NL2020580B1 - Mal-deel - Google Patents

Mal-deel Download PDF

Info

Publication number
NL2020580B1
NL2020580B1 NL2020580A NL2020580A NL2020580B1 NL 2020580 B1 NL2020580 B1 NL 2020580B1 NL 2020580 A NL2020580 A NL 2020580A NL 2020580 A NL2020580 A NL 2020580A NL 2020580 B1 NL2020580 B1 NL 2020580B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
mold
sleeve
structural element
concrete
recess
Prior art date
Application number
NL2020580A
Other languages
English (en)
Inventor
Rook Huig
Staal Dorien
Original Assignee
Voorbij Prefab B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Voorbij Prefab B V filed Critical Voorbij Prefab B V
Priority to NL2020580A priority Critical patent/NL2020580B1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2020580B1 publication Critical patent/NL2020580B1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B28WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
    • B28BSHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
    • B28B23/00Arrangements specially adapted for the production of shaped articles with elements wholly or partly embedded in the moulding material; Production of reinforced objects
    • B28B23/0056Means for inserting the elements into the mould or supporting them in the mould
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04GSCAFFOLDING; FORMS; SHUTTERING; BUILDING IMPLEMENTS OR AIDS, OR THEIR USE; HANDLING BUILDING MATERIALS ON THE SITE; REPAIRING, BREAKING-UP OR OTHER WORK ON EXISTING BUILDINGS
    • E04G15/00Forms or shutterings for making openings, cavities, slits, or channels
    • E04G15/06Forms or shutterings for making openings, cavities, slits, or channels for cavities or channels in walls of floors, e.g. for making chimneys
    • E04G15/063Re-usable forms

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Ceramic Engineering (AREA)
  • Forms Removed On Construction Sites Or Auxiliary Members Thereof (AREA)

Abstract

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een mal-deel voor het vormen van een uitsparing in een constructief element, zoals een wanddeel, waarbij het constructieve element wordt gevormd door het in een mal laten uitharden van hierin gestort beton. Volgens de uitvinding wordt het mal-deel gekenmerkt doordat het mal-deel een zich van het mal-lichaam af uitstrekkend aansluitdeel omvat dat verbonden is aan het mal-lichaam en dat vormpassend kan worden gekoppeld aan een met het beton mee te storten buisvormig element, zoals een mof. Verder is een naar het aansluitdeel gerichte zijde van het mal-lichaam voorzien van 10 een zich rondom het aansluitdeel uitstrekkende uitsparing in welke het buisvormige element zich vormpassend kan uitstrekken.

Description

Octrooicentrum
Θ 2020580
Figure NL2020580B1_D0001
(2?) Aanvraagnummer: 2020580 (22) Aanvraag ingediend: 13 maart 2018
Int. Cl.:
B28B 23/00 (2018.01) E04G 15/06 (2019.01)
0 Aanvraag ingeschreven: 0 Octrooihouder(s):
20 september 2019 Voorbij Prefab B.V. te Amsterdam.
0 Aanvraag gepubliceerd:
- 0 Uitvinder(s):
Huig Rook te Krimpen aan den IJssel.
0 Octrooi verleend: Dorien Staal te Utrecht.
20 september 2019
0 Octrooischrift uitgegeven: 0 Gemachtigde:
23 september 2019 ir. P.J. Hylarides c.s. te Den Haag.
Mal-deel
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een mal-deel voor het vormen van een uitsparing in een constructief element, zoals een wanddeel, waarbij het constructieve element wordt gevormd door het in een mal laten uitharden van hierin gestort beton.
Volgens de uitvinding wordt het mal-deel gekenmerkt doordat het mal-deel een zich van het mal-lichaam af uitstrekkend aansluitdeel omvat dat verbonden is aan het mal-lichaam en dat vormpassend kan worden gekoppeld aan een met het beton mee te storten buisvormig element, zoals een mof. Verder is een naar het aansluitdeel gerichte zijde van het mal-lichaam voorzien van een zich rondom het aansluitdeel uitstrekkende uitsparing in welke het buisvormige element zich vormpassend kan uitstrekken.
NL B1 2020580
Dit octrooi is verleend ongeacht het bijgevoegde resultaat van het onderzoek naar de stand van de techniek en schriftelijke opinie. Het octrooischrift komt overeen met de oorspronkelijk ingediende stukken.
Mal-deel
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een mal-deel voor het vormen van een uitsparing in een constructief element, zoals een wanddeel, waarbij het constructieve element wordt gevormd door het in een mal laten uitharden van hierin gestort beton. Voorts heeft de uitvinding betrekking op een mal-samenstelling omvattende dit mal-deel. De uitvinding ziet tevens op een mal welke is uitgerust met de mal-samenstelling of het mal-deel en op een werkwijze voor het vervaardigen van een constructief element gebruikmakende van deze mal. Tenslotte heeft de uitvinding betrekking op een constructief element dat is gevormd door uitoefening van de eerdergenoemde werkwijze en op een gebouw welke een dergelijke constructief element omvat. De uitvinding heeft in het bijzonder betrekking op prefab constructieve elementen, en meer in het bijzonder op prefab wanddelen.
Bij de vorming van prefab wanddelen wordt veelal aan een rand van deze delen een uitsparing voorzien. Deze uitsparing wordt gevormd door een mal-deel in de mal aan te brengen welke wordt gebruikt tijdens het storten van het beton. Dit mal-deel omvat een mal-lichaam welke veelal is uitgevoerd als een blok geëxpandeerd polystyreen (EPS) aangezien dit materiaal na het uitharden van het beton gemakkelijk los gemaakt kan worden.
De mal omvat veelal een mal-tafel en hieraan gekoppelde lijsten welke samen de rand van het wanddeel definiëren. Het EPS blok wordt door middel van een lijmverbinding aan de lijst gekoppeld. Na het uitharden van het beton wordt het EPS blok verwijderd en wordt de uitsparing zichtbaar.
Huidige prefab wanddelen kunnen meegestorte elektra-aansluitingen of andersoortige voorzieningen omvatten. Zo kunnen de wanddelen inbouwdozen en Polyvinylchloride (PVC) buizen omvatten. Na plaatsing van de wanddelen worden de PVC buizen in de wanddelen verbonden met PVC buizen in bijvoorbeeld vloerdelen.
Voor de verbinding van de in de wanddelen aanwezige PVC buizen en de PVC buizen buiten de wanddelen kunnen PVC bochtstukken gebruikt worden. Voor het realiseren van de koppeling tussen een bochlstuk en de in het wanddeel aanwezig PVC buis wordt een mof gebruikt welke eveneens meegestort is in het beton. Hierbij is de mof aan een zijde gekoppeld aan de in de het wanddeel aanwezige PVC buis en steekt de mof uit het wanddeel ter plaatse van de uitsparing. Doordat de mof uit het wanddeel steekt, kan het PVC bochtstuk gekoppeld worden.
Voorafgaand aan het storten van het beton wordt het EPS blok voorzien van een opening waarin de mee te storten mof gedeeltelijk wordt geplaatst. Hierbij komt de lengte van het stuk van de mof welke in het EPS blok steekt overeen met de lengte over welke de mof uit het uitgeharde wanddeel steekt. Om te voorkomen dat de mof tijdens het storten van het beton losschiet van het EPS blok dient de mof voldoende diep in het EPS blok te worden geplaatst.
Voor een zo vlak en egaal mogelijke afwerking van het wanddeel is het belangrijk dat de grootte van de uitsparing tot een minimum beperkt wordt. Anderzijds is het belangrijk dat de installateur voldoende werkruimte heeft om de koppeling te maken met de mof. Deze werkruimte wordt in grote mate bepaald door de afstand tussen de vloer waarop het wanddeel is geplaatst en de onderzijde van de uit het wanddeel stekende mof.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding een oplossing te bieden voor het realiseren van een wanddeel of ander constructief element waarbij de werkruimte wordt vergroot zonder dat daarbij de afwerking van het wanddeel of constructieve element wordt benadeeld.
Dit doel is bereikt met het mal-deel volgens conclusie 1. Dit mal-deel wordt gekenmerkt doordat het mal-deel een zich van het mal-lichaam af uitstrekkend aansluitdeel omvat dat verbonden is aan het mal-lichaam en dat vormpassend kan worden gekoppeld aan een met het beton mee te storten buisvormig element, zoals een mof. Verder is een naar het aansluitdeel gerichte zijde van het mal-lichaam voorzien van een zich rondom het aansluitdeel uitstrekkende uitsparing in welke het buisvormige element zich vormpassend kan uitstrekken.
Met het mal-deel volgens de uitvinding wordt de mate waarin de mof uit het constructieve element steekt bepaald door de diepte van de uitsparing en wordt de mate waarin de mof tijdens het storten van het beton gefixeerd blijft ten opzichte van het mal-lichaam bepaald door de passing tussen mof en aansluitdeel en door de lengte over welke de mof en aansluitdeel aan elkaar zijn gekoppeld. Volgens de uitvinding is het dus mogelijk de fixatie van de mof tijdens het storten van beton en de uitsteeklengte van de mof bij het uitgeharde constructieve element ten minste ten dele onafhankelijk van elkaar te kiezen. Hierdoor kan de uitsteeklengte tot een minimum worden beperkt en kan de werkruimte zodoende worden vergroot bij gelijkblijvende grootte van de uitsparing.
De uitsparing is bij voorkeur gevormd in een rand van het constructieve element. Echter, het is ook mogelijk om een dergelijk uitsparing te voorzien in een rand van een volledig door beton omgeven opening in het constructieve deel. Een voorbeeld van een dergelijke opening is een opening voor de plaatsing van een deur of een raam.
Het mal-lichaam is bij voorkeur ingericht om gekoppeld te zijn aan een lijst van de mal tijdens het storten van het beton, waarbij de lijst de rand van het constructieve deel definieert. Hiertoe kan het mal-lichaam voorzien zijn van één of meerdere magneten voor het koppelen van het mal-lichaam aan de lijst van de mal. Hierbij wordt opgemerkt dat zowel de mal-tafel als de lijsten van magnetisch materiaal kunnen zijn.
Het mal-lichaam en het aansluitdeel kunnen integraal zijn gevormd. Zo kan het mallichaam gevormd zijn uit een kunststof zoals polyurethaan met een shore hardheid van 60-90, meer in het bijzonder met een shore hardheid van 70-80. Echter, het is ook mogelijk dat het aansluitdeel en het mal-lichaam aan elkaar worden gekoppeld bij voorbeeld door een schroefverbinding.
Hierdoor wordt het mogelijk het aansluitdeel en het mal-lichaam uit verschillende materialen te vervaardigen, bijvoorbeeld omdat aan deze onderdelen verschillende mechanische of chemische eisen worden gesteld. Tevens is het mogelijk een aansluitdeel te vervangen, mocht dit beschadigd zijn geraakt.
