NL8320374A - Watervrij dompelkleurmengsel en werkwijze voor de toepassing ervan voor met textiel verwante materialen. - Google Patents
Watervrij dompelkleurmengsel en werkwijze voor de toepassing ervan voor met textiel verwante materialen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8320374A NL8320374A NL8320374A NL8320374A NL8320374A NL 8320374 A NL8320374 A NL 8320374A NL 8320374 A NL8320374 A NL 8320374A NL 8320374 A NL8320374 A NL 8320374A NL 8320374 A NL8320374 A NL 8320374A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- mixture
- coloring
- alkoxylated
- dye
- temperature
- Prior art date
Links
Classifications
-
- D—TEXTILES; PAPER
- D06—TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- D06P—DYEING OR PRINTING TEXTILES; DYEING LEATHER, FURS OR SOLID MACROMOLECULAR SUBSTANCES IN ANY FORM
- D06P1/00—General processes of dyeing or printing textiles, or general processes of dyeing leather, furs, or solid macromolecular substances in any form, classified according to the dyes, pigments, or auxiliary substances employed
- D06P1/90—General processes of dyeing or printing textiles, or general processes of dyeing leather, furs, or solid macromolecular substances in any form, classified according to the dyes, pigments, or auxiliary substances employed using dyes dissolved in organic solvents or aqueous emulsions thereof
- D06P1/92—General processes of dyeing or printing textiles, or general processes of dyeing leather, furs, or solid macromolecular substances in any form, classified according to the dyes, pigments, or auxiliary substances employed using dyes dissolved in organic solvents or aqueous emulsions thereof in organic solvents
- D06P1/928—Solvents other than hydrocarbons
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C08—ORGANIC MACROMOLECULAR COMPOUNDS; THEIR PREPARATION OR CHEMICAL WORKING-UP; COMPOSITIONS BASED THEREON
- C08G—MACROMOLECULAR COMPOUNDS OBTAINED OTHERWISE THAN BY REACTIONS ONLY INVOLVING UNSATURATED CARBON-TO-CARBON BONDS
- C08G65/00—Macromolecular compounds obtained by reactions forming an ether link in the main chain of the macromolecule
- C08G65/02—Macromolecular compounds obtained by reactions forming an ether link in the main chain of the macromolecule from cyclic ethers by opening of the heterocyclic ring
- C08G65/32—Polymers modified by chemical after-treatment
- C08G65/329—Polymers modified by chemical after-treatment with organic compounds
-
- D—TEXTILES; PAPER
- D06—TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- D06P—DYEING OR PRINTING TEXTILES; DYEING LEATHER, FURS OR SOLID MACROMOLECULAR SUBSTANCES IN ANY FORM
- D06P1/00—General processes of dyeing or printing textiles, or general processes of dyeing leather, furs, or solid macromolecular substances in any form, classified according to the dyes, pigments, or auxiliary substances employed
- D06P1/44—General processes of dyeing or printing textiles, or general processes of dyeing leather, furs, or solid macromolecular substances in any form, classified according to the dyes, pigments, or auxiliary substances employed using insoluble pigments or auxiliary substances, e.g. binders
- D06P1/60—General processes of dyeing or printing textiles, or general processes of dyeing leather, furs, or solid macromolecular substances in any form, classified according to the dyes, pigments, or auxiliary substances employed using insoluble pigments or auxiliary substances, e.g. binders using compositions containing polyethers
- D06P1/613—Polyethers without nitrogen
-
- D—TEXTILES; PAPER
- D06—TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- D06P—DYEING OR PRINTING TEXTILES; DYEING LEATHER, FURS OR SOLID MACROMOLECULAR SUBSTANCES IN ANY FORM
- D06P1/00—General processes of dyeing or printing textiles, or general processes of dyeing leather, furs, or solid macromolecular substances in any form, classified according to the dyes, pigments, or auxiliary substances employed
- D06P1/44—General processes of dyeing or printing textiles, or general processes of dyeing leather, furs, or solid macromolecular substances in any form, classified according to the dyes, pigments, or auxiliary substances employed using insoluble pigments or auxiliary substances, e.g. binders
- D06P1/64—General processes of dyeing or printing textiles, or general processes of dyeing leather, furs, or solid macromolecular substances in any form, classified according to the dyes, pigments, or auxiliary substances employed using insoluble pigments or auxiliary substances, e.g. binders using compositions containing low-molecular-weight organic compounds without sulfate or sulfonate groups
- D06P1/651—Compounds without nitrogen
- D06P1/65106—Oxygen-containing compounds
- D06P1/65125—Compounds containing ester groups
-
- D—TEXTILES; PAPER
- D06—TREATMENT OF TEXTILES OR THE LIKE; LAUNDERING; FLEXIBLE MATERIALS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- D06P—DYEING OR PRINTING TEXTILES; DYEING LEATHER, FURS OR SOLID MACROMOLECULAR SUBSTANCES IN ANY FORM
- D06P3/00—Special processes of dyeing or printing textiles, or dyeing leather, furs, or solid macromolecular substances in any form, classified according to the material treated
- D06P3/34—Material containing ester groups
- D06P3/52—Polyesters
- D06P3/54—Polyesters using dispersed dyestuffs
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Textile Engineering (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- General Chemical & Material Sciences (AREA)
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
- Medicinal Chemistry (AREA)
- Polymers & Plastics (AREA)
- Organic Chemistry (AREA)
- Dispersion Chemistry (AREA)
- Coloring (AREA)
- Treatments For Attaching Organic Compounds To Fibrous Goods (AREA)
Description
NL 32.187 WO-Pf/ed -1- 8320374
Watervrij dompelkleurmengsel en werkwijze voor de toepassing ervan voor met textiel verwante materialen.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op water-vrije mengsels, die in het bijzonder geschikt zijn voor de dompelkleuring van plastic voorwerpen voor toepassing in samenhang met kleding en textiel.
5 Het gebruik van een glycolether of glycolester in een kleurmengsel is bijvoorbeeld bekend uit de Amerikaanse octrooi schriften 1.891.520 van Bowley, 1.927.145 van Whitehead, 1.977.345 van Moore en anderen, 2.537.177 van Woodruff, 2.723.899 van Toulmin, Jr., 3.009.760 van Lenz en anderen, 10 3.607.358 van Dangl en anderen, 3.653.652 van Streek, 4.047.889 van Hermes en 4.055.971 van Hermes.
Literatuurplaatsen met betrekking tot het gebruik van glycolen of glycerol als medium voor kleurmengsels zijn onder andere de Amerikaanse octrooischriftén 2.302.760 van Goodman, 15 Jr., 2.320.426 van Goodman, Jr., 2.882.119 van Laucius en anderen, 3.241.906 van Smith en anderen, 3.901.648 van Arbaud en 4.245.991 van Haddad en anderen.
Van deze stand van de techniek lijkt het octrooi-schrift van Hermes van het meeste belang met betrekking tot 20 het schone, economisch realiseerbare watervrije kleuren van textielmaterialen.
