NL8601467A - Transportinrichting. - Google Patents

Transportinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL8601467A
NL8601467A NL8601467A NL8601467A NL8601467A NL 8601467 A NL8601467 A NL 8601467A NL 8601467 A NL8601467 A NL 8601467A NL 8601467 A NL8601467 A NL 8601467A NL 8601467 A NL8601467 A NL 8601467A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
conveyor
transport
shaped
transport device
conveyors
Prior art date
Application number
NL8601467A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Elten Nederland
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Elten Nederland filed Critical Elten Nederland
Priority to NL8601467A priority Critical patent/NL8601467A/nl
Priority to AU74004/87A priority patent/AU594469B2/en
Priority to EP87201064A priority patent/EP0248502A1/en
Priority to US07/058,575 priority patent/US4830178A/en
Publication of NL8601467A publication Critical patent/NL8601467A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65GTRANSPORT OR STORAGE DEVICES, e.g. CONVEYORS FOR LOADING OR TIPPING, SHOP CONVEYOR SYSTEMS OR PNEUMATIC TUBE CONVEYORS
    • B65G1/00Storing articles, individually or in orderly arrangement, in warehouses or magazines
    • B65G1/02Storage devices
    • B65G1/04Storage devices mechanical
    • B65G1/06Storage devices mechanical with means for presenting articles for removal at predetermined position or level

Description

i λ
Transportinrichting.
De uitvinding heeft betrekking op een transportinrichting, geschikt voor toepassing in een opslag-stellage, bestaande uit meerdere verdiepingen met in elke verdieping meerdere naast elkaar gelegen opslagbanen, die elk 5 een transportinrichting bevatten.
Opslagstellages van de bovenbeschreven soort worden op grote schaal toegepast door zuivelfabrikanten, broodfabrikanten, bier- en frisdrankfabrikanten en dergelijke. Daarbij heeft de transportinrichting in elke opslagbaan een in 10 hoofdzaak plat bovenoppervlak uit één stuk, dat de verpakkingen, zoals dozen, kratten, van de producten in hoofdzaak in het middengedeelte ondersteunt: . Daarbij levert de opslag en het transport van voorwerpen met een plat onderoppervlak, zoals kratten, kisten, dozen en dergelijke geen moeilijkheden op.
15 Wanneer echter voorwerpen met een convexe bodem of verticaal opgestelde hoge voorwerpen zoals vaten of stapels kratten, dozen en dergelijke moeten worden opgeslagen en getransporteerd, hebben deze op een transportinrichting met een plat bovenoppervlak uit één stuk een slechte stabiliteit. Bij de opslag en het 20 transport van stapels van kratten moet de onderste krat voorts een relatief grote belasting dragen, waardoor gevaar voor scheuren van de krat ontstaat.
Bij de opslag en het transport van relatief brede voorwerpen op een transportinrichting met een rela-25 tief smal bovenoppervlak kan dejbodem van de voorwerpen aan ~ s r < 4 ?. 7 f < -2- weerszijden van de transportinrichting doorhangen, waardoor het transport kan worden bemoeilijkt.
De uitvinding heeft ten doel, de bezwaren van de bovenbeschreven bekende transportinrichting op 5 te heffen.
Dit doel wordt bereikt, doordat volgens de uitvinding elke transportinrichting bestaat uit twee of meer afzonderlijke en zelfstandig werkzame transporteurs.
Door toepassing van deze maatregel 10 hebben voorwerpen met een convexe of onregelmatig gevormde bodem, bijvoorbeeld een beschadigde bodem, een veel betere stabiliteit, wanneer zij aan de zijkanten of buitenranden worden ondersteund dan. bij een ondersteuning op het midden van een plat draagvlak uit één stuk. Het ondersteunen van bijvoorbeeld 15 een stapel (gevulde) kratten door middel van twee zich op afstand van elkaar bevindende transporteurs, die de stapel dragen aan de hoeken en zijranden van de onderste krat, geeft een veel grotere weerstand tegen scheuren van de onderste krat, respectievelijk blijft de stapel nog staan bij verborgen scheuren. 20 Tray’s met lage zijwanden'hebben vaak sterk doorhangende bodems. Bij ondersteuning door twee afzonderlijke transporteurs nabij .de zijkanten kan de. doorhanging groot zijn, zonder de opslag of het transport nadelig te beïnvloeden. Verder kunnen bij toepassing van twee afzonderlijke transporteurs in één opslagbaan 25 de te transporteren voorwerpen zich zelfs tussen de transporteurs bevinden, waardoor iri hoogterichting een aanzienlijke ruimtebesparing wordt bereikt. Wanneer zich geen voorwerpen op de transporteurs bevinden kan men gemakkelijk door de transportbanen lopen, om onderhoud, reparaties, schoonmaakwerkzaamheden 30 en 'dergelijke uit te voeren. Daarbij moeten dan de transporteurs wel door console*s op verticale kolommen van de stellage zijn ondersteund.
Bij een voorkeursuitvoeringsvorm van 3301437 -3- r * de transportinrichting volgens de uitvinding bevindt zich aan de buitenzijde van de buitenste transporteurs in elke opslagbaan een langsgeleiding voor de te transporteren voorwerpen, die onder het transportvlak ligt.
5 Bij deze uitvoeringsvorm van de transportinrichting volgens deuitvinding is de transportinrichting bij uitstek geschikt voor de opslag en het transport van zogenoemde Tetra-H-kratten die in zijaanzich H-vormig zijn en die door de langsgeleiding aan de binnenzijde van de 10 benen van de H kunnen worden geleid.
Bij een bijzonder doelmatige uitvoeringsvorm van de transportinrichting volgens de uitvinding zijn de langsgeleidingen omkeerbaar.
Door toepassing van deze langsgelei-15 dingen, die in de ene stand boven het draagvlak van de transporteurs uitsteken en in de omgekeerde stand zich onder het draagvlak bevinden, kunnen in de ene stand van de langsgeleidingen blokvormige kratten worden opgeslagen en geleid worden getransporteerd, terwijl in de omgekeerde stand van de langs-20 geleidingen de Tetra-H-kratten kunnen worden opgeslagen en geleid kunnen worden getransporteerd. Een ander voordeel van deze uitvoeringsvorm van de transportinrichting volgens de uitvinding is, dat gebruikers van de blokvormige kratten, die willen overgaan op gebruik van de H- of Tetra-H-kratten, de gehele 25 voorraad blokvormige kratten niet. in één keer behoeven te vervangen door Tetra-H-kratten. Deze vervanging kan geleidelijk geschieden, indien gewenst zelfs de kratten voor één opslagbaan per keer.
Volgens de uitvinding bestaat verder de omkeerbare langsgeleiding uit de helft van een U-vormig 3 0 profiel, waarvan het been verend ten opzichte van de basis van de U beweegbaar is.
Bij deze uitvoeringsvorm van de transportinrichting kunnen deze gemakkelijk en vlug worden omge- 86 0 1 .4 8 7 - - £ \ -4- schakeld van gebruik voor blokvormige kratten op gebruik voor Tetra-kratten en omgekeerd.
De uitvinding zal aan de hand van de tekening met een paar uitvoeringsvoorbeelden nader worden 5 toegelicht.
Figuur 1 is een dwarsdoorsnede van de transportinrichting volgens de uitvinding; figuur 2 is een bovenaanzicht van de koppeling van één.van. de transporteurs met een aandrijf-10 inrichting; de figuren 3A en 3B tonen een zijaanzicht van de kantelnok van de stappentransporteur in de ruststand respectievelijk in de transportstand; figuur 4 is een vooraanzicht van 15 de transportinrichting volgens de uitvinding voor doosvormige kratten;.
figuur 5 is een vooraanzicht van de transportinrichting volgens de uitvinding voor Tetra-kratten, en 20 figuur 6 is een dwarsdoorsnede van een derde uitvoeringsvorm van de transportinrichting volgens de uitvinding, waarbij alleen de linker transporteur van de uit twee transporteurs bestaande transportinrichting is getekend.
In figuur 1 is de dwarsdoorsnede 25 van de transportinrichting volgens de uitvinding in één opslagbaan O van de stellage getekend, welke stellage in verdiepingen is verdeeld door rijen horizontale draagbalken 1, die aan de uiteinden zijn ondersteund op verticale kolommen (niet getekend):. Op elke verdieping liggen meerdere opslag-30 banen 0 naast elkaar.
De transportinrichting volgens de uitvinding bestaat uit twee of meer, bij de getekende uitvoeringsvorm twee, afzonderlijke en zelfstandig werkzame 150-146 7 + \ -5- transporteurs 2, die volgens de uitvinding zijn uitgevoerd als stappentransporteurs.
De stappentransporteurs 2 zijn voorzien van een ü-vormige draagbalk 3, waarbij aan de binnenzijde van de 5 benen 4 ü-vormige steunen 5 met steunvlakken 6 voor de te transporteren voorwerpen V zijn gevormd. Aan de buitenste benen van de draagbalken 3 zijn langsgeleidingen 7 voor de te transporteren voorwerpen V gevormd.
Tussen de twee stappentransporteurs 10 2 op de draagbalk 1 is een gootvormig profiel 2a 'gemonteerd, dat met de bodem op de draagbalk 1 rust en waarvan de vrije randen, van de zijwanden uitsteken in de U-vormige steunen 5 in de benen 4 van de draagbalken 3 van de stappentransporteurs 2.
. De gootvormige profielen 2a dienen voor het opvangen van bij-15 voorbeeld lekvloeistof en/of andere verontreinigingen.
De basis of bodem 3 van de draagbalk 3 is in'het midden voorzien van een V-vormige groef 9, die aan de bovenzijde aan de buitenkant is geflankeerd door glijvlakken 10. De functie hiervan zal later nader worden toegelicht.
20 Tenminste één transporteur 2 kan volgens de uitvinding met de bodem of basis 8 ten opzichte van de andere transporteur(s) 2 in dwarsrichting verplaatsbaar op de draagbalk 1 zijn gemonteerd, bijvoorbeeld met behulp van bouten, die in sleuven in de draagbalk 1 verplaatsbaar 25 en vastzetbaar zijn.
*· De stappentransporteurs 2 zijn verder voorzien van een omgekeerde U-vormige transportbalk 11, die aan de bovenzijde is afgedekt door een omgekeerd U-profiel 12, dat van kunststof is vervaardigd. 'Het ü-profiel 12 doet dienst 30 als "glijleger" tussen de transportbalk 11 en de ü-vormige steunen 5.
Aan de onderzijde van de transportbalk 11 zijn aan scharnierassen 13 opgehangen kantelnokken 14 gemonteerd, zie ook figuur 3, die zijn voorzien van een spiraalvör- 8601457 --- • \ -6- mig verlopend loopvlak 15, waarvan de dwarsdoorsnedevorm in hoofdzaak trapeziumvormig is met convexe flanken en bijvoorbeeld overeenkomt met die van een evolvente tandvorm van een tand-wiel, en dat samenwerkt met de V-vormige groef 9 in 5 de bodem 8 van de draagbalk 3.
Dankzij deze dwarsddorsnede-vorm van hetloopvlak 15 zal de wrijvingskracht tussen het loopvlak 15 en de zijwanden van de V-vormige groef 9 in de bodem 8 van de draagbalk 3 groter zijn dan bij het loopvlak 15 met 10 ·. platte flanken. Verder komt het verloop van het spiraalvormige loopvlak 15 ten opzichte van de hartlijn van de scharnieras 13 overeen met het verloop van een logaritmische spiraalkromme.
Het doel hiervan is, de stijgingshoek bij het groteren kleiner worden van de radiale afstand tussen het loopvlak 15 en de 15 hartlijn van de scharnieras 13 constant te houden.
Op beide uiteinden van het loopvlak 15 sluit een glijvlak 16, respectievelijk 17 aan, die kunnen samenwerken met de glijvlakken 10 aan beide zijden van de V-vormige groef 9 in de bodem 8 van de draagbalk. De glij- O o 20 vlakken 16 en 17 sluiten een hoek, variërend van 90 tot 135 met elkaar in. Het glijvlak 17 ligt op een grotere radiale afstand van de scharnieras 13 dan het glijvlak 16 en daarbij neemt de radiale afstand tussen het loopvlak 15 en de scharnieras 13 in de richting vanaf het glijvlak 16 naar het glijvlak 17 toe.
2 5 Het zwaartepunt van de kantelnok 14 ligt op een zodanige plaats, dat de kantelnok de neiging heeft, uit de in figuur 3A getekende stand in de richting van de pijl L te draaien en uit dejln figuur 3B getekende stand in de richting van de pijl R te draaien. De lijnen langs welke het 30 spiraalvormige loopvlak 15 en de wanden van de V-vormige groef 9 met elkaar samenwerken, zijn in de figuren 3A en 3B met 15a respectievelijk 19a aangeduid.
De kantelnok 14 heeft verder een 36014S 7 -7- % lijf 18, waarop dwars een legerbus 19 en twee glijvoeten 20 en 21 staan, die aan beide zijden even ver van het lijf 18 uitsteken, waarbij de legerbus 19 op de scharnieras 13 is gemonteerd en de glijvoeten 20 en 21 aan de van de legerbus 19 5 afgekeerde zijde zijn voorzien van de glijvlakken 16 respectievelijk 17»
De stappentransporteurs 2 zijn, zie figuur 2, nog voorzien van een koppelpen 22 die vast met de transportbalk 11 is verbonden door strippen 23 en bouten 24 10 en 25 eft die koppelbaar is met een aandrijfinrichting (niet getekend).
De stappentransporteurs 2 werken op de volgende wijze: in de stand volgens figuur 3A, 15 de ruststand, rusten de glijvlakken 16 van de kantelnokken 14 op de glijvlakken 10 van de bodem 8 van de draagbalk 2.
Daarbij ligt het transportvlak 12a van de transportbalk 11, 12 onder de steunvlakken 6 van de draagbalken 5 en beweegt de transportbalk 11, 12 onder de voorwerpen V door terug in de 20 richting van de pijl T in figuur 3A; dit is teruggaande slag van de transportbalk 11, 12.
Tijdens de heengaande slag, de werkzame slag, in de richting van de pijl H in figuur 3B, draait de kantelnok 14 vanuit de stand volgens figuur 3a eerst als 25 gevolg van de zwaartekracht in de richting van de pijl L, totdat de hartlijn 15a op dezelfde hoogte ligt als de hartlijn 9a en de wrijvingskoppeling tussen de kantelnok 14 en de V-vormige groef 9 tot stand is gebracht.
Tijdens de verdere heengaande slag 30 H wordt de kantelnok 14 door de wrijving tussen loopvlak 15 en V-vormige groef 9 in de richting van de pijl L gedraaid, totdat het glijvlak 17 op de glijvlakken 10 rast. Daarbij wordt de transportbalk 11, 12 omhoog gedrukt, waarbij het transport- 8601467 --,—--- -8-
* V
vlak 12a boven de steunvlakken 6 komt te liggen. Dan worden de . voorwerpen V door de transportbalk 11, 12 meegenomen tot aan het einde de heengaande slag H waarbij de glijvlakken 17 over de glijvlakken 10 glijden.
5 Bij het begin’ van de teruggaande slag T (figuur 3A) draait de kantelnok 14 als gevolg van de zwaartekracht eerst in de richting van de pijl R in figuur 3B, totdat het loopvlak 15 in wrijvingsingrijping komt met de V-vormige groef 9.
10 Tijdens de verdere teruggaande slag T draait de kantelnok 14 in de richting van de pijl R, totdat het glijvlak 16 op de glijvlakken 10 rust. Daarbij is het trans-portvlak 12a weer onder de steunvlakken 6 komen te liggen en wordt de teruggaande slag T voltooid, waarbij het glijvlak 16 15 over de glijvlakken 10 schuift.
De glijvlakken 16 en 17 en het loopvlak 15 zijn zodanig geplaatst en gevormd, dat de overgangen van het glijvlak 16 op het loopvlak 17 en van het loopvlak 15 op het glijvlak 17 en omgekeerd geleidelijk en zonder schokken 20 verlopen.
In de figuren 4 en 5 is de transportinrichting volgens de uitvinding getekend, waarbij de inrichting volgens figuur 4 is ingericht voor de opslag en het transport van gewone blokvormige kratten B, terwijl de inrichting volgens 25 figuur 5 is ingericht voor deppslag en het transport van
Tetra-H-kratten TK. De transportinrichting volgens de figuren 4 en 5 zijn in het bijzonder bedoeld voor de opslag en het transport van stapels van twee of meer kratten, waarbij de kratten natuurlijk ook niet gestapeld kunnen worden dpgeslagen 30 en getransporteerd.
De transportinrichting in elke opslagbaan O bestaat uit twee stappentransporteurs 2, die door middel van console's 26 zijn ondersteund op de draagbalken 1, 8601437 +- · -9- welke draagbalken 1 door middel van steunen 27 zijn bevestigd aan verticale kolommen 28. De functie van de console's 26 zal nog nader worden beschreven.
Volgens de uitvinding is aan de buitenzijde van de buitenste transporteurs 2 in elke opslag-5 baan 0 een langsgeleiding 29 voor de te transporteren kratten B en TK aangebracht. Deze langsgeleiding is volgens de uitvinding, vergelijk de figuren 4 en 5, omkeerbaar en bestaat uit de helft 29 van een U-vormig profiel,waarvan het been 30 verend ten opzichte van debasis 31 van het U-profiel beweegbaar is.
10 Verder kunnen volgens de uitvinding de beide halve ü-profielen 29 van twee naast elkaar gelegen opslagbanen O tot een uit een geheel bestaand U-profiel 32 (figuur 5) met elkaar zijn verbonden .
Volgens figuur 4 zijn de ü-profiel-15 helften 29 omgekeerd opgesteld, waarbij zij: enerzijds met de basis 31 aan de kolom 28 zijn bevestigd. Omdat het been 30 m verend beweegbaar is ten opzichte van de basis 31, kan de vrije rand van het been 30 van de U-profielhelft 29 verend grijpen in de U-vormige steunen 5 in de benen 5 van de draagbalken 3 20 van de transporteurs 2, vergelijk figuur 1. Tussen twee transportbanen O zijn de beide U-profiel—helften 29 met de randen van de bases 31 bevestigd op een centrale steun 33. In de in figuur 4 getekende stand van de U-profielhelften 29 vormen de benen 30 daarvan een langsgeleiding voor de doosvormige 25 kratten B.
Bij de transportinrichting volgens figuur 5 zijn de U-profielhelften 29 in de omgekeerde stand gemonteerd ten opzichte van de stand volgens figuur 4. Daarbij vormen de zich dan onder het transportvlak van de transporteurs 30 2 bevindende benen 30 van de U-profielhelften 29 een langs geleiding voor de dwarsbalken van de Tetra-kratten TK, terwijl de transportbalken 11, 12 de Tetrakratten TK door middel van S 5 01467 --- -**
W V
-10- lijven daarvan kunnen transporteren.
Bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 5 zijn de ü-profielhelften 29 met de bases 31 aan de kolom 28 of de draagbalk 1 bevestigd en grijpen de vrije randen 5 van de benen 30 vanaf de onderzijde in de U-vormige steunen 5 in de benen 4 van de draagbalken 3, vergelijk figuur 1.
Tussen de transportbanen O zijn de beide ü-profiel-helften 29 bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 5 tot een uit één geheel bestaand ü-profiel 32 met elkaar 10 verbonden. Daarbij wordt de in figuur 4 toegepaste centrale steun weggelaten.
Bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 5 moeten de transporteurs 2 op console's worden ondersteund om ruimte te maken voor de dwarsbalken van de 15 Tetra-kratten TK, die bij opslag en transport niet op de draagbalken 1 mogen rusten.
Bij de uitvoeringsvorm van de transportinrichting volgens figuur 4 zijn de transporteurs 2 eveneens door middel van console's 26 op de draagbalken 1 2 0 onders teund.
Tussen de beide transporteurs 2 van de transportinrichtingen volgens de figuren 4 en 5 zijn evenals bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 1 gootvormige profielen 34 op de draagbalken 1 geplaatst, die op dezelfde 25 wijze zijn vastgezet als de gootvormige profielen 2a (figuur 1) en die dezelfde functie hebben.
De uitvoeringsvorm van de transport inrichting volgens figuur 4 kan gemakkelijk worden omgezet in die volgens figuur 5 en omgekeerd, door eenvoudig de U-profiel-30 helften 29 omgekeerd te monteren. Daarbij kunnen de beide ü-profielhelften 29 tussen de transportbanen 0 (figuur 4) ook worden vervangen door het uit één stuk bestaande U-profiel 32 volgens figuur 5 , waarbij de centrale steun kan worden weggelaten.
8801467 -11-
De uitvoeringsvorm van de transportinrichtingen volgens de figuren 4 en 5 maken het zeer gemakkelijk, van de doosvormige kratten B over te gaan op de Tetra-kratten TX en omgekeerd.
5 Figuur 6 toont een dwarsdoorsnede van de linker transporteur 35 van de uit twee transporteurs 35 bestaande derde uitvoeringsvorm van de transportinrichting volgens de uitvinding. De transporteur 35. bestaat uit een stappentransporteur, die is voorzien van een U-vormige transit) portbalk 36, 37 aan de onderzijde waarvan aan assen 38, kantel-nokken 39 scharnierbaar zijn gemonteerd. Tot zover is de constructie van de transportbalk 36, 37 gelijk aan die van de transportbalk 11, 12 volgens de figuren 1, 2 en 3.
De transportbalk 36, 37 volgens figuur 15 6 is voorzien van een L-vormig transportdeel 40 met een transport- vlak 41 voor de voorwerpen V, dat zich naast eh aan de naar de andere (rechter) transporteur 35 (niet getekend) toegekeerde zijde van de getekende linker transporteur 35 bevindt en op een t lager niveau ligt dan dejDovenzijde van- de transporteur 35.
20 De transporteur 35 bestaat verder uit een L-vormige draagbalk 42, die is ondersteund op een L-vormige console 43, die aan een verticale kolom 44 van de stellage is bevestigd. De draagbalk 42 heeft een bodem 45, waarin een V-vormige groef 46 is aangebracht, die aan de 25 bovenzijde is geflankeerd door glijvlakken 47 en welke bodem 45 aan de zijde van het transportdeel 40, 41 is voorzien van een drager 48 met een steunvlak 49, waarop de te transporteren voorwerpen V rusten. Tussen het L-vormige transportdeel 40, 41 en de drager 48, die op de console 43 is 30 bevestigd en ondersteund, is een glijkussen 50 aangebracht.
De draagbalk 42 is aan de bovenzijde van de verticale poot 51 nog voorzien van een omgekeerd ü-vormige kap 52, die de transportbalk 36, 37 aan de bovenzijde 8601437 ---efc- -12- geleidt en tegelijkertijd afschermt. j
De constructie van de niet getekende ; rechter transporteur 35 van de transportinrichting en de transportbaan 0 is gelijk aan die van de getekende 5 transporteur 35, maar is in spiegelbeeld ten opzichte daarvan i uitgevoerd. j
De werking van de stappentransporteurs 35 is gelijk aan die van de stappentransporteurs 2 volgens de figuren' 1, 2 én 3, met deze i ; J 10 .aanvulling dat tijdens de teruggaande of onwerkzame j | slag T van de transportbalk 36, 37, 40, 41 het L-vormige j transportdeel 40, 41 via het gli'jkussen 50 op de drager 48 wordt geleidt en ondersteund.
Bij de transportinrichting volgens ! 15 figuur 6 kan een aanzienlijke ruimtebesparing in hoogte- ! i j richting met betrekking tot de te transporteren voorwerpen ; f V worden bereikt. j i i i j i j i ! ! 3601457

Claims (10)

  1. 2. Transportinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat zich aan de buitenzijde 10 van de buitenste transporteurs (2) in elke opslagbaan (0) een langsgeleiding (29, 32) voor de te transporteren voorwerpen (TK) bevindt, die onder het transportvlak ligt.
  2. 3. Transportinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk,, dat de langsgeleidingen (29, 32) omkeerbaar 15 zijn.
  3. 4. Transportinrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de omkeerbare langsgeleiding bestaat uit de helft (29) van een ü-vormig profiel, waarvan het been (30) verend ten opzichte van de basis (31) van de 20 U beweegbaar is.
  4. 5. Transportinrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de beide halve U-profielen (29) van twee naast elkaar gelegen opslagbanen (0) tot een 860 1 4 67 -14- uit één geheel bestaand ü-profiel (32) met elkaar zijn verbonden.
  5. 6. Transportinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat 5 tenminste één transporteur (2) in dwarsrichting ten opzichte van de andere transporteur(s) verplaatsbaar is.
  6. 7. Transportinrichting volgens één van de voorgaande conclusies, die bestaat uit twee afzonderlijke transporteurs, met het kenmerk, dat het transportvlak (41) 10 en het steunvlak (47) van elke transporteur (35) zich naast en aan de naar de andere transporteur toegekeerde zijde van de transporteur bevindt en op een lager niveau ligt dan de bovenzijde van de transporteur.
  7. 8. Transportinrichting volgens één 15 van de· voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elke transporteur een .stappentransporteur (2) is.
  8. 9. Transportinrichting volgens conclusie 8, met.het kenmerk, dat elke stappentransporteur (2) bestaat uit een Ü-vormige draagbalk (3), waarbij aan de 20 benen (4) van de U-vormige draagbalk steunvlakken (6) voor de te transporteren voorwerpen (V) zijn gevormd, en in de basis van de U een V-vormige groef (9) is gevormd, die aan de open bovenkant, aan beide zijden is geflankeerd door glijvlakken (10), en uit een omgekeerde ü-vormige 25 transportbalk (11, 12), die aan de onderzijde is voorzien van scharnierbaar opgehangen kantelnokken (14) met een spiraalvormig loopvlak (15), dat samenwerkt met de V-vormige groef (9) en waarop aan beide uiteinden een glijvlak (16, 17) aansluit, die kunnen samenwerken met de glijvlakken (10) op de 30 basis van de U.
  9. 10. Transportinrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de glijvlakken (16, 17) van de kantelnokken (14) een hoek variërend van 90° tot 135° 8 § 0 1 4 8-7 -15- met elkaar insluiten.
  10. 11. Transportinrichting volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat het loopvlak (15) van de kantelnok (14) een trapeziumvormige dwarsdoorsnede 5 met convexe flanken heeft en dat het verloop van het spiraalvormige loopvlak (15) ten opzichte van de hartlijn van de scharnieras (13) overeenkomt met het verloop van een logaritmische spiraalkromme. -o-o-o-o-o-o-o-o-o- 8601467 T N _'ï~^ yj - f - -
NL8601467A 1986-06-06 1986-06-06 Transportinrichting. NL8601467A (nl)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8601467A NL8601467A (nl) 1986-06-06 1986-06-06 Transportinrichting.
AU74004/87A AU594469B2 (en) 1986-06-06 1987-06-05 Conveyer device
EP87201064A EP0248502A1 (en) 1986-06-06 1987-06-05 Conveyor device
US07/058,575 US4830178A (en) 1986-06-06 1987-06-05 Conveyor device

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8601467 1986-06-06
NL8601467A NL8601467A (nl) 1986-06-06 1986-06-06 Transportinrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8601467A true NL8601467A (nl) 1988-01-04

Family

ID=19848132

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8601467A NL8601467A (nl) 1986-06-06 1986-06-06 Transportinrichting.

Country Status (4)

Country Link
US (1) US4830178A (nl)
EP (1) EP0248502A1 (nl)
AU (1) AU594469B2 (nl)
NL (1) NL8601467A (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5344529A (en) * 1991-06-17 1994-09-06 Stauffer John E Bipolar process for removal of sulfur dioxide from waste gases
US5314290A (en) * 1991-10-04 1994-05-24 Lutz David E Cargo carrying vehicle having a movable bulkhead located therein
DK168881B1 (da) * 1992-03-25 1994-07-04 Dansk Ind Syndikat Transportør til ny-fremstillede kasseløse støbeforme af sand
US7686560B2 (en) * 2005-12-08 2010-03-30 Conestoga Cold Storage Rack, conveyor and shuttle automated pick system

Family Cites Families (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4009774A (en) * 1972-11-07 1977-03-01 Lutz David E Conveyor
US3838769A (en) * 1973-09-07 1974-10-01 C Traughber Lift-and-lay conveyor
US3985496A (en) * 1973-10-01 1976-10-12 Eickelberg Henry L Walking beam device for conveying materials at high temperature
US4119208A (en) * 1975-04-16 1978-10-10 Norbert Karl Acker Arrangement for the movement of objects within the deposit area of shelves
CH624639A5 (nl) * 1977-08-31 1981-08-14 Oehler Wyhlen Lagertechnik Ag
CA1102752A (en) * 1979-02-07 1981-06-09 John C. Martin Freight transporter with load shifting mechanism
DE2936532A1 (de) * 1979-09-10 1981-03-19 Kettner, Max, 8000 München Lager fuer palettierte gueter
NL8004549A (nl) * 1980-03-06 1981-10-01 Elten Tech Ontwickel Bv Opslaginrichting voor produkten met behulp van steunorganen.
US4357128A (en) * 1980-06-02 1982-11-02 Mactavish Machine Manufacturing Co. Conveying system
GB2126189B (en) * 1982-08-27 1985-11-06 Package Control Ltd Load transporting apparatus
FR2542433B1 (fr) * 1983-03-11 1988-01-29 Stein Heurtey Fours a longerons refractaires
IT1180447B (it) * 1984-03-13 1987-09-23 Italsider Spa Nuova Transportatore del tipo a travi portanti a cuscino fluido per l avenzamento di bramme nei forni di riscaldo a monte della liminazione a caldo
GB2173468B (en) * 1985-04-13 1989-11-15 Tidd Strongbox Ltd A walking beam mechanism

Also Published As

Publication number Publication date
AU594469B2 (en) 1990-03-08
US4830178A (en) 1989-05-16
EP0248502A1 (en) 1987-12-09
AU7400487A (en) 1987-12-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1019373C2 (nl) Inrichting en transporthouder voor het transporteren en gecontroleerd afwerpen van een last.
NL1008057C2 (nl) Transportsamenstel.
NL7905191A (nl) Rek voor laadborden.
US6112915A (en) Push-back storage rack
US5393188A (en) Pallet storage system
WO2002085761A1 (en) Automated storage plant
US4706823A (en) Product display and take-out cart
US4890748A (en) Product display and take-out cart
NL8601467A (nl) Transportinrichting.
US4308954A (en) Plastic nestable-stackable receptacle
US4887953A (en) Storage installation
NL2014054B1 (nl) Transporteur.
US3057489A (en) Case positioning body for trucks
US4349114A (en) Storage rack
NL9000794A (nl) Gedeelde draagpallet.
US2819801A (en) Automatic elevating shelf device
USRE24319E (en) Gravity conveyer section
NL1018061C2 (nl) Stelling voor het opslaan van productdragers en werkwijze voor het vervaardigen en gebruiken daarvan.
NL8801751A (nl) Stappentransporteur.
NL8701783A (nl) Bandtransporteur.
NL8503062A (nl) Portaal voor het laden van stortgoed in schepen.
JP6821395B2 (ja) 動的計量機
SU962121A1 (ru) Устройство дл хранени грузов
NL194077C (nl) Stapelbare en nestbare houder of krat.
NL1016331C1 (nl) Palletopzetstuk.

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed