NL9300442A - Stapelinrichting. - Google Patents

Stapelinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL9300442A
NL9300442A NL9300442A NL9300442A NL9300442A NL 9300442 A NL9300442 A NL 9300442A NL 9300442 A NL9300442 A NL 9300442A NL 9300442 A NL9300442 A NL 9300442A NL 9300442 A NL9300442 A NL 9300442A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
products
stacking device
members
product
level
Prior art date
Application number
NL9300442A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Kloeckner Haensel Tevopharm
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Kloeckner Haensel Tevopharm filed Critical Kloeckner Haensel Tevopharm
Priority to NL9300442A priority Critical patent/NL9300442A/nl
Priority to DE69411786T priority patent/DE69411786T2/de
Priority to EP94200609A priority patent/EP0614835B1/en
Priority to AT94200609T priority patent/ATE168659T1/de
Priority to US08/212,587 priority patent/US5465824A/en
Publication of NL9300442A publication Critical patent/NL9300442A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B35/00Supplying, feeding, arranging or orientating articles to be packaged
    • B65B35/30Arranging and feeding articles in groups
    • B65B35/50Stacking one article, or group of articles, upon another before packaging
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G57/00Stacking of articles
    • B65G57/32Stacking of articles characterised by stacking during transit

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Attitude Control For Articles On Conveyors (AREA)
  • Spinning Or Twisting Of Yarns (AREA)
  • Fuel Cell (AREA)
  • Massaging Devices (AREA)
  • Pile Receivers (AREA)
  • Branching, Merging, And Special Transfer Between Conveyors (AREA)

Description

Stapelinrichting
De uitvinding heeft betrekking op een stapelinrichting voor het groepsgewijs op elkaar stapelen van in een enkele stroom op een gemeenschappelijk eerste niveau aan die stapelinrichting toe te voeren produkten, de inrichting omvattende in hoofdzaak evenwijdig aan de produktbaan beweegbare organen, welke geschikt zijn om telkens één of meer produkten te ontvangen, en zijn ingesteld om een eerste haandeel en een stroomafwaarts daarvan gelegen tweede haandeel te doorlopen, waarbij in het eerste haandeel produkten zijn te ontvangen en in het tweede haandeel de produkten op een van het eerste niveau afwijkend volgend niveau zijn af te geven, en middelen om in of na het tweede baandeel een groep produkten, welke zich achtereenvolgens op verscheidene niveaus bevinden, in hoofdzaak boven elkaar te brengen.
Een dergelijke stapelinrichting is bekend uit het Duitse "Offenlegungsschrift" 3827063. De daarin beschreven stapelinrichting maakt gebruik van stellen ter weerszijden van de produktstroom tegenover elkaar te brengen, en evenwijdig aan die produktstroom beweegbare plateaus, die telkens een produkt tussen zich in ontvangen. De organen bewegen volgens een lus, gelegen in een vlak in hoofdzaak evenwijdig aan de produktstroom. Terwijl een stel organen met een produkt tussen zich in stroomafwaarts beweegt, vindt heffen van het stel tot een bepaald niveau plaats. Van een aantal opeenvolgende stellen, dat overeenstemt met het aantal in een stapel op te nemen produkten, wordt telkens het volgende stel naar een hoger niveau geheven. Tegelijkertijd wordt de bewegingssnelheid van dat aantal stellen zodanig verminderd, dat de zich op verschillende niveaus bevindende stellen boven elkaar komen.
Vervolgens wordt elk produkt op het daaronder gelegen produkt afgezet, en het onderste produkt op een verdere transportbaan. Aldus is een stapel produkten gevormd, onder handhaving van een voorwaartse beweging tijdens het vormen van een stapel.
Uit het Europese octrooischrift 0312490 is een andere stapelinrichting bekend, waarbij achtereenvolgens aangevoerde produkten worden afgezet op een plateau, waarvan het niveau telkens na ontvangst van een produkt over ongeveer een produkthoogte wordt verlaagd. Aldus valt elk volgende produkt automatisch op het voorgaande produkt, en wanneer de stapel is gevormd, wordt deze van het plateau verwijderd en verder stroomafwaarts bewogen. Voor het vormen van een stapel met deze bekende inrichting is het aldus vereist, alle produkten tot stilstand te vertragen, om vervolgens de stapel weer te versnellen. Voor het met hoge snelheid verwerken van in één stroom toegevoerde produkten is deze bekende inrichting dientengevolge weinig geschikt.
Uit het Amerikaanse octrooischrift 4413462 is voorts bekend, produkten in twee parallelle stromen en op een gelijk niveau toe te voeren, waarna het ene niveau vervolgens hoger dan het andere niveau wordt gebracht, om de twee evenwijdige stromen recht boven elkaar te brengen. Daarna worden met behulp van een meenemer twee produkten boven elkaar "geveegd", om vervolgens bij het einde van het bovenste niveau op elkaar te komen vallen. Hoewel geen belangrijke versnellingen en/of vertragingen van de produkten voor het vormen van een stapel optreden, is er het nadeel dat produktstromen naast elkaar gecreëerd moeten worden, die vervolgens boven en op elkaar moeten worden gebracht. Een hiervoor geschikte stapelinrichting is dientengevolge gecompliceerd, en voor een doelmatige werking slechts geschikt voor stapels van slechts twee produkten.
De onderhavige uitvinding beoogt, een stapelinrichting van het in de aanhef vermelde soort te verschaffen, waarmee zonder grote versnellingen en/of vertragingen voor de produkten stapels van twee of meer produkten kunnen worden gevormd, waarbij de stapelinrichting doelmatig is en weinig gecompliceerd. Dientengevolge is de werking van de stapelinrichtig volgens de uitvinding betrouwbaar.
Hiertoe verschaft de onderhavige uitvinding een stapelinrichting overeenkomstig conclusie 1. De verdere voordelen en eigenschappen van deze stapelinrichting zullen blijken uit de bijgevoegde figuurbeschrijving. Doordat de organen in het eerste en tweede haandeel zich op hetzelfde niveau bevinden, wordt het aantal bewegende delen tot een minimum beperkt. Dientengevolge is de stapelinrichting volgens de onderhavige uitvinding slijtage-ongevoelig en geschikt voor hoge produktsnelheden van bijvoorbeeld zeshonderd produkten per minuut. Daarnaast is ook de geluidsproduktie van de stapelinrichting volgens de onderhavige uitvinding aanzienlijk geringer in vergelijking met bekende stapelinrichtingen. Voor een betrouwbare werking van de stapelinrichting volgens de onderhavige uitvinding is een ingewikkelde regeleenheid niet vereist. Eventueel is een regeling toepasbaar in overeenstemming met de internationale octrooiaanvrage PCT/NL93/00029, van aanvraagster. Een stroomopwaarts geplaatste sensor registreert daarbij de passage van elk produkt, aan de hand waarvan bij de inrichting volgens de uitvoering van figuur 2 de snelheid van de band 6, de ketting 13 en de ketting 21 onafhankelijk van elkaar worden geregeld, om de produktstapels in fase te brengen met een nageschakelde stapelverwerkingseenheid.
De produkten kunnen met voordeel via een vaste glijgoot naar de verscheidene niveaus worden gebracht, waarbij de produkten van de glijgoot worden genomen op het niveau alwaar zojuist een orgaan de glijgoot passeert. Een glijgoot met doorlaatopeningen voor de passage van de organen verschaft een eenvoudige, betrouwbare constructie. De glijgoot kan zowel op- als neerwaarts hellen.
Door de organen ter weerszijden van de produktstroom in hoofdzaak evenwijdig daaraan te laten bewegen in een lusvormig patroon wordt bereikt, dat de inrichting naar onderen toe volledig vrij en open is te construeren, waarmee vervuiling van de inrichting bijvoorbeeld door afvallende koekkruimels enzovoorts, verregaand wordt beperkt. Dit afval valt nu ongehinderd op de grond, en kan daar vanaf eenvoudig worden verwijderd.
In het hiernavolgende wordt de uitvinding nader toegelicht aan de hand van niet-beperkende uitvoeringsvoorbeelden, onder verwijzing naar de bijgevoegde tekeningen. In de tekeningen toont:
Figuur 1 schematisch in bovenaanzicht een eerste uitvoering van de inrichting volgens de onderhavige uitvinding, opgenomen in een hier slechts gedeeltelijk weergegeven transportketen;
Figuur 2 een zijaanzicht van figuur 1;
Figuur 3 een detail van figuur 2; en
Figuur 4 een aanzicht in doorsnede volgens de lijn IV-IV in figuur 2.
Onder verwijzing naar figuur 1 en 2 wordt getoond een inrichting 1 volgens de uitvinding, welke is opgenomen tussen een toevoertransporteur 2 en een afvoertransporteur 3· Produkten 4 worden in de tekening van links naar rechts getransporteerd. Zoals weergegeven, worden de produkten 4 in hoofdzaak tegen elkaar aanliggend toegevoerd door de toevoertransporteur 2, en telkens in zich op afstand van elkaar bevindende stapels 5 van drie produkten 4 door de afvoertransporteur 3 afgevoerd.
De inrichting 1 volgens de uitvinding bezit een versneller 6, welke aansluit op de toevoertransporteur 2, en waarmee de met de toevoertransporteur 2 toegevoerde, in hoofdzaak tegen elkaar aanliggende produkten 4 op ruime afstand van elkaar worden gebracht. De versneller 6 wordt gevolgd door een glijplaat 7. Centraal onder de versneller 6 en de glijplaat 7 is een, hier slechts schematisch met streep-stippellijnen weergegeven, eindloze ketting 8 met op vaste steek bevestigde meenemers 9 aangebracht. De ketting is geleid rond eveneens slechts schematisch weergegeven rollen 13· In de tekening zijn slechts de meenemers 9 &an het bovenpart van de ketting 8 weergegeven. De bovenpart van de ketting 8 beweegt met de produkten 4 mee in dezelfde richting van links naar rechts in de tekening. De ketting 8 is daarbij zo geleid, dat een meenemer 9 aan het stroomafwaartse einde van de versneller 6 boven het vlak daarvan komt uit te steken. De versneller 6, evenals de glijplaat 7» is daartoe voorzien van een centrale doorlopende langssleuf 10, waar doorheen de meenemers 9 van onderaf naar boven steken. De steek van de meenemers 9 en de bewegingssnelheid van de ketting 8 is zodanig aan te passen aan de snelheid van de produkten 4 en de steek daarvan op de versneller 6, dat bij het stroomafwaartse einde van de versneller 6 telkens een meenemer 9 achter een produkt 4 wordt gestoken. De meenemer 9 zorgt er vervolgens voor, dat het produkt 4 over de glijplaat 7 in stroomafwaartse richting wordt verschoven.
Stroomafwaarts van de glijplaat 7 bevindt zich een in langsrichting gedeelde, ten opzichte van de glijplaat 7 naar beneden hellende baan 11, waarop stroomafwaarts een transportbaan 12 aansluit, welke ten opzichte van het ondersteuningsvlak van de glijplaat 7» de versneller 6 en de toevoertransporteur 2 op een lager niveau is gelegen. Op deze transportbaan 12 sluit vervolgens stroomafwaarts de afvoertransporteur 3 aan. De werkzame vlakken van de transportbaan 12 en de afvoertransporteur 3 zijn uitgelijnd. Ook de transportbaan 12, evenals de afvoertransporteur 3 bezit een doorlopende langssleuf 10, om het van onderaf daar doorheen naar boven uitsteken van de meenemers 9 toe te staan.
In het bovenaanzicht volgens figuur 1 gezien, bevindt zich ter weerszijden van de transportbaan 12 een eindloze ketting 13 met gelede plateaus 14, 14'. In figuur 1 is de ketting 13 slechts schematisch weergegeven, en is zodanig geleid rond eveneens schematisch weergegeven geleidingsrollen 15, dat het bewegingsvlak van de ketting 13 evenwijdig is gericht aan de transportbaan 12, en in deze uitvoering in hoofdzaak horizontaal loopt. Ten behoeve van de geleiding van de ketting 13 langs de geleidingsrollen 15 zijn de plateaus l4, l4' geleed uitgevoerd. De plateaus 14, l4' zijn paarsgewijze gerangschikt, zoals te zien is in figuur 1. In feite moet de rangschikking van de plateaus 14, 14' zo worden gezien, dat plateaus met vaste steek verdeeld zijn aangebracht langs de ketting 13, en dat tussen een plateaupaar telkens een plateau is weggelaten. Zoals getoond in figuur 2, en zoals duidelijker zal blijken uit de beschrijving in samenhang met figuur 3 en 4, bevindt van elk paar plateaus het werkzame vlak van het plateau 14 zich op hetzelfde niveau als de glijplaat 7. terwijl het werkzame vlak van het plateau 14' zich bevindt op een niveau tussen dat van de glijplaat 7 en de transportbaan 12.
De ketting 13 en de plateaus 14, 14' zijn zodanig aangebracht, dat de zich aan de werkzame part van de ketting 13 bevindende plateaus 14, 14' de hellende baan 11 en de transportbaan 12 overlappen. Voorts bevinden overeenkomstige plateaus 14 resp. 14' aan de werkzame parten van de kettingen 13 ter weerszijden van de meenemers 9 zich tegenover elkaar. Daarbij laten deze overeenkomstige plateaus 14 resp. l4' een tussenruimte vrij, waar tussendoor een meenemer 9 van onderaf tot boven de plateaus 14, 14' kan uitsteken.
Bij de overgang naar de werkzame part aan de stroomopwaartse zijde van de ketting 13 beweegt het plateau 14 telkens door de spleet 16 welke is gevormd tussen het einde van de glijplaat 7 en het stroomopwaartse deel van de hellende baan 11. Het plateau 14' beweegt telkens door de spleet 17 tussen de twee delen van de hellende baan 11. Aldus kan een produkt 4, welke door een meenemer 9 over de glijplaat 7 wordt voortbewogen, aan het stroomafwaartse einde daarvan worden overgebracht op een juist op dat moment de spleet 16 passerend plateau 14. Passeert op dat moment geen plateau 14, dan weegt het produkt 4 met de meenemer 9 mee over het stroomopwaartse deel van de hellende baan 11. Aangekomen bij de spleet 17, kan het produkt 4 terechtkomen op een zojuist de spleet 17 passerend plateau 14'. Is op dat moment een plateau l4' afwezig, dan wordt het produkt 4 met de meenemer 9 voortbewogen over het stroomafwaartse deel van de hellende baan 11, om uiteindelijk op de horizontale transportbaan 12 terecht te komen. Aldus worden de in één stroom toegevoerde produkten 4 over drie afzonderlijke niveaus verdeeld, welke worden bepaald door respectievelijk het plateau 14, het plateau 14' en de transportbaan 12. De inrichting 1 is daarbij zo ingeregeld, dat de snelheid van de plateaus 14 overeenstemt met de snelheid van de meenemers 9. Aldus wordt de steek tussen de zich op de plateaus 14, 14' bevindende produkten 4, zoals bepaald op de versneller 6 en de glijplaat 7, in hoofdzaak tot het stroomafwaartse einde van de transportbaan 12 gehandhaaf d.
Aan het stroomafwaartse einde gaat de transportbaan 12 naadloos over in de afvoertransporteur 3. welke eveneens een vaste schuif-ondersteuning voor de produkten 4 vormt. Bij het stroomafwaartse einde van de transportbaan 12 bevinden zich twee evenwijdige op afstand boven elkaar en boven de transportbaan 12 aangebrachte vaste steunplaten 18 en 19. Zoals getoond in figuur 1 en 2, bevinden de stroomopwaartse uiteinden van deze steunplaten 18 en 19 zich recht boven elkaar. Het stroomafwaartse einde van de steunplaat 18 ligt echter verder stroomafwaarts dan het overeenkomstige einde van de steunplaat 19. De steunplaten 18, 19 bezitten eveneens een doorlopende langssleuf 10. Het steunvlak van de steunplaat 18 bevindt zich op hetzelfde niveau als het overeenkomstige vlak van het plateau l4. Het steunoppervlak van de steunplaat 19 is uitgelijnd met dat van het plateau 14'. Zoals getoond in figuur 1, zijn de stroomopwaartse uiteinden van de steunplaten 18, 19 volgens een cirkelboogdeel afgerond. Daardoor is het mogelijk, dat de plateaus 14 dicht langs de steunplaten 18, 19 kunnen bewegen aan het deel van de ketting 13, dat langs de geleidingsrol 15 is geleid. Een en ander is zichtbaar gemaakt met behulp van de contourlijn A, welke wordt beschreven door de vrije uiteinden van de geledingen van de plateaus 14, 14'.
Boven het stroomafwaartse einde van de transportbaan 12, alsmede boven de afvoertranporteur 3 is een centrale ketting 21 aangebracht, welke in figuur 2 slechts gedeeltelijk schematisch is weergegeven, en is geleid rond geleidingsrollen 15. Aan deze ketting 21 zijn meenemers 22 met vaste steek bevestigd, waarvan hier slechts de zich aan de werkzame of onderpart van de ketting 21 bevindende meenemers 22 zijn weergegeven. De meenemers 22 komen van bovenaf tot onder het ondersteuningsvlak van de transportbaan 12 en de afvoertransporteur 3 te steken. Zich op de steunplaten 18, 19 en op het stroomafwaartse einde van de transportbaan 12 bevindende produkten 4 worden met een meenemer 22 meegenomen.
De werking van de in figuur 1 en 2 getoonde inrichting is als volgt:
Produkten 4 worden in een ononderbroken stroom, in hoofdzaak tegen elkaar aanliggend, door de toevoertransporteur 2 aan de inrichting 1 toegevoerd. Een waarnemer 23 is opgesteld boven het stroomopwaartse einde van de versneller 6. Daarmee wordt de ononderbroken toevoer van de produkten k gecontroleerd. Aan de hand van de waarnemingen van de waarnemer 23 is de snelheid te regelen van de versneller 6 en de kettingen 13 respectievelijk 21, op een wijze zoals bijvoorbeeld beschreven in de niet-voorgepubliceerde Nederlandse octrooiaanvrage 920015^. Aldus wordt een regeling van de snelheid van de meenemers 9 en 22, alsmede de positionering daarvan in samenhang met de plaats van de afzonderlijke produkten h op de versneller 6, de glijplaat 7. de hellende baan 11, de transportbaan 12, de afvoertransporteur 3 en de plateaus 1^ gegarandeerd.
Achter elk produkt 4 dat zich op het stroomafwaartse einde van de versneller 6 bevindt, komt een meenemer 9 te steken, waarmee dat produkt k tot aan het stroomafwaartse uiteinde van de transportbaan 12 over de hellende baan 11 en die transportbaan 12 kan worden geschoven.
Afhankelijk van de tijdige passage van een plateau 14, zal een produkt 4 aan het stroomafwaartse einde van de glijplaat 7 op dat plateau 14 worden geschoven, dan wel op de hellende baan 11 terechtkomen. Aangeland op het plateau 14, zal het produkt 4 met meebewegende meenemer 9 daarmee naar het stroomopwaartse einde van de steunplaat 18 worden getransporteerd. In het andere geval, wanneer het produkt 4 op de hellende baan 11 is terechtgekomen, zal dit met de meenemer 9 naar de spleet 17 worden geschoven. Bij tijdige passage van een plateau 14' door die spleet 17» zal het produkt 14 vervolgens door de voortbewegende meenemer 9 op dat plateau l4' worden geschoven, om dan met meebewegende meenemer 9 daarmee naar het stroomopwaartse einde van de steunplaat 19 te worden getransporteerd. Blijft passage van een plateau 14' door de spleet 17 achterwege, dan wordt het produkt 4 door de meenemer 9 verder over de hellende baan 11 verschoven. Vervolgens komt dit produkt 4 dan terecht op de transportbaan 12, om daarover met de meenemer 9 tot het stroomopwaartse begin van de afvoertransporteur 3 te worden verschoven. Boven de transportbaan 12 bewegen aldus 3 produkten 4 op verscheidene niveaus en op vaste onderlinge steek.
Aan het stroomafwaartse einde van de transportbaan 12 worden de plateaus 14, 14' uit de werkzame stand daarvan gedraaid. Met de meenemers 9 worden de produkten 4 dan op de steunplaat 18 respectievelijk 19 geschoven. Vervolgens wordt de meenemer 9 achter elk produkt 4 ook uit de werkzame stand gebracht, en de werking daarvan wordt overgenomen door de meenemer 22 aan de ketting 21, welke in aangrijping komt met de zich op de drie niveaus bevindende produkten. Deze wordt telkens achter het laatste produkt 4 uit een opeenvolgende reeks van drie op verschillende niveaus bewegende produkten 4 gestoken, en verschuift die produkten gezamenlijk verder in stroomafwaartse richting. Aan het stroomafwaartse einde van de steunplaat 19 bevinden die drie produkten zich dan recht boven elkaar. Bij voortgaande beweging van de meenemer 22 in stroomafwaartse richting valt eerst het produkt 4 van de steunplaat 19 over geringe hoogte op het daaronder gelegen, over de afvoertransporteur 3 schuivende produkt 4. Nog verder stroomafwaarts valt vervolgens het over steunplaat 18 schuivende produkt 4 over geringe hoogte op de daaronder gevormde stapel van twee produkten. Aldus resulteert aan het stroomafwaartse einde van de steunplaat 18 een stapel 5 van drie produkten 4, welke met een meenemer 22 verder stroomafwaarts over de afvoertransporteur 3 wordt verschoven, bijvoorbeeld naar een hier niet weergegeven verpakkingsmachine.
Figuur 3 en 4 tonen meer in detail de plaatsing en werking van de plateaus 1*4 in samenhang met de hellende baan 11. Figuur 3 toont daarbij duidelijk de spleet 16 welke is gevormd tussen het stroomafwaartse einde van de glijplaat 7 en de hellende baan 11, evenals de spleet 17 welke is aangebracht in de hellende baan 11 zelf. Het plateau 1*4 is uitgericht om de spleet 16 te passeren. Het plateau 1*4' is uitgericht om de spleet 17 te passeren. Zoals figuur 3 toont, schuift één produkt 4 voort over de transportbaan 12, rust één produkt *4 op het plateau 1*4, dat met dezelfde snelheid als de overeenkomstige meenemer 9 in stroomafwaartse richting voortbeweegt, en wordt een ander produkt *4 zojuist vanaf de hellende baan 11 door de meenemer 9 op een de spleet 17 passerend plateau 1*4' geschoven, om gezamenlijk daarmee verder stroomafwaarts te bewegen. Een vierde, meer stroomopwaarts bewegend produkt *4 zal voorts, door de afwezigheid van de passage van een plateau 1*4 door de spleet 16, vanaf de glijplaat 7 door de meenemer 9 op de hellende baan 11 worden geschoven. Uit figuur 3 valt duidelijk af te leiden, dat het steunoppervlak van het plateau 1*4 iets onder het steunoppervlak van de glijplaat 7 is gelegen, om passage door de spleet 16 mogelijk te maken.
Figuur *4 toont voorts in doorsnede nogmaals de onderlinge positionering van de transportbaan 12, de plateaus 1*4 en 1*4', alsmede de glijplaat 7* Met streep-stippel-lijnen is schematisch aangegeven hoe de produkten *4 op de verschillende ondersteuningen komen te rusten. De meenemer 9 aan de ketting 8 steekt van onderaf boven zowel de glijplaat 7, de plateaus 1*4, 1*4' als de transportbaan 12 heen omhoog. De kettingen 13 zijn elk zodanig geleid in kassen 2*4, dat zij in figuur *4 gezien verticaal ondersteund zijn, alsmede verdraaiing daarvan in het vlak van de tekening van figuur *4 verhinderd is. De plateaus 1*4, 1*4' zijn direct bovenop de ketting 13 gemonteerd; het plateau 1*4 bezit een verdikte wortel 25. Door de verdikte wortel 25 bevindt het plateau 1*4 zich echter op een aanmerkelijk hoger niveau in vergelijking met dat van het plateau 1*4'. De glijplaat 7« evenals de transportbaan 12 zijn op hier niet nader weergegeven wijze vast verbonden met het frame 26 van de inrichting 1.
Natuurlijk kunnen de uitvoeringsvarianten zoals hiervoor beschreven en getoond, worden gewijzigd. Bijvoorbeeld zou de hellende baan van de uitvoeringsvariant volgens figuur 1 t/m *4 achterwege kunnen worden gelaten. De van de glijplaat 7 afkomstige produkten *4 maken dan een vrije val op ofwel het plateau 1*4, het plateau 1*4' of de transportbaan 12. Ook kunnen plateaus op meer dan twee niveaus, of op slechts één niveau worden aangebracht aan de kettingen 13. Daarnaast is het bijvoorbeeld ook mogelijk, de afvoertransporteur 3 als aangedreven eindloze transportband uit te voeren. De meenemers 22 hoeven dan slechts werkzaam te zijn tot het stroomafwaartse einde van de steunplaat 18. Voorts is het bijvoorbeeld mogelijk, de plateaus 14, 14' per paar overlappend uit te voeren, zodat bijvoorbeeld de wederzijdse stroomafwaartse einden boven elkaar zijn gelegen. De zich op die plateaus 14, 14' bevindende produkten kunnen dan terwijl zij met die plateaus meebewegen reeds boven elkaar worden gebracht, bijvoorbeeld met behulp van een meenemer welke sneller beweegt dan de plateaus. In samenhang daarmee kan de transportbaan 12 als aangedreven eindloze bandtransporteur worden uitgevoerd. Deze kan dan zodanig versneld of vertraagd ten opzichte van de plateaus 14, 14' zijn aangedreven, dat het zich daarop bevindende produkt 4, recht onder de produkten op de plateaus 14, 14’ komt te liggen. Aan het einde van de transportbaan 12 kunnen de verschillende zich boven elkaar bevindende produkten dan rechtstreeks op elkaar worden geschoven, zonder de noodzaak van de steunplaten 18 en 19· Eventueel kunnen de plateaus l4, 14 snelheidsonafhankelijk van elkaar zijn gestuurd, en bijvoorbeeld aan aparte kettingen zijn bevestigd, zodat na ontvangst van een produkt de snelheid van een plateau wordt versneld of vertraagd ten opzichte van een volgend of voorgaand plateau, zodanig dat de zich daarop bevindende produkten recht boven elkaar komen te liggen. Eveneens is het mogelijk, de plateaus 14, l4' te bevestigen aan een in hoofdzaak in het verticale vlak bewegende ketting 13. Speciale maatregelen zijn dan te nemen om te voorkomen dat aan de uiteinden van die ketting 13 de plateaus 14, 14’ de transportbaan 12 niet raken. Daartoe kunnen de plateaus zwaaibaar zijn uitgevoerd, of intrekbaar. Voorts is het ook mogelijk, de ketting 8 boven en de ketting 21 onder de transportbaan 12 aan te brengen, zodat de meenemers 9 van bovenaf, en de meenemers 22 van onderaf door de transportbaan 12 komen te steken. Ook zou de ketting 8, waarvan het bewegingsvlak door de langssleuf 10 steekt, in plaats van de meenemers 9 plateaus 14, 14' kunnen bezitten welke iets smaller zijn dan de langssleuf 10. Een ononderbroken hellende baan 11 kan dan worden toegepast, welke naadloos aansluit op de glijplaat 7· Die hellende baan 11 kan echter ook achterwege worden gelaten. Desnoods kan die ketting 8 tevens zijn voorzien van meenemers 9 vaste steek, waarbij in samenhang met de plateaus telkens het stroomopwaartse einde van zo'n plateau onmiddellijk gevolgd wordt door een meenemer 9· andere combinaties van de hiervoor beschreven en getoonde uitvoeringen zijn mogelijk. Van belang is echter, dat een stroom op één niveau gezamenlijk toegevoerde produkten gesplitst wordt in verschillende zich boven elkaar bevindende produktstromen, welke vervolgens worden samengenomen in één enkele stroom van gestapelde en afzonderlijke produktgroepen, waarbij bij voorkeur de plateaus in de werkzame stand zich op een vast niveau bevinden, terwijl de produkten via een overgangsdeel naar het niveau van de plateaus worden gebracht. De uitvinding wordt daarom meer bepaald door de bijgevoegde conclusies.

Claims (6)

1. Stapelinrichting voor het groepsgewijs op elkaar stapelen van in een enkele stroom op een gemeenschappelijk eerste niveau aan die stapelinrichting toe te voeren produkten, de inrichting omvattende in hoofdzaak evenwijdig aan de produktbaan beweegbare organen, welke geschikt zijn om telkens één of meer produkten te ontvangen, en zijn ingesteld om een eerste haandeel en een stroomafwaarts daarvan gelegen tweede haandeel te doorlopen, waarbij in het eerste haandeel produkten zijn te ontvangen en in het tweede haandeel de produkten op een van het eerste niveau afwijkend volgend niveau zijn af te geven, en middelen om in of na het tweede haandeel een groep produkten, welke zich achtereenvolgens op verscheidene niveaus bevinden, in hoofdzaak boven elkaar te brengen, met het kenmerk, dat het niveau van de genoemde organen (14, lV) in het eerste en tweede haandeel telkens in hoofdzaak gelijk is.
2. Stapelinrichting volgens conclusie 1, waarbij de organen telkens stellen vormen van zich ter weerszijden van de langsas van de produktbaan tegenover elkaar bevindende organen, welke bij voorkeur tussen zich in een tussenruimte (10) houden.
3. Stapelinrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij op de produktbaan een hellend deel (11) aansluit, eventueel voorzien van doorlaten voor de passage van de organen (14, 14'). k. Stapelinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de middelen voor het boven elkaar brengen van de produkten (4) een tussen twee groepen produkten te steken meenemer (22) omvatten, welke met een van de snelheid van de produkten (4) afwijkende snelheid is aan te drijven.
5. Stapelinrichting volgens conclusie 4, waarbij stroomafwaarts van de organen (14, 14’) op niveaus welke overeenstemmen met de door die organen (14, IV) ingenomen niveaus, produktbanen zijn aangebracht welke geschikt zijn voor het ontvangen van de van de organen (14, 14’) afkomstige produkten (4), en welke bij voorkeur in stroomafwaartse richting gezien op verschillende afstanden van elkaar eindigen.
6. Stapelinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij in het eerste en tweede haandeel meenemers (9) werkzaam zijn om telkens tussen twee opeenvolgende produkten te steken.
7. Stapelinrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de organen bevestigd zijn aan een eindloze ketting (13) welke geleid en aangedreven is rond keerrollen (15)» waarbij die ketting (13) is gelegen in een vlak in hoofdzaak evenwijdig aan de produktbaan.
NL9300442A 1993-03-11 1993-03-11 Stapelinrichting. NL9300442A (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9300442A NL9300442A (nl) 1993-03-11 1993-03-11 Stapelinrichting.
DE69411786T DE69411786T2 (de) 1993-03-11 1994-03-09 Stapelvorrichtung
EP94200609A EP0614835B1 (en) 1993-03-11 1994-03-09 Stacking device
AT94200609T ATE168659T1 (de) 1993-03-11 1994-03-09 Stapelvorrichtung
US08/212,587 US5465824A (en) 1993-03-11 1994-03-11 Stacking device

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9300442 1993-03-11
NL9300442A NL9300442A (nl) 1993-03-11 1993-03-11 Stapelinrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9300442A true NL9300442A (nl) 1994-10-03

Family

ID=19862158

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9300442A NL9300442A (nl) 1993-03-11 1993-03-11 Stapelinrichting.

Country Status (5)

Country Link
US (1) US5465824A (nl)
EP (1) EP0614835B1 (nl)
AT (1) ATE168659T1 (nl)
DE (1) DE69411786T2 (nl)
NL (1) NL9300442A (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5860270A (en) * 1997-09-02 1999-01-19 The Procter & Gamble Company Apparatus and method for sealing packages
US5897291A (en) * 1997-10-07 1999-04-27 The Procter & Gamble Company Apparatus and method for forming arrays of articles for packaging
US5897292A (en) * 1997-10-07 1999-04-27 The Procter & Gamble Company Apparatus and method for forming arrays of articles for packaging
US6349815B1 (en) * 2000-02-14 2002-02-26 Peters Machinery Corporation In-line stacker machine for stacking cookies
ES2376134T3 (es) * 2008-06-13 2012-03-09 Advanced Nuclear Fuels Gmbh Dispositivo de transporte y de aislamiento.
CN109131995B (zh) * 2018-09-04 2024-05-28 佛山市瑞普华机械设备有限公司 单通道高速叠层系统

Family Cites Families (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE76464C (de) * E. H. BERGNER in Lichtenstein i. S Sichtbarer Inhaltsmesser für Gefäfse aller Art
DE1045892B (de) * 1956-05-08 1958-12-04 Haensel Junior G M B H Vorrichtung zum Bilden von verpackungsfaehigen Stapeln aus flachen, leicht zerbrechlichen Teilen, wie Keksen, Biskuits, Schokoladetaefelchen od. dgl.
US4413462A (en) * 1981-05-12 1983-11-08 Peters Machinery Co., Subsidiary Of Katy Industries Accumulator and stacker for sandwiched biscuits and the like
US4450949A (en) * 1982-12-06 1984-05-29 Five X Corporation Machine for transporting and stacking loaded cartons
IT1186550B (it) * 1984-08-14 1987-11-26 Gambetti Mario Baumer Apparecchiatura per l'impilamento di confezioni particolarmente negli impianti di imballaggio con nastro di materiale termorestringibile
US4759433A (en) * 1986-09-15 1988-07-26 Doboy Packaging Machinery, Inc. Continuous motion, in-line product stacking apparatus
IT1225033B (it) * 1988-07-29 1990-11-02 Wrapmatic Spa Apparecchiatura per la preparazione di strati di prodotti cilindrici quali carta in rotoli applicabile a monte di macchine per l'imballaggio degli stessi
DE3827063A1 (de) * 1988-08-10 1990-02-15 Schaefer & Flottmann Gmbh & Co Verfahren und einrichtung zum gruppenweisen stapeln von stapelelementen
IT1249951B (it) * 1991-07-04 1995-03-30 Cavanna Spa Dispositivo per la formazione di pile di articoli, particolarmente per impianti automatici di confezionamento

Also Published As

Publication number Publication date
EP0614835A1 (en) 1994-09-14
DE69411786T2 (de) 1999-02-25
ATE168659T1 (de) 1998-08-15
US5465824A (en) 1995-11-14
EP0614835B1 (en) 1998-07-22
DE69411786D1 (de) 1998-08-27

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US3872647A (en) Carton loader
US4986407A (en) Apparatus for controlling the path of transportation of articles
NL8803110A (nl) Inrichting voor het vormen van groepen van voorwerpen, in het bijzonder voor automatische verpakkingsstraten.
US6793064B2 (en) Retractable transfer device metering and product arranging and loading apparatus and methods
US3845852A (en) Carton loader
JPS6366686A (ja) 所定個数の物品を計数し容器に投入する装置
US5092447A (en) Pattern-forming conveyor apparatus for container palletizing
NL9300909A (nl) Transportinrichting.
US5450941A (en) Apparatus for separating, conveying and grouping flat items
US9434556B2 (en) Egg chain gripper actuating device and egg transfer device
IE872424L (en) Arranging of food products before packaging
DK165588B (da) Indretning til selektiv overfoering af artikler fra en til flere transportoerer
JP2000502024A (ja) コミッション装置
KR100600927B1 (ko) 물품 분류 장치
NL9001737A (nl) Werkwijze en inrichting voor het toevoeren van flessen en dergelijke.
AU692928B2 (en) Packaging machine with metering wheels
US4498273A (en) System for packaging ice-cream cones and like articles
US20030234156A1 (en) Retractable transfer device metering and product arranging apparatus and methods
NL9300442A (nl) Stapelinrichting.
EP0749920B1 (en) Article distribution apparatus
JPH0729687B2 (ja) 物品分配装置
NL7906965A (nl) Stelsel voor het toevoeren van voorwerpen.
US5697201A (en) Cartoner clean out method
NL1006157C2 (nl) Afneem- en inleginrichting voor hoogkant gepositioneerde platte produkten.
JPH06227650A (ja) 球形または楕円形製品の搬送装置

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed