NL1028163C2 - Installatie voor het op producten zoals flessen aanbrengen van een huls. - Google Patents

Installatie voor het op producten zoals flessen aanbrengen van een huls. Download PDF

Info

Publication number
NL1028163C2
NL1028163C2 NL1028163A NL1028163A NL1028163C2 NL 1028163 C2 NL1028163 C2 NL 1028163C2 NL 1028163 A NL1028163 A NL 1028163A NL 1028163 A NL1028163 A NL 1028163A NL 1028163 C2 NL1028163 C2 NL 1028163C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
sleeve
transfer member
installation
products
product
Prior art date
Application number
NL1028163A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1028163A1 (nl
Inventor
Jean-Claude Vandevoorde
Philippe Thebault
Original Assignee
Prot Decoration Conditionnemen
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Prot Decoration Conditionnemen filed Critical Prot Decoration Conditionnemen
Publication of NL1028163A1 publication Critical patent/NL1028163A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1028163C2 publication Critical patent/NL1028163C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65CLABELLING OR TAGGING MACHINES, APPARATUS, OR PROCESSES
    • B65C3/00Labelling other than flat surfaces
    • B65C3/06Affixing labels to short rigid containers
    • B65C3/065Affixing labels to short rigid containers by placing tubular labels around the container
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65CLABELLING OR TAGGING MACHINES, APPARATUS, OR PROCESSES
    • B65C3/00Labelling other than flat surfaces
    • B65C3/06Affixing labels to short rigid containers

Description

* ί
INSTALLATIE VOOR HET OP PRODUCTEN ZOALS FLESSEN AANBRENGEN VAN EEN HULS
Gebied van de uitvinding
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een installatie voor het op producten zoals flessen plaatsen van een huls, waarbij bij de producten rechtopstaand achter 5 elkaar langs een looplijn lopen, waarbij de huls door overdrachtsorganen vanaf de bovenzijde over het product getrokken wordt vanuit een hulstoevoer.
De uitvinding betreft het gebied van installaties voor het plaatsen van hulzen of machines voor het plaatsen 10 van hulzen die overeenkomen met het middenbereik, dat wil zeggen machines die werken met taktsnelheden tussen die van kleine machines van 25 tot 40 cycli per minuut en die van grote machines tussen 150 en 700 cycli per minuut.
Een hulsplaatsmachine is in feite een onderdeel van 15 een productielijn, bijvoorbeeld een vullijn waarvan de parameters, met name de taktsnelheden bepaald zijn. Op dit moment produceren fabrikanten hulsplaatsmachines waarvan de kenmerken aangepast zijn aan de verschillende categorieën productielijnen, als functie van het debiet van deze lijnen. 20 Dit vertaalt zich in een groot aantal machines aangezien de huidige machines vastgestelde kenmerken hebben, die een aanpassing aan productielijnen met verschillende of sterk verschillende taktsnelheden onmogelijk maken.
Onder de machines uit het middenbereik die momenteel 25 bestaan vertoont er een'een toevoerschroef waarmee de producten die van een huls voorzien moeten worden in taktsnelheid toegevoerd kunnen worden, en een stel trekkers die de huls een voor een opnemen teneinde deze over het product te plaatsen dat de hulsplaats-locatie passeert. Het «028163-
' I
2 ombouwen van deze machine om deze aan te passen aan producten met verschillende vormen is relatief gecompliceerd, als gevolg van de toevoerschroef. Verder kan het rendement van de machine niet worden aangepast.
5
Doel van de uitvinding
De onderhavige uitvinding heeft tot doel een installatie of machines voor het plaatsen van hulzen te ontwikkelen voor het middenbereik, welke een verhoogd 10 rendement vertoont en die eenvoudig kan worden aangepast aan het plaatsen van hulzen op producten met zeer uiteen lopende vorm.
Beschrijving en voordelen van de uitvinding 15 Daartoe verschaft de uitvinding een installatie voor het plaatsen van hulzen van het hiervoor beschreven type, die wordt gekenmerkt doordat deze voorzien is van een enkele hulstoevoer, uitgaande van een kous, en twee paar overdrachtsorganen die elk gevormd worden door twee » 20 overdrachtsorganen die aan weerszijden van de looplijn van de producten geïnstalleerd zijn en afwisselend werkzaam zijn, waarbij elk overdrachtsorgaan gedragen wordt door transportmiddelen teneinde afwisselend met het overdrachtsorgaan van het andere paar een actieve baan te 25 beschrijven langs de zijde van het product op de hulsplaats-locatie teneinde een huls uit te nemen en deze over het product te plaatsen, terwijl de transportmiddelen van het overdrachtsorgaan van hèt andere paar dit verplaatsen over een terugvoerbaan die vrij loopt van de actieve baan, 30 middelen voor het synchroniseren van de producten en de transportmiddelen van de overdrachtsorganen.
1028 J 63- I , 3
Dankzij de twee paren overdrachtsorganen die afwisselend werkzaam zijn, kan met deze installatie gewerkt worden op een taktsnelheid die het dubbele is van een identieke machine die slechts een paar overdrachtsorganen 5 vertoont, zonder dat het dubbele paar overdrachtsorganen de installatie complexer maakt of het ombouwen daarvan nodig maakt, aangezien de toevoer van de hulzen plaatsvindt vanuit een enkele kous voor de twee paren overdrachtsorganen. De machine kan eveneens zeer eenvoudig omgebouwd worden teneinde 10 aangepast te worden aan een nieuwe vormproduct.
Daartoe is het voldoende de plaatsingsapparatuur, die gevormd wordt door de twee paren overdrachtsorganen met hun transportmiddelen, besturingsmiddelen en synchronisatiemiddelen, te vervangen.
15 De eenvoud van de toegepaste middelen vergemakkelijkt niet slechts het snel aanpassen aan verschillende vormen producten, maar ook het onderhoud dankzij de robuustheid van de onderdelen, het geringe aantal daarvan en de geringe i massatraagheid daarvan.
20 Het biedt bijzondere voordelen wanneer de middelen voor het synchroniseren van de producten ten opzichte van de overdrachtsorganen gevormd worden door een invoer-sterwiel dat de producten stroomopwaarts van de hulsplaats-locatie positioneert.
25 Dit verdelende sterwiel is een onderdeel dat bijzonder eenvoudig te vervaardigen en te vervangen is; hierdoor wordt op doelmatige wijze elk product in de looplijn geplaatst, stroomopwaarts van de hulsplaats-locatie.
Aangezien de producten met elkaar in contact staan in de 30 looplijn, is hun positionering nauwkeurig en bovendien zeer eenvoudig te bereiken. Het ombouwen van de installatie met het oog op andere producten die van hulzen voorzien moeten 1026163- I , 4 worden kan eveneens eenvoudig worden uitgevoerd ter plaatse van het verdelende sterwiel door het vervangen daarvan door een sterwiel met een andere vorm, dat wil zeggen waarvan de holten aangepast zijn aan de contouren van nieuwe producten.
5 Volgens een kenmerk dat bijzonder voordeel biedt, omvatten de transportmiddelen van een overdrachtsorgaan: - een slede die geleid wordt over een vaste rail volgens een opgaande en neergaande beweging, welke het overdrachtsorgaan draagt door middel van een arm die 10 zwenkbaar is tussen een positie voor het uitvoeren van zijn actieve baan en zijn terugvoerbaan, door middel van een besturingsrail welke een door het overdrachtsorgaan gedragen rol opneemt, welke rail verplaatst wordt tussen een uitgeschoven stand en een ingetrokken stand, 15 - waarbij de .uitgeschoven stand overeenkomt met de actieve baan van het overdrachtsorgaan wanneer de slede naar beneden beweegt langs de zijde van het product waarop de huls geplaatst moet worden - waarbij de ingetrokken stand overeenkomt met de 20 terugvoerbaan van het overdrachtsorgaan tijdens het weer omhoog bewegen van de slede naar het begin van de volgende actieve baan van het overdrachtsorgaan, - middelen voor het verplaatsen van de besturingsrail, en 25 - aandrijfmiddelen voor het verplaatsen van de slede langs zijn rail.
Deze zeer eenvoudige middelen maken het mogelijk de verschillende bewegingen van de overdrachtsorganen aan te sturen, evenals het opnemen van een huls en het loslaten van 30 de huls aan het einde van het plaatsen daarvan op het product en vervolgens het terugbrengen van de overdrachtsorganen naar het begin van de actieve baan.
1028163- I , 5
Zo vindt dankzij de vrij loopbeweging van elk overdrachtsorgaan dat zijn actieve baan beëindigd heeft om terug te keren naar het begin van de actieve baan door het volgen van een vrij loopbaan die om de baan loopt welke 5 gevolgd wordt door het andere overdrachtsorgaan, dat in deze tijd zijn actieve baan beschrijft, vindt de terugkeer van de overdrachtsorganen naar het begin van hun actieve baan plaats in dode tijd. De terugkeerbeweging van elke overdrachtsorgaan naar de vrijlooppositie is eenvoudig te realiseren dankzij de 10 vrij hangende bevestiging van het overdrachtsorgaan aan zijn slede en de geleiding van de slede aan slechts een zijde van de plaatsingslocatie, hetzij de stroomopwaarts geleden zijde hetzij de stroomafwaarts gelegen zijde (synchroon met de geleiding van het andere overdrachtsorgaan van hetzelfde 15 paar, aan de andere zijde van de looplijn).
Volgens een ander voordelig kenmerk is de beweging van de producten langs de hulsplaats-locatie continu en staan de rails van de sledes onder een hoek ten opzichte van de looplijn als functie van de te volgen actieve baan tijdens de 20 verplaatsing van het pro'duct dat van een huls voorzien moet worden, zodanig dat het verschil in horizontale verplaatsingsnelheid van het stel overdrachtsorganen over hun actieve baan en die van het product waarop de huls geplaatst moeten worden nul is. Dankzij deze helling kan de installatie 25 continu werken, hetgeen een bijzonder soepele oplossing is, zowel voor de machine en de producten die een gelijkmatige beweging ondergaan zonder fasen van afremmen, stilstand en weer op Snelheid brengen, zoals het geval zal zijn bij een installatie die discontinu zou werken, dat wil zeggen waarbij 30 het product stilgehouden zou worden tijdens het plaatsen van de huls.
1028193- 6 * .
Volgens een ander voordelig kenmerk worden de aandrijfmiddelen van een slede gevormd door een gelijkstroonunotor zonder collector, welke een met een slede verbonden riem aandrijft.
5 Volgens een ander kenmerk worden de middelen voor het verplaatsen van de besturingsrail gevormd door een roterende nok die samenwerkt met een rol welke gedragen wordt door de besturingsrail.
De besturing van de werking van de overdrachtsorganen 10 wordt tot in het extreme vereenvoudigd, wanneer elk overdrachtsorgaan gevormd wordt door een trekker en een klem voor het tegen de trekker klemmen van de huls _tijdens de actieve haan voor het plaatsen van de huls, waarbij de besturingsrail vanuit het overdrachtsorgaan gesplitst is voor 15 de trekker en de klem die.evenwijdige bewegingen uitvoeren tijdens de actieve baan, waarbij zij elkaar naderen aan het begin van de baan teneinde de huls in te klemmen en van elkaar bewegen aan het eind van de baan om de huls vrij te geven.
20 Het samenstel dat gevormd wordt door de rails, de sledes en de besturingsrails is zwenkbaar aangebracht op het frame van de installatie. Hierdoor is het mogelijk tijdens de werking van de installatie vooraf vervangende apparatuur voor te bereiden, bij voorbeeld voor onderhoud of apparatuur die 25 bedoeld is voor een andere serie producten. De tijd dat de installatie stilstaat wordt dus beperkt tot het strikte minimum, dus die tijd diè nodig is voor het plaatsen van dit samenstel óp deze module waarvan de belangrijkste instellingen, of zelfs alle instellingen, reeds zijn 30 uitgevoerd buiten de installatie; het demonteren van het te vervangen samenstel is eveneens snel en eenvoudig.
1028163·! • · 7
Aangezien de beweging van de trekker en die van de klem met elkaar samenhangen, biedt het voordeel wanneer de roterende nok twee nokkenbanen vertoont, een voor het aansturen van de beweging van de besturingsrail van de 5 trekker en de ander voor de besturingsrail van de klem.
Verder wordt er, aangezien de twee paren overdrachtsorganen gesynchroniseerd zijn en in tegenfase werken, volgens een zeer eenvoudige oplossing in voorzien dat de roterende nok de beweging van de twee besturingsrails van 10 de twee overdrachtsorganen aan eenzelfde zijde van de looplijn aanstuurt.
Volgens een ander voordelig kenmerk vejrtoont de transporteur een instelbare breedte.
15 Tekeningen
De onderhavige uitvinding wordt hierna meer in detail beschreven onder verwijzing naar de bijgevoegde tekeningen waarin: - figuur 1 een vooraanzicht is van een installatie 20 voor het plaatsen van hulzen volgens de uitvinding, - figuur 2 een bovenaanzicht is van de installatie van figuur 1, - figuur 3 een vereenvoudigd vooraanzicht is van de installatie van figuur 1, 25 - figuur 4 een vereenvoudigd bovenaanzicht is van de installatie van figuur 1, - figuur 5A een Schematisch aanzicht is van het plaatsen van een huls, wanneer het samenstel gezien wordt in de looprichting, 30 - figuur 5B een bovenaanzicht is dat overeenkomt met figuur 5a, 1028163- 8 - figuur 6A een schematisch aanzicht is dat analoog is aan dat van 5A, maar overeenkomt met de terugkeerbeweging van het overdrachtsorgaan, - figuur 6B een bovenaanzicht is dat overeenkomt met 5 figuur 6A, - figuur 7 een vergroot deelaanzicht is van de hulsplaats-locatie van figuur 4, - figuur 8A een schematisch aanzicht is van de bedrijfscyclus van een overdrachtsorgaan, 10 - figuur 8B een bovenaanzicht is dat overeenkomt met figuur 8A, - figuur 9 schematisch de bedrijfscyclus van een overdrachtsorgaan weergeeft, - figuur 10 een deelaanzicht is van de installatie is 15 in de looprichting, - figuren 11A, 11B, 11C respectievelijk een zijaanzicht, bovenaanzicht en een vooraanzicht zijn van een uitvoeringsvariant van de installatie volgens de uitvinding.
20 Beschrijving van een uitvoeringsvorm van de uitvinding
Zoals te zien in figuren 1 en 2 betreft de uitvinding een installatie voor het plaatsen van hulzen op producten P zoals bidons, flessen, houders, flacons of dozen. De hier getoonde producten wordt gevormd door een 25 parallelepipidumvormig lichaam met een in hoofdzaak rechthoekige doorsneden. In de praktijk komen de producten P aan terwijl deze met elkèar verbonden zijn.
De producten P lopen rechtopstaand achterelkaar langs een looplijn DF volgens de as xx, waarbij zij getransporteerd 30 worden door een eindloze transporteur 2 die de ingang E verbindt met de uitgang S. Ze worden gesynchroniseerd door een verdelend sterwiel 3, waarvan de contour voorzien is van 10281833 * · 9 holten 31 die overeenkomen met de vorm van de overeenkomstige zijde van het product P, zodanig dat slechts een product tegelijkertijd mee te nemen, door de uiteinde of punten 32 van de holte 31 in het interval tussen de rammen van twee 5 opeenvolgende producten P te steken. De producten wordt zo op nauwkeurige en gesynchroniseerde wijze gepositioneerd wanneer deze de hulsplaats-locatie E passeren, die enigszins stroomafwaarts van het verdelende sterwiel 3 gelegen is. Deze nauwkeurige positionering is noodzakelijk omdat 10 stroomopwaarts de producten P willekeurig getransporteerd worden door de transportband 21 van de transporteur 2 die wordt aangedreven door een motorreductor 22.
Omdat de producten P zeer uiteenlopende afmetingen kunnen hebben, is het in sommige gevallen noodzakelijk voor 15 de werking van de installatie, zoals hierna nog zal blijken, dat de transporteur niet breder is dan de producten die van een huls voorzien moeten worden ter plaatse van de hulsplaatsapparatuur. Om deze reden is, afhankelijk van de t toepassing waarvoor dé installatie bedoeld is, wanneer deze 20 voorzien is voor enkele producten, de transporteur bij voorkeur enkel tussen de ingang en de uitgang van de installatie.
In het geval van een installatie die bedoeld is voor het verwerken van producten met verschillende afmetingen, 25 wordt het interessant om de enkele transporteur te vervangen door een ingangstransporteur met maximale breedte, een . tussentransporteur te plaatsen van de hulsplaatsapparatuur met een instelbare breedte, afhankelijk van de verwerkte producten, en aan de uitgang een transporteur met maximale 30 breedte. Door deze oplossing volgens de uitvinding kunnen de producten op stabielere wijze getransporteerd worden, dat wil 1028163- 10 zeggen dat de producten een zo groot mogelijk steunvlak hebben, zelfs en vaak tijdens hulsplaatsbewerking.
De hulsplaatsapparatuur wordt gevormd door apparatuur voor het toevoeren van hulzen en apparatuur voor het plaatsen 5 van de hulzen.
De apparatuur voor het toevoeren van de hulzen omvat een spoel 4 met een kous die voorbedrukt is met de afdrukken van de toekomstige hulzen. Deze spoel 4 wordt gedragen door een as 41 die aangedreven wordt door een motorreductor 42 die 10 de afgiftesnelheid van de kous G regelt; deze komt aan boven de hulsplaats-locatie E. De kous G die van de spoel 4 afgenomen is loopt over een conformator 5 die ^ie kous G opent en het mogelijk maakt een huls MA af te snijden.
De plaatsingsapparatuur is in hoofdzaak symmetrisch 15 ten opzichte van het middenvlak MM van de installatie of meer in het bijzonder ten opzichte van het verticale vlak dat door de as xx loopt, dat wil zeggen door de looplijn DF van de producten P ter plaatse van de hulsplaats-locatie E. Zo wordt de apparatuur gevormd door twee stellen hulsplaats middelen 20 die symmetrisch zijn ten opzichte van het middenvlak en op totaal gesynchroniseerde wijze werken.
Deze samenstellen worden in hoofdzaak gevormd door twee paren overdrachtsorganen 6, 7 die ook gevormd worden door een overdrachtsorgaan 61, 71 die aan weerszijden van de 25 looplijn DF van de producten P geplaatst zijn en terzijde daarvan, ten einde uitsluitend in dwarse richting in te grijpen op de producten,'en niet tussen twee opeenvolgende producten P door te lopen.
De overdrachtsorganen 61, 71 worden aangedreven door 30 transportmiddelen die bestuurd worden door een besturings- en synchronisatie orgaan ten einde afwisselend te werken, waarbij een van het paar zijn actieve baan doorloopt voor het 1028163- « t 11 plaatsen van de huls, terwijl de andere zijn terugvoerbaan doorloopt.
Tijdens de actieve baan wordt telkens een huls MA opgenomen door de twee overdrachtorganen 61, 71 van een paar 5 6, 7 die de huls inklemmen en openen en uitrekken teneinde deze omlaag te brengen en over het van een huls te voorziene product te trekken. De besturing van de beweging van de kous voor het uitnemen van de hulzen wordt stap voor stap door de overdrachtsorganen 61, 71, die aan de kous G trekken. De 10 beweging van de kous G, vooruitgedreven door motorreductor 42, wordt geregeld tot de gemiddelde uitneemsnelheid ten einde te compenseren voor het discontinu, een „voor een uitnemen van de hulzen, dankzij een reservelengte van de kous stroomopwaarts van de conformator 5. Aangezien de 15 overdrachtsorganen 61, 71 die de hulzen uitnemen en deze op elk product P plaatsen zich aan de zijden van de looplijn DF van de producten bevinden, steekt slechts de gespannen huls MA in het interval tussen twee producten P die worden gepositioneerd en getransporteerd door de stertransporteur 3 4 20 aan de stroomopwaarts gelegen zijde, en die elkaar nagenoeg raken als gevolg van de zeer geringe dikte van de huls.
De installatie vertoont verder een elektrische kast 8 met besturingsorganen 81 waarvan de beschrijving niet gedetailleerd zal zijn. De elektrische apparatuur zorgt voor 25 het aansturen en regelen van de werking van de verschillende motoren of motorreductors voor het aandrijven de transporteur 2, het verdelende sterwiël 3, het legen van de spoel 4 met de kous G en de beweging van de overdrachtsorganen 61, 71 door gebruik te maken van signalen die afgegeven worden door hier 30 niet weergegeven sensoren, met name positiesensoren en baaneindsensoren.
NL 1028163
' I
12
De hulsplaatsapparatuur die gevormd wordt door de twee symmetrische, aan weerszijden van de looplijn DF van de producten geplaatste samenstellen zoals schematisch weergegeven in figuren 1 en 2 wordt op meer expliciete wijze 5 beschreven aan de hand van figuren 3 tot 8.
Figuren 3 en 4 zijn beperkt tot een vereenvoudigde weergave van de belangrijkste middelen volgens de uitvinding voor het plaatsen van een huls, en figuren 5a tot 9 tonen de werking van de installatie.
10 Als gevolg van de symmetrie in de constructie en werking van de plaatsingsapparatuur die zich uitstrekt over de looplijn van de producten en samengesteld jjs uit.twee. stelsels die zich aan weerzijde van deze lijn bevinden, zal de beschrijving beperkt blijven tot een van deze 15 samenstellen. Dit samenstel omvat twee overdrachtsorganen 61, 71 die onderdeel vormen van een van twee paren 6, 7 van de overdrachtsorganen.
Een overdrachtsorgaan, bijvoorbeeld het orgaan 61, wordt gevormd (zie figuren 3 en 10) door een trekker 61-1, i 20 hetgeen een deel is in de vorm van een lepel en een klem 61- 2.
De trekker wordt in het inwendige van de huls gestoken en de klem grijpt aan de buitenzijde aan op de huls, ten einde deze op de trekker te blokkeren. Elk overdrachtsorgaan 61, 71 25 wordt gedragen door de slede 9, 10 die schuift over een rail 11, 12 welke gevormd wordt door twee kolommen 11-1 of 12-1.
Het overdrachtsorgaan 61, 71 is in hoofdzaak horizontaal en zijn beweging ten opzichte van het product is een relatieve verticale beweging tijdens het plaatsen van de 30 huls, maar de rail staat onder de helling om de horizontale beweging van het product tijdens het plaatsen van de huls te compenseren. Immers, omdat de installatie continu werkt, 1028163- 13 staat het product niet stil tijdens het plaatsen van de huls, maar loopt dit langs met een constante snelheid. Onder deze omstandigheden is de helling van de neergaande baan van de slede 9, 10 met zijn rail 11, 12 zodanig dat de neergaande 5 baan in horizontale projectie overeenkomt met de afstand die afgelegd wordt door een product tijdens een hulsplaats beweging, tussen de aankomst van het overdrachtsorgaan 61, 71 dat de huls MA draagt boven het product P en het begin van de aangrijping van de huls boven het product tot het moment dat 10 het overdrachtsorgaan 61, 71 de huls weer loslaat. Met andere woorden, de helling van de neergaande baan van het overdrachtsorgaan 61, 71 compenseert de voorwaartse beweging van het product P zodanig dat het verschil in horizontale snelheid tussen het overdrachtsorgaan en het product nul 15 tijdens het plaatsen van de huls. Deze neergaande baan komt . overeen met de actieve baan van het overdrachtsorgaan.
De helling van de rail 11, 12 is regelbaar als functie van de kenmerk van het product dat van een huls voorzien moet worden, dat wil zeggen in hoofdzaak de hoogte 0 20 daarvan.
In het bovenaanzicht van figuur 4 zijn de twee paren 6,7 van overdrachtsorganen 61,71 weergegeven, die elk een overdrachtsorgaan 61,71 rechts en een overdrachtsorgaan links van de looplijn DF van de producten omvatten. Deze twee 25 overdrachtsorganen 61 of 71 van hetzelfde paar 6 of 7 werken synchroon evenals de twee paren 6,7 zelf. Zij grijpen beiden tegelijkertijd aan op de’huls teneinde deze vast te klemmen en van bovenaf over het product te trekken, om daarna los te laten, naar een verwijderde positie te gaan en vervolgens 30 weer omhoog te gaan volgens de terugkeer baan teneinde het begin van de actieve baan weer te bereiken.
1028163^ * ψ 14
Voor de terugkeerbeweging gaan de overdrachtsorganen 61 of 71 van dit paar 6 of 7 aan de zijkant voldoende ver uit elkaar in dwarsrichting ten opzichte van de looprichting DF, dat zij ten opzichte van het product P plaats vrij laten voor 5 het telkens weer doorlaten van het andere overdrachtsorgaan 61 of 71 van het andere paar 6 of 7 op zijn actieve baan voor het plaatsen van een huls op het volgende product.
De werking van de installatie en de beweging van een overdrachtsorgaan 61,71 worden toegelicht door de 10 schematische weergave van figuren 5a-6b, gezien in de looprichting van de producten P, dat wil zeggen de richting dwars op de richting van figuur 3 voor figuren^5a, 6a en dwars op de richting van figuur 4 voor figuren 5b, 6b; de weergave en de beschrijving is beperkt tot een 15 overdrachtsorgaan van een enkel paar tijdens verschillende stappen van zijn werking.
Figuur 5a toont de aankomst van de kous G op de conformator 5, waardoor deze geopend wordt en waardoor de beugel 61-1 van het overdrachtsorgaan 6 kan binnendringen in 4 20 het inwendige van de opening van de kous G. Het overdrachtsorgaan 61 in de hoogste stand bevindt zich aan het begin van zijn actieve baan. Het is met zijn trekker 61-1 binnengedrongen in het deel van kous dat de huls MA vormt, dat vervolgens zal worden ingeklemd door de klem 61-2.
25 Daarna wordt de huls MA van de kous G gesneden volgens de stippellijn TT. Het overdrachtsorgaan 61 dat gedragen wordt door een arm 61-3 die verbonden is met de horizontale as 61-4 van de slede, kantelt enigszins in de richting van de wijze van de klok (pijl A) om de huls MA in 30 dwarsrichting los te trekken. Daarna beweegt het overdrachtsorgaan 61, dat de huls draagt, naar beneden langs de zijde van het product tot de laagste stand (pijl B). Deze 102®163- 1 * 15 laagste stand komt overeen met het eind van het plaatsen van de huls MA, aangezien de beugel 61-1 dan net de huls losgelaten heeft.
In het bovenaanzicht van figuur 5b is te zien hoe de 5 beugel 61-1 de contour van het product P volgt en de huls over het product schuift.
Na het buitenaangrijping raken van de trekker 61-1 en de geplaatste huls aan het eind van actieve baan als getoond in figuur 5a, keert het overdrachtsorgaan 61 dat, aan het 10 eind van de hulsplaatsbaan dichterbij het product P was gekomen door te kantelen in de richting tegengesteld aan de pijl A om de huls MA vrij te maken, nu weer terug naar de buitenzijde; dit orgaan kantelt relatief sterk in de richting van de pijl C, om zich van het product P te verwijderen over 15 een afstand die in hoofdzaak overeenkomt met de breedte van een overdrachtsorgaan. Vervolgens keert het losgenomen overdrachtsorgaan 61 terug omhoog (pijl D) om weer aan het begin te komen van zijn nieuwe actieve baan (figuur 6a) via zijn terugkeerbaan (pijl D).
20 In het bovenaanzicht van figuur 6b is de gekantelde positie van het overdrachtsorgaan getoond, alsmede, in stippellijnen, zijn hulsplaatspositie. Dankzij deze kanteling (pijl C) kan het overdrachtsorgaan 61 tijdens zijn terugkeerbaan (pijlen) goed achter het andere 25 overdrachtsorgaan langslopen, dat bezig is met het plaatsen van de huls.
Opgemerkt wordt dat er aan weerszijden van het symmetrievlak MM van figuren 5a, 6a of 5b, 6b een daarmee symmetrische overdrachtsorgaan is van hetzelfde paar, dat op 30 dezelfde wijze werkt en daarmee gesynchroniseerd is.
De afwisselende werking van de twee paren overdrachtsorganen volgens de uitvinding kan op eenvoudige 1028163- 16 wijze worden bereikt dankzijn hun vrijdragende montage op een enkele rail.
Figuur 7, welke een vergroting vormt van de hulsplaatslocatie 1 in het bovenaanzicht van figuur 4, toont 5 de onderlinge plaatsing van de overdrachtsorganen 61,71 van de twee paren 6,7. Om deze eenvoudig te kunnen onderscheiden, is een van deze paren 7, die in de actieve stand, op conventionele wijze weergegeven met arceringen.
De rails 11,12 die verbonden zijn met twee paren 6,7 10 van overdrachtsorganen 61, 71 worden gedragen door frame 13,14 en een of twee delen (figuren 1 en 2) die voorzien zijn van aandrijfmiddelen voor het aansturen van de, beweging van de overdrachtsorganen alsmede het openen en sluiten daarvan. Bij deze uitvoeringsvorm is elk overdrachtsorgaan verbonden 15 met zijn.slede door een scharnier waardoor dit kan bewegen naar een actieve stand op de actieve baan in de nabijheid van de overeenkomstige zijde van het product dat van een huls voorzien moet worden en naar een ontkoppelde stand die overeenkomt met de terugbaan, op afstand van de zijde van het 20 product. Deze zwenkbeweging wordt bestuurd door een nok volgens een mechanisme dat beschreven wordt aan de hand van figuur 10.
De beweging van de overdrachtsorganen en de bijbehorende sleden vindt, afgezien van de helling, plaats in 25 de richting dwars op het vlak van figuur 10. De vrijdragende ophanging van de overdrachtsorganen 61,71 door middel van hun armen 61-3, 71-3 en hun samenwerking elk met een slede 9,10 die aan een zijde geplaatst is maakt de afwisselde werking (of werking in tegenfase) van de twee paren 30 overdrachtsorganen mogelijk.
Voor de actieve baan worden dè twee overdrachtsorganen 71 van dit paar 7 (deze nummering is 1028163- 17 conventioneel) naar het product P gebracht dat van een huls voorzien wordt, terwijl de twee overdrachtsorganen 61 van het andere paar naar buiten gezwenkt worden om weer omhoog te bewegen langs hun terugkeerbaan buiten het traject dat nodig 5 is voor het doorlaten van de overdrachtsorganen 71 van het eerste paar 7.
Deze figuur 7 toont dat de afwisselende beweging van de paren 6,7 slechts op eenvoudige wijze bereikt kan worden dankzij de vrijdragende ophanging van de overdrachtsorganen 10 61,71 op hun respectievelijke sledes 9,10. Bij deze uitvoering bevinden zich de sleden 10 van een paar 7 stroomopwaarts van de hulsplaats locatie 1 en de sleden 9 van het andere paar 6 stroomafwaarts daarvan, aangezien deze symmetrische opstelling eenvoudig is.
15 Maar het zou natuurlijk.ook denkbaar zijn de sledes van een paar te laten verspringen, de een stroomopwaarts en de ander stroomafwaarts, op gekruiste wijze in de vorm van een x.
Dit bovenaanzicht toont ook dat de geleidingssrails » 20 11,12 van sleden 9,10 vast bevestigd zijn (met uitzondering van een helling die niet weergegeven is). Deze rails worden hier gevormd door twee kolommen.
Om redenen van eenvoud van de weergave worden noch in figuur 7, noch in figuren 5a tot 6b de middelén getoond die 25 de helling aansturen van de overdrachtsorganen op hun actieve baan of hun terugkeerbaan.
Figuur 8a toont Verschillende posities van een overdrachtsorgaan, bijvoorbeeld het orgaan 61, om een bewegingscyclus duidelijk te maken: 30 Na binnengedrongen te zijn in kous G kantelt de trekker 62-1 enigszins naar buiten (in de richting van de wijzers van de klok) om de huls MA los te trekken en deze /· 10281633 • » , 18 vervolgens van boven over het product P te trekken, door deze terug te trekken tot de plaats PE die voorzien is voor de huls. Deze plaats PE wordt op het product P weergegeven door een enigszins holle ringvormige zone.
5 Tijdens de plaatsingsbeweging houdt de klem 61-2 de onderrand van de huls vast tegen de trekker 61-1.
Aan het eind van het plaatsen geeft de klem de huls vrij, waardoor de klem vrij kan komen de huls door een glijbeweging en zijn neergaande beweging kan voortzetten.
10 Vervolgens kantelt het overdrachtsorgaan 61 naar opzij in de richting van de wijzers van de klok teneinde de terugkeerbaan D te bereiken, en weer omhoog te bewegen zonder het (hier niet weergegeven) overdrachtsorgaan 71 van het andere paar 7 tegen te komen, die op dat moment zijn huls op 15 het volgende product plaatst.
Aan het eind van zijn terugkeerbaan kantelt het overdrachtsorgaan in de tegengestelde richting, dus tegen de wijzers van de klok in, om weer binnen te kunnen dringen in het inwendige van de kous G en een volgende huls te kunnen 20 uitnemen. Zo plaatst elk paar 6,7 van overdrachtsorgaan afwisselend met het andere paar een huls op een product.
Zoals hierboven al is benadrukt, en in tegenstelling tot de schematische banen die zijn getekend, doorloopt de slede 9 van het overdrachtsorgaan 61 dezelfde door zijn 25 geleidingsrail bepaalde baan tijdens zijn actieve baan en zijn terugkeerbaan, en is de afstand tussen deze twee banen uitsluitend getekend om de beschrijving van de beweging te vereenvoudigen.
Dit blijkt overigens uit het bovenaanzicht van figuur 30 8b, waarin te zien is dat de sledes 9,10 op hun plaats blijven, gezien in verticale projectie (wanneer geen rekening 1 Ó28103-3 • » 19 gehouden wordt met de helling van de rails in de looprichting van de producten).
Figuur 9 toont op schematische wijze de bewegingscyclus van een overdrachtsorgaan 61 onder 5 gebruikmaking van dezelfde afspraken over de tekening als in figuur 8a, terwijl in werkelijkheid de beweging van de slede plaats vindt volgens de as zz.
De kanteling voor het losmaken van overdrachtsorgaan naar de terugkeerpositie is in de tekening aangeduid met een 10 hoek α en de kanteling voor het binnendringen van de trekker in de kous is in de tekening weergegeven met hoekβ.
Figuur 10 toont de aansturing door middel van een nok van de kanteling van de overdrachtsorganen 61. Het frame is om reden van eenvoud van montage gevormd door twee identieke .15 (symmetrische) delen 13,14, een links en de andere rechts van de looplijn DF, en draagt de twee kolommen 11-1,12-1 van elke rail 11,12 en de slede 9,10; deze laatste is gekoppeld aan een getande aandrijfriem 15 die over een aandrijfmotor 16 loopt (deze details zijn te zien in figuur 1).
20 Het overdrachtsorgaan 61 wordt gedragen door zijn in hoofdzaak verticale arm 61-3, die zwenkbaar rond de horizontale as 61-4 aangebracht is op het frame 13 of 14. De arm 61-3 draagt rechtstreeks de trekker 61-1 die voorzien is van een rol 61-5 die in een besturingsrail 17-1 loopt; de arm 25 draagt verder, op beweegbare wijze, de klem 61-2 die eveneens voorzien is van een rol 61-6 die in een andere besturingsrail 17-2 loopt.
Elk van de twee besturingsrails 17-1,17-2 die evenwijdig zijn aan de rail 11 van de slede 9 is 30 transleerbaar in de dwarsrichting yy. Daartoe wordt de beweging aangestuurd door een poot 17-3, 17-4 die verbonden is met elke besturingsrail 17-1, 17-2 en voorzien is van een 1028163-
• I
20 volgrol 17-5,17-6 die geleid wordt door twee nokbanen 18-1, 18-2. De roterende nok 18 wordt roterend aangedreven door een motorreductor 18-3 die gesynchroniseerd is met de werking van de hulsplaatsapparatuur.
5 De translatiebeweging van de twee besturingsrails 17- 1, 17-2 maakt het enerzijds mogelijk de klem 61-2 te sluiten en te openen door de onderlinge afstand van de twee besturingsrails 17-1, 17-2 aan te passen, en anderzijds het overdrachtsorgaan 61 globaal genomen te doen zwenken, maar 10 hetzij in de actieve hulsplaatsbaan, hetzij in de terugkeerbaan.
Figuur 10 toont een 6 van de twee paren 6,7 van overdrachtsorganen 61,71, waarbij het andere paar 7 zich voor of achter het vlak van figuur 10 bevindt. Dit andere paar kan 15. worden bestuurd door dezelfde roterende nok 18 en zijn beweging kan, hoewel deze in tegenfase is met die van het eerste paar, worden verzorgd door dezelfde motor die het eerste paar aandrijft, met een as die een poulie draagt welke ingrijpt in een getande riem op analoge wijze als bij het ♦ 20 eerste paar.
De synchronisatie van de bewegingen van de twee delen van de hulsplaats apparatuur wordt op elektronische wijze uitgevoerd in de besturingskast.
Samenvattend voert elk stel overdrachtsorganen een 25 beweging uit welke uit de volgende fasen bestaat: - Ingrijping in de kous om een huls vast te klemmen.
- Na het lossnijden van de huls, het weg bewegen van het overdrachtsorgaan en het over het product lopen daarvan.
De huls grijpt door de elastische terugveerkracht aan op het 30 product. Aan het eind van de hulsplaatsbeweging wordt de klem van de huls geopend en komt het overdrachtsorgaan los. Vervolgens beweegt het overdrachtsorgaan aan de onderzijde 1028163- * > 21 weg van het product dat behandeld wordt, of in elk geval in een neergaande beweging, die nodig is voor het loskomen daarvan ten opzichte van de huls.
- Het overdrachtsorgaan kantelt naar de losgelaten stand.
5 - Vervolgens beweegt de slede welke het overdrachtsorgaan draagt weer omhoog tot in de actieve stand.
Figuren 11a, 11b, 11c tonen een variant van de installatie volgens de uitvinding. De onderstaande beschrijving heeft uitsluitend betrekking op de delen die 10 aangepast zijn ten opzichte van de uitvoering die hiervoor beschreven is, waarvan de identieke delen niet worden herhaald.
Deze installatie wordt gevormd door een ingangstransporteur 2a met vast snelheid en een 15 uitgangstransporteur 2b met eveneens vaste snelheid. Tussen deze twee transporteurs bevindt zich een centrale transporteur 2c met variabele snelheid. De centrale transporteur 2c omvat een frame 200 dat een invoerwiel 201 en een uitvoerwiel 202 draagt. Dit laatste is verbonden met het ♦ 20 frame 200 door middel van een niet in detail weergegeven snelspaninrichting, teneinde een snelle wisseling van de band mogelijk te maken. De band 204 loopt over het invoerwiel 201 en het uitvoerwiel 203. In feite zijn deze wielen cylindrisch of schijven met een breedte die regelbaar is als functie van 25 de breedte van de gebruikte band 204.
De aandrijfmotor van het invoerwiel 201 is niet weergegeven.
Het bovenste part van de band 204 waarop de producten P rusten wordt gesteund door een banddrager 205 met regelbare 30 breedte. Deze banddrager is in het frame aangebracht onder tussenkomst van snelkoppelmiddelen. Op overeenkomstige wijze is de band 204 uitwisselbaar en kan deze worden vervangen 1028163- 22 door een band met een andere breedte. Voor deze wisseling is het interessant om de spanning die uitgeoefend wordt op de band snel te kunnen wegnemen door een bewerking uit te voeren op het uitgangswiel of de uitgangscylinder 202 ten einde deze 5 terug te trekken, waardoor de band kan worden vervangen en deze vervolgens weer gespannen kan worden.
Deze installatie is niet voorzien van een ingangsterwiel, maar van twee toevoerschroeven 301, 302 die aan weerszijden van de loopbaan van de producten P zijn 10 aangebracht boven de ingangstransporteur 2a. Deze toevoerschroeven 201, 202 draaien met een snelheid die enigszins afwijkt, waardoor de richting van de producten kan worden aangepast tussen hun toevoerpositie en hun positie op de tussentransporteur 2c voor het plaatsen van de huls, en 15 vervolgens wederom bij het verlaten van de installatie.
Andere elementen van de installatie, in het bijzonder die met betrekking tot het plaatsen van de huls, zijn niet in de tekening weergegeven, of slechts op schematische wijze.
Het gaat om dezelfde middelen als hiervoor beschreven.
t 10281635

Claims (10)

1. Installatie voor het op producten zoals flessen plaatsen van een huls, waarbij bij de producten rechtopstaand achter elkaar langs een looplijn lopen, waarbij de huls door overdrachtsorganen vanaf de bovenzijde over het product 5 getrokken wordt vanuit een hulstoevoer, met het kenmerk, dat deze voorzien is van: - een enkele hulstoevoer, uitgaande van een kous, en - twee paar (6,7) overdrachtsorganen (61, 71) die elk gevormd worden door twee overdrachtsorganen die aan 10 weerszijden van de looplijn (DF) van de producten (P) geïnstalleerd zijn en afwisselend werkzaam zijn, waarbij elk overdrachtsorgaan (61,71) gedragen wordt door transportmiddelen teneinde afwisselend met het overdrachtsorgaan van het andere paar (6,7) een actieve baan 15 te beschrijven langs de zijde van het product (P) op de hulsplaats-lócatie ((E) teneinde een huls (MA) uit te nemen en deze over het product (P) te plaatsen, terwijl de transportmiddelen van het overdrachtsorgaan van het andere paar dit verplaatsen over een terugvoerbaan die vrij loopt van 20 de actieve baan, middelen (3) voor het synchroniseren van de producten (P) en de transportmiddelen van de overdrachtsorganen (61,71).
2. Installatie volgens conclusie 1, met het kenmerk, 25 dat de middelen voor het'synchroniseren van de producten (P) ten opzichte van de overdrachtsorganen gevormd worden door een invoer-sterwiel (3) dat de producten (P) stroomopwaarts van de hulsplaats-locatie (E) positioneert. 1028163- ' i
3. Installatie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de transportmiddelen van een overdrachtsorgaan (61,71) omvatten: - een slede (9,10) die geleid wordt over een vaste 5 rail (11,12) volgens een opgaande en neergaande beweging, welke het overdrachtsorgaan draagt door middel van een arm die zwenkbaar is tussen een positie voor het uitvoeren van zijn actieve baan en zijn terugvoerbaan, door middel van een besturingsrail (17-1,17-2) welke een door het 10 overdrachtsorgaan (61) gedragen rol (61-5, 61-6) opneemt, welke rail verplaatst wordt tussen een uitgeschoven stand en een ingetrokken stand, - waarbij de uitgeschoven stand overeenkomt met de actieve baan van het overdrachtsorgaan (61) wanneer de slede 15 naar beneden beweegt langs de zijde van het product waarop de huls geplaatst moet worden - waarbij de ingetrokken stand overeenkomt met de terugvoerbaan van het overdrachtsorgaan (61) tijdens het weer omhoog bewegen van de slede naar het begin van de volgende 20 actieve baan van het overdrachtsorgaan, - middelen (18,18-1,18-2,17-5,17-6) voor het verplaatsen van de besturingsrail (17-1,17-2), en - aandrijfmiddelen (15,16) voor het verplaatsen van de slede (9,10) langs zijn rail (11,12).
4. Installatie volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de beweging van de producten (P) langs de hulsplaats-locatie (E) continu is en de rails (11,12) van de sledes (9,10) onder een hoek staan ten opzichte van de looplijn (DF) als functie van de te volgen actieve baan tijdens de 30 verplaatsing van het product dat van een huls voorzien moet worden, zodanig dat het verschil in horizontale verplaatsingsnelheid van het stel overdrachtsorganen over hun 1020163-5 . 25 actieve baan en die van het product waarop de huls geplaatst moeten worden nul is.
5. Installatie volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de aandrijfmiddelen van een slede gevormd worden door een 5 gelijkstroommotor (16) zonder collector, welke een met een slede (9,10) verbonden riem (15) aandrijft.
6. Installatie volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de middelen voor het verplaatsen van de besturingsrail gevormd worden door een roterende nok (18,18-1,18-2) die 10 samenwerkt met een rol (17-5,17-6) welke gedragen wordt door de besturingsrail (17-1,17-2).
7. Installatie volgens conclusies 1 tot 3, met het kenmerk, dat elk overdrachtsorgaan (61) gevormd wordt door een trekker (61-1) en een klem (61-2) voor het tegen de 15 trekker klemmen van de huls tijdens de actieve baan voor het plaatsen van de huls, waarbij de besturingsrail (17-1,17-2) vanuit het overdrachtsorgaan (61) gesplitst is voor de trekker (61-1) en de klem (61-2) die evenwijdige bewegingen uitvoeren tijdens 20 de actieve baan, waarbij zij elkaar naderen aan het begin van de baan teneinde de huls in te klemmen en van elkaar bewegen aan het eind van de baan om de huls vrij te geven.
8. Installatie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het samenstel dat gevormd wordt door de rails (11,12) de 25 sledes (9,10) en de besturingsrails (17-1,17-2) zwenkbaar aangebracht is op het frame van de installatie.
9. Installatie volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de roterende nok twee nokkenbanen vertoont, een voor het aansturen van de beweging van de besturingsrail (17-1) van de 30 trekker (61-1) en de ander voor de besturingsrail (17-2) van de klem (61-2). 1028163- • /
10. Installatie volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de roterende nok (18) de beweging van de twee besturingsrails van de twee overdrachtsorganen aan eenzelfde zijde van de looplijn aanstuurt. ♦ 4 1028163s
NL1028163A 2004-02-05 2005-02-01 Installatie voor het op producten zoals flessen aanbrengen van een huls. NL1028163C2 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
FR0401104A FR2866005B1 (fr) 2004-02-05 2004-02-05 Installation de pose de manchon sur des produits tels que des bouteilles
FR0401104 2004-02-05

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1028163A1 NL1028163A1 (nl) 2005-08-08
NL1028163C2 true NL1028163C2 (nl) 2005-09-20

Family

ID=34307581

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1028163A NL1028163C2 (nl) 2004-02-05 2005-02-01 Installatie voor het op producten zoals flessen aanbrengen van een huls.

Country Status (10)

Country Link
US (1) US7661250B2 (nl)
BE (1) BE1019033A3 (nl)
BR (1) BRPI0507479B1 (nl)
DE (1) DE102005005475B4 (nl)
ES (1) ES2277720B1 (nl)
FR (1) FR2866005B1 (nl)
GB (1) GB2410734B (nl)
IT (1) ITMI20050148A1 (nl)
NL (1) NL1028163C2 (nl)
WO (1) WO2005075298A1 (nl)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
KR101162266B1 (ko) * 2006-12-15 2012-07-04 씨씨엘 라벨 게엠베하 신축성있는 필름 소재로 된 슬리브 라벨을 분리하는 방법
NL2007784C2 (en) * 2011-11-14 2013-05-16 Fuji Seal Europe Bv Sleeving device, method and mandrel for arranging sleeves around products.
TWI585007B (zh) * 2014-01-23 2017-06-01 谷源塑膠股份有限公司 套標機
US9889960B2 (en) 2014-01-27 2018-02-13 Axon Llc System and method for applying tubular shrink sleeve material to containers
EP3252477A1 (en) * 2016-05-30 2017-12-06 Dana Belgium N.V. Method of detecting a change in the direction of rotation of a rotatable shaft

Family Cites Families (15)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3551258A (en) * 1969-03-21 1970-12-29 Phillips Petroleum Co Label applying apparatus
US4102728A (en) * 1977-05-19 1978-07-25 Sterling Associates, Inc. Label applying apparatus
US4215460A (en) * 1978-09-05 1980-08-05 Owens-Illinois, Inc. Apparatus and method for assemblying tubular sleeve preforms and containers
JPS5548028A (en) * 1978-09-14 1980-04-05 Fuji Seal Ind Co Ltd Method of inserting soft cylindrical body flatly folded and its device
JPS5555984A (en) * 1978-10-23 1980-04-24 Fuji Seal Ind Co Ltd Apparatus for inserting thin short tube into container and others
US4243466A (en) * 1979-06-29 1981-01-06 Sterling Manufacturing, Inc. Labeling apparatus
US4387553A (en) * 1981-01-02 1983-06-14 Strub Eric W Banding apparatus
DE3124032C1 (de) * 1981-06-19 1982-11-04 Jagenberg-Werke AG, 4000 Düsseldorf Behandlungsmaschine fuer Gegenstaende,insbesondere Etikettiermaschine oder Fueller fuer Behaelter,wie Flaschen
DE3208234C2 (de) * 1982-03-06 1984-02-16 Krones Ag Hermann Kronseder Maschinenfabrik, 8402 Neutraubling Vorrichtung zum Aufsetzen von Schlauchabschnitten aus Kunststoffolie o.dgl. auf Gefäße
US4765121A (en) * 1987-05-22 1988-08-23 Pdc International Corporation Banding apparatus with floating mandrel
FR2646828B1 (fr) * 1989-05-12 1991-08-30 Europ Protection Decor Conditi Machine pour la pose de manchons d'etiquetage sur des bouteilles ou similaires
NL1003326C2 (nl) * 1996-06-13 1997-12-17 Machinebouw Veldkamp B V Werkwijze en inrichting voor het aanbrengen van een huls om een verpakking.
FR2783235B1 (fr) * 1998-09-14 2000-11-10 Prot Decoration Conditionnemen Machine pour la pose de manchons d'etiquetage sur des bouteilles
US6263940B1 (en) * 1999-04-21 2001-07-24 Axon Corporation In-line continuous feed sleeve labeling machine and method
FR2808504B1 (fr) * 2000-05-05 2003-08-15 Prot Decoration Conditionnemen Procede de manchonnage de bouteilles et machine pour la mise en oeuvre du procede

Also Published As

Publication number Publication date
WO2005075298A1 (fr) 2005-08-18
FR2866005B1 (fr) 2006-05-26
BRPI0507479A (pt) 2007-07-17
FR2866005A1 (fr) 2005-08-12
US7661250B2 (en) 2010-02-16
DE102005005475A1 (de) 2005-09-01
ITMI20050148A1 (it) 2005-08-06
ES2277720A1 (es) 2007-07-16
GB0502238D0 (en) 2005-03-09
GB2410734A (en) 2005-08-10
BRPI0507479B1 (pt) 2017-06-13
US20080202076A1 (en) 2008-08-28
DE102005005475B4 (de) 2007-02-15
GB2410734B (en) 2006-02-08
ES2277720B1 (es) 2008-04-16
BE1019033A3 (fr) 2012-02-07
NL1028163A1 (nl) 2005-08-08

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1028163C2 (nl) Installatie voor het op producten zoals flessen aanbrengen van een huls.
NL1033567C2 (nl) Transportsysteem.
US8733534B2 (en) Belt conveyor system
US6209710B1 (en) Method for the suspended conveying of containers and device for carrying out said method
KR100254009B1 (ko) 플립-슬라이드 장치
US7364029B2 (en) Apparatus for simultaneously conveying and rotating objects
FI61288C (fi) Anordning foer utjaemning av en oeverlappningsstroem av tryckalster
CA2646434C (en) Device for forming a continuous flow of oriented products
US6581750B1 (en) Method and apparatus for changing the orientation of workpieces about an angled axis for a decorator
JPH09507460A (ja) 商品を受容体に押し込む装置および方法
NL8204648A (nl) Inrichting voor het in een doos plaatsen van kegels.
US6823781B2 (en) Workpiece steady for a decorating machine
EP3744649A1 (en) Conveyor device for conveying flexible containers along a packaging line
EP3067280A1 (en) Apparatus, system & method for adjustable wrapping
US10351355B2 (en) Auto changeover infeed assembly
US5333720A (en) Apparatus to manipulate workpieces
NL1023908C2 (nl) Overzetter.
NL1026150C2 (nl) Inrichting voor het aanvoeren en/of vullen van zakken.
JPH04226210A (ja) ばら売り商品の搬送装置
CN108974868A (zh) 一种具有物料智能识别检测探头的电机控制输送翻转机构
NL9300442A (nl) Stapelinrichting.
JP6429879B2 (ja) 搬送輪ならびに搬送システム
CN104812561A (zh) 用于打开管状袋体的端部区域的装置
JP6918571B2 (ja) 集積装置
MXPA06008402A (es) Conjunto para colocar manguitos sobre productos tales como botellas

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
PD2A A request for search or an international type search has been filed
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20210301