NL1016009C2 - Werkwijze en inrichting voor continu doortelen van oud en nieuw gewas. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor continu doortelen van oud en nieuw gewas. Download PDF

Info

Publication number
NL1016009C2
NL1016009C2 NL1016009A NL1016009A NL1016009C2 NL 1016009 C2 NL1016009 C2 NL 1016009C2 NL 1016009 A NL1016009 A NL 1016009A NL 1016009 A NL1016009 A NL 1016009A NL 1016009 C2 NL1016009 C2 NL 1016009C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
crop
cultivation
greenhouse
plants
containers
Prior art date
Application number
NL1016009A
Other languages
English (en)
Inventor
Andreas Martinus Mari Zwinkels
Original Assignee
Wimpy S Trade & Finance B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Wimpy S Trade & Finance B V filed Critical Wimpy S Trade & Finance B V
Priority to NL1016009A priority Critical patent/NL1016009C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1016009C2 publication Critical patent/NL1016009C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/14Greenhouses
    • A01G9/1423Greenhouse bench structures
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G31/00Soilless cultivation, e.g. hydroponics
    • A01G31/02Special apparatus therefor
    • A01G31/04Hydroponic culture on conveyors
    • A01G31/045Hydroponic culture on conveyors with containers guided along a rail
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02ATECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
    • Y02A40/00Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
    • Y02A40/10Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
    • Y02A40/25Greenhouse technology, e.g. cooling systems therefor
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02PCLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES IN THE PRODUCTION OR PROCESSING OF GOODS
    • Y02P60/00Technologies relating to agriculture, livestock or agroalimentary industries
    • Y02P60/20Reduction of greenhouse gas [GHG] emissions in agriculture, e.g. CO2
    • Y02P60/21Dinitrogen oxide [N2O], e.g. using aquaponics, hydroponics or efficiency measures

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Cultivation Receptacles Or Flower-Pots, Or Pots For Seedlings (AREA)

