NL8100426A - Ritssluiting met onderaanslag. - Google Patents

Ritssluiting met onderaanslag. Download PDF

Info

Publication number
NL8100426A
NL8100426A NL8100426A NL8100426A NL8100426A NL 8100426 A NL8100426 A NL 8100426A NL 8100426 A NL8100426 A NL 8100426A NL 8100426 A NL8100426 A NL 8100426A NL 8100426 A NL8100426 A NL 8100426A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
seam
zipper
core
base
slide
Prior art date
Application number
NL8100426A
Other languages
English (en)
Other versions
NL184092B (nl
NL184092C (nl
Original Assignee
Yoshida Kogyo Kk
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Yoshida Kogyo Kk filed Critical Yoshida Kogyo Kk
Publication of NL8100426A publication Critical patent/NL8100426A/nl
Publication of NL184092B publication Critical patent/NL184092B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL184092C publication Critical patent/NL184092C/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A44HABERDASHERY; JEWELLERY
    • A44BBUTTONS, PINS, BUCKLES, SLIDE FASTENERS, OR THE LIKE
    • A44B19/00Slide fasteners
    • A44B19/24Details
    • A44B19/36Means for permanently uniting the stringers at the end; Means for stopping movement of slider at the end
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T24/00Buckles, buttons, clasps, etc.
    • Y10T24/25Zipper or required component thereof
    • Y10T24/2539Interlocking surface constructed from plural elements in series
    • Y10T24/255Interlocking surface constructed from plural elements in series having interlocking portion with specific shape
    • Y10T24/2552Interlocking surface constructed from plural elements in series having interlocking portion with specific shape including symmetrical formations on opposite walls for engaging mating elements
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T24/00Buckles, buttons, clasps, etc.
    • Y10T24/25Zipper or required component thereof
    • Y10T24/2593Zipper or required component thereof including complementary, aligning means attached to ends of interlocking surfaces

