BE1020889A3

BE1020889A3 - Wastrommel.

Info

Publication number: BE1020889A3
Application number: BE201300422A
Authority: BE
Inventors: Niels Lehouck; Charles-Edouard Dendoncker
Original assignee: Werkhuizen Lapauw Nv
Priority date: 2013-06-17
Filing date: 2013-06-17
Publication date: 2014-07-01
Also published as: CN105339542A; US20160222570A1; EP3011100B1; CN105339542B; WO2014203147A3; US9783919B2; EP3011100A2; WO2014203147A2

Description

WASTROMMEL

Deze uitvinding betreft een wastrommel die hoofdzakelijk cilindervormig is uitgevoerd en roteerbaar rond zijn as is opgesteld, omvattende een opening in zijn mantel en omvattende een eerste deurblad en een tweede deuiblad, die elk schamierbaar zijn opgesteld, rond een respectievelijke schanieras, tussen een eerste stand (gesloten stand), waarin de deurbladen samen de opening afsluiten en hun laterale zijden corresponderende laterale delen van de mantel, die grenzen aan de laterale zijden van de opening, overlappen, en een tweede stand (open stand), waarin de deurbladen de opening vrijlaten, waarbij de scharnier assen nagenoeg evenwijdig aan de as van de cilinder aan een respectievelijke zijde van de opening zijn opgesteld, waarbij het eerste deurblad aan zijn zijde tegenovergesteld aan de zijde van de respectievelijke schamieras ogen omvat en het tweede deurblad aan zijn zijde tegenovergesteld aan de zijde van de respectievelijke schanieras haken omvat, waarbij in de eerste stand de haken van het tweede deurblad in de ogen van het eerste deurblad haken en waarbij de wastrommel minstens één verend element omvat, dat in de eerste stand op het tweede deurblad een veerkracht uitoefent, die het twëede deurblad naar de tweede stand drijft.

Dergelijke wastrommels kunnen roteerbaar opgesteld zijn in bijvoorbeeld een wasmachine voor het wassen van goederen of in een droogkas voor het drogen van goederen. Meer specifiek kunnen de genoemde goederen bijvoorbeeld wasgoed zijn.

Deze wastrommels dienen voorzien te zijn van een opening voor het in de wastrommel aanbrengen van de goederen of het terug verwijderen van de goederen uit deze wastrommel. Een probleem hierbij is dat deze opening tijdens het wassen en/of drogen gesloten dient te kunnen worden met een deur, zonder dat deze deur bij roteren van de was trommel open kan raken onder invloed van de op deze deur inwerkende centrifugaalkrachten. Deze deur dient anderzijds toch vlot terug geopend en gesloten te kunnen worden.

Bij het type wastrommels waarop deze uitvinding betrekking heeft, is de opening voor laden en lossen van de wastrommel in de mantel voorzien en zijn twee deurbladen voorzien om deze opening af te sluiten. Deze deurbladen zijn voorzien van haken en ogen om de deurbladen in elkaar te kunnen haken. De deurbladen dienen naar de binnenzijde van de wastrommel toe bewogen te worden om deze terug te onthaken en kunnen daarna naar buiten de trommel toe geopend worden..

Het is moeilijk om bij dergelijke wastrommels de tegenstrijdige eisen van enerzijds het vlot kunnen openen en sluiten van deze wastrommels voor het laden en lossen ervan te kunnen verzoenen met de eis om te verhinderen, dat deze was trommels tijdens de werking accidenteel terug geopend kunnen worden.

In huishoudelijke toepassingen werden reeds meerdere oplossingen bedacht om deze wastrommel met grotere zekerheid gesloten te houden bij werking ervan en deze toch vlot te kunnen openen en sluiten voor laden en lossen ervan. Soortgelijke wastrommels die eerder geschikt zijn voor huishoudtoepassingen zijn bijvoorbeeld gekend uit FR 2 819 272 Al, FR 2 862 317 Al, FR 2 289 659 Al, FR 2 730 249 Al, DE 22 65 551 BI, DE 200 07 903 UI, EP 0 402 252 Al en EP 2 415 924 Al. Om te verhinderen dat de deurbladen tijdens het wassen kunnen onthaken worden verende elementen voorzien die in gesloten stand van de deurbladen een veerkracht op de deurbladen uitoefenen naar hun open stand toe. Om de deurbladen te onthaken dient men de deurbladen tegen deze veerkracht in naar de binnenzijde van de trommel toe te bewegen. Deze verende elementen leveren ook de nodige kinetische energie aan de deurbladen om na onthaken een relatief zwaar deurblad vlotter te kunnen openen. De oplossingen die hierin gebruikt worden om de bovengenoemde tegenstrijdige vereisten te verzoenen, zijn echter onvoldoende robuust om in niet-huishoudelijke toepassingen in te kunnen zetten.

Deze uitvinding heeft meer specifiek betrekking op wastrommels voor gebruik in niet-huishoudelijke toepassingen. Hieronder worden wastrommels begrepen waarbij ladingen van 50 kg tot zelfs 100 kg gebruikelijk zijn. Bij huishoudelijke toepassingen zijn ladingen meestal beperkt tot gewichten ergens tussen 5 kg en 10 kg.

Bij dergelijke zwaardere ladingen die bij niet-huishoudelijke toepassingen gebruikelijk zijn, treden tijdens roteren van de wastrommel grotere centrifugaalkrachten op, die op de deurbladen inwerken. De oplossingen uit de huishoudelijke toepassingen om de deurbladen tijdens roteren gesloten te houden en deze toch vlot te kunnen openen, blijken onvoldoende robuust bij dergelijke grotere centrifugaalkrachten. De gebruikte verende elementen kunnen meestal niet de nodige veerkracht leveren om de deurbladen met voldoende zekerheid gesloten te kunnen houden tijdens werking. De eerder fragiele vergrendelsystemen die bij huishoudelijke toepassingen gebruikt worden om deze deurbladen toch vlotter te kunnen openen, zijn dan weer niet bestand tegen dergelijke zwaardere centrifugaalkrachten. Bij wastrommels voor niet-huishoudelijke toepassingen wordt daarom meestal gebruikt gemaakt van een stevigere vergrendeling van de deurbladen, zoals bijvoorbeeld beschreven in DE 90 15 678 UI. Een dergelijke stevige vergrendeling zorgt er echter voor dat het openen van de deurbladen vrij omslachtig is. Ook is het gekend om bij dergelijke wastrommels voor niet-huishoudelijke toepassingen de deurbladen in delen op te splitsen, die afzonderlijk naast elkaar geopend moeten worden om de wastrommel te kunnen lossen en die ook afzonderlijk naast elkaar gesloten moeten worden voor de wastrommel in werking kan gezet worden. Ook hier is het openen en/of het sluiten van de wastrommel vrij omslachtig. De gekende oplossingen voor niet-huishoudelijke toepassingen zijn dan ook gekenmerkt door een vrij omslachtige manier van openen en sluiten van de trommel voor het laden en lossen ervan.

Het is dan ook een doel van deze uitvinding is om te voorzien in een wastrommel die met grote zekerheid gesloten gehouden kan worden tijdens werking ervan, die toch vlot geopend en gesloten kan worden om de trommel te laden en/of te lossen en die ook geschikt is voor niet-huishoudelijke toepassingen met ladingen van de wastrommel die in grootte-orde tussen 50 kg en 100 kg bedragen.

Dit doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een wastrommel die hoofdzakelijk cilindervormig is uitgevoerd en roteerbaar rond zijn as is opgesteld, omvattende een opening in zijn mantel en omvattende een eerste deurblad en een tweede deurblad, die elk schamierbaar zijn opgesteld, rond een respectievelijke schanieras, tussen een eerste stand, waarin de deurbladen samen de opening afsluiten en hun laterale zijden corresponderende laterale delen van de mantel, die grenzen aan de laterale zijden van de opening, overlappen, en een tweede stand, waarin de deurbladen de opening vrijlaten, waarbij de schamierassen nagenoeg evenwijdig aan de as van de cilinder aan een respectievelijke zijde van de opening zijn opgesteld, waarbij het eerste deurblad aan zijn zijde tegenovergesteld aan de zijde van de respectievelijke schamieras ogen omvat en het tweede deurblad aan zijn zijde tegenovergesteld aan de zijde van de respectievelijke schanieras haken omvat, waarbij in de eerste stand de haken van het tweede deurblad in de ogen van het eerste deurblad haken, waarbij de wastrommel minstens één verend element omvat, dat in de eerste stand op het tweede deurblad een veerkracht uitoefent, die het tweede deurblad naar de tweede stand drijft, en waarbij het verende element opgesteld is tussen een laterale zijde van het tweede deurblad en het corresponderende laterale deel van de mantel dat lateraal grenst aan de opening.

Door het verende element te verplaatsen, kan dit verende element nu wel voldoende robuust uitgevoerd worden om de nodige veerkracht te leveren om in elkaar gehaakte deurbladen tijdens roteren van de wastrommel in hun gesloten stand te houden. Met de gekende positionering van verende elementen voor het afveren van de deurbladen was dit niet mogelijk. Een eventuele verdere vergrendeling van de deurbladen kan in principe weggelaten worden, maar waar dit, bijvoorbeeld omwille van bijvoorbeeld veiligheidsredenen bij ontgrendelen toch gewenst is, kunnen deze op een manier gerealiseerd worden die ervoor zorgt dat deze eenvoudiger geopend en/of gesloten kunnen worden, zodat de deurbladen op een minder omslachtige manier geopend en/of gesloten kunnen worden.

Bij voorkeur is het verende element bij een wastrommel volgens deze uitvinding bevestigd aan de trommel. Er worden namelijk bij voorkeur zo weinig mogelijk uistekende elementen voorzien aan de binnenzijde van de deurbladen, om te verhinderen dat bij laden en lossen van bijvoorbeeld wasgoed dit wasgoed achter deze uitstekende elementen haakt en beschadigd raakt.

Bij een specifieke uitvoeringsvorm van een wastrommel volgens deze uitvinding is het verende element uitgevoerd als een spiraalveer. Met een dergelijke spiraalveer als verend element kan een bijzonder robuuste uitvoeringsvorm vervaardigd worden.

Bij een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een wastrommel volgens deze uitvinding is aan het laatstgenoemde laterale deel van de mantel een opstaande pen bevestigd. De corresponderende laterale zijde van het tweede deurblad omvat dan een doorgangsopening voor deze pen, zodat in de eerste stand van het tweede deurblad de pen zich doorheen deze doorgangsopening.

Verder omvat een dergelijke uitvoeringsvorm bij voorkeur een slot, om in de eerste stand van het tweede deuiblad op het vrije uiteinde van de pen aan te grijpen om het tweede deurblad in de eerste stand te vergrendelen. Een dergelijk slot vormt een bijkomende beveiliging om te verhinderen dat bij het uit elkaar haken van de deurbladen een deurblad op een ongecontroleerde manier openschiet. Bij niet-huishoudelijke toepassingen voor het wassen van bijvoorbeeld wasgoed, waar minstens een deel van het wasgoed met een gewicht tussen de 50 en de 100 kg na zwieren ervan aan de deurbladen blijft kleven, zou namelijk bij ontgrendelen een deurblad met een bijzonder grote kracht gekatapulteerd kunnen worden op een operator die bijvoorbeeld de controle over het deurblad uit het oog verliest.

Met behulp van een dergelijke pen die zich doorheen een doorgangsopening uitstrekt kan een dergelijk slot op een robuuste manier vervaardigd worden.

In het bijzonder kan het vrije uiteinde van de pen bij een dergelijke uitvoeringsvorm een verbreding omvatten en kan het slot een vergrendelplaat omvatten, die aan de laatstgenoemde laterale zijde van het tweede deuiblad verschuifbaar in een richting volgens de as van de trommel is opgesteld tussen een vergrendelstand en een ontgrendelstand en die naar de laatstgenoemde laterale zijde van het tweede deurblad toe een uitsparing omvat, zodat in de vergrendelstand de vergrendelplaat onder de verbreding van de pen aangrijpt en de pen in de uitsparing aangrijpt. Een slot met een dergelijke vergrendelplaat die onder een verbreding van een pen aangrijpt is een bijzonder eenvoudige uitvoeringsvorm van een robuust slot.

Op deze manier wordt een bijzonder robuuste uitvoeringsvorm van een wasmachine volgens deze uitvinding bekomen, die enerzijds vlot geopend en gesloten kan worden en die anderzijds met grote zekerheid ervoor zorgt dat de deurbladen bij ronddraaien van de wastrommel niet open kunnen raken.

Bij een dergelijke uitvoeringsvorm van een wastrommel met een slot dat kan aangrijpen op een pen die aan het ene deurblad is bevestigd en zich doorheen een doorgangsopening van het andere deurblad uitgestrekt, waarbij het verende element is uitgevoerd als een spiraalveer, is deze spiraalveer bij voorkeur omheen de pen aangebracht en is tussen de spiraalveer en het tweede deurblad een rondel aangebracht.

De doorgangsopening strekt zich bij een dergelijke uitvoeringsvorm in het tweede deurblad bij voorkeur langer uit in een richting volgens de omtrek van de trommel dan in een richting volgens de as van de trommel. Om de pen te laten aangrijpen in de doorgangsopening tijdens de rotatiebeweging waarmee het tweede deurblad gesloten wordt, dient de doorgangsopening een zeker lengte te hebben in de richting volgens de omtrek van de trommel. Om de spiraalveer met behulp van de rondel zo goed mogelijk te laten aangrijpen op het tweede deurblad is de doorgangsopening bij voorkeur dan weer zo klein mogelijk. Deze tegenstrijdige vereisten worden verzoend met behulp van een doorgangsopening waarvan de lengte in een richting volgens de omtrek van de trommel groter is dan de lengte in een richting volgens de as van de trommel.

De laatstgenoemde laterale zijde van het tweede deurblad van een wastrommel volgens deze uitvinding'omvat bij voorkeur een uitstekende tand, waaronder het verende element aangrijpt in de eerste stand van het tweede deurblad. Met behulp van een dergelijke uitstekende tand wordt het deurblad plaatselijk breder uitgevoerd, daar waar men het verende element op het deurblad wenst te laten aangrijpen. Het gewicht van het deurblad neemt hierdoor niet noemenswaardig toe.

Het laatstgenoemde laterale deel van de trommel omvat bij voorkeur een verdieping waarin het verende element zich hoofdzakelijk uitstrekt in de eerste stand van het tweede deurblad.

Met een dergelijke verdieping kan op een eenvoudige manier een relatief grote tussenafstand tussen het deurblad en de mantel gecreëerd worden, zonder dat deze afstand hinderlijk wordt. Deze tussenafstand is van belang om de veerweg zo groot mogelijk te maken om voldoende veerkracht op het deurblad uit te kunnen oefenen om deze in zijn gesloten stand te kunnen houden. Wanneer over de volledige laterale zijde een dergelijke tussenafstand voorzien zou worden, dan zou ofwel het volume van de trommel verkleind moeten worden, waardoor minder goederen tegelijk behandeld kunnen worden in de wastrommel, ofwel zou een grotere afstand tussen de wastrommel en een stationaire trommel voorzien moeten worden waarin een dergelijke wastrommel normaal wordt opgesteld, wat leidt tot een groter waterverbruik voor een zelfde behandeling van goederen. Door de genoemde verdieping te voorzien, kan het tweede deurblad volledig aansluiten tegen dit laterale deel naast deze verdieping en enkel ter hoogte van deze verdieping op de nodige afstand van het deurblad blijven die nodig is om het verende element hier tussen te kunnen laten uitstrekken.

Bovendien is dankzij een dergelijke verdieping de kans kleiner dat bijvoorbeeld wasgoed tussen het deurblad en het laterale deel van de trommel zou haperen en beschadigd zou raken. Ter hoogte van deze verdieping kan eventueel een afschermelement (bijvoorbeeld onder de vorm van een plaatvormig element) voorzien worden om de opening tussen de verdieping en het tweede deurblad af te sluiten in de eerste stand van het tweede deurblad.

t

Bij voorkeur heeft een was trommel volgens deze uitvinding ook minstens één verend element dat opgesteld is tussen de tegenovergestelde laterale zijde van het tweede deurblad dan het eerstgenoemde verende element en het corresponderende laterale deel van de mantel dat lateraal grenst aan de opening, die het tweede deurblad naar de tweede stand drijft. Op deze manier kan het tweede deurblad symmetrisch afgeveerd worden.

Verder bij voorkeur is bij een wastrommel volgens deze uitvinding ook tussen elke laterale zijde van het eerste deurblad en het respectievelijke corresponderende laterale deel van de mantel dat lateraal grenst aan de opening minstens één verend element opgesteld, dat het eerste deurblad naar de tweede stand drijft. Deurbladen van niet-huishoudelijke wastrommels zijn vrij zwaar. Deze verende elementen helpen bij het openen van het eerste deurblad door het deurblad de nodige kinetische energie mee te geven om het eerste deurblad vlot manueel verder te kunnen openen.

Om te verhinderen dat het eerste deurblad na onthaken van de deurbladén ongewenst open schiet onder invloed van deze kinetische energie, omvat een dergelijke was trommel verder bij voorkeur een slot, om het eerste deurblad in de eerste stand te vergrendelen. Zo kan een operator het eerste deuiblad eerst bewust ontgrendelen en zo de meegegeven kinetische energie gecontroleerd laten helpen om het eerste deurblad te openen.

Voorkeurdragend is bij een dergelijke uitvoeringsvorm aan het laterale deel van de mantel dat in de eerste stand overlapt wordt door een laterale zijde van het eerste deurblad, een opstaande pen bevestigd met een verbreding aan zijn vrije uiteinde. De corresponderende laterale zijde van het eerste deurblad omvat dan een doorgangsopening voor deze pen, zodat in de eerste stand van het eerste deurblad de pen zich doorheen deze doorgangsopening uitstrekt. Het slot omvat dan voorkeurdragend een vergrendelplaat, die aan de laatstgenoemde laterale zijde van het eerste deurblad verschuifbaar in een richting volgens de as van de trommel is opgesteld tussen een vergrendelstand en een ontgrendelstand en die naar de laatstgenoemde zijde van het eerste deurblad toe een uitsparing omvat, zodat in de vergrendelstand de vergrendelplaat onder de verbreding van de pen aangrijpt en de pen in de uitsparing aangrijpt.

Het doel van deze uitvinding wordt verder ook bereikt door te voorzien in een wasmachine met een was trommel volgens deze uitvinding.

Daarnaast wordt het doel van deze uitvinding ook bereikt door te voorzien in een droogkast met een wastrommel volgens deze uitvinding.

Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen van wastrommels volgens deze uitvinding. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden van wastrommels aan te duiden, en kan dus niet geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.

In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij in - figuur 1 een uitvoeringsvorm van een wasmachine of droogkast volgens deze uitvinding in perspectief is weergegeven; - figuur 2 een deel van een wastrommel volgens deze uitvinding in perspectief is afgebeeld met zicht op de deurbladen in hun eerste positie; - figuur 3 de wastrommel uit figuur 2 in meer detail is afgebeeld ter hoogte van een verend element en een slot in vergrendelde stand; - figuur 4 het deel van de wastrommel uit figuur 3 in perspectief is afgebeeld met het slot in ontgrendelde stand; - figuur 5 een doorsnede van een deel van de wastrommel uit figuur 2, ter hoogte van de deurbladen is afgebeeld, met de deurbladen in gesloten stand; - figuur 6 een deel uit de doorsnede uit figuur 5 ter hoogte van de vergrendeling bij het tweede deuiblad in meer detail is afgebeeld; - figuur 7 een deel van de was trommel uit figuur 2, ter hoogte van de deurbladen in perspectief is afgebeeld, met de deurbladen uit elkaar gehaakt en het tweede deurblad in vergrendelde stand; - figuur 8 het deel van de wastrommel uit figuur 5 in doorsnede is afgebeeld, met de deurbladen volledig uit elkaar gehaakt en het eerste deurblad in gesloten stand; - figuur 9 het deel van de wastrommel uit figuur 5 in doorsnede is afgebeeld, met het eerste deurblad in half open stand en het tweede deurblad nog vergrendeld; - figuur 10 het deel van de wastrommel uit figuur 5 in doorsnede is afgebeeld, met het eerste deurblad in open stand en het tweede deurblad nog vergrendeld; - figuur 11 het deel van de wastrommel uit figuur 5 in doorsnede is afgebeeld, met beide deurbladen in open stand; - figuur 12 een deel van de wastrommel uit figuur 2, ter hoogte van het tweede deurblad in perspectief is afgebeeld, met het eerste deurblad in open stand en het tweede deurblad ontgrendeld; - figuur 13 het deel van de wastrommel uit figuur 7 in perspectief is afgebeeld met beide deurbladen in open stand.

De afgebeelde wastrommel (1) omvat een hoofdzakelijk cilindervormige mantel (3) met aan weerszijden een zijwand (22). Zowel de mantel (3) als de zijwanden (22) worden typisch uit metalen platen vervaardigd die aan elkaar worden gelast. De mantel (3) is normaal voorzien van openingen (bijvoorbeeld via ponsen) voor aanbrengen en aflaten van water en/of stoom in de trommel (1) om hierin aangebrachte goederen zoals bijvoorbeeld wasgoed te wassen en/of te drogen. Hiertoe is deze was trommel (1) verder opgenomen in een wasmachine (23) of een droogkast (23), zoals te zien is in figuur 1, in een stationair opgestelde omringende trommel. De wastrommel (1) is hierin roteerbaar rond zijn as (2) opgesteld. Deze as (2) is normaal geen reële as die zich doorheen de trommel (1) uitstrekt. De trommel (1) is aan de zijwanden (22) gelagerd opgehangen, zodat deze roteerbaar is rond een virtuele as (2).

In de mantel (3) van de wastrommel (1) is een opening (4) voorzien (zie figuren 12 en 13). Via deze opening (4) kunnen de te wassen en/of te drogen goederen in de wastrommel (1) aangebracht worden en/of hier terug uit gehaald worden. Deze opening (4) kan afgesloten worden met behulp van twee deurbladen (5, 6). Deze deurbladen (5, 6) zijn elk aan een tegenovergestelde zijde van de opening (4) schamierbaar opgesteld rond een respectievelijke schamieras (7, 8), die zich evenwijdig aan de as (2) van de trommel (1) uitstrekt. Om de scharnieren robuust uit te voeren, zijn ze hier gevormd door uitstekende tanden aan de deurbladen (5, 6) om te plooien en vast te lassen. Doorheen deze omgeplooide uitstekende tanden is een respectievelijke schamierpen (7, 8) aangebracht, die verder in een plooi in de mantel (3) is opgenomen en doorheen de zijwanden (22) is aangebracht. 4

In de figuren 2 en 5 zijn de deurbladen (5, 6) afgebeeld in hun gesloten stand, 1 waarbij ze samen de opening (4) afsluiten. In de figuren 11 en 13 zijn de deurbladen (5, 6) afgebeeld in hun open stand, waaibij ze de opening (4) vrijlaten.

In de figuren 7-10 en 12 is afgebeeld hoe de deurbladen (5, 6) van hun gesloten stand in hun open stand gebracht kunnen worden.

Het eerste afgebeelde deurblad (5) is aan zijn zijde tegenovergesteld aan de zijde waaraan hij scharnierend is opgehangen, voorzien van ogen (10), dit door uitstekende tanden van het deurblad (5) om te plooien en vast te lassen en hier doorheen een pen (21) aan te brengen. Het tweede afgebeelde deurblad (6) is aan zijn zijde tegenovergesteld aan de zijde waaraan hij scharnierend is opgehangen, voorzien van corresponderende haken (9), die uitgevoerd zijn als omgeplooide uistekende tanden van het deurblad (6). Deze haken (9) kunnen in de ogen (10) van het eerste deurblad (5) gehaakt worden. Wanneer beide deurbladen (5, 6) zich in hun gesloten stand bevinden, zijn de haken (9) van het tweede deurblad (6) in de ogen (10) van het eerste deurblad (5) gehaakt, zoals te zien is in de figuren 2 en 5.

Bij beide deurbladen (5, 6) is per laterale zijde een spiraalveer (11) voorzien, die in gesloten stand van de deurbladen (5, 6) een veerkracht uitoefent op het corresponderende deurblad (5, 6) naar zijn open stand toe. De corresponderende delen van de mantel (3), die lateraal grenzen aan de opening (4), zijn voorzien van corresponderende verdiepingen (18). Dit kan bijvoorbeeld door geschikt plooien van een metalen plaat waaruit de mantel vervaardigd wordt. In deze verdiepingen (18) » zijn corresponderende pennen (12) aan de mantel (3) bevestigd, die zich ten opzichte van het manteloppervlak naar buiten toe uitstrekken (zie figuur 6). In de deurbladen (5, 6) zijn corresponderende doorgangsopeningen (14) voorzien (zie figuur 13), waardoorheen de pennen (12) zich kunnen uitstrekken wanneer de deurbladen (5, 6) zich in hun gesloten stand bevinden. De spiraalveren (11) zijn omheen de corresponderende pennen (12) aangebracht en tussen de spiraalveren (11) en de corresponderende deurbladen (5, 6) is telkens een rondel (15) aangebracht, zoals duidelijker te zien is in figuur 6. De deurbladen (5, 6) zijn telkens voorzien van met de veren (11) corresponderende uitstekende tanden (19). Elk verend element (11) strekt zich zo in de gesloten stand van het corresponderende deurblad (5, 6) hoofdzakelijk uit in de corresponderende verdieping (18) en dit tussen het corresponderende laterale deel van de mantel (3) grenzend aan de opening (4) en de corresponderende uitstekende tand (19) van het corresponderende deurblad (5,6).

De doorgangsopeningen (14) strekken zich in een richting volgens de omtrek van de trommel (1) langer uit dan in een richting volgens de as (2) van de trommel (1), zodat de pennen (12) doorheen de doorgangsopening kunnen aangrijpen bij roteren van de deurbladen (5,6).

De pennen (12) omvatten verder aan hun vrije uiteinde een verbreding (13). Per deurblad (5, 6) is een slot (16) opgesteld, dat op deze pennen (12) kan aangrijpen onder deze verbreding (13). Hiertoe is een vergrendelplaat (20) van het slot (16) in een richting volgens de as van de trommel (1) verschuifbaar opgesteld tussen een vergrendelstand (naar de corresponderende pen (12) toe, zie figuur 3) en een ontgrendelstand (van de corresponderende pen (12) weg, zie figuur 4). Dit kan bijvoorbeeld door deze vergrendelplaat (20) te voorzien van een langgerekte geleidingssleuf in de schuifirichting en door het corresponderende deurblad (5, 6) te voorzien van een geleidingspen, die in deze geleidingssleuf kan aangrijpen voor het geleiden van de schuifbeweging. Deze vergrendelplaat (20) omvat naar de corresponderende pen (12) toe een uitsparing (17), zodat in de vergrendelstand de vergrendelplaat (20) onder de verbreding (13) van de corresponderende pen (12) aangrijpt en de pen (12) in de uitsparing (17) aangrijpt.

Om de deurbladen (5, 6) te openen, dient men deze eerst naar binnen toe te duwen tegen de veerkracht in, om de deurbladen (5,6) te onthaken. Daarna ontgrendelt men het eerste deurblad (5) door verschuiven van het slot (16) weg van de corresponderende pen (12). Het eerste deurblad (5) wordt volledig onthaakt en naar zijn open stand gebracht, zoals te zien is in de figuren 7 tot en met 10. De veren (11) geven het eerste deurblad (5) hiertoe kinetische energie mee, die het manueel openen van dit deurblad (5) verder vereenvoudigt. Het slot (16) van het tweede deurblad (6) zorgt er daarbij voor dat het tweede deurblad (6) tijdens het openen van het eerste deurblad (S) niet manueel tegengehouden dient te worden en niet op een ongecontroleerde manier open kan schieten. Daarna opent men het slot (16) van het tweede deurblad (6), zoals te zien is in figuur 13 en brengt men het tweede deurblad (6) naar zijn open stand, zoals te zien is in de figuren 11 en 13. De veren (11) geven het tweede deurblad (6) hiertoe kinetische energie mee, die het manueel openen van dit deurblad (6) verder vereenvoudigt.

Voor het sluiten van de deurbladen (5,6) gaat men omgekeerd te werk.

Claims

1. Wastrommel (1) die hoofdzakelijk cilindervormig is uitgevoerd en roteerbaar rond zijn as (2) is opgesteld, omvattende een opening (4) in zijn mantel (3) en omvattende een eerste deurblad (5) en een tweede demblad (6), die elk schamierbaar zijn opgesteld, rond een respectievelijke schanieras (7, 8), tussen een eerste stand, waarin de deurbladen (5, 6) samen de opening (4) afsluiten en hun laterale zijden corresponderende laterale delen van de mantel, die grenzen aan de laterale zijden van de opening (4), overlappen, en een tweede stand, waarin de deurbladen (5, 6) de opening (4) vrijlaten, waarbij de schamierassen (7, 8) nagenoeg evenwijdig aan de as (2) van de cilinder aan een respectievelijke zijde van de opening (4) zijn opgesteld, waarbij het eerste deurblad (5) aan zijn zijde tegenovergesteld aan de zijde van de respectievelijke schamieras (7) ogen (10) omvat en het tweede deurblad (6) aan zijn zijde tegenovergesteld aan de zijde van de respectievelijke schanieras (8) haken (9) omvat, waarbij in de eerste stand de haken (9) van het tweede deurblad (6) in de ogen (10) van het eerste deurblad (5) haken en waarbij de wastrommel (1) minstens één verend element (11)· omvat, dat in de eerste stand op het tweede deurblad (6) een veerkracht uitoefent, dat het tweede deurblad (6) naar de tweede stand drijft, met het ! kenmerk dat het verende element (11) opgesteld is tussen een laterale zijde van het tweede deurblad (6) en het corresponderende laterale deel van de mantel (3) dat lateraal grenst aan de opening (4).

2. Wastrommel (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het verende element (11) is bevestigd aan de trommel (1).

3. Wastrommel (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het verende element (11) uitgevoerd is als een spiraalveer (11).

4. Wastrommel (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat aan het laatstgenoemde laterale deel van de mantel (3) een opstaande pen (12) is bevestigd, dat de corresponderende laterale zijde van het tweede deurblad (6) een doorgangsopening (14) voor deze pen (12) omvat, zodat in de eerste stand van het tweede deurblad (6) de pen (12) zich doorheen deze doorgangsopening (14) uitstrekt en dat de wastrommel (1) een slot (16) omvat, om in de eerste stand van het tweede deurblad (6) op het vrije uiteinde van de pen (12) aan te grijpen om het tweede deurblad (6) in de eerste stand te vergrendelen.

5. Wastrommel (1) volgens conclusie 4, met het kenmerk dat het vrije uiteinde van de pen (12) een verbreding (13) omvat en dat het slot (16) een vergrendelplaat (20) omvat, die aan de laatstgenoemde laterale zijde van het tweede deurblad (6) verschuifbaar in een richting volgens de as (2) van de trommel (1) is opgesteld tussen een vergrendelstand en een ontgrendelstand en die naar de laatstgenoemde laterale zijde van het tweede deuiblad (6) toe een uitsparing (17) omvat, zodat in de vergrendelstand de vergrendelplaat (20) onder de verbreding (13) van de pen (12) aangrijpt en de pen (12) in de uitsparing (17) aangrijpt.

6. Wastrommel (1) volgens conclusie 3 en conclusie 4 of 5, met het kenmerk dat de spiraalveer (11) omheen de pen (12) is aangebracht en dat tussen de spiraalveer (11) en het tweede deurblad (6) een rondel (15) is aangebracht.

7. Wastrommel (1) volgens conclusie 6, met het kenmerk dat de doorgangsopening (14) in het tweede deurblad (6) zich langer uitstrekt in een richting volgens.de omtrek van de trommel (1) dan in een richting volgens de as (2) van de trommel (1).

8. Wastrommel (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de laatstgenoemde laterale zijde van het tweede deurblad (6) een uitstekende tand (19) omvat, waaronder het verende element (11) aangrijpt in de eerste stand van het tweede deurblad (6).

9. Wastrommel (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het laatstgenoemde laterale deel van de trommel (1) een verdieping (18) omvat waarin het verende element (11) zich hoofdzakelijk uitstrekt in de eerste stand van het tweede deurblad (6).

10. Wastrommel (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat minstens één verend element (11) is opgesteld tussen de tegenovergestelde laterale zijde van het tweede deuiblad (6) dan het eerstgenoemde verende element (11) en het corresponderende laterale deel van de mantel (3) dat lateraal grenst aan de opening (4), dat het tweede deurblad (6) naar de tweede stand drijft.

11. Wastrommel (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat tussen elke laterale zijde van het eerste deurblad (5) en het respectievelijke corresponderende laterale deel van de mantel (3) dat lateraal grenst aan de opening (4) minstens één verend element (11) is opgesteld, dat het eerste deurblad (5) naar de tweede stand drijft.

12. Wastrommel (1) volgens conclusie 11, met het kenmerk dat de wastrommel (1) een slot (16) omvat, om het eerste deurblad (5) in de eerste stand te vergrendelen.

13. Wastrommel (1) volgens conclusie 12, met het kenmerk dat aan het laterale deel van de mantel (3) dat in de eerste stand overlapt wordt door een laterale zijde van het eerste deurblad (5), een opstaande pen (12) is bevestigd met een verbreding (13) aan zijn vrije uiteinde, dat de corresponderende laterale zijde van het eerste deurblad (5) een doorgangsopening (14) voor deze pen (12) omvat, zodat in de eerste stand van het eerste deurblad (5) de pen (12) zich doorheen deze doorgangsopening (14) uitstrekt en dat het slot (16) een vergrendelplaat (20) omvat, die aan de laatstgenoemde laterale zijde van het eerste deurblad (5) verschuifbaar in een richting volgens de as (2) van de trommel (1) is opgesteld tussen een vergrendelstand en een ontgrendelstand en die naar de laatstgenoemde zijde van het eerste deurblad (5) toe een uitsparing (17) omvat, zodat in de vergrendelstand de vergrendelplaat (20) onder de verbreding (13) van de pen (12) aangrijpt en de pen (12) in de uitsparing (17) aangrijpt.

14. Wasmachine (23) omvattende een wastrommel, met het kenmerk dat deze wastrommel een wastrommel volgens één van de voorgaande conclusies is.

15. Droogkast (23) omvattende een wastrommel, met het kenmerk dat deze wastrommel een wastrommel volgens één van de voorgaande conclusies is.