd en wordt ondersteund in drie vlakken door de geleiderrollen 46. Indien gewenst kan het filmdrager-element 44 worden vervaardigd uit aluminium. Een aantal geleiderrollen 46 steekt inwaarts vanaf het frame 42 op armen 47 en montageplaten 48 om samen te werken met het ringvormige element zodanig dat het in een 20 vooraf bepaalde weg kan worden aangedreven. Een wrijvingsaandrijfwiel 49 is gepositioneerd aangrenzend aan het ringelement 44 aan de basis ervan en loopt aan tegen het element 44 teneinde dit element 44 binnen het door de geleidewielen bepaalde rolgebied te roteren. Het wrijvingsaandrijfwiel 49 wordt aangedreven door een motor 50 met een as die op 25 geschikte wijze gekoppeld is met een aandrijfreduceereenheid 52. Een materiaalrolafgifte-as 54 is roteerbaar bevestigd aan het ringelement 44 zodat deze as rond zijn hartlijn kan roteren en deze as is bestemd voor het ontvangen en vasthouden van een rol film- of foliemateriaal 56.
30 Kenmerkende films of folies die gebruikt kunnen worden in een strekwikkelinrichting zijn EVA-copolymeerfolies met een hoog EVA-gehal-te zoals folies vervaardigd door Consolidatet Thermoplastics "RS-50",
Bemis "Super-Tough" en PPD "Stay-Tight" folies. PVC-folies zoals Borden Resinite "PS-26" kunnen in samenhang met de uitvinding worden gebruikt 35 samen met voorkeursfolies zoals Mobil-X, Presto Premium en St. Regis, die gebruik maken van een nieuwe in een lage druk polymerisatieproces vervaardigde hars door Union Carbide and Dow Chemical Company. Deze hars, die bekend staat als lineair polyetheen met lage dichtheid, heeft strekeigenschappen die duidelijk verschillen van die van eerder bekende 40 strekfolies. Deze eigenschappen maken het mogelijk dat de film de hoge 81 02 4 34 f ^ , ' 8 spanning tijdens extreme uitrekking weerstaat zonder te scheuren tijdens het omwikkelen van de last.
Er wordt op gewezen dat in deze beschrijving de woorden film, folie, film- of foliemateriaal en film- of foliebaan onderling uitwissel-5 baar worden gebruikt.
In de voorkeurs-remsamenstelling die gebruikt wordt in een voorkeur suitvoeringsvorm van de uitvinding en die geïllustreerd is in figuur 3 is een folierol-wrijvingsremmechanisme 59 gemonteerd aan het ringvormige element 44. Het remmechanisme 59 rust tegen het oppervlak 10 van de folierol 56 met behulp van een rolelement 60 dat roteerbaar bevestigd is aan de steunarm 64 teneinde een constante spanning in het foliemateriaal te handhaven. Deze constante spanning maakt het mogelijk dat de foliebaan de last omkleedt terwijl de gewenste mate van rek in de film wordt gerealiseerd. De voorste rand 57 van de baan van rekbaar 15 materiaal 58 wordt zonder spanning afgetrokken van de rol 56 en geplaatst in een roteerbare klemsamenstelling 62 aangrenzend aan de initiële last voordat er spanning op wordt uitgeoefend. Indien gewenst kan de voorste rand ook worden geplaatst onder een initiële spanning.
Het remmechanisme 59 bestuurt de kracht van de arm 64 en zijn bij-20 behorend rolelement 60 tijdens het aandrukken van de rol 56 teneinde de remwerking te realiseren. Het rolelement 60 wordt constant tegen de folierol 56 geduwd met een bestuurde kracht teneinde een constante spanning in de folierol te handhaven en de folie 58 te strekken tijdens het wikkelen rond de last 24.
25 Een andere filmstrekeenheid is getoond in de figuren 10 tot en met 12 en deze eenheid kan worden gebruikt voor het strekken van de foliebaan. In deze uitvoeringsvorm passeert de foliebaan door een voorstrek-samenstelling 70 en wordt aangehecht of vastgezet onder de last zoals getoond is in figuur 10 of vastgehouden in een klemsamenstelling 62.
30 Het voorstrekmechanisme 70 bevat de gekoppelde rolelementen 72 en 74 die roteerbaar zijn gemonteerd op de respectievelijke assen 73 en 75 die op hun beurt zijn gelagerd in de behuizing 76. De behuizing 76 is roteerbaar gemonteerd door middel van een (niet getoonde) scharniersa-menstelling aan het ringelement 44. De rollen 72 en 74 zijn met elkaar 35 gekoppeld door middel van tandwielen 77 en 79 zoals getoond is in figuur 12, welke in elkaar grijpen en worden aangedreven als de filmbaan verloopt over de rubber roloppervlakken, waardoor de rollen worden aan-gedreven. De tandwielen 77 en 79 functioneren zodanig dat de foliebaan de stroomafwaartse rol 72 met een grotere snelheid zal aandrijven dan 40 de stroomopwaartse rol 74 hetgeen ertoe leidt dat de folie wordt ge- 81 02 4 34 ........." ê * 9 strekt in de nauwe tussenruimte 80 tussen de twee rollen. Het voor-strekmechanisme 70 is scharnierbaar zodat de film door het mechanisme kan worden gestoken en kan worden gewikkeld rond de last 24 in een nagenoeg niet verlengde toestand tot op het moment dat de eerste hoek van 5 de last wordt bekleed met de niet gestrekte folie.
Voordat de folie wordt gewikkeld wordt een pneumatische cylinder 82, die bevestigd is aan het frame 42, geactiveerd waardoor de zuiger-stang 84 zich buitenwaarts beweegt en aankomt tegen het kamdeel 86 van de behuizing 76 waardoor dit kamdeel inwaarts wordt geduwd in de rich-10 ting van het midden van de ring, zodat het rolelement 74 niet meer in contact staat met de foliebaan. Omdat de gekoppelde rollen niet allebei in contact staan met de foliebaan kan de foliebaan gemakkelijk door het strekmechanisme worden gestoken en worden aangehecht of vastgehouden onder de last 24. Nadat de voorste rand 57 van de folie onder de last 15 is geplaatst wordt de omwikkelcydus door de operateur gelnitiëerd en wordt de zuigerstang 84 teruggetrokken in de pneumatische cylinder in de richting van de behuizing 76 af. Een (niet getoonde) spiraalveer staat in contact met de behuizing en is verbonden met een as die roteerbaar is gemonteerd zodanig dat de behuizing 76 continu van het mid-20 den van het ringelement 44 weggeduwd wordt zodat beide rolelementen 72 en 74 in contact staan met de foliebaan. Een fluldumdemper 88 van een uit de stand der techniek bekend type is bevestigd aan het ringelement en staat in contact met de zijkant van de behuizing 76 teneinde te voorkomen dat het rolelement 74 contact maakt met de foliebaan. De zui-25 ger 89 van de demper is voorzien van een geschikte smooropening waardoor onder invloed van de spiraalveer de zuigerstang en zijn bijbehorende zuiger geleidelijkaan inwaarts worden geduwd met een vooraf bepaalde snelheid waardoor een geschikte hoeveelheid van een niet verlengde foliebaan wordt gewikkeld rond de last.
30 Indien gewenst kan een pneumatische belastingstabilisator 71 wor den gebruikt voor het stabiliseren van de bovenzijde van de last.
De wikkeltransporteursamenstelling 14, die het best geïllustreerd is in de figuren 1 en 2, bevat twee hoven elkaar geplaatste transporteurs 92 en 94. Deze transporteurs zijn standaard transporteurs van het 35 vlakke type die in de stand der techniek bekend zijn en voorzien zijn van aangedreven eindloze banden 96 en 98 gemonteerd op een aantal rollen 100. De rollen worden ondersteund door de platen 102 die op hun beurt bevestigd zijn aan een (niet getoond) framedeel dat de rollen in de roteerbare positie houdt. De eindloze hand 96 wordt geroteerd in de 40 richting A die getoond is met een pijl in figuur 2 en loopt met dezelf- 81 02 4 3 4 *“' .........—2~... .....* . .......w 10 de snelheid als de eindloze band 98. Belde banden worden aangedreven door een motorsamenstelling 104 die getoond is in figuur 1 en die verbonden is met transmissiemiddelen 106 en een koppeling 108 in de vorm van kettingen of banden voor het aandrijven van de transporteurs. Het 5 bovenste segment van de transporteur 92 beweegt stroomafwaarts terwijl het onderste segment stroomopwaarts beweegt. Het bovenste segment van de transporteur 94 beweegt stroomopwaarts terwijl het onderste segment stroomafwaarts beweegt.
Deze constructie maakt het mogelijk dat een foliebaan wordt gewik-10 keld rond een last 24 die door de toevoertransporteur 12 naar het om-wikkelstation 41 is getransporteerd. De gestrekte wikkel wordt gewikkeld rond de transporteursamenstelling 14 en de last» waarbij zowel de last als de wikkel door de transporteursamenstelling in dezelfde richting worden bewogen. In de volle-baan-modus» de spiraalbaanmodus en de 15 bandenmodus worden de transporteursamenstelling en de wikkelring gestopt» de kleminrichting 62 klemt de foliebaan en het snijmechanisme 18 doorsnijdt de foliebaan. De transporteursamenstelling 14 wordt geactiveerd voor het transporteren van de last en de wikkel stroomafwaarts naar een afvoertransporteur 20. Als de last terecht komt op de afvoer-20 transporteur 20, zoals getoond is in figuur 2, dan neemt de verlengde gestrekte baan afkomstig van het uiteinde van de transporteursamenstelling zijn geheugenpositie M in tegen de last in de ruimte tussen de transporteursamenstelling 14 en de afvoertransporteur 20, waardoor de vastgehouden last, bekleed met de gestrekte wikkel, verder kan worden 25 getransporteerd.
Het snijmechanisme 110 dat in de voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding wordt gebruikt is voorzien van een aangedreven scharnierbare standaard, die bestemd is om opwaarts uit te steken en in contact te komen met de foliebaan tussen de kleminrichting 62 en de last 24. Het 30 snijmechanisme 110 is voorzien van een steunstandaard 112, die schar-nierbaar bij 114 gemonteerd is aan een basiselement 116. Het basiselement 116 kan deel uitmaken van het frame 42 of bevestigd zijn aan het frame 42. Een pneumatische hefcylinder 118 is met een uiteinde door middel van een geschikte oor of een klampelement bevestigd aan het ba-35 siselement 116 en met het uiteinde van zijn zuigerstang 119 bevestigd aan de steunstandaard 112 door geschikte middelen zoals bijvoorbeeld een jukelement 121. Bij activatie van de pneumatische cylinder wordt de rechtop staande standaard 112 bewogen in een gekromde weg in de foliebaan 58. Op de steunstandaard is een snijsamenstelling 120 gemonteerd 40 voorzien van een steunplaat 113 en een snijbladsamenstelling 123, be- 81 02 4 3 4 ..... — ' J,' ' d ' 11 vestlgd aan de zuigerstang 126 van de cylinder 122. Een borstel 128 Is vertikaal gemonteerd op de steunplaat voor het neerwaarts borstelen van het achterste uiteinde van de baan tegen de transporteursamenstelllng.
Een bufferelement 130 Is gepositineerd voor de borstel 128 teneinde de 5 borstelbasis te beschermen tegen Inltlëel contact met de foliebaan en de transporteursamenstelllng. Bij juiste activatie, bijvoorbeeld na een vooraf bepaald aantal omwentelingen van het ringelement, hetgeen wordt waargenomen door een geschikte detectoreenheid die nog later in de beschrijving zal worden besproken, wordt het snijmechanisme 110 opwaarts 10 aangedreven zodat de snijsamenstelling 120 terecht komt bij de foliebaan. De bladsamenstelling 123 scheidt vervolgens de foliebaan van de last. Indien gewenst kan de cylinder 118 worden geactiveerd na het % snijden voor het bewegen van de standaard 112 in voorwaartse richting over een vooraf bepaalde afstand waardoor de borstel 128 aankomt tegen 15 het resterende deel van de achterste rand van de foliebaan en deze'achterste rand veegt tegen de onderliggende folielaag.
De transporteursamenstelllng 14 verloopt tussen de toevoertrans-porteur 12 en de afvoertransporteur 20 die op soortgelijke wijze geconstrueerd is als de toevoertransporteur en die met dezelfde snelheid 20 loopt als de toevoertransporteur. Om beide transporteurs met dezelfde snelheid te laten functioneren zijn geschikte (niet getoonde) mechanische middelen aanwezig die de aandrijving van zowel de toevoertransporteur als de afvoertransporteur gelijk maken aan de reducerende trans-missiesamenstelling van de aandrijfmotor. Als de motor dus langzamer of 25 sneller wordt gestuurd voor het aandrijven van het wikkelmechanisme met verschillende snelheden, dan zullen tegelijkertijd daarmee de toevoeren afvoertransporteurs worden vertraagd of versneld zodat de last naar de transporteursamenstelllng 14 en van de transporteursamenstelling 14 af wordt bewogen met een gelijkblijvende relatieve snelheid.
30 In een andere wikkelmodus worden continu omwikkelde lasten afgeno men van de inrichting en gescheiden in afzonderlijke lasten buiten de inrichting. In deze uitvoeringsvorm vervoert de afvoertransporteur 220 de continu spiraalvormig omwikkelde lasten op de wijze als getoond is in figuur 4 aaneengesloten door de foliewikkeling vanaf het wikkelsta-35 tion. De afvoertransporteursamenstelling 220 transporteert de spiraalvormig omwikkelde bundel naar een snijtransporteur 222.
De spiraalvormig omwikkelde bundel 224 wordt, zoals geïllustreerd is in figuur 4, gescheiden in individuele pakken door een guillotine-achtige snij-inrichting 225 voorzien van een frame 227 en een snijme-40 chanisme 229 dat verschuifbaar gemonteerd is aan dit frame. Het snij- 81 02 4 34 * * 12 mechanisme 229 is voorzien van een boogframe 230 waarin een sterke nik-kelchroomdraad 232 is gespannen die elektrisch verbonden is met een energiebron. De weerstand van de draad zorgt voor een voldoende verwarming, zodat wanneer de draad heen en weer wordt bewogen tussen de 5 ingekapselde lasten 224 teneinde deze te scheiden, het foliemateriaal tegelijkertijd aan de randen wordt gehecht, zodat de folie niet tijdens het transport zal loswikkelen. Als de omwikkelde lasten 124 in de spi-raalbundel 224 het snijgebied binnengaan dan projecteert een detector 131 een lichtstraal door de transparante folie in een ruimte S tussen 10 de individuele lasten naar een foto elektrische reflector 133 teneinde een elektrisch signaal te genereren voor het instrueren van de snij-blad- aandrijfschakeling voor het activeren van een pneumatische cylin- der 236 die de hete snijdraad 232 door de film beweegt teneinde de last 15 124 te scheiden van de spiraalvormig omwikkelde bundel 224. Dergelijke detectie-inrichtingen zijn in de stand der techniek bekend en iedere Standaardschakeling kan worden gebruikt om de pneumatische cylinder 236 te activeren wanneer de detector een ruimte tussen de lasten 124 waarneemt. Op soortgelijke wijze kunnen een begrenzingschakelaar, een con-20 tactschakelaar, een drukgevoelige schakelaar of andere geschikte middelen worden gebruikt voor het activeren van de cylinder 236. Tijdens bedrijf wordt de boog 230 in benedenwaartse richting aangedreven gedurende de ene snede en opwaarts aangedreven bij de volgende snede teneinde een geleidelijke efficiënte werking te verkrijgen.
25 De draad wordt verwarmd door aansluiting op een stroombron van on geveer 9 V die de draad voldoende verwarmt zodanig dat de randen van de folie aaneen gehecht worden teneinde een houdrand te vormen. De gescheiden rand vervormt terug naar zijn oorspronkelijke geheugenvorm zodat een vasthoudende vorm wordt verkregen. De spiraalbundel beweegt 30 verder en de volgende afstand S tussen de lasten 124 wordt gedetecteerd door de lichtdetector 131. De snijdraad 232 die tevoren in neerwaartse richting is aangedreven wordt nu opwaarts opgetild teneinde de omwikkelde lasten op dezelfde wijze als in het voorgaande is beschreven van elkaar te scheiden.
35 Andere snijinrichtingen kunnen worden gebruikt in plaats van de verhitte snijdraad, bijvoorbeeld een mesblad met zaagtandranden, bevestigd aan het frame in plaats van de snijdraad. Als het blad tegen de folie wordt bewogen dan zal de snijrand aankomen tegen het wikkelmate-riaal waardoor het wikkelmateriaal in hoofdzaak zal scheuren. Het snij-40 den gebeurt terwijl de omwikkelde bundel door de transporteurs wordt 81 024 34 13 voortbewogen.
Een andere transporteursamenstelling 300 kan worden gebruikt in plaats van de in het bovenstaande beschreven transporteursamenstelling. In deze uitvoeringsvorm is de lastdragende band 310 zoals getoond is ia 5 de figuren 14 en 15 gepositioneerd boven een stalen glijbed 312, dat op geschikte wijze kan worden gemonteerd aan het frame of aan opstaande steundelen. Verder is een stalen basisplaat 314 met geleidingrail 316 gevormd aan beide zijden bevestigd aan het frame of aan de steundelen teneinde kanalen te vormen die de ronde band 318 bevatten. De band 318 10 is een commercieel standaardtype dat uit de stand der techniek bekend is. De lastdragende band 310 is gemonteerd op rollen 320, 322 en wordt aangedreven door de rol 324 op op zichzelf bekende wijze. De band 310, die dezelfde samenstelling heeft als de transporteurband die in het bovenstaande is beschreven, heeft een wrijvingsoppervlak waardoor het 15 voor de band mogelijk is om een last op geschikte wijze op zijn oppervlak te dragen. De ronde banden 318 en 318' zijn respectievelijk gemonteerd elk aan een zijkant van de transporteursamenstelling 310 over stroomafwaartse bandschijven 326, die gemonteerd zijn op assen 328 door middel van rollagersamenstellingen 330. De band is gepositioneerd door 20 uitlijning van de bandschijven 332 en 334, die eveneens roteerbaar gemonteerd zijn op assen die op hun beurt bevestigd zijn aan het frame of in het geval van de bandschijven 326 en 332 aan het stalen glijbed. De ronde banden 318 en 318' zijn gemonteerd aan de buitenzijde van de band 310 rond de rol 322 en de aandrijfrol 324. Zoals uit de figuur blijkt 25 wordt dus in plaats van een onderste transporteurstructuur, zoals in het voorgaande is beschreven, een ronde bandtransporteur gebruikt die alleen in aanraking komt met de buitenranden van de foliebaan die rond de transporteursamenstelling wordt gewikkeld. In deze uitvoeringsvorm is er een korte afstand van ongeveer 5 tot 7 1/2 cm tussen het einde 30 van de stroomafwaartsebandschijf 326 en de rand van de rol 320, zodat de foliebaan in lichte mate in aanraking zal komen met de punt van de transporteursamenstelling. Omdat de baan wordt gedragen zullen echter geen voorwaartse wrijvingskrachten worden opgebouwd, dit in tegenstelling met uit de stand der techniek bekende inrichtingen. De werking van 35 de wikkelinrichting is dezelfde als in de bovenstaand beschreven uitvoeringsvorm.
Tijdens de werking van de wikkelinrichting volgens de uitvinding worden de volle baanmodus, spiraalbaanmodus en bandmodus op in hoofd-zaak identieke wijze uitgevoerd. In deze modes brengt de toevoertrans-40 porteur 12 de last 24 op de wikkeltransporteursamenstelling 14, die de 8102434 14
V
* ¥ last vervolgens draagt naar een vooraf bepaalde wikkelpositie in de folie -af gif teweg en de transporteursamenstelling stopt waarbij de last in stationaire positie blijft* De voorste rand 57 van de foliebaan 58 wordt vastgehouden in de klemsamenstelling 62 gepositioneerd onder de 5 transporteursamenstelling 14 zoals het best te zien is in figuur 3. Nadat tenminste een wikkeling is gemaakt rond de last en de klemsamenstelling worden de klemmen geroteerd waardoor de rand 57 die nu door de foliebaanwikkeling wordt vastgehouden, wordt vrijgegeven. Als de wikkeling bestemd is voor een last die volledig in een baan past, zoals ge-10 toond is in figuur 5, of een last die moet voorzien worden van banden, zoals in figuur 6, dan wordt een aantal overlappende folielagen gewikkeld rond de last en de transporteursamenstelling 14. In de spiraalwik-kelmodus, zoals getoond is in figuur 7, wordt een aantal wikkelingen gewikkeld rond het stroomafwaartse einde van de last zoals in fantoom 15 getoond is in figuur 7 op dezelfde wijze als een band wordt gevormd in figuur 6 en de transporteursamenstelling wordt geactiveerd waardoor de last stroomafwaarts wordt verplaatst naar de afvoertransporteur waarbij een spiraalwikkeling wordt gevormd rond de last. Als de last een station bereikt waarin het einde wordt gedetecteerd door een voelerdetector, 20 een lichtaftastmiddel, een drukgevoelige schakelaar of een ander geschikt aftastmechanisme, dan worden zowel de afvoertransporteur als de wikkeltransporteursamenstelling gestopt en een tweede band wordt geplaatst rond het stroomopwaartse uiteinde van de last op dezelfde wijze alsof een band of een volle baan rond de last zou moeten worden gewik-25 keld. Er wordt op gewezen dat er een ruimte is tussen de transporteursamenstelling 14 en de afvoertransporteur 20 waardoor het mogelijk is dat de uitgerekte foliebaan, die tenminste 10% is uitgerekt, ofwel door het remstelsel zoals in het voorgaande is beschreven of over meer dan 40% door het voorstrekmechanisme dat eveneens is beschreven, kan worden 30 losgenomen van de transporteursamenstelling en zijn geheugenpositie M rond de last kan innemen.
Het einde van de wikkelingscydus wordt volgens de uitvinding bepaald door een nabijheidsschakelaar die gepositioneerd is op korte afstand van de ring 44, welke een gebogen metalen plaat detecteert die 35 bevestigd is aan de ring. De nabijheidsschakelaar is elektrisch gekoppeld met een teller die wordt geactiveerd om elke omwenteling van de wikkeling te tellen. De hier gebruikte specifieke teller is een Eagle teller, model D2100-AG, die als standaardapparaat normaal verkrijgbaar is. Als de teller een vooraf bepaald aantal omwentelingen heeft geïndi-40 ceerd, bepaald door het type van de wikkeling en de gewenste te omwik- 81 02 4 3 4 «* * 15 kelen last, dan activeert de teller een schakelaar waardoor de afvoer-transporteur en de wikkeltransporteursamenstelling worden gestopt voor het snijden van de foliebaan. De activering van de fluldumcylinders om in een vooraf bepaalde volgorde met functioneren te beginnen en uit te 5 steken over een vooraf bepaalde afstand is in de stand der techniek bekend en kan met een gebruikelijke flutdumschakeling worden gerealiseerd. Als het snijmechanisme is geactiveerd dan zijn de snijstandaard en de snijkop opwaarts gericht en stoten tegen de folie waardoor de folie wordt meegenomen naar het midden van de last. Er wordt opgemerkt 10 dat de afgifterol 56 op de ring 44 in de stoppositie zich bevindt onder de last en in hoofdzaak loodrecht op de as van de last. Als de folierol op deze wijze is gepositioneerd dan staat de baan zelf in contact ofwel met de rand van de last ofwel met de rand van de transporteursamenstel-ling en verloopt gehoekt vanaf deze rand in benedenwaartse richting 15 naar de op de ring gepositioneerde rol. Het snijmechanisme 110 zal, wanneer het opwaarts wordt aangedreven door de pneumatische cylinder 118, aankomen tegen de gehoekte fopliebaan en deze meenemen in hoofdzaak in overeenstemming met een loodrechte lijn getrokken vanaf de centrale as van de transporteursamenstelling door middel van de borstel 20 128 die in dè folie borstelt tegen de onderliggende folielaag die ge wikkeld is rond de transporteursamenstelling zoals getoond is in figuur 9. Het klemmechanisme 62 wordt vervolgens geroteerd voor het klemmen en vasthouden van de foliebaan tussen de snijkop 120 en de afgifterol 56. De pneumatische cylinder 122 van de snijkop wordt vervolgens geacti-25 veerd waardoor het zaagtandsnijblad 221 in de foliebaan 58 wordt ingedreven voor het snijden van de foliebaan. Als de foliebaan is gescheiden dan blijft een klein deel van de achterste rand vrij hangen van de wikkeling. Indien gewenst kan deze folierand tegen de last worden gedrukt door de standaard cylinder 118 van de snijeenbeid voor een tweede 30 keer te activeren zodat de standaard over een korte afstand verder beweegt waarbij de borstel de overblijvende rand tegen de wikkeling drukt. De snijstandaard wordt vervolgens teruggetrokken van de last naar de rustpositie die in fantoom getoond is in figuur 9 voor de volgende snijoperatie en de transporteurs worden geactiveerd voor het weg-35 voeren van de omwikkelde last van het omwikkelstation en voor het inbrengen van een nieuwe last in het omwikkelstation*
In een doorgaande omwikkeloperatie wordt het in het bovenstaande beschreven snijmechanisme niet gebruikt en worden de lasten continu getransporteerd over de wikkeltransporteursamenstelling naar de afneem-40 transporteur, waarbij tussenruimten tussen de lasten ontstaan voor een 8102434 i 1 >ί 16 scheidingsproces stroomafwaarts. De lasten worden dan van elkaar gescheiden bij de tussenruimte-foliegebieden zoals in het voorgaande werd beschreven en vervolgens afgevoerd naar een ander transportgebied.
Er wordt op gewezen dat de stappen in het omwikkelproces onderling 5 kunnen worden verwisseld zonder buiten het kader van de uitvinding te treden. Verder kunnen deze stappen worden verwisseld en zijn ze equivalent. In de voorgaande beschrijving is de uitvinding toegelicht verwijzend naar een bijzondere voorkeursuitvoeringsvorm ervan maar het zal duidelijk zijn dat de specifieke details alleen ter illustratie zijn ÏO gegeven en dat de uitvinding ook op andere wijze kan worden gerealiseerd zonder buiten het kader van de hierna volgende conclusies te treden.
81 0 2 4 3 4
Claims (33)
- 2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de folie-30 strekmiddelen voorzien zijn van remmiddelen gemonteerd aan de folieaf- giftemiddelen, welke remmiddelen bestemd zijn om samen te werken met het buitenoppervlak van een rol van het materiaal gemonteerd op de genoemde folie-afgiftemiddelen teneinde een uniforme druk te handhaven in de genoemde rol waardoor het materiaal dat van de rol aan de last wordt 35 afgegeven in aanzienlijke mate wordt gestrekt.
- 3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de genoemde filmstrekmiddelen zijn gemonteerd op de filmafgiftemiddelen en voorzien zijn van tenminste twee gekoppelde en op afstand van elkaar geplaatste rolmiddelen aangedreven door de foliebaan die wordt afgetrok- 40 ken van de materiaalrol zodanig dat de stroomafwaartse rol de foliebaan 81 024 34 ..........."""# .............— - ........... • '* 18 sneller transporteert dan de stroomopwaartse rol zodat het foliemateri-aal wordt verlengd tussen de rollen voordat het de last bereikt.
- 4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de genoemde gekoppelde en op afstand van elkaar geplaatste rolmiddelen voorzien * 5 zijn van tenminste twee rolelementen gemonteerd op een as waarbij op elke as met elkaar gekoppelde tandwielen zijn aangebracht·
- 5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de gekoppelde tandwielen een overdrachtsverhouding tussen stroomopwaarts en stroomafwaarts realiseren van 4:5 tot 1:3.
- 6. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt door snijmiddelen gemonteerd aan het frame, welke snijmiddelen voorzien zijn van een basis, een steunelement dat scharnierbaar gemonteerd is aan deze basis, middelen voor het bewegen van het genoemde steunelement rond zijn scharnierpen, en een snijsamenstelling gemonteerd aan het genoemde 15 steunelement.
- 7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de snijsamenstelling voorzien is van een steunplaat gemonteerd aan het genoemde steunelement, waarbij een fluldumcylinder gemonteerd is aan de genoemde steunplaat en de zuigerstang gemonteerd is in de genoemde flul- 20 dumcylinder en het snijelement gemonteerd is aan de genoemde zuigerstang.
- 8. Inrichting volgens conclusie 7, gekenmerkt door een borstelele-ment dat gemonteerd is aan de genoemde steunplaat, welk borstelelement buitenwaarts uitsteekt vanaf de genoemde steunplaat en bestemd is om 25 samen te werken met de achterste rand van de foliebaan en deze folie-baan tegen de onderlinge wikkelingslaag te borstelen.
- 9. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het snijelement voorzien is van een zaagtandblad.
- 10. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de snij- 30 middelen voorzien zijn van een heen en weer gaand boogelement waaraan een verhit element is gemonteerd alsmede een verwarmingsbron gekoppeld met het genoemde verhitte element.
- 11. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de snijmiddelen voorzien zijn van een heen en weer bewegend boogelement en een 35 dubbelzijdig mesblad gemonteerd in het genoemde boogelement.
- 12. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt door tellermiddelen gemonteerd aan het genoemde frame, welke tellermiddelen bestemd zijn voor het detecteren van de rotatie van de genoemde folie-afgiftemidde-len, welke tellermiddelen bij een vooraf bepaald aantal omwentelingen 40 de genoemde snijmiddelen via een schakeling activeren. 81 0 2 4 3 4 «
- 13. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat detector-middelen gepositioneerd zijn stroomafwaarts van de genoemde afvoer-transporteur, voorzien van licht uitzendende middelen bestemd om licht uit te stralen door het omwikkelmateriaal voor het aftasten van de tus- 5 senafstand tussen de lasten, waarbij, wanneer een tussenafstand door de detectormiddelen wordt gedetecteerd, de snijmiddelen worden geactiveerd.
- 14. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt door detectormiddelen gepositioneerd stroomafwaarts van de genoemde transporteursamen- 10 stelling, welke detectormiddelen voorzien zijn van drukgevoelige middelen bestemd voor het waarnemen van de positie van de omwikkelde last en voor het activeren van de genoemde snijmiddelen.
- 15. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de genoemde transporteursamenstelling is uitgelijnd met de toevoertransport- 15 middelen en gepositioneerd binnen het omwikkelgebied van het folie-afgifte-element, welke transportsamenstelling verder voorzien is van een frame waarop de twee transportmiddelen zijn gemonteerd, waarbij het ene transportmiddel voorzien is van een band voor het stroomafwaarts transporteren van een last, terwijl het andere transportmiddel voorzien 20 is van een aantal banden die verlopen aan de buitenzijde van het genoemde transporteurframe en bestemd zijn om in aanraking te komen met de gestrekte foliebaan die aangebracht is door het folie-afgifte-element voor het stroomafwaarts transporteren van de foliebaan.
- 16. Inrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat het 25 transportframe voorzien is van een basisplaat, geleidingsmiddelen gemonteerd aan de genoemde basisplaat en een glijelement gepositioneerd boven deze plaat.
- 17. Inrichting volgens conclusie 16, gekenmerkt door een aantal bandschijfelementen gemonteerd aan het glijelement, welke bandschijf- 30 elementen bestemd zijn voor het geleiden van de transportbanden om daarover te roteren tijdens de beweging binnen de genoemde geleidingsmiddelen.
- 18. Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de geleidingsmiddelen voorzien zijn van twee parallelle kanalen bestemd voor 35 ontvangst van de transporteurbanden.
- 19. Inrichting volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat de genoemde transporteurbanden rond zijn.
- 20. Inrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de basisplaat en het glijelement horizontaal zijn gepositioneerd met betrek- 40 king tot de bodem en parallel aan elkaar. 8102434
- 4 V Λ , 21. Inrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat het an dere transportmiddel voorzien is van banden gepositioneerd buiten de genoemde band van het ene transportmiddel waarbij alle genoemde banden worden aangedreven door de aandrijfmiddelen.
- 22. Inrichting volgens conclusie 1, gekenmerkt door snijmiddelen gepositioneerd aangrenzend aan de genoemde wikkelmiddelen, welke snijmiddelen voorzien zijn van een standaard die scharnierbaar gemonteerd is aan een basiselement, fluïdummiddelen gekoppeld met de genoemde standaard en het basiselement en bestemd om de standaard langs een 10 vooraf bepaalde weg te bewegen, een snijsamenstelling gemonteerd aan de genoemde standaard, welke snijsamenstelling bestemd is om heen en weer te worden bewogen zodanig dat contact wordt gemaakt met de foliebaan en deze foliebaan van de wikkelmiddelen wordt gescheiden.
- 23. Inrichting voor het omwikkelen van een aantal lasten, waarbij 15 elke last bestaat uit een aantal elementen en voor het uniformeren van de lasten in omwikkelde pakken, gekenmerkt door transportmiddelen bestemd voor ontvangst van een aantal lasten, omwikkelmiddelen gepositioneerd aangrenzend aan de genoemde transportmiddelen, welke omwikkelmiddelen voorzien zijn van een frame, een roteerbaar folieroldragerelement 20 gemonteerd aan het genoemde frame, een transporteursamenstelling uitgelijnd met de genoemde transportmiddelen en gepositioneerd binnen het wikkelgebied van het folieroldragerelement, welke transporteursamenstelling voorzien is van twee vertikaal gepositioneerde transporteurs gemonteerd aan een frame, waarbij elk van deze transporteurs zodanig 25 functioneert dat het bovendeel van de ene transporteur beweegt in dezelfde richting en met dezelfde snelheid als het onder gelegen deel van de andere transporteur, een roteerbare as bevestigd aan het folieroldragerelement en bestemd voor het houden van een rol van het materiaal, aandrijfmiddelen gekoppeld met het folieroldragerelement voor het doen 30 roteren van het folieroldragerelement zodanig dat continu materiaal wordt afgegeven rond de transporteursamenstelling en de last die op de transporteursamenstelling wordt gesteund teneinde een spiraalvormig omwikkelde last te verkrijgen, filmstrekmiddelen gekoppeld met het folieroldragerelement teneinde een spanning te handhaven in het genoemde 35 foliemateriaal waardoor het foliemateriaal aanzienlijk wordt gestrekt bij het wikkelen ervan rond de last en de transporteursamenstelling, alsmede afvoertransportmiddelen op afstand van en toch aangrenzend aan de transporteursamenstelling en bestemd voor het afvoeren van de door de omwikkelmiddelen spiraalvormig omwikkelde last, en snijmiddelen 40 stroomafwaarts van de genoemde afvoertransportmiddelen bestemd voor het 81 02 4 3 4 snijden tussen aangrenzende lasten door het rond de genoemde lasten gewikkelde foliemateriaal tijdens het transport, van deze lasten teneinde elk van de lasten tot een uniform pak te scheiden.
- 24. Inrichting volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat het fo-5 lieroldragerelement bestaat uit een ringelement en dat kleimniddelen zijn gepositioneerd onder de onderste transporteur bestemd voor het klemmen en vasthouden van de vanaf de folierol afgegeven foliebaan.
- 25. Inrichting volgens conclusie 24, gekenmerkt door detectormid-delen gemonteerd aan het frame, welke detectormiddelen voorzien zijn 10 van een nabijheidsschakelaar gemonteerd aan het frame en een plaat die gemonteerd is aan het ringelement, welke detectormiddelen tellermidde-len activeren voor het tellen en registreren van het aantal omwentelingen van de genoemde ring, welke tellermiddelen zijn gekoppeld met scha-kelmiddelen die de aandrijfmotor van de genoemde ring stoppen bij een 15 positie van de folierol op het genoemde ringelement onder de transpor-teursamenstelling.
- 26. Inrichting volgens conclusie 24, met het kenmerk, dat de klem-middelen roteerbaar zijn in een vlak dat in hoofdzaak parallel staat aan het vlak van de transporteurmiddelen.
- 27. Inrichting volgens conclusie 24, gekenmerkt door positione- ringsmiddelen gekoppeld met het genoemde frame voor het positioneren van het ringelement zodanig dat de folierol wordt gepositioneerd onder de transporteursamenstelling.
- 28. Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de snij-25 middelen voorzien zijn van een heen en weer bewegend frame waarop een verwarmde draad is gemonteerd, welk heen en weer bewegend frame bestemd is om tot boven en onder continu omwikkelde lasten te bewegen zodanig dat het frame bij de ene slag in neerwaartse richting snijdt door de tussenruimte tussen de lasten en bij de daarop volgende slag in op-30 waartse richting snijdt door de tussenruimte tussen de aangrenzende lasten.
- 29. Werkwijze voor het vervaardigen van een uniform pak, gekenmerkt door de volgende stappen: a) het plaatsen van een aantal lasten op een transporterend or-35 gaan in onderling gescheiden relatie; b) het transporteren van elke last achtereenvolgens naar een transporteursamenstelling die gepositioneerd is in een omwikkelinrichting, welke transporteursamenstelling voorzien is van twee van banden voorziene transporteurs, waarbij het bovenste gedeelte van de band van 40 de ene transporteur in stroomafwaartse richting beweegt en een deel van 8102434 f * -C · de band van de andere transporteur bestemd is om in stroomafwaartse richting met dezelfde snelheid als de andere band te bewegen, c) het wikkelen van een baan van strekbaar materiaal, dat aanzien* lijk is gestrekt, rond de genoemde last en de transporteursamenstelling 5 een aantal malen teneinde een enkele band te vormen; d) het scheiden van de folie van de genoemde wikkelinrichting; en e) het activeren van de transporteursamenstelling voor het individueel transporteren van de omwikkelde last alsmede de folie gewikkeld rond de transporteursamenstelling met dezelfde snelheid naar een af- 10 neemtransporteenheid die op afstand staat van de genoemde transporteursamenstelling.
- 30. Werkwijze voor het vervaardigen van een uniform pak volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat de transporteursamenstelling voorzien is van bovenste en onderste transporteurs, waarbij het bovenste 15 deel van de band van de bovenste transporteur beweegt in stroomafwaartse richting en een deel van de band van de onderste transporteur beweegt in stroomafwaartse richting met dezelfde snelheid als de bovenste transporteur, waarbij verder na stap b) de transporteursamenstelling wordt gestopt binnen het omwikkelgebied van de genoemde omwikkelinrich- 20 ting.
- 31. Werkwijze voor het maken van een uniform pak volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat de afvoetransporteenheid zich bevindt op afstand van de genoemde omwikkelinrichting op een voldoende afstand om het mogelijk te maken dat elke omwikkelde materiaalband zijn geheugen- 25 positie rond de last herkrijgt voordat het pak geheel terecht komt op de afvoertrandporteur.
- 32. Werkwijze volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat de bovenste en/of onderste transporteur meervoudige banden bevat.
- 33. Werkwijze voor het maken van een continue spiraalvormige ge- 30 bundelde omwikkeling, gekenmerkt door de volgende stappen: a) het plaatsen van een aantal lasten, elk opgebouwd uit een aantal opeen gestapelde elementen, in gescheiden relatie op een transporteur; b) het transporteren van het genoemde aantal lasten naar een wik- 35 kelgebied en op een transporteursamenstelling voorzien van een aantal aangrenzend gepositioneerde bandtransporteurs geplaatst binnen het wik-kelgebied; c) het aanzienlijk strekken van een baan van strekbaar foliemate-riaal en het wikkelen daarvan rond een eerste last en rond de transpor- 40 teursamenstelling; 81 0 2 4 3 4
- 5 J» d) het transporteren van de genoemde eerste last over de transporteur samenstelling met een eerste snelheid in stroomafwaartse richting waarbij de baan wordt gewikkeld rond de transporteursamenstelling met dezelfde snelheid in stroomafwaartse richting door aandrijving van de 5 genoemde transportbanden van de transporteursamenstelling; e) doorgaan met het omwikkelen van het materiaal rond de last en rond daarop volgende lasten teneinde een continu omwikkelde bundel te vormen; f) het afvoeren van de continu omwikkelde bundel van de genoemde 10 transporteursamenstelling zodanig dat de foliebaan die rond de last en en de transporteursamenstelling is gewikkeld zijn geheugenpositie rond de last aanneemt; en g) het doorsnijden van de spiraalvormig (nawikkelde bundel tussen de genoemde lasten teneinde individueel omwikkelde lasten van opeen ge- 15 stapelde eenheden te vormen. ********** 81 02 4 34
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
US06/151,699 US4317322A (en) | 1980-05-20 | 1980-05-20 | Rotatable film wrapping apparatus with wrap carrying mechanism |
US15169980 | 1980-05-20 |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8102434A true NL8102434A (nl) | 1981-12-16 |
NL190366B NL190366B (nl) | 1993-09-01 |
NL190366C NL190366C (nl) | 1994-02-01 |
Family
ID=22539896
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NLAANVRAGE8102434,A NL190366C (nl) | 1980-05-20 | 1981-05-18 | Inrichting voor het omwikkelen van een vracht. |
Country Status (10)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4317322A (nl) |
JP (1) | JPS5946845B2 (nl) |
AU (1) | AU538032B2 (nl) |
BE (1) | BE888883A (nl) |
CA (1) | CA1143276A (nl) |
DE (1) | DE3119657C2 (nl) |
FR (1) | FR2486022A1 (nl) |
GB (1) | GB2076772B (nl) |
LU (1) | LU83380A1 (nl) |
NL (1) | NL190366C (nl) |
Families Citing this family (93)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4497159A (en) * | 1982-02-01 | 1985-02-05 | Lantech, Inc. | Friction drive stretch wrapping apparatus |
JPS58203805A (ja) * | 1982-05-21 | 1983-11-28 | 株式会社富士製作所 | 包装装置における被包装物の支持用可動式案内装置 |
US4524568A (en) * | 1982-08-27 | 1985-06-25 | Lantech, Inc. | Power assisted rotatable film wrapping apparatus |
US4553374A (en) * | 1983-01-03 | 1985-11-19 | Lancaster William G | Rotatable film wrapping apparatus for cylindrical loads |
DE3341897C2 (de) * | 1983-03-16 | 1995-04-13 | Hagemann B Gmbh & Co | Vorrichtung zum Einhüllen von Packstücken bzw. -gebinde in ein vorgerecktes, nachschrupfendes Folienband |
US4545182A (en) * | 1983-03-24 | 1985-10-08 | Mcdowell Jr Kenneth J | Rotating film wrapping apparatus with traveling clamp |
FI831375L (fi) * | 1983-04-21 | 1984-10-22 | Haloila M Oy Ab | Foerpackningsmaskin. |
US4593518A (en) * | 1983-08-17 | 1986-06-10 | Lantech, Inc. | Flexible wrapping apparatus |
US4549388A (en) * | 1983-09-13 | 1985-10-29 | Lantech, Inc. | Package sealing apparatus |
DE3338036C2 (de) * | 1983-10-20 | 1986-01-09 | B. Hagemann & Co, 4430 Steinfurt | Vorrichtung zum Umwickeln von Packstücken oder Gebinden in einer Stretchfolie |
DE3339337A1 (de) * | 1983-10-29 | 1985-05-15 | B. Hagemann & Co, 4430 Steinfurt | Verfahren und vorrichtung zum einhuellen von packstuecken oder gebinden in schrumpffolie |
DE3401217A1 (de) * | 1984-01-14 | 1985-07-25 | B. Hagemann & Co, 4430 Steinfurt | Verfahren zur herstellung von mit folie eingepackten, leicht oeffenbaren packstuecken oder gebinden sowie nach dem verfahren hergestellte packstuecke oder gebinde |
EP0149227B1 (de) * | 1984-01-14 | 1988-05-25 | B. Hagemann & Co. | Verfahren zur Herstellung von mit Folie eingepackten Packstücken oder Gebinden sowie Vorrichtung zur Durchführung des Verfahrens |
US4676048A (en) * | 1984-02-23 | 1987-06-30 | Lantech, Inc. | Supply control rotating stretch wrapping apparatus and process |
GB2154536A (en) * | 1984-02-23 | 1985-09-11 | Lancaster Patrick R | Improved supply control rotating stretch wrapping apparatus and process |
US4712354A (en) * | 1984-02-23 | 1987-12-15 | Lantech, Inc. | Dual rotating stretch wrapping apparatus and process |
CA1244751A (en) * | 1984-02-23 | 1988-11-15 | Patrick R. Lancaster, Iii | Dual rotating stretch wrapping apparatus and process |
US4866909A (en) * | 1985-12-04 | 1989-09-19 | Lantech, Inc. | High tensile wrapping process |
US4953336A (en) * | 1984-02-23 | 1990-09-04 | Lantech, Inc. | High tensile wrapping apparatus |
US4658570A (en) * | 1984-03-09 | 1987-04-21 | Thomas Harold D | Wood bundling device |
DE3431628A1 (de) * | 1984-08-29 | 1986-03-27 | B. Hagemann & Co, 4430 Steinfurt | Vorrichtung mit ueberbrueckungsfoerderer zum umwickeln von packstuecken oder gebinden mit einer stretchfolie |
GB2187430B (en) * | 1986-02-28 | 1989-11-08 | Fitzell Raymond | Bale wrapping |
DE3614775A1 (de) * | 1986-05-02 | 1987-11-05 | Cyklop Ag | Maschine zum sprialfoermigen umwickeln von verpackungsgut mit einer kunststoff-streckfolienbahn |
US4761934A (en) * | 1987-02-27 | 1988-08-09 | Lantech | Parallel belted clamp |
US4738079A (en) * | 1987-04-07 | 1988-04-19 | Lantech, Inc. | Method and apparatus for severing packaging material between successive wrapped loads during a continuous wrapping process |
HU210433B (en) * | 1989-02-18 | 1995-04-28 | Johnson & Sons Ltd W T | Method and apparatus for packaging of articles or sets of articles |
US4979358A (en) * | 1989-05-31 | 1990-12-25 | Keip Charles P | Rotary film wrapping apparatus |
US5027579A (en) * | 1989-05-31 | 1991-07-02 | Keip Machine Company | Wrapping apparatus |
US5203136A (en) * | 1989-09-06 | 1993-04-20 | Newtec International (Societe Anonyme) | Film unwinding carriage for a packaging machine |
FR2651481B1 (fr) * | 1989-09-06 | 1991-12-20 | Newtec Int | Chariot de devidement de film pour machine d'emballage. |
AU617643B3 (en) * | 1990-04-09 | 1991-10-10 | Michael Reynell Laver | Wrapping apparatus |
US5027581A (en) * | 1990-05-30 | 1991-07-02 | Hayssen Manufacturing Company | Wrapping method and apparatus |
JPH05605U (ja) * | 1990-12-20 | 1993-01-08 | 株式会社富士製作所 | 包装装置における被包装物の支持用可動式案内装置 |
US5282347A (en) * | 1991-11-12 | 1994-02-01 | John Lysaght (Australia) Limited | Wrapping apparatus |
US5285891A (en) * | 1992-06-01 | 1994-02-15 | Liberty Industries | Conveyor for rotary film wrapping apparatus |
AU664288B2 (en) * | 1992-06-02 | 1995-11-09 | Minnesota Mining And Manufacturing Company | Variable stretch detackification adhesive tape unitizer system |
US5311725A (en) * | 1992-07-30 | 1994-05-17 | Lantech, Inc. | Stretch wrapping with tension control |
US5315809A (en) * | 1992-09-11 | 1994-05-31 | Lantech, Inc. | Stretch wrapping emergency stop |
CA2105203C (en) * | 1992-10-30 | 1998-12-15 | Gale W. Huson | Method for wrapping elongate load with wrapping film, apparatus therefor, and film-perforating mechanism |
US5505042A (en) * | 1993-03-29 | 1996-04-09 | Liberty Industries | Air assisted feed through conveyor for rotary film wrapping apparatus |
US5531061A (en) * | 1993-04-22 | 1996-07-02 | Peterson; Robert W. | System and method for packaging bales of hay and an improved wrapping apparatus |
US5433058A (en) * | 1993-04-22 | 1995-07-18 | Peterson; Robert W. | System, method, and apparatus for packaging bales of hay |
US5305871A (en) * | 1993-05-05 | 1994-04-26 | Illinois Tool Works Inc. | Package-conveying apparatus comprising endless member conveyor and pushers |
US5392912A (en) * | 1993-12-23 | 1995-02-28 | Sara Lee Knit Products | Self-supporting textile package |
US5564258A (en) * | 1994-11-10 | 1996-10-15 | Lanatech, Inc. | Method and apparatus for holding and wrapping stretch wrap packaging material |
US5758470A (en) * | 1996-08-28 | 1998-06-02 | Lantech, Inc. | Method and apparatus for placing cornerboards and wrapping a load |
US6151863A (en) * | 1998-04-24 | 2000-11-28 | Lantech Management Corp. | Method and apparatus for stretch wrapping a load |
US6289652B1 (en) * | 1998-11-06 | 2001-09-18 | Lantech Management Corp. | Method and apparatus for wrapping a load |
US6085488A (en) * | 1998-12-18 | 2000-07-11 | Illinois Tool Works Inc. | Film carriage ring for horizontal stretch film wrapping or packaging machines, and a method of making the same |
ES2193798B1 (es) * | 1999-05-06 | 2005-02-16 | Aetna Group, S. P.A. | Dispositivo para el soporte y avance de productos en maquinas para el envolvimiento de los mismos con una pelicula extensible. |
JP3622078B2 (ja) * | 2000-04-04 | 2005-02-23 | 松本システムエンジニアリング株式会社 | 荷体包装方法及びその装置 |
EP1294611A1 (en) | 2000-06-13 | 2003-03-26 | Lantech Management, Corp. | Method and apparatus for wrapping a top and bottom of a load |
CA2450655C (en) | 2001-06-15 | 2008-11-18 | Wiley Metal Fabricating, Inc. | Orbital pallet wrapping machine and method |
CN100445174C (zh) * | 2001-10-24 | 2008-12-24 | 松本系统工程有限公司 | 货物包装方法及其装置 |
CA2448072A1 (en) * | 2002-11-04 | 2004-05-04 | Cousins Packaging Inc. | Wrap machine |
ITBO20030383A1 (it) * | 2003-06-20 | 2004-12-21 | Aetna Group Spa | Apparecchiatura per l'avvolgimento di gruppi di prodotti |
GB0424754D0 (en) * | 2004-11-10 | 2004-12-08 | Oakbridge Invest Ltd | Packaging method and apparatus |
US7610737B2 (en) * | 2006-08-22 | 2009-11-03 | Valley Tissue Packaging, Inc. | Continuous motion wrapping method |
KR100873908B1 (ko) | 2007-04-02 | 2008-12-15 | 삼성전자주식회사 | 테이핑 및 밴딩장치 |
US7516694B1 (en) * | 2007-08-21 | 2009-04-14 | Eifler Scott M | Firewood bundler device |
EP2342135B1 (en) * | 2008-05-29 | 2014-08-06 | Atlantic Corporation | Systems for monitoring and controlling usage of materials |
GB0911999D0 (en) * | 2009-07-10 | 2009-08-19 | Oakbridge Invest Ltd | Packaging method and apparatus |
DE102011000205B4 (de) | 2011-01-18 | 2014-07-17 | Illinois Tool Works Inc. | Vorrichtung und Verfahren zum Reffen eines Schlauchfolienabschnitts |
DE102011075451B4 (de) | 2011-05-06 | 2014-05-08 | Illinois Tool Works Inc. | Verfahren und Vorrichtung zum Aufreffen eines Schlauchfolienabschnitts auf die Refffinger einer Verpackungsanlage |
FI124180B (fi) * | 2011-09-30 | 2014-04-15 | Illinois Tool Works | Menetelmä käärintäkoneen kuljetustilaan saattamiseksi sekä käärintäkone |
US11066198B2 (en) * | 2012-06-18 | 2021-07-20 | TAB Industries, LLC | Stretch film dispenser for orbital pallet wrappers |
FI125661B (en) | 2012-09-07 | 2015-12-31 | Signode Int Ip Holdings Llc | Method and apparatus for positioning corner guards on a load |
WO2014185903A1 (en) * | 2013-05-15 | 2014-11-20 | Meighen Karen | Reusable wrapping material |
ITMI20131550A1 (it) | 2013-09-20 | 2015-03-21 | Area S R L | Apparecchiatura per l'imballaggio di bottiglie con pellicola sottile di materiale plastico estensibile. |
FI125411B (en) | 2013-10-31 | 2015-10-15 | Signode Internat Ip Holdings Llc | Method and fasteners for securing the end of a wrapping film web to a packaging machine and packaging machine |
EP3105124B1 (en) * | 2014-02-14 | 2018-01-31 | Krones Ag | Wrapping apparatus employing stretching film with improved retaining device |
US10293975B2 (en) | 2014-03-31 | 2019-05-21 | Encore Packaging Llc | Clasp for tethering |
DE102014106365B4 (de) | 2014-05-07 | 2017-06-14 | Lachenmeier Aps | Verpackungsverfahren zum Verpacken eines Gutes |
DE102015101489A1 (de) | 2015-02-02 | 2016-08-04 | Signode Industrial Group Llc | Verpackungsvorrichtung und Verfahren zum Betrieb derselben |
WO2016176271A1 (en) * | 2015-04-29 | 2016-11-03 | Packsize Llc | Profiling of packaging systems |
ITUB20151033A1 (it) * | 2015-05-29 | 2016-11-29 | Aetna Group Spa | Macchina avvolgitrice |
ITUB20151361A1 (it) * | 2015-05-29 | 2016-11-29 | Aetna Group Spa | Macchina avvolgitrice |
US10358245B2 (en) * | 2015-09-25 | 2019-07-23 | Paul Kurt Riemenschneider, III | System and method of applying stretch film to a load |
DE102016200554A1 (de) | 2016-01-18 | 2017-07-20 | Krones Aktiengesellschaft | Verfahren zum Verpacken von Artikeln oder Stückgütern, mit einem solchen Verfahren hergestelltes Stretchgebinde, geordnete Zusammenstellung mehrerer derartiger Stretchgebinde sowie Vorrichtung zur Herstellung solcher geordneter Zusammenstellungen |
US20180127122A1 (en) | 2016-11-06 | 2018-05-10 | Encore Packaging Llc | Automated Box or Object Wrapping |
USD827002S1 (en) * | 2017-03-03 | 2018-08-28 | Encore Packaging Llc | Wrapping apparatus |
USD827001S1 (en) * | 2017-03-03 | 2018-08-28 | Encore Packaging Llc | Wrapping apparatus |
DE102017204231A1 (de) | 2017-03-14 | 2018-09-20 | Krones Aktiengesellschaft | Verpackungsvorrichtung und Verfahren zum Umwickeln von Artikeln mit dehnbarer Folie |
DE102017208501A1 (de) | 2017-05-19 | 2018-11-22 | Krones Aktiengesellschaft | Wickelmodul für ein Verpackungssystem, Verpackungssystem mit einem solchen Wickelmodul und Verfahren zum Beaufschlagen eines Stroms an Artikeln mit dehnbarer Folie |
US10683113B2 (en) * | 2017-05-19 | 2020-06-16 | 1137508 On Ltd. | Pass through device for wrapping objects |
US11136151B1 (en) * | 2018-04-23 | 2021-10-05 | Michael Baker | Orbital wrapping machine |
CN108860694A (zh) * | 2018-07-04 | 2018-11-23 | 合肥欧语自动化有限公司 | 一种五金管材自动化绕膜装置 |
DE102018119149A1 (de) * | 2018-08-07 | 2020-02-13 | Krones Aktiengesellschaft | Verpackungsvorrichtung und Verfahren zur Herstellung von Stretchgebinden |
CN109051043B (zh) * | 2018-08-31 | 2024-03-22 | 江苏创源电子有限公司 | 一种表盘自动化贴膜设备 |
DE102018126695A1 (de) | 2018-10-25 | 2020-04-30 | Krones Aktiengesellschaft | Verpackungsvorrichtung zur Ausstattung von Artikeln oder Artikelgruppierungen mit umhüllenden Umverpackungen, insbesondere zum Umwickeln von Artikeln mit dehnbarer Folie |
EP3659933B1 (de) * | 2018-11-27 | 2021-04-28 | Bizerba SE & Co. KG | Verpackungsmaschine zum verpacken mit dehnfolie |
CN111252309A (zh) * | 2020-04-14 | 2020-06-09 | 安阳工学院 | 一种薄膜预缠绕切割装置及其方法 |
DE202022102324U1 (de) | 2022-04-29 | 2023-08-01 | Emba-Protec Gmbh & Co. Kg | Verpackungsvorrichtung |
Family Cites Families (27)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US603585A (en) * | 1898-05-03 | cbowell | ||
US1417591A (en) * | 1916-06-24 | 1922-05-30 | E D Anderson Inc | Means for wrapping and packing articles |
US2575467A (en) * | 1946-05-14 | 1951-11-20 | American Viscose Corp | Process and apparatus for stuffing casings |
US2863270A (en) * | 1956-05-15 | 1958-12-09 | Elmer Candy Company Inc | Tape applying device |
US3004585A (en) * | 1956-10-08 | 1961-10-17 | Apparatus for making tape reinforced plastic pipe | |
US3000167A (en) * | 1960-05-05 | 1961-09-19 | Pierce Wrapping Machine Co | Spiral wrapping machine |
GB1163038A (en) * | 1966-08-12 | 1969-09-04 | Nippon Carbide Kogyo Kk | Packaging Machine. |
US3662512A (en) * | 1968-01-24 | 1972-05-16 | Weldotron Corp | Method and apparatus for shrink-film wrapping a pallet load |
US3514920A (en) * | 1968-04-17 | 1970-06-02 | Reynolds Metals Co | Apparatus for overwrapping a package |
US3626654A (en) * | 1968-04-17 | 1971-12-14 | Reynolds Metals Co | Method of overwrapping a package |
US3580461A (en) * | 1968-06-06 | 1971-05-25 | Caribbean Holdings Ltd | Method and apparatus for making elongated vessels, containers and tubular members |
US3590549A (en) * | 1968-06-07 | 1971-07-06 | Weldotron Corp | Method and apparatus for wrapping a pallet load |
US3788199A (en) * | 1968-08-09 | 1974-01-29 | Showa Denko Kk | Method for manufacturing heavy duty bags |
US3640048A (en) * | 1968-10-07 | 1972-02-08 | Weldotron Corp | Method and apparatus for a pallet load |
US3596434A (en) * | 1970-06-24 | 1971-08-03 | Weldotron Corp | Automatic pallet wrapping machine |
US3795086A (en) * | 1972-08-30 | 1974-03-05 | Borden Inc | Apparatus for wrapping meat |
US3793798A (en) * | 1972-10-06 | 1974-02-26 | Lantech Inc | Shrink palletized process and apparatus |
DE2256708A1 (de) * | 1972-11-18 | 1974-05-22 | Transporttechnik Gmbh | Umwicklungsmaschine |
US3867806A (en) * | 1973-04-04 | 1975-02-25 | Lantech Inc | Process of making a stretched-wrapped package |
US3863425A (en) * | 1973-05-14 | 1975-02-04 | John Edwards And Associates In | Apparatus for wrapping elongate cylindrical objects |
US3986611A (en) * | 1973-07-06 | 1976-10-19 | Union Carbide Corporation | Cling film overwrap for palletized articles |
US4079565A (en) * | 1974-03-25 | 1978-03-21 | Lantech Inc. | Stretch-wrapped package, process and apparatus |
CA1009137A (en) * | 1974-06-12 | 1977-04-26 | Patrick R. Lancaster (Iii) | Apparatus for making a sheet-wrapped unitary package |
US4050220A (en) * | 1975-04-15 | 1977-09-27 | Lancaster William G | Spiral bundler |
CA1066604A (en) * | 1975-07-09 | 1979-11-20 | Patrick R. Lancaster (Iii) | Reverse wrapping package and process |
US4178734A (en) * | 1975-07-09 | 1979-12-18 | Lancaster Patrick R | Reverse wrap |
US4109445A (en) * | 1977-07-26 | 1978-08-29 | Shulman Michael H | Overhead load-wrapping apparatus |
-
1980
- 1980-05-20 US US06/151,699 patent/US4317322A/en not_active Expired - Lifetime
-
1981
- 1981-05-11 AU AU70436/81A patent/AU538032B2/en not_active Ceased
- 1981-05-14 CA CA000377581A patent/CA1143276A/en not_active Expired
- 1981-05-16 DE DE3119657A patent/DE3119657C2/de not_active Expired
- 1981-05-18 NL NLAANVRAGE8102434,A patent/NL190366C/nl not_active IP Right Cessation
- 1981-05-19 GB GB8115249A patent/GB2076772B/en not_active Expired
- 1981-05-20 FR FR8110080A patent/FR2486022A1/fr active Granted
- 1981-05-20 BE BE0/204848A patent/BE888883A/nl not_active IP Right Cessation
- 1981-05-20 LU LU83380A patent/LU83380A1/fr unknown
- 1981-05-20 JP JP56076391A patent/JPS5946845B2/ja not_active Expired
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
DE3119657C2 (de) | 1985-06-13 |
LU83380A1 (fr) | 1981-09-11 |
NL190366C (nl) | 1994-02-01 |
AU538032B2 (en) | 1984-07-26 |
FR2486022B1 (nl) | 1985-01-04 |
GB2076772A (en) | 1981-12-09 |
NL190366B (nl) | 1993-09-01 |
BE888883A (nl) | 1981-11-20 |
JPS5946845B2 (ja) | 1984-11-15 |
AU7043681A (en) | 1981-11-26 |
US4317322A (en) | 1982-03-02 |
GB2076772B (en) | 1984-08-30 |
CA1143276A (en) | 1983-03-22 |
JPS578610A (en) | 1982-01-16 |
FR2486022A1 (fr) | 1982-01-08 |
DE3119657A1 (de) | 1982-03-25 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL8102434A (nl) | Werkwijze en inrichting voor het verpakken van lasten. | |
US4524568A (en) | Power assisted rotatable film wrapping apparatus | |
US4712354A (en) | Dual rotating stretch wrapping apparatus and process | |
US4050220A (en) | Spiral bundler | |
US4593518A (en) | Flexible wrapping apparatus | |
US4676048A (en) | Supply control rotating stretch wrapping apparatus and process | |
US4553374A (en) | Rotatable film wrapping apparatus for cylindrical loads | |
US5127209A (en) | Multi-purpose stacker with overlapping material handling devices | |
US4545182A (en) | Rotating film wrapping apparatus with traveling clamp | |
US4110957A (en) | Reverse wrap | |
US4178734A (en) | Reverse wrap | |
EP0569643B1 (en) | Unwrapping apparatus with swing arms and grippers | |
CA2217642A1 (en) | Method and apparatus for automatically packaging a food or non food product | |
JPS6031735B2 (ja) | オ−バ−ラップしている物品のバンドのリ−ルを形成する装置 | |
EP0152959B1 (en) | A process and apparatus for making a unitary package by wrapping a load | |
US6354064B1 (en) | Straw wrapping machine and method | |
CA1241588A (en) | Supply control rotating stretch wrapping apparatus and process | |
US20060042759A1 (en) | Device for processing flat objects, especially for packing printed products | |
NL9400897A (nl) | Inrichting voor het verwijderen van verpakkingsmateriaal van een verpakt artikel. | |
US5884458A (en) | Paper wrapping machine | |
US20020040565A1 (en) | Straw wrapping machine, method and product using a plastic film wrapper | |
CA1081110A (en) | Reverse wrapper and process | |
EP1256520A1 (en) | Straw wrapping machine, method and product using a plastic film wrapper | |
GB2028251A (en) | Stacking and banding apparatus | |
NL1000956C2 (nl) | Werkwijze voor het stapelen en vastzetten van flexibele zakken op een pallet. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 19991201 |