NL8600409A - Werkwijze voor het plaatsen van een uit een geheel bestaande bovenconstructie van een buitengaats platform, en inrichting voor het praktisch uitvoeren ervan. - Google Patents

Description

, ft" %

36.3017/lem/vL

-1- rCorte aanduiding: Werkwijze voor het plaatsen van een uit een geheel bestaande bogenconstructie van een buitengaats platform., en inrichting voor het praktisch uitvoeren ervan.

Be onderhavige uitvinding heeft betrekking op een nieuwe werkwijze die, doordat deze het nogelijk maakt dat de constructies die de steunbalken van het dek, de boor- en produktie-uitrusting en de woonvertrekken vormen, d.w.z. het gehele complex dat de complete bovenconstructie van een 5 buitengaats platform vormt, als een geheel en in een enkele positionerings-handeling geplaatst wcr den,het mogelijk maakt dat een aanzienlijke hostenen tijdsbesparing bij het in diepe zeeën aanleggen van platforms, alsmede rationelere, onmiddellijk bruikbare, en beter geoptimaliseerde en dus minder zware platforms kunnen worden bereikt.

10 Het is bekend dat bij de plaatsing van een buitengaats platform, de meest kritische stap is die van het koppelen van de bovenconstructie of dek van het platform die, terwijl hij wordt ondersteund door een geschikt vaartuig of transportvlot of-lichter, welke onvermijdelijk onderhevig is aan de golfbeweging van de zee, op de vaste, uit het water stekende poten 15 van de op de zeebodem rustende onderconstructie of bok van het platform moet worden gezet. Tijdens deze fase moet er in feite naar worden gestreefd cm zo snel nogelijk de belasting van de bovenconstructie van het platform vanaf het dek van de lichter op de poten van de bok over te brengen, teneinde de schadelijke gevolgen van golfbeweging te vermijden, die 20 zowel de constructie als het vaartuig of het vlot zouden kunnen beschadigen.

Uit de huidige stand van de techniek is reeds een werkwijze bekend op voor het poten van een bok plaatsen van een dek van een platform. Volgens deze bekende werkwijze, wordt het dek dat ondersteund wordt door de 25 drijvende romp van een lichter of vlot, door deze laatste temidden van de poten van de bok en vervolgens bovenop deze laatstgenoemde geplaatst, en van de lichter of het transportvlot losgemaakt door het passend onder water brengen van de lichter.

Een dergelijke werkwijze heeft echter een aantal nadelen, waarvan de 30 voornaamste het gevolg is van de zeer lange tijd die nodig is voor het laten vollopen van de ballasttahks van het vlot of de lichter, teneinde deze onder water te brengen, hetgeen tot gevolg heeft' dat de plaatsings- -2- handeling zeer moeilijk is, omdat het noodzakelijk is dat men gedurende lange tijdsperiodes verzekerd is van een kalme zee, en omdat de lichter erg gevoelig is voor golfbeweging. Een dergelijke noodzaak brengt zelfs met zich mee dat het praktisch gebruik van de werkwijze in die gebieden 5 waarin een golfbeweging altijd aanwezig is, onmogelijk is. Anderzijds, aangezien de traagheid van het onder water brengen van het vlot het niet mogelijk maakt dat een neerzethandeling wordt bereikt die zo volledig bestuurd en vooraf bepaald is als noodzakelijk is, kan geen nauwkeurigheid bij de handeling van het in elkaar zetten worden bereikt, die daarom 10 vele pogingen en daarom aanzienlijke inspanning en tijd vereist. Bovendien zullen tijdens deze herhaalde, langdurige pogingen zowel het vlot of de lichter en de bovenconstructie of dek van het platform als gevolg van de golfbeweging te lijden hebben van vele stoten tegen de poten van de bok, met de daaruit volgende mogelijkheid van aanzienlijke schades aan de 15 ' constructies. Tenslotte wordt, aangezien het dek op een niveau moet worden gehouden dat altijd hoger is dan de uitstekende eüdsi van de potai wi de bok, afhankelijk van de golfbeweging van de zee, voor dat doel op het vlot een gestel met grote afmetingen en grote hoogte gebruikt om het dek te ondersteunen, met de daaruit volgende noodzaak van grote en dure trans-20 portvlotten,alsmede moeilijkheden bij de navigatie.