Description

\ t - 1 -
Ritssluiting met onderaanslag.
De uitvinding heeft in hoofdzaak betrekking op ritssluitingen en betreft meer in het bijzonder een onderaanslag voor ritssluitingen die een aantal gescheiden onderdelen bevat die kunnen worden gecombineerd tot een uit één stuk bestaand 5 lichaam gedurende het halen door een schuif.
Een voorbeeld van een eindaanslag van het genoemde type, is bekend uit het Amerikaans octrooischrift 3.104.438.
De beschreven inrichting omvat drie onderdelen, waarvan er één een breedte heeft die iets groter is dan de afstand tussen de kern en 10 de zijflenzen van de schuif. Dit verbrede onderdeel wordt in de schuif geperst tussen de kern en de zijflenzen daarvan voor het verbinden met de andere onderdelen voor het leveren van een uit één geheel bestaande onderaanslag, en is daarna klaar voor samenwerking met de kern voor het beperken van de neerwaartse beweging 15 van de schuif. Deze bekende stand der techniek heeft twee gebreken.
In de eerste plaats hébben, tengevolge van de geforceerde doorgang van het verbrede onderdeel door de schuif, het verwijde onderdeel, de kern en/of de zijflens van de schuif de neiging om te slijten of op andere wijze te worden beschadigd door de wrijvingssamen-20 werking met elkaar voor het onwerkzaam maken van de onderaanslag.
In de tweede plaats kunnen de samenstellende onderdelen van de f onderaanslag, indien zij eenmaal zijn verenigd, vrij vlug de neiging hebben te worden verplaatst of uiteen te vallen onder de invloed van hoge belastingen die in zijdelingse richting van de 25 ritssluiting worden uitgeoefend of loodrecht op het vlak van de ritssluiting.
Het is een oogmerk van de uitvinding om een ritssluiting te leveren die een onderaanslag heeft die bestaat uit gescheiden onderdelen die gegrendeld zullen blijven onder krachten 30 die de neiging hebben om deze onderdelen van elkaar te verplaatsen hetzij loodrecht op het ritssluitingvlak of zijdelings van de ritssluiting.
8 1 0 0 42 6 • +· * - 2 -
Het is een ander oogmerk van de uitvinding om een ritssluiting met een onderaanslag te leveren die bestaat uit drie normaal gescheiden onderdelen die gemakkelijk een schuif kunnen binnentreden waarna zij tot één geheel worden gemaakt voor het 5 grendelen van de schuif.
Het is een nog ander oogmerk van de uitvinding om een ritssluiting te leveren die voorzien is van een onderaanslag met drie stukken van componenten die gemakkelijk met elkaar in samenwerking kunnen worden gebracht voor het vormen van een 10 integraal lichaam dat dient als grendel voor de schuif op bekende wijze.
Het is een nog ander oogmerk van de uitvinding om een ritssluiting te leveren met een onderaanslag die het zal toestaan om de schuif gemakkelijk heen en weer te bewegen over de 15 gehele afstand tussen de van elkaar afgelegen uiterste sluitele-menten.
Het is een nog ander oogmerk van de uitvinding om een ritssluiting te leveren met een onderaanslag die kan worden gemonteerd op de draagband gelijktijdig en in dezelfde vervaar-20 digingsstap als de sluitelementen worden gemonteerd.
Het is een nog ander oogmerk van de uitvinding om een ritssluiting te leveren met een onderaanslag die in staat is om te gaan door een schuif in aansluiting op het monteren van de onderaanslag op draagbanden, waardoor het mogelijk wordt ge-25 maakt om de draagbanden vast te stikken zonder hinder van schuiven (voor het leveren van wat bekend is onder de naam van "een half voltooid produkt van een ritssluiting zonder een schuif") op een voorwerp.
De bovengenoemde oogmerken worden volgens de 30 uitvinding bereikt door het leveren van een onderaanslag voor een ritssluiting die bestaat uit een paar draagbanden met een paar van eerste en tweede veerkrachtige zomen die zijn gemonteerd langs de respectieve in lengterichting lopende langsranden daarvan, een paar reeksen van afzonderlijke in elkaar grijpende sluitelementen 35 die zijn gemonteerd op en langs de respectieve langszomen, waarbij 81 0 0 42 6 β + - 3 - elk element een basis bevat voor het monteren, een koppelkop die zich daarvan uitstrekt in de richting van de andere zoom, een schuif die schuifbaar is gemonteerd op en langs de reeksen van sluitelementen voor het openen en sluiten van de ritssluiting, 5 welke schuif een schuiflichaam heeft, een kern die in het midden is aangebracht op een verbreed fronteinde daarvan en een paar van eerste en tweede flenzen die zijn aangebracht langs de beide respectieve zijden van het schuiflichaam voor het begrenzen tezamen met de kern van een Y-vormig kanaal, welke onderaanslag bestaat uit een 10 eerste deel dat is gemonteerd op de eerste zoom voor samenwerking met het onderste element dat op de tweede zoom is gemonteerd waarbij het eerste onderdeel een basis bevat en een koppelkop die in hoofdzaak identiek van vorm en afmeting is met de basis en de koppelkop van het sluitelement en een ingang heeft aan het ondergedeelte van 15 de basis, een tweede onderdeel dat op de eerste zoom is gemonteerd op een bepaalde afstand onder het eerste onderdeel, welk tweede onderdeel in hoofdzaak een C-vormige configuratie heeft en een basis bevat voor het monteren, bovenste en onderste uitsteeksels die hellend naar boven uitsteken naar de tweede zoom vanaf de boven-20 en ondereinden van de basis met een uitspreiding die daartussen wordt begrensd, een derde onderdeel dat is gemonteerd op de tweede zoom en is opgesteld tegenover het tweede onderdeel en een tussen de elementen gelegen afstand onder het onderste element, waardoor het zoomgedeelte van de lengte die in hoofdzaak correspondeert met 25 de ene tussen elementen gelegen afstand intakt wordt gelaten, welk derde onderdeel in hoofdzaak een omgekeerde F-vormige configuratie heeft en een steun bezit die hellend is gemonteerd op de tweede zoom, bovenste en onderste tongen die hellend naar beneden uitsteken van het bovenste einde en het middelste einde van de steun, waarbij 30 tussen beide tongen en tussen de ondertong en de steun, bovenste en onderste holten worden begrensd, waarbij het maximum van de lengte van het derde onderdeel iets korter is dan de afstand tussen de kern in de tweede flens, welk derde onderdeel aan de top van de steun daarvan een uitholling heeft voor samenwerking met de koppel-35 kop van het eerste onderdeel, terwijl de bovenste en onderste 8100426 •v · - 4 - holten en de onderste tong van het derde onderdeel kunnen samenwer-ken met de bovenste en onderste uitsteeksels en de uitsparing van het tweede onderdeel.
De uitvinding zal hieronder nader worden toege-5 licht aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een aantal uitvoeringsvormen van een ritssluiting volgens de uitvinding is weergegeven. In de tekening toont: fig. 1 een frontaanzicht van een ritssluiting met een onderaanslag volgens de uitvinding, 10 fig. 2 op grotere schaal een frontaanzicht van de onderaanslag van fig. 1, fig. 3 in perspectief op grotere schaal de onderaanslag van fig. 2 die is gescheiden in de samenstellende onderdelen, 15 de fig. 4-7 dwarsdoorsneden volgens de lijnen IV-IV, V-V, VI-VI en VII-VII, * de fig. 8-11 frontaanzichten van achtereenvolgen de fasen van het brengen van de onderaanslag onderdelen in grendelende samenwerking met elkaar, 20 fig. 12 hetzelfde als in fig. 2 doch van een onderaanslag volgens een andere uitvoeringsvorm, en
fig. 13 een doorsnede volgens de lijn XIII-XIII
van fig. 12.
Zoals is weergegeven in fig. 1 omvat een rits-25 sluiting 20 een paar draagbanden 21 en 21' die een paar van eerste en tweede zomen 22 en 22' hebben die zijn bevestigd aan de respectieve binnenste in lengterichting lopende randen, en een paar van reeksen van samenwerkende sluitelementen 23 en 23' die zijn gemonteerd op en langs de respectieve zomen 22 en 22'. Een schuif 24 is 30 gemonteerd op en schuifbaar over de reeksen van sluitelementen 23 en 23' voor het brengen van de elementen 23 en 23' in een buiten samenwerking met elkaar voor het openen en sluiten van de ritssluiting 20. Een paar bovenaanslag onderdelen 25 en 25' is op de respectieve zomen 22 en 22' gemonteerd en de top van de reeksen van 35 sluitelementen 23 en 23' om de schuif 24 te beletten van de ele- 8100426 « f - 5 - mentreeksen te lopen voorbij de bovenaanslagdelen 25 en 25'. Op soortgelijke wijze is een het ondereinde van de elementreeksen 23 en 23' een onderaanslag 26 gemonteerd om de schuif 24 te beletten van de elementreeksen te lopen voorbij de onderaanslag 26, die 5 hieronder verder in detail zal worden beschreven. De aanduiding "ritssluitingdraagband" betekent hier een gescheiden ritssluiting-helft zonder een schuif.
Zoals duidelijk uit de fig. 2 en 3 blijkt omvat elk sluitelement 23a een basis- of beengedeelte 27 dat op zijn 10 plaats op de zoom 22 of 22' is verankerd, een koppelkop 28 die naar voren zich daarvan uitstrekt en een verkleind nekgedeelte 29 dat zich bevindt tussen de basis 27 en de koppelkop 28. De basis 27 en de koppelkop 28 zijn in hoofdzaak rechthoekig respectievelijk elliptisch van vorm gezien loodrecht op het vlak van de ritssluiting 15 20. Aan het frontdeel van de koppelkop 28 is een groef 30 gevormd die evenwijdig loopt aan de zomen 22 en 22'. Integraal met beide schouders of frontranden van de basis 27 zijn de respectieve koppel-vinnen 31 aangebracht die zich naar voren daarvan uitstrekken voor samenwerking met de groeven 30 van twee aangrenzende bijpassende 20 elementen 23a die worden gedragen op de tegenover gelegen rits-sluitingband, zoals is weergegeven in fig. 2.
Zoals is weergegeven in de fig. 8-11 omvat de schuif 24 een schuiflichaam 32, een kern of een wigvormig nekgedeelte 33 dat in het midden is opgesteld op een verbreed front-25 einde daarvan, en een paar van eerste en tweede flenzen 34 en 34’ die zijn aangebracht langs de beide respectieve zijden van het schuiflichaam 32 voor het met de kern 33 begrenzen van een Y-vormig kanaal 35 voor de doorgang van de onderaanslag alsmede de sluitele-mentreeksen 23 en 23'.
30 Zoals is weergegeven in de fig. 2 en 3 omvat de onderaanslag 26 een eerste onderdeel 36 dat is gemonteerd op de eerste zoom 22 voor samenwerking met het onderste sluitelement 23b dat is gemonteerd op de tweede zom 221, een tweede onderdeel 37 dat is gemonteerd op de eerste zoom 22 en zich op een bepaalde afstand 35 onder het eerste onderdeel 36 bevindt, en een derde onderdeel 38 8100426 * ♦ - 6 - dat is gemonteerd op de tweede zoom 22' en in hoofdzaak op een tussen de elementen gelegen afstand onder het onderste element 23b is opgesteld tegenover het tweede onderdeel 36. De term "tussen elementen gelegen afstand" wordt hier gebruikt om een afstand aan 5 te geven tussen het onderste uiteinde van elk element en het bovenste uiteinde van het volgende lagere element. Het eerste onderdeel 36 omvat een basis- of beengedeelte 39, een nekgedeelte 40, een koppelkop 41 en een bovenste koppelvin 42a die in hoofdzaak gelijk van vorm en afmeting zijn als de basis 27 respectie-10 velijk het nekgedeelte 29, de koppelkop 28 en de koppelvin 31 van elk sluitelement 23a behalve, dat het ondergedeelte van de basis 39 een inham 43 heeft, dat een onderste vin 42b iets groter is dan een bovenste vin 42a, en dat de groef 30' eindigt in het middenpunt van de kopplkop 41. Het tweede onderdeel 37 heeft een 15 in hoofdzaak C-vormige configuratie en omvat een basis 44 die is verankerd op de eerste zoom 22, bovenste en onderste uitsteeksels '45 en 46 die hellend naar boven uitsteken, zoals in fig. 2 is weergegeven, naar de tweede zoom 22' vanaf het bovenste en het onderste einde van de basis 44, waarbij daartussen een uitsparing 47 wordt 20 begrensd. Het onderste uitsteeksel 46 heeft een gebogen onderopper-vlak. De bovenste en onderste uitsteeksels 45 en 46 van het tweede onderdeel 37 hebben aan de vrije einden bovenste en onderste groeven 48 respectievelijk 49 die evenwijdig lopen aan de eerste zoom 22. Het derde onderdeel 38 heeft in hoofdzaak een omgekeerd F-25 vormige configuratie en omvat een steun 50 die is gemonteerd op de tweede zoom 22' in hellende verhouding daartoe,bovenste en onderste tongen 51 en 52 die hellend naar beneden uitsteken van het boveneinde respectievelijk het midden van de steun 50, waarbij tussen beide tongen 51 en 52 en tussen de ondertong 52 en de steun 30 50 gebogen bovenste en onderste holten 53 en 54 worden begrensd.
* Het derde onderdeel 38 is in de bovenste en onderste holten 53 en 54 voorzien van bovenste en onderste pennen 55 en 56. De bovenste tong 51 van het derde onderdeel 38 is gevorkt aan zijn vrije einde 59 en uitgespaard aan zijn bovenoppervlak voor het leveren van een 35 aanslag 57 voor samenwerking met de kern 33 van de schuif 24, 8100426 * r - 7 -
Achter het gevorkte einde of op de top van de steun is een holte 58 gevormd voor samenwerking met het ondergedeelte van de koppelkop 41 van het eerste onderdeel 36. De maximum breedte van het derde onderdeel 38 is iets korter dan de afstand tussen de kern 33 en de 5 tweede flens 34* van de schuif 24.
De onderaanslagdelen 36-38 worden op de volgende wijze samengesteld: de draagbanden 20a en 20b worden door de schuif 24 gestoken vanaf het verbrede fronteinde daarvan, zoals in fig. 8 is weergegeven. In deze fase werkt de onderste tong 52 van het derde 10 onderdeel 38 gedeeltelijk samen met het onderste uitsteeksel 46 van het tweede onderdeel 37 met de onderste pen 56 van het derde onderdeel 38 gedeeltelijk in samenwerking in de onderste groef 49 van het tweede onderdeel 37. Het derde onderdeel 38 wordt, na de doorgang tussen de kern 33 en de tweede flens 34' van de schuif 24, toege-15 staan om naar buiten te kantelen ten opzichte van de kern 33 ten gevolge van de veerkrachtigheid van dat gedeelte van de tweede zoom 22' dat onmiddellijk ligt boven het derde onderdeel 38. Aangezien de maximum breedte van het derde onderdeel 38 iets korter is dan de afstand tussen de kem 33 en de tweede flens 34' van de schuif 20 24, kan het derde onderdeel 38 gemakkelijk in de schuif 24 worden gestoken. Een kleine trek van de draagbanden 20a en 20b uitgeoefend in de richting die is aangeduid door de pijl PI van fig. 8, heeft tot gevolg dat de tweede en derde onderdelen 37 en 38 neerdalen langs de eerste en tweede naar binnen gebogen flenzen 34 en 34', en 25 naar binnen kantelen naar elkaar toe binnen de schuif 24. De bovenste tong 51 van het derde onderdeel 38 komt dus onmiddellijk onder de kern 33, zoals in fig. 9 is weergegeven. Indien de schuif enigszins in de richting van pijl P2 wordt getrokken, komt de achterste punt van de kern 33 in aanraking met de aanslag 57 van het derde 30 onderdeel 38, zoals in fig. 10 is weergegeven. Dit belet de verder neergaande beweging van de schuif 24. In deze fase komt de naar beneden hellende onderste tong 52 van het derde onderdeel 38 stevig in samenwerking met het naar boven hellende