NL192729C

NL192729C - Afdeklijst voor een in een voertuigdak ingelaten goot voor het opnemen en vasthouden van de steunvoeten van een imperiaal.

Info

Publication number: NL192729C
Application number: NL8401145A
Authority: NL
Original assignee: Schade Wilhelm Kg
Priority date: 1983-04-13
Filing date: 1984-04-11
Publication date: 1998-01-06
Also published as: DE3313327C2; NL8401145A; FR2544266B1; NL192729B; FR2544266A1; DE3313327A1; GB2137944A; ES287002U; ES287002Y; GB2137944B

Description

1 192729

Afdeklijst voor een in een voertuigdak ingelaten goot voor het opnemen en vasthouden van de steunvoeten van een imperiaal

De uitvinding heeft betrekking op een afdeklijst voor een in een voertuigdak ingeiaten goot voor het 5 opnemen en vasthouden van de steunvoeten van een imperiaal, die door openingen in de afdeklijst heen grijpen, die door een in de langsrichting van de goot in de afdeklijst heen en weer beweegbare schuif afsluitbaar zijn.

Een afdeklijst voor een in een voertuigbak ingelaten laskanaal is uit de praktijk bekend, waarin een in de lengte daarvan verlopende vasthoudrail is aangebracht die dient voor de bevestiging van de steunvoeten 10 van een imperiaal. De afdeklijst bezit over de lengte op afstand van elkaar aangebrachte openingen waardoorheen bij aangebrachte lijst de steunvoeten van een imperiaal in het bijbehorende laskanaal steken om aan de vasthoudrail te worden bevestigd. Bij gedemonteerd imperiaal wordt de opening door een schuif afgesloten die in de langsrichting van de afdeklijst in een openingsstand en een afsluitstand verschuifbaar is.

15 Om de schuifbeweging mogelijk te maken, bezit de bekende afdeklijst door in de lengterichting lopende gleuven gevormde zijdelingse geleidingen waarin de schuif met diens in de langsrichting verlopende zijranden ingrijpt. De langsgleuven bevinden zich ten opzichte van het bovenste, uitwendige langsvlak van de afdeklijst op een naar binnen gelegen positie, waarbij de grootte van de afstand tussen het genoemde langsvlak en de genoemde positie steeds groter is dan een materiaaldikte van de schuif. Onder het naar het 20 laskanaal toegekeerde binnenoppervlak van de schuif strekt zich over de lengte van de afdeklijst een dwarsdeel uit waarin zich de openingen bevinden. Dit dwarsdeel begrenst het laskanaal naar boven en naar buiten. Het dwarsdeel vormt daarbij het onderste been van een naar boven open U-profiel en is eveneens ten opzichte van het bovenste uitwendige langsvlak van de afdeklijst naar binnen verplaatst. Aangezien de geleidingsgleuven en het dwarsdeel buiten het door de schuif afgedekte gebied van buiten vrij toegankelijk 25 zijn is een afdoende bescherming tegen het binnendringen van vuil, sneeuw en ijs niet aanwezig, zodat het gevaar bestaat dat de langsgleuven door vuil worden verstopt of bevriezen en daardoor de bekende afdeklijstconstructie vooral bij winterse omstandigheden niet functioneert. Bovendien is, tengevolge van de bij de openingen boven het dwarsdeel uitstekende schuif en de voortdurend vrij toegankelijke langsgleuven, een storend windgeruis gedurende het rijden niet te vermijden. Bovendien hebben de schuiven tengevolge 30 van de onvermijdelijke aanwezige speling in de langsgleuven gauw de neiging tot ""fladderen"” tengevolge van de rijwind waardoor de reeds aanwezige ruisontwikkeling nog verder wordt versterkt.

De uitvinding beoogt een constructief compacte afdeklijst van de in de aanhef vermelde soort te verschaffen, die gemakkelijk op een voertuigdak monteerbaar is en waarvan de openingen bij vermijding van windgeruis in ieder jaargetijde betrouwbaar afsluitbaar zijn.

35 Dit wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat het van de goot afgekeerde buitenvlak van de schuif in de sluitstand met het buitenvlak van de afdeklijst in wezen glad afsluit en de schuif in zijn openingsstand een van buiten verborgen ligging onder de afdeklijst inneemt.

Door de vorm en de plaatsing van de schuif in combinatie met de gladde afsluiting van de afdeklijst zijn de voorwaarden geschapen voor een constructief compacte, van tevoren monteerbare eenheid, die 40 gemakkelijk is te hanteren en waarbij het gevaar van verlies van onderdelen is uitgesloten. Storend windgeruis door naar buiten stekende afsluitingsdelen en blokkage van verplaatsingen door afzettingen van welke aard dan ook in de geleidende langsgleuven trede bij de afdeklijst volgens de uitvinding niet op.

Bij voorkeur bezit de afdeklijst aan zijn naar de goot toegekeerde binnenzijde aanlegvlakken voor de langsgeleiding van de schuif in de openingsstand. Bij een afdeklijst met een U-vormige doorsnede, waarbij 45 in de ingebouwde stand het middengedeelte boven ligt en de beide beendelen bij de gootranden naar beneden wijzen, is het doelmatig als in de beendelen uitsparingen aanwezig zijn voor het dwarsgeleiden van de schuif bij de openingsbeweging.

Op doelmatige wijze is de schuif door elastische drukmiddelen, bijvoorbeeld torsieveren, bladveren, staafveren of dergelijke, tegen de binnenzijde van de afdeklijst voorspanbaar en ten minste in de sluitstand 50 met de afdeklijst arreteerbaar. Op deze wijze is een betrouwbare functie in elke willekeurige schuifstand gewaarborgd.

Verschillende uitvoeringsvoorbeeiden van de uitvinding zijn hierna aan de hand van de tekening nader toegelicht. In de tekening tonen: 55 figuur 1 een vergrote langsdoorsnede door de bouweenheid volgens de uitvinding bij geopende schuif, figuur 2 een langsdoorsnede door de bouweenheid bij gesloten opening, figuur 3 een vergrote doorsnede volgens de lijn lll-lll in figuur 2, 192729 2 figuur 4 een vergrote doorsnede volgens de lijn IV-IV in figuur 1, figuur 5 een vergrote doorsnede volgens de lijn V-V in figuur 2, figuur 6 een vergrote doorsnede volgens de lijn VI-VI in figuur 5, figuur 7 een bovenaanzicht bij figuur 2, 5 figuur 8 een vergrote doorsnede door een gewijzigde deklijst- en schuifprofilering, figuur 9 een doorsnede van een derde uitvoeringsvorm volgens de uitvinding en figuur 10 een vergrote detaildoorsnede van een vierde uitvoeringsvoorbeeld.

Bij de in de figuren 1 en 2 getoonde, op de lengte afgebroken langsdoorsnede door een voorafgemonteerde 10 deklijsten/schuifbouweenheid zijn de deklijst met 1, de schuif met 2 en de opening met 3 aangeduid. De deklijst strekt zich uit over de totale lengte van een in de dakplaat van een motorvoertuig ingelaten goot 4 (figuren 3-5) en dekt deze naar buiten toe af. De goot is bij de aangegeven voorbeelden in dwarsdoorsnede door een uitstekende plaatrand 5 van de dakplaat onderverdeeld, die zich over de totale gootlengte uitstrekt en gelijktijdig als aangrijpvlak en vasthoudorgaan voor de steunvoeten van een imperiaal dient. Deze 15 laatsten zijn in de tekening eenvoudigheidshalve niet afgebeeld.

De schuif 2 bestaat uit een profielstuk uit kunststof, metaal of ander materiaal en heeft, zoals het voorbeeld in figuren 3 en 4 laat blijken, een ongeveer U-vormige dwarsdoorsnedevorm, waarbij de basis 6 ervan voorbij de beide benen 7, 8 uitstekende zijranden 9,10 bezit.

Een eveneens in wezen U-vormige dwarsdoorsnede heeft de afdeklijst 1, waarvan de basis met 11, de 20 zijrandgebieden met 12,13 en de benen met 14,15 aangegeven zijn. In het bereik van de opening 3 zijn de benen 14, 15 uitgespaard.

De voor het afsluiten van de opening 3 dienende schuif 2 is aan de binnenzijde van de deklijst 1 zo geleid en gelegerd, dat deze in de langsrichting heen- en weer verschuifbaar is. In de sluitstand (figuren 2, 3) snap de schuif door middel van aan de buitenste zijranden 9,10 van de basis 6 gevormde trapvormige 25 delen 16, 17 van onderen af in de opening 3 en arreteert zich daarin. Zoals in figuur 2 toont bezitten ook de kopkanten van de schuif trapvormige delen 18, 19 die op gelijke wijze tegen de kopranden 20, 21 van de afdeklijst 1 steunen. De trapvormige delen 18,19 zijn zo bemeten, dat het naar buiten wijzende basisvlak 22 van de schuif en het basisbuitenvlak 23 van de afdeklijst 1 in wezen glad liggen.

De tegen de afdeklijst werkende aandrukkrachten van de schuif worden door de drukmiddelen opgewekt, 30 die uit gebruikelijke drukveren of gebogen ronde staven 24 uit verenstaal kunnen bestaan. De contour van de veren 24 is telkens zo gekozen, dat na de montage deze in elke willekeurige eind- of tussenstand van de schuif 2 de schuif met voorspanning tegen de afdeklijst drukken.

In figuren 3, 4 steunen de veren 24 enerzijds in een legeruitsparing 25, 26 van de benen 7, 8 en anderzijds liggen ze tegen naar het gootmidden toe uitstekende afgebogen delen 14', 15' van de benen 14, 35 15 van de afdeklijst 1 aan, zodat op grond van de aanwezige voorspanning in de verschillende standen alleen de veerwegen anders worden. Een vergelijking van de veeruitslag in de figuren 3 en 4 laat dit zien. Het overeenkomstige geldt voor de in het bereik van de kopzijden van de schuifwerkzame veren 27, 28 zoals te zien is in de figuren 1, 2, 5, 6 en 7.

Terwijl in de sluitstand de schuif 2 met zijn de werkzame aanlegvlakken omvattende trapvormige delen 40 16-19 tegen de bijbehorende randen 12', 13' resp. 20, 21 van de afdeklijst 1 steunt, zijn in de openings-stand als geleidingen de aanlegvlakken 29-32 werkzaam, waarbij de vlakken 29, 30 door de onderzijde van de afgebogen delen 14', 15' van de benen 14,15 van de afdeklijst 1 en de vlakken 31, 32 door de naar de basis 6 wijzende bovenzijden van de afgebogen delen 7’, 8’ van de benen 7, 8 van de schuif 2 gevormd zijn. De openingsbeweging wordt ingeleid, doordat van buitenaf de schuif 2 in de pijlrichting 33 (figuur 3) 45 met de hand ingedrukt en daarmee uit zijn arreteerstand in een tweede vlak bewogen wordt, zodat deze door aansluitend licht bewegen in de pijlrichting 34 (figuur 2) met zijn afgebogen delen 7', 8' onder de afgebogen delen 14', 15' grijpt. De openingsbeweging wordt begrensd door een aanslag 35, die zich op een afstand van ongeveer een schuiflengte vanaf de kopkant 21 van de openingsrand bevindt. In zijn openings-stand ligt de schuif van buiten verborgen onder de afdeklijst. De sluitbeweging uit de openingsstand 50 geschiedt met de omgekeerde beweging.

Om de uit de afdeklijst, de schuif en de drukveren bestaande bouweenheid op het voertuigdak te monteren, is de afdeklijst 1 in het gebied van zijn zijranden 12,13 met naar de dakplaat open insnijdingen 36, 37 uitgevoerd. Overeenkomstige tegenstukken 38, 39 zijn aan beide zijden van de goot 4 aan het voertuigdak bevestigd. De tegenstukken kunnen als afzonderlijke delen op de wijze van arreteerkoppen 55 uitgevoerd zijn of ook als doorgaande geprofileerde lijsten. In elk geval moet de uitvoering van de insnijdingen en de tegenstukken een gemakkelijk losneembare arreteerverbinding tussen de bouweenheid en het voertuigdak mogelijk maken.

Claims

3 192729 Hoewel in de tekening slechts één opening 3 afgebeeld is, is de afdeklijst in de regel op zijn lengte met meerdere openingen uitgevoerd. Het aantal van de openingen is telkens afhankelijk van het aantal van de bij een in de handel gebruikelijke imperiaal behorende steunvoeten. De gewijzigde uitvoeringsvormen in de figuren 8-10 onderscheiden zich van het beschreven voorbeeld 5 alleen door de uitvoering en aanbrenging van de met elkaar corresperende aanlegbenen en geleidings-vlakken. Ook is een andere soort van spanveergeleiding afgebeeld. In de figuren 8 en 9 is rechts van het vertikale snijvlak 38 de schuif 2 in de openingsstand en links van het snijvlak in de sluitstand afgebeeld. 10 Conclusies

1. Afdeklijst voor een in een voertuigdak ingelaten goot voor het opnemen en vasthouden van de steunvoeten van een imperiaal, die door openingen in de afdeklijst heen grijpen, die door een in de langsrichting van de goot in de afdeklijst heen en weer beweegbare schuif afsluitbaar zijn, met het kenmerk, dat het van 15 de goot (4) afgekeerde buitenvlak van de schuif (2) in de sluitrand met het buitenvlak (23) van de afdeklijst (1) in wezen glad afsluit en de schuif in zijn openingsstand een van buiten verborgen ligging onder de afdeklijst inneemt.

2. Afdeklijst volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat deze aan zijn naar de goot (4) toegekeerde binnenzijde aanlegvlakken (29, 30) voor de langsgeleiding van de schuif (2) in de openingsstand bezit.

3. Afdeklijst volgens een der conclusies 1-2, met het kenmerk, dat de schuif (2) door elastische drukmiddelen (24, 27, 28) bijvoorbeeld torsie-, bladveren, staafveren of dergelijke tegen de binnenzijde van de afdeklijst (1) voorspanbaar en ten minste in de afsluitrand met de afdeklijst arreteerbaar is. Hierbij 4 bladen tekening