Het gebruik van de geëthoxyleerde materialen voor het kleuren van voorwerpen is beschreven door Lenz en anderen /(.Amerikaans octrooischrift 3.362.779) en Kressner en anderen 25 (4.332.587) .
Mengsels die veresterde derivaten van een Diels-Alder-adduct van linoleinezuur en acrylzuur bevatten en bedoeld zijn voor gebruik in allerlei mengsels voor de behandeling van textiel, zijn beschreven door Wilson in de Amerikaanse octrooi-30 schriften 4.293.305 en 4.394.126.
Hoewel verscheidene oplosmiddelsystemen zijn voorgesteld voor het kleuren van voorwerpen in watervrije systemen, levert geen van de thans beschikbare systemen een snelle, foutloze kleurbehandeling op, zonder daarbij tevens schadelij-35 ke afvalstromen te produceren of in andere zin, commercieel onaanvaardbaar te zijn.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding een 8320374 - 2 - mengsel voor het watervrije dompelkleuren van plastic voorwerpen, die in de kledings- en textielindustrie te gebruiken zijn, te verschaffen. Dergelijke artikelen omvatten, maar zijn niet beperkt tot knopen, treksluitingen, kledingstukken, tapijten, 5 linten, gordijnen, veters, naaigaren, kant, sokken en dergelijke, die in de kledingsfabricage worden gebruikt.
Verder is het het doel van de onderhavige uitvinding een werkwijze te verschaffen voor het snelle watervrije kleuren van kledings- en textielvoorwerpen. Een volgend doel van 10 de onderhavige uitvinding is een inrichting te verschaffen die geschikt is voor het watervrije kleuren van voorwerpen met betrekking tot kleding en textiel.
Volgens een eerste aspect heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een watervrij dompelkleurmengsel voor 15 met kleding en textiel verwante voorwerpen, dat een aromatische ester met de formule ArCOOR2, ArCOO-R^-OOCAr of (ArCOO^-R^, waarin R^ alkyleen met 2-8 koolstofatomen of polyoxyalkyleen met de formule “crH2r^0CrH2r^s' waarin r 2 of 3 is en s 1 tot 15 is, betekent;R2 gesubstitueerd of ongesubstitueerd alkyl of 20 alkenyl met 8-30 koolstofatomen betekent; R3 de rest van een polyhydrische alcohol met z hydroxygroepen is; Ar gesubstitueerde of ongesubstitueerde mono- of bicyclische aryl met tot aan 15 koolstofatomen is en z 3-6 is; bevat in mengsel met tenminste 0,5 gew.% van een hulpkleurmengsel en een organische 25 kleurstof.
In een volgend aspect heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een werkwijze voor het watervrije kleuren van met kleding en textiel verwante voorwerpen, die zijn vervaardigd uit een plastic mengsel, waarbij een voorwerp wordt bloot-30 gesteld aan de hiervoor genoemde mengsels, die gehouden worden op een temperatuur tussen 100° C en de temperatuur waarbij het plastic ontleedt, gedurende een voor het bereiken van de gewenste mate van kleuring voldoende tijdsduur.
"Aromatische ester" betekent in de onderhavige be-35 schrijving en conclusies een ester die gevormd is door reactie tussen een mono-,di- of polyhydrische alcohol en aromatisch zuur onder volledige verestering van alle aanwezige hydroxy-functies. Verbindingen binnen deze klasse omvatten esters met de formule ArCOOR2, waarin Ar gesubstitueerde of ongesubstitu-40 eerde mono- of bicyclische aryl met tot aan 15 koolstofatomen 8320374 - 3 - is en R2 gesubstitueerde of ongesubstitueerde alkyl of alkenyl met 8-30 koolstofatomen is. Tevens vallen binnen de definitie van de aromatische esters de esters met de formule Ar-COO-R^- OOCAr, waarin Ar als bovengedefinieerd is en alkyleen met 5 2-8 koolstof atomen of polyoxyalkyleen met de formule “c-£H2r^- C H_ ) , waarin r 2 of 3 is en s 1 tot 15 is, betekent.
1Γ m l s
Dienovereenkomstig omvatten de volgens! de uitvinding te gebruiken esters van benzoe-, tolueencarbon-, dimethylben-zoe-, trimethylbenzoe-, naftoe-, butylbenzoezuur en soortge-10 lijke zuren, maar zijn daar niet tot beperkt.
In de praktijk van de onderhavige uitvinding zullen de voorgaande esters bij voorkeur worden gebruikt in combinatie met een cycloalifatische diester met formule 1 van het formuleblad, waarin R gesubstitueerde of ongesubstitueerde 15 rechte of vertakte alkyl met 4-20 koolstofatomen, polyoxyalkyleen met de formule HO(C H O) C H - of gefosfateerd polyoxy- x y η x y alkyleen met de formule (HO) 9 (P=0)O (C H O) C H„ of een zout er- ^ x /X n x ^x van, waarin (εχΗ2χΟ)η (CH2CH20)n, (C3HgO)n of (CH2CH20)p- (C^HgO)^ is en n 2-22 is, betekent. Andere te gebruiken cyclo-
20 alifatische diesterverbindingen zijn die, waarin R
ArCOO(CH9CH~0) CH0CH0-, ArCOO(C9Hc0) C,Hc-, ArCOO(C„H.O) -2 2 n 2 2 3 o n 3 6 24p (C^HgO)of ArCOO(C3HgO)p(C2H^0)gC2H^- betekent en n, p, q en Ar als boven gedefinieerd zijn. Het verdient de voorkeur dat mengsels vólgens de onderhavige uitvinding tenminste 5 25gew.% van een dergelijke diester bevatten.
Aromatische esters die in de praktijk van de onderhavige uitvinding de voorkeur verdienen, zijn onder andere die op basis van tri- of polyhydrische alcoholen, zoals glycol, trimethylolpropaan, pentaerytritol, diglycerol, sorbitol, man-30 nitol en dergelijke. De aromatische zuren die voor verestering worden gebruikt zijn als bovenvermeld. Wanneer esters van dit type worden gebruikt bleek dat geheel aanvaardbare kleuringen konden worden verkregen zonder het gebruik van een cycloalifatische diester, die vereist is voor goede resultaten in samen-35 hang met aromatische esters van mono- en dihydrische alcoholen. Aromatische esters van tri- en polyhydrische alcoholen kunnen worden weergegeven met de formule (ArCOO) -R9, waarin R- de rest van een polyhydrische alcohol met z hydroxygroepen is en z 3-6 is.
40 Wanneer aromatische diesters van dihydrische alcoholen 8320374 - 4 - worden gebruikt kan alkyleen (R^) ethyleen, propyleen, hexyleen, 2,2- dimethyltrimethyleen, butyleen, heptamethyleen en octy-leen zijn.met inbegrip van de verschillende isomeren ervan.
Polyoxyalkyleendiesters omvatten de van polyethyleen-5 glycol of polypropyleenglycol afgeleide esters.
In het geval van aromatische esters van monohydrische alcoholen, kan alkyl (R2) octyl, nonyl, decyl, dodecyl, tri-decyl, hexadecyl, stearyl zijn en kan alkenyl iedere overeenkomstige enkelvoudig onverzadigde groep, bijvoorbeeld oleyl 10 zijn.
Van de aromatische esters van mono- of dihydrische alcoholen verdienen de esters de voorkeur, waarin: (a) Ar fenyl is, (b) Ar tolyl is, 15 (c) R^ ethyleen of propyleen is voor elk van (a) en (b) , (d) R^ ethyleenoxyethyleen of propyleenoxypropyleen is voor elk van (a) en (b), (e) Rj^ polyoxypropyleen met een molecuul gewicht van 20 200-250 is voor elk van (a) en (b), en (f) R2 decyl, dodecyl, hexadecyl, tridecyl, octade-cyl of oleyl is voor elk van (a) en (b).
Verder zijn als equivalenten van de bovenbeschreven aromatische esters esters overwogen van benzylalcohol en ge-25 substitueerde of ongesubstitueerde aromatische zuren met 6 of meer koolstofatomen, of gesubstitueerde of ongesubsitueerde alifatische zuren met 8 of meer koolstofatomen, zoals onder andere benzyllauraat,.benzylpelargonaat, benzyloctoaat, ben-zylpa,lmitaat, benzylstearaat, benzyloleaat, benzylhydroxystea-30 raat eri benzylbenzoaat. Duidelijk zal zijn dat ook esters van gesubstitueerde benzylalcoholen kunnen worden gebruikt.
De esters van glycerol, trimethylolpropaan of penta-erytritol verdienen de voorkeur als aromatische esters op basis van trihydrische of polyhydrische alcoholen. De grootste 35 voorkeur gaat uit naar benzoaat- of ,:tolueencarboxylaatesters. Duidelijk zal zijn dat mengsels van aromatische zuren gebruikt kunnen worden voor bereiding van de in de praktijk van de onderhavige uitvinding te gebruiken aromatische esters.
Het voor het maken van de mengsels volgens de onder-40 havige uitvinding te gebruiken dibasische cycloalifatische 0 3 Z 0 3 7 4 - 5 - zuur is een Diels-Alder-adduct van acrylzuur en linoleinezuur en kan op de door Ward in het Amerikaanse octrooischrift 3.753.968 beschreven wijze worden bereid. Het dizuur heeft de formule 2 van het formuleblad en is dus een mengsel van (5 en 56)-carboxy-4-hexyl-2- cyclohexeen-l-octaanzuur. Het dizuur is commercieel verkrijgbaar bij Westvaco, onder de merknaam "Di-acid 1550".
De bereiding van adducten van geconjugeerd octadeca-dieenzuur en onverzadigde zuren en/of hun hydrogenering is ook 10 beschreven door Teeter en anderen, J. Org. Chem., vol. 22 (1957) bladzijde 512-514, en door Ward in het Amerikaanse octrooischrif t 3.899.476 en Ward en anderen in het Amerikaanse octrooischrift 3.981.682.
De bereiding van esters van het C21~dizuuradduct werd 15 beschreven door Ward en anderen, J. Amer. Oil Chemists' Soc., vol. 57 (1957) bladzijde 219-224. Van geëthoxyleerde esters die 4-119 ethyleenoxideëenheden bevatten wofdt beweerd dat deze effectieve dispergeermiddelen voor talkzeep zijn. Van de alkylesters wordt hun bruikbaarheid in smeermiddelen, waaronder 20 smeermiddelen voor textielwaren en weekmakers voor PVC , beschreven.
Het dizuur kan veresterd worden met alcoholen onder toepassing van bijvoorbeeld zure catalysatoren zoals p-tolueen-sulfonzuur, methaansulfonzuur en zwavelzuur. Gedurende de ver-25 estering wordt het reactiemengsel bij voorkeur tevens behandeld met een ontkleuringsmiddel, bijvoorbeeld kool of klei.
Na de verestering wordt het dizuur gereduceerd tot een verbinding met een verzadigde ring. Een nikkelcatalysator, zoals Raney-nikkel, nikkel op silicagel of nikkel op alumina 30 kan worden gebruikt. De vereiste hoeveelheid loopt uiteen van 5 tot 10 gew.% van de ester.
De hydrogenering wordt na de verestering uitgevoerd om te voorkomen dat nikkel een complex vormt met het vrije zuur. Andere catalysatoren, bijvoorbeeld platina en rhodium, 35 zijn niet aan dit probleem onderhevig, maar zijn daarentegen te duur. De aatalysator kan worden verwijderd door filtratie door een filterpers. Het product wordt gevormd door het verkregen filtraat.
Polyoxyalkyleendiesters worden bereid door reactie 40 van het dizuur in aanwezigheid van een alkalische catalysator 8320374 - 6 - met ethyleen- of propyleenoxide. Reactie zal aan beide zuur-groepen optreden. Toevoeging van ethyleenoxide wordt voortgezet totdat het product tenminste dispergeerbaar of bij voorkeur oplosbaar in water is geworden. Dit zal overeenkomen met 5 de toevoeging van een totaal van 5-25 ethyleenoxideëenheden.
Het onder toepassing van ethyleenoxide verkregen product heeft voor hydrogenering een structuur die wordt weergegeven met de formule III van het formuleblad, waarin x + y ±s 5-25.
Het gefosforyleerde product wordt eenvoudig verkregen 10 door reactie met fosforpentoxide. De verzadigde diester kan worden verkregen door met nikkel gecatalyseerde hydrogenering.
In het geval van het gefosforyleerde derivaat moet de hydrogenering voorafgaan aan de fosforylering. De gefosfor -leerde derivaten kunnen worden omgezet in hun zout door reac-15 tie met een metaalhydroxide. Natrium- en kaliumzouten verdienen de voorkeur.
Verbindingen, waarin R ArCOO (CH2CH20) nCH2CH2~, enzovoorts is worden verkregen door behandeling van de polyoxy-i-alkyleentussenproducten met een aromatisch zuur, bijvoorbeeld 20 benzoejtolueencarbon- of mellitinezuur, doorgaans met een zure catalysator. De hydrogenering van de dubbele binding in de cycloalifatische ring kan voor of na verestering met het aromatische zuur worden uitgevoerd.
Voorbeelden van gesubstitueerde alkyl R, die in de 25 producten volgens de uitvinding kunnen worden gebruikt, zijn butoxybutyl, 10-hydroxystearyl, 10-hydroxydecyl, 10-halogeen-stearyl, W -alkanoyloxyalkyl of dergelijke.
In overeenstemming met de principes van de onderhavige uitvinding zijn bij voorkeur die diesters te gebruiken, 30 waarin: (a) R rechte of vertakte alkyl met 4-20 koolstofato- men is, (b) R 2-ethylhexyl, lauryl of stearyl is, (c) R HO(CHoCHo0) CH0CH„- is, λ 2. n 2 2 35 (d) R H0(C,H,-0) C_H_- is, 3 o n 3 6 (e) R H0(C2H40)p(C3Hg0)qC3H6- is, (f) R (HO)2P=0(OCH2CH2)nOCH2CH2- of een zout ervan is, (g) R C6H5CO(OC2H4)nOC2H4- is (h) R CH3C6H4CO(OC2H4)nOC2H4- 40 (i) R C,HcCO(OC-,Η,) OC,H,- is, en o O 3 b n 3 b 8320374 - 7 - (j) R CH,C H.CO (OC-jH -) OC^H,- is.
J 364 3 6 n 36 "Hulpkleurmiddel" omvat als gebruikt in de onderhavige beschrijving en conclusies gealkoxyleerde alkylfenolen en hun esters, gealkoxyleerde ricinusolieverbindingen, gealkoxy-5 leerde gehydrogeneerde ricinusolieverbindingen, gealkoxyleerde primaire alkanolen, zouten van gefosfateerde gealkoxyleerde primaire alkanolen alsmede mengsels daarvan.
De in de mengsels volgens de onderhavige uitvinding te gebruiken hoeveelheid hulpkleurmiddel is tenminste ca 0,5 10 gew.% van het mengsel. Het verdient echter de voorkeur dat de mengsels tenminste 5%, met grotere voorkeur tot aan ca 80 gew.% hulpkleurmiddel bevatten. Voorkeursmengsels kunnen ook 60-80 gew.% hulpkleurmiddel bevatten.
Als hulpkleurmiddel verdienen gealkoxyleerde alkyl-15 fenolen en hun esters de voorkeur. Dit zijn verbindingen met de formule CaH2a + j^-CgH^-0 (cxH2x0^ bR"' waar:*-n a 1~12 is, b 1-24 is, R" H, aroylvan mono- of bicyclisch aromatisch zuur met tot aan 15 koolstofatomen of gesubstitueerde of ongesubstitueerde alkanoyl met 8-30 koolstofatomen betekent. Dien-20 overeenkomstig zijn voorbeelden van hulpkleurmiddelen onder andere geëthoxyleerde en gepropoxyleerde alkylfenolen en overeenkomstige esters, zoals de lauraat-, myristaat-, palmitaat-, coconaat-, oleaat-, stearaat-, isostearaat-, benzoaat- en tolueencarboxylaatesters. Als alkylfenolen verdienen nonyl-25 fenol, octylfenol en dodecylfenol de voorkeur.
Duidelijk zal zijn dat de alkylfenolen en de voor verestering van de gealkoxyleerde alkylfenolen te gebruiken zuren tevens mengsels kunnen zijn.
Met de grootste voorkeur zijn de gealkoxyleerde al-30 kylfenolen geëthoxyleerde derivaten met 5-10 ethyleenoxide-eenheden.
De voorkeur gaat uit naar hulpkleurmiddelen, waarin: (a) R" alkanoyl met 12-18 koolstofatomen is met inbegrip van hun mengsels, 35 (b) R" n-Cl7H33CO is, (c) R" n-Cl7H33CO is, (d) R" iso-Cl7H33CO is, (e) R" benzoyl is, (f) R" n-C11H23CO is, 40 (g) R" H is, 8320374 - 8 - (h) a 5-10 is voor ieder van (a) - (g), (i) b 6-15 is voor ieder van (a) - (h), (j) b 8-11 is met inbegrip van hun mengsels voor ieder van (a) - (h) , 5 (k) a 9 is, b 8-10 is en R" n-C^^H^^CO is, (l) a 9 is, b 6-10 is en R" H is, en (m) x 2 is, voor ieder van (a) - (1).
De als een facultatief adductief in de mengsels volgens de onderhavige uitvinding te gebruiken gealkoxyleerde 10 ricinusolie zal 15-100 oxyalkyleeneenheden, bij voorkeur 40-85 oxyethyleeneenheden bevatten. De gehydrogeneerde ricinus-oliederivaten zullen 5-200 oxyalkyleeneenheden, bij voorkeur 20-30 oxyethyleeneenheden bevatten.
Dit soort materialen kan bij ICI America en White-15 stone Chemical Co. worden gekocht.
De onder toepassing van de mengsels en de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding te kleuren soorten plastic materialen omvatten onder andere polyesters, polyamides, poly-urethanen, acrylmaterialen, gehalogeneerde polyolefines en 20epoxyplastics. Snuisterijen en met textiel en kleding verwante artikelen worden echter dikwijls gemaakt uit polyesters, polyamides, polyurethanen en acrylmaterialen, welke-substraten voor de praktijk van de onderhavige uitvinding de voorkeur verdienen. Polyester voorwerpen omvatten die welke gemaakt zijn 25 uit poly(alkyleentereftalaten), zoals poly(ethyleentereftalaat) of polyesters uit cyclohexaandimethanol. Dergelijke polyester voorwerpen zijn bijvoorbeeld voorgenaaide kledingstukken, waaronder pantalons, broeken, jurken, hemden, dassen en derge-lijke. Tevens vallen onder deze polyestervoorwerpen knopen, 30 gordijnen, kant, veiligheidsgordels, linten, treksluitingen en soortgelijke voorwerpen.
Polyamiden die in het bijzonder als substraat in de praktijk van de onderhavige uitvinding kunnen dienen, zijn onder andere die welke bekend staan als nylon 6, nylon 6,6 en 35nylon 6,10. Voorwerpen die kunnen worden gekleurd overeenkomstig de onderhavige uitvinding zijn ook dezelfde soort voorwerpen als voor polyesters, alsmede lingerie en ondergoed. Het is bijvoorbeeld heel gebruikelijk tanden uit polyamide te gebruiken in treksluitingconstructies. Tevens wordt polyamide 40dikwijls gebruikt voor tapijten.
8320374 - 9 -
Acrylplastics, die binnen de omvang van de onderhavige uitvinding worden overwogen, omvatten zuivere acrylmateri-alen, zoals polyacrylonitril en madacrylmaterialen. Laatstgenoemde zijn copolymeren van acrylonitril of methacrylonitril 5 met in het algemeen vinylchloride of vinylideenchloride. Voorwerpen die uit acrylmaterialen zijn vervaardigd, omvatten kleding, tapijten en snuisterijen.
De polyurethanen omvatten talloze verbindingen, die zijn gemaakt door reactie tussen bijvoorbeeld glycolen en or-10 ganische di- of polyisocyanaten. Onder de voor het maken van polyurethanen gebruikte glycolen zijn eenvoudige glycolen, zoals de alkyleenglycolen, en polymeerglycolen, waaronder polyether- en polyesterglycolen. Polyurethaan bevattende voorwerpen die in de vervaardiging van textiel en kleding worden ge-15bruikt, zijn onder andere regenkleding en kunstleer, die volgens de leer van de onderhavige uitvinding kunnen worden gekleurd.
In sommige gevallen kunnen de voornoemde soorten plastics worden gemengd met natuurlijke of synthetische cellu-20 losematerialen en in overeenstemming met de onderhavige uitvinding worden gekleurd. "'Organische kleurstof" omvat als gebruikt in de onderhavige beschrijving en conclusies zowel kleurstoffen als pigmenten van enigerlei structuur. Doorgaans behoeven de te gebruiken kleurstoffen of pigmenten niet op-25 losbaar in water te zijn. Om deze reden zullen deze kleurstoffen en pigmenten doorgaans geen in water oplosbaar makende groepen, zoals een aantal sulfongroepen, bevatten. De kleurstof fen/pigmenten die in de praktijk van de onderhavige uitvinding worden gebruikt, zullen in het algemeen worden gekozen 30 uit de in water onoplosbare kleurstoffen, die ook wel bekend zijn als dispersiekleurstoffen. Binnen deze klasse van kleurstoffen, die gebruikt kunnen worden op vezels uit bijvoorbeeld celluloseacetaat, polyamide of polyesterruit ieder soort kleur-medium, van kleurstoffen met de azo-, azomethin^ nitroareen-en 35 antrachinonstructuur. Begrepen zal worden dat de in de praktijk van de onderhavige uitvinding bruikbare kleurstoffen niet beperkt zijn tot deze klassen van verbindingen.
De kleurstoffen of pigmenten, die in de praktijk van de onderhavige uitvinding worden gebruikt, kunnen aan de hand 40 van hun chemische namen worden geïdentificeerd, bijvoorbeeld: 8320374 - 10 -4 . i1 3-nitro-N -fenylsulfanilanilide, een gele kleurstof, p-(p-(fenylazo)fenylazo) -fenol, een rood-gele kleurstof, ethyl-4-hydroxy-l-antrachinoncarbamaat (een oranje kleurstof), l-amino-4-hydroxyantrachinon, een rode kleurstof; l-amino-2-5 -broom-4-hydroxyantrachinon, een rood-blauwe kleurstof of 4,5--diaminochrysazine, een blauwe kleurstof.
De kleurstoffen kunnen anderzijds geïdentificeerd worden in overeenstemming met chemische standaardwerken, zoals "Thë Color Index", derde editie, The Society of Dyes and 10 Colors en the American Association of Textile Chemists and Colorists (1971). Dit soort handboek legt een verband tussen de structuur van de kleurstoffen en hun handelsnaam. Voorbeelden van kleurstoffen die in overeenstemming met dit handboek geïdentificeerd worden en die in de praktijk van de onderhavi-15 ge uitvinding bruikbaar zijn, zijn Solvent Orange 20; Acid Blue 83 (C.I. 42660), Acid Blue 59 (C.I. 50315), Direct Blue 86 (C.I. 74180); Direct Red 81 (C.I. 23160) en Acid Yellow 36 (C.I. 13065).
Kationische kleurstoffen kunnen ook worden gebruikt 20 in de praktijk van de onderhavige uitvinding, bijvoorbeeld Rhodamine 6G, Rhodamine B, Rhoduline Blue 6G en Methylene Blue BB.
Evenzo kunnen metaalcomplexen van azokleurstoffen worden gebruikt in de praktijk van de onderhavige uitvinding.
25 Dergelijke gecomplexeerde azokleurstoffen zijn de Co-, Ni-,
Cu- of Cr-complexen van koppelingsproducten van 2-amino-4-nitro-fenol en resorcinol, 2-amino-4-chloor-5-nitrofenol en aceto-acetanilide, dianisidine en 3-hydroxy-2-naftanilide, 2-amino--4-chloor-5-nitrofenol en 2-aminonaftaleen en dergelijke.
30 Verder zal duidelijk zijn dat andere middelen voor de behandeling van textiel, zoals optische glansmiddelen, bijvoorbeeld styrylnafoxazoölverbindingen, kunnen worden toegepast samen met kleurstoffen of pigmenten.
De kleurstoffen/pigmenten kunnen:.in iedere vorm wor-35 den gebruikt, dat wil zeggen als een perskoek of als een gedroogde geperste kleurstof. De toevoeging van dispergeermid-delen is facultatief. Anderzijds kunnen de kleurstoffen of pigmenten aan het kleurbad worden toegevoegd in een oplosmiddel/ dispergeermedium dat zich verdraagt met het kleurbad. Het is 40 handig en verdient de voorkeur in de praktijk van de onderha- 8320374 - 11 - vige uitvinding vaste dispersiekleurstoffen zonder toevoeging van adductieven te gebruiken.
Gebleken is dat overeenkomstig de onderhavige uitvinding voorwerpen zeer snel en zeer homogeen gekleurd kunnen 5 worden. Doorgaans zal dompeling in het kleurbad gedurende een periode Van slechts 30 s bij 120° C leiden tot een aanmerkelijke kleuring. Voor zelfs snellere resultaten kan echter de kleurbehandeling bij een temperatuur van 180-200° C of nog hoger worden uitgevoerd. De toepassing van mengsels volgens de on-10 derhavige uitvinding bij 200° C of hoger leidt niet tot roken of verontreiniging van de omgeving, hetgeen op zich een probleem is bij het gebruik van ethyleenglycol of diethyleengly-col als oplosmiddelen voor de kleurbehandeling. In de praktijk is het mogelijk een temperatuur te gebruiken tot aan die, waar-15 bij de te kleuren plastic zal ontleden. Temperaturen tussen 120° C en 235° C, met grotere voorkeur 140-235° C verdienen echter de voorkeur.
Hoewel het de voorkeur verdient de te behandelen voorwerpen te kleuren door dompeling in een bad met het kleur-20 mengsel, kunnen de kleurstoffen ook worden aangebracht door besproeiing. Daarop moeten de besproeide voorwerpen worden verwarmd in een bad van tenminste 140° C om de opname van de kleurstof in het voorwerp te voltooien.
Qf nu het voorwerp door dompeling of op andere wijze 25 gekleurd wordt, het gekleurde voorwerp wordt doorgaans gereinigd met een oplosmiddel ter verwijdering van de overmaat-kleurstof. Bij voorkeur zijn de voor reiniging te gebruiken oplosmiddelen gechloreerde of gefluoreerde koolwaterstoffen. Sterk gechloreerde oplosmiddelen, zoals perchloorethyleen en 30 trichloorethyleen,verdienen echter de voorkeur voor reiniging door dompeling in een vloeistofbad. Fluorchloorkoolstofverbindingen, zoals dichloordifluormethaan, chloortrifluormethaan, die bij omgevingstemperatuur of even daarboven gassen zijn, kunnen worden gebruikt voor reiniging in de dampfase van de 35 gekleurde voorwerpen. Doorgaans zullen middelen worden gebruikt voor terugwinning en terugvoering van het reinigingsoplosmid-del in plaats van uitstoting ervan in de atmosfeer.
Een volgend voordeel van de werkwijze volgens de uitvinding is dat deze in wezen gesloten is en vrij van een afval-40 stroom, dat wil zeggen dat weinig of geen materiaal verloren gaat 8320374 - 12 - of in de atmosfeer wordt uitgestoten.
In de in figuur I getoonde inrichting volgens de onderhavige uitvinding omvatten de belangrijkste onderdelen een dompelbak 1, een kleurstoffcerugwinningseenheid 2, een oplos-5 middelreinigingsbak 3, een oplosmiddelterugwinningseenheid 4 en een drooginrichting 5. De dompelbak is voorzien van verwarmingsmiddelen en roermiddelen teneinde circulatie van de kleuroplossing binnen de dompelbak en naar een kleurstofterug-winnningseenheid daarbuiten mogelijk te maken.
10 De kleurstofterugwinningseenheid omvat doorgaans fil- tratieëenheden voor verwijdering van vast afval uit gebruikte kleuroplossingen en destillatie- en condensatiemiddelen voor terugwinning van het oplosmiddel. De gezuiverde kleurstofop-lossing kan via leiding 6 naar de dompelbak worden terugge-15 voerd onder toevoeging van kleurstoffen of andere additieven om de gewenste samenstelling in de dompelbak te verkrijgen, of kan in 7 worden bewaard voor later gebruik.
Het verdient de voorkeur bij het kleuren van vele soorten met textiel verwante artikelen, waaronder broeken, 20 korte broeken, lingerie, tapijten, ondergoed, treksluitingen en kant, die bij wijze van voorbeeld worden genoemd, dat man-gelmiddelen 8 aanwezig zijn die in wezen werken als wringers ter verwijdering van een overmaat aan kleuroplossing van de behandelde voorwerpen. De kleuroplossing die op dit punt wordt 25 verwijderd, kan naar de externe terugwinningseenheid worden teruggevoerd of kan direct naar de dompelbak worden geleid.
Voorwerpen die de mangelzone verlaten worden geleid in de oplosmiddelreinigingsbak ter voltooiing van de verwijdering van iedere overmaat of niet gehechte kleurstof. Het ver-30 dient de voorkeur een aantal oplosmiddelreinigingsbakken te gebruiken..Tevens verdient het de voorkeur oplosmiddel uit de bak door een externe oplosmiddelterugwinningseenheid te leiden die is voorzien van filters ter verwijdering van vaste materialen en van destillatie- en condensatiemiddelen voor de zuive-35 ring van het oplosmiddel, en het gezuiverde oplosmiddel via leiding 9 naar het systeem terug te leiden. Op het filter of als residu van de destillatie teruggewonnen kleurstof kan in het systeem worden teruggevoerd. Wanneer een aantal oplosmiddelreinigingsbakken worden gebruikt, verdient het de voorkeur 40 het oplosmiddel in tegenstroom met de richting waarin de te 8320374 - 13 - behandelen voorwerpen bewegen, te leiden.
Het laatste onderdeel van de inrichting is een droog-inrichting, zoals een heteluchtdroger, waarvandaan artikelen die het systeem verlaten gecontroleerd en verpakt kunnen wor-5 den. Oplosmiddeldampen uit de heteluchtdroger kunnen in de condensor 10 worden gecondenseerd en via leiding 11 naar het systeem worden teruggevoerd.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding bevatten de mengsels een aromatische ester met de 10 formule (ArCOO) ^R^, is Ar fenyl of tolyl, is de rest van glycerol, trimethylolpropaan of pentaerytritol en bevat het mengsel tenminste 5 gew.% gealkoxyleerde alkylfenol of een ester ervan. Verder verdient het de voorkeur dat de mengsels volgens de onderhavige uitvinding tenminste 5 gew.% van een 15 diester bevatten, die is verkregen uit het gehydrogeneerde adduct van linoleinezuur en acrylzuur, en dat de organische kleurstof een dispersiekleurstof is.
Een voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding omvat de blootstelling van het te 20 behandelen voorwerp aan het genoemde mengsel, dat gehouden wordt op een temperatuur van 140-235° C, gedurende een voor het bereik van de gewenste mate van kleuring voldoende tijdsduur.
De uitvinding wordt thans nader toegelicht aan de 25 hand van de volgende voorbeelden, waarin de temperaturen ongecorrigeerd worden weergegeven in graden Celsius. Tenzij anders aangegeven zijn alle delen en percentages naar gewicht.
Voorbeeld i 30 Bereiding van propyleenglycoldibenzoaat.
In een 3-halskolf voorzien van roerder, condensor, ontvanger, thermometer, stikstofdoorleiding en verwarmings-mantel werden 84 g (1,1 mol) propyleenglycol, 244 g (2 mol) benzoezuur en 0,8 g p-tolueensulfonzuur gebracht. De lucht 35 werd uit de kolf gespoeld met stikstof en de inhoud van de kolf werd verwarmd tot 160-170° C. Het gedurende de reactie gevormde water werd continu verwijderd. De reactie werd voortgezet totdat het product een zuurwaarde beneden 5 mg KOH/g had. Het product werd gekoeld en gefiltreerd.
40 8320374 - 14 -
Andere esters werden bereid onder toepassing van de volgende reagentia: (1) dipropyleenglycol en benzoezuur, 1 : 2 molverhou- ding 5 (2) PPG 200 en benzoezuur, 1 : 2 molverhouding (3) PPG 500 en benzoezuur, 1 : 2 molverhouding (4) glycerol en benzoezuur, 1 : 3 molverhouding (5) pentaerytritol en tolueencarbonzuur, 1 : 4 molverhouding 10 (6) trimethylolpropaan en een mengsel van benzoezuur en tolueencarbonzuur, 1 : 3 molverhouding.
Voorbeeld II
Bereiding van polyoxyethyleennonylfenyllauraat.
15 In een 3-halskolf met uitrusting volgens voorbeeld I
werden 750 g (1,1 mol) gepolyoxyethyleerde nonylfenol (9,5 mol oxyethyleen, NP 9,5), 208 g (1 mol) laurinezuur en 2,4 g p-tolueensulfonzuur gebracht. De lucht werd uit de kolf gespoeld met stikstof en het mengsel werd verwarmd tot 160-170° C 20 totdat een zuurwaarde beneden 10 mg/KOH was bereikt. Het product werd gekoeld en gefiltreerd.
Op eendere wijze werden andere polyoxyethyleenverbin-dingen gemaakt uit: (1) NP 9,5 en kokosnootverzuur, 1 : 1 molverhouding 25 (2) NP 9,5 en oleinezuur, 1 : 1 molverhouding (3) NP 9,5 en stearinezuur, 1 : 1 molverhouding (4) NP 9,5 en benzoezuur, 1 : 1 molverhouding.
Voorbeeld III
30 Bereiding van onverzadigde cycloalifatische diester (R is 2-ethylhexyl).
In een 3-halskolf voorzien van roerder, thermometer, stikstofdoorleiding, condensor, zijarmontvanger en verwarmings-mantel werden 352 g (1 mol) Diacid 1550, 273 g (2,1 mol) 2-35-ethylhexanol, 1,5 g p-tolueensulfonzuur en 2 g ontkleurende koolstof gebracht. De lucht werd uit de kolf gespoeld met stikstof en het reactiemengsel werd geroerd en verwarmd gedurende 4-6 h tot 160-170° C. Het gèdurende de reactie gevormde water werd opgevangen in de zijarmontvanger. De reactie werd 40 voortgezet totdat de zuurwaarde beneden 5 mg KOH/g was ge- 8320374 - 15 - daald. De catalysator en de koolstof werden verwijderd door filtratie. Het esterproduct en 25 g nikkel op silicagel werden gebracht in een geroerd, verwarmd drukvat. Het mengsel werd verwarmd tot 160-170° C en met waterstof tot een druk van 400 5psig gebracht. Na 6-8 h werd een monster getrokken voor bepaling van het joodgetal. De reactie werd voortgezet totdat het joodgetal beneden 0,5 g jood/100 g monster was gedaald.
Het product werd gekoeld tot 50° C en de catalysator werd door filtratie verwijderd.
10 Op eendere wijze werden esters bereid uit: (1) Diacid 1550 en decylalcohol, 1 : 2 molverhouding (2) Diacid 1550 en tridecylalcohol, 1 : 2 molverhouding (3) Diacid 1550 en Neodol 25 ( een mengsel van alco-15 holen met 12-15 koolstofatomen), 1 : 2 molverhouding.
Voorbeeld IV
A. Bereiding van polyoxyethyleen onverzadigde cyclo-alifatische diester, R is HO(CIl^CH^O)^CH^CH^-) .
20 In een geroerde autoclaaf~¥OÖrzïen"~van verwarmings- en koelwindingen werd 352 g (1 mol) Diacid 1550 gebracht. Een catalysator (1,0 g kaliumhydroxide) werd aan de reactor toegevoegd. De temperatuur werd verhoogd tot 110° C en de reactor werd vacuum getrokken gedurende 30-60 min ter verwijdering van 25 enig achtergebleven water van de voorgaande wasbewerking van de reactor of van een of meer van de in de reactor gebrachte reagentia of catalysator. De reactor werd doorgespoeld met stikstof ter verwijdering van de lucht, opnieuw geëvacueerd en opnieuw gespoeld met stikstof. De inhoud van de reactor werd 30 geroerd en verwarmd tot 140° C en 100 g (2,3 mol) ethyleen-oxide werd in de reactor geleid. De druk binnen de reactor bouwde zich onmiddellijk op tot 30-50 psig. Na een inductietijd yan 30-60 min begon een exotherme polymerisatiereactie (tot 150-160° C). De reactie ging gepaard met een druk van tot 0 35 (0 psig) naar mate het ethyleenoxide werd verbruikt. Ethyleen-oxide werd in de reactor gebracht tot aan een totale hoeveelheid van 660 g (15 mol). De temperatuur werd door koeling gehouden op 150-160° C. De toevoeging van ethyleenoxide werd gestopt en de reactie liet men nog gedurende 30 min verderlopen. 40 De reactor ..werd gekoeld tot 90-100° C en twee maal met stik- 8320374 - 16 - stof doorgespoeld.
Een monster van het product had een hydroxywaarde van 110 mg'KöH/g (15 mol ethyleenoxide toegevoegd aan het dizuur). De diester werd aangezuurd met azijnzuur ter neutralisatie van 5 het als catalysator gebruikte kaliumhydroxide en behandeld met 3 g waterstofperoxide als bleekmiddel om de kleur van het product lichter te maken. De reactor werd gekoeld tot 30° C voordat het product eruit werd genomen, dat werd gefiltreerd over filterpapier onder toepassing van een porceleinen filter.
10 B. Reductie tot de polyoxyethyleendiester.
Het product van voorbeeld IV A alsmede 25 g nikkel op silicagel werden gebracht in een geroerd, verwarmd drukvat.
Het mengsel werd verwarmd tot 160-170° C en met waterstof onder druk gebracht tot 400 psig. Na 6-8 h werden met bepaalde 15 tussenpozen monsters getrokken ter bepaling van het joodgetal. De reactie werd voortgezet totdat het joodgetal lager was dan 0,5 g/100 g monster.
Voorbeeld V
20 Bereiding van gefosfateerde polyoxyethyleendiester (R is (HO)oP(=0)(0CHoCHn)_-0CH^CHo-).
---z-z—z—n-Z—Z—
Gepolyoxyethyleerd (15 mol ethyleenoxide) dizuur, Verkregen als in voorbeeld IV B, werd verhit tot 50-60° C, geroerd en grondig gespoeld met stikstof ter verwijdering van de lucht. 25 Aan ca 1015 g (1 mol) van dit materiaal werd 24 g (0,17 mol) fosforpentoxide toegevoegd. Onmiddellijk begon een exötherme reactie met een exotherm tot 85-95° C. Het reactiemengsel werd door koeling op deze temperatuur gehandhaafd en nog eens 24 g (0,17 mol) fosforpentoxide werd toegevoegd. De reactie werd 30 gedurende 3. h na totale toevoeging van het fosforpentoxide voortgezet. De reactor werd gekoeld tot 50° C voordat een monster werd verwijderd. De zuurwaarde van het product was 32 mg KOH/g, hetgeen aangeeft dat de reactie voltooid was. De charge werd gebleekt bij 85-95° C met 5 g waterstofperoxide, gekoeld 35 tot 30° C en gefiltreerd.
Voorbeeld VI
Aroylpolyoxyethyle e n-cyc1oa1ifa t i s c he-dlester.
Een aroylpolyoxyethyleen-cycloalifatische-diester 40wetd beleid in een tweeliter-autoclaaf voorzien van stikstof- 0320374 - 17 - doorleiding, condensor en ontvanger voor de verwijdering van het als bijproduct gevormde water. Met de volgende hoeveelheden werd de autoclaaf beladen: 510.0 g Diacid 1550 5 2,0 g alkalihydroxide in vlokvorm 636.0 g ethyleenoxide.
Na doorspoeling van het systeem met stikstof werden het Diacid 1550 en het alkalihydroxide tot 130° C verhit. Ethyleenoxide werd over een periode van 4 h toegevoegd, gedu-10 rende welke periode de temperatuur op 150-165° C werd gehouden. Het verkregen geëthoxyleerde product werd gekoeld tot 90° C voor het trekken van een monster. Het aantal ethyleen-oxideëenheden (volgens hydroxywaarde) bedroeg 139. Aan dit tussenproducfc werd toegevoegd: 15 3,5 g azijnzuur (ijsazijn) 7,5 g methaansulfonzuur (70%) 340.0 g benzoezuur.
Na doorspoeling met stikstof werd de temperatuur van het mengsel verhoogd tot én gehouden op 165-170° C tot de zuur-20 waarde lager was dan 5 mg KOH/g. De theorétische hoeveelheid water werd gedurende de reactie verwijderd en opgevangen in de ontvanger. Het monster werd gekoeld en gefiltreerd.
Het gefiltreerde product werd gehydrogeneerd in een autoclaaf van 2 1: 25 1000,0 g geëthoxyleerd product, als boven 50,0 g Raney-nikkel q.s. waterstof.
De reductie werd uitgevoerd bij 100-125° C en 200-250 psig tot aan het einde van het waterstofverbruik. Het product 30 werd gekoeld en gefiltreerd.
Op eendere wijze werd een gepropoxyleerde dibenzoaat-ester bereid.
Voorbeeld VII
35 Als voorbeeld werd een benzylester bereid uit: 227.0 g benzylalcohol 400.0 g laurinezuur 2,24g methaansulfonzuur (70%) 0,6 g onderfosforigzuur (50%).
40 Het verkregen mengsel werd verwarmd en op 165-175° C
8320374 - 18 - gehouden totdat de theoretische hoeveelheid (37 g) water was verwijderd. Ongeveer 580 g benzyllauraat werd gewonnen.
De benzytesters van pelargoon-j octaan-, palmitine-, stearine-, oleine- en hydroxystearinezuur werden op eendere 5 wijze bereid.
Voorbeeld VIII
Geëthoxyleerde ricinus- en gehydrogeneerde ricinusolie werden bereid als in voorbeeld IV. Ethyleenoxide bindt zich 10 aan de hydroxygroep van ricinusolie.
Voorbeeld IX
Een watervrij kleurmengsel werd bereid uit glyceryl-tribenzoaat (Velsicol Chemical Corp.) en nonylfenol 7 (7 oxy-15 ethyleeneenheden, Union Carbide Corp.) in een 20 : 80 gewichtsverhouding, dat verder 1 g/1 blauwe kleurstof in de vorm van een perskoek bevatte.
Dit mengsel werd bij 180° C gehouden en geroerd terwijl een gedeelte van een ,polyester treksluiting van 15 cm 20 lang daarin gedurende 1 min werd gedompeld. De treksluiting werd verwijderd, in perchloorethyleen gewassen en gedroogd. De treksluiting bleek gelijkmatig te zijn gekleurd met een goede hechting van de kleurstof. Er trad weinig of geen roken op gedurende de kleurbewerking.
25
Voorbeeld X
(a) Polyester, knopen werden gekleurd met een mengsel zoals in voorbeeld IX, dat 2,5 g/1 Disperse Blue 56 als kleurstof beyatte. Na dompeling gedurende 30 s bleken de knopen ge- 30 lijkmatig een lichtblauwe kleur te hebben gekregen. Na verloop Van 3 min waren de knopen donkerblauw. Gelijk in voorbeeld IX werden de knopen gewassen met perchloorethyleen.
(b) Polyester knopen werden in dezelfde oplossing als in deel (a) gedompeld, maar de oplossing werd op 160° C gehou- 35 den. De volgende resultaten werden verkregen als functie van de dompelt!jd:
Tijd Resultaat 5 s geen kleur 10 s zeer lichtblauw 40 15 s lichtblauw 83 2 0 3 7 'v - 19 - 1 min lichtblauw 2 min lichtblauw 3 min middelblauw (c) Een zelfde proef werd uitgevoerd bij 180° C. De 5 resultaten waren:
Tijd Resultaat 5 s geen kleur 10 s zeer lichtblauw 15 s lichtblauw 10 30 s lichtblauw 1 min lichtblauw 2 min middelblauw 3 min middeldonkerblauw (d) De resultaten voor een eender experiment bij 15 200° C waren:
Tijd Resultaat 5 s lichtblauw 10 s middellichtblauw 15 s middellichtblauw 20 30 s middelblauw 1 min donkerblauw 2 min donkerblauw 3 min zeer donkerblauw
Deze resultaten tonen aan dat een snelle opname van 25de kleurstof optrad bij 180-200° C. Verder bleek dat rondvoer ing van het kleurbad bij en boven 200° C niet leidde tot het optreden van roken of ontleding van het kleurbad. Slechts periodieke aanvulling van de kleurstof was noodzakelijk.
30 Voorbeeld XI
Mengsels gelijkend op die van voorbeelden IX en X werden gebruikt voor het kleuren van de volgende voorwerpen onder de aangegeven omstandigheden: (a) 140° Cf 1 min 35 met emailleverf beklede metalen treksluitingen (b) 170° C, 1 min nylon kous (c) 180° C, 2 min nylon tapijt 40 polyester knopen 6 r’· Ü '7 Ί; ,· 7' L-.- C' i’ “v - 20 - nylon ring polyester treksluiting veiligheidsgordel nylon kraal 5 nylon touw
In alle gevallen werd het voorwerp gelijkmatig gekleurd. Geen vlekken werden waargenomen. De producten werden gemakkelijk met perchloorethyleen gereinigd.
10 Voorbeeld XII
(a) Een kleuroplossing die ethyleenglycol en 1 g/1 zuivere blauwe kleurstof in de vorm van een perskoek bevatte, werd onder constant roeren verwarmd tot 180° C. De oplossing begon bij ca 170° C te roken. Het roken werd zeer lastig bij 15 125° C en nog erger bij 180° C.
Bij 180° C werd een polyester treksluiting met een lengte van 15 cm gedompeld. Na een dompelduur van 1 min werd de treksluiting verwijderd, aan de lucht gekoeld en in per-chloorethyleenoplossing gereinigd ter verwijdering van achter- 20 gebleven kleuroplossing. Het was moeilijk de treksluiting te reinigen. De treksluiting was onregelmatig gekleurd en vertoonde vele vlekken.
(b) Een zelfde experiment werd uitgevoerd onder toepassing van diethyleenglycol als oplosmiddel. Het gekleurde 25 product bleek onregelmatig te zijn gekleurd en vertoonde vele vlekken.
Deze experimenten tonen aan dat het gebruik van glycol als oplosmiddel wat betreft verontreiniging en wat betreft de kwaliteit van het kleuren onaanvaardbaar is.
30
Voorbeeld XIII
Een stalen bak met een dikte van 4,75 mm en een inhoud van 315 1 welke 240 kg dompelkleuroplossing als in voorbeeld IX en X bevatte, met een gehalte aan kleurstof van 225 g Latyl 35 Blue BCN 356 (gemalen ruwe kleurstof) werd extern verhit tot een temperatuur van 182° C was bereikt.
Een pomp werd gebruikt voor circulatie van het materiaal in het kleurbad gedurende het verwarmen en gedurende het dompelen van een polyester treksluiting met een lengte van 40 60 cm in het geroerde bad gedurende ca 30 s. De treksluiting 8320374 - 21 - werd uit het bad genomen en enigszins uitgeknepen met een mangel ter verwijdering van de overmaatkleuroplossing. De trek-sluiting werd gewassen in een bak die een mengsel van trichloor-ethyleