NL7909072A - Zonnewerend gordijn. - Google Patents

Description

Zonneverend· gordijn.

Dé uitvinding betreft een zonneverend gordijn voor motorvoertuigen en in het bijzonder een rolgordijn, dat langs een rand van een zij- of achterraam van het voertuig kan vorden aangebracht.

5 Dergelijke rolgordijnen omvatten een buisvormig huis voorzien van een in langsriehting lopende sleuf, vaardoor het mogelijk is het gordijn naar buiten te trekken en af te vikkelen van een as, die door een veer gedraaid vordt in de opvikkel-richting van het gordijn. In het bijzonder bestaat het gordijn 10 uit een buigzaam velvormig materiaal, vaarvan de zijde, die naar het invendige van het motorvoertuig is gericht, donker gekleurd is om de zichtbaarheid te verbeteren, tervijl de andere zijde gericht naar buiten bij voorkeur lichtgekleurd is om het invendige van het motorvoertuig zo koel mogelijk te houden, vanneer 15 het voertuig gedurende een bepaalde tijd staat blootgesteld aan de zon.

Omdat het gordijn in het algemeen vertikaal langs de benedenrand van een zijraam of in hoofdzaak horizontaal overeenkomend met het achterraam van het voertuig staat opgesteld, moet 20 het gordijn zodanig op juiste vijze zijn aangebracht, dat de donkergekleurde zijde steeds gericht is naar het invendige van het voertuig. Door de cylindrische vorm van het huis en de plaats van de sleuf voor het naar buiten trekken van het gordijn is het bij de bestaande zonneverende gordijnen niet mogelijk gebruik 25 te maken van hetzelfde type gordijn voor een zijraam of voor een achterraam, omdat hierdoor de donkergekleurde en lichtgekleurde zijden vorden omgekeerd en aldus op onjuiste vijze· staan opgesteld.

7909072 > 2

Daarom moeten "bij het maken van dergelijke gordijnen tijdens de samenstelling hiervan handelingen worden uitgevoerd die nodig zijn om het buisvormig huis zodanig op te stellen, dat de sleuf zich op de juiste plaats bevindt om het gordijn naar 5 buiten te trekken, dit in overeenstemming met de plaats van montage in het inwendige van het voertuig. Dit geeft niet alleen grotere montagemoeilijkheden en daardoor hogere kosten, maar geeft eveneens grotere problemen ten aanzien van de verschillende en talrijke uitvoeringen, die zowel de fabrikant als de 10 wederverkoper in voorraad moet hebben.

Als gevolg van de konst rukt ie van het bekende type gordijn is voor de talrijke samenstellingswerkzaamheden veel tijd nodig en zijn hoge kosten hiermee gemoeid. Eveneens zij opgemerkt dat deze gordijnen bestaan uit een vel van plastic materiaal, 15 bij voorkeur PVC, met in hoofdzaak een glad oppervlak. Dit glad oppervlak maakt het moeilijk het gordijn af te wikkelen en naar buiten te trekken, wanneer het gordijn, opgewikkeld in het huis, een lange tijd staat blootgesteld aan de zon of aan hoge temperaturen. In feite is PVC een materiaal, dat gemakkelijk zacht 20 wordt bij temperaturen tussen 50 en 6o°C. Door de opwikkelkracht als gevolg van de veer en doordat de gladde oppervlakken met elkaar in kontakt staan, zullen bijgevolg de wikkelingen, van het gordijnvel een sterke neiging hebben aan elkaar te hechten, waardoor het afwikkelen en naar buiten trekken van het gordijn 25 uit het huis wordt gehinderd of zelfs wordt belet.

Daarom beoogt de uitvinding een gordijn van het bovengenoemde type, dat op juiste wijze en ongeacht op een zijraam of op een achterraam van een voertuig kan worden aangebracht zonder dat de gordijnkonstruktie gewijzigd behoeft te worden. Eet gordijn 30 kan dan in feite universeel worden toegepast en bezit gemakkelijk voorstelbare voordelen!

Voorts beoogt de uitvinding een gordijn van het bovengenoemde type met een speciale konstruktie, waardoor het samenstellen hiervan in belangrijke mate wordt vereenvoudigd en het 35 gebruik van schroeven en dergelijke volledig wordt weggenomen.

Voorts omvat overeenkomstig de uitvinding het gordijn 7309072 3 een vel van synthetisch, huigzaam plastic materiaal, waardoor het mogelijk is de grens van de temperatuur te verhogen, waaraan het gordijn kan worden blootgesteld. Dit wordt bereikt met behulp van uiterst eenvoudige middelen en met geringe kosten, waardoor 5 het mogelijk wordt het gordijn bloot te stellen aan de zon en aan hoge temperaturen gedurende een bepaalde tijd zonder dat problemen hierbij optreden.

Overeenkomstig de uitvinding omvat een zonnewerend gordijn voor motorvoertuigen een huis dat kan worden opgesteld 10 langs een rand van het raam, waarbij het gordijn bestaat uit een vel van ondoorschijnend buigzaam materiaal voorzien van een aantal openingen of perforaties aangebracht in evenwijdige rijen, waarbij het vel van buigzaam materiaal bevestigd is langs een rand aan een opwindas gekoppeld met een veer, die deze as doet 15 draaien in de opwikkelrichting van het vel, waarbij het huis bestaat uit een orgaan met een gebogen profiel evenwijdig opgesteld aan en gedeeltelijk de opwikkelas omringend, waarbij elk eind van het huis is voorzien van snaporganen, die samenwerken met een overeenkomend ingrijpdeel aangebracht op een eindonder-20 steuningsorgaan voor het huis en de opwikkelas.

Voorts is gebleken dat, indien de aard van een of van beide zijvlakken van het velvormig materiaal worden gewijzigd, bijvoorbeeld door middel van formaties van reliefdelen, het mogelijk is de grens van de temperatuur te verhogen, waarbij 25 de gordijnwikkelingen aan elkaar hechten, waardoor aldus in belangrijke mate het gevaar van blokkeren en zodoende van beschadiging van het gordijn wordt verminderd.

Dit wordt bereikt met een zonnewerend gordijn omvattende tenminste een vel van ondoorzichtig buigzaam materiaal, dat 30 opgewikkeld kan worden op een roterende as, waarbij het velvor mig materiaal op tenminste een van zijn zijvlakken is voorzien van formaties van reliefdelen, die onderlinge afmetingen en afstanden van 20 tot 50% van de dikte van het vel bezitten.

Voorts omvat het velvormig materiaal overeenkomstig 35 de uitvinding een groot aantal openingen of gaten van kleine afmetingen die in een bepaalde vorm zijn aangebracht, waarbij de „909072 * h afmetingen en de afstanden van deze reliefdelen voorts vergelijkbaar zijn met de afmetingen van deze openingen.

Het zonneverend gordijn overeenkomstig de uitvinding zal thans nader vorden toegelicht aan de hand van de beschrij-5 ving en bijgevoegde tekeningen, vaarbij: fig. 1 de mogelijke toepassingen van het gordijn in een motorvoertuig veergeeffc; fig. 2 een beeld van het gordijn veergeeft; fig. 3 een langsdoorsnede is over het gordijn veergegeven in 10 fig. 2; fig. U op-vergrote schaal het gordijn van fig. 3 veergeeffc; fig. 5 ie plaatsing van het gordijn op een vertikaal vlak overeenkomend met de benedenrand van een zijraam van een motorvoertuig veergeeffc; 15 fig. 6 de plaatsing van het gordijn op een horizontaal vlak nabij het achterraam van een voertuig veergeeffc; fig. 7 op vergrote schaal het gordijnvel veergeeffc; fig. 8 tvee gordijnen in êén lijn gelegen in êén enkel huis veergeeffc; 20 fig. 9 het veergegevene in fig. 8 op grote schaal aangeeft.

Fig. 1 toont de binnenzijde van een motorvoertuig 1 vaarin een eerste zonneverend gordijn 3 in een in hoofdzaak vertikaal vlak U évenvijdig aan de benedenrand van een zijraam 5 van het motorvoertuig 1 is aangebracht. Een tveede zonne-25 verend gordijn 6 is aangegeven voor het achterraam J, vaarbij het huis 8 van het gordijn is opgesteld op een in hoofdzaak horizontale plank 9 in het achterste gedeelte van het motorvoertuig 1.

Het gordijn bestaat bijvoorbeeld uit een vel 10 van 30 buigzaam ondoorzichtig materiaal, bijvoorbeeld synthetisch plastisch materiaal (PVC) of van een ander geschikt materiaal, vaarbij dit vel 10 is voorzien van een groot aantal gaten of openingen 11 in evenvijdige rijen volgens een bepaald patroon aangebracht.

35 In het bijzonder zijn de gaten 11 in een rij op regel matige afstanden van elkaar aangebracht, echter verschoven over 7909072 5 de halve afstand van de gaten in een aangrenzende rij. Bij een gatafïneting van 0,5 tot 1,5 mm en hij een afstand tussen de middens van twee aangrenzende gaten in dezelfde rij van 1,5 tot 4 mm geeft het vel 10 van ondoorzichtig materiaal een zeer goed 5 uitzicht.

Het gordijnvel 10 is met een eind verbonden met een opwikkelas bestaande uit een buisvormig orgaan 12 ondersteund door en roterend in eindondersteuningsorganen 13 en 1^· (fig. 3) door middel van speciale pluggen 15 en 16*aangebracht in de ein-10 den van de buisvormige as. Elke plug 15 en 16 bezit cirkel vormige zaagvormige ribben waardoor het inbrengen van de plug in de buis wordt vergemakkelijkt en deze stevig op zijn plaats wordt gehouden. Bovendien bezit een van de pluggen, bijvoorbeeld de plug 15, een pen 17, die coaxiaal ten opzichte van de buis 15 12 uitsteekt en binnendringt in een gat 18 van het betreffend ondersteuningsorgaan 13· Anderzijds bezit de andere plug 16 een doorgaand gat voor een inwendige as 19, waarvan een eind is verbonden met het andere ondersteuningsorgaan 1b. Een kant van een schroefvormige veer 20 is verbonden met het binneneind van de 20 as 19, terwijl de andere kant hiervan is verbonden met de buisvormige as 12, bijvoorbeeld door middel van de plug 16. Wanneer de veer 20 een passende voorbelasting wordt gegeven tijdens het samenstellen, werkt deze veer 20 op de buisvormige as 12 in de richting waarin het buigzaam vel 10 wordt opgewikkeld. Een 25 kleine tong 21 verbonden met de tegenovergelegen rand van het vel 10 wordt gebruikt als een vastgrijporgaan wanneer het gordijn wordt afgewikkeld, en dit vast grij por gaan werkt samen met een niet weergegeven vast zet orgaan bevestigd aan de bovenrand van het raam. Zoals de fig. 2, 3 en 6 aangeven wordt het gordijn 30 10, opgewikkeld op de as 12, beschermd door een huis, dat slechts een gedeelte van de as omgeeft. Opgemerkt zij, dat het huis zoals aangegeven is, bestaat uit een dakpanvormig of halfcirkelvormig orgaan 22 bevestigd tussen de ondersteuningsorganen 13 en 14 evenwijdig aan de opwikkelas 12.

35 Zoals fig. U aangeeft grijpt elk eind van het huis 22 in een ingrijpdeel 25 van het ondersteuningsorgaan 13 en 14, waar- 7909072 ο 6 door bet gebruik van schroeven en dergelijke tijdens het samenstellen van het gordijn -wordt vermeden. Bij het weergegeven voorbeeld bestaat dit koppelingsorgaan uit een uitsteeksel of lip 23 iets achter elk eind van het huis 22 en uitstekend in een passen-5 de uitsparing 2k, die in verbinding staat met het gebogen ingrijp-deel 25 voor het eind van het huis 22 in het betreffend onderst euningsorgaan 13 en 1U. Zoals reeds is vermeld maakt deze gor-dijnkonstruktie het samenstellen uiterst gemakkelijk daardit met de hand kan worden uitgevoerd zonder dat speciale gereedschappen 10 nodig zijn.

De weergegeven gordijnkonstruktie .laat eveneens een standaardkonstruktie toe. Om dit te begrijpen wordt verwezen naar de fig. 1, 5 en 6. Fig. 5 toont een eindaanzicht van het gordijn gebruikt bij een zijraam 5 in fig· 1· Dit gordijn bevindt zich 15 in een toestand waarin het normaal door de fabrikant wordt geleverd, d.w.z. in de opgewikkelde toestand zoals fig. 5 aangeeft, waarbij het linker gedeelte van deze figuur overeenstemt met het inwendige van het motorvoertuig. Op grond van wat boven reeds is vermeld moet deze zijde van het vel donker gekleurd zijn om een 20 goed uitzicht hierdoor mogelijk te maken. Wanneer het gordijn gebruikt moet worden voor een achterraam 7 en omdat de donkere zijde van het vel steeds naar binnen moet zijn gericht, moet het gordijn geplaatst worden op een wijze· zoals fig. 6 aangeeffc. Dit wordt bereikt door aan de kleine tong 21 te trekken en te 25 draaien over 180°, zodat een halve wikkeling wordt afgewikkeld, waardoor het vel steeds in een opwaartse richting naar buiten getrokken kan worden, waarbij de donkergekleurde zijde van het vel naar links, d.w.z. naar het inwendige van het motorvoertuig is gericht. Deze rotatie is mogelijk dankzij de speciale vorm 30 en uitvoering van het huis 22, dat slechts een zijde van de as omgeeft. De rotatie kan worden uitgevoerd op het moment dat het wordt gordijn geplaatst7op het motorvoertuig, en daarom kan hetzelfde gordijn gekocht en geplaatst worden onafhankelijk van het bijzonder gebruik in het motorvoertuig, hetgeen ongetwijfeld een voor-35 deel betekent, daar hierdoor de konstruktie van het gordijn gestandaardiseerd kan worden, zoals boven is beschreven.

7&09072 7

De fig. 5 en 6 tonen een ander kenmerk van het gordijn overeenkomstig de -uitvinding. Uit deze figuren "blijkt dat het huis 22 onder een hoek ten opzichte van een vlak evenwijdig aan de steunvlakken van de ondersteuningsorganen 13 en 1k staat opge-5 steld in een richting tegengesteld aan die vaarin het gordijn- vel is opgewikkeld. Het huis is onder een dusdanige hoek opgesteld, dat het vlak gaande door de langsranden van het huis een hoek van ongeveer 10 tot 35°, "bijvoorkeur tussen 25 en 30°, vormt met een vlak gaande door de as van de opwikkelas 12 en evenwijdig 10 aan de steunvlakken 2 9 van de onderst euningsorganen 13 en 1^.

Op deze manier wordt het afwikkelen van het gordijn verder vergemakkelijkt ongeacht de stand van het huis.

Fig. 7 toont de kenmerken van het materiaal, dat gebruikt wordt voor het gordijn overeenkomstig de uitvinding. Uit 15 het voorbeeld in fig. 7 blijkt dat het gordijn 10 bestaat uit twee op elkaar geplaatste lagen 26 en 27 van een zelfde of verschillend materiaal, bijvoorbeeld PVC, met een dikte S1 en S2 tussen 0,12 en 0,25 mm, dit in overeenstemming met de eisen van de mechanische sterkte en buigzaamheid welke aan het velvormig 20 materiaal worden gesteld. Het uit twee lagen bestaand velvormig materiaal is gunstig, omdat het hierdoor mogelijk wordt gemakkelijk twee verschillend gekleurde vlakken te verkrijgen, waarbij bijvoorbeeld êên laag bestaat uit donkergekleurd materiaal om het uitzicht van binnenuit te vergemakkelijken, terwijl de ande-25 re laag bestaat uit een lichtgekleurd materiaal om de zonnewarmte van buitenaf te reflecteren.

Opgemerkt zij, dat een kant van het vel 10 in fig. 7 formaties van reliefdelen bezit, in dit bijzondere geval bestaande uit een groot aantal kleine gelijk verdeelde in langs-30 richting lopende kralen 28 met dwarsafmetingen en onderlinge afstanden vergelijkbaar met de afmetingen van de openingen 11 en de dikte S1, S2 van het vel 10. Deze afmetingen kunnen bijvoorbeeld liggen tussen 20% en 50% van de totale dikte van het velvormig materiaal 10.

35 De reliefdelen 28 op de vlakken van het vel 10 kunnen elke vorm of opstelling hebben en kunnen verkregen worden door 7909072 * ” •f 8 uitdrijven of door elke andere geschikte werkwijze. Bijvoorbeeld in het geval van het vel in fig. 7 gevormd door samenvoeging van twee materiaallagen 26 en 27 kan het uitdrijven, d.w.z. het vormen van de reliefdelen uitgevoerd worden op een materiaallaag 5 voor het samen voegen, bij voorkeur echter tijdens het samen voegen van de ene en de andere laag, waarbij gebruik gemaakt wordt van een roterende pers, die op zijn cylinder een dienovereenkomstig reliefpatroon bezit.

Het is nuttig dat de reliefdelen 28 onderlinge afstan-10 den bezitten gemeten in de richting van de rijen van de opening-en of gaten 11, die twee of drie keer kleiner zijn dan de onderlinge afstand tussen de middens van de aangrenzende gaten, en dat de afstand waarmee de reliefdelen 28 elkaar op'volgen een faktor verschilt van de afstand van de genoemde gaten. Dit is 15 van belang om een herhaald overlappen van de gaten 11 en de uitgedreven delen 28 te voorkomen waardoor men de zekerheid heeft dat een bepaalde, hoeveelheid lucht steeds gaat tussen de gor-dijnwikkelingen, wanneer dit is opgewikkeld, waardoor meegeholpen wordt aan het voorkomen dat deze aan elkaar vasthechten.

20 Het principe, waarop het gordijnmateriaal is gebasseerd, is als volgt: wanneer het gordijn volledig is opgewikkeld, zoals weergegeven is in fig. 6, overlappen de wikkelingen hiervan elkaar en raken elkaar slechts gedeeltelijk, daar het uit gedreven oppervlak aan één kant van eenwikkeling in kontakt komt met 25 het niet uitgedreven oppervlak aan de andere kant van de aangrenzende wikkeling. Daarom wordt door het beperkt aantal kontakt-plaatsen en de luchtzakken, diè tussen de wikkelingen zich vormen, voorkomen dat de genoemde vlakken aan elkaar hechten zelfs wanneer de temperatuur stijgt.

30 Enkele proeven zijn uitgevoerd op een gordijn vervaar digd van een gebruikelijk materiaal, d.w.z. niet uitgedreven of zonder reliefdelen, én op een gordijn vervaardigd van een uitgedreven materiaal zoals overeenkomstig de uitvinding. De gordijnen werden geplaatst in een oven en gehouden op een hoge temperatuur 35 gedurende een tijd voldoende om het blootstellen hiervan aan een sterke zonnewarmte na te bootsen. De resultaten hiervan zijn weer- 7909072 ft' 9 gegeven in de volgende tabel, die de maximum temperatuur en de ' maximale verblijftijd in de oven aangeeft:

Max.-temperatuur in°C Max.tijd in uren

Gebruikelijk materiaal 75°C 1 . . o ..

5 Uitgedreven materiaal 100 C o

De onderzochte gordijnen bestonden uit PVC-materiaal met een dikte van 0,30 mm en in het geval van een materiaal overeenkomstig de uitvinding bedroeg de diepte van de uitgedreven delen ongeveer b0% van de dikte van het materiaal.

10 De proeven hebben aangetoond dat het gordijn vervaar digd van een materiaal met uitgedreven gedeelten de hierboven aangegeven resultaten geven bij een veel langere duur en een hogere temperatuur zonder dat aan de werking van het gordijn afbreuk werd gedaan.

15 Deze kenmerken zijn in het bijzonder geschikt bij toe passing van dit type gordijn bij motorvoertuigen, wanneer deze in garages of in de open lucht geparkeerd zijn· of gedurende een lange tijd stilstaan voordat deze verkocht of gebruikt worden.

Tenslotte tonen de fig. 8 en 9 twee rolgordijnen 10 20 axiaal in één lijn opgesteld in één enkel huis 30 van een geschikte lengte, waarbij het huis 30 is voorzien van twee eind-steunen 13 en ih en een tussengelegen steun 31. Deze tussengele-gen steun 31 is door middel van een schroef vastgezet aan het huis en kan de in één lijn gelegen einden van de twee buisvor-25 mige opwikkelassen 12 van de gordijnen ondersteunen. Zoals fig.

9 aangeeft;, steekt de tussengelegen ondersteuning 31 in dwars-richting ten opzichte van het huis naar buiten, waardoor een doorbuigen hiervan wordt voorkomen.

7909072

Claims (11)

1. Zonnewerend gordijn voor motorvoertuigen omvattende een huis aangehracht langs een rand van een raam, waarbij het gordijn bestaat uit een vel van buigzaam ondoorzichtig materiaal 5 voorzien van openingen in evenwijdige rijen, waarbij één rand van het vel is bevestigd aan een opwikkelas gedragen door eind-ondersteuningsorganen en gekoppeld met een veer, die deze as doet draaien in de opwikkelrichting van het vel, waarbij het huis bestaat uit een gebogen profielorgaan, dat gedeeltelijk de opwikkel-10 as omgeeft, waarbij dit profielorgaan aan beide einden is voorzien van snaporganen, die samenwerken met een dienovereenkomstig ingrijpdeel aangebracht op een eindondersteuningsorgaan voor het huis en de opwikkelas.

2. Gordijn volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat 15 het huis bestaat uit een halfcirkelvormig orgaan.

3· Gordijn volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het vel van buigzaam materiaal een vastgrijporgaan bezit bevestigd aan de rand tegenover die welke aan de opwikkelas is bevestigd waarbij dit vast grij pór gaan gedraaid kan worden naar de 20 tegenovergelegen zijde van het huis waarbij het vel gedeeltelijk wordt afgewikkeld. k. Grodijn volgens conclusie 1, gekenmerkt door een buisvormige opwikkelas voor het vel, een eerste en tweede plug geperst in de einden van de buisvormige as, waarbij één van de 25 pluggen een uitstekende pen bezit opgenomen in een gat van een ondersteuningsorgaan, terwijl de andere plug een doorgaand gat bezit voor een tweede as bevestigd aan het andere ondersteuningsorgaan, en een schroefveer, die de tweede as omringt en waarvan de einden zijn bevestigd aan de tweede as en respectievelijk aan de 30 bovengenoemde plug.

5· Gordijn volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het huis onder een hoek in een richting tegengesteld aan die, waarin het gordijn is" opgewikkeld, is geplaatst ten opzichte van een vlak evenwijdig aan de steunvlakken van de ondersteuningsorganen.

6. Gordijn volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het huis geroteerd wordt over een hoek van ongeveer 10 tot 35°, 7909072 bij voorkeur tussen 25 en 30°.

7· Gordijn volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het huis een lengte bezit, die meer is dan het dubbele van de breedte van een gordijn, en dat twee rolgordijnen coaxiaal in 5 êên lijn in hetzelfde huis zijn gelegen.

8. Gordijn volgens conclusie 7) met het kenmerk, dat een tussengeigen ondersteuningsorgaan aanwezig is voor het huis en voor de tegenover elkaar gelegen einden van de opwikkelassen van het gordijn. 10 9· Gordijn volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat ten minste één kant van het buigzaam velvormig materiaal relief-delen bezit met onderlinge afmetingen en afstanden tussen 20 en 50/ü van de dikte van het velvormig materiaal.

10. Gordijn volgens conclusie 9» met het kenmerk, dat 15 bet vel een groot aantal openingen in een bepaalde opstelling bezit en dat de reliefdelen onderlinge afmetingen en afstanden bezitten vergelijkbaar met de afmetingen van de genoemde openingen.

11. Gordijn volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de openingen in één lijn in evenwijdige rijen zijn gelegen en dat 20 de onderlinge afstand tussen de reliefdelen kleiner is dan de afstand tussen twee aangrenzende gaten in dezelfde rij.

12. Gordijn volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat de afstand, waarin de reliefdelen elkaar opvolgen,een faktor verschilt van de afstand tussen de genoemde openingen.

13. Gordijn volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat het velvormig materiaal bestaat uit een eerste laag van donkergekleurd synthetisch plastic materiaal en een tweede laag van lichtgekleurd synthetisch plastic materiaal geplaatst op de eerste, en dat de reliefdelen op hetzelfde ogenblik worden' uitgedreven 30 wanneer de twee materiaallagen met elkaar worden verbonden. 1U. Gordijn in hoofdzaak zoals beschreven in de beschrijving en/of weergegeven in de tekeningen. 7909072