NL8004763A - Inrichting voor het laden van een bandcassette in een magnetische opneem- en/of weergeefinrichting. - Google Patents

Inrichting voor het laden van een bandcassette in een magnetische opneem- en/of weergeefinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL8004763A
NL8004763A NL8004763A NL8004763A NL8004763A NL 8004763 A NL8004763 A NL 8004763A NL 8004763 A NL8004763 A NL 8004763A NL 8004763 A NL8004763 A NL 8004763A NL 8004763 A NL8004763 A NL 8004763A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cassette
tape cassette
loading
tape
holder
Prior art date
Application number
NL8004763A
Other languages
English (en)
Other versions
NL180791B (nl
NL180791C (nl
Original Assignee
Victor Company Of Japan
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Victor Company Of Japan filed Critical Victor Company Of Japan
Publication of NL8004763A publication Critical patent/NL8004763A/nl
Publication of NL180791B publication Critical patent/NL180791B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL180791C publication Critical patent/NL180791C/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/675Guiding containers, e.g. loading, ejecting cassettes
    • G11B15/67544Guiding containers, e.g. loading, ejecting cassettes with movement of the cassette parallel to its main side and subsequent movement perpendicular thereto, i.e. front loading
    • G11B15/67555Guiding containers, e.g. loading, ejecting cassettes with movement of the cassette parallel to its main side and subsequent movement perpendicular thereto, i.e. front loading the second movement only being made by the cassette holder
    • G11B15/67557Guiding containers, e.g. loading, ejecting cassettes with movement of the cassette parallel to its main side and subsequent movement perpendicular thereto, i.e. front loading the second movement only being made by the cassette holder with servo control
    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B15/00Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
    • G11B15/675Guiding containers, e.g. loading, ejecting cassettes

Landscapes

  • Automatic Tape Cassette Changers (AREA)