In een uitvoeringsvorm omvat het buisvormige element een mof voor het koppelen van buizen, in het bijzonder PVC buizen. Echter, de uitvinding is niet deze elementen beperkt.
Volgens een tweede aspect verschaft de uitvinding een mal-samenstelling welke een maldeel omvat met een mof zoals hierboven beschreven. Voorts omvat de mal-samenstelling een inbouwdoos en een buis, zoals een PVC buis, welke aan een zijde is gekoppeld aan het aansluitdeel van het mal-deel door middel van de mof en welke aan een andere zijde is gekoppeld aan de inbouwdoos. De mof l<an tevens vervaardigd zijn uil PVC.
Volgens een derde aspect verschaft de uitvinding een mal voor het vormen van een constructief element, zoals een wanddeel, omvattende een mal-tafel, een aan de mal-tafel gekoppelde lijst, en de bovengenoemde mal-samenstelling van welke het mal-lichaam is gekoppeld aan de lijst, of het bovengenoemde mal-deel van welke eveneens het mal-lichaam is gekoppeld aan de lijst. Voor het vergroten van de sterkte van het constructieve element kunnen één of meerdere wapeningsstaven in de mal zijn gebracht.
Volgens een vierde aspect verschaft de uitvinding een werkwijze voor het vervaardigen van een constructief element, zoals een wanddeel, omvattende het verschaffen van de bovengenoemde mal, het in de mal storten van vloeibaar beton, het in de mal laten uitharden van het beton teneinde het constructieve element te vormen, en het verwijderen van het mal-deel uit het gevormde constructieve element.
Volgens een vijfde aspect verschaft de uitvinding een constructief element, zoals een wanddeel, welke is gevormd door uitoefening van de bovengenoemde werkwijze. Volgens een zesde aspect verschaft de uitvinding een gebouw omvattende het zo gevormde constructieve element.
In het hiernavolgende zal de uitvinding in meer detail worden besproken onder verwijzing naar de bijgevoegde figuren, waarin:
Figuur 1 een perspectivisch aanzicht toont van een wanddeel;
Figuur 2 een detailweergave toont van het wanddeel uit figuur 1 ter plaatse van de uitsparing voor de aansluiting van elektra;
Figuur 3 een onderaanzicht toont van de uitsparing uit figuur 2;
Figuur 4 een mal toont voor de vervaardiging van het wanddeel uit figuur 1;
Figuur 5 een samenstelling toont voor het realiseren van elektra in het wanddeel uit figuur
1;
Figuren 6A en 6B respectievelijk een bovenaanzicht en een onderaanzicht tonen van het mal-deel in figuur 5; en
Figuur 7 een schematische dwarsdoorsnede toont van de samenstelling uit figuur 5 ter plaatse van de aansluiting van de mof.
Figuur 1 toont een wanddeel 1 in overeenstemming met de uitvinding. Wanddeel 1 is vervaardigd uit gestort beton en kan één of meerdere uitsparingen omvatten voor de plaatsing van een raam 2 of deur. Verder zijn in wanddeel 1 PVC buizen en inbouwdozen meegestort voor de aanleg van elektriciteit nadat wanddeel 1 is geplaatst.
Figuur 1 toont een voorzijde van wanddeel 1. Deze zijde kan bijvoorbeeld de buitengevel van een woonhuis ten minste ten dele vormen. Aan de binnenzijde van wanddeel 1 zijn aan de onderzijde van wanddeel 1 uitsparingen 3 voorzien welke dienen voor de aansluiting van elektra. Uitsparing 3 is in meer detail getoond in figuren 2 en 3.
In figuur 2 is een detailweergave getoond van een achterzijde van wanddeel 1. In dit figuur is een inbouwdoos 4 zichtbaar waarin in een later stadium van de bouw een wandcontactdoos geplaatst kan worden. Binnenin wanddeel 1 loopt een PVC buis vanaf inbouwdoos 4 richting uitsparing 3. Door deze buis kunnen de elektriciteitskabels getrokken worden die later aangesloten zullen worden op de wandcontactdoos.
Figuur 3 toont een onderaanzicht van uitsparing 3. Hierbij zijn een aantal openingen 5 zichtbaar waarvan de oorsprong later zal worden toegelicht. Uit één van deze openingen steekt een mof 6. Binnenin wanddeel 1 is deze mof 6 met de PVC buis gekoppeld die zich uitstrekt tot de in figuur 2 getoonde inbouwdoos. In een later stadium van de bouw zal mof 6 gekoppeld worden met een verdere PVC buis. Deze PVC buis kan eventueel een bochtstuk omvatten en kan bijvoorbeeld onderdeel vormen van een nog te storten dekvloer. Door het stelsel van PVC buizen zullen de benodigde elektriciteitskabels getrokken worden.