onderste uitsteeksel 46 van het tweede onderdeel 37, zodat elk van de ritssluitingdraagban-35 den 20a en 20b wordt belet los te komen van de andere draagband 20b, 81 0 0 42 6 - 8 - 20a en van het scheiden van de schuif 24 zelfs onder hoge belastingen die er op worden uitgeoefend in de richting van de pijl S3 van fig. 10. Een verdere trekkracht op de draagbanden 20a en 20b in de richting van de pijl P3 brengt de tweede en derde onderdelen 37 en 5 38 in in hoofdzaak volledige grendelende samenwerking met elkaar en brengt op hetzelfde moment de eerste en derde onderdelen 36 en 38 in gedeeltelijke samenwerking met elkaar, zoals is weergegeven in fig. 11, waarna de koppelkop 41 van het eerste onderdeel 36 begint te glijden over de holte 58 van het derde onderdeel 38 ten-10 einde daarmede op passende wijze te gaan samenwerken. Gedeeltelijk omdat het eerste onderdeel 36 in hoofdzaak gelijk van uiterlijk en afmeting is en een eerste element 23a en gedeeltelijk vanwege de samenwerkingen tussen de eerste en derde onderdelen 36 en 38 en tussen het eerste onderdeel 36 en het onderste element 23b in hoofd-15 zaak identiek zijn aan het uiterlijk tussen twee willekeurige aangrenzende sluitelementen 23a wordt een onbelemmerde of gemakkelijke heen en weer beweging van de schuif 24 gewaarborgd over de gehele afstand tussen het derde onderdeel 38 van de onderaanslag 26 en de bovenaanslagdelen 25 en 25'. Indien de ritssluitingdraag-20 banden 20a en 20b verder worden getrokken in de richting van de pijl P4, worden zowel de onderaanslagdelen 36-38 als enkele aangrenzende elementen 23a en 23b in koppelende stand gebracht, zoals is weergegeven in fig. 2. In deze koppelende stand zijn de bovenste en onderste uitsteeksels 45 en 46 van het tweede onderdeel 37 in 25 samenwerking met de bovenste respectievelijk onderste tongen 51 en 52 van het derde onderdeel 38, en zoals beter zichtbaar is in de fig, 5 en 6 zijn de bovenste en onderste pennen 55 en 56 van het derde onderdeel 38 in samenwerking met de bovenste en onderste groeven 48 respectievelijk 49 van het tweede onderdeel 37. Zoals 30 is weergegeven in de fig. 2 en 7 bevindt het gevorkte einde 59 van de bovenste tong 51 van het derde onderdeel 38 zich schrijlings vein de eerste -zoom 22 en van de onderste koppelvin 42b van het eerste onderdeel 36. Verder is, zoals beter zichtbaar is in de fig. 2 en 4, de koppelkop 41 van het eerste onderdeel 36 aan zijn 35 bovengedeelte in samenwerking met het versmalde nekgedeelte 29 van 8100426 - 9 - het onderste sluitelement 23b en aan zijn ondergedeelte met de holte 58 van het derde onderdeel 38.
Uit de constructie en de werking van de onder-aanslag 26 die hierboven is beschreven, volgen vele voordelen. De 5 onderaanslag wordt, indien samengesteld, belet om op onbedoelde wijze te breken vanwege de stevige en stabiele samenwerking tussen de bovenste en onderste uitsteeksels 45 en 46 van het tweede onderdeel 37 en de bovenste en onderste tongen 51 respectievelijk 52 van het derde onderdeel 38, zelfs onder aanzienlijke zijdelingse 10 krachten die de neiging hebben om de draagbanden 20a en 20b van elkaar af te trekken in de richting die is aangeduid door de pijl SI of in de richting die is aangeduid door de pijl S2 van fig. 2. Onbelemmerd en gemakkelijk heen en weer bewegen van de schuif 24 wordt gewaarborgd over de gehele lengte tussen het derde onderdeel 38 van 15 de onderaanslag 26 en de bovenaanslagdelen 25 en 25'. Dat gedeelte van de tweede zoom 22’ dat ligt tussen het onderste element 23b en het derde onderdeel 38, dat in hoofdzaak even kort is als een tussen elementen gelegen afstand, biedt weerstand aan aanzienlijke belastingen die loodrecht op het ritssluitingvlak worden uitgeoefend of 20 in zijdelingse richting van de ritssluiting, voldoende om te voorkomen dat de onderaanslagdelen 36-38 op onbedoelde wijze van elkaar loskomen. Aangezien de bovenste en onderste uitsteeksels 45 en 46 van het tweede onderdeel 37 hellend naar boven lopen in de richting van de tweede zoom 22', en de bovenste en onderste tongen 51 25 en 52 van het derde onderdeel 38 hellend naar beneden lopen in de richting van de eerste zoom 22, kunnen de bovenste en onderste uitsteeksels 45 en 46 van het tweede onderdeel 37 en de bovenste en onderste tongen 51 en 52 vein het derde onderdeel 38 met elkaar samenwerken op gemakkelijke wijze zonder dat dit leidt tot omvang-30 rijkheid.
De fig. 12 en 13 tonen een variant van de uitvinding, waarin het eerste onderdeel 36 een spleet 60 heeft die is gevormd in het ondergedeelte van de koppelkop 41 daarvan teneinde zich uit te strekken in het ritssluitingvlak, en het derde 35 onderdeel heeft een kruin 61 die is aangebracht in de holte 58 8100426 -10- teneinde zich ook uit te strekken in het ritssluitingvlak voor samenwerking met de spleet 60.
Binnen het kader van de conclusies vallen ook andere uitvoeringsvormen dan in de tekening zijn weergegeven.
5 8100426

Claims (5)

1. Ritssluiting, met het kenmerk, dat hij bestaat uit: (a) een paar draagbanden met een paar van eerste en tweede veer- 5 krachtige zomen die zijn gemonteerd langs de respectieve in lengterichting lopende langsranden daarvan, (b) een paar reeksen van afzonderlijke met elkaar samenwerkende sluitelementen die zijn gemonteerd op en langs de respectieve langszomen, waarbij elk element bestaat uit een basis voor het 10 monteren, een koppelkop die zich uitstrekt in de richting van de andere zoem, (c) een schuif die schuifbaar is gemonteerd op en langs de reeksen van sluitelementen voor het openen en sluiten van de ritssluiting, welke schuif bestaat uit een schuiflichaam, een kern die in het 15 midden is opgesteld aan het verbrede fronteinde daarvan en een paar van eerste en tweede flenzen die zijn aangebracht langs beide zijden van het schuiflichaam voor het met de kern begrenzen van een Y-vozmig kanaal, en Cd) een onderaanslag die een eerste onderdeel omvat dat is gemon-20 teerd op de eerste zoom voor samenwerking met het onderste element dat op de tweede zoom is gemonteerd, welk eerste onderdeel een basis bevat en een koppelkop die in hoofdzaak identiek van vorm en afmeting zijn met de basis respectievelijk de koppelkop van het sluitelement en verder een inham in het onderste gedeelte van de 25 basis, een tweede onderdeel dat op de eerste zoom is gemonteerd op een bepaalde afstand onder het eerste onderdeel, welk tweede onderdeel in hoofdzaak een C-vormige configuratie heeft en een basis bevat voor het monteren, een bovenste en een onderste uitsteeksel dat hellend naar boven loopt naar de tweede zoom vanaf 30 de bovenste respectievelijk onderste einden van de basis, met een uitsparing daartussen begrenst, een derde onderdeel dat is gemonteerd op de tweede zoom en is opgesteld tegenover het tweede onderdeel en een tussen de elementen gelegen afstand onder het onderste element, waardoor het zoomgedeelte intakt wordt gelaten over een 35 lengte die in hoofdzaak correspondeert met een tussen sluitelementen 8100426 - 12 - gelegen afstand, welk derde onderdeel in hoofdzaak een omgekeerde F-vormige configuratie heeft en een steun omvat die hellend is gemonteerd op de tweede zoom, een boveneinde en het midden, respectievelijk vém de steun, waardoor tussen beide tongen en tussen de 5 ondertong en de steun bovenste respectievelijk onderste holten worden begrensd, waarbij de maximum breedte van het derde onderdeel iets korter is dan de afstand tussen de kern en de tweede flens, welk derde onderdeel aan de top van de steun daarvan een holte heeft voor samenwerking met de koppelkop van het eerste onderdeel, 10 waarbij de bovenste en onderste holten en de onderste tong van het derde onderdeel kunnen samenwerken met de bovenste en onderste uitsteeksels respectievelijk de uitsparing van het tweede onderdeel, waarbij het derde onderdeel kam worden gekanteld ten opzichte van de schuif ten gevolge van de veerkrachtigheid van de intakt gelaten 15 zoom voor geleidelijke doorgang tussen de kern en de tweede flens in het Y-vormige kanaal en, na samenstelling met de andere onderdelen, klaar is voor aanrakende samenwerking met de kern van de schuif om te beletten dat de schuif van de sluitelementreeksen loopt en dus om te voorkomen dat de onderaanslag losraakt.
2. Ritssluiting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de bovenste tong van het derde onderdeel aan zijn vrije einde gevorkt is, terwijl het eerste onderdeel een koppel-vin heeft die naar beneden loopt vanaf de inham, waarbij het gevorkte einde van de bovenste tong schrijlings is opgesteld van de 25 eerste zoom en van de koppelvin van het eerste onderdeel.
3, Ritssluiting volgens conclusie 1, roet het kenmerk, dat de bovenste en onderste uitsteeksels van het tweede onderdeel aan de vrije einden zijn voorzien van bovenste en onderste groeven die evenwijdig lopen aan de eerste zoom, waarbij het 30 derde onderdeel in de bovenste en onderste holten daarvan is voorzien van bovenste en onderste pennen voor samenwerking met de bovenste en onderste groeven van het tweede onderdeel.
4. Ritssluiting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het derde onderdeel in de holte is voorzien van een 35 kruin die zich uitstrekt in het ritssluitingvlak, waarbij het 81 0 0 42 ff - 13 - eerste onderdeel aan zijn ondergedeelte van de koppelkop is voorzien van een spleet die zich uitstrekt in het ritssluitingvlak voor schuivend opnemen van de kruin van het derde onderdeel.
5. Ritssluiting zoals weergegeven in de tekening 5 en/of besproken aan de hand daarvan. 81 00 42 6
NLAANVRAGE8100426,A 1980-02-01 1981-01-29 Ritssluiting met onderaanslag. NL184092C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP1980011182U JPS5937064Y2 (ja) 1980-02-01 1980-02-01 スライドフアスナ−の下止
JP1118280 1980-02-01