Description

~ I -
Inrichting voor het laden van een bandcassette in een magnetische opneem- en/of weergeefinrichting.
Achtergrond van de uitvinding
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het laden van een bandcassette in een magnetische opneem- en/of weergeef inrichting en meer in het bijzonder op een inrichting voor het laden van een bandcassette die is toegepast 5 bij een magnetische opneem- en/of weergeefinrichting, waarin een bandcassette via een opening aan de voorzijde van de inrichting in de inrichting wordt gebracht ai in een voorafbepaalde laad-positie in de inrichting wordt geladen.
Gewoonlijk is een met bandcassettes werkende mag-10 netische opneem- en/of weergeefinrichting zodanig geconstrueerd, dat wanneer een cassette, die een magnetische band bevat (hierna bandcassette of eenvoudig cassette genoemd, waaronder ook een zo-genoemde bandpatroon of "tape cartridge" valt) in een vooraf bepaalde positie wordt geladen, een magnetische band (cassetteband) 15 automatisch uit de cassette wordt getrokken en door het automatische bandlaadmechanisme langs een vooraf bepaald bandloopkanaal, waarbij de band de geleidetrommel passeert, wordt geleid.
Dit bekende automatische bandlaadmechanisme, dat in detail is beschreven in bijvoorbeeld de Amerikaanse octrooi-20 schriften 4.060.840, 4.092.684 en 4.138.699, bezit een paar band-uittrekorganen op een voorafbepaalde plaats. Bij een magnetische opneem/weergeefinrichting, die is voorzien van dit automatische bandlaadmechanisme, wordt een bandcassette met de constructie, die in detail is beschreven in bijvoorbeeld het Amerikaanse 25 octrooischrift 4.173.319, uit een hoger liggende plaats op de voorafbepaalde laadpositie wordt neergelaten. Gedurende dit 8004763 2 nederlaten van de cassette wordt het bovengenoemde paar banduittrek-organen aan de binnenzijde van de band aan de voorzijde in de bandcassette gébracht. De banduittrekorganen bewegen dan ten op-zichte van de cassette naar buiten en grijpen aan op de band en 5 bewegen naar de voorafbepaalde posities nabij beide zijden van een geleidetroannel. Zodoende wordt de band vastgehouden door de banduittrekorganen en wordt buiten de cassette getrokken en geladen in een voorafbepaalde bandlocpbaan, die grenst aan het cmtreks-oppervlak van de geleidetrcnrnel, die is voorzien van draaiende 10 magnetische koppen.
De automatische bandlaadmecfaanismen alsmede de bandcassettes zijn in de praktijk toegepast bij video-bandopnemers en de constructie daarvan is algemeen bekend uit het in de handel brengen van deze apparaten in een groot aantal landen.
15 Zoals hierboven is aangegeven, moet bij de auto matische bandlaadmecfaanismen van een net cassettes werkende magnetische opneem- en/of weergeef inrichting, een paar banduittrekorganen aan de binnenzijde van de band in de cassette worden gebracht. Dus als het paar banduittrekorganen is ingericht cm te 20 worden opgetild en neergelaten en is geconstrueerd om na het laden van de cassette in opwaartse richting te bewegen, wordt het mechanisme buitengewoon gecompliceerd. Verder worden de banduittrekorganen, die aan beide zijden van de geleidetrarmel bewegen, ook gebruikt als bandgeleideorganen. Dienovereenkomstig moeten de 25 banduittrekorganen zeer nauwkeurig worden opgesteld. Maar als de banduittrekorganen zijn ingericht cm zowel een horizontale als een verticale beweging uit te voeren, wordt de nauwkeurige opstelling van de banduittrekorganen teniet gedaan. Daarom is het ongewenst, het paar banduittrekorganen zodanig op te stellen, dat zij een 30 op en neergaande beweging uitvoeren. Cm deze reden wordt de cassette bij deze soort inrichtingen uit een hoog gelegen positie neergelaten op de voorafbepaalde laadpositie, waarbij het banduit-trékorgaan binnen de cassette wordt gebracht.
Daarcm is bij een conventionele inrichting voor het 35 laden van een cassette een cassettehouder, waarin de cassette is 8004763 r 4 3 gestoken, aangebracht, welke cassettehouder boven op het huis van de magnetische opneem- en/of weergeefinrichting opwaarts en neerwaarts beweegbaar is. Gewoonlijk wordt de cassettehouder naar beneden gedrukt, waarbij een veer wordt samengedrukt, en 5 vergrendeld in een stand, waarin het bovenoppervlak van de houder ligt in hetzelfde vlak als de bovenkant van het huis van de magnetische opneem- en/of weergeefinrichting. Bij drukken op een cassetteuitwerpkncp wordt de cassettehouder los gemaakt uit de vergrendelde stand en door de kracht, die door de samengedrukte 10 veer wordt uitgeoefend beweegt de cassettehouder naar boven boven de bovenzijde van het huis van de inrichting, waarbij de insteek-opening voor de cassette vrijkomt. Dan wordt de cassette in de opening van de cassettehouder gestoken en de cassettehouder wordt met de hand naar beneden gedrukt, waarbij de veer wordt samengedrukt 15 en de cassehouder naar beneden in het huis geduwd, zodat de bovenzijde van de cassettehouder in een vlak met de bovenzijde van het huis van de inrichting kcmt te liggen.
De cassette, die in de cassettehouder is gestoken, beweegt tezamen met de cassettehouder naar beneden en wordt in een 20 vooraf bepaalde positie geladen. Gedurende deze neerwaartse beweging van de cassette wordt het bovengenoemde paar banduittrék-organen in de cassette gestoken en opgesteld aan de binnenzijde van de band aan de voorzijde van de cassette. Bovendien wordt het voorste deksel van de cassette door de neerwaartse beweging 25 van de cassette geopend.
Daarom is bij de conventionele inrichting voor het laden van een cassette de cassettehouder geconstrueerd voor het uitvoeren van een op en neer gaande beweging op de bovenzijde van het huis van de magnetische opneem- en/of weergeefinrichting.
30 Als gevolg daarvan kunnen geen voorwerpen boven op het huis worden geplaatst, de magnetische opneem- en/of weergeefinrichting kan niet in een beperkte ruimte worden ondergebracht omdat boven het huis ruimte moet overblijven, kleine voorwerpen en vuil kunnen bij het omhoog bewegen van de cassettehouder boven de bovenzijde 35 van het huis in de cassettehouder terecht komen en verder is een 8004763 4 ongemakkelijke en moeizame handeling nodig voor het optillen van de cassettehouder en het met de hand neerdrukken daarvan.
Samenvatting van de uitvinding
Dienovereenkomstig heeft de onderhavige uitvinding ten doel, een nieuwe en nuttige inrichting voor het laden van een 5 bandcassette in een magnetische cpneem- en/of weergeef inrichting te verschaffen, waarbij de bovenbeschreven bezwaren zijn opgeheven.
De uitvinding heeft meer in het bijzonder ten doel, een inrichting voor het laden van een bandcassette in een magnetische opneem- en/of weergeef inrichting te verschaffen, waarin 10 de cassette aan de voorzijde van het huis van de magnetische opneem-en/of weergeefinrichting in of uit een vooraf bepaalde stand of positie kan worden geladen respectievelijk ontladen. De inrichting volgens de uitvinding voor het laden van een cassette is zodanig geconstrueerd, dat wanneer de cassette via de opening aan de voor-15 zijde van het huis van de magnetische cpneem- en/of weergeefinrichting gedeeltelijk in de cassettehouder is gesteken, de cassette automatisch in de cassettehouder wordt getrokken door een aandrij fkracht, die door een aandrijfbron wordt uitgeoefend en de cassette verder met de cassettehouder op een vooraf bepaalde plaats wordt geladen.
20 Door toepassing van deze maatregel steekt de cassettehouder niet boven de bovenzijde van het huis van de magnetische opneem- en/of weergeefinrichting uit, zodat boven het huis van de inrichting geen ruimte behoeft te worden vrij gelaten, terwijl geen gevaar bestaat, dat vreemde voorwerpen van de bovenzijde van het huis in 25 de cassettehouder terecht kernen en bovendien het laden van de cassette wordt vergemakkelijkt.
De uitvinding zal aan de hand van de tekening met een paar uitvoeringsvoorbeelden nader worden toegelicht.
Fig. 1 is een vooraanzicht van één uitvoeringsvorm 30 van de inrichting volgens de uitvinding voor het laden van een bandcassette bij een magnetische opneem- en/of weergeefinrichting; fig. 2 is een bovenaanzicht van de inrichting volgens de uitvinding; de fig. 3ft. en 3B zijn vooraanzichten en tonen de 8004763 « » 5 standen van een deel van de inrichting volgens fig. 2 voor respectievelijk na het laden van de cassette; de fig. 4 en 5 zijn een rechter respectievelijk linker zijaanzicht van de inrichting volgens fig. 2; 5 de fig. 6A t/m 6D tonen respectievelijk tijddiagram- men voor het toelichten van de werking van de landinrichting volgens fig. 2; de fig. 7A t/m 7D zijn delen van de inrichting volgens fig. 4 en tonen het laden van de cassette? 10 de fig. 8A t/m 8D zijn delen van de inrichting volgens fig. 5 en tonen het laden van de cassette; en de fig. 9A en 9B en de fig. 10A en 10B tonen de beweging van de tappen volgens fig. 4 bij het laden en ontladen van de cassette.
15 Volgens fig. 1 is de inrichting volgens de uitvinding voor het laden van een bandcassette toegepast op een magnetische opneemr en/of weergeef inrichting, die is voorzien van een insteek-qpening 12 voor een cassette. De opening 12 is gewoonlijk afgedekt met een draaibaar deksel 13.
2Q De inrichting 20 volgens de uitvinding voor het laden van een bandcassette is in fig. 2 getekend en is voorzien van een cassettehouder 21 die is opgesteld op een hoog gelegen plaats ten opzichte van de opening 12, wanneer de cassettehouder 21 is opgetild. Van een groef voorziene rollen 22 die zijn aange- 25 bracht aan weerszijden en aan de voorkant en achterkant van de cassettehouder 21, worden geleid door rechtop staande randen van steunplaten 23 en 24. De cassettehouder 21 is zodoende vrij op en neer beweegbaar langs de steunplaten 23 en 24. De steunplaten 23 en 24 zijn vast opgesteld en staan loodrecht op het chassis binnen een 30 huis 11.
De cassettehouder 21 is voorzien van een cassette-draagplaat 25 die uit één stuk bestaat en is voorzien van een bodemplaat en zijplaten gevormd door haaks ombuigen van beide zijranden van de bodenplaat, een dwars overbruggingsorgaan 26, 35 <3at over de bovenranden van de zijplaten is bevestigd en een ruimte 8004763 6 voor het insteken van de cassette in de houder. Een schuifplaat 27, die verschuifbaar is in de richting van de pijlen A en B, is gemonteerd op het bodemoppervlak van de draagplaat 25. Astappen 28 en 29 die aan beide zijden van de schuifplaat 27 zijn bevestigd, 5 zijn beweegbaar gemonteerd in L-vormige sleuven 30 en 31 die in de draagplaten 23 en 24 zijn gevormd. Köppelpennen 76 en 77, waarop kettingen kunnen aangrijpen, zoals hierna zal worden beschreven, zijn in radiale richting in de astappen 28 en 29 bevestigd.
Een motor 32, een vertragingsdrij fwerk, een ladder-10 ketting 33, en dergelijke zijn gemonteerd aan de buitenzijde van de steunplaat 23. De ketting 33 is, zoals duidelijk uit fig.
4 blijkt, geslagen over een kettingwiel 34 met een grote diameter en een kettingwiel 35 met een kleine diameter. Het verticale part 33a aan één zijde van de ketting 33 is evenwijdig aan het verticaal 15 staande deel van de sleuf 30. Een spanwiel 36 drukt aan de andere zijde van de ketting 33 tegen het andere kettingpart 33b en spant de ketting 33. Het spanwiel 36 is draaibaar gemonteerd op het voorste einde van een stang 37 en wordt in de richting van de pijl B getrokken door een veer 38. Het insteken en uitwerpen van de 20 cassette worden verklikt door gebruik te naken van de bewegingen van het spanwiel 36, zoals hierna nader zal worden toegelicht.
Het mechanisme voor het vertragen van de draaisnelheid van de motor bestaat uit een poelie 39 op de motoras 32, een ring 40, een poelie 41, een worm 42, een wormwiel 43 dat in 25 ingrijping is net de worm 42, een klein tandwiel 44 dat uit één stuk op het wormwiel 43 is aangebracht en een groot tandwiel 45, dat in ingrijping is met het kleine tandwiel 44.
Een ladderketting 46, een kniehefboannecfoanisms 52 en dergelijke zijn gemonteerd op de andere steunplaat 24.
3Q De ketting 46 is geslagen over kettingwielen 47 en 48 en wordt gespannen door een spanwiel 49. Het spanwiel 49 is gemonteerd op het voorste einde van een stang 50, waarvan het andere einde schamierbaar is ondersteund en wordt door een veer 51 in de richting van de pijl A getrokken. Het verticale part 46a aan 35 één zijde van de ketting 46 is evenwijdig aan het verticaal staande 8004763 7 deel van de groef 31.
Het kniehefbcoimechanisme 52 is voorzien van een arm 54, die is bevestigd op het einddeel van een as 51, van een pen 55, die is aangebracht op het einde van de arm 54 en van een 5 veer 57, die is aangébracht tussen de pen 55 en een as 56 van het kettingwiel 48. De as 53 is vrij draaibaar aan beide einden ondersteund door steunorganen 58 en 59, die op de steunplaten 23 en 24 zijn bevestigd en zijdelings zijn ondersteund. Tandwielen 60 en 61 zijn tegelijk draaibaar gemonteerd nabij beide einden van IQ de as 53. Tandheugels 62 en 63 die loodrecht op de steunplaten 23 en 24 zijn bevestigd, zijn in ingrijping met de tandwielen 60 en 61.
De kettingwielen 35 en 47 zijn elk bevestigd op één einde van een as 64, die dwars boven de steunplaten 23 en 24 15 zijdelings is ondersteund. Ben paar rubber rollen 65 en 66 zijn op de as 64 aangebracht en verdelen de as in in hoofdzaak drie gelijke delen. Beide einddelen van de as 64 zijn gemonteerd in U-vormige groeven 67 en 68 in de steunplaten 23 en 24 en de einden van de as 64 zijn enerzijds op en neer beweegbaar en anderzijds 2Q naar links en naar rechts beweegbaar in de groeven 67 en 68 gemonteerd. Dankzij de bewegingen van de as 64 in de U-vormige groeven 67 en 68 wordt de koppeling met en .de ontkoppeling van de pennen 76· en 77 ten opzichte van de kettingen 33 en 46 geleidelijk uitgevoerd in de richting van de pijl A wanneer de cassette 25 wordt geladen (weergegeven in de fig. 7B en 8B) en in de richting van de pijl B bij het ontladen van de cassette (weergegeven in de fig. 7D en 8D), en tegelijkertijd kan het insteken en uitwerpen van de cassette gemakkelijk worden uitgevoerd.
Het laden en ontladen van de cassette zal nu aan 30 de hand van fig. 6 worden beschreven. Voor het laden van de cassette in de magnetische opneem- en/of weergeefinrichting wordt een cassette 70 via de opening 12 in het huis 11 door duwen tegen en draaien van het deksel 13 in de richting van de pijl A in de cassettehouder 21 gestoken. Op dit menent is de cassettehouder 35 21 opgetild en staat in een hoge stand tegenover de opening 12.
8004763 8
Warneer een deel van de cassette 70 in de cassette-houder 21 is gestoken in de stand aangegeven met de streepstippel-lijn 70a in fig. 2, dan drukt de bovenzijde van het voorste einde van de cassette 70 tegen de onderzijde van de rubber rollen 65 en 5 66 en tilt deze op. Dit optillen van de rubber rollen 65 en 66 kan gemakkelijk worden uitgevoerd met de kleine insteekkracht, die qp de cassette 70 wordt uitgeoefend. Tegelijk met de opwaartse beweging van de rubber rollen 65 en 66 bewegen de kettingwielen 35 en 47 eveneens in opwaartse richting, waardoor de kettingen 33 10 en 46 worden gespannen. Dankzij deze beweging, weergegeven in fig.
7A, beweegt een afschermplaat 71 in een foto-onderbreker 72, die bestaat uit een lichtbron en een lichtontvangend element, en door de foto-onderbreker 72 wordt een signaal SI afgegeven, zoals in fig. 6A is aangeduid.
15 De bekrachtigingsketen voor de motor 32 wordt door dit signaal SI ingeschakeld en de motor 32 draait in de pijlrichting Cl (voorwaartse draairichting) ais aangegeven in fig.
6B. De draaiende beweging van de motor 32 wordt door de riem 40 overgebracht op de worm 42 en verder door het wormwiel 43 en de 20 tandwielen 44 en 45, waarbij de draaisnelheid wordt vertraagd, en wordt dan overgebracht op het kettingwiel 34, dat daardoor in de pijlrichting Dl draait. Als gevolg van de draaiing van het kettingwiel 34 bewegen de kettingen 33 en 46 in een zodanige richting, dat hun verticale parten 33a en 46a in neerwaartse richting bewegen 25 (pijlrichting X). Ais gevolg van de draaiing van de kettingwielen 35 en 47 draaien de rubber rollen 65 en 66 tegelijkertijd in de pijlrichting El. De bovengenoemde gedeeltelijk ingestoken cassette 70 wordt door de draaiing van de rubber rollen 65 en 66 in de cassette-houder 21 horizontaal in de richting van de pijl A toegevoerd naar 3Q zijn uiteindelijke stand, die met de streepstippellijn 70b is aangegeven. Dan beweegt de as 64 in de pijlrichting B en draait in een stand, die in getrokken lijnen in de fig. 7B en 8B is getekend.
Door draaiing van het kettingwiel 34 in de pijlrichting Dl, zoals in fig. 7B is getekend, wordt het part 33b van 35 de ketting 33 slap, waardoor de afschermplaat 71 uit de foto-onder- 8004763 Λ · 9 breker 72 beweegt. Het signaal SI verdwijnt dan.
Op het tijdstip in deze handeling, dat de cassette 70 is getrokken in de positie, aangegeven met de streepstippellijn 70c, kort voor zijn uiteindelijke stand, drukt het voorvlak van 5 de cassette tegen het deel 27a van de schuifplaat 27, die daarna in de pijlrichting A beweegt tezamen met de beweging van de cassette, waarbij de kracht van de veren 73 wordt overwonnen.
Een ontgrendelarm 84 is aan zijn ene uiteinde schamierbaar gemonteerd op het voorste einddeel van de steunplaat 10 25 en wordt door een veer 74 gedwongen in kloksgewijze richting te draaien, zie fig. 2. Wanneer de cassette 70 in zijn uiteindelijke stand is getrokken, kamt het andere uiteinde van een arm 73 in aanraking met een zijwand van de cassette 70 en ontgrendelt een grendeimechanisme voor net deksel van de cassette. Verder wordt 15 de cassette 70 aan tegenover elkaar liggende einddelen van zijn bovenvlak omlaag gedrukt door bladveren 75a en 75b, die elk aan één einde zijn bevestigd op het dwarse overbruggingsorgaan 26, en wordt daardoor gestoken in de cassettehouder 21 en zonder speling daarin vastgehouden.
20 Tegelijkertijd met de schuivende beweging van de schuifplaat 27 kernen de pennen 76 en 77 in ingrijping iret de verticale parten 33a en 46a van de ladderkettingen 33 en 46 door een beweging in de pijlrichting A in de horizontale sleuf delen 80a en 3lb van de sleuven 30 en 31. Deze koppeling van de pennen 76 25 en 77 met de kettingen 31 en 46 wordt positief tot stand gebracht doormiddel van een gevorkte draaiende plaat 78, die door middel van een pen 83 draaibaar is ondersteund op de steunplaat 23.
Zoals is in de fig. 9A en 9B is aangegeven drukt de astap 28 die in de pijlrichting A beweegt, tegen een armdeel 78b 30 van de draaiende plaat 78, cm dit in tegenkloksgewij ze richting te doen draaien. Door de draaiing van de draaiende plaat 78 drukt een ander armdeel 78a de astap 28 in de pijlrichting Zl. Als gevolg van deze beweging wordt de koppeling van de pen 76 met het verticale part 33a van de ketting 33 positief tot stand gébracht en de bewegingsrichting van de astap 21 wordt uit de pijlrichting A geleidelijk overgebracht in de pijlrichting X.
8004763 10
Omdat de verticale parten 33a en 46a van de kettingen 33 en 46 beide in de pijlrichting X (naar beneden) bewegen, worden de schuifplaat 27 en de cassettehouder 21 naar beneden bewogen in de pijlrichting X tezamen met de pennen 76 en 77, die in 5 ingrijping zijn met deze parten 33a en 46a en wel tegelijk met de neerwaartse beweging daarvan. Gedurende deze beweging beweegt de cassettehouder 21 naar beneden terwijl de houder wordt geleid door de steunplaten 23 en 24 dankzij de rollen 22, en de as tappen 28 en 29 bewegen in de verticale sleuf delen 30b en 31b van de 10 sleuven 30 en 31 en bereiken hun posities aangegeven met streep-stippellijnen in de fig. 4 en 5.
De cassettehouder 21, met de cassette 70 daarin opgenomen, beweegt naar beneden naar de vooraf bepaalde laadstand volgens fig. 3B. Op dit ogenblik drukt de cassettehouder 2l op een 15 microschakelaar 79, die is bevestigd aan de chassiszijde van de opneem- en weergeefinrichting en schakelt daardoor deze microschakelaar "AAN" zoals aangegeven in fig. 6C. Voordat de microschakelaar 79 op "AAN" wordt gezet, stopt de motor 32. Omdat de worm- 41 en het wormwiel 43 met elkaar in ingrijping zijn, werken 20 zij als een soort grendelmechanisme, nadat de motor 32 stopt en door deze handeling in ccnfoinatie met de werking van een kniehef-boommechanisme, dat hierna zal worden beschreven, wordt de cassettehouder 21 positief in zijn neergelaten stand vastgehouden, waardoor de cassette 70 positief in de laadstand wordt vastgehouden. Whrmeer 25 de cassette 70 zich zodoende in deze laadstand bevindt, wordt een spoelaandrij fas (niet getekend) aan de zijde van de opneem-en/of weergeefinrichting gestoken in de as van de spoel, waarop de magnetische band in de cassette 70 is gewikkeld.
Tegelijk met de neerwaartse beweging van de cassette-30 houder 21 worden de tandwielen 60 en 61 in kloksgewijze richting volgens fig. 4 aangedreven door de tandheugels 62 en 63 en in tegen kloksgewijze richting volgens fig. 5, tegengesteld aan de kracht van de veer 57. Wanneer de cassettehouder 21 neerwaarts naar de laadstand van de cassette beweegt, draaien de tandwielen 35 60 en 61 over een hoek van ongeveer 160° en de arm 54 wordt schuin 8004763 11 naar boven gericht, zoals met de streepstippellijn in fig. 5 is aangegeven. Op dit tijdstip oefent de veer 57 via de arm 54 een torsiekoppel uit op de tandwielen 60 en 61 in dezelfde kloksgewijze respectievelijk tegen kloksgewijze richting als boven beschreven.
5 Als gevolg daarvan wordt de cassettehouder 21 door de trekkracht van de veer 57, die wordt overgebracht via de tandwielen 60 en 61 en de tandheugels 62 en 63, onderworpen aan een neerwaartse kracht en wordt daardoor positief in de laadstand van de cassette gehouden.
Zoals boven reeds is opgemerkt, worden de beweging 10 in horizontale richting en de neerlatende beweging van de cassette 70 alleen uitgevoerd door de draaiing in voorwaartse richting van de motor 32.
Wanneer de cassette 70 zich in de geladen toestand bevindt, zoals boven is beschreven en het deksel is open, dan wordt 15 het laden van de band in de magnetische opneem- en/of weergeef-inrichting automatisch, uitgevoerd net behulp van een mechanisme, dat is beschreven in het bovengenoemde Amerikaanse octrooischrift, waarna geluid en/of beelden op de band kunnen worden opgenomen en van de band kunnen worden weergegeven.
20 Vervolgens zal het afvoeren van de cassette 70 uit de laadpositie en het uitwerpen van de cassette naar buiten worden beschreven. Deze handeling wordt uitgevoerd door een procedure, die in hoofdzaak het omgekeerde is van die van het boven beschreven laden van de cassette.
25 Wanneer de uitwerpknop 14 (fig. 1) wordt ingedrukt, wordt een schakelaar (niet getekend) op "AftN" gezet, zoals in fig. 6D is aangegeven, waardoor de motor 32 in omgekeerde richting ten opzichte van de boven beschreven draairichting (dat wil zeggen in de pijlrichting C2 in fig. 2) wordt aangedreven, waarbij het 3Q resultaat van deze schakelhandeling in fig. 6B is aangegeven.
Deze draaiing in omgekeerde richting van de motor 32 wordt door het boven beschreven vertragingsdrijfwerk overgebracht op het kettingwiel 34 met een grote diameter, dat daarna in de pijlrichting . D2 draait. Als gevolg van deze draaiing van het kettingwiel 34 35 bewegen de kettingen 33 en 46 in zodanige richtingen, dat hun ver- 8004763 12 ticale parten 33a en 46a bewegen in de pijlrichting Y en de rubber rollen 65 en 66 in de pijlrichting E2 draaien.
De cassettehouder 21 wordt door middel van de kettingen 33 en 46 in de pijlrichting Y opgetild, waarbij de 5 pennen 76 en 77 met de kettingen zijn gekoppeld, en de cassette 70 wordt uit zijn laadpositie verwijderd. Wanneer de cassettehouder 21 zodoende omhoog beweegt, wordt de microschakelaar 79 gezet op "UIT", zoals aangegeven in fig. 6C. In het bijzonder bij de ketting 33 wordt het bord dat in aanraking is met het spanwiel 10 36, het gespannen bord zoals in de fig. 7C en 7D is aangegeven en de afschermplaat 71 wordt achtergelaten in zijn stand in de fotor-onderbréker 72. De uitgang van de foto-onderbreker 72 wordt daardoor op een hoog niveau gehandhaafd, totdat de cassette 70 is uitgeworpen, zoals aangegeven in fig. 6A.
15 Wanneer de cassettehouder 21 tegelijk met de cassette 70 omhoog beweegt en de astappen 28 en 29 bereiken posities, waarin zij gedeeltelijk grijpen in de horizontale delen 30a en 31a van de sleuven 30 respectievelijk 31, komt het bovenoppervlak van de cassette 70 in aanraking met de rubber rollen 65 en 66 die in 20 de pijlrichting E2 draaien, waardoor de cassette in de pijlrichting B (uitwerprichting) wordt getransporteerd. Verder wordt tegelijk met de beweging van de cassette 70 in de uitwerprichting de schuif-plaat 27 door de trekkracht van de veren 73 aan zijn twee einden in de pijlrichting B bewogen en de astappen 28 en 29 bewegen in 25 de horizontale sleuf delen 30a en 31a en van de kettingen 33 en 46 weg. Daarbij wordt de ontkoppeling van de pennen 76 en 77 van de kettingen geleidelijk uitgevoerd door de trekkracht van de veer 73, de beweging in de pijlrichting A van de kettingen 33 en 46 die hierna wordt beschreven en de werking van de draaiende plaat 30 78 (zie de fig. 1QA en 10B).
Zoals in de fig. 10A en 10B is aangegeven, drukt de astap 28 die in de pijlrichting Y beweegt, tegen het armdeel 78a van de draaibare plaat 78 om deze kloksgewijze richting te doen draaien. Door de draaiing van de draaiplaat 78 drukt een ander 35 antideel 78b de astap 28 in de pijlrichting Z2. Als gevolg van 8004763 13 deze beweging steekt de pen 76 uit door het verticale part 33a van de ketting 33 en de bewegingsrichting van de astap 28 wordt uit de pijlrichting Y geleidelijk overgebracht in de pijlrichting B.
5 De cassette 70 wordt in de pijlrichting B gevoerd door de draaiing van de rubber rollen 65 en 66, opent het deksel 13 van de opening 12 van het huis van de magnetische opneem- en/of weergeef inrichting en wordt naar buiten uitgeworpen. Wanneer de cassette 70 wordt gevoerd in de positie 70a in fig. 2 en uitge-10 worpen, komen de rubber rollen 65 en 66 buiten aanraking met het bovenoppervlak van de cassette 70 en bewegen naar beneden.
Als gevolg daarvan worden de kettingen 33 en 46 slap en beweegt de afschermplaat 71 uit de foto-onderbreker 72. Dienovereenkomstig neemt de uitgang van de foto-onderbreker 72 een laag niveau aan 15 zoals aangegeven in fig. 6A en de draaiing in omgekeerde richting van de motor 32 stopt zoals aangegeven in fig. 6B.
Zo is liet afvoeren van de cassette 70 uit de laad-positie en het uitwerpen van de cassette naar buiten voltooid en de inrichting neemt weer zijn oorspronkelijke stand in als weer-20 gegeven in de fig. 2, 3A, 4 en 5.
De omhoog gaande beweging en de beweging in horizontale richting van de cassette 70 worden uitgevoerd als gevolg van alleen de draaiing in omgekeerde richting van de motor 32.
25 Er zijn tongen 81 en 82 aangebracht, die de bovenzijde van de kettingwielen 35 respectievelijk 47 bedekken en die verhinderen dat de kettingen 33 en 46 ten opzichte van de kettingwielen 35 en 47 verder bewegen of slippen. Zo wordt de overbrenging Hisfien de kettingen 33 en 46 en de kettingwielen 35 en 47 positief 30 uitgevoerd.
Het bovenste kettingwiel 34 van de ketting 33 en het bovenste kettingwiel 47 van de ketting 46 zijn de aandrijvende kettingwielen. Dus bij het laden van de cassette, zoals aangegeven in de fig. 7A en 7B, is het verticale part 33a van de ketting 33 35 gespannen en bij het ontladen van de cassette, zoals aangegeven in 8004763 14 de fig. 8C en 8D, is het verticale part 46a van de ketting 46 gespannen. Bij het laden van de cassette karnt de pen 76 positief in ingrijping met het gespannen verticale part 33a van de ketting 33 en bij het ontladen van de cassette komt de pen 77 positief in 5 ingrijping met het gespannen verticale part 46a van de ketting 46.
De meeste beweegbare onderdelen binnen de inrichting bewegen met in hoofdzaak dezelfde snelheid, waarbij geen één van de onderdelen versneld beweegt, zodat het laden en ontladen van de cassette rustig wordt uitgevoerd zonder stootgeluiden te produ-10 ceren.
Volgens de uitvinding wordt de cassette gestoken in en uitgeworpen van de voorzijde van de magnetische opneem- en/of weergeef inrichting, waardoor de boven beschreven bezwaren van de conventionele laadinrichting worden opgeheven. Bovendien kan de 15 magnetische opneem- en/of weergeef inrichting worden aangesloten op een televisieontvanger en kan de cassette aan de voorzijde van de ontvanger worden geladen en ontladen.. Verder kan een inrichting voor het automatisch kiezen en insteken van een cassette uit een aantal cassettes in de magnetische opneem- en/of weergeef inrichting 2C- zijn ondergebracht.
Verder is de uitvinding niet beperkt tot de boven beschreven uitvoeringsvormen, waarin talrijke wijzigingen kunnen worden aangebracht zonder buiten de cmvang van de bijgaande conclusies te gaan.
8004763

Claims (10)

1. Inrichting voor het laden van een cassette in een magnetische opneemr en/of weergeefinrichting, voorzien van een cassettehouder die op en neer beweegbaar is voor het opnemen en vasthouden van een bandcassette, met het kenmerk, dat de in-5 richting is voorzien van middelen (71, 72) voor het aanwijzen van het gedeeltelijk insteken van de bandcassetten (70) in horizontale richting in de cassettehouder (21), van een aandrijfbron (32) die begint te draaien in reactie op de aanwijzing van de aanwijsmiddelen, van middelen (64, 65, 66) voor het trekken van de gedeeltelijk inge-1Q stoken bandcassette in een voorafbepaalde positie in de cassettehouder door middel van de overgebrachte draaiende aandrijfkracht van de aandrijfbron en van middelen (33, 46, 76, 77) voor het laden van de cassette voor het neerlaten van de cassettehouder, waarin de bandcassette is opgenanen en vastgehouden door de 15 van de aandrijfbron overgebrachte aandrijfkracht, wanneer de bandcassette in een vooraf bepaalde positie in de cassettehouder wordt getrokken, en voor het laden van de bandcassette in een vooraf bepaalde laadpositie in de magnetische opneem- en/of weergeef inrichting.
2. Laadinrichting voor een bandcassette volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de trekmiddelen bestaan uit rollende organen (64, 65, 66) die aangrijpen op de bovenzijde van de gedeeltelijk ingestoken bandcassette, welke rollende organen worden aangedreven door de van de aandrijfbron overgebrachte 25 aandrijfkracht en welke rollende organen de bandcassette tijdens hun draaiing in de cassettehouder trékken.
3. Laadinrichting voor een bandcassette volgens conclusie 2, net het kenmerk, dat de rollende organen bestaan uit een draaibare as (64) die loodrecht staat op de insteekrichting 30 van de bandcassette in de cassettehouder en uit één of meer rollen (65, 661 die met de draaibare as meedraaien, welke draaibare as en rollen worden opgetild doordat zij onttoog worden gedrukt door de bovenzijde van de gedeeltelijk ingestoken bandcassette en welke rollende organen verder zijn voorzien van een eindloos orgaan (33) 8004763 in een gesloten lus, dat door de aandrijfkracht van de aandrijf-bron wordt aangedreven en dat de aandrijfkracht overbrengt op de draaibare as, welk eindloze orgaan wordt vervormd door het optillen van de draaibare as en dat de aanwijsmiddelen (71, 72) zijn inge- 5 richt voor het afgeven van een signaal voor het in werking stellen van de aandrijfbron bij een vervorming van het eindloze orgaan in de vorm van een gesloten lus.
4. Laad inrichting voor een bandcassette volgens conclusie 3, net het kenmerk, dat de middelen voor het neerlaten 10 van de cassettehouder zijn voorzien van koppelmiddelen (76, 77) die een verplaatsing ondergaan overeenkomstig het trekken van de bandcassette in de cassettehouder en die aangrijpen op het eindloze orgaan bij het insteken van de bandcassette in een vooraf bepaalde positie en die de cassettehouder als één geheel met en door 15 middel van het eindloze orgaan neerlaten.
5. Laadinrichting voor een bandcassette volgens conclusie 1, net het kenmerk, dat verder middelen (79) zijn aangebracht voor het aanwijzen van het neerlaten van de bandcassette op de vooraf bepaalde positie en voor het stoppen van de werking 20 van de aandrijfbron.
6. Inrichting voor het laden van een bandcassette volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat verder uitwerpschakel-middelen (14) zijn aangebracht die worden bediend voor het uitwerpen van de bandcassette, welke aandrijfbron bij bediening van de 25 uitwerpschakelmiddelen in omgekeerde richting gaat draaien, waarbij de laadinrichting voor de bandcassette wordt aangedreven met een aandrijfkracht in omgekeerde richting van de aandrijfbron en de cassettehouder wordt opgetild en dat middelen (78) zijn aangebracht voor het loskoppelen van de koppelmiddelen ten opzichte van bet 30 eindloze orgaan bij het optillen van de cassettehouder in de oorspronkelijke opgetilde stand.
7. Laadinrichting voor een bandcassette volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat verder middelen (52, 57) zijn aangébracht voor het uitoefenen van een kracht op de cassettehouder 35 cm de cassettehouder positief pp de vooraf bepaalde laadpositie van 8004763 de bandcassette te houden.
8. Inrichting voor het laden van een bandcassette, in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven in de tekening.
9. Magnetische opneem- en/of weergeef inrichting, voorzien van een landinrichting voor een bandcassette volgens één van de voorgaande conclusies.
10. Magnetische opneem- en/of weergeefinrichting, in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven 10 in de tekening. 8004763
NLAANVRAGE8004763,A 1979-08-23 1980-08-22 Laadinrichting voor een bandcassette. NL180791C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP10757879 1979-08-23
JP10757879A JPS5634165A (en) 1979-08-23 1979-08-23 Loader for tape containing case

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8004763A true NL8004763A (nl) 1981-02-25
NL180791B NL180791B (nl) 1986-11-17
NL180791C NL180791C (nl) 1987-04-16

Family

ID=14462714

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE8004763,A NL180791C (nl) 1979-08-23 1980-08-22 Laadinrichting voor een bandcassette.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US4379313A (nl)
JP (1) JPS5634165A (nl)
DE (1) DE3031690C2 (nl)
FR (1) FR2463968B1 (nl)
GB (1) GB2066996B (nl)
MY (1) MY8700574A (nl)
NL (1) NL180791C (nl)

Families Citing this family (28)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPH0413781Y2 (nl) * 1981-05-25 1992-03-30
JPS5888856A (ja) * 1981-11-20 1983-05-27 Hitachi Ltd カセツトテ−プレコ−ダのカセツト装着装置
JPS58189864A (ja) * 1982-04-30 1983-11-05 Pioneer Electronic Corp テ−プレコ−ダ
JPS58165759U (ja) * 1982-04-30 1983-11-04 パイオニア株式会社 テ−プレコ−ダ
JPS58165760U (ja) * 1982-04-30 1983-11-04 パイオニア株式会社 テ−プレコ−ダ
JPS58189866A (ja) * 1982-04-30 1983-11-05 Pioneer Electronic Corp テ−プレコ−ダ
JPS58165758U (ja) * 1982-04-30 1983-11-04 パイオニア株式会社 テ−プレコ−ダ
JPS58189861A (ja) * 1982-04-30 1983-11-05 Pioneer Electronic Corp テ−プレコ−ダ
JPS5953564U (ja) * 1982-09-30 1984-04-07 パイオニア株式会社 テ−プレコ−ダ
US4628383A (en) * 1983-01-28 1986-12-09 Victor Company Of Japan, Ltd. Tape cassette loading device in a magnetic recording and/or reproducing apparatus
US4556923A (en) * 1983-11-28 1985-12-03 Data Electronics, Inc. Tape cartridge drive with cartridge door opening mechanism
CA1232351A (en) * 1984-01-23 1988-02-02 Akira Naoi Video cassette front loading system for video tape recorder
JPH065592B2 (ja) * 1984-03-02 1994-01-19 キヤノン株式会社 記録又は再生装置
JPS6185663A (ja) * 1984-10-03 1986-05-01 Hitachi Ltd カセツト装着装置
JPH0619885B2 (ja) * 1984-12-20 1994-03-16 三洋電機株式会社 カセツトロ−デイング機構
JPH0426998Y2 (nl) * 1985-09-13 1992-06-29
JPH0356901Y2 (nl) * 1985-01-29 1991-12-24
DE3516677A1 (de) * 1985-05-09 1986-11-13 Grundig E.M.V. Elektro-Mechanische Versuchsanstalt Max Grundig holländ. Stiftung & Co KG, 8510 Fürth Vorrichtung zur halterung einer videokassette
US4810242A (en) * 1985-09-26 1989-03-07 Alcon Laboratories Inc. Surgical cassette proximity sensing and latching apparatus
US4790816A (en) * 1985-09-26 1988-12-13 Allon Laboratories, Inc. Surgical cassette proximity sensing and latching apparatus
DE3605563C2 (de) * 1986-02-21 1994-04-28 Thomson Brandt Gmbh Kassettenrecorder mit Aufnahmeprogrammierung
DE3626942A1 (de) * 1986-08-08 1988-02-11 Bosch Gmbh Robert Wickelvorrichtung fuer magnetbandkassetten unterschiedlicher abmessungen
DE3626939A1 (de) * 1986-08-08 1988-02-11 Bosch Gmbh Robert Ladevorrichtung fuer magnetbandkassetten unterschiedlicher abmessungen
JPH0450596Y2 (nl) * 1986-08-14 1992-11-30
DE3728475A1 (de) * 1987-08-26 1989-03-09 Thomson Brandt Gmbh Geraet mit kassetten- ein-/aus-zugsvorrichtung
JP2521335B2 (ja) * 1987-09-30 1996-08-07 三星電子株式会社 テ―プレコ―ダのカセットロ―ディング空回転装置
DE3737286A1 (de) * 1987-11-03 1989-05-18 Tandberg Data Magnetbandgeraet
JP2001021307A (ja) * 1999-07-08 2001-01-26 Mitsumi Electric Co Ltd 押動検出装置

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5731390Y2 (nl) * 1975-06-23 1982-07-09
US4018403A (en) * 1976-01-19 1977-04-19 Odetics, Inc. Cassette loader for video recorder/reproducer
JPS6035743B2 (ja) * 1976-02-25 1985-08-16 日本ビクター株式会社 磁気記録再生装置
US4138699A (en) * 1976-06-04 1979-02-06 Victor Company Of Japan, Ltd. Automatic tape loading type recording and/or reproducing apparatus
CA1124390A (en) * 1977-11-28 1982-05-25 Takashi Tashiro Cassette tape player
NL7901747A (nl) * 1978-03-06 1979-09-10 Clarion Co Ltd Cassettelint-registratie/weergevingsinrichting.
JPS55125569A (en) * 1979-03-22 1980-09-27 Sony Corp Cassette loading/unloading device
JPS55125570A (en) * 1979-03-22 1980-09-27 Sony Corp Cassette loading/unloading device
US4257075A (en) * 1979-03-23 1981-03-17 Minnesota Mining And Manufacturing Company Tape magazine and recording and/or playback machine with improved magazine locating and loading structure

Also Published As

Publication number Publication date
JPS5634165A (en) 1981-04-06
GB2066996B (en) 1984-07-04
NL180791B (nl) 1986-11-17
DE3031690C2 (de) 1985-01-31
FR2463968B1 (fr) 1988-05-06
US4379313A (en) 1983-04-05
GB2066996A (en) 1981-07-15
MY8700574A (en) 1987-12-31
DE3031690A1 (de) 1981-03-12
FR2463968A1 (fr) 1981-02-27
NL180791C (nl) 1987-04-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8004763A (nl) Inrichting voor het laden van een bandcassette in een magnetische opneem- en/of weergeefinrichting.
EP0130636B1 (en) Record player having a loading mechanism for loading a record disk
NL7909366A (nl) Automatisch werkzaam laadmechanisme voor een magnetische registreer/weergeefinrichting.
US4014041A (en) Cassette recording and handling device
KR930004162Y1 (ko) 기록 및 재생 유니트
NL8300740A (nl) Detectie-inrichting van het bandeinde van een cassetteband.
GB2085213A (en) Motor-driven automatic loading apparatus for video disc player
US4426695A (en) Disc reproducing apparatus
US3764089A (en) Recording and reproducing apparatus using magnetic cassette
NL8402913A (nl) Cassettebandopneem- en -weergeefapparaat.
NL194216C (nl) Aanpassingsinrichting voor een videocassette.
US5493556A (en) Multi-disk player/recorder with biased locking means for disk cassettes
US4361859A (en) Loading system for video cassettes
US4423445A (en) Clutch system in a tape player
US4202021A (en) Front-loaded cassette tape deck
US3408017A (en) Sound recording-reproducing device of tape-magazine type
US4507769A (en) Disc reproducing apparatus
NL192704C (nl) Cassettelaadinrichting.
EP0887798A2 (en) Tray loading type magnetic recording and reproducing apparatus
US4639801A (en) Loading mechanism for a magnetic tape cassette apparatus
FR2682845A1 (fr) Appareil et procede d&#39;entrainement de plateau d&#39;un appareil combinant une camera et un enregistreur.
JPH0528576Y2 (nl)
KR0123309Y1 (ko) 프론트 로딩방식 카세트의 테이프 누름구
US4152737A (en) Magnetic recording and reproducing apparatus for use with either a tape cassette or a tape cartridge
US4468764A (en) Disc reproducing apparatus

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
A85 Still pending on 85-01-01
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20000301