Het is belangrijk bij de aanleg van elektra, en bij het koppelen van de verdere PVC buis aan mof 6 in het bijzonder, dat er zoveel mogelijk ruimte beschikbaar is voor de installateur. Hierbij zijn een tweetal aspecten belangrijk. Enerzijds dient de hoogte van uitsparing 3 voldoende groot te zijn om een bochtaansluiting te kunnen maken met de verdere PVC buis. Anderzijds dient mof 6 voldoende uit te steken zodat de verdere PVC buis gemakkelijk in de mof gestoken kan worden.
In de stand van de techniek wordt voor het realiseren van de uitsparing aan de onderzijde van een wanddeel gebruik gemaakt van geëxpandeerd polystyreen (EPS), eventueel voorzien van een coating voor het voorkomen van hechting met beton. Een blok EPS wordt hierbij voorzien van gaten waarin mof 6 gestoken wordt. Vervolgens wordt dit EPS blok aan de lijsten vastgemaakt, bijvoorbeeld door middel van lijmen, en wordt het beton gestort. Na uitharding van het beton wordt het EPS blok verwijderd.
In figuur 3 is weergegeven dat mof 6 over een lengte d uitsteekt ten opzichte van het beton. Volgens de uitvinding kan deze lengte slechts enkele millimeters bedragen. Dit is aanzienlijk lager dan bereikt kan worden indien gebruik gemaakt wordt van de bekende EPS blokken. Hierbij is de uitsteeklengte van de mof namelijk in de ordegrootte van centimeters. Dit beperkt de bewegingsvrijheid van de installateur bij het aanleggen van de verdere PVC buizen. De technische maatregelen welke de geringe uitsteeklengte d mogelijk maken, worden hierna toegelicht onder verwijzingen naar figuren 4, 5, 6A, 6B en 7.
Figuur 4 toont een deelaanzicht van een mal 100 die kan worden gebruikt voor de vervaardiging van wanddeel 1. Hierbij omvat mal 100 een tafel 10 van een magnetisch metaal, zoals staalsoort S235JR. Tafel 10 vormt doorgaans de voorzijde van wanddeel 1. Voor de definitie van de randen van wanddeel 1 worden lijsten 11 op tafel 10 bevestigd. Hierbij worden lijsten 11 magnetisch aan tafel 10 gekoppeld. Zoals weergegeven in figuur 4 kunnen er één of meerdere wapeningsstaven 12 in mal 100 zijn geplaatst.
Aan de in figuur 4 getoonde lijst 11, welke de onderzijde van wanddeel 1 definieert, is een mal-deel 8 gekoppeld welke in meer detail is getoond in figuren 5, 6A, 6B, en 7. Verder is inbouwdoos 4 getoond evenals een PVC buis 7 welke zich uitstrekt tussen inbouwdoos 4 en maldeel 8. De overgang tussen mal-deel 8 en PVC buis 7 wordt gevormd door mof 6.
Figuur 5 toont een mal-samenstelling 200 welke inbouwdoos 4, PVC buis 7, mof 6, en mal-deel 8 omvat. Mal-deel 8 omvat een mal-lichaam 8A dat schuine wanden omvat zodat het na het uitharden van het beton gemakkelijk verwijderd kan worden. Verder omvat mal-deel 8 één of meerdere aansluitdelen 9 welke aan een bovenzijde 8B van mal-lichaam 8A aan mal-lichaam 8A verbonden zijn. Op aansluitdelen 9 kan een mof 6 geklemd en/of geschoven worden. Hierbij is de passing tussen mof 6 en aansluitdeel 9 zodanig dat er geen beton tussen kan geraken tijdens het storten van beton. De koppeling tussen PVC buis 7 en mof 6 is op een vergelijkbare wijze uitgevoerd.
Teneinde hechting van het beton aan mal-deel 8 te voorkomen kan mal-deel 8 voorzien zijn van een geschikte coating of andere aangebrachte laag, zoals ontkistingswas.
Volgens de uitvinding omvat mal-lichaam 8A een zich rondom het aansluitdeel 9 uitstrekkende uitsparing 8C in bovenzijde 8B van mal-lichaam 8A. Mof 6 kan hierbij vormpassend in uitsparing 8C geplaatst worden op zodanige wijze dat er geen of nauwelijks beton kan verzamelen tussen mof 6 en de wand van mal-deel 8 ter plaatse van uitsparing 8C. Verder is de aansluiting van mof 6 op mal-deel 8 zodanig dat er geen of nauwelijks beton tijdens het storten in mof 6 kan treden.
