NL8001129A - Uistootmechanisme voor het vanuit een bandpreparaat uitstoten van een bandcassette. - Google Patents
Uistootmechanisme voor het vanuit een bandpreparaat uitstoten van een bandcassette. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8001129A NL8001129A NL8001129A NL8001129A NL8001129A NL 8001129 A NL8001129 A NL 8001129A NL 8001129 A NL8001129 A NL 8001129A NL 8001129 A NL8001129 A NL 8001129A NL 8001129 A NL8001129 A NL 8001129A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- ejection
- tape cassette
- tape
- cassette
- receiving structure
- Prior art date
Links
Classifications
-
- G—PHYSICS
- G11—INFORMATION STORAGE
- G11B—INFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
- G11B15/00—Driving, starting or stopping record carriers of filamentary or web form; Driving both such record carriers and heads; Guiding such record carriers or containers therefor; Control thereof; Control of operating function
- G11B15/675—Guiding containers, e.g. loading, ejecting cassettes
- G11B15/67581—Guiding containers, e.g. loading, ejecting cassettes with pivoting movement of the cassette holder
- G11B15/67592—Guiding containers, e.g. loading, ejecting cassettes with pivoting movement of the cassette holder inside the apparatus
Landscapes
- Feeding And Guiding Record Carriers (AREA)
- Automatic Tape Cassette Changers (AREA)
- Packaging Of Annular Or Rod-Shaped Articles, Wearing Apparel, Cassettes, Or The Like (AREA)
- Replacement Of Web Rolls (AREA)
Description
m
VO 18U
Titel: Uitstootmechanisme voor het vanuit een bandapparaat uitstoten van een bandcassette.
De uitvinding heeft betrekking op een uitstootmechanisme voor het vanuit een bandapparaat uitstoten van een bandcassette, en meer in het bijzonder op een bande as s ette -uit st ootme chani sme dat bruikbaar is voor een bandapparaat met geringe hoogte-affceting, en waarbij het be-5 handelen van een bandcassette, in het bijzonder het uitnemen daarvan uit het bandapparaat, wordt vereenvoudigd.
Bij bandapparaten, zoals bandapparaten voor gebruik in automobielen, en waarbij het inladen en uitladen van een bandcassette moet plaatsvinden via een zich aan de voorzijde van het bandapparaat bevinden-10 de opening, is het een probleem cm de dikte-afmeting van het bandapparaat te verminderen en het mechanisme daarvan in een compacte vorm te construeren. Een canpacte uitvoering met geringe, hoogte-afmeting is in het bijzonder van belang voor een bandapparaat dat in een autemo-biel moet worden gebruikt, en een voor dergelijk gebruik bedoeld band-15 apparaat dat een canpacte constructie en geringe hoogte-afmeting bezit, betekent voordeel t.o.v. andere bandapparaten. Zoals bekend wordt momenteel het meeste gebruik gemaakt van twee haspels omvattende band-pakketten, z.g. bandcassettes. Bij het inladen en uitladen van een dergelijke bandcassette is het voor de samenwerking met haspelaandrijf-20 organen en een bandaandrijfrol nodig dat het bandpakket in een horizontale richting in het apparaat is ingebracht. Wegens deze reden is het vereist cm een in het apparaat gebrachte bandcassette in benedenwaartse richting te verplaatsen en omhoog te brengen teneinde de has-pelaandrijforganen en dergelijke in samenwerkend verband met de cassette 25 te koppelen. Bij een alternatieve uitvoering is het vereist om in plaats van het opheffen en cmlaagbrengen van de bandcassette een dek waarop de haspelaandrijforganen zijn gemonteerd naar boven en beneden te verplaatsen. Bij elk van deze beide mogelijkheden zijn de afstand en het gebied waarover de beweging voor het omlaag en omhoog brengen zich 30 uitstrekt, bijzonder groot zodat het onvermijdelijk is dat de omvang en in het bijzonder de dikte-afmeting van het bedieningsmechanisme en de gehele structuur van het bandapparaat groot worden. Teneinde aan deze bezwaren tegemoet te komen en een bandapparaat van meer compacte en dunne uitvoering beschikbaar te stellen, is voorgesteld cm het 35 bandpakket volgens een diagonale richting in te brengen en het aldus 8001129 -2- ingebrachte bandpakket. bij de laatste fase van de inbrengoperatie daarvan in een horizontale stand te brengen teneinde de haspèlaandrijforganen in samenwerkend verband met het bandpakket te koppelen. Aangezien hierbij het bandpakket niet in zijn geheel omhoog en cmlaag moet worden ge-5 bracht, maar slechts een eindgedeelte daarvan cmhoog en omlaag wordt gebracht, is het met deze methode mogelijk gebleken cm de grootte en het gebied van de verplaatsingen sterk te verminderen. Wat de constructie van een mechanisme voor het uitvoeren van een dergelijke operatie betreft is het reeds voldoende cm bij een gedeelte corresponderende met een 10 ander eindgedeelte van een ingebrachte bandcassette, een kantelorgaan aan te brengen. Aldus is het in zijn geheel beschouwde mechanisme van het bandapparaat vereenvoudigd terwijl de dikte-afmeting daarvan is verminderd. Bij een bandapparaat waarbij het bandpakket volgens een diagonale richting wordt ingebracht, is het echter moeilijk om wegens 15 de omstandigheid dat inladen en uitladen diagonaalsgewijs moet plaatsvinden, het bandpakket op de gewenste wijze uit te stoten bij de uit-stootoperatie. Bij een dergelijke bekende techniek is het in feite slechts mogelijk cm een grendelhefbocm voor een cassette-ontvangstructuur die in een schuine stand vergrendelt, vrij te geven waarbij de bandcassette 20 door onderdelen die door een dergelijke vrijgeefoperatie in werking kernen met een flauwe beweging naar buiten wordt gebracht. Een der gelijke geringe beweging van de bandcassette is niet voldoende om de bandcassette op eenvoudige wijze uit het bandapparaat te kunnen wegnemen.
Met de uitvinding is nu beoogd de in het voorafgaande geschetste 25 bezwaren van de bekende techniek op te heffen. Derhalve is met de uitvinding beoogd een bandcassette-uitstootmeehanisme voor een bandapparaat met een ccmpacte constructie met geringe hoogteafmeting beschikbaar te stellen en waarbij het behandelen van een bandcassette wordt vereenvoudigd.
30 Een bandcassette-uitstootmechanisme is volgens de uitvinding gekenmerkt door een chassis; een bandcassette-ontvangstructuur die kantelbaar is verbonden met dit chassis en k een schuine stand ten opzichte daarvan kan worden geplaatst; een op dit chassis aangebrachte uitstoothefboam;een met dit chassis kantelbaar verbonden bedienings-35 orgaan dat is ingericht cm met de uitstoothefboem samen te werken; 800 1 1 29 *· 4 ' -3- een op genoemde bandcassette-ontvangstructuur aangebracht geleidings-, orgaan waarlangs een bandcassette bij het inladen en uitladen -wordt ge leid; een verschuifbaar op dit geleidingsorgaan gemonteerd uitstoot-be-dieningsorgaan; en een op dit uitstoot-bedieningsorgaan verankerde uit-5 stootveer; waarbij een gedeelte van het genoenLde uitstootbedienings-orgaan is ingericht cm samen te werken met een achtereinde van de band-casssette wanneer deze in de bandcassette-ontvangstructuur is geplaatst en van welk uitstootbedieningsorgaan een ander gedeelte is ingericht cm samen te werken met het genoemde bedieningsorgaan; welke uitstootveer 10 is ingericht om wanneer een bandcassette in de bandcassette-ontvangstructuur is ingebracht te worden gerekt; en genoemd bedienings orgaan is ingericht ,cm door samenwerking met de uitstoothefbocm te worden verdraaid teneinde genoemde bandcassette-ontvangstructuur in een schuine stand te plaatsen en de gerekte veer zijn .oorspronkelijke stand te laten 15 aannemen en genoemd uitstoot-bedieningsorgaan terug te zetten en de bandcassette uit te stoten.
De uitvinding zal in het onderstaande nader worden toegelicht met verwijzing naar de tekening. In de tekening is: fig. 1 een perspectivische afbeelding van een bandapparaat dat 20 is voorzien van een bandcassette-uitstootmechanisme volgens de uitvinding en waarbij de situatie is weergegeven waarbij een bandcassette is uitgestoten ; fig. 2 een perspectivische afbeelding van een gedeelte van de in fig. 1 weergegeven apparatuur en geldend voor de situatie waarin 25 deze zich in een voor het weergeven gerede toestand bevindt; fig. 3 een:-zijaanzicht van het bandapparaat met een uitgestoten bandcassette; en fig. !+ een soortgelijk zijaanzicht van het bandapparaat wanneer dit in een voor weergave gerede toestand verkeert.
30 Ter nadere illustratie van de uitvinding zal in het onderstaande een uitvoeringsvorm daarvan worden behandeld met verwijzing naar de tekening. Een bandcassette-ontvangstructuur 2 is kantelbaar gemonteerd op een chassis 1 door middel van scharnieren 11 en 11’ die zich aan de voorzijde en bij de tegenover elkaar gelegen zij-einden van een band-35 apparaat bevinden. Een uitstoothefbocm 3 is bij een zijgedeelte van het 800 1 1 29 -U- ehassis 1 aangebracht en ingericht an wanneer deze hefboan. in achterwaartse richting wordt ingedrukt een uitstootoperatie te doen plaats- vinden. Een voor het uitvoeren van zulk een uitstootoperatie dienend mechanisme onvat een bedieningsorgaan U, dat hij Uo kantelbaar is ver-5 honden met een tussengedeelte van het chassis 1. Het bedieningsorgaan k heeft een ontvanggedeelte Ul dat kan samenwerken met een bijbehorend gedeelte 3U van de uitstoothefbocm 3, en een zich op afstand van dit ontvanggedeelte Ul bevindend ander gedeelte U-2, dat kan samenwerken met een rol 20 die is aangebracht bij een achtereinde van de cassette-10 ontvangstructuur 2. Yerder is het bedieningsorgaan U aan de bovenzijde daarvan tussen het kantelpunt U0 en het genoemde andere gedeelte U2 voorzien van een grendelgedeelte U3 dat kan samenwerken met een uitstekend gedeelte 53, dat is gevormd bij een zijgedeelte van een uit-stootbedieningsorgaan 5· Het uitstootbedieningsorgaan 5 is gemonteerd 15 op een lei dings orgaan 6 dat aan een zijgedeelte van de cassette-ontvang-s truc tuur 2 is aangebracht, zodat deze structuur door de samenwerking van de organen 50 en 50' daarvan cp het bovenvlak van geleidingsorgaan 6 kan glijden. Yerder is een spanveer 16 aangebracht tussen een veerbe-vestigingsorgaan 51 dat is aangebracht bij een achtereindgedeelte van 20 het uitstootbedieningsorgaan 5 en een veerbevestigingsorgaan 6l dat is gevormd bij een vooreindgedeelte van het geleidingsorgaan 6. Verder is het uitstootbedieningsorgaan 5 bij het achtereinde daarvan voorzien van een afhangend gedeelte 52 dat kan samenwerken met een achtereinde van een bandcassette 10 en dat is ingericht om wanneer een zich in de 25 ontvangstructuur 2 bevindende bandcassette 10 in benedenwaartse richting wordt gedrukt,in achterwaartse richting en tegen de werking van de veer 16 in te worden geduwd. Zoals is weergegeven in fig. 1 is het uitstootbedieningsorgaan 5 verder voorzien van een duwgedeelte 5U dat is bedoeld ca aan te drukken tegen een bovenvlak van de zich in de ontvang-30 structuur 2 bevindende cassette 10. Door middel van een transversale as 12 die zich bevindt bij een achterliggend benedengedeelte van het chassis 1, is een grendelorgaan 7 draaibaar gemonteerd. Het grendel-orgaan 7 is bij een tussengedeelte daarvan voorzien van een als ont-vangorgaan dienend uitsteeksel 71. Zoals is weergegeven in de fig. 3 en 35 U is cm de transversale as 12 op het grendelorgaan 7 een veer 70 aange- % 300 1 1 29 * * 4 -5- bracht wel zodanig, dat het grendelorgaan 7 in de normaalstand rechtop > staat. Het grendelorgaan T is verder voorzien van een rollergedeelte met een uitsparing 72 die is ingericht cm een as 27 van de rol 20 op de ont-vangstructuur 2 in een schuine stand te vergrendelen, zoals is weer-5 gegeven in de figuren 1 en 3, en een zich onder deze uitsparing 72 "bevindend gedeelte met een rand 73» die is bedoeld om tegen de as 27 aan te rusten.
Zoals is weergegeven in fig. 1 is een veer 31 aangebracht tussen de uitstoothefboaa 3 en een bodemvlak van het chassis 1. Een bedienings-10 toets 30 van de uitstootbedieningshefbocm 3 is ingericht am tegen de werking van de veer-31 in naar beneden te kunnen worden gedrukt, alsook om de oorspronkelijke stand in te nemen wanneer deze toets wordt losgelaten. Bij een ander zijgedeelte van het chassis 1 is aangebracht een bedieningsstructuur 18 voor het bedienen van een aandrukrol 8 en een 15 kop 9» een en ander zodanig dat deze met betrekking tot de bandcassette 10 naar voren en naar achteren kunnen worden verplaatst. Wanneer de bandcassette 10 is geplaatst in een vooraf bepaalde door weergave gerede stand, worden de aandrukrol 8 en de kop 9 derhalve vooruitgeschoven naar een weergeefzijde 10a van de bandcassette 10 nadat deze is ge-20 detecteerd.
Bij de weergegeven uitvoeringsvorm is het uitstootbedienings-orgaan 5 voorzien van kleine uitsteeksels 55 en 55’» die zich ter weerszijden van de bedieningsorganen 50 en 50’ in de richting van het geleidingsorgaan 6 uitstrekken. Dit geleidingsorgaan 6 is bij een tussen-25 liggend gedeelte daarvan, dat correspondeert met de uitsteeksels 55 en 55’ voorzien van een uitstekend gedeelte 6b in een centraal gedeelte waarvan een geleidingsgleuf 62 is gevormd, die zich in longitudinale richting van hetuitstekend gedeelte uitstrekt en dient cm de bedieningsorganen 50 en 50’ op te nemen. Aangezien de kleine uitsteeksels 30 55 en 55’ tegen het bovenvlak van het uitstekend gedeelte 6b aanrusten en daarover kunnen glijden, wordt de vrijvingsweerstand bij een glij-beweging in sterke mate verminderd zodat een glad verlopende glij-beweging mogelijk is. Aan het geleidingsorgaan 6 is een verend orgaan lb bevestigd, dat dient om een tussenliggend gedeelte van de bandcassette 35 10 wanneer deze wordt ingeladen of uitgeladen, door veerkracht tegen de 800 1 1 29 -6- cassette-ontvangstructuur 2 aan te drukken. Bij het druknitoefenend gedeelte van het verend orgaan lk zijn kleine uitsteeksels lka en lW die zich in "benedenwaartse richting uitstrekken gevormd en welke dienen om ervoor te zorgen, dat de handeassette 10 stevig tegen de structuur 2 5 wordt aangedrukt en de wrijvingsweerstand met "betrekking tot het vlak van de handeassette 10 wordt verminderd. Bij een achterliggend zijge-deelte van het chassis 1 is een ander geleidingsorgaan 13 aangehracht, dat dient cm. de inbrengbeweging van een handeassette 10 bij het laatste gedeelte van deze beweging te geleiden. Dit geleidingsorgaan 13 is even-10 eens voorzien van een benedenwaarts gericht klein uitsteeksel 13a dat dient cm de wrijvingsweerstand met betrekking tot de handeassette 10 te verminderen.
Bij een aldus uitgevoerd bandcassette-uitstootmechanisme volgens de uitvinding bevindt de handeassette-ontvangstructuur 2 zich in een 15 schuine stand waarbij het achtergedeelte daarvan door kanteling cm de scharnierpunten 11 en 11', zoals is weergegeven in de fig. 1 en 3, omhoog is gebracht na afloop van de uitstootverking. Wanneer de band-cassette 10 diagonaalsgewijs op zijn plaats in de cassette-antvang-structuur is ingeladen, werkt het achteruiteinde 10b samen met het 20 afhangend gedeelte 52 van het uitstootbedieningsorgaan 5, 2odat dit in achterwaartse richting wordt gedrukt, waarbij de veer 16 wordt gespannen door het leveren van een kracht bij de uitstootwerking. Bij het laatste gedeelte van de teruggaande beweging van de handeassette 10, wordt het uitstekend gedeelte 71 van het grendelorgaan 7 tegen de 25 werking van de veer 70 in teruggeduwd en het grendelorgaan 7 wordt zodanig gekanteld dat de vergrendeling van de as 27 door het van een uitsparing voorziene gedeelte 72 wordt opgeheven. Wanneer deze vergrendeling wordt opgeheven, valt de bandcassette-ontvangstructuur 2 door de werking van geëigende middelen, zoals een veer 28, die is aange-30 bracht tussen het chassis 1 en de ontvangstructuur 2, op het chassis 1 en neemt een horizontale stand in zoals is weergegeven in fig. k.
In deze stand zijn de haspelaandrijforganen en dergelijke zodanig met de handeassette 10 gekoppeld, dat het toestel voor weergeven gereed is.
35 Wanneer daarentegen de uitstoothefboem 3 gedurende deze weer- 800 1 1 29 • ·ψτ -τ- geefmodus wordt ingedrukt, duwt het gedeelte 3^· van deze hefhocm 3 tegen het ontvanggedeelte Ul van het hedieningsorgaan b aan, zodat dit orgaan k gezien in de fig. 2 of lv een rechtsgaande draaiing uitvoert. Als een ' gevolg hiervan komt het gedeelte b2 van dit hedieningsorgaan k omhoog, 5 waardoor het achtereinde van de ontvangstructuur 2 via de rol 20 omhoog wordt getracht. De as 27 van de rol 20 wordt cmhooggebracht tot een stand, zoals bepaald door het van een uitsparing voorziene gedeelte 72, terwijl hetgrendelorgaan 7 wordt verdraaid door de werking van de veer 70, die cm de as 12 is aangebracht, zodat dit orgaan de grendelstand aanneemt.
10 Wanneer door de werking van het bedieningsorgaan U het voorste uiteinde van de cassette-ontvangstructuur 2 verder omhoog wordt gebracht, komt het uitsteeksel 53 van het uitstootbedieningsorgaan 5, dat door het grendelgedeelte 13 van het bedieningsorgaan ^ was vergrendeld, vrij. Door de terugdrijvende kracht van de veer 16 wordt hierna het uitstootbe-15 dieningsorgaan 5 in voorwaartse richting gedreven, waardoor de band-• cassette 10 door het afhangend gedeelte 52 uit de cassette-ontvang-opening wordt uitgestoten. De uitstootbeweging van de bandcassette 10 wordt geremd door een langs een amtreksgedeelte daarvan gevormde opstaande rand 10c, die kan samenwerken met het uitstekend gedeelte l^a, 20 zodat de cassette in een stand waarbij deze uit het apparaat steekt wordt vastgehouden. De aldus uitstekende bandcassette 10 kan op eenvoudige wijze worden weggenomen.
Uit de in het voorafgaande gegeven omschrijving van de onderhavige uitvinding blijkt, dat door het gebruik van de cassette-ont-25 vangstructuur 2 die in de nabijheid van de cassette-ontvangopening kantelbaar is verbonden met het chassis, de bandcassette 10 volgens een schuine stand kan worden ingeladen en uitgeladen. Aldus is het mogelijk cm een bandapparaat compact en dun uit te voeren. Aangezien het bandeassette-uitstootmechanisme volgens de onderhavige uitvinding 30 zodanig is geconstrueerd, dat het uitstootbedieningsorgaan 5 met de veer verschuifbaar is gemonteerd op een geleidings^orgaan gevormd op de bandcassette-ontvangstructuur, de veer van het uitstootbedieningsorgaan 5 kan worden gespannen wanneer de bandcassette 10 in het apparaat wordt gebracht, teneinde naderhand een uit stootkracht te 35 kunnen leveren, de bandcassette-ontvangstructuur, wanneer deze in een 800 1 1 29 -8- "voor weergave gerede stand is geplaatst, omhoog wordt getracht door de werking van het hedieningsorgaan en het uitstoothedieningsorgaan 5, dat het hedienings orgaan grendelt, wordt vrijgegeven teneinde de cassette 10 uit te stoten, wanneer de uitstoothefboon- 3 wordt in-5 gedrukt, kan de constructie van het uitstootbedieningsmechanisme worden vereenvoudigd door toepassing van het hedienings orgaan 1+ en het mechanisme kan compact eru dtinv worden uitgevoerd terwijl daarbij gewenste uitstootwerkingen worden verkregen, en wel wegens het gebruik van het dunne uitstootbedieningsmechanisme 5> dat aan het ge-10 leidingsorgaan 6 is bevestigd.
800 1 1 29
Claims (4)
1. Bandcassette-uitstootmechanisme, gekenmerkt door een chassis; een band-cassette-ontvangstructuur, die kantelbaar met het chassis is verbonden, zodanig dat deze structuur een schuine stand ten opzichte daarvan kan innemen; een op genoemd chassis aangebrachte uitstoothef-5 boem; een met het genoemde chassis kantelbaar verbonden bedienings-orgaan, dat is ingericht cm samen te werken met genoemde uitstoothef-boam; een op genoemde bandcassette-ontvangstructuur aangebracht gelei dings orgaan via hetwelk een bandcassette bij het inladen en uitladen daarvan kan worden geleid; een op dit geleidingsorgaan verschuif-10 baar aangebracht uitstootbedieningsorgaan; en een aan het genoemde uitstootbedieningsorgaan verankerde uitstootveer; waarbij het genoemde uitstootbedieningsorgaan is voorzien van een gedeelte dat is ingericht cm'samen te werken met een achtereinde van de bandcassette wanneer deze in de bandcassette-ontvangstructuur is ingebracht, alsook van een ge-15 deelte dat is ingericht cm samen te werken met het genoemde bedienings-orgaan; genoemde uitstootveer is ingericht cm te worden gespannen wanneer de bandcassette in de bandcassette-ontvangstructuur wordt ingébracht; en genoemd bedieningsorgaan is ingericht cm door de samenwerking met de uitstoothefboem te worden verdraaid teneinde genoemde band-20 cassette-ontvangstructuur in een schuine stand te plaatsen, alsook cm de gespannen veer in zijn oorspronkelijke toestand terug te laten kamen, waarbij genoemd uitstootbedieningsorgaan wordt teruggezet en de bandcassette wordt uitgestoten.
2. Bandcassette-uitstootmechanisme volgens conclusie 1, gekenmerkt 25 door een grendelorgaan, dat is ingericht cm samen te werken met het genoemde bedieningsorgaan wanneer dit orgaan wordt verdraaid door het vergrendelen van dit orgaan.
3. Bandcassette-uitstootmechanisme volgens de conclusies 1 of 2, met het kenmerk, dat het genoemde geleidingsorgaan is voorzien van een 30 geleidingsgleuf en een cm deze gleuf gevormd uitstekend gedeelte waarbij het genoemde uitstootbedieningsorgaan is ingericht cm langs dit uitstekend gedeelte te glijden terwijl dit uitstootbedieningsorgaan in aanraking is met de randen van genoemde geleidingsgleuf. U. Bandcassette-uitstootmechanisme volgens een van de voorafgaande 800 1 1 29 9 -10 conclusies, met het kenmerk, dat genoemde bandcassette-ontvangstruc-tuur is voorzien van een verend orgaan voor het uitoefenen van een drukkracht op een tussengedeelte van de handcassette.
5· Bandcassette-uitstootmechanisme volgens conclusie 2, gekenmerkt 5 door een veer die normaliter werkzaam is om het genoemde grendelorgaan in een amhooggerichte stand te houden, waarbij wanneer de handcassette wordt ingébracht, dit grendelorgaan kan worden gekanteld om het genoemde bedieningsorgaan vrij te geven. 800 1 1 29
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
JP2076579 | 1979-02-26 | ||
JP2076579A JPS55113162A (en) | 1979-02-26 | 1979-02-26 | Pack spring-out unit of tape player |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8001129A true NL8001129A (nl) | 1980-08-28 |
Family
ID=12036264
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8001129A NL8001129A (nl) | 1979-02-26 | 1980-02-25 | Uistootmechanisme voor het vanuit een bandpreparaat uitstoten van een bandcassette. |
Country Status (7)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US4335409A (nl) |
JP (1) | JPS55113162A (nl) |
AU (1) | AU537410B2 (nl) |
DE (1) | DE3007179A1 (nl) |
GB (1) | GB2045506B (nl) |
NL (1) | NL8001129A (nl) |
SE (1) | SE445687B (nl) |
Families Citing this family (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2490391B1 (fr) * | 1980-09-12 | 1985-12-13 | Sony Corp | Appareil d'enregistrement et/ou de reproduction de signaux sur une cassette a bande magnetique |
JPS5810266U (ja) * | 1981-07-13 | 1983-01-22 | オリンパス光学工業株式会社 | カセツトテ−プレコ−ダのカセツトエジエクト機構 |
US4514775A (en) * | 1982-05-03 | 1985-04-30 | Mfe Corporation | Streaming cassette tape transport |
US4656541A (en) * | 1985-01-11 | 1987-04-07 | Hewlett-Packard Company | Front loading cartridge activated clamp and eject mechanism |
DE3516677A1 (de) * | 1985-05-09 | 1986-11-13 | Grundig E.M.V. Elektro-Mechanische Versuchsanstalt Max Grundig holländ. Stiftung & Co KG, 8510 Fürth | Vorrichtung zur halterung einer videokassette |
GB2183396A (en) * | 1985-11-20 | 1987-06-03 | Philips Nv | Recording and/or reproducing apparatus |
CN1096068C (zh) * | 1994-05-20 | 2002-12-11 | 索尼公司 | 使用盒式磁带的记录和/或再生装置 |
Family Cites Families (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3623678A (en) * | 1969-02-17 | 1971-11-30 | Automatic Radio Mfg Co | Cassette tape playing |
US3628254A (en) * | 1970-04-01 | 1971-12-21 | Sperry Rand Corp | Nonpendulous flux valve compass system |
US3902681A (en) * | 1974-01-28 | 1975-09-02 | Telex Communications | Tape handling apparatus |
JPS5927017B2 (ja) * | 1977-04-27 | 1984-07-03 | ベルテック株式会社 | カセツト装脱装置 |
-
1979
- 1979-02-26 JP JP2076579A patent/JPS55113162A/ja active Pending
-
1980
- 1980-02-21 GB GB8005854A patent/GB2045506B/en not_active Expired
- 1980-02-21 US US06/123,197 patent/US4335409A/en not_active Expired - Lifetime
- 1980-02-25 SE SE8001430A patent/SE445687B/sv not_active IP Right Cessation
- 1980-02-25 AU AU55861/80A patent/AU537410B2/en not_active Ceased
- 1980-02-25 NL NL8001129A patent/NL8001129A/nl not_active Application Discontinuation
- 1980-02-26 DE DE19803007179 patent/DE3007179A1/de not_active Withdrawn
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
GB2045506A (en) | 1980-10-29 |
DE3007179A1 (de) | 1980-09-04 |
AU5586180A (en) | 1980-09-04 |
US4335409A (en) | 1982-06-15 |
SE445687B (sv) | 1986-07-07 |
JPS55113162A (en) | 1980-09-01 |
GB2045506B (en) | 1983-05-11 |
SE8001430L (sv) | 1980-08-27 |
AU537410B2 (en) | 1984-06-21 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
JPS6334534B2 (nl) | ||
JPH08253064A (ja) | 改良された車シート用スライド部材およびこのようなスライド部材により取り付けられた車シート | |
NL8001129A (nl) | Uistootmechanisme voor het vanuit een bandpreparaat uitstoten van een bandcassette. | |
US4374401A (en) | Tape player | |
JPS6141056B2 (nl) | ||
US6359843B1 (en) | Disk recording-playback device, disk tray for use in the device, and method of ejecting the tray | |
EP0404589B1 (en) | Disc drive apparatus | |
KR100491575B1 (ko) | 디스크 카트리지 로딩장치 | |
NL8001514A (nl) | Grendelmechanisme ten gebruike bij een bandweergeef- inrichting. | |
JP2760623B2 (ja) | 磁気テープカセット装置 | |
JPH075566Y2 (ja) | カセット式テーププレーヤ | |
JP2643916B2 (ja) | ディスクカセットの装着装置 | |
JP3157653B2 (ja) | カセット案内装置 | |
JP2996714B2 (ja) | 記録媒体カートリッジライブラリ装置における挿入口シャッタ機構 | |
US5285336A (en) | Magnetic-tape-cassette apparatus | |
DE3138253A1 (de) | Kassettenrekorder | |
JP2643727B2 (ja) | ディスクカートリッジの装着装置 | |
JP2759694B2 (ja) | カセット式テーププレーヤ | |
JPH07114055B2 (ja) | デイスクカセツトの装着装置 | |
JP2799618B2 (ja) | カートリッジ入りディスク駆動装置 | |
JP2679264B2 (ja) | ディスクドライブ装置 | |
JP2906667B2 (ja) | ディスクカセットの装着装置 | |
JPS6325540Y2 (nl) | ||
JPS6199969A (ja) | ディスクカートリッジ装填装置 | |
JP2898909B2 (ja) | テープレコーダのカセット装填装置 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A85 | Still pending on 85-01-01 | ||
BV | The patent application has lapsed |