NL8701783A - Bandtransporteur. - Google Patents

Description

A.

* VO 9260

Titel: Bandtransporteur.

De uitvinding heeft betrekking op een bandtransporteur, die in het bijzonder geschikt is voor kwetsbare produkten zoals land- en tuinbouwprodukten, omvattend een over tenminste twee keerrollen en een aantal steunorganen geleide transportband 5 en zijwanden, die het door de transportband bepaalde transporttraject zijdelings begrenzen.

Dergelijke bandtransporteurs zijn op zichzelf uit de praktijk bekend en worden veelal toegepast voor agrarische produkten zoals vruchten, bollen, knollen, aardappels en 10 decgelijke, en kunnén als horizontale transporteur of als opvoertransporteur, al dan niet op een verrijdbaar onderstel gemonteerd, zijn uitgevoerd. Voorts kunnen de bekende transporteurs telescopisch zijn uitgevoerd, zoals bijvoorbeeld de Climax telescopische hallenvullers van onder andere 15 het type CTHV 1100.

Teneinde de transportcapaciteit te vergroten zijn bij de bekende transporteurs langs de transportband uit plaat gevormde zijwanden geplaatst, zodat de te transporteren produkten in een dikke laag op de transportband gestort en ver-20 voerd kunnen worden.

Het transporttraject verkrijgt hierdoor een komvormige dwarsdoorsnede, waarbij de vlakke of enigszins holle bodem van de komvorm door de transportband wordt gevormd en de zijwanden door de boven genoemde uit plaat vervaardigde zij-25 wanden.

Ofschoon dergelijke transporteurs inderdaad een grote transportcapaciteit hebben, is een bezwaar van de bekende transporteurs, dat kwetsbare produkten zoals land- en tuinbouwprodukten beschadigd kunnen worden, doordat zij langs de 30 stilstaande zijwanden schaven.

Een ander bezwaar van de bekende transporteurs is, dat deze relatief zwaar zijn, zodat in het bijzonder bij verrijd- SJ01783 *1 * -2- bare telescopische hallenvullers een zwaar geconstrueerd onderstel nodig is.

Bovendien zijn de bekende transporteurs moeilijk zodanig telescopisch te construeren, dat de zijgeleiding ter plaatse 5 van de overgang tussen het hoofdtransportdeel en het uitschuifdeel, en op het uitschuifdeel zelf gehandhaafd kan blijven.

De uitvinding beoogt de geschetste bezwaren te ondervangen en in het algemeen een doeltreffende verbeterde 10 transporteur, die in het bijzonder geschikt is om kwetsbare producten in grote hoeveelheden te transporteren, ter beschikking te stellen.

Hiertoe wordt volgens een eerste aspect van de uitvinding een bandtransporteur van de boven beschreven 15 soort daardoor gekenmerkt, dat de zijwanden elk worden gevormd door een zich schuin neerwaarts naar het door de steunorganen ondersteunde deel van de transportband uitstrekkend plaatvormig deel van een uit plaat gebogen zijframeprofiel, en dat de zijframeprofielen onderling 20 door dwarselementen zijn verbonden.

Volgens een ander aspect van de uitvinding wordt een bandtransporteur daardoor gekenmerkt, dat de transportband in dwarsdoorsnede in een trogvorm wordt ondersteund door de steunorganen, die het middengebied van de transport-25 band ondersteunen en door zijwanddelen, die elk een zijstrook van de transportband ondersteunen.

In het volgende zal de uitvinding nader worden beschreven met verwijzing naar de bijgevoegde tekening.

Figuur 1 toont in dwarsdoorsnede een voorbeeld 30 van een uit de praktijk bekende bandtransporteur met een door opstaande zijwandplaten vergrote transportcapaciteit; figuur 2 toont in dwarsdoorsnede een uitvoerings-voorbeeld van een transporteur volgens de uitvinding; 35 figuur 3 toont in dwarsdoorsnede een voorbeeld 8J01783 Ρ -3- van een telescopische transporteur volgens de uitvinding; figuur 4 toont in zijaanzicht een voorbeeld van een transporteur volgens de uitvinding; en figuur 5 toont een variant van figuur 4.

5 Figuur 1 toont een uit de praktijk bekende bandtranspor teur omvattend een band 1, die in dit voorbeeld op het trans-portvlak van meenemers, zoals bijvoorbeeld "chevrons" of dwars-ribben 2 is voorzien, en die over steunrollen 3, 4 is geleid.

De steunrollen 3, 4 zijn ter vergroting van de transportcapa-10 citeit naar het midden van de band neerwaarts hellend gemonteerd. Het is echter ook mogelijk dat in plaats van twee hellende steunrollen een enkele rechte steunrol is toegepast.

Vanaf de zijranden van de transportband strekken 15 zich schuin omhoog uit plaat gevormde wanden 5, 6 uit, die op zijframedelen 7, 8 van de transporteur zijn gemonteerd. De zijframedelen maken deel uit van een veelal als vakwerkconstructie uitgevoerd frame met langsliggers 9, 10 en op regelmatige tussenafstanden 20 tussen de zijframedelen aangebrachte dwarsbalken 11, die steunen 12 voor de assen 13 van de rollen 3, 4 dragen.

Als gevolg van de door de holle transportband en de opstaande zijwanden verkregen trogvorm kan het 25 te transporteren materiaal in een dikke laag door de transportband worden getransporteerd. Een bezwaar is dat een deel van het te transporteren materiaal tijdens het transport langs de wanden 5, 6 glijdt, hetgeen bij kwetsbare produkten zoals agrarische produkten 30 tot beschadiging kan leiden.

Een ander bezwaar is dat bij de bekende inrichting problemen optreden bij het transporteren van bijvoorbeeld 8|0f783 « .

* · -4- granen, peulvruchten en dergelijke als gevolg van de tussen de zijranden van de transportband en de vaste zijwanden aanwezige kieren 14.

Een ander bezwaar is, dat bij een telescopische 5 uitvoering van de bekende transporteur het uitschuifbare deel zich inclusief de zijwanden onder de dwarsbalken 11 dient te bevinden. Als gevolg hiervan ontstaat ter plaatse van de overgang naar het uitschuifbare deel een aanzienlijk hoogteverschil, dat overbrugd wordt 10 doordat de transportband zich geleidelijk aan het lagere niveau van het uitschuifdeel aanpast. In dit overgangstraject komen daardoor de zijwanden echter geheel of gedeeltelijk onder het niveau van de transportband te liggen, waardoor de totale transportcapaciteit van de transporteur aanzienlijk 15 beperkt kan worden. Soms worden daarom op het uitschuifdeel geen of lagere zijwanden toegepast, hetgeen eveneens de transportcapaciteit beperkt.

Figuur 2 toont in dwarsdoorsnede een voorbeeld van een bandtransporteur volgens de uitvinding. De in figuur 2 getoon-20 de bandtransporteur heeft een in dit voorbeeld van een profilering 20 voorziene band 21, die over vlakke steunrollen 22 is geleid. Voorts zijn vaste, uit plaat gevormde en zich schuin omhoog uitstrekkende zijwanden 23, 24 aan weerszijden van het transporttraject aanwezig. In tegenstelling tot het-25 geen het geval is bij de in figuur 1 getoonde inrichting liggen bij de in figuur 2 getoonde inrichting volgens de uitvinding de zijranden van de transportband schuin omhoog tegen de zijwanden 23, 24 zodat de transportband zelf een in doorsnede trogvormig transporttraject vormt. De transportband steunt 30 derhalve met het middengebied op de steunrollen 22 en met de randgebieden op de zijwanden. Daar de zijwanden van plaatmateriaal zijn vervaardigd en glad zijn is de wrijving die tussen de transportband en de zijwanden optreedt geen bezwaar. In dit verband wordt opgemerkt, dat in plaats van steunrollen soms 8|0 1783 -5-.

ook gladde stationaire steunvlakken worden toegepast.

Als gevolg van de beschreven configuratie is in feite een transporttraject met meebewegende zijwanden verkregen, zodat beschadigingen van te transporteren 5 produkten door wrijving tegen de zijwanden niet meer kunnen optreden.

Voorts is een dergelijke transporteur zeer geschikt voor het transporteren van klein of korrelig materiaal en dergelijke, omdat van een kier tussen de band en 10 de zijwanden geen sprake meer is, en omdat, voor zover de zijwanden tot boven de schuine zijstroken van de transportband reiken, een innig, goed afdichtend, contact bestaat tussen de transportband en zijwanden.

Opgemerkt wordt nu reeds, dat bij een telescopische 15 transporteur volgens de uitvinding de trogvorm van de transportband bij de overgang naar het uitschuifdeel in hoofdzaak gehandhaafd blijft. Zulks wordt door nog te beschrijven maatregelen bovendien extra bevorderd.

Volgens de uitvinding maken de zijwanden 23, 24 20 elk deel uit van een uit plaat gevormd profiel, dat volgens het principe van de uit de automobieltechniek bekende zelfdragende carrosserie tevens het zijframe van de transporteur vormt.

Elk profiel heeft een bovenste driehoekig deel 26, waar-25 bij de top van de driehoek omhoog is gericht en de basis ontbreekt. De ene zijde van het driehoekige deel wordt gevormd door êën der eerder beschreven zijwanden 23 of 24 en de andere zijde 27 strekt zich vanaf de top schuin buitenwaarts en neerwaarts uit. Ongeveer ter hoogte van de onderzijde 30 van de transportband gaat de zijde 27 over in een in hoofdzaak vertikaal gedeelte 28, dat zoals in figuur 2 bij 23 getoond een inspringend deel kan hebben en 8|0 17 8 3 \ -6- dat voorts langs de vrije onderrand een naar binnen gebogen flens 30 kan hebben.

Voorts zijn ook de zijwanden 23, 24 ongeveer ter hoogte van de onderzijde van de transportband 21 voorzien 5 van relatief smalle afhangende flenzen 31. Tussen de flenzen 31 van de beide zijwanden 23, 24 zijn de steunrollen 22 gemonteerd.

De beide zijframeprofielen 26 zijn door dwarsbalken verbonden. Figuur 2 toont bij wijze van voorbeeld bij 10 32 een dergelijke dwarsbalk, die tussen de binnenopper-vlakken van de vertikale gedeelten 28, in dit voorbeeld meer in het bijzonder tussen de tegenover elkaar gelegen inspringende delen 29, is aangebracht.

In figuur 2 is voorts nog bij 211 het retourtraject 15 van de transportband te zien.

Opgemerkt wordt, dat door toepassing van zelfdragende, uit plaatmateriaal gebogen, zijframeprofielen de opbouw van het frame van een bandtransporteur en daarmee de opbouw van een totale transporteur zeer eenvoudig 20 wordt.

Bovendien kunnen de zijframeprofielen die voor beide zijden identiek zijn in standaardlengtes van bijvoorbeeld 2 meter gefabriceerd en in voorraad gehouden worden en kan een transporteur van elke gewenste lengte 25 vervaardigd worden door het benodigde aantal profielen in lengterichting aan elkaar te bevestigen, bijvoorbeeld door lassen, eventueel het laatste profiel op de exakt gewenste lengte af te korten, de dwarsbalken aan te brengen en vervolgens de steunrollen te monteren.

30 De zijframeprofielen kunnen desgewenst zodanig zijn uitgevoerd dat de op elkaar aansluitende uiteinden enigszins in elkaar kunnen worden geschoven op de wijze van tentstokken.

8J0178 3 -7-

Het frame wordt dan gecompleteerd door aan elk uiteinde een einddeel te bevestigen. Eén der einddelen omvat dan een aandrijf motor en de aandrijfrol en het andere einddeel omvat een keerrol. De einddelen kunnen 5 volgens de uitvinding als standdaarddelen zijn uitgevoerd, waarbij de beide einddelen van een bandtransporteur identiek kunnen ziijn. Op deze wijze ontstaat de mogelijkheid om een bandtransporteur van elke gewenste lengte modulair op te bouwen uit een gering aantal standaard onderdelen.

10 Een dergelijke transporteur is bovendien relatief licht in gewicht en heeft een relatief geringe hoogte dwars op de transportinrichting.

De inspringende delen 29 vormen enerzijds een versteviging van de zijframeprofielen, en kunnen anderzijds dienen 15 voor buitengeleiding c.q. lagering bij toepassingen voor onder andere zogenaamde vlaktransporteurs zoals duo verlengbanden en dergelijke. Een dergelijk onderstel is veelal verrijdbaar uitgevoerd en is voorzien van steunen voor de transporteur die het mogelijk maken de transporteur vanuit een horizontale 20 stand in een gewenste hellende stand te brengen.

In het in figuur 2 getoonde voorbeeld vormt.het onder het deel 29 gelegen gedeelte van het zijframeprofiel samen met de onderflens 30 en de onderste flens 33 van het deel 29 een profilering die het spiegelbeeld 25 is van de door het inspringende deel 29 gevormde profilering. Ook deze profilering kan dienen ter geleiding van organen, zoals bij rollen of dergelijke van een onderstel, al dan niet in combinatie met het deel 29.

Volledigheidshalve wordt opgemerkt, dat de profile-30 ringen niet exact spiegelbeeldig behoeven te zijn en voorts een andere dan de getekende vorm kunnen hebben.

Ook kunnen extra profileringen zijn aangebracht.

Figuur 3 toont schematisch een dwarsdoorsnede 8|01783 -8- van een telescopische transporteur volgens de uitvinding, zoals bijvoorbeeld in een telescopische hallenvuller kan worden toegepast. Ter verduidelijking is in figuur 3 bij A schetsmatig de opbouw van een telescopische 5 transporteur aangegeven en is tevens met III-III aangegeven welke doorsnede bij B is getoond.

Figuur 3A toont een telescopische transporteur met een eindloze band 40, die om een aandrijfrol 41 en een eindkeerrol 42 is geslagen. De band doorloopt 10 voorts een door twee tussenrollen 43, 44 gevormd S-vormig traject. Om de transporteur te verlengen wordt de eindkeerrol naar rechts bewogen en worden tevens de rollen 43 en 44 naar elkaar toe bewogen, zodat de totale lengte van de transporteur langer wordt terwijl 15 het S-vormige traject evenveel korter wordt. Het verkorten van de transporteur vindt op tegengestelde wijze plaats.

De in figuur 3B getoonde doorsnede is een doorsnede langs de lijn IlIb-IIIb in het gebied tussen de rollen 43 en 44.

20 Figuur 3b toont een uitschuifgedeelte 50 van een telescopische transporteur. Dit uitschuifgedeelte is in dit voorbeeld identiek aan de in figuur 2 getoonde transporteur met uitzondering van het niveau van het retourtraject 211 van de transportband. Dit niveau 25 wordt ter plaatse van de getoonde doorsnede door de diameter van de eindkeerrol 42 en door de plaatsing van de tussenrol 43 bepaald. Voor de diverse delen van het uitschuifgedeelte 50 zijn dezelfde verwijzings-cijfers gebruikt als in figuur 2.

30 Het uitschuifgedeelte 50 bevindt zich ter plaatse van de getoonde doorsnede binnen het basisgedeelte 51 van de transporteur. Het basisgedeelte 51 is op soortgelijke wijze als het uitschuifgedeelte opgebouwd 8T01783 -9- uit zijframeprofielen die door dwarsbalken 52 zijn verbonden en die elk een aan de onderzijde open driehoekig deel hebben 53 met schuin naar binnen aflopende wanden 54, die een geleiding voor de zij stroken van de transportband 5 vormen. De wanden 54, die de assen 56 voor steunrollen 57 dragen. Voorts zijn schuin naar buiten aflopende wanden 56 aanwezig, die eindigen in een in hoofdzaak vertikaal afhangend deel 57, dat weer is voorzien van een profilering middels een inspringend deel 58 en 10 een binnenwaarts gebogen onderflens 59. De dwarsbalken 52 zijn in dit voorbeeld relatief laag, dat wil zeggen nabij de onderrand van de afhangende delen 57 aangebracht. Door een dergelijke constructie, gecombineerd met een iets ruimere uitvoering van de zijframeprofielen wordt 15 voldoende ruimte voor het opnemen van het uitschuifdeel 50 verkregen.

Als gevolg van de aan de onderzijde open driehoekige vorm van de zijframeprofielen waardoor de zijframeprofielen van het basisdeel en het uitschuifdeel op eenvoudige 20 wijze in elkaar schuifbaar kunnen zijn uitgevoerd en doordat de assen van de steunrollen of andere steunorganen tussen zich aan de binnenzijde van de driehoekige delen bevindende profieldelen zijn gemonteerd, kunnen de steunrollen 22 van het uitschuifdeel direkt onder de 25 steunrollen 57 van het basisdeel worden gepositioneerd, zoals in figuur 3 is te zien. De transportband behoeft daardoor in het overgangsgebied tussen basisdeel en uitschuifdeel slechts een klein niveauverschil' te overbruggen. De trogvorm van de transportband blijft hierdoor 30 in hoofdzaak gehandhaafd, zodat de telescopische uitvoering van de transporteur de transportcapaciteit niet of nauwlijks nadelig beïnvloedt.

De profilering 28, 29 van het uitschuifdeel kan nu voor geleiding van het uitschuifdeel in het basisdeel 8J01783 t * -10- worden gebruikt.

Figuur 4 toont in zijaanzicht een transporteur volgens de uitvinding die met voordeel uit standaarddelen is opgebouwd. De in hellende stand, zoals bij een boxen-5 vuiler, getoonde transporteur omvat een middendeel 60 en twee einddelen 61 en 62.

Het middendeel 61 is uit een geschikt aantal standaard lengtes zijframeprofiel en dwarsbalken samengesteld.

Aan de uiteinden zijn einddelen 61 en 62 gemonteerd, 10 die bij voorkeur identiek zijn. De einddelen zijn bij voorkeur scharnierbaar om een as dwars op de transport-richting met het middendeel verbonden. In figuur 4 zijn de scharnierassen met 63, 64 aangegeven. Ook zijn met onderbroken lijnen de na het losnemen van niet 15 getoonde vergrendelorganen, zoals bijvoorbeeld schroefbouten, de neergeklapte standen van de einddelen getoond. Als één der einddelen is neergeklapt of beide einddelen zijn neergeklapt hangt de transportband losjes om de steunrollen en de met onderbroken lijnen aangegeven aandrijfrol 65 en de eindkeerrol 20 66. In die stand kan de eindloze band makkelijk gemonteerd worden en zijn alle delen van de transporteur makkelijk bereikbaar voor onderhoud en/of reparatie.

Het einddeel 62 kan tevens de aandrijfmotor bevatten.

De aandrijfmotor kan in de aandrijfrol 65 zijn geplaatst.

25 Voorts omvattende beide einddelen zich in de transport- richting uitstrekkende sleuven 67 in de zijwanden, welke sleuven samen met niet getoonde stelorganen een verschuiving van de rollen 65 en/of 66 mogelijk maken, zodat de transportband op eenvoudige wijze gespannen 30 kan worden en gecentreerd in de looprichting.

Figuur 5 toont een variant van de in figuur 4 getoonde transporteur, waarbij het bovenste einddeel, aangegeven met 70, is uitgevoerd als knikdeel, dat het einde van het transporttraject in een in hoofdzaak horizontale 35 oriëntatie brengt.

8 j 0 17 8 3 -11- r

Het onderste einddeel 71 is in dit voorbeeld voorzien van een stortbak 72 voor de te transporteren produkten en is voorts voorzien van een versteviging 73 en een trekbalk 74, zodat de op een niet nader getoond verrijd-5 baar onderstel gemonteerde transporteur met een trekvoertuig gekoppeld kan worden.

Opgemerkt wordt dat na het voorgaande diverse modificaties voor de deskundige voor de hand liggen.

Dergelijke modificaties worden geacht binnen het kader 10 van de uitvinding te vallen.

8701783

Claims (20)

1. Bandtransporteur, in het bijzonder geschikt voor kwetsbare produkten zoals land- en tuinbouwprodukten, omvattend een over twee keerrollen en een aantal steunorganen geleide transportband en zijwanden, die het door de 5 transportband bepaalde transporttraject zijdelings begrenzen, met het kenmerk, dat de zijwanden elk worden gevormd door een zich schuin neerwaarts naar het door de steunorganen ondersteunde deel van de transportband uitstrekkend plaatvormig deel van een uit plaat 10 gebogen zijframeprofiel, en dat de zijframeprofielen onderling door dwarselementen zijn verbonden.

2. Bandtransporteur volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de getransportband in dwarsdoorsnede in een trogvorm wordt ondersteund door de steun-15 organen, die het middengebied van de transportband ondersteunen en door zijwanddelen, die elk een zij strook van de transportband ondersteunen.

3. Bandtransporteur volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de zijframeprofielen 20 zelfdragend zijn.

4. Bandtransporteur volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de zijframeprofielen in hoofdzaak identiek zijn.

5. Bandtransporteur volgens één der voorgaande conclusies, 25 met het kenmerk, dat elk zijframeprofiel een bovenste hol gedeelte omvat, dat aan de onderzijde open is en dat aan de naar het tegenoverliggende zijframepro-fiel gekeerde zijde een binnenflens heeft, waarbij de steunorganen tussen de binnenflenzen van beide zijframe-30 profielen zijn aangebracht. 8| 0 17 Ö 3 X -13-

6. Bandtransporteur volgens conclusie 5, m e t . het kenmerk, dat elk zijframeprofiel aan de van het andere zijframeprofiel af gekeerde buitenzijde een afhangend deel omvat.

7. Bandtransporteur volgens conclusie 6, m e t het kenmerk, dat de dwarselementen tussen de afhangende delen van de zijframeprofielen zijn aangebracht.

8. Bandtransporteur volgens conclusie 6 of 7, 10 me t het kenmerk,.dat de afhangende delen van de zijframeprofielen zijn voorzien van tenminste één langsprofilering.

9. Bandtransporteur volgens één der conclusies 6 t/m 8,met het kenmerk, dat de afhangende 15 delen een langs de onderrand gevormde naar het andere zijframeprofiel gerichte flens hebben.

10. Bandtransporteur volgens één der conclusies 5 t/m 9,met het kenmerk, dat het bovenste holle gedeelte van elk zijframeprofiel in dwarsdoorsnede 20 in hoofdzaak driehoekig is met open basis en met een naar boven gekeerde top.

11. Bandtransporteur volgens één der voorgaande conclusies uitgevoerd als telescopische transporteur met een basisdeel en tenminste één uitschuifdeel, m e t h e t 25 kenmerk, dat het basisdeel is opgebouwd uit twee uit plaat gebogen zijframeprofielen, die door steunorganen voor een transportband en door dwarselementen zijn verbonden, waarbij de zijframeprofielen bovenste holle delen omvatten, die corresponderende holle delen van 30 uit plaat gebogen zijframeprofielen van het uitschuifdeel kunnen opnemen zodanig, dat de steunorganen van het uitschuifdeel direkt onder de steunorganen van het basisdeel liggen voorzover het uitschuifdeel in het basis deel reikt, en dat de zijframeprofielen verbindende 8| 0 17 8 3 -14- dwarselementen van het basisdeel onder de corresponderende dwarselementen van het uitschuifdeel liggen.

12. Bandtransporteur volgens één der voorgaande conclusies gekenmerkt door een middensectie met een uit 5 onderling verbonden zijframeprofielen gevormd frame en met de uiteinden van de middensectie verbonden einddelen, die een aandrijfrol respectievelijk een eindkeerrol bevatten.

13. Bandtransporteur volgens conclusie 12, m e t 10. e t kenmerk, dat de einddelen een uit plaat vervaardigd zelfdragend frame hebben, waarbij de frames van de einddelen in hoofdzaak identiek zijn.

14. Bandtransporteur volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat tenminste één der 15 einddelen scharnierbaar met de middensectie is verbonden.

15. Bandtransporteur volgens een der conclusies 12 t/m 14,met het kenmerk, dat de middensectie uit een geschikt aantal standaard zijframeprofiellengtes is opgebouwd.

16. Bandtransporteur volgens één der conclusies 12 t/m 15,met het kenmerk, dat het ene einddeel als knikdeel is uitgevoerd.

17. Bandtransporteur volgens ëën der conclusies 12 t/m 16,met het kenmerk, dat één der 25 einddelen is voorzien van verstevigingsmiddelen en van een daarmee verbonden trekbalk.

18. Uit plaat gebogen zijframeprofiel voor een bandtransporteur volgens één der voorgaande conclusies, g e k e n- m e r kt door een bovenste hol gedeelte dat aan de 30 onderzijde open is en dat een binnenste flens heeft die is ingericht om één einde van een bandsteunorgaan te dragen, en een buitenste afhangende flens die is ingericht om ëën einde van een dwarselement te dragen. 8|0 178-3 -15- ;ι

19. Zijframeprofiel volgens conclusie 18 opgebouwd uit een aantal zijframeprofiellengtes met een standaardlengte.

20. Zijframeprofiel volgens conclusies 19, m e t het kenmerk, dat elke zijframeprofiellengte 5 aan ëên der uiteinden is ingericht om het aansluitende uiteinde van een volgende zijframeprofiellengte over korte afstand op te nemen. 8| 017 8 3