In een uitvoeringsvorm heeft uitsparing 8C een vorm welke overeenkomt met een dwarsdoorsnede van mof 6 en is de breedte van uitsparing 8C in hoofdzaak gelijk aan de dikte van de wand van mof 6. Bij voorkeur heeft de uitsparing de vorm van een cilinder.
Tijdens het storten van het beton is het belangrijk dat mof 6 en de hieraan gekoppelde PVC buis 7 op hun plek blijven. Dit is vooral belangrijk voor de koppeling tussen mof 6 en aansluitdeel 9.
In de stand der techniek wordt de sterkte van de koppeling tussen mof 6 en het EPS blok bepaald door de diepte van het in het EPS blok aangebrachte gat. Deze diepte komt tevens overeen met de lengte waarover de mof zich tot buiten het beton uitsteekt. In de stand der techniek is de uitsteeklengte derhalve proportioneel aan de klemkracht tussen de mof en het EPS blok. Hierdoor is het niet mogelijk een geringe uitsteeklengte te realiseren zonder het risico te lopen dat de mof losraakt van het aansluitdeel tijdens het storten van het beton. Dientengevolge zal de vrijheid voor de installateur niet optimaal zijn.
Volgens de uitvinding wordt de koppeling tussen mof 6 en mal-deel 8 bepaald door de hoogte van aansluitdeel 9 en wordt uitsteeklengte d bepaald door de diepte van uitsparing 8C. Hierdoor wordt het mogelijk uitsteeklengte d van mof 6 min of meer onafhankelijk te kiezen van de klemkracht tussen mof 6 en mal-deel 8. Dientengevolge kan uitsteeklengte d slechts enkele millimeters zijn en kan de vrijheid voor de installateur aanzienlijk worden vergroot.
Mal-deel 8 wordt bij voorkeur vervaardigd uit een kunststof, zoals polyurethaan met een shore hardheid van 70 of 80. Hierbij kunnen aansluitdelen 9 integraal met het mal-lichaam 8A zijn vervaardigd. Het is echter ook mogelijk dat aansluitdelen 9 uit een ander materiaal zijn vervaardigd, zoals een andere variant polyurethaan of verwante kunststof, dan mal-lichaam 8A. Om aansluitdelen 9 te koppelen met mal-lichaam 8A, kan mal-lichaam 9A moeren omvatten welke kunnen koppelen met in aansluitdelen 9 aangebrachte bevestigingsbouten 13. Indien mal-lichaam 8A en aansluitdelen 9 worden gevormd door middel van spuitgiettechnieken kunnen de moeren en bouten eenvoudig integraal in respectievelijk mal-lichaam 8A en aansluitdelen 9 opgenomen worden.
Om mal-deel 8 te koppelen aan lijst 11 is mal-lichaam 8A voorzien van één of meerdere magneten 14. Nadat mal-deel 8 is gekoppeld aan lijst 11 bestaat er nog ruimte tussen tafel 10 en mal-deel 8. Deze ruimte zal vollopen met beton zodat de voorzijde van wanddeel 1 vlak wordt afgewerkt en uitsparing 3 niet aan de voorzijde van wanddeel 1 zichtbaar zal zijn. Het geniet tevens de voorkeur dat niet alleen de zijwanden van mal-deel 8 schuin lopen maar dat ook de voorof achterzijde van mal-deel 8 schuin loopt teneinde het uitnemen van mal-deel 8 na het uitharden van het beton te vergemakkelijken.
In het bovenstaande is de uitvinding toegelicht met behulp van uitvoeringsvormen daarvan. Het moge de vakman duidelijk zijn dat de uitvinding echter niet tot deze uitvoeringsvormen is beperkt maar dat verschillende wijzigingen mogelijk zijn zonder daarbij af te wijken van de beschermingsomvang welke wordt gedefinieerd door de bijgevoegde conclusies.
Als voorbeeld wordt genoemd dat de uitvinding niet beperkt is tot het aanleggen van elektra. Andersoortige leidingen kunnen evengoed aangebracht en gekoppeld worden met de techniek van de onderhavige aanvrage. Hierbij kan evenwel een mof gebruikt worden maar het is ook mogelijk dat de mee te storten leiding of een andersoortig buisvormig element zelf gekoppeld 5 wordt aan het aansluitdeel.
Lijst van verwijzingscijfers
1. Wanddeel
2. Raam
3. Uitsparing voor aansluiting elektra
4. Inbouwdoos
5. Opening in uitsparing
6. Mof
7. PVC buis
8. Mal-deel
8A. Mal-lichaam
8B. Bovenzijde mal-lichaam
8C. Ringvormige uitsparing
9. Aansluitdeel
10. Mal-tafel
11. Mal-lijst
12. Wapeningsstaaf
13. Bevestigingsbout
14. Magneet
100. Mal
200. Mal-samenstelling
d. Uitsteeklengte mof