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8100426A true NL8100426A (nl) 1981-09-01
NL184092B NL184092B (nl) 1988-11-16
NL184092C NL184092C (nl) 1989-04-17

Family

ID=11770917

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE8100426,A NL184092C (nl) 1980-02-01 1981-01-29 Ritssluiting met onderaanslag.

Country Status (18)

Country Link
US (1) US4441235A (nl)
JP (1) JPS5937064Y2 (nl)
AU (1) AU519539B2 (nl)
BE (1) BE887053A (nl)
BR (1) BR8100463A (nl)
CA (1) CA1159633A (nl)
DE (1) DE3103404C2 (nl)
ES (1) ES256372Y (nl)
FI (1) FI69555C (nl)
FR (1) FR2474837A1 (nl)
GB (1) GB2068452B (nl)
HK (1) HK9288A (nl)
IT (2) IT8152871V0 (nl)
MY (1) MY8700572A (nl)
NL (1) NL184092C (nl)
NO (1) NO810341L (nl)
SE (1) SE455916B (nl)
SG (1) SG4487G (nl)

Families Citing this family (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5942895Y2 (ja) * 1980-11-01 1984-12-18 ワイケイケイ株式会社 分割型下止具付きスライドフアスナ−
JPH0527045Y2 (nl) * 1987-04-20 1993-07-09
JPH0630011Y2 (ja) * 1989-02-16 1994-08-17 吉田工業株式会社 スライドファスナー用下止め部
US5511292A (en) * 1995-06-28 1996-04-30 D. Swarovski & Co. Zipper closure
US7036191B2 (en) * 2003-04-21 2006-05-02 Chang-Wen Tsaur Lower stop of zipper
JP4191089B2 (ja) * 2004-05-14 2008-12-03 Ykk株式会社 スライドファスナー用下止
GB0506680D0 (en) * 2005-04-01 2005-05-11 Ykk Europ Ltd A readily burstable slide fastener
GB2464766A (en) * 2008-10-30 2010-05-05 Ykk Europ Ltd Locking stop having split projection
WO2010089846A1 (ja) * 2009-02-03 2010-08-12 Ykk株式会社 スライドファスナー
US9854880B2 (en) * 2013-09-30 2018-01-02 Ykk Corporation Slide fastener chain and slide fastener

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL123518C (nl) * 1959-03-09
CH379180A (de) * 1960-02-22 1964-06-30 Ri Ri Werke Ag Verfahren zur Herstellung eines Reissverschlusses
US3214817A (en) * 1964-02-03 1965-11-02 Louis H Morin Separator box and pin
CH580403A5 (nl) * 1974-03-08 1976-10-15 Erde Sa
GB1565506A (en) * 1975-10-22 1980-04-23 Lightning Fasteners Ltd Sliding clasp fastener
DE2644965C3 (de) * 1976-06-23 1980-06-04 Optilon W. Erich Heilmann Gmbh, Cham (Schweiz) Teilbarer Reißverschluß
JPS5925219Y2 (ja) * 1978-07-31 1984-07-25 ワイケイケイ株式会社 スライドフアスナ_の下止

Also Published As

Publication number Publication date
FR2474837B1 (nl) 1985-02-01
ES256372U (es) 1981-10-01
FI810269L (fi) 1981-08-02
FI69555C (fi) 1986-03-10
SG4487G (en) 1987-06-05
IT1143344B (it) 1986-10-22
ES256372Y (es) 1982-04-01
MY8700572A (en) 1987-12-31
CA1159633A (en) 1984-01-03
NL184092B (nl) 1988-11-16
SE8100693L (sv) 1981-08-02
JPS5937064Y2 (ja) 1984-10-13
FR2474837A1 (fr) 1981-08-07
BE887053A (fr) 1981-05-04
BR8100463A (pt) 1981-08-18
DE3103404A1 (de) 1981-12-24
AU519539B2 (en) 1981-12-10
IT8152871V0 (it) 1981-02-02
GB2068452B (en) 1984-02-29
DE3103404C2 (de) 1982-12-23
FI69555B (fi) 1985-11-29
SE455916B (sv) 1988-08-22
JPS56113704U (nl) 1981-09-02
US4441235A (en) 1984-04-10
AU6634081A (en) 1981-08-06
GB2068452A (en) 1981-08-12
NL184092C (nl) 1989-04-17
NO810341L (no) 1981-08-03
HK9288A (en) 1988-02-12
IT8167135A0 (it) 1981-02-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR890000984B1 (ko) 슬라이드 파스너용 자동 잠금 슬라이더
NL8100426A (nl) Ritssluiting met onderaanslag.
EP2016848B1 (en) Slider for slide fastener
US3872551A (en) Slide fastener having separating end stop
KR850000399Y1 (ko) 슬라이드 파스너용 슬라이더
US5412849A (en) Separable bottom end stop assembly
US6634066B2 (en) Upper stopper device for slide fastener
KR860003495Y1 (ko) 버클
KR900004382Y1 (ko) 분리 가능한 견인탭을 갖춘 슬라이드 파스너 슬라이더
US4894890A (en) Buckle assembly
TWI231186B (en) Concealed type slide fastener
EP0595248B1 (en) Separable bottom stop for concealed type slide fastener
NL7907119A (nl) Ritssluiting.
CN209788681U (zh) 一种使拉链头与左右上止锁定的结构
CA1332272C (en) Separable slide fastener
US4261082A (en) Slide fastener for preventing jamming of foreign matter
JPS6122961B2 (nl)
CA1286483C (en) Buckle
US3993009A (en) Presser foot sewing machines
US3427692A (en) Three-piece automatic lock slider
KR840000533Y1 (ko) 버클(혁대를 죄는 쇠 buckle)
CN110025092B (zh) 轻滑式拉链及其所应用的制品
US4104767A (en) Sliding clasp fastener
US20240000199A1 (en) Separable bottom end stop for slide fastener
NL8006755A (nl) Ritssluitingdraagband.

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
TNT Modifications of names of proprietors of patents or applicants of examined patent applications

Owner name: YKK CORPORATION

V4 Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent

Free format text: 20010129