De hierboven genoemde navigatiemoeilijkheden en nadelen brengen zelfs het verdere nadeel met zich mee dat zowel het eigenlijke dek, d.w.z. de constructies die de steunbalken van het platformdek vormen, als andere delen die de complete bovenconstructie van het buitengaats gelegen platform 25 vormen, als modules vervoerd en geplaatst moeten worden, met met als gevolg een toename in plaatsingskosten en de hoeveelheid vereiste uitrustingsstukken, alsmede met de noodzaak van verdere scheepstransport- en heilmiddelen.

Het doel van de onderhavige uitvinding is juist deze nadelen te onder-30 vangen en daarom een werkwijze te verschaffen voor het plaatsen van boven-construeties van een buitengaats platform die een besparing van kosten en tijd mogelijk maakt, die geen grote transportvlotten of -lichters vereist, die nagenoeg niet wordt beïnvloed door golfbewegingen van de zee en die daarom een duidelijke nauwkeurigheid en soepelheid in de handeling van het 35 op elkaar zetten van het dek en de poten van de onderliggende bok mogelijk maakt, en die bovenal het mogelijk maakt dat de gehele volledige boven- Λ * -3- constructie van het buitengaatse platform als één geheel wordt getransporteerd. De -voordelen van deze laatste mogelijkheid zijn inderdaad duidelijk en kunnen als volgt worden samengevat: - een aanzienlijke vermindering in buitengaatse plaatsingstijden; 5 - een duidelijke vermindering in gewicht van het staal dat de gehele constructie vormt, omdat het niet langer vereist is dat laatstgenoemde voor de fase van het omhoog brengen versterkt wordt; - een nagenoeg volledig achterwege blijven van de handeling vanfcet met elkaar verbinden van verschillende modulen van de bovenconstructie, 10 d.w.z. van voltooiingswerkzaamheden; - een vermindering van kósten van leidingmateriaal en van materialen die vereist zijn voor aanleggen van elektrische stroom- en instrumentatie-kabels; - een verbetering van de opbouw van de installatie, d.w.z. van de lig-15 ging van verschillende componenten van de installatie, die doordat ze zijn ontworpen als een enkel blok, een optimale ligging zullen hebben; - de mogelijkheid om de meeste handelingen voor het in bedrijf stellen direkt op het land, en v66r het buitengaats transport uit te voeren, met de daaruit volgende duidelijke vermindering van de voor het voltooien van 20 het project vereiste tijd.

Sen dergelijk genoemd resultaat wordt bereikt door het toepassen van een gedeeltelijk onder water te brengen vlot of lichter, die tijdens het onder water brengen stabiel wordt gemaakt door vertikale drijvertanks die op het dek zijn geplaatst, waarop eveneens een "beweegbaar platform" is ge-25 plaatst, dat gevormd wordt door een rechthoekig plat deel met grote afmetingen dat vervolgens de gehele uit een blok bestaande bovenconstructie van het buitengaatse platform moet steunen, waarbij daartussen schokdempers zijn geplaatst die geschikt zijn om de onvermijdelijke schokken als gevolg van de bewegingen in het horizontale vlak van het vlot dat tijdens de 30 fase van het op elkaar zetten onderhevig is aan de golfbeweging, te absorberen, welke schokdempers gemaakt kunnen zijn van gevulde elastomeren van het type die gebruikt worden in scheepsdokken, of gevormd worden door met water of ook met samengeperste lucht gevulde kussens uit elastisch materiaal, die tijdens het navigeren niet-werkzaam worden gemaakt. Het platte 35 deel of "beweegbaar platform" is bovendien in vertikale richting verschuif- . baar gemaakt met behulp van een aanzienlijk aantal vertikaal in de romp ? ? _ii_ van het vlot aangebrachte hydraulische cilinders, waarvan de zuigers bij voorkeur een slag van k-5 m hebben en een totale drukkracht die gelijk is aan tenminste .1,5 maal de te ondersteunen last, en wordt bovendien tijdens de fasen van het heffen en het naar beneden laten in vertikale rich-5 ting geleid door een stel vertikale balken die aan het vlakke deel zijn bevestigd op op afstand van de hydraulische cilinders gelegen plaatsen, welke balken in vertikale precisiegeleidingen schuiven die eveneens in de romp van het vlot of de lichter zijn opgenomen.

Aan de andere zijde zijn in de constructie van het dek of de boven-10 constructie van buitengaatse platforms in overeenstemming met de assen van de uitstekende poten van de onderliggende bok, vertikale buisvormige kolommen opgenomen, waarbij in de buisvormige kolommen cilindrische pijlers schuiven die doorhet plaatsen van hun eindgedeelten, die een conische vorm hebben om het zelfcentreren te vergemakkelijken, in de overeenkomsti-15 ge zittingen die vooraf in de poten van de bok zijn aangebracht, de belas-tingdragende pijlers van het gehele uit een blok bestaande bovenconstructie zullen vormen. Deze schuifpijlers worden vanaf het bovengedeelte van de kolommen naar beneden gedrukt door een stel hydropneumatische vijzels die binnenin de kolommen zijn aangebracht en die verbonden zijn met twee 20 boven elkaar geplaatste klemringen die door middel van pneumatische expansie afwisselend tegen de wand van de kolommen geklemd worden.

De zuigers van de dubbelwerkende vijzels zullen een slag hebben van 1-2 m. Het is duidelijk dat wanneer de schuifpijlers op de poten van de bok rusten, bij voortdurende aandrijving van de vijzels een omhoog brengen van 25 de gehele bovenconstructie zal worden veroorzaakt die aldus de gewenste hoogte kan bereiken.

Door de gecombineerde tussenkomst van een dergelijke uitrusting is het inderdaad mogelijk een gemakkelijk transport te bereiken, alsmede een snelle overbrenging van de uit een blok bestaande bevenconstructie van 30 een buitengaatse platform vanaf het dek van een vlot of lichter op de poten van de bok.

Het ’’beweegbare platform" maakt het transport als één geheel van de gehele bovenconstructie van een buitengaats platform dat vooraf op land vervaardigd en in elkaar gezet is en vervolgens op het vlot is geladen, 35 mogelijk, doordat het "beweegbare platform" het mogelijk maakt dat de erdoor ondersteunde constructie, zoals nodig, omhoog wordt gebracht tot op £ < -5- een hoogte die groter is dan die ran de uitstekende poten van de tok, enkel wanneer het vlot in de nabijheid van de lokatie is aangekomen en het daarom mogelijk maakt om de constructie over zee te transporteren terwijl deze praktisch op het dek van het vlot rust en daarom met een zeer laag zwaarte-5 punt heeft, waardoor de navigatie ervan wordt vergemakkelijkt. Anderzijds maakt de mogelijkheid van het op land samenstellen van de bovenconstructie het mogelijk om een volledig bovenconstruetieblok te vervaardigen dat opvallend contact is en daarom een zeer laag zwaartepunt heeft, hetgeen naast de vergemakkelijking van het transport over zee, leidt tot verdere vocrde-10 ien van het eveneens gemakkelijker maken van het op land bouwen, doordat de constructie die wordt samengesteld, gemakkelijker bereikbaar wordt voor het dokpersoneel en bedieningsmiddelen (kranen), alsmede van het vergemakkelijken van het op het vlot laden ervan.

De verdere mogelijkheid van het onder water brengen van het door de 15 vertikale drijvertanks gestabiliseerde vlot of de lichter, altijd in de nabijheid van de lokatie, waardoor hij praktisch ongevoelig wordt gemaakt voor golfbewegingen van de zee, maakt niet alleen een aanzienlijke vergemakkelijking mogelijk van de handelingen van het naderen en het vervolgens binnenlopen van het vlot temidden van de poten van de bok, maar eveneens 20 van de eindinstelling van het vlot, zodat de assen van de poten van de bok in lijn komen met die van de overeenkomstige, schuifpijlers van de constructie, en daarom, tenslotte, een vergemakkelijking van de handeling van het op elkaar zetten.

Deze laatste handeling wordt bovendien altijd mogelijk en steeds een-25 voudiger en spmakkelijker gemaakt door de schuivende cilindrische pijlers van de bovenconstructie die, doordat zij in de overeenkomstige vooraf in de poten van de bok aangebrachte zittingen, het mogelijk maken dat de bovenconstructie altijd gecentreerd is ten opzichte van de bok. In het geval van een duidelijke golfbeweging, worden deze pijlers inderdaad vrij ver-30 schuifbaar in hun vertikale kolommen gelaten, waarbij de pneumatische klemringen van de vijzel worden losgemaakt, tot het moment waarop onder gebruikmaking van een kalm moment van de zee, het overbrengen van de belasting van de bovenconstructie van het vlot op de bok zal worden gestart, waarbij alle vijzels tegelijkertijd in werking worden gesteld.

35 Samenvatten!, is de werkwijze voor het plaatsen van de bovenconstrue- tie van een buitengaats platform op de vaste, uit het water stekende poten ¥ * -6- van de op de zeebodem rustende onderconstructie of dok van het platform, tenminste omvattende de fase van het door middel van een vlot of lichter vervoeren van de te plaatsen constructie tot in de nabijheid van de lokatie_, de fase van het geleiden en het temidden van de poten van de bok laten ko-5 men van het vlot of de lichter door middel van sleepboten en kabels of lijnen uit polypropeen die zijn vastgemaakt aan betingstijlen die op de uitstekende delen van de bok zijn aangebracht na vooraf op deze laatstgenoemde passende elastische schutbalken te hebben aangebracht, alsmede de fase van het uitvoeren van de eindinstelling van de positie van het vlot 10 door het aandrijven van ankerlieren en het aanhalen van de polypropeen kabels of lijnen, om het op elkaar zetten van de te plaatsen constructie en de poten van de bok mogelijk te maken, volgens de onderhavige uitvinding gekenmerkt doordat de werkwijze tevens omvat de beginfase van het op een op het dek van het vlot aangebracht, in vertikale richting beweegbaar 15 ondersteuningsplatform laden van het uit een geheel bestaande blok van de gehele bovenconstructie van het buitengaatse platform dat vooraf op land vervaardigd en in elkaar gezet is, alsmede, wanneer de nabijheid van de lokatie is bereikt, de fasen.van het volledig onder water brengen van het vlot dat gestabiliseerd wordt door op het dek geplaatste, vertikale drij-20 vertanks en het omhoogbrengen van het beweegbare ondersteuningsplatform en dientengevolge de bovenconstructie tot een hoogte die hoger is dan die van de uitstekende einden van de poten van de bok, onafhankelijk van de golfbeweging van de zee, door middel van het aandrijven van betreffende hydraulische hef cilinders en, bovendien, na de eindins telling van de po-25 sitie van het vlot te hebben uitgevoerd, de achtereenvolgende fasen van het in werking stellen van de schokdempers die tussen het ondersteuningsplatform en de bovenconstructie zijn geplaatst, het in de bijbehorende buisvormige kolommen late schuiven van cilindrische hefpijlers welke kolommen in de dekconstructie van de uit een blok bestaande bovenconstructie 30 zijn opgenomen overeenkomstig de assen van de uitstekende poten van de onderliggende bok, totdat de conische eindgedeelten van de pijlers in de overeenkomstige zittingen die in de onderliggende poten van de bok zijn aangebracht steken en daarin rusten, door het aandrijven van de respectieve hy-dropneumatische vijzels die binnenin de kolommem zijn aangebracht en ver-35 bonden zijn met twee boven elkaar geplaatste klemringen die afwisselend door pneumatische expansie tegen de binnenwand van de kolommen geklemd wor- -7-- ϊ ί den en, op het moment van een kalme zee, de gelijktijdige fasen van het heffen van de bovenconstructie tot de gewenste hoogte ten opzichte van de poten van de bok, door het blijven aandrijven van de hydropneumatische vijzels van de pijlers, het snel laten zakken van het beweegbare steunplat-5 form door het altijd aandrijven van de hydraulische hefcilinders en het snel laten vollopen van de ballasttanks van het vlot of de lichter, teneinde het van het vlot op de bok overgebrachte gewicht te compenseren, en tenslotte de fasen van het aan de poten van de bok en aan de respectieve buisvormige kolommen lassen van de pijlers, het uit de pijlers halen van 10 de hydropneumatische vijzels door het niet meer bekrachtigen van de pneumatische klemringen, het verwijderen van de vijzels van de bovenccnstructie en het tussen de poten van de bok uit bewegen van het vlot.

Verder wordt volgens een voorkeursuitvoering van de onderhavige uitvinding het vertikaal beweegbare steunplatform gevormd door een rechthoe-15 kig plaat deel dat in horizontale richting bevestigd is aan de einden van de zuigers van een groot aantal stellen hydraulische hefcilinders die evenwijdig aan elkaar zijn opgesteld en in vertikale richting in de. romp van het vlot of de lichter zijn vastgezet, welk plat deel bovendien is voorzien van een stel vertikale balken die, terwijl ze aan de onderkant ervan zijn 20 vastgezet op op afstand van de zuigers gelegen plaatsen, in vertikale pre-cisiegeleidingen zijn gezet die zijn opgenomen en eveneens zijn vastgezet in de romp van het vlot of de lichter.

Teneinde de zelf-centrering van de schuifpijlers voor het omhoog brengen van het ondersteuningsplatform, in de overeenkomstige zittingen in de 25 poten van de bok te vergemakkelijken en bovenal in staat te zijn om, aangezien het noodzakelijk is voor de uit te voeren werkwijze, de bewegingen van het vlot of de lichter gedurende de fase van het op elkaar zetten te absorberen, schuift tenslotte volgens een ander kenmerk van de onderhavige uitvinding, elke cilindrische hefpijler in zijn bijbehorende kolom met een OQ ...

radiale speling die gecompenseerd wordt door binnenste elastische gelei-dingsringen alsmede, aan het ondereinde, door een metalen kraag die in radiale richting beweegbaar is in een in de kolom aangebrachte, rondgaande geleiding waarbij de kraag aan de gepositioneerde pijler móet worden gelast , die verder is voorzien van een rondgaande, aan de bovenrand van de ^ zitting in de poot van de bok te lassen aanslag, welke bovenrand op zijn beurt is voorzien van een uitlopend zelf-centrerend element dat geschikt is om te worden geopend en door middel van op afstand bediende vijzels te

ί V

-8- worden verwijderd.

De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening, die een voorkeursvorm van een praktische uitvoeringsvorm weergeeft, welke slechts als voorbeeld en niet als beperking is gegeven, 5 omdat het altijd mogelijk zal zijn technische en constructieve varianten in te voeren, zonder buiten het kader van de onderhavige uitvinding te gaan.

In de tekening geven de figuren 1 tot 1U op verschillende schalen de verschillende stadia van het plaatsen van de bovenconstructie van een 10 buitengaats platform volgens de uitvinding weer.

Figuur 15 geeft gedeeltelijk in doorsnede en op vergrote schaal, een aanzicht weer van een cilindrische hefpijler en van een bijbehorende zitting in de poot van de bok, in een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding.

Figuur 16 geeft gedeeltelijk in doorsnede en op vergrote schaal, een 15 aanzicht weer van een cilindrische hefpijler die wordt aangedreven door de vijzels binnenin zijn eigen vertikale buisvormige kolom.

In de tekening is met 1 in het algemeen de uit één geheel bestaande bovenconstructie van een te plaatsen buitengaats platform aangegeven, dat in hoofdzaak wordt gevormd door een dek 2, dat op land is samengesteld, 20 waarop, eveneens op land, een helihaven 3, boortorens k en woonvertrekken 5 zijn gemonteerd en eveneens alle noodzakelijke verbindingen zijn aangebracht.

Het volledige bovenconstructieblok 1 wordt gebouwd op een tweebaans of vierbaans glijbaan 6 (in figuur 2 van het tweebaanstype), die vervol-25 gens dient voor het laden van de bovenconstructie op een ondersteunings-platform 79 dat op zijn beurt wordt ondersteund door een steunconstructie 8 die een geheel vormt met het dek van een gedeeltelijk onder water te brengen vlot of lichter 9 die voorzien is van op het dek geplaatste vertikale drijvertanks 10.

30 Het ondersteuningsplatform 7 is in vertikale richting beweegbaar en wordt hoofdzakelijk gevormd door een rechthoekig plat deel dat in horizontale richting is bevestigd aan de einden van zuigers van een groot aantal stellen hydraulische hefcilinders 12 (zie in het bijzonder figuren 8 en 11), die evenwijdig aan elkaar zijn opgesteld en in vertikale richting 35 binnenin de romp van het vlot zijn vastgezet. Het platte deel 7 wordt tijdens zijn vertikale beweging bovendien geleid door een stel vertikale 5 « _Q_ * balken 13, die, terwijl ze aan de onderkant ervan zijn bevestigd op op afstand van de cilinders 12 gelegen plaatsen, in vertikale precisiegelei-dingen 1¼ zijn gezet die zijn opgencmen en eveneens zijn vastgezet in de romp van het vlot 9· 5 Wanneer de uit éên blok bestaande b ovenconstruct ie 1, nadat de twee achterste vertikale drijvertanks 10 vooraf zijn verwijderd (zie figuur 1 en 2), eenmaal op het vlot 9 is geladen, en vast daarmee is verbonden door middel van de op zee gebruikelijke bevestigingsconstructies, wordt het over zee tot in de nabijheid van de onderconstructie of bok 15 van het 10 planform getransporteerd, waarvan de poten 1o uit het water steken. Eenmaal daar gearriveerd, zal het vlot door middel van kabels 17 aan de zeebodem worden verankerd (zie figuur 3), door middel van polypropeen lijnen 13 met passende betingstijlen worden verbonden die vooraf op de poten 16 van de bok 15 zijn aangsbracht, volledig onder water worden gebracht 15 (zie figuur 4), en tenslotte na stabiel te zijn gemaakt door zijn vertikale drijvertanks 10, via kabels 20 door sleepboten getrokken temidden van de poten van de bok 15 worden gebracht, waarbij het beweegbare ondersteu-ningsplatform 7 en dientengevolge de uit éên blok bestaande bovenconstrue— tie 1 omhoog zal worden gebracht tot op een hoogte die groter is dan de 20 uitstekende einden van de poten 16 van de bok 15 door het aandrijven van de hydraulische hefcilinders 12.

Nadat het vlot 9 temidden van de poten 16 van de bok 15 is gebracht, waartussen geschikte elastische sehutbalken 21 aanwezig zijn (zie figuur 5), wordt de eindinstelling van het vlot uitgevoerd, door het aandrijven van 25 de lieren van de ankerkabels 17, en bovendien door het inhalen van polypropeen kabels 18 (zie figuur 7), totdat de assen van de poten 16 van de bok 15 samenvallen met die van een overeenkomstige stel cilindrische pijlers 22 (zie in het bijzonder figuren 10 en 16) die binnenin vertikale buisvormige kolommen. 23 schuiven die zijn bevestigd aan de constructie van 30 het dek 2 van de bovenconstructie 1. Elke hefpijler 22 wordt binnenin de respectieve kolommen 23 aangedreven door een stel hydropneumatische vijzels 2k (3 in figuur 16} die, terwijl ze binnenin de kolom 23 zijn gebracht, met twee boven elkaar geplaatste klemringen 25 en 25’ zijn verbonden, die afwisselend door pneumatische expansie tegen de binnenwand van 35 de kolom 23 werden geklemd. Tussen de pijler 22 en de er tegenover liggende kiemring 25r is. een demperkussen Uo aangebracht.

r s.

-10- ïfa de instelling worden de tevestigingsconstructies voor zee losgemaakt, de schokdempers 26' die tussen het ondersteuningspiatform 7 en de constructie 1 (zie figuren 6, 8, 10 en 11) in werking gesteld, en wordt de eigenlijke handeling van het in elkaar zetten uitgevoerd, bestaande 5 uit het door middel van de hydropneumatische vijzels 2ht laten zakken van de hefpijlers 22 totdat hun conische einddelen 26 in de overeenkomstige onderliggende poten 16 van de bok 15 steken (zie figuur 10) en hen op respectieve, in de poten aangebrachte zittingen 27 laten rusten (zie figuur 15).

10 Teneinde de onvermijdelijke bewegingen van het vlot 9 en dientenge volge van de pijlers 22 te absorberen, en daarom de handeling van het in elkaar zetten gunstig te beïnvloeden, heeft elke cilindrische hefpijler 22 (zie in het bijzonder figuur 15) volgens de uitvinding ten opzichte van de bijbehorende kolom 23 een radiale speling 28 die wordt gecompenseerd door 15 binnenste elastische geleidingsringen 29 alsmede, aan het ondereinde, door een metalen kraag 30 die in radiale richting beweegbaar is in een binnenste, in de kolom aangebrachte rondgaande geleiding 31, en die vervolgens aan de pijler 22 moet worden gelast om deze in de gewenste positie te blokkeren. De pijler 22 is bovendien voorzien van een rondgaande aanslag 32 die 20 aan de bovenrand 33 van de bijbehorende poot 16 moet worden gelast (zie nog altijd figuur 15), die op zijn beurt voorzien is van een uitlopend zelf-eentrerend element 3^· dat op de bovenrand 33 rust en vanuit een op afstand gelegen positie door middel van de vijzels 35 kan worden geopend om zijn rondgaande tand 36 van de rand 33 los te maken en het aldus moge-25 lijk te maken dat hij naar beneden naar de kraag 37 beweegt, teneinde de rand 33 voor het lassen toegankelijk te maken. Tenslotte wordt het conische eindgedeelte 26 van de pijler 22 door middel van een zwaluwstaart met speling 38 axiaal beweegbaar ondersteund om met een belastingscel 39 samen te werken.

30 Vervolgens zullen, na te hebben geverifieerd dat alle pijlers 22 goed in hun respectieve zittingen 27 rusten én vandaar hetzelfde signaal aan de respectieve belastingscellen 39 doorgeven, tijdens een moment van kalme zee de werking van de hydropneumatische vijzels 2k worden gestart, teneinde de bovenconstructie 1 snel omhoog te brengen. Tegelijkertijd zullen de 35 kleppen voor het snel laten vollopen van de ballasttanks van het gedeeltelijk onder water te brengen vlot 9 worden geopend en zal het commando worden r *> -11- gegeven om het beweegbare ondersteuningsplat-form 7 naar beneden te laten zakken (zie figuur 11),. waardoor de hydraulische cilinders 12 worden aangedragen. Deze drie gelijktijdige acties zorgen dat het gewicht ran de bovenconstructie 1 snel vanaf het vlot 9 naar de bok 15 wordt overgebracht en 5 aldus van het vlot 9 zal loskomen, waardoor het aldus mogelijk wordt gemaakt dat het met een beweging die tegengesteld zal zijn aan die welke is uitgevoerd voor het ertussen brengen ervan, tussen de poten 16 van de bok 15 uit wordt bewogen (zie figuur 13).

Intussen zal door het aandrijven van de vijzels 2k op de pijlers 22, 10 de bovenconstructie cp het ontworpen eindniveau worden gebracht.

Tervolgens zal, nadat het lassen van de ringen 30 van de kolommen 23 aan de respectieve pijlers 22 en van de aanslagen 32 van de pijlers aan de bovenranden 33 van de betreffende onderliggende poten 16 van de bok 15 is uitgevoerd, en nadat vooraf de uitlopende zelf-centrerende elementen 15 3U naar beneden zijn bewogen, de verwijdering van de hydropneumatische vijzels mogelijk zijn (figuur 1¼).

s

Claims (5)

1. Werkwijze voor het plaatsen van de hovenconstructie van een buitengaats platform op de vaste, uit het water stekende poten van de op de zeebodem rustende onderconstructie of bok van het platform, tenminste omvattende de fase van het door middel van een vlot of lichter vervoeren van de 5 te plaatsen constructie tot in de nabijheid van de lokatie^de fase van het geleiden en het temidden van de poten van de bok laten komen van het vlot of de lichter door middel van sleepboten en kabels of lijnen uit polypro-peen die zijn vastgemaakt aan betingstijlen die op de uitstekende delen van de bok zijn aangebracht na vooraf op deze laatstgenoemde passende elas-10 tische schutbalken te hebben aangebracht, alsmede de fase van het uitvoeren van de eindinstelling van de positie van het vlot door het aandrijveh van ankerlieren en het aanhalen van de polypropeen kabels of lijnen, om het op elkaar zetten van de te plaatsen constructie en de poten van de bok mogelijk te maken, met het kenmerk dat werkwijze tevens om-15 vat de beginfase van het op een op het dek van het vlot aangebracht, in vertikale richting beweegbaar ondersteuningsplatform laden van het uit een geheel bestaande blok van de gehele bovenconstructie van het buitengaatse platform dat vooraf op land vervaardigd en in elkaar gezet is, alsmede, wanneer de nabijheid van de lokatie is bereikt, de fasen van het volledig 20 onder water brengen van het vlot dat gestabiliseerd wordt door op het dek geplaatste, vertikale drijvertanks en het omhoogbrengen van het beweegbare ondersteumingsplatform en dientengevolge de bovenconstructie tot een hoogte die hoger is dan die van de uitstekende einden van de poten van de bok, onafhankelijk van de golfbeweging van de zee, door middel van het aandrij-25 ven van betreffende hydraulische hef cilinders en, bovendien, na de eindinstelling van de positie van het vlot te hebben uitgevoerd, de achtereenvolgende fasen van het in werking stellen van de schokdempers die tussen het ondersteuningsplatform en de bovenconstructie zijn geplaatst, het in de bijbehorende buisvormige kolommem laten schuiven van cilindrische hef-30 pijlers welke kolommen in de dekconstructie van de uit een blok bestaande bovenconstructie zijn opgenomen overeenkomstig de assen van de uitstekende poten van de onderliggende bok, totdat de conische eindgedeelten van de pijlers in de overeenkomstige zittingen die in de onderliggende poten van de bok zijn aangebracht steken en daarin rusten, door het aandrijven van 35 de respectieve hydropneumatische vijzels die binnenin de kolommen zijn -13- aangebraeht an verbonden zijn set twee boven elkaar geplaatste kiemringen die afwisselend door pneumatische expansie tegen de binnenwand van de kolommen gekiemd worden en, op het moment van een kalme zee, de gelijktijdige fasen van het heffen van de bovenccnstructie tot de gewenste hoogte 5 ten opzichte van de poten van de bok, door het blijven aandrijven van de hydropneumatische vijzels van de pijlers, het snel laten zakken van het beweegbare steunplatform door het altijd aandrijven van de hydraulische hef cilinders en het snel laten vollopen van de ballasttanks van het vlot of de lichter, teneinde het van het vlot op de bok overgebrachte gewicht 10 te compenseren, en tenslotte de fasen van het aan de poten van de bok en aan de respectieve buisvormige kolommen lassen van de pijlers, het uit de pijlers halen van de hydropneumatische vijzels door het niet meer bekrachtigen van de pneumatische klemringen, het verwijderen van de vijzels van de bovenconstructie en het tussen de poten van de bok uit bewegen van 15 het vlot.

2. Werkwijze volgens conclusie 1 met het kenmerk dat het in vertikale richting beweegbare steunplatform wordt gevormd door een rechthoekig plat deel dat in horizontale richting bevestigd is aan de einden van de zuigers van een groot aantal stellen hydraulische hefeilinders 20 die evenwijdig aan elkaar zijn opgesteld en in vertikale richting in de romp van het vlot of de lichter zijn vastgezet, welk plat deel bovendien is voorzien van een stel vertikale balken die, terwijl ze aan de onderkant ervan zijn vastgezet op op afstand van de zuigers gelegen plaatsen, vertikale precisiegeleidingen zijn gezet die zijn opgenomen en eveneens zijn 25 vastgezet in de romp van het vlot of de lichter.

3. Werkwijze volgens conclusie 1 met het kenmerk dat elke cilindrische hefpijler in zijn bijbehorende kolom schuift met een radiale speling die gecompenseerd wordt door binnenste elastische geleidingsringen alsmede, aan het ondereinde, door een metalen kraag die in radiale rich- 30 ting beweegbaar is in een in de kolom aangebrachte, rondgaande geleiding waarbij de kraag aan de gepositioneerde pijler moet worden gelast, die verder is voorzien van een rondgaande, aan dé bovenrand van de zitting in de poot van de bok te lassen aanslag, welke bovenrand op zijn beurt is voorzien van een uitlopend zelf-centrerend element dat geschikt is om te 35 worden geopend en door middel van op afstand bediende vijzels te worden verwijderd.

4 v -rU- • it·. Werkwijze voor het plaatsen van een uit een geheel bestaande bovenconstructie van een buitengaats platform, zoals in hoofdzaak hierin geopenbaard en weergegeven.

5. Inrichting voor het praktisch uitvoeren van de werkwijze voor het 5 plaatsen van een uit een geheel bestaande bovenconstructie van een buitengaats platform, zoals in hoofdzaak hierin geopenbaard en weergegeven.