Description

Werkwijze en inrichting voor continu doortelen van oud en nieuw gewas.
De uitvinding heeft betrekking op een nieuwe werkwijze welke een verbetering beoogt ten opzichte van de in het Nederlandse octrooi nr. 1007449 omschreven werkwijze. Bij 5 de bekende werkwijze volgens dit Nederlandse octrooi wordt in een kas o.m. gebruik gemaakt van dezelfde hijsinstallatie waarbij het niveau van teeltgoten waarin zich de oude en de nieuwe aanplant bevinden, al naar gelang de oogstduur resp. de groei van jonge aanplant, optimaal regelbaar is. In principe kan de teelt zich op een relatief laag kasniveau bevinden, dus bijvoorbeeld op of in de grond. Dit bekende systeem kan wel 10 of niet hijsbaar zijn en er kan al of niet voorzien zijn in een teeltgoot. .
De verschillende teeltgoten zijn daarbij voornamelijk in horizontale zin evenwijdig aan elkaar opgehangen. Uitgangspunt daarbij is o.m. dat de gewasproductie mede lichtinvalafhankelijk is. De jonge aanplant wordt in de teeltgoten dan tussen het oude gewas geplaatst en die jonge aanplant moet weer omhoog geleid worden.
15 De verbetering volgens de uitvinding berust op de overweging dat in dezelfde kas toch nog een verbeterde gewasproductie bereikbaar wordt indien met dezelfde hijsinstallatie enerzijds dezelfde voordelen “op oogsthoogte” te verkrijgen zijn terwijl anderzijds de nog vrije ruimte boven in de kas voor de jonge aanplant ten volle kan worden benut zonder dat een nadelige vermindering van lichtinval tengevolge van de ophanging 20 boven in de kas, de gewenste gewasproductie zal schaden.
Dit nu wordt volgens de nieuwe werkwijze bereikt doordat wanneer het oude gewas van de producerende teelt zich nog in of op eerste teeltgoten in of op eerste teelthouders bevindt op een relatief laag kasniveau, het nieuwe gewas dan in bovenste tweede teeltgoten of tweede teelthouders ingeplant wordt op een aanmerkelijk hoger kasniveau 25 boven het reeds volwassen oude gewas, een en ander echter zodanig, dat de optredende licht(inval)belemmering in de kas tengevolge van de plaatsing van de bovenste tweede teeltgoten of tweede teelthouders met het jonge nieuwe gewas, minimaal is en desgewenst eventueel gevolgd wordt door het op de juiste werkhoogte instellen van de eerste en tweede teeltgoten of teelthouders voor optimaal 30 gewasonderhoud.
Een nadere uitwerking van de voordelen van de nieuwe werkwijze wordt toegelicht in de hiernavolgende beschrijving met conclusies en de tekening.
Fig. 1 is een schematische opstelling van een bekende kas waarin verschillende teeltgoten of teelthouders zich op ongelijke hoogten naast elkaar bevinden; 1016009” 2
Fig. 2 toont, schematisch, een kas met gewasaanplant welke zich in, op of boven de grond bevindt en boven in de kas bevinden zich nog lege opgehangen teeltgoten of teelthouders die voor jonge aanplant bestemd zijn;
Fig. 3 toont een kas met gewas dat een goed gegroeid is terwijl de bovenste teeltgoten 5 of teelthouders al de nieuwe aanplant bevatten;
Fig. 4 toont dezelfde, nu geruimde kas, waarbij de oude gewassen inmiddels vervangen zijn door de gegroeide nieuwe aanplant die van boven naar omlaag is gebracht; en Fig. 5 toont schematisch een substraatblok dat bevestigd is aan een plantgeleider welke uitmondt in een ophanghaak.
10
Bij de toepassing van de verbeterde werkwijze volgens de uitvinding worden meer voordelen bereikt. In het oog springt direct het voordeel dat de jonge gewasplanten in een vroeg groeistadium, als ze nog klein zijn, al in de bovenste teeltgoten of teelthouders geplant kunnen worden. De aankoopkosten van die kleinere aanplant zijn 15 nu aanmerkelijk lager terwijl daardoor toch geen verlating van de productie (oogst) optreedt. Daardoor wordt de productiviteit per kasgrondeenheid dus gunstiger bij een verdere kostenbesparing. Bovendien betekent het ruimen van de kas nu een grotere bewegingsvrijheid voor alle te verrichten handelingen, zonder dat de nieuwe aanplant die zich dan nog betrekkelijk hoog in de kas bevindt, kans loopt om beschadigd te 20 worden. Bij het omlaag brengen van het jonge gewas dient men overigens omzichtig te werk te gaan i.v.m. plantgeleiding en (tijdelijke) ophanging.
Voor deze nieuwe dubbele teelt kunnen de voordelen bij b.v. tomaten toch aanmerkelijk oplopen. Zo kan een extra productie van 1 tot 1,5 kg méér als de standaardproductie bereikt worden en productie in de latere oogstfase zelfs 2 tot 3 kg per m2 hetgeen bij 25 een oogst na 15 december een extra opbrengst oplevert van F 60.000, - tot F 90.000, -voor een oppervlakte van 1 ha. Dergelijke meeropbrengsten zijn onder toepassing van de uitvinding ook realiseerbaar voor andere teelten, zoals voor paprika.
Extra kosten ontstaan voor het ophangen en neerzetten van de planten, het ophangen en verwijderen van druppelslangen e.d. maar die kunnen dan zeer ruimschoots 30 gecompenseerd worden uit de eerder bereikte voordelen.
In Fig.1 is schematisch aangegeven hoe plantenhouders op gewenste werk- en/of reikhoogte in een kas met behulp van een hijsinstallatie worden aangebracht. Het spreekt voor zich dat zowel met als zonder hijsinstallatie kan worden gewerkt. Fig. 2 101 6009 · 3 toont een kas 1 waarin gewasplanten 2 in gewashouders 3 geplaatst zijn op de vloer 4 van de kas 1. De gewashouders 3 bestaan uit een substraatblok dat gehuld is in een kunststoffolie waarin zich aan de bovenzijde een plantopening bevindt en aan de onderzijde een opening voor waterafvoer (niet getekend). De gewasplanten 2 staan in 5 evenwijdige rijen in de lengterichting van de kas 1 opgesteld. Van links naar rechts in Fig. 2 zijn acht rijen gewasplanten 2 in substraatblokken op de kasvloer 4 geplaatst, één gewasplant 2a is in de kasvloer 4 geplant en een andere gewasplant 2b is opgehangen aan een ophangorgaan 5. Bovenaan in de kas 1 bevindt zich een constructieligger 6 waaraan schematisch weergegeven L-vormige ophangers 7 bevestigd zijn met 10 daaronder een druppeislang voor de watertoediening aan de plant. In de buurt van het opgehangen plantje zal in de praktijk waarschijnlijk een verwarmingsbuis 8 opgehangen worden of dei verwarmingsbuis wordt de “ophangstang” voor de aal dan niet hijsbare planthouders. In Fig. 3 zijn de ophangers 7 voorzien van substraatblokken waarin zich de jonge planten 9 bevinden. Zoals uit Fig. 4 blijkt is de kas van de oude gewassen 2 15 geruimd en er is voldoende ruimte in de kas 1 overgebleven om daarbij de jonge hooggeplaatste gewasplanten 9 niet te beschadigen. Zodra de kas 1 is geruimd moeten de jonge gewasplanten omlaag gebracht worden, hetzij op de kasvloer 4 geplaatst worden, hetzij op aan de kasconstructie opgehangen teeltgoten 10, die hier slechts schematisch zijn weergegeven.
20 De ophangers 7 kunnen eventueel vast zijn uitgevoerd en aan de kasconstructie zijn opgehangen, maar dergelijke ophangers 7 kunnen ook aan hijsorganen (niet getekend) zijn bevestigd, zodat voor het planten van het jonge gewas op een lager werkniveau en het vervolgens ophijsen tot boven in de kas 1 en na het ruimen dan weer laten zakken van de ophangers 7 tot op de kasvloer 4 of op werkhoogte, die hijsorganen in werking 25 kunnen worden gesteld met de gebruikelijke middelen daarvoor.
In Fig. 5 is een substraatblok 11 getekend waarin zich twee plantopeningen 12 aan de bovenzijde bevinden voor twee gewasplanten 13 en 14 en in het substraatblok 11 is een dragend deel van een dubbele plantgeleiding 15 aangebracht die aan zijn boveneinde in een ophanghaak 16 eindigt. Die haak 16 kan worden opgehangen aan 30 de kasconstructie of aan een ophijsbare kabel of draad (niet getekend).
Terwijl in de Fig. 2-4 de ophangers 7 zich in een vertikaal vlak boven de oude gewasplanten 2 bevinden kunnen diezelfde ophangers 7 zich ook in het verticale middenvlak tussen twee rijen planten 2 bevinden. In verband met de plantengroei en de eventuele wegname van toetredend licht zal bepaald dienen te worden welke plaatsing 101 60 G 9^ 4 van ophangers bij welke gewasaanplant de beste resultaten oplevert. De gebruikelijke plantgeleidingen welke b.v. bij tomatenplanten gebruikt worden, zullen hier niet nader beschreven hoeven te worden en hetzelfde geldt voor de ophanging en installatie van de plantenvoedings-druppelaars.
5 Bij toepassing van de uitvinding ontstaat bovendien nog het voordeel dat de kans op ziekteoverdracht aanmerkelijk kleiner is als gevolg van het feit dat er meer ruimte beschikbaar is en dat er geen direct contact meer is tussen de verschillende teeltlagen.
CONCLUSIES
1016009*

Claims (10)

1. Werkwijze voor het doorgaand telen van planten in verschillende groeistadia, van zgn. oud gewas tot nieuw gewas, in een zelfde kas, zodanig dat deze niet meer “leeg” komt te staan, waarbij het nieuwe gewas en delen van het oude gewas zich op ongelijke hoogte binnen dezelfde kas bevinden, met het kenmerk, dat wanneer het oude gewas van de producerende teelt zich nog in of op eerste teeltgoten in of op 10 eerste teelthouders bevindt op een relatief laag kasniveau, het nieuwe gewas dan in bovenste tweede teeltgoten of tweede teelthouders ingeplant wordt op een aanmerkelijk hoger kasniveau boven het reeds volwassen oude gewas, een en ander echter zodanig dat de optredende lichtbelemmering in de kas tengevolge van de plaatsing van de bovenste tweede teeltgoten of tweede teelthouders met het jonge nieuwe gewas 15 minimaal is en desgewenst eventueel gevolgd wordt door het op de juiste werkhoogte instellen van de eerste en tweede teeltgoten of teelthouders voor optimaal gewasonderhoud.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat na leegoogsten bij de 20 beëindiging van het teeltseizoen voor het oude gewas dit laatste uit de eerste teeltgoten of eerste teelthouders geruimd resp. verwijderd wordt waarna de tweede teeltgoten of tweede teelthouders op het lagere kasniveau van de eerste teeltgoten of eerste teelthouders omlaag gezakt/gebracht worden, een en ander zodanig, dat het uitruimen van de oude gewasteelt het doorgroeien van de nieuwe gewasteelt niet verstoort. 25
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de verplaatsing van de tweede teeltgoten of tweede teelthouders van het aanmerkelijk hogere kasniveau naar het lagere kasniveau geschiedt onder gebruikmaking van een in de kas aangebrachte geschikte hijsinstallatie. 30
4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat dezelfde hijsinstallatie mede in werking gesteld wordt voor het ophangen resp. het op de geschikte hoogte aanbrengen van koel- of verwarmingsbuizen 1016009
5. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies 1-4, met het kenmerk, dat ten behoeve van doorwortelen van het nieuwe gewas in de tweede teeltgoten of tweede teelthouders de gebruikelijke voorbereidingen getroffen worden voor het te gebruiken groeimedium en plantensteun- en geleidingsorganen aan of bij de planten worden 5 aangebracht.
6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat empirisch het tijdstip voor het plaatsen van het nieuwe gewas wordt ingesteld, een en ander zodanig, dat, al naar gelang de omvang van de vraag in de markt naar de oogstproductie, een gewasteelt- 10 productie-periode vervroegbaar resp. verlengbaar wordt.
7. Kas voorzien van eerste en tweede teeltgoten of teelthouders welke zich op een laag resp. op een aanmerkelijk hoger kasniveau bevinden en waarbij de nieuwe gewasteelt zich steeds boven de oude gewasteelt bevindt. 15
8. Kas die voorzien is van een verhijsbaar ophangsysteem om het verschil in hoogteniveau tussen het onderste oude gewas en het erboven geplaatste jonge gewas te overbruggen.
9. Kas voorzien op laag niveau geplaatste rijen oude gewasplanten en op hoog niveau geplaatste rijen jonge gewasplanten waarbij de laatstgenoemde rijen zich in een vertikaal vlak boven en/of tussen de eerdergenoemde rijen kunnen bevinden.
10. Ophanger voor toepassing van de werkwijze volgens één der voorgaande 25 conclusies, omvattende een substraatblok voorzien van tenminste één plantopeningen welk substraatblok integraal is met een plantgeleidingsorgaan dat aan zijn bovenzijde voorzien is van een ophangorgaan. 30 101 60 0 3"*
NL1016009A 2000-08-24 2000-08-24 Werkwijze en inrichting voor continu doortelen van oud en nieuw gewas. NL1016009C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1016009A NL1016009C2 (nl) 2000-08-24 2000-08-24 Werkwijze en inrichting voor continu doortelen van oud en nieuw gewas.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1016009 2000-08-24
NL1016009A NL1016009C2 (nl) 2000-08-24 2000-08-24 Werkwijze en inrichting voor continu doortelen van oud en nieuw gewas.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1016009C2 true NL1016009C2 (nl) 2002-02-26

Family

ID=19771944

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1016009A NL1016009C2 (nl) 2000-08-24 2000-08-24 Werkwijze en inrichting voor continu doortelen van oud en nieuw gewas.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1016009C2 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1695613A1 (en) * 2005-02-28 2006-08-30 George Howard Evans System and method for adjusting spacing of growing plants

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1491459A (fr) * 1966-06-28 1967-08-11 Procédé pour la culture des végétaux en étages superposés et dispositif selon ce procédé avec production à cycle continu
US4216617A (en) * 1978-02-27 1980-08-12 Inzuki Buero Fuer Technische Projekte und Patente Aktiengesellschaft Installation and method for vegetable cultivation
US4592166A (en) * 1984-09-04 1986-06-03 Tendrup Donald L Multiple section hanging planter
DE3634805A1 (de) * 1986-10-13 1988-04-14 Wolfgang Rieck Einrichtung fuer gewaechshaeuser, zur erleichterung der pflanzenarbeit und besseren ausnutzung der pflanzflaechen
NL1007449C1 (nl) 1997-11-04 1998-02-12 Preforma Westland Bv Werkwijze voor het continu doortelen resp. oogsten van gewassen.
US5856190A (en) * 1994-03-11 1999-01-05 Kabushiki Kaisha Seiwa Multistage plant culture method and multistage plant culture apparatus for use therein
GB2328357A (en) * 1997-08-21 1999-02-24 Barry James Freeman Sling for grow bag

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1491459A (fr) * 1966-06-28 1967-08-11 Procédé pour la culture des végétaux en étages superposés et dispositif selon ce procédé avec production à cycle continu
US4216617A (en) * 1978-02-27 1980-08-12 Inzuki Buero Fuer Technische Projekte und Patente Aktiengesellschaft Installation and method for vegetable cultivation
US4592166A (en) * 1984-09-04 1986-06-03 Tendrup Donald L Multiple section hanging planter
DE3634805A1 (de) * 1986-10-13 1988-04-14 Wolfgang Rieck Einrichtung fuer gewaechshaeuser, zur erleichterung der pflanzenarbeit und besseren ausnutzung der pflanzflaechen
US5856190A (en) * 1994-03-11 1999-01-05 Kabushiki Kaisha Seiwa Multistage plant culture method and multistage plant culture apparatus for use therein
GB2328357A (en) * 1997-08-21 1999-02-24 Barry James Freeman Sling for grow bag
NL1007449C1 (nl) 1997-11-04 1998-02-12 Preforma Westland Bv Werkwijze voor het continu doortelen resp. oogsten van gewassen.

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1695613A1 (en) * 2005-02-28 2006-08-30 George Howard Evans System and method for adjusting spacing of growing plants

Similar Documents

Publication Publication Date Title
KR100338865B1 (ko) 다단식식물재배방법및이에사용되는다단계식물재배장치
JP4821313B2 (ja) 養液栽培ハウス
JP6388349B2 (ja) イチゴ栽培装置及びイチゴ栽培方法
KR101675721B1 (ko) 모종 재배 장치
US20190037782A1 (en) Apparatus for protecting cold sensitive scions
NL1016009C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor continu doortelen van oud en nieuw gewas.
JP6544745B2 (ja) 園芸作物の温室栽培方法およびその栽培装置
EP1190620A1 (en) Cultivation system
CA2413312C (en) Method, device and warehouse for cultivating crop plants and grafts thereof
NL1007449C1 (nl) Werkwijze voor het continu doortelen resp. oogsten van gewassen.
NL9100161A (nl) Plantpot voor het telen van planten.
CN110881400A (zh) 一种悬挂式无土栽培种植槽系统
JP7392445B2 (ja) 植物栽培設備
JP3204863B2 (ja) 多段栽培装置
JP2002084902A (ja) サクランボの栽培方法
JP2019170386A (ja) 園芸作物の温室栽培方法およびその栽培装置
NL2031568B1 (nl) Teeltsysteem en werkwijze voor het produceren van gewassen
NL1017406C2 (nl) Ophangorgaan voor een gewas alsmede een werkwijze voor het telen daarvan.
NL1031693C2 (nl) Gewasondersteuningsinrichting voor gewassen.
JP3796627B2 (ja) 育苗装置
EP1310157B1 (en) Device and greenhouse for growing plants
NL2014170B1 (en) Method to automatically increase a length of a crop wire and system for applying the method.
NL1027366C2 (nl) Draagorgaan, gewasondersteuningsinrichting, watertoevoerinrichting en transportinrichting en werkwijze voor het telen van gewassen.
NL1025889C2 (nl) Werkwijze voor het telen van planten.
NL1010445C2 (nl) Gootconstructie, houder om te worden toegepast bij een dergelijke gootconstructie en werkwijze voor het kweken van planten onder toepassing hiervan.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20050301