NL1042326B1 - Grendelsysteem voor deurbladen of raambladen van voertuigen - Google Patents

Grendelsysteem voor deurbladen of raambladen van voertuigen Download PDF

Info

Publication number
NL1042326B1
NL1042326B1 NL1042326A NL1042326A NL1042326B1 NL 1042326 B1 NL1042326 B1 NL 1042326B1 NL 1042326 A NL1042326 A NL 1042326A NL 1042326 A NL1042326 A NL 1042326A NL 1042326 B1 NL1042326 B1 NL 1042326B1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
locking
locking part
door
operating device
primary
Prior art date
Application number
NL1042326A
Other languages
English (en)
Inventor
Franciscus Maria Haarhuis Willibrordus
Original Assignee
Franciscus Maria Haarhuis Willibrordus
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Franciscus Maria Haarhuis Willibrordus filed Critical Franciscus Maria Haarhuis Willibrordus
Application granted granted Critical
Publication of NL1042326B1 publication Critical patent/NL1042326B1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B83/00Vehicle locks specially adapted for particular types of wing or vehicle
    • E05B83/02Locks for railway freight-cars, freight containers or the like; Locks for the cargo compartments of commercial lorries, trucks or vans
    • E05B83/12Locks for railway freight-cars, freight containers or the like; Locks for the cargo compartments of commercial lorries, trucks or vans for back doors of vans
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B63/00Locks or fastenings with special structural characteristics
    • E05B63/14Arrangement of several locks or locks with several bolts, e.g. arranged one behind the other
    • E05B63/143Arrangement of several locks, e.g. in parallel or series, on one or more wings
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B77/00Vehicle locks characterised by special functions or purposes
    • E05B77/46Locking several wings simultaneously
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B79/00Mounting or connecting vehicle locks or parts thereof
    • E05B79/10Connections between movable lock parts
    • E05B79/20Connections between movable lock parts using flexible connections, e.g. Bowden cables
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B83/00Vehicle locks specially adapted for particular types of wing or vehicle
    • E05B83/02Locks for railway freight-cars, freight containers or the like; Locks for the cargo compartments of commercial lorries, trucks or vans
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05CBOLTS OR FASTENING DEVICES FOR WINGS, SPECIALLY FOR DOORS OR WINDOWS
    • E05C9/00Arrangements of simultaneously actuated bolts or other securing devices at well-separated positions on the same wing

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Lock And Its Accessories (AREA)

Abstract

Voertuig, in het bijzonder bedrijfswagen, met een gesloten laadruimte en althans één de laadruimte begrenzend deurblad of raamblad, omvattend een systeem voor vergrendeling van het deurblad of raamblad, waarbij het systeem omvat: -een primaire grendelinrichting en een secundaire grendelinrichting, waarbij de primaire grendelinrichting een eerste grendeldeel en een daarmee samenwerkend tweede grendeldeel omvat, waarbij het eerste grendeldeel ten opzichte van het tweede grendeldeel verplaatsbaar is tussen een vrijgave-stand en een grendelstand, en een primaire bedieningsinrichting voor verplaatsing van het eerste grendeldeel tussen de vrijgave-stand en de grendelstand omvat, en waarbij de secundaire grendelinrichting een derde grendeldeel en een daarmee samenwerkend vierde grendeldeel omvat, waarvan het derde grendeldeel ten opzichte van het vierde grendeldeel verplaatsbaar is tussen een vrijgave-stand en een grendelstand, en een secundaire bedieningsinrichting voor verplaatsing van het derde grendeldeel tussen de vrijgave-stand en de grendelstand omvat, waarbij het tweede grendeldeel, het derde grendeldeel en de secundaire bedieningsinrichting aangebracht zijn op het deurblad of raamblad en het eerste grendeldeel zodanig geplaatst is dat het in zijn verplaatsing naar de grendelstand aangrijpt op de secundaire bedieningsinrichting voor activatie daarvan.

