BE1013587A3 - Watercloset. - Google Patents

Abstract

De uitvinding betreft een watercloset dat minstens een closetpot (1) bevat, een spoelwatertoevoer (2) die op een binnenkant van de closetpot (1) uitgeeft, en een zitting (3) die op de closetpot (1) neerklapbaar is. Het watercloset (1) is van van minstens één afzuigaansluiting (4) voorzien.

Description

   <Desc/Clms Page number 1> 
 



   Watercloset. 



  Deze uitvinding heeft betrekking op een watercloset dat minstens een closetpot bevat, een spoelwatertoevoer die op de binnenkant van de closetpot uitgeeft, en een zitting die op de closetpot neerklapbaar is. 



  Een klassiek probleem bij een watercloset is het ontstaan van onaangename geuren. 



  Een al even klassieke remedie bestaat erin in de closetpot ontgeurders te hangen of ontgeurmiddel toe te voegen aan het spoelwater. 



  Deze ontgeurders zijn evenwel enkel actief tijdens het doorspoelen en dus gedurende een korte tijd. 



  Een meer doeltreffende oplossing bestaat erin uit de ruimte waarin   een   of meer waterclosetten opgesteld zijn, lucht af te zuigen met een ventilator die meestal in het plafond of nabij dit plafond in een muur is opgesteld. 



   Door de ligging van de ventilator duurt het evenwel geruime tijd vooraleer de geuren die in de closetpot ontstaan, weggezogen zijn. Daarenboven moet een relatief grote hoeveelheid lucht weggezogen worden. Wanneer het koud is en de ruimte wordt verwarmd, dan is dit wegzuigen van een grote hoeveelheid lucht energetisch nadelig aangezien een grote hoeveelheid verse lucht moet worden verwarmd. 



   De uitvinding heeft een watercloset als doel die voornoemde en andere nadelen niet vertoont en toelaat de slechte 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 geuren efficiënt maar met eventueel een minimum aan afgezogen lucht, te verwijderen. 



  Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat het watercloset van minstens een afzuigaansluiting is voorzien. 



  Wanneer het watercloset gemonteerd   is'klaar   voor gebruik, sluit op deze afzuigaansluiting een afzuigleiding aan. 



  Voor het afzuigen kan in deze afzuigleiding een ventilator aangebracht zijn. 



  De afzuigaansluiting kan zowel rechtstreeks op de binnenkant van de closetpot als via de bril daarop uitgeven. 



  Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te . tonen zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen van een watercloset volgens de uitvinding beschreven met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin : figuur 1 een zieht in perspectief weergeeft van een watercloset volgens de uitvinding ; figuur 2 een doorsnede weergeeft volgens lijn II-II in figuur   1 ;   figuur 3 in perspectief een gedeelte weergeeft van een andere uitvoeringsvorm van een watercloset volgens de uitvinding ; figuur 4 een doorsnede weergeeft volgens IV-IV in figuur 3. 



  . Het watercloset weergegeven in figuur 1 bestaat in hoofdzaak uit een closetpot   l,   een spoelwatertoevoer 2 die 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 op de binnenkant van de closetpot 1 uitgeeft, een op de closetpot 1 neerkantelbare bril 3 en een afzuigaansluiting 4 die op de binnenkant van de closetpot 1 uitgeeft. 



  De closetpot 1 is onderaan van een uitlaat 5 voor fecaliën voorzien en bezit bovenaan een naar binnen uitspringende bovenste rand 6. 



  In tegenstelling tot de normale closetpotten   1,   vormt deze bovenste rand 6 niet   een   maar twee naast elkaar gelegen naar onder open kanalen 7 en 8, zoals in detail in figuur 2 is weergegeven. 



  De spoelwatertoevoer 2 mondt uit in het buitenste kanaal 7, aan de achterkant van de closetpot 1. 



  Deze spoelwatertoevoer 2 bevat in het weergegeven voorbeeld een waterreservoir 9 dat op de achterkant van de closetpot 1 is opgesteld en dat via een afsluitbaar kanaal 10 uitgeeft op het kanaal 9. 



  Dit afsluiten geschiedt door een van buiten uit bedienbaar mechanisme met een afsluiter en een door een vlotter bediende kraan waarop een waterleiding wordt aangesloten. 



  Dergelijke mechanismen zijn in de handel en het mechanisme is hier dan ook niet in detail beschreven noch in de figuren weergegeven. 



  De luchtafzuigaansluiting 4 geeft achteraan de closetpot 1 via de bovenkant in het binnenste kanaal 8 uit. 



  Dit binnenste kanaal 8 moet niet noodzakelijk over zijn volledige lengte open zijn. In een variante kan het kanaal 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 8 gesloten zijn en plaatselijk via openingen op de binnenkant van de closetpot 1 uitgeven. 



  Het binnenste kanaal 8 moet zelfs niet noodzakelijk deel uitmaken van de bovenste rand 6. Het kan bijvoorbeeld gevormd zijn door een afzonderlijke goot of buis met openingen die in de rand 6 of op'de binnenrand ervan vastgemaakt is. 



  Het watercloset 1 is in de figuren 1 en 2 gebruiksklaar weergegeven, dit wil zeggen opgesteld in een ruimte 11, met de uitlaat 5 aangesloten op een afvoer 12, het waterreservoir 9 aangesloten op een waterleiding 13 en de afzuigaansluiting 4 aangesloten op een afzuigleiding 14 van een afzuigsysteem, dat in het weergegeven voorbeeld een ventilator 15 bevat die in een wand van de ruimte 11 is aangebracht. 



  De ventilator 15 kan automatisch worden in gang gezet, bijvoorbeeld door het aansteken van het licht in de ruimte 11 of door een druk op de zitting of dergelijke. 



  De ventilator 15 kan ook continu in werking zijn of via een schakelaar manueel worden in. gang gezet. 



  Het stoppen kan bijvoorbeeld via een tijdschakelaar, een 'bepaalde tijd na het in werking stellen. 



  Belangrijk is dat, eenmaal het watercloset geïnstalleerd in de ruimte 11, via de afzuigleiding 14, de afzuigaansluiting 4, en het binnenste kanaal 8 lucht en ander gassen, en bijgevolg ook de hinderlijke geuren, uit de binnenkant van de closetpot 1 weggezogen worden. 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 De slechte geuren worden dus belet zich in de ruimte 11 te verspreiden. 



  De hiervoor beschreven uitvoeringsvorm vergt een aangepaste closetpot. 



  Figuur 3 geeft een andere uitvoeringsvorm weer die ook bij een bestaand watercloset kan worden toegepast. 



  De afzuigaansluiting 4 geeft in deze uitvoeringsvorm uit op een kanaal 16 dat zieh doorheen de bril 3 uitstrekt en dat opent op de onderkant van de. bril 3. 



  Aangezien de bril 3 op-en neerklapbaar is, is de afzuigaansluiting 4 met het kanaal 16 verbonden door middel van een elastische slang 17. 



  Het kanaal 16 kan, zoals weergegeven in figuur 3, over de volledige lengte onderaan open zijn, maar in een variante kan het kanaal 16 volledig binnenin de bril 3 gelegen zijn en enkel door openingen op de onderkant van de bril 3 uitgeven. 



  Het kanaal 16 geeft dus rechtstreeks of via openingen uit op de bovenkant van de bovenste rand 6, en geeft dan, via de spleet 19 die tussen de neergeklapte bril 3 en deze bovenste rand 6 openblijft doordat de bril 3 met behulp van pootjes 18 op deze rand 6 rust, ook op de binnenkant van de closetpot 1 uit. 



  Om te beletten dat via voornoemde spleet 19 lucht van buiten uit afgezogen wordt, is de bril 3 aan de onderkant, nabij zijn buitenste rand, van een elastische rand 20 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 voorzien die de spleet 19 aan de buitenkant afdicht wanneer de bril 3 neergeklapt is. 



  Indien de bril 3 voldoende breed is en in neergeklapte stand aan de binnenkant van de bovenste rand 6 uitsteekt, kunnen het kanaal 16 of de uitmondingen ervan rechtstreeks in de binnenkant van de closetpot 1 uitgeven. 



  Ook bij deze laatste uitvoeringsvormen kunnen hinderlijke geuren worden afgezogen vooraleer ze de ruimte 11 kunnen bereiken. 



  De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch dergelijk watercloset kan in verschillende varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (9)

Conclusies.

1. - Watercloset dat minstens een closetpot (1) bevat, een spoelwatertoevoer (2) die op de binnenkant van de closetpot (1) uitgeeft, en een zitting (3) die op de closetpot (1) neerklapbaar is, daardoor gekenmerkt dat het van minstens een afzuigaansluiting (4) is voorzien.

. 2.- Watercloset volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het gemonteerd is klaar voor gebruik, en op deze afzuigaansluiting (4) een afzuigleiding (14) aansluit.

3.-Watercloset volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat, voor het afzuigen, in deze afzuigleiding (14) een ventilator (15) aangebracht is.

4.-Watercloset volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt dat de afzuigaansluiting (4) EMI7.1 rechtstreeks op de binnenkant van de closetpot (1) uitgeeft.

5.-Watercloset volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de closetpot (1) een bovenste rand (6) bevat en de afzuigaansluiting (4) uitgeeft op een kanaal (8) dat op of . in de bovenste rand (6) is gelegen.

6.-Watercloset volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat de bovenste rand (6) twee naar onder open kanalen (7 en 8) vormt en de afzuigaansluiting (4) op het meest naar binnen gelegen kanaal (8) uitgeeft.

7.-Watercloset volgens een van de conclusies 1 tot 3, daardoor gekenmerkt dat de afzuigaansluiting (4) via de bril (3) op de binnenkant van de closetpot (1) uitgeeft. <Desc/Clms Page number 8>

8.-Watercloset volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat de afzuigaansluiting (4) aansluit op een kanaal (16) die opent op de onderzijde van de bril (3).

9.-Watercloset volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat de bril (3) aan de buitenzijde van het kanaal (16) een elastische rand (20) bezit die de spleet (19) tussen de neergeklapte bril (3) en de bovenste rand (6) van de closetpot (1) afdicht.