Claims (12)

  1. CONCLUSIES
    1. Mal-deel (8) voor het vormen van een uitsparing (3) in een constructief element, zoals een wanddeel (1), waarbij het constructieve element wordt gevormd door het in een mal (100) laten uitharden van hierin gestort beton, het mal-deel omvattende:
    een mal-lichaam (8A);
    met het kenmerk, dat het mal-deel verder een zich van het mal-lichaam af uitstrekkend aansluitdeel (9) omvat welke verbonden is aan het mal-lichaam en welke vormpassend kan worden gekoppeld aan een met het beton mee te storten buisvormig element, zoals een mof (6), en dat een naar het aansluitdeel gerichte zijde (8B) van het mal-lichaam is voorzien van een zich rondom het aansluitdeel uitstrekkende uitsparing (8C) in welke het buisvormige element zich vormpassend kan uitstrekken.
  2. 2. Mal-deel volgens conclusie 1, waarbij de uitsparing is gevormd in een rand van het constructieve element.
  3. 3. Mal-deel volgens conclusie 2, waarbij het mal-lichaam ingericht is om gekoppeld te zijn aan een lijst (11) van de mal tijdens het storten van het beton, waarbij de lijst de rand van het constructieve deel definieert.
  4. 4. Mal-deel volgens conclusie 3, waarbij het mal-lichaam is voorzien van één of meerdere magneten (14) voor het koppelen van het mal-lichaam aan de lijst van de mal.
  5. 5. Mal-deel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het mal-lichaam en het aansluitdeel integraal zijn gevormd.
  6. 6. Mal-deel volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het buisvormige element een mof omvat voor het koppelen van buizen, in het bijzonder PVC buizen (7).
  7. 7. Mal-samenstelling (200), omvattende:
    een mal-deel (8) zoals gedefinieerd in conclusie 6;
    een inbouwdoos (4);
    een buis (7) welke aan een zijde is gekoppeld aan het aansluitdeel van het mal-deel door middel van de mof (6) en welke aan een andere zijde is gekoppeld aan de inbouwdoos.
  8. 8. Mal (100) voor het vormen van een constructief element, zoals een wanddeel (1), omvattende:
    een mal-tafel (10);
    een aan de mal-tafel gekoppelde lijst (11);
    de mal-samenstelling (200) volgens conclusie 7 van welke het mal-lichaam (8A) is gekoppeld aan de lijst, of het mal-deel (8) volgens een van de conclusies 1-6 van welke het mallichaam (8A) is gekoppeld aan de lijst.
  9. 9. Mal volgens conclusie 8, waarin één of meerder wapeningsstaven (12) in de mal zijn gebracht.
  10. 10. Werkwijze voor het vervaardigen van een constructief element, zoals een wanddeel, omvattende:
    het verschaffen van de mal volgens conclusie 8 of 9, het in de mal storten van vloeibaar beton;
    het in de mal laten uitharden van het beton teneinde het constructieve element te vormen;
    het verwijderen van het mal-deel uit het gevormde constructieve element.
  11. 11. Constructief element, zoals een wanddeel (1), welke is gevormd door uitoefening van de werkwijze volgens conclusie 10.
  12. 12. Gebouw omvattende het constructieve element volgens conclusie 11.
    1/5
NL2020580A 2018-03-13 2018-03-13 Mal-deel NL2020580B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2020580A NL2020580B1 (nl) 2018-03-13 2018-03-13 Mal-deel

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2020580A NL2020580B1 (nl) 2018-03-13 2018-03-13 Mal-deel

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2020580B1 true NL2020580B1 (nl) 2019-09-20

Family

ID=61800638

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2020580A NL2020580B1 (nl) 2018-03-13 2018-03-13 Mal-deel

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2020580B1 (nl)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2323283A1 (de) * 1973-05-09 1974-11-28 Pfeiffer Fa Ed Vorrichtung zur befestigung in schalungen fuer betonfertigteile
DE19700280A1 (de) * 1996-01-10 1997-07-17 Giulio Albanese Schalungshilfsteil für eine Gewindehülse
NL1006865C1 (nl) * 1996-08-29 1998-03-04 Abb Patent Gmbh Tegen een wand en/of plafond van een gebouw aanbrengbare voorvorm voor installatiebuizen.

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2323283A1 (de) * 1973-05-09 1974-11-28 Pfeiffer Fa Ed Vorrichtung zur befestigung in schalungen fuer betonfertigteile
DE19700280A1 (de) * 1996-01-10 1997-07-17 Giulio Albanese Schalungshilfsteil für eine Gewindehülse
NL1006865C1 (nl) * 1996-08-29 1998-03-04 Abb Patent Gmbh Tegen een wand en/of plafond van een gebouw aanbrengbare voorvorm voor installatiebuizen.

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR101893218B1 (ko) 균열방지를 위한 응력분산장치
NL2020580B1 (nl) Mal-deel
JP6616629B2 (ja) グレーチングの取付構造及び取付工法
KR20190020234A (ko) 콘크리트벽과 간격조절이 용이한 배전반 시공방법
KR100843636B1 (ko) 콘크리트 구조체 설치용 사다리
EP0054026A1 (en) LOST FORMWORK FOR PRODUCING CONCRETE CEILINGS.
KR101448610B1 (ko) 조립식 맨홀의 관연결부의 콘크리트타설 거푸집
KR101301626B1 (ko) 배수트렌치
KR200405373Y1 (ko) 집수정용 철재거푸집
KR101272189B1 (ko) 슬래브용 방음패널 고정구조
KR200308686Y1 (ko) 철근받침부를 구비한 인써트
KR200430669Y1 (ko) 단자함 고정구
KR100737995B1 (ko) 천장 마감재 설치용 인서트
JP2020159529A (ja) 分岐管継手およびその施工方法
KR101426650B1 (ko) 건축물 골조 형성 구조
KR20050075057A (ko) 단자함 고정구
JP2002225013A (ja) U溝ブロックの成形方法及びその成形品
KR101857536B1 (ko) 콘크리트 요철판를 이용한 타설 시기를 달리하는 콘크리트 연결면 시공방법
KR100684059B1 (ko) 콘크리트 구조물 시공을 위한 지수판 조립구조
AU2010100929A4 (en) Bevel arrangement for a casting mold
JPH0637160Y2 (ja) スリーブ固定金物
KR200343278Y1 (ko) 분리된 구성부재에 이용 가능한 망형 다우얼 박스
KR101790202B1 (ko) 벽체 시공용 거푸집 구조
WO2019222895A1 (zh) 免拆模建筑及其建造方法
JP3000177U (ja) コンクリート貫通孔形成用パイプ取付具