BE1023261B1 - Zonwering - Google Patents

Zonwering Download PDF

Info

Publication number
BE1023261B1
BE1023261B1 BE2015/5440A BE201505440A BE1023261B1 BE 1023261 B1 BE1023261 B1 BE 1023261B1 BE 2015/5440 A BE2015/5440 A BE 2015/5440A BE 201505440 A BE201505440 A BE 201505440A BE 1023261 B1 BE1023261 B1 BE 1023261B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
profiles
seal
gutter
transverse
external
Prior art date
Application number
BE2015/5440A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1023261A1 (nl
Inventor
Louis Brutsaert
Original Assignee
Brustor, Naamloze Vennootschap
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Brustor, Naamloze Vennootschap filed Critical Brustor, Naamloze Vennootschap
Priority to BE2015/5440A priority Critical patent/BE1023261B1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1023261A1 publication Critical patent/BE1023261A1/nl
Publication of BE1023261B1 publication Critical patent/BE1023261B1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F10/00Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
    • E04F10/08Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of a plurality of similar rigid parts, e.g. slabs, lamellae

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Building Awnings And Sunshades (AREA)

Abstract

Zonwering met een draagconstructie (2) met een kader (3) met twee langsprofielen (6) en twee dwarsprofielen (7) die gesteund worden door steunpalen (4) waartussen zij zijn aangebracht en er met hun uiteinden (8) tegen bevestigd zijn, waarbij tussen de langsprofielen (6) lamellen (5) zijn aangebracht en waarbij lans de profielen (6,7) een goot is voorzien voor het afvoeren van regenwater via een steunpaal (4), daardoor gekenmerkt dat minstens één van de dwarsprofielen (7) voorzien is van een interne goot (17) die via een afvoeropening (18, 19) uitmondt in een steunpaal (4) en dat minstens één van de langsprofielen (6) voorzien is van een externe poot (12) die zich minstens één uiteinde (21) in verbinding staat met de interne goot (17) van dit dwarsprofiel (7) via een doorvoeropening (14) in de naar binnen gekeerde zijde (13) van het dwarsprofiel (7), waarbij een afdichting (15) is voorzien voor de afdichting van de aansluiting van dit uiteinde (21) van de externe goot (12) op het dwarsprofiel (7).

Description

Zonwering.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een zonwering, meer speciaal op een zonwering van het type dat gebruikt wordt om bijvoorbeeld een terras van schaduw te voorzien.
Zulke zonweringen zijn doorgaans voorzien van een draagconstructie bestaande uit een kader dat gesteund wordt door één of meer steunpalen, waarbij het kader is samengesteld uit holle profielen die met hun uiteinden tegen de steunpalen zijn bevestigd en waarbij tussen twee overliggende profielen van het kader evenwijdige lamellen op een afstand van elkaar zijn aangebracht.
In het BE 1.019.7 67 van de huidige aanvrager is zulke zonwering beschreven waarbij de lamellen verdraaibaar zijn rond hun lengteas tussen een positie waarbij de lamellen tegen elkaar aansluiten ter vorming van een gesloten afdak en een positie waarbij de lamellen vanuit deze aansluitende positie zijn weggedraaid ter vorming van lichtspleten die het licht doorlaten maar een rechtstreekse inval van de zonnestralen tegenhouden.
Voor het opvangen en afvoeren van het regenwater dat op de lamellen valt is het kader voorzien van goten die zich minstens onder één uiteinde van de lamellen uitstrekken, welke goten in het geval van het BE 1.019.767 rondom zijn aangebracht tegen de binnenzijde van de profielen van het kader.
In de hoeken van het kader, waar de goten tegen elkaar aansluiten, worden de aansluitingen afgekit met siliconen of dergelijke.
In de laagst gelegen hoek van de goot wordt een aansluitstuk voorzien tussen de uiteinden van de goten die naar deze hoek afwateren, waarbij dit aansluitstuk voorzien is van een stuk afvoerpijp dat via een opening in de profielen en in de steunpaal van de betreffende hoek aansluit op een regenpijp die in deze steunpaal is ingewerkt.
Het lekvrij uitvoeren van de aansluiting van de goten naar de regenpijp toe vergt heel wat afkitwerk met siliconen of dergelij ke.
Een nadeel van zulk afkitwerk is dat het tijdrovend is en dat een zekere deskundigheid vergt van de installateur om dit werk met goed resultaat zonder lekken ten einde te brengen en dit zonder dat het afkitwerk storend is voor het uitzicht van de afwerking van de zonwering.
Een ander nadeel is dat de goten aan de binnenzijde van het kader de open ruimte onder de lamellen enigszins beperken en daarmee ook de lichtinval onder de lamellen.
Een andere bekende uitvoering van zonwering maakt gebruik van profielen die voorzien van een interne goot en van een externe goot op de naar binnen gekeerde zijde van de profielen.
In eik profiel wordt bij de assemblage van de zonwering een doorgang gemaakt in de voornoemde naar binnen gekeerde zijde van het profiel teneinde het regenwater dat door de externe goten wordt opgevangen naar de interne goten te leiden van waaruit het afgevoerd via een regenpijp.
Ook in dit geval is bij de assemblage een aanzienlijke hoeveelheid afkitwerk nodig en de ervaring van een deskundig installateur.
Tevens is bij deze bekende uitvoeringsvorm de lichtinval onder de lamellen nadelig beperkt door de aanwezigheid van de externe goten.
Een ander nadeel is dat de interne goten op elkaar aan aansluiten via de binnenzijde van de steunpalen, waardoor de beschikbare ruimte bovenaan deze steunpalen bezet is door interne goten, welke ruimte anders benut zou kunnen worden voor andere zaken, zoals voor de aandrijving van de rotatie van de lamellen of van eventuele schermen die in de profielen geïntegreerd zijn zoals bekend uit het voornoemde BE 1.019.767.
Nog een ander nadeel is dat voor de fabricage van deze profielen relatief grote hoeveelheden grondstoffen zoals aluminium nodig zijn, wat de kostprijs van deze profielen nadelig beïnvloedt.
De huidige uitvinding heeft tot doel aan één of meer van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.
Hiertoe betreft de uitvinding een zonwering met een draagconstructie bestaande uit een kader met twee overstaande langsprofielen en twee dwarsprofielen die gesteund worden door één of meer steunpalen waartussen deze profielen zijn aangebracht en er met hun uiteinden tegen bevestigd zijn, waarbij tussen de twee langsprofielen evenwijdige lamellen zijn aangebracht voor het afschermen van de ruimte onder de lamellen en waarbij langs de profielen of een gedeelte ervan een goot is voorzien voor het afvoeren van regenwater dat op de lamellen valt en dat. wordt afgevoerd via minstens één van de steunpalen, met als kenmerk dat minstens één van de dwarsprofielen voorzien is van een interne goot die via een afvoeropening uitmondt in een steunpaal en dat minstens één van de langsprof ielen voorzien is van een externe goot die zich met minstens één uiteinde uitstrekt tot tegen dit dwarsprofiel en met dit uiteinde in verbinding staat met de interne goot van dit dwarsprofiel via een doorvoeropening in de naar binnen gekeerde zijde van het dwarsprofiel, waarbij een afdichting is voorzien voor de afdichting van de aansluiting van dit uiteinde van de externe goot op het dwarsprofiel (7).
Dankzij de toepassing van voornoemde afdichting is geen afkitwerk meer nodig om een lekvrij afwateringssysteem te bekomen.
De plaatsing van zulke afdichting vergt bovendien geen doorgedreven ervaring en kan ook worden gemakkelijk en professioneel worden uitgevoerd door een installateur zonder bijzondere vakkennis of opleiding.
Doordat de dwarsbalken niet noodzakelijk dienen voorzien te worden van een externe goot aan hun naar binnen gerichte zijde, kan een zonwering volgens de uitvinding ook meer licht doorlaten over een groter oppervlak dan bij de bekende zonweringen waar externe goten worden toegepast zowel op de langsprofleien als op de dwarsprofielen.
Bovendien kan men op die manier materiaal besparen aangezien de externe goten enkel op die plaatsen dienen voorzien te worden die nodig zijn voor een goede afvoer van het regenwater.
Bij voorkeur zijn beide langsprofielen over gans hun lengte voorzien zijn van een externe goot die met haar beide kopse uiteinden via een voornoemde doorvoeropening aansluit op de interne goot van de beide dwarsprofielen met toepassing van een voornoemde afdichting aan beide uiteinden van de langsprofielen.
Op die manier kan men er voor zorgen dat het gootsysteem van aansluitende interne en externe goten langs de volledige omtrek van het kader loopt en men dus de vrije keuze heeft via welke van de steunpalen in de hoeken van het kader het regenwater kan worden afgevoerd.
Bij voorkeur is de voornoemde afdichting meerdelig uitgevoerd met minstens een eerste deel dat zich uitstrekt rond een betreffende doorvoeropening in de naar binnen gekeerde zijde van het betreffende dwarsprofiel en een tweede deel dat in het betreffende uiteinde van de goot is vastgeklemd en dat tegen of in het eerste deel wordt aangedrukt of aangetrokken.
Dit vergemakkelijkt het verwezenlijken van een lekvrije afdichting tijdens assemblage van de zonwering.
Volgens een voorkeurdragend aspect van de uitvinding is het gedeelte waarmee het tweede deel in het eerste deel van de afdichting verbredend uitgevoerd in een richting weg van het eerste deel.
Dit biedt het voordeel dat wanneer tijdens montage van de afdichting het tweede deel in het eerste deel wordt aangedrukt of aangetrokken de buitenrand van het eerste deel zijdelings naar buiten wordt geduwd en wordt aangedrukt tegen de binnenzijde van het kopse uiteinde van de goot voor het verwezenlijken van een goede afdichting zonder noodzaak te moeten afkitten.
Bij voorkeur wordt de afdichting bevestigd door middel van een centrale bout waarmee het tweede deel van de afdichting in het eerste deel kan opgespannen worden om de buitenrand van het eerste deel stevig tegen de goot aan te drukken.
Bij voorkeur is er tussen de kopse uiteinden van de profielen van het kader en de steunpalen een vlakke afdichting aangebracht die minstens de contouren van de interne goot bedekt en die binnen deze contour van de interne goot voorzien is van of voorzien kan worden van een afvoeropening naar de betreffende steunpaal of een daarin geïntegreerde regenpijp.
Op die manier kan op vrij eenvoudige manier worden gekozen via welke steunpaal men het regenwater zal afvoeren door eenvoudigweg ter plaatse van de gekozen steunpaal een afvoerdoorgang te maken in de vlakke afdichting.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven van een zonwering volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin:
Figuur 1 schematisch en in perspectief een zonwering volgens de uitvinding weergeeft;
Figuur 2 op grotere schaal en in gedemonteerde toestand de hoekverbinding toont die in figuur 1 met F2 is aangeduid;
Figuur 3 een zicht weergeeft van figuur 2 maar gezien in een richting die in figuur 2 met F3 is aangeduid; Figuur 4 een doorsnede weergeeft volgens lijn IV-IV in figuur 3. figuur 5 op grotere schaal het gedeelte weergeeft dat in figuur 3 met pijl F5 is aangeduid; figuur 6 een zicht weergeeft zoals dit van figuur 3 maar tijdens assemblage van de zonwering van figuur 1; figuur 7 een doorsnede weergeeft volgens lijn VII-VII van figuur 6.
De in figuur 1 weergegeven zonwering 1 bevat in hoofdzaak een draagconstructie 2 bestaande uit een kader 3 dat gesteund wordt door holle steunpalen 4 en waarin evenwijdige lamellen 5 op een afstand van elkaar zijn aangebracht.
Het kader 3 is samengesteld uit twee overstaande holle langsprofleien 6 waartussen de lamellen 5 zijn aangebracht en uit twee overstaande holle dwarsprofielen 7 uit aluminium of dergelijk.
De profielen 6 en 7 zijn tussen de steunpalen 4 aangebracht en zijn er met hun kopse uiteinden 8 tegen bevestigd met tussenkomst van een vlakke afdichting 9 zoals weergegeven in figuur 2, welke afdichting 9 in het weergegeven voorbeeld de volledige omtrek van de kopse uiteinden 9 van de profielen 6 en 7 afdekt.
De lamellen 5 zijn bij voorkeur verdraaibaar rond hun lengteas 10 door middel van een aandrijfmechanisme 11, waarbij de lamellen 5 verdraaibaar zijn tussen een liggende gesloten stand zoals weergegeven in figuur 3 waarbij de lamellen 5 tegen elkaar aansluiten om aldus als het ware een gesloten dak te vormen en een opstaande open stand met lichtspleten tussen de lamellen 5 om het zonlicht door te laten indien gewenst.
In de lamellen 5 is een gootje 5' voorzien dat zich uitstrekt over de lengte van de lamellen 5 met de bedoeling regenwater dat door de lamellen 5 wordt opgevangen af te voeren naar de langsprof ielen 6 waar het kan opgevangen worden in externe goten 12 die zijn aangebracht op de naar elkaar gekeerde zijden 13 van de langsprofielen 6, met andere woorden op de naar binnen gekeerde zijden van het kader 3 zoals weergegeven in de figuren 3 en 6.
De externe goten 12 strekken zich uit over de ganse lengte van de langsprofleien 6 en sluiten aan op de naar binnen gekeerde zijde 13 van de dwarsprofielen 7 ter hoogte van een doorvoeropening 14 met een afdichting 15 via dewelke de externe goot 12 uitmondt in een interne kamer 16 van een betreffend dwarsprofiel 7 die dient als een interne goot 17 die via een afvoeropening 18 in de steunpalen 4 in verbinding kan gesteld worden met de holle ruimte van een steunpaal 4 waartegen het dwarsprofiel 7 met een kops uiteinde 8 is bevestigd.
De afvoeropening 18 kan naar wens afgesloten zijn door de voornoemde vlakke afdichting 9 die zich uitstrekt over de contouren van de interne goot 17 of kan gebruikt worden om regenwater naar de holle ruimte van een steunpaal 4 af te voeren door, zoals in streeplijn weergegeven in figuur 2, bij montage in de vlakke afdichting 9 een gat 19 te voorzien ter plaatse van de interne goot 17. ïn de steunpaal 4 kan een regenpijp worden voorzien die het regenwater naar de grond kan afvoeren.
Door het selectief al of niet aanbrengen van gaten 19 in de vlakke dichtingen 9 tussen de kopse uiteinden 8 van de dwarsprofielen 7 en de steunpalen 4 kan het regenwater via een aldus opgelegde weg worden afgevoerd naar een steunpaal 4 naar keuze, bijvoorbeeld in functie van het rioleringsplan ter plaatse.
Door de twee langsprofielen 6 te voorzien van een externe goot 12 en aan elk uiteinde van deze externe goten 12 een doorvoer 14-19 te voorzien naar een interne goot 17 van een daarop aansluitend dwarsprofiel 7 kan een volledig rondgaand gotensysteem worden verwezenlijkt met twee externe goten 12 aan de langsprofielen 6 die met elkaar verbonden zijn door de interne goten 16 van de dwarsprofielen 7.
Het is duidelijk dat een volledig rondgaand gotensysteem niet noodzakelijk is en slechts een deel van zulk gotensysteem ook tot de mogelijkheden behoort van de uitvinding.
Het is ook duidelijk dat het hiervoor niet nodig is om de dwarsprofielen 7 te voorzien van externe goten 16, waardoor een materiaalbesparing kan verwezenlijkt worden.
In het weergegeven voorbeeld van de tekeningen zijn de langsprofielen 6 en dwarsprofielen 7 dezelfde en zijn deze profielen 6,7 op hun naar binnen gerichte zijde 13 voorzien van een gleuf 20 waarin een voornoemde externe goot 12 kan bevestigd worden, bijvoorbeeld door inschuiven of vastklikken zoals weergegeven in figuur 4.
De voornoemde afdichting 15 aan de kopse uiteinden 21 van de externe goten 12 is tweedelig uitgevoerd in rubber of dergelijke met een eerste deel 15' dat zich uitstrekt rond een betreffende doorvoeropening 14 in het dwarsprofiel 7 en een tweede deel 15" dat in het betreffende kopse uiteinde 21 van de goot 12 is vastgeklemd en dat tegen of in het eerste deel 15' wordt aangedrukt of aangetrokken.
Het eerste deel 15' van de afdichting 15 is in de voornoemde gleuf 20 van het dwarsprofiel 7 bevestigd en is langs haar omtrek voorzien van een doorlopende rib 22 die past tegen de binnenzijde van het betreffende kopse uiteinde 21 van de externe goot 12.
De rib 15 is bovenaan steviger uitgevoerd in de vorm van een balkvormige ribbe 23 waarmee dit deel 15' tegen de bovenrand rust van de voornoemde gleuf 20 in het dwarsprofiel 7.
De rib 22 van het eerste deel 15' van de afdichting 15 vormt een zitting voor een vooruitstekend conisch uitlopend gedeelte 24 van het tweede deel 15" waarmee dit tweede deel 15" mee in het eerste deel 15' zit.
De afdichting 15 wordt zoals weergegeven in figuur 6 vastgehouden door middel van een centrale bout 25 die doorheen een aanspanbus 26 van het tweede deel 15" is vastgeschroefd, bijvoorbeeld in een blindklinkmoer 27 die, zoals weergegeven in figuur 5, centraal in de doorvoeropening 14 van het dwarsprofiel 7 is bevestigd op een kruis 28 of dergelijke dat de doorvoeropening 14 overbrugt.
Bij het aanspannen van de bout 25 worden het eerste deel 15' en het tweede deel 15" van de afdichting 15 aangetrokken tegen de zijde 13 van de dwarsbalk 7 en wordt tegelijkertijd de rib 22 van het eerste deel 15' door het conisch gedeelte 24 van het tweede deel 15" van de afdichting 15 zijdelings aangedrukt tegen de binnenzijde van de externe goot 12.
Op deze manier kan een lekvrije haakse verbinding worden gerealiseerd tussen de externe goot 12 en het daarop aansluitend dwarsprofiel 7 zonder dat een afdichtingskit dient te worden toegepast.
In het voorbeeld zoals beschreven is de kamer 16 die de interne goot 17 vormt van de profielen 6 en 7 een gesloten kamer 16, alhoewel dit niet. strikt noodzakelijk is.
Naast de gesloten kamer 16 bezitten de profielen 6 en 7 nog een tweede gesloten kamer 29, waarbij tussen de twee kamers 16 en 29 een ruimte is die aan één zijde afgesloten is door een voornoemde zijde 13 en aan de andere zijde open is om er een oprolbaar windscherm of zonnescherm 31 zoals weergegeven in figuur 1 in te kunnen bevestigen.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch een zonwering volgens de uitvinding kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (12)

  1. Conclusies . 1. " Zonwering met een draagconstructie (2) bestaande uit een kader (3) met twee overstaande langsprof ielen (6) en twee dwarsprofielen (7) die gesteund worden door één of meer steunpalen (4) waartussen deze profielen (6,7) zijn aangebracht en er met hun uiteinden (8} tegen bevestigd zijn, waarbij tussen de twee langsprofielen (6) evenwijdige lamellen (5) zijn aangebracht voor het af schermen van de ruimte onder de lamellen (5) en waarbij langs de profielen (6,7) of een gedeelte ervan een goot is voorzien voor het afvoeren van regenwater dat op de lamellen (8) valt en dat wordt afgevoerd via minstens één van de steunpalen (4), daardoor gekenmerkt dat minstens één van de dwarsprofielen (7) voorzien is van een interne goot (17) die via een afvoeropening (18,19) uitmondt in een steunpaal (4) en dat minstens één van de langsprofielen (6) voorzien is van een externe goot (12) die zich met minstens één uiteinde (21) uitstrekt tot tegen dit dwarsprofiel (7) en met dit uiteinde (21) in verbinding staat met de interne goot (17) van dit dwarsprofiel (7) via een doorvoeropening (14) in de naar binnen gekeerde zijde (13) van het dwarsprofiel (7), waarbij een afdichting (15) is voorzien voor de afdichting van de aansluiting van dit uiteinde (21) van de externe goot (12) op het dwarsprofiel (7).
  2. 2. - Zonwering volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat voor de afdichting van de hoekverbinding tussen de profielen (6,7) van het kader (3) geen afdichtingskit is toegepast,
  3. 3. - Zonwering volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de dwarsbalken (7) niet voorzien zijn van een externe goot {12). 4. ~ Zonwering volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat beide langsprofielen (6) over gans hun lengte voorzien zijn van een externe goot (12) die met haar beide uiteinden (21) via een voornoemde doorvoeropening (14) aansluit op de interne goot (17) van de dwarsprofielen (7) met toepassing van een voornoemde afdichting (15) aan beide uiteinden van de langsprofielen (6) . 5. ~ Zonwering volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat minstens één van de interne goten (17) van de dwarsprofielen (7) via een afvoeropening (18) in een aangrenzende steunpaal (4) uitmondt in een regenpijp die is geïntegreerd in deze steunpaal (4).
  4. 6. - Zonwering volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt, dat de langsprof ielen (6) en dwarsprofielen (7) dezelfde zijn en dat zij op de naar binnen gekeerde zijden (13) van het kader (4) zijn voorzien van een gleuf (20) waarin een voornoemde externe goot (12) kan bevestigd worden of zijn.
  5. 7. - Zonwering volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde afdichting (15) meerdelig is uitgevoerd met minstens een eerste deel (15') dat zich uitstrekt rond een betreffende doorvoeropening (14) in de naar binnen gekeerde zijde (13) van het betreffende dwarsprofiel (7) en een tweede deel (15") dat in het betreffende uiteinde (21) van de externe goot (12) is vastgeklemd en dat tegen of in het eerste deel (15') wordt aangedrukt of aangetrokken.
  6. 8. - Zonwering volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat het eerste deel (15') van de afdichting (15) in de voornoemde gleuf (20) van het dwarsprofiel (7) wordt bevestigd.
  7. 9. - Zonwering volgens conclusie 7 of 8, daardoor gekenmerkt dat het eerste deel (15') van de afdichting (15) voorzien is van een doorlopende rib (22) die past tegen de binnenzijde van het betreffende uiteinde (21) van de externe goot (12) en die een zitting vormt voor minstens een gedeelte (24) van het tweede deel (15") van de afdichting (15) waarmee het tweede deel (15") in het eerste deel ( 15') zit. 10. " Zonwering volgens conclusies 8, daardoor gekenmerkt dat het gedeelte (24) waarmee het tweede deel (15") in het eerste deel (15') van de afdichting (15) zit versmallend uitloopt in de richting van het eerste deel (15').
  8. 11. - Zonwering volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt dat zij is voorzien van middelen om het tweede deel (15") met het voornoemde versmallend gedeelte (24) in het eerste deel (15') aan te spannen om de voornoemde rib (22) van het eerste deel (15') tegen de binnenzijde van de externe goot (12) afdichtend aan te drukken.
  9. 12. - Zonwering volgens één van de conclusies 7 tot 11, daardoor gekenmerkt dat de dwarsprofielen (7) zijn voorzien van een moer (27) en dat het eerste en het tweede deel (15',15") van de afdichting (15) zijn opgespannen tegen het dwarsprofiel (7) en tegen de daarop aansluitende externe goot (12) door middel van een bout (25) die in de moer (27) is aangeschroefd.
  10. 13. - Zonwering volgens conclusie 12, daardoor gekenmerkt dat de moer (27) een blindklinkmoer is die bevestigd is op een kruis dat de doorvoeropening (14) overbrugt.
  11. 14. - Zonwering volgens één van de voorgaande conclusies 8 tot 13, daardoor gekenmerkt dat het eerste en het tweede deel (15', 15") van de afdichting (15) de omtrek van de doorvoeropening (14) volledig omsluiten, waarbij het eerste deel (15') bovenaan voorzien is van een ribbe (23) waarmee dit deel (15') tegen een rand rust van de voornoemde gleuf (20) in het dwarsprofiel (7).
  12. 15. - Zonwering volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat tussen de kopse uiteinden (8) van de profielen (6,7) van het kader (3) en de steunpalen (4) een vlakke afdichting (9) is aangebracht die minstens de contouren van de interne goot (17) bedekt en die binnen deze contour van de interne goot (17) voorzien is van of voorzien kan worden van een afvoeropening (19) naar de betreffende steunpaal (4) of een daarin geïntegreerde regenpijp.
BE2015/5440A 2015-07-10 2015-07-10 Zonwering BE1023261B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2015/5440A BE1023261B1 (nl) 2015-07-10 2015-07-10 Zonwering

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2015/5440A BE1023261B1 (nl) 2015-07-10 2015-07-10 Zonwering

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1023261A1 BE1023261A1 (nl) 2017-01-16
BE1023261B1 true BE1023261B1 (nl) 2017-01-16

Family

ID=54330546

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2015/5440A BE1023261B1 (nl) 2015-07-10 2015-07-10 Zonwering

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1023261B1 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1026031B1 (nl) * 2018-02-20 2019-09-20 Brustor Nv Zonwering

Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1019767A3 (nl) * 2011-01-14 2012-12-04 Brustor Nv Zonwering.

Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1019767A3 (nl) * 2011-01-14 2012-12-04 Brustor Nv Zonwering.

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
BE1026031B1 (nl) * 2018-02-20 2019-09-20 Brustor Nv Zonwering

Also Published As

Publication number Publication date
BE1023261A1 (nl) 2017-01-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1019767A3 (nl) Zonwering.
US9422722B2 (en) Mesh gutter cover
KR101609977B1 (ko) 루프어닝 장치
BE1021848B1 (nl) Lamellendak
CA2783834C (en) Eavestrough cover
WO2014136095A1 (en) Lamellar roof
BE1023261B1 (nl) Zonwering
CA2966004A1 (en) Integrated support system and canopy
DE3712813A1 (de) Dachfensterkonstruktion
EP2360342A3 (de) Kunststoff-Blendrahmen mit wetterseitiger Vorsatzschale aus Metall
BE1026031B1 (nl) Zonwering
BE1025403B1 (nl) Scherminrichting
CA3079336A1 (en) Louvered pergola
KR101570105B1 (ko) 주차용 차양 장치
ITBO20060265A1 (it) Gruppo antigoccia per tendoni di copertura
FR2693228A1 (fr) Structrure écran à gradient de luminosité variable notamment pour tête de tunnel.
JP2006112120A (ja) 野外用テント
BE1028224A1 (nl) Een overkapping
JP5000753B2 (ja)
NL1026979C2 (nl) Dakkapel en werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke dakkapel.
BE1022424B1 (nl) Scherminrichting
FR2473596A1 (fr) Toiture pliable perfectionnee
KR200272629Y1 (ko) 텐트용 천막 결합구조
NL2028725B1 (nl) Terrasoverkapping
JP2006274665A (ja) 屋根