NL1021836C2 - Werkwijze voor het vervaardigen van een warenhuis. - Google Patents

Description

Werkwijze voor het vervaardigen van een warenhuis

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een warenhuis met tenminste één raam dat 5 geopend en gesloten kan worden, waarbij tussen een aan de raamopening begrenzende openingrand en een raamrand een vervormbaar insectengaas voor het tegenhouden van insecten is aangebracht.

Een dergelijk warenhuis is beschreven in het 10 Nederlands octrooi 193434. Bij het vervaardigen van het warenhuis dat hierin beschreven staat, wordt tussen de raamopening grenzende openingrand en de raamrand een geconfectioneerd insectengaas aangebracht, dat is voorbewerkt. Deze voorbewerking van het insectengaas heeft 15 zijn weerslag op de inspanning die nodig is voor het vervaardiging van het warenhuis in zijn totaliteit, met name indien het totale oppervlak van de te bedekken raamopeningen groot is. Dit wordt met name veroorzaakt door het confectioneren van het gaas, dat een arbeidsintensief proces 20 is en/of aanvullende apparatuur vereist.

De uitvinding stelt tot doel een werkwijze te verschaffen voor het vervaardigen van een warenhuis van het bovengenoemde type, die in zijn totaliteit minder arbeidsintensief en/of kostenbesparend is. Dit doel wordt 25 bereikt door bij het vervaardigen van het warenhuis de raamopening af te dekken door een ongeconfectioneerd insectengaas aan te brengen tussen een aan de raamopening begrenzende openingrand en de raamrand.

De uitvinding heeft derhalve betrekking op een 30 werkwijze welke omvat: (a) het verschaffen van een warenhuis met tenminste één raam dat geopend en gesloten kan worden 4 n o 1 ft 3 β I (b) het verschaffen van aangrijppunten langs stijlen en H dorpel van de raamrand en roeden en kalf van de openingrand I en aangrijpmiddelen, die hierop kunnen aangrijpen I (c) het verschaffen van een ongeconfectioneerd I 5 insectengaas en het bevestigen van het ongeconfectioneerd I insectengaas langs stijlen en dorpel van de raamrand en I roeden en kalf van de openingrand door het maken van een I aangrijpende verbinding tussen aangrijppunten en aangrijpmiddelen, waardoor een bevestigd gaasvlak I 10 gedefinieerd wordt waarmee de raamopening afgedekt wordt.

(d) het verschaffen van een elastisch trekorgaan en het in hoofdzaak in langsrichting van een vouwlijn spannen daarvan om het gaasvlak, waardoor dit ten minste enigszins vernauwd wordt 15 De werkwijze volgens de uitvinding heeft als voordeel dat zij gebruik maakt van een ongeconfectioneerd insectengaas. Dat wil zeggen, een insectengaas waaraan geen functioneel naai en/of stikwerk is aangebracht, bijvoorbeeld om 2 of meer gaasdelen bij elkaar te houden en/of met elkaar 20 te bevestigen en/of om te dienen als aangrijppunt voor toegepaste elastische trekmiddelen. Dit vereenvoudigt het vervaardigen van het warenhuis in zijn totaal, aangezien het H confectioneren een arbeidsintensieve en kostbare H voorbewerking is.

H 25 In de werkwijze volgens de uitvinding kan het H insectengaas klemmend bevestigd worden tussen een klemstijl H en een klemlijst. Het zal voor de vakman duidelijk zijn dat H ook andere eenvoudig toepasbare methoden voor het bevestigen van het insectengaas toepasbaar zijn, zoals het lijmen, het H 30 gebruik van een klitband, popnagelen, en dergelijke.

Daarnaast is het bijzonder voordelig om aangrijppunten, zoals klemstijlen, te integreren in de profielen van de stijlen en dorpel van de raamrand en roeden en kalf van de openingrand.

1021836 3

Het elastisch trekorgaan wordt bij voorkeur langs de roeden en het kalf van de openingsrand gelegd, alvorens de raamopening volledig wordt afgedekt met het insectengaas. Hierdoor wordt voorkomen dat het elastisch trekorgaan rondom 5 het gaasvlak wordt aangebracht, nadat het gaasvlak gesloten is, waardoor het noodzakelijk zou zijn om het dak te betreden voor het aanbrengen van het elastisch trekorgaan. Na het afdekken van de raamopening kan het trekorgaan alsnog gespannen worden, door haar aan te trekken en/of haar lengte 10 enigszins te verkorten.

Na het bevestigen van tenminste een deel van het insectengaas, wordt het dusdanig op maat gebracht, dat het deel dat buiten het bevestigde gaasvlak valt vrijwel volledig verwijderd wordt. Door het op maat maken van het insectengaas 15 bij de montage hiervan, kan het insectengaas van de rol af gesneden worden. Op alternatieve wijze kan het insectengaas vooraf nagenoeg op maat gebracht worden. Dit heeft als voordeel dat het bij de montage niet of nauwelijks noodzakelijk is om het insectengaas verder op maat te 20 brengen, wat de montage versnelt.

Voor het openen en sluiten van het raam kunnen bijvoorbeeld uitzetstangen verschaft zijn. Deze uitzetstangen kunnen aangrijpen op tussenprofielen, die tussen de einden van het raam zijn opgesteld. Hierdoor wordt voorkomen dat het 25 insectengaas in conflict komt met de uitzetstangen.

Tevens kunnen deze uitzetstangen aangrijpen op de transparante plaat van het raam, bijvoorbeeld door middel van scharniersteunen die op afstand van elkaar aan de transparante plaat zijn bevestigd, bijvoorbeeld doordat ze 30 hieraan zijn vastgelijmd. Ook hierbij heeft het de voorkeur indien de uitzetstangen aangrijpen op posities binnen de einden van het raam.

1021836 I In de werkwijze volgens de uitvinding kan verder I tenminste één aanvullend elastisch trekorgaan, de trekker, I dusdanig aan het gaasvlak aangebracht zijn, dat hiermee een I trekkracht uitgeoefend wordt die het gaasvlak verder de I 5 raamopening in trekt. De werking van de trekker versterkt de I werking van het eerste elastisch trekorgaan. In tegenstelling tot het eerste elastische trekorgaan, dat in hoofdzaak in I langsrichting van een vouwlijn van het gaas gespannen wordt, I wordt de trekker aan een zijde bevestigd aan het gaasvlak en H 10 wordt op spanning gebracht door de andere zijde op een I positie binnen het warenhuis te bevestigen zoals aan de H uitzetstangen. Voor de bevestiging van de trekker wordt geen H stikwerk toegepast als aangrijppunt. Dit kan bijvoorbeeld I door een klem toe te passen, die het gaas enigszins 15 samengrijpt en vastklemd. Het gebruik van aanvullende I elastische trekorganen is met name voordelig indien de raamopening een aanzienlijke lengte heeft, zoals bij een I volledige nokopening. Verder is dit voordelig indien bij het I sluiten van het raam het gaas in conflict komt met de I 20 uitzetstangen en/of ingeklemd wordt tussen roeden en I tussenstijlen. Het conflict tussen gaas en uitzetstangen doet H zich voor indien de uitzetstangen aangrijpen op posities nabij of op de einden van het raam.

H Indien het raam één of meer tussenstijlen omvat, die I 25 bij het sluiten van het raam samenvallen met een roede, raakt I het gaas bij het sluiten van het raam ingeklemd tussen de I roede en de tussenstijl. De trekker bevordert dat dit op een I ordelijke manier verloopt en het gaas een voldoende platte conformatie aanneemt om dit mogelijk te maken.

I 30 Het verdient echter de voorkeur om in de werkwijze I volgens de uitvinding een warenhuis te verschaffen, waarvan I het raam geen tussenstijlen omvat of waarvan de tussenstijlen I ‘S 0 2 1 Ö 3 8 5 bij het sluiten van het raam niet samenvallen met eventueel in de raamopening aanwezige roeden.

Indien klemstijlen en daarop aangrijpende klemprofielen worden toegepast heeft het verder voordeel als 5 in de werkwijze volgens de uitvinding de klemlijst langs de dorpel van het raam een condens afvoerkanaal omvat. Hierdoor wordt condensvocht dat tegen het raamoppervlak condenseert naar buiten toe afgevoerd. Dit voorkomt het druppelen van condensvocht op het gewas, wat een aantal voor de vakman 10 bekende voordelen heeft, zoals een verkleining van de kans op het ontstaan van besmettingen.

Het elastisch trekorgaan kan in zijn geheel vervaardigd zijn van een materiaal met elastische eigenschappen, zoals een elastiek, bijvoorbeeld gemaakt van 15 een materiaal op basis van siliconen. Daarnaast kan het ook slechts gedeeltelijk elastische eigenschappen vertonen. Hierbij kan gedacht worden aan een lichaam, dat een koord en één of meerdere veren omvat.

De uitvinding wordt verder uitgelegd aan de hand van 20 de volgende figuren die niet limiterende voorbeelden van de uitvinding beschrijven.

Figuur 1 toont een opengebroken perspectivisch aanzicht van een geopend raam van een warenhuis verkregen met de werkwijze volgens de uitvinding, gezien door het raam van 25 het warenhuis.

Figuren 2-5 tonen in doorsnede details uit figuur 1 bij de posities aangegeven met de pijlen II-V.

Figuur 6 toont een uitgeslagen gaasdoek uit een warenhuis zoals verkregen met de werkwijze volgens de 30 uitvinding.

Figuur 7 toont het afgedekte raam in geopende toestand van het warenhuis, dat volgens de werkwijze verkregen is.

<: -η · ; - 3 ? I Het warenhuis 1, dat in de werkwijze volgens de I uitvinding wordt verschaft omvat niet getekende kolommen, I door kolommen gedragen goten 2 (getoond in figuur 7), door de I kolommen gedragen spanten, nokprofielen 3, tussen de goten en 5 nokprofielen aangebrachte roeden 4 en tussen de roeden aangebrachte kalven 5.

I In de daken van het warenhuis zijn raamopeningen aanwezig, die worden afgesloten door een raam, dat geopend en I gesloten kan worden.

I 10 Langs de stijlen 6 en dorpel 7 van de raamrand en roeden 4 en kalf 5 van de openingrand zoals getoond in figuur 1 zijn klemlijsten 8 aangebracht. Langs deze klemlijsten is I het ongeconfectioneerd insectengaas 9 aangebracht, door het in te klemmen tussen de klemlijsten 8 en klemprofielen 10, 15 die hierop stevig aangrijpen. Hierdoor is het insectengaas stevig en vast verzekerd langs stijlen 6 en dorpel 7 van de raamrand en roeden 4 en kalf 5 van de openingrand, zoals met H meer detail te zien is in figuren 2-5.

Het insectengaas is ongeconfectioneerd en als 20 onbewerkt materiaal op een rol aangevoerd. Het is direct van de rol tussen de klemlijsten en klemprofielen ingeklemd. Van belang is dat de grootte van het aangeleverde gaas voldoende is om de raamopening volledig af te dekken.

H Zichtbaar is dat het insectengaas 9 slechts een klein H 25 overhangend uiteinde 15 heeft aan de zijde waar het de H raamopening niet afdekt. Dit deel 15 valt buiten het H bevestigde gaasvlak. Dit wordt bereikt door het insectengaas H 9 na het inklemmen tussen de klemlijst 8 en de het klemprofiel op maat te brengen door het langs de klemlijst af H 30 te snijden. Hierbij wordt zorggedragen, dat het overlappend einde voldoende groot is om te waarborgen, dat het insectengaas 9 veilig ingeklemd blijft.

7

Het zal voor de vakman duidelijk zijn, dat het mogelijk is om het insecten gaas eerst volledig rondom de openingrand en de raamrand in te klemmen en vervolgens op maat te brengen, maar dat het ook mogelijk is om het gaas 5 direct na het inklemmen tussen een klemlijst en een klemprofiel op maat te brengen.

Het zal voor de vakman duidelijk zijn dat het insectengaas daarnaast nagenoeg of volledig op maat gebracht aangeleverd kan worden.

10 Het verdient de voorkeur om het insectengaas met de zwaartekracht mee in te klemmen. Bijvoorkeur wordt een rechthoekig stuk gaas vanuit de nok eerst langs één van de stijlen 6 en vervolgens langs de dorpel 7 en de andere stijl 6 van het raam ingeklemd. Hierna wordt het langs de roeden 4 15 van de raamopening ingeklemd, waarna het vanuit ongeveer het midden van het kalf 5 naar de hoekpunten met de roeden 4 toe ingeklemd wordt. Hierbij worden de plooien 20 (figuur 7), die in de hoeken tussen de roeden 4 en het kalf 5 overblijven bijvoorkeur naar binnen ingeklapt en met de rest van het gaas 20 stevige en strak ingeklemd. De gevormde plooi wordt bij voorkeur naar binnen gevouwen zodat zij van de binnenzijde uit makkelijk aangrijpbaar is om ingeklemd te worden. Door gebruik te maken van deze volgorde kan op een makkelijke manier het gaas op strakke wijze ingeklemd worden langs de 25 raamrand en de opening rand. Een andere volgorde van inklemmen is echter ook goed mogelijk.

Na het inklemmen en op maat brengen van het insectengaas wordt een elastiek 16 gespannen rondom het gaasvlak. Door de spanning op dit elastiek wordt het gaasvlak 30 enigszins vernauwd en zal het enigszins verder plooien langs de plooilijnen 17. Bij het sluiten van het raam definieert het elastiek een vouwlijn van het gaas en zorgt het ervoor dat het gaas in de gevouwen toestand strak gespannen blijft

·; ► i ' ' i- -M. *.*N

-- 1 V V ":···' H en niet uithangt. In de geopende toestand van het raam houdt H het elastiek het gaas tevens onder spanning, waardoor beweging, bijvoorbeeld daar de wind, wordt voorkomen.

Hierdoor wordt de slijtage van het gaas verminderd. Het 5 elastiek wordt reeds voor het inklemmen van het insectengaas langs de openingrand gelegd, zodat het niet noodzakelijk is om het dek van het warenhuis te betreden om het elastiek aan te brengen. Vervolgens wordt het rondom het gaasvlak gespannen door haar lengte enigszins te verkorten en de 10 uiteinden te bevestigen ongeveer ter hoogte van de nok, bijvoorbeeld aan de nokschoorplaat van het warenhuis.

Figuur 6 toont in grote lijnen de vorm van het ongeconfectioneerde insectengaas, zoals aangebracht in de raamopening van figuur 1. Het rechter deel van het gaas is 15 volledig uitgelegd, terwijl in het linker deel van de figuur I de delen 21 en 22, die bij het ingeklemde gaas de plooien 20 vormen, zijn ingeklapt. Deel 23 dekt de raamopening af tussen de dorpel 7 en het kalf 5. Delen 24 en 25 dekken de raamopening af tussen de roeden 4 en de stijlen 6.

20 Het gaas kan op diverse manieren in vorm en maat gebracht worden. Onder ander door het op een rol aan te leveren en op maat te brengen na het inklemmen of door het I met de uiteindelijk vorm en maat aan te leveren. Van belang I is slechts dat het relatief onbewerkt is, doordat het 25 ongeconfectioneerd is.

I De specifieke vorm en maat kan van geval tot geval verschillen. Hierin bestaat tevens enige vrijheid, aangezien het insectengaas in zijn algemeenheid flexibel en buigzaam I 30 Figuur 7 toont een geopend raam van een warenhuis verkregen met de werkwijze volgens de uitvinding, gezien H vanaf de buitenzijde. Het insectengaas dekt de raamopening volledig af, zodat zowel de in- als uittrede van insecten l ί'*ΐ - 9 wordt voorkomen. Het raam omvat stijlen (niet getoond), die in de gesloten toestand van het raam niet samenvallen met de roede 18, die in de raamopening door loopt (niet getoond). Hierdoor wordt voorkomen dat het gaas in de gesloten toestand 5 van het raam ingeklemd raakt tussen de stijlen en de roede 18. De plooien 20 zijn gearceerd weergegeven.

Claims (11)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een warenhuis 5 met tenminste één raam dat geopend en gesloten kan worden, waarbij tussen een de raamopening begrenzende openingrand en een raamrand een vervormbaar insectengaas voor het tegenhouden van insecten is aangebracht welke werkwijze omvat: 10 (a) het verschaffen van een warenhuis met tenminste één II raam dat geopend en gesloten kan worden (b) het verschaffen van aangrijppunten langs stijlen en dorpel van de raamrand en roeden en kalf van de openingrand H en aangrijpmiddelen, die hierop kunnen aangrijpen H 15 (c) het verschaffen van een ongeconfectioneerd H insectengaas en het bevestigen van het ongeconfectioneerd H insectengaas langs stijlen en dorpel van de raamrand en roeden en kalf van de openingrand door het maken van een aangrijpende verbinding tussen aangrijppunten en H 20 aangrijpmiddelen, waardoor een bevestigd gaasvlak gedefinieerd wordt waarmee de raamopening afgedekt wordt. (d) het verschaffen van een elastisch trekorgaan en het spannen hiervan om het gaasvlak, in hoofdzaak in langsrichting van een vouwlijn om het gaasvlak, waardoor dit I 25 ten minste enigszins vernauwd wordt.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat I na het bevestigen van tenminste een deel van het insectengaas, het insectengaas dusdanig op maat gebracht wordt dat het deel dat buiten het bevestigde gaasvlak valt in I 30 hoofdzaak verwijderd wordt.

3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk dat I het verschafte insectengaas een afmeting heeft, die nagenoeg overeenkomt met de afmeting van het bevestigd gaasvlak.

4. Werkwijze volgens een der conclusies 1-3, met het kenmerk dat vóór het definiëren van het bevestigde gaasvlak het trekorgaan buiten de raamopening, in zijn algemeenheid langs de omtrek van de roeden en het kalf, geplaatst wordt.

5. Werkwijze volgens een der conclusies 1-4, met het kenmerk dat uitzetstangen verschaft zijn voor het openen en sluiten van het raam, welke uitzetstangen aangrijpen op tussen profielen die tussen de einden van het raam zijn opgesteld.

6. Werkwijze volgens een der conclusies 1-4, met het kenmerk dat uitzet stangen verschaft zijn voor het openen en sluiten van het raam, welke uitzetstangen aangrijpen op de transparante plaat van het raam door middel van scharnier steunen die op afstand van elkaar aan de transparante plaat 15 zijn bevestigd.

7. Werkwijze volgens een der conclusies 1-6, met het kenmerk dat verder tenminste één elastische trekorgaan dusdanig aan het gaasvlak aangebracht is, dat hiermee een trekkracht uitgeoefend wordt, die het gaasvlak de raamopening 20 in trekt.

8. Werkwijze volgens een der conclusies 1-7, met het kenmerk dat de klemlijst langs de dorpel een condensafvoerkanaal omvat.

9. Werkwijze volgens een der conclusies 1-8, met het 25 kenmerk dat het raam tussenstijlen omvat, die in de gesloten toestand van het raam niet samenkomen met de roeden van het dak van het warenhuis.

10. Werkwijze volgens een der conclusies 1-9, met het kenmerk dat de aangrijppunten geïntegreerd zijn op één of I 30 meer van de profielen, die de opening rand en/of de raamrand I vormen.

11. Werkwijze volgens een der conclusies 1-10, met het kenmerk dat het ongeconfectioneerd insectengaas in een I «Λ Π ' \ *.·· · su %#-o. geopende stand van het raam bevestigd wordt langs stijlen en dorpel van de raamrand en/of roeden en kalf van de ^R openingrand. -1. . .> f*',