NL1017406C2 - Ophangorgaan voor een gewas alsmede een werkwijze voor het telen daarvan. - Google Patents

Ophangorgaan voor een gewas alsmede een werkwijze voor het telen daarvan. Download PDF

Info

Publication number
NL1017406C2
NL1017406C2 NL1017406A NL1017406A NL1017406C2 NL 1017406 C2 NL1017406 C2 NL 1017406C2 NL 1017406 A NL1017406 A NL 1017406A NL 1017406 A NL1017406 A NL 1017406A NL 1017406 C2 NL1017406 C2 NL 1017406C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
crop
suspension member
free
wire
member according
Prior art date
Application number
NL1017406A
Other languages
English (en)
Inventor
Cornelis Pellikaan
Original Assignee
Agrarisch Loonbedrijf C Pellik
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Agrarisch Loonbedrijf C Pellik filed Critical Agrarisch Loonbedrijf C Pellik
Priority to NL1017406A priority Critical patent/NL1017406C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1017406C2 publication Critical patent/NL1017406C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/12Supports for plants; Trellis for strawberries or the like
    • A01G9/128Fixing of plants to supports, e.g. by means of clips

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Supports For Plants (AREA)

Description

Ophangorgaan voor een gewas alsmede een werkwijze voor het telen daarvan.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een ophangorgaan voor een gewas omvattende een langwerpig deel voor het daarop aanbrengen van ophangmiddelen voor 5 dat gewas, welk langwerpig deel aan het in de gebruikstoestand vrije boveneinde van bevestigingsmiddelen daarvoor voorzien is.
Dergelijke ophangorganen zijn in de stand der techniek algemeen bekend. Verwezen wordt naar de Europese aanvrage 989548342 ten name van Agrarisch Loonbedrijf Pellikaan.
10 Daarbij worden stijve of slappe draden aan een constructie bevestigd en aan dergelijke draden kunnen klemmen bevestigd zijn. Deze klemmen kunnen anderzijds aangrijpen op het gewas. Op dergelijke wijze kan op eenvoudige wijze bij het groeien van het gewas verplaatsing van het gewas ten opzichte van de draad plaatsvinden.
In de stand der techniek zijn eveneens andere methoden voorgesteld om gewas 15 aan een ophangconstructie te bevestigen. Zo is het bekend bij een stijve draad het gewas met behulp van een buigzame draad door wikkelen daaraan te bevestigen. Verplaatsing is in een dergelijk geval moeizamer.
In de stand der techniek zijn eveneens bevestigingen voorgesteld met behulp van ringen. Deze ringen worden met behulp van een ringmachine zodanig aangebracht dat 20 de gewasstengel aan de draad hangt.
Uit EP 0338801 is een tomaathaak bekend welke nabij het uiteinde voorzien is van een haak welke hetzij aan een draad opgehangen kan worden, hetzij gebruikt kan worden voor het ondersteunen van een plantdeel.
In kas en ook bij andere groeisystemen worden planten met verschillende 25 ouderdom door elkaar gekweekt. Indien deze bijvoorbeeld in goten gekweekt worden, of op de grond, ontstaat daaruit een verschillende hoogte van de toppen. Dit betekent dat het oogsten van gewas zoals paprika's en tomaten eveneens op verschillende hoogten uitgevoerd dient te worden. Dit heeft als nadeel dat het personeel in de kas voortdurend op verschillende hoogten moet werken. Bovendien betekent dit dat 30 automatisering niet eenvoudig te verwezenlijken is. Bovendien is het verplaatsen langs de draad van het gewas omslachtig.
Het is het doel van de onderhavige uitvinding in een ophangorgaan voor gewas te voorzien waarmee het eenvoudiger is behandelingen aan het gewas uit te voeren zodat 1017406* 2 het tevens mogelijk wordt bepaalde handelingen te automatiseren. Dit doel wordt bij een hierboven beschreven ophangorgaan voor een gewas verwezenlijkt doordat het in de gebruikstoestand vrije benedeneinde voorzien is van met dat vrije benedeneinde verbonden draagmiddelen voor dat gewas. Volgens de uitvinding bestaat een vast punt 5 op het langwerpige deel waar het gewas gefixeerd wordt. Bij voorkeur is het overeenkomstige vaste deel van het gewas het deel dat geoogst moet worden. Dit is echter niet absoluut noodzakelijk. Bij groei of na het oogsten van het gewas wordt de verbinding tussen ophangorgaan en gewas ter plaatse verbroken maar blijven de overige verbindingen tussen ophangorgaan en gewas gehandhaafd. Het gewas kan 10 vervolgens samen met de bevestigingen daarvan eenvoudig langs de draad naar beneden schuiven totdat het volgende punt van het gewas dat verbonden moet worden met de draagmiddelen bij die draagmiddelen ligt.
Daarmee is het bijvoorbeeld mogelijk de hoogste of laagste delen van een gewas alle op dezelfde hoogte te brengen. Daardoor wordt het geautomatiseerd oogsten van 15 dergelijke voortbrengselen op dezelfde hoogte op eenvoudige wijze mogelijk.
De draagmiddelen kunnen op velerlei wijze uitgevoerd zijn. Volgens een eerste variant is aan het benedeneinde van het langwerpige deel een zich in een horizontaal vlak uitstrekkend gekromd stijf deel aangebracht aldan niet voorzien van een invoerspleet. Het gewas kan op dit horizontale deel rusten en door het doorknippen van 20 het deel dat op dit horizontale deel rust, kan de verbinding op eenvoudige wijze weggenomen worden en kan het gewas verder naar beneden geschoven worden. Dit geldt in het bijzonder voor gewassen waarbij een aanzienlijk afmetingsverschil bestaat tussen bladeren en te oogsten voortbrengselen. Daarbij kunnen de bladeren door de in het horizontale vlak aangebrachte ringvormige opening geschoven worden en blijft het 25 opvolgende te oogsten deel van het gewas op de draagmiddelen liggen. Pas na het volgroeien wordt de verbinding met het gewas verbroken en kan het gewas weer naar beneden geschoven worden.
Het is echter ook mogelijk het langwerpige deel nabij het ondereinde van een aanslag te voorzien en daarop afzonderlijke klemmiddelen voor het gewas aan te 30 brengen. Dergelijke klemmiddelen worden beschreven in de bovengenoemde Europese octrooiaanvrage 989548342.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een werkwijze voor het telen van een gewas, omvattende het bevestigen daarvan aan een ophangorgaan en het verplaatsen f017406* 3 van dat gewas ten opzichte van het ophangorgaan, waarbij, dat die verplaatsing omvat het nabij het vrije einde van dat ophangorgaan wegnemen van de verbinding tussen dat ophangorgaan en dat gewas, het naar beneden verplaatsen van het gewas en het weer bevestigen van het gewas nabij dat vrije benedeneinde.
5 De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van in de tekening afgebeelde uitvoeringsvoorbeelden verduidelijkt worden. Daarbij tonen: fig. 1 zeer schematisch gebruik van twee verschillende ophangorganen volgens de uitvinding in een kas; fig. 2 schematisch een eerste uitvoeringsvorm van het ophangorgaan volgens de 10 uitvinding; fig. 3 schematisch een tweede uitvoeringsvorm van het ophangorgaan volgens de uitvinding; en fig. 4 schematisch een verdere uitvoering van een ophangmiddel toont.
In fig. 1 is met 1 schematisch een deel van een kas aangegeven. Begrepen zal 15 worden dat de onderhavige uitvinding bij elk stelsel voor het optillen van gewas gebruikt kan worden, zowel buiten als binnen.
Een met 2 aangegeven ophangdraad is aanwezig als ophangconstructie. Ook daarvoor geldt dat elke andere constructie bekend in de stand der techniek toegepast kan worden. Aan de ophangdraad 2 hangen ophangorganen 3 en 13. Ophangorgaan 3 20 bestaat zoals uit fig. 2 blijkt uit een langwerpig deel 5, uit een verhoudingsgewijs stijve draad. Het boveneinde dat als bevestiging dient met de ophangdraad 2 is met 4 aangegeven. Het benedeneinde is voorzien van een verdikking die dient als aanslag en welke aangegeven is met 6. Verscheidene klemmen 10 zijn aanwezig. Deze klemmen 10 zijn voorzien van twee openingen 7 en 8. Opening 7 dient voor het aangrijpen van 25 een deel van het gewas zoals de steel, terwijl opening 8 uitgevoerd is voor aangrijping met het langwerpige deel 5. Handgrepen 9 zijn aanwezig en bij het naar elkaar toe bewegen daarvan worden beide openingen 7 en 8 enigszins geopend zodat klemmen plaats kan vinden. Voorbeelden van dergelijke klemmen worden beschreven in de Europese aanvrage 989548342.
30 In fig. 3 is een variant van de in fig. 2 weergegeven constructie getoond en daarbij is het ophangorgaan in het geheel met 14 aangegeven. Ook hier is sprake van een verhoudingsgewijs stijf draaddeel 15 dat nabij het vrije boveneinde voorzien is van een bevestigingshaak 14. Het vrije benedeneinde is ten opzichte van de in fig. 2 1017406" 4 getoond constructie principieel afwijkend uitgevoerd. In plaats van een aanslag is het einddeel 16 voorzien van een omgezet draaddeel 17. Dit is ringvormig uitgevoerd en begrenst daarbinnen een opening. De ring is niet volledig gesloten en een inbrengspleet 18 is aanwezig.
5 Het met ophangorgaan 2 verbonden gewas is met 12 aangegeven in fig. 1 terwijl het met ophangorgaan 13 verbonden gewas met 22 aangegeven is.
De hierboven beschreven constructie werkt als volgt. In beide gevallen wordt een te oogsten deel van het gewas in aangrijping gebracht met het benedeneinde van het ophangorgaan. In het geval van het ophangorgaan 3 is dat klem 10 die rust tegen 10 aanslag 6 en in het geval van ophangorgaan 13 wordt het gewas via spleet 18 in horizontale ring 17 gebracht. In beide gevallen dienen klem 10 respectievelijk ring 17 als draagmiddelen. Indien het te oogsten gewasdeel geoogst kan worden, wordt de verbinding met het overige deel van het gewas weggenomen. Daardoor zakt in het geval van ophangorgaan 13 het overige deel van het gewas bestaande uit steel en 15 bladeren vanzelf naar beneden indien de overige verbinding van het gewas met het ophangorgaan los genomen wordt. Daarna wordt het gewas weer binnen de opening gebracht. Het is vanzelfsprekend eveneens mogelijk het gewas via de opening naar beneden te verplaatsen en binnen de ring te houden. Verplaatsing naar beneden wordt uitgevoerd totdat het volgende te oogsten gewas zich op de hoogte van ring 17 bevindt. 20 Een overeenkomstige handeling wordt uitgevoerd bij de uitvoering volgens fig. 2, dat wil zeggen het ophangorgaan 3. Daarbij dient echter de klem 10 actief bediend te worden en wordt het gewas zo ver naar beneden geschoven totdat het volgende te oogsten of anderszins te behandelen deel zich op het niveau van aanslag 6 bevindt.
Met de hierboven beschreven werkwijze is het mogelijk om te behandelen gewas 25 op een gedefinieerde plaats in een groeisysteem te brengen waardoor geautomatiseerd oogsten mogelijk wordt en waardoor menselijke behandeling aanzienlijk vergemakkelijkt wordt.
In fig. 4 is een verdere met 30 aangegeven bevestiging voor een gewas getoond. Deze is op niet nader afgebeelde wijze bevestigd aan een ophangorgaan 3. Deel 30 30 bestaat uit een buisje dat aldan niet aan een zijde gedeeld is voor het door het inwendige daarvan doorleiden van het gewas 32. Aan een zijde is deel 30 voorzien van een sleuf 33 met aan de onderzijde een mes 34 aangebracht. Deze constructie is zodanig dat bij het zakken van het gewas 32 daarvan uitstekende delen zoals deel 36 81740»* 5 vanzelf door het mes 34 gesneden worden. Ook hier geldt dat alle gewassen op dezelfde hoogte geoogst kunnen worden.
Hoewel de uitvinding hierboven aan de hand van een voorkeursuitvoering beschreven is, zal begrepen worden door degene bekwaam in de stand der techniek dat 5 daaraan talrijke wijzigingen aangebracht kunnen worden. Zo kan het rechte deel van het ophangorgaan als slappe draad uitgevoerd zijn. Eveneens is het mogelijk de bevestigingshaak op andere in de stand der techniek bekende wijze uit te voeren. Hetzelfde geldt voor het vrije benedeneinde waar aangrijping met het gewas plaats vindt. Deze en verdere wijzigingen liggen binnen het bereik van de bijgaande 10 conclusies.
f017406·

Claims (12)

1. Ophangorgaan voor een gewas omvattende een langwerpig deel voor het daarop aanbrengen van ophangmiddelen voor dat gewas, welk langwerpig deel aan het in de 5 gebruikstoestand vrije boveneinde van bevestigingsmiddelen daarvoor voorzien is, met het kenmerk, dat het in de gebruikstoestand vrije benedeneinde voorzien is van met het vrije benedeneinde verbonden draagmiddelen (6, 10; 17, 30) voor dat gewas, waarbij die draagmiddelen (17) vast met dat vrije einde verbonden zijn.
2. Ophangorgaan volgens conclusie 1, waarbij dat vrije einde voorzien is van een 10 aanslag (6) voor het daartegen rusten van die draagmiddelen.
3. Ophangorgaan volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij die draagmiddelen zich in gebruikstoestand in hoofdzaak horizontaal uitstrekken.
4. Ophangorgaan volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij die draagmiddelen een ringvormig deel (17) omvatten.
5. Ophangorgaan volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij die draagmiddelen een buisvormig deel (30) omvatten.
6. Ophangorgaan volgens conclusie 6, waarbij dat buisvormige deel van snijmiddelen (34) voor dat gewas voorzien is.
7. Ophangorgaan volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij dat 20 langwerpige deel een buigzame draad omvat.
8. Ophangorgaan volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij dat langwerpige deel een stijve draad omvat.
9. Werkwijze voor het telen van een gewas, omvattende het bevestigen daarvan aan een ophangorgaan en het verplaatsen van dat gewas ten opzichte van het ophangorgaan, 25 met het kenmerk, dat die verplaatsing omvat het nabij het vrije einde van dat ophangorgaan wegnemen van de verbinding tussen dat ophangorgaan en dat gewas, het naar beneden verplaatsen van het gewas en het weer bevestigen van het gewas nabij dat vrije benedeneinde.
10. Werkwijze volgens conclusie 9, waarbij het bevestigen van dat gewas nabij dat 30 vrije benedeneinde omvat het laten rusten van een gewasdeel tegen een aanslag.
11. Werkwijze volgens conclusie 10 waarbij dat gewasdeel een te oogsten deel omvat. f017406»
12. Werkwijze volgens een van de conclusies 9-11, waarbij dat wegnemen van de verbinding tussen dat ophangorgaan en dat gewas knippen of snijden omvat.
NL1017406A 2001-02-20 2001-02-20 Ophangorgaan voor een gewas alsmede een werkwijze voor het telen daarvan. NL1017406C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1017406A NL1017406C2 (nl) 2001-02-20 2001-02-20 Ophangorgaan voor een gewas alsmede een werkwijze voor het telen daarvan.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1017406 2001-02-20
NL1017406A NL1017406C2 (nl) 2001-02-20 2001-02-20 Ophangorgaan voor een gewas alsmede een werkwijze voor het telen daarvan.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1017406C2 true NL1017406C2 (nl) 2002-08-27

Family

ID=19772934

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1017406A NL1017406C2 (nl) 2001-02-20 2001-02-20 Ophangorgaan voor een gewas alsmede een werkwijze voor het telen daarvan.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1017406C2 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2005058013A1 (en) * 2003-12-05 2005-06-30 Agrarisch Loonbedrijf C. Pellikaan Method and device for removing pant parts
USD873036S1 (en) 2018-11-08 2020-01-21 Vertical Air Solutions LLC Hanger

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
LU27882A1 (nl) *
FR1419260A (fr) * 1964-12-04 1965-11-26 Agrafe pour le soutien sur leurs tiges de roses ou autres fleurs dans les serres d'horticulture
EP0338801A2 (en) * 1988-04-22 1989-10-25 Alan Keith Petersen Plant tie
EP0571719A1 (en) * 1992-05-28 1993-12-01 PASKAL AVIZAREY KSHIRA Ltd. Brace for suspending a cluster of vegetables or fruits
WO1999022587A1 (nl) * 1997-11-04 1999-05-14 Agrarisch Loonbedrijf C. Pellikaan Klem alsmede draadklaemsamenstel

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
LU27882A1 (nl) *
FR1419260A (fr) * 1964-12-04 1965-11-26 Agrafe pour le soutien sur leurs tiges de roses ou autres fleurs dans les serres d'horticulture
EP0338801A2 (en) * 1988-04-22 1989-10-25 Alan Keith Petersen Plant tie
EP0571719A1 (en) * 1992-05-28 1993-12-01 PASKAL AVIZAREY KSHIRA Ltd. Brace for suspending a cluster of vegetables or fruits
WO1999022587A1 (nl) * 1997-11-04 1999-05-14 Agrarisch Loonbedrijf C. Pellikaan Klem alsmede draadklaemsamenstel
EP1028618A1 (en) * 1997-11-04 2000-08-23 Agrarisch Loonbedrijf C. Pellikaan Clip, as well as wire/clip assembly

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2005058013A1 (en) * 2003-12-05 2005-06-30 Agrarisch Loonbedrijf C. Pellikaan Method and device for removing pant parts
USD873036S1 (en) 2018-11-08 2020-01-21 Vertical Air Solutions LLC Hanger

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CA2526750A1 (en) Device for working crops that grow on stalks
NL1029401C2 (nl) Plantdrager alsmede werkwijze voor het telen van een gewas.
BG62791B1 (bg) Метод за многоетажно отглеждане на растения и използвано внего съоръжение за многоетажно отглеждане на растения
US20150033623A1 (en) Adjustable plant support
NL1017406C2 (nl) Ophangorgaan voor een gewas alsmede een werkwijze voor het telen daarvan.
JP6544745B2 (ja) 園芸作物の温室栽培方法およびその栽培装置
US12029170B2 (en) Trellis with elevated cross means and holders
US4779375A (en) Apparatus and method for training a plant to grow upright using a plant training stake
CA2413312A1 (en) Method, device and warehouse for cultivating crop plants and grafts thereof
NL1027513C2 (nl) Stelsel en werkwijze voor het kweken van gewassen.
JP4496527B2 (ja) 植物の生長誘導装置
JP6444931B2 (ja) 植物用支持具
EP1695613A1 (en) System and method for adjusting spacing of growing plants
EP3714682B1 (en) A gripping apparatus for relocating high-wire hooks supporting high-wire crops in horticulture
JP2007151434A (ja) 植物栽培用誘引装置
JP2019170386A (ja) 園芸作物の温室栽培方法およびその栽培装置
KR101258693B1 (ko) 넝쿨식물 줄기유인 장치
NL2031568B1 (nl) Teeltsysteem en werkwijze voor het produceren van gewassen
SU1158104A1 (ru) Приспособление дл закреплени ветвей деревьев
BE1026890B1 (nl) Een draagraam geschikt voor het ondersteunen van stengels
JP2019037201A (ja) 植物栽培設備
JPH0923742A (ja) 苺のポット利用の空中育苗における苗増殖装置
NL1016009C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor continu doortelen van oud en nieuw gewas.
NL1021845C2 (nl) Meegroeiende plantpot.
JP3738408B2 (ja) 植物の牽引栽培方法及び装置

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
MK Patent expired because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20210219