Description

Grendelsvsteem voor deurbladen of raambladen van voertuigen
ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
De uitvinding heeft betrekking op een systeem voor vergrendeling van een deurblad of raamblad van een laadruimte van een voertuig, in het bijzonder een deurblad of raamblad van een bedrijfswagen. De uitvinding heeft voorts betrekking op een voertuig voorzien van een dergelijk systeem.
Bedrijfswagens (inbegrepen type bestelbusjes en bestelauto’s) worden vaak ingezet bij onderhouds- en installatiewerkzaamheden. De gesloten laadruimte van deze voertuigen is toegankelijk via tenminste één achterdeur, zoals via een klepdeur met bovenscharnier of een enkele of dubbele, van zijscharnieren voorziene deur. Eventueel kan ook aan één zijkant of aan beide zijkanten een schuifdeur voorzien zijn. In sommige gevallen is ook een te openen raam voorzien.
De laadruimte wordt benut voor opslag van gereedschap, materialen en andere voorzieningen die nodig kunnen zijn voor de uit te voeren werkzaamheden. De gereedschappen en andere voorwerpen in de laadruimte kunnen vrij kostbaar zijn, en daarmee een potentieel onderwerp van diefstal. Inbrekers proberen zich daarbij doorgaans toegang te verschaffen door de zijdeur of de achterdeur van de wagen open te forceren. Om dit te voorkomen zijn diverse vormen van grendelsystemen ontworpen.
In een bekend grendelsysteem wordt de vergrendeling van één of meer deuren centraal gerealiseerd, vanuit de cabine van het voertuig. Door bediening van een door een slot vrij te geven schuif kunnen parallelle kabels worden aangetrokken, voor bediening van respectieve grendelhaken die op een betreffend kozijndeel zijn gemonteerd en door de kabel verplaatsbaar zijn tussen een vrijgave stand en een grendelstand, ingrijpend in een grendeloog op het betreffende deurblad of raamblad. Zo kunnen bijvoorbeeld tegelijk een grendelhaak voor een zijdeur en een grendelhaak voor een achterdeur worden bediend.
Het kan gewenst zijn om een relatief groot deurblad op meerdere plaatsen te vergrendelen, zoals aan een zijkant en aan een onderkant of een bovenkant, afhankelijk van hoe de deur of het raam opent. In verband met beperkte beschikbare ruimte in de, de deur of het raam omgevende kozijnen kan het dan nodig zijn om het verplaatsbare grendeldeel op te nemen in het deurblad of raamblad, in het bijzonder wanneer het deurblad aan een onderdorpel of bovendorpel vergrendeld moet kunnen worden. Voor de bediening van dat grendeldeel zal de kabel over moeten steken van kozijn naar deurblad. Dat kan echter hinder opleveren voor het personeel. Voorts kan de kabel vatbaar zijn voor beschadiging tijdens het inladen of uitladen van gereedschappen en materiaal of tijdens het sluiten van de deur of het raam.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Een doel van de uitvinding is een meervoudig grendelsysteem voor een deur of een raam van een van een gesloten laadruimte voorzien voertuig, in het bijzonder bedrijfswagen, te verschaffen.
Een doel van de uitvinding is een veilig meervoudig grendelsysteem voor een deur of een raam van een van een gesloten laadruimte voorzien voertuig, in het bijzonder bedrijfswagen, te verschaffen.
Een doel van de uitvinding is een meervoudig grendelsysteem voor een deur of een raam van een van een gesloten laadruimte voorzien voertuig, in het bijzonder bedrijfswagen, te verschaffen dat storingsarm is.
Vanuit één aspect voorziet de uitvinding in een van een gesloten laadruimte voorzien voertuig, in het bijzonder bedrijfswagen, met althans één de laadruimte begrenzend deurblad of raamblad, omvattend een systeem voor vergrendeling van het deurblad of raamblad, waarbij het systeem omvat: -een primaire grendelinrichting en een secundaire grendelinrichting, waarbij de primaire grendelinrichting een eerste grendeldeel en een daarmee samenwerkend tweede grendeldeel omvat, waarbij het eerste grendeldeel ten opzichte van het tweede grendeldeel verplaatsbaar is tussen een vrijgave-stand waarin de primaire grendelinrichting opening van het deurblad of raamblad niet verhinderd en een grendelstand, waarin dat wel het geval is, en een primaire bedieningsinrichting voor verplaatsing van het eerste grendeldeel tussen de vrijgave-stand en de grendelstand omvat, en waarbij de secundaire grendelinrichting een derde grendeldeel en een daarmee samenwerkend vierde grendeldeel omvat, waarbij het derde grendeldeel ten opzichte van het vierde grendeldeel verplaatsbaar is tussen een vrijgave-stand waarin de secundaire grendelinrichting opening van het deurblad of raamblad niet verhinderd en een grendelstand, waarin dat wel het geval is, en een secundaire bedieningsinrichting voor verplaatsing van het derde grendeldeel tussen de vrijgave-stand en de grendelstand omvat, waarbij het tweede grendeldeel, het derde grendeldeel en de secundaire bedieningsinrichting aangebracht zijn op het deurblad of raamblad en het eerste grendeldeel zodanig geplaatst is dat het in zijn verplaatsing naar de grendelstand aangrijpt op de secundaire bedieningsinrichting voor activatie (voor het naar de grendelstand verplaatsen van het derde grendeldeel) daarvan.
De primaire en de secundaire bedieningsinrichtingen zijn daarmee in serie met elkaar gelegen. Het eerste grendeldeel steekt als het ware de spleetruimte tussen carrosserie en deurblad of raamblad over en vormt onderdeel van de bediening van de derde grendel, zodat een de genoemde spleet overstekende kabel achterweg kan blijven.
In een eenvoudige uitvoering omvat de secundaire bedieningsinrichting een aanslag die reikt in de baan van het eerste grendeldeel welke het eerste grendeldeel volgt in de verplaatsing naar de grendelstand daarvan om daardoor in die verplaatsing te worden meegenomen teneinde het derde grendeldeel te verplaatsen naar de grendelstand daarvan.
De primaire en/of de secundaire bedieningsinrichting kunnen respectievelijk een primaire kabel en een secundaire kabel of iets dergelijks omvatten. De betreffende kabel kan een Bowden kabel zijn.
De secundaire bedieningsinrichting kan één of meer omloopschijven voor de secundaire kabel omvatten, waardoor de slag voor het derde grendeldeel kan worden vergroot ten opzichte van de slag van het eerste grendeldeel en speling in de kabel(s), in het bijzonder Bowden kabel(s), geen nadelige beperking in de verplaatsing van het derde grendeldeel veroorzaakt.
Hierbij kan één van de omloopschijven verbonden zijn met de voornoemde aanslag voor verplaatsing als een eenheid door het eerste grendeldeel en/of kan één van de omloopschijven plaatsvast aangebracht zijn op het deurblad of raamblad.
De eerste en derde grendeldelen kunnen elk een haak of pen omvatten en de tweede en vierde grendeldelen een grendelopnemer voor die haak of pen. In een eenvoudige uitvoering is het eerste grendeldeel en/of het derde grendeldeel lineair verplaatsbaar tussen de betreffende vrijgave stand en de betreffende grendelstand. De grendelopnemer kan uitgevoerd zijn als een kom of een ring.
Het eerste grendeldeel en/of het vierde grendeldeel kan aangebracht zijn op een het betreffende deurblad of raamblad omgevend kozijn.
Het vierde grendeldeel kan gelegen zijn in een deur- of raamdorpel (dus horizontaal deel van het deur- of raamkozijn), in het bijzonder onderdorpel. Dit grendeldeel is passief en behoeft weinig ruimte.
Het deurblad kan uitgevoerd zijn als deurklep met bovenscharnier, als deurklep met onderscharnier, als enkele deur met zijscharnier of als één van de twee deuren van een dubbele deur met zijscharnier.
Vanuit een verder aspect voorziet de uitvinding in een grendelsysteem kennelijk geschikt en bestemd voor inbouw in een voertuig volgens de uitvinding.
De in deze beschrijving en conclusies van de aanvrage beschreven en/of de in de tekeningen van deze aanvrage getoonde aspecten en maatregelen kunnen waar mogelijk ook afzonderlijk van elkaar worden toegepast. Die afzonderlijke aspecten kunnen onderwerp zijn van daarop gerichte afgesplitste octrooiaanvragen. Dit geldt in het bijzonder voor de maatregelen en aspecten welke op zich zijn beschreven in de volgconclusies.
KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van een in de bijgevoegde tekeningen weergegeven voorbeelduitvoering. Getoond wordt in:
Figuren 1A en 1B in schematisch zijaanzicht een bedrijfswagen voorzien van een voorbeelduitvoering van een grendelsysteem volgens de uitvinding, in geopende toestand van een zijdeur en een achterdeur en in een gesloten, vergrendelde toestand van die deuren;
Figuren 2A en 2B een schematisch aanzicht op de achterdeur van de bedrijfswagen van figuren 1A en 1B; en
Figuren 3A en 3B op schematische wijze de achterdeur van figuren 2A,B , respectievelijk in de vrijgave stand en in de grendelstand.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
De bedrijfswagen 1 in figuren 1A,B en 2A,B heeft een cabine 2 en een gesloten laadruimte 3, onderling gescheiden door een tussenschot 4. De laadruimte 3 is toegankelijk via een in de zijwand opgenomen schuifdeur 5 en via een paar achterdeuren 6a,b. De achterdeuren 6a,b zijn om een vrijwel verticale assen scharnierbaar verbonden met respectieve stijlen 52a,b (figuur 2A) en 7a van achterdeurkozijn 7. De schuifdeur 5 en de achterdeuren 6a,b vormen deurbladen en zijn op gebruikelijke wijze op slot te zetten met van buiten af te bedienen deursloten, deels aangebracht op grepen 55 en 56.
Voor extra beveiliging tegen diefstal uit de laadruimte 3 is een grendelsysteem 10 in de bedrijfswagen 1 gemonteerd. Het grendelsysteem 10, nader weergegeven in figuur 3A, omvat een bedieningsschuif 11 met cilinderslot 12, dat voorzien is van een veerbelaste schoot 60. De bedieningsschuif 11 is heen en weer beweegbaar in richtingen A en in die richtingen schuifbaar opgenomen in een gehard stalen geleidebus, die bevestigd is aan het tussenschot en daardoorheen reikt, en hier niet is weergegeven. De bedieniningsschuif 11 is aan het andere eind voorzien van een dwarspen 13 die met de einden verschuifbaar is in sleuven 14 in twee wanden 15a van een op het tussenschot 4 gemonteerde kast 15. De dwarspen 13 reikt in een sleuf 16 van een hefboom 17 die ter plaatse van een draaipen 18 in richtingen B verdraaibaar bevestigd is aan de wanden 15. Nabij de draaipen 18 is op de hefboom 17 een omloopschijf 19 aangebracht, waaromheen twee Bowden kabels 20 en 21 gelegd zijn, op parallelle wijze. De kabels 20 en 21 zijn met hun uiteinden bevestigd aan een bodemplaat 15b van de kast 15. Alternatief kan in plaats van gebruik te maken van omloopschijf 19 en het op de bodemplaat 15b bevestigen van de kabels 20,21 gekozen worden voor het direct aan de hefboom 17 bevestigen van de kabels 20,21, op afstand van de draaipen 18, zoals op locaties 18a, of 18b, afhankelijk van de gewenste uitslag voor de betreffende kabel. De kast 15 is voorts voorzien van een vaste schootaanslag 61.
De kabels 20 en 21 zijn langs de binnenzijde van de carrosserie gevoerd naar grendelinrichting 22 en (primaire) grendelinrichting 23, respectievelijk voor de schuifdeur 5 en de achterdeur 6a. De grendelinrichtingen 22 en 23 omvatten elk een kast 24, 25, die respectievelijk zijn bevestigd in schuifdeurstijl 8 en in bovendorpel 54. In de kasten 24,25 zijn schuiven 26,27 opgenomen, die daarin heen en weer verschuifbaar zijn in richtingen C,D. Drukveren 28,29 zijn werkzaam tussen de kasten 24,25 en de schuiven 26,27 en spannen de schuiven 26,27 in richtingen C2,D2 naar een vrijgave stand. Op de schuiven 26,27 zijn grendelhaken 30,31 bevestigd, die in de grendelstand deurgrendelend ingrijpen in ring- of komvormige grendeldelen 32,33 die plaatsvast bevestigd zijn in het betreffende deurblad 5,6a. De grendelhaak 31 vormt een eerste grendeldeel en het grendeldeel 33 vormt een tweede grendeldeel. De bedieningsschuif 11, de hefboom 17, de kabel 21 en de schuif 25 maken deel uit van een primaire bedieningsinrichting voor de primaire grendelinrichting 23.
Zoals in figuren 2A,B te zien is, omvat het kozijn verder onderdorpel 51 en bovendorpel 54. Achter (op de tekening vóór) de onderdorpel 51 bevindt zich de gebruikelijke bumper 53. Te zien is dat de kabel 21 vanaf de rechterzijde van het kozijn 7 langs de binnenzijde van de bovendorpel 54naar de op de binnenzijde van de bovendorpel 54 bevestigde kast 25 loopt. Tegenover de kast 25 is de grendelring 33 in de sluitkant van de deur 6a bevestigd. Merk op dat de tekeningen schematisch zijn, in figuren 1A en 1B is om redenen van duidelijkheid de kast 25 verticaal afgebeeld.
Onder verwijzing naar de figuur 3A wordt nu het in de deur 6a opgenomen gedeelte van het grendelsysteem toegelicht. De als tweede grendeldeel werkzame grendelring 33 vormt één geheel met een in de deur 6 bevestigde plaat 34, waarop een schuif 35 gemonteerd is die langs de plaat 34 heen en weer verschuifbaar is in richtingen E. De schuif 35 bezit aan één eind (op figuur 3A gezien het boveneind) een aanslag(plaat) 37, die zodanige vorm en afmetingen heeft dat deze door de opening van de grendelring 33 heen kan bewegen. De aanslag 37 ligt in de bewegingsbaan van het uiteinde van de grendelhaak 31, wanneer deze in de gesloten stand van de deur 6a over de spleet tussen deur 6a en bovendorpel 54 reikt. De schuif 35 draagt aan het andere eind een omloopschijf 36 voor een Bowden kabel 38, waarvan een uiteinde bevestigd is aan het andere eind van de plaat 35. De kabel 38 keert om de schijf 36, over 180 graden.
Zoals te zien in figuur 2A loopt de kabel 38 in de deur 6 naar beneden, naar een (secundaire) grendelinrichting 40. Deze omvat, zie ook figuur 3A, een in de deur 6, nabij de onderrand daarvan, bevestigde kast 39. In de kast 39 is een omloopschijf 43 voor de kabel 38 op met de deur 6a plaatsvaste wijze bevestigd. De kabel 38 keert over 180 graden om de schijf 43 en is met het uiteinde door bijvoorbeeld een bout 42a bevestigd op een op en neer beweegbaar (richtingen F), in de kast 40 opgenomen grendelpen (derde grendeldeel) 41. Aan de grendelpen 41 is ter plaatse van 42b een trekveer 45 bevestigd, die bevestigd is op een bovenwand 39a van de kast 39. De grendelpen 41 reikt passend door een gat 46 in een bodemwand 39b van de kast 39, in lijn met en boven een in de onderdorpel 51 plaatsvast bevestigde grendelring (vierde grendeldeel) 44. De schuif 35 met aanslag 37, kabel 38 en omloopschijven 36 en 43 maken deel uit van een secundaire bedieningsinrichting voor de secundaire grendelinrichting 40.
Wanneer het gewenst is om de deuren 5 en 6a (en daarmee ook deur 6b) te vergrendelen duwt de werkman in de cabine 2 de schuif 11 in de richting A1, zie figuur 3B. Hierdoor wordt de dwarspen 13 ook in de richting A1 verplaatst, waardoor de hefboom 17 in de richting B1 om pen 18 verdraaid wordt. Als gevolg hiervan worden de kabels 20 en 21 aangetrokken, en worden de schuiven 26 en 27 in de kasten 24 en 25 tegen de werking van de drukveren 28,29 omhoog, richtingen C1,D1 getrokken. Hierdoor treden de haken van de grendelhaken 30,31 in de openingen van de grendelringen 32,33.
Bij het in richting D1 dwingen van de grendelhaak 31 komt de punt van de haak tegen de aanslag 37 op schuif 35, en bij verder dwingen van de grendelhaak in richting D1 zal de punt van de haak de aanslag 37 door de grendelring 33 heen verplaatsen en daarmee de schuif 35 en daarmee ook de omloopschijf 36 meenemen. Hierdoor wordt het part van de kabel 38 tussen het op de schuif 35 bevestigde kabeleind en de schijf 36 verlengd. Dat geldt ook voor het kabelpart dat zich uitstrekt tussen de omloopschijven 36 en 43, zodat de verplaatsing van dat kabelpart het dubbele bedraagt van de verplaatsing van de schuif 35. Deze dubbele verplaatsingsafstand wordt door de kabel 38 opgelegd aan de grendelpen 41, die neerwaarts in de richting F1 wordt gedwongen, tegen de werking van veer 45 in, om de spleet tussen deurblad 6 en onderdorpel 51 over te steken en in grendelring 44 te reiken.
De ingeduwde positie van de schuif 11 (figuur 3B) wordt door het achter de schootaanslag 61 uitschieten van de (veerbelaste) schoot 60 geblokkeerd, waardoor ook de positie van de schuiven 26,27 vastgelegd is en daarmee de grendelstand van de grendelhaken 30,31. Door de vastgelegde stand van de grendelhaak 31 ligt ook de positie van de schuif 35 vast, en via de kabel 38 wordt de grendelpen 41 in de grendelring 44 gehouden.
Wanneer de werkman de vergrendeling weer wil opheffen bedient hij het slot 12 door de sleutel te verdraaien om de schoot 60, tegen de veerwerking in, in te trekken en om aldus de schuif 11 weer terug te kunnen laten keren (richting A2). De spanning in de kabels 20,21 wordt vrijgegeven, zodat de hefboom 17 weer om draaipen 18 in richting B2 kan terugdraaien en de schuiven 26 en 27 weer terug kunnen bewegen, bijgestaan door de veren 28,29, om de grendelhaken 30,31 weer vrij te maken van de grendelringen 32,33. Daardoor kan ook de schuif 35 naar de uitgangsstand bewegen en kan de grendelpen 41 weer teruggetrokken worden, bijgestaan door trekveer 45, om de grendelpen 41 vrij te maken van de grendelring 44.
Te zien is dat de deur (in het voorbeeld deur 6a) op twee plaatsen (extra ten opzichte van het deurslot 56) vergrendeld is, niet van buiten zichtbaar.
De primaire en secundaire grendelinrichtingen (in het voorbeeld 23 en 40) staan in serie en het grendeldeel (in het voorbeeld grendelhaak 31) van de primaire grendelinrichting maakt deel uit van de bediening van het derde grendeldeel (in het voorbeeld grendelpen 41) van de secundaire grendelinrichting. De kabel die zorgt voor bediening van het derde grendeldeel blijft buiten de overgang tussen deur en kozijn, zoals ook duidelijk geïllustreerd is in figuur 1A.
De uitvinding(en) is/zijn geenszins beperkt tot de in de tekeningen en beschrijving getoonde en beschreven uitvoeringen. De bovenstaande beschrijving is opgenomen om de werking van voorkeursuitvoeringen van de uitvinding te illustreren, en niet om de reikwijdte van de uitvinding te beperken. Uitgaande van de bovenstaande uiteenzetting zullen voor een vakman vele variaties duidelijk zijn die vallen onder de geest en de reikwijdte van de onderhavige uitvinding. Variaties zijn mogelijk van de in de tekeningen getoonde en in de beschrijving beschreven onderdelen. Zij kunnen apart worden toegepast in andere uitvoeringen van de uitvinding(en). Onderdelen van verschillende gegeven voorbeelden kunnen met elkaar gecombineerd worden.

Claims (15)

1. Voertuig, in het bijzonder bedrijfswagen, met een gesloten laadruimte en althans één de laadruimte begrenzend deurblad of raamblad, omvattend een systeem voor vergrendeling van het deurblad of raamblad, waarbij het systeem omvat: -een primaire grendelinrichting en een secundaire grendelinrichting, waarbij de primaire grendelinrichting een eerste grendeldeel en een daarmee samenwerkend tweede grendeldeel omvat, waarbij het eerste grendeldeel ten opzichte van het tweede grendeldeel verplaatsbaar is tussen een vrijgave-stand, waarin de primaire grendelinrichting opening van het deurblad of raamblad niet verhinderd, en een grendelstand, waarin dat wel het geval is, en een primaire bedieningsinrichting voor verplaatsing van het eerste grendeldeel tussen de vrijgave-stand en de grendelstand omvat, en waarbij de secundaire grendelinrichting een derde grendeldeel en een daarmee samenwerkend vierde grendeldeel omvat, waarbij het derde grendeldeel ten opzichte van het vierde grendeldeel verplaatsbaar is tussen een vrijgave-stand, waarin de secundaire grendelinrichting opening van het deurblad of raamblad niet verhinderd, en een grendelstand, waarin dat wel het geval is, en een secundaire bedieningsinrichting voor verplaatsing van het derde grendeldeel tussen de vrijgave-stand en de grendelstand omvat, waarbij het tweede grendeldeel, het derde grendeldeel en de secundaire bedieningsinrichting aangebracht zijn op het deurblad of raamblad en het eerste grendeldeel zodanig geplaatst is dat het in zijn verplaatsing naar de grendelstand aangrijpt op de secundaire bedieningsinrichting voor activatie daarvan.
2. Voertuig volgens conclusie 1, waarbij de secundaire bedieningsinrichting een aanslag omvat die reikt in de baan van het eerste grendeldeel welke het eerste grendeldeel volgt in de verplaatsing naar de grendelstand daarvan om daardoor in die verplaatsing te worden meegenomen.
3. Voertuig volgens conclusie 1 of 2, waarbij de secundaire bedieningsinrichting een secundaire kabel of iets dergelijks omvat.
4. Voertuig volgens conclusie 3, waarbij de secundaire bedieningsinrichting één of meer omloopschijven voor de secundaire kabel omvat.
5. Voertuig volgens conclusie 2 en conclusie 4, waarbij één van de omloopschijven verbonden is met de aanslag voor verplaatsing als een eenheid daarmee door het eerste grendeldeel.
6. Voertuig volgens conclusie 4 of 5, waarbij één van de omloopschijven plaatsvast aangebracht is op het deurblad of raamblad.
7. Voertuig volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het eerste grendeldeel een haak of pen omvat en het tweede grendeldeel een grendelopnemer voor de haak of pen.
8. Voertuig volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het derde grendeldeel een haak of pen omvat en het vierde grendeldeel een grendelopnemer voor de haak of pen.
9. Voertuig volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het eerste grendeldeel en/of het vierde grendeldeel aangebracht zijn op een het betreffende deurblad of raamblad omgevend kozijn.
10. Voertuig volgens conclusie 9, waarbij het vierde grendeldeel gelegen is in een horizontaal deel van het deur- of raamkozijn, in het bijzonder onderdorpel van deur- of raamkozijn.
11. Voertuig volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de primaire bedieningsinrichting een primaire kabel of iets dergelijks omvat, waarbij, bij voorkeur, de primaire bedieningsinrichting één of meer omloopschijven voor de primaire kabel omvat.
12. Voertuig volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het grendelsysteem is voor vergrendeling van een deurblad dat scharnierbaar is om een bovengelegen horizontale scharnieras.
13. Voertuig volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de primaire bedieningsinrichting ingericht is voor een lineaire verplaatsing van het eerste grendeldeel.
14. Voertuig volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de secundaire bedieningsinrichting ingericht is voor een lineaire verplaatsing van het derde grendeldeel.
15. Grendelsysteem kennelijk geschikt en bestemd voor inbouw in een voertuig volgens één der voorgaande conclusies.
NL1042326A 2016-04-12 2017-04-04 Grendelsysteem voor deurbladen of raambladen van voertuigen NL1042326B1 (nl)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1041813 2016-04-12

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1042326B1 true NL1042326B1 (nl) 2017-11-01

Family

ID=56236011

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1042326A NL1042326B1 (nl) 2016-04-12 2017-04-04 Grendelsysteem voor deurbladen of raambladen van voertuigen

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP3231970B1 (nl)
NL (1) NL1042326B1 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US11913260B2 (en) * 2021-07-12 2024-02-27 Ford Global Technologies, Llc Locking mechanism for slidable vehicle doors

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5069491A (en) * 1987-05-27 1991-12-03 The Eastern Company Vehicle door lock system
DE4413277A1 (de) * 1994-04-16 1995-10-19 Kiekert Gmbh Co Kg Zentralverriegelungsanlage für die Verschlüsse an Türen und Klappen eines Kraftfahrzeuges
US6843084B2 (en) * 2001-05-30 2005-01-18 Dave Porter Storage compartment security system
GB0223617D0 (en) * 2002-10-11 2002-11-20 Arvinmeritor Light Vehicle Sys Latch assembly and striker
US20090217718A1 (en) * 2008-01-15 2009-09-03 James David Porter Intermodal physical security device
US8959838B1 (en) * 2009-12-18 2015-02-24 Vittorio Marinelli Cargo vehicle security system and method of use

Also Published As

Publication number Publication date
EP3231970B1 (en) 2020-02-26
EP3231970A1 (en) 2017-10-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US9393855B2 (en) Truck cap assembly
US20150183303A1 (en) Rear door device in vehicle
US7322661B1 (en) Storage cabinet
WO2015026769A1 (en) Slide-out truck tool box
US11279293B2 (en) Vehicle interior component
US10711511B2 (en) Methods of forming a leading end assembly for a movable partition
US11585130B2 (en) Bin latch
US9260890B2 (en) Latch mechanism
NL1042326B1 (nl) Grendelsysteem voor deurbladen of raambladen van voertuigen
US1250574A (en) Fastener for doors.
CN105464489A (zh) 用于背门的闩锁结构
US3692083A (en) Plural panel door assembly
NL8203193A (nl) Afsluitinrichting voor een wanddoorlaat van een transportinstallatie.
US11408213B2 (en) Locking system for a secure safe
KR20100001776A (ko) 미서기 창호의 안전 닫힘장치
NL2021189B1 (nl) Dakkoffer
EP3318714A1 (de) Artikel-ausgabesystem
NL2019826B1 (nl) Grendelsysteem voor deuren
US8827332B2 (en) Self-engaging emergency egress lock assembly
US2525642A (en) Latch
US1560537A (en) Combined latch and hinge
BE1021635B1 (nl) Sluitplaat van een slot
RU2668520C1 (ru) Фиксирующее устройство к приводу засова задвижной двери
KR20210076390A (ko) 카라반 수납함 및 이를 사용한 카라반
EP3519218B1 (en) Vehicle having at least one lockable door

Legal Events

Date Code Title Description
PD Change of ownership

Owner name: HB-PRO B.V.; NL

Free format text: DETAILS ASSIGNMENT: CHANGE OF OWNER(S), ASSIGNMENT; FORMER OWNER NAME: WILLIBRORDUS FRANCISCUS MARIA HAARHUIS

Effective date: 20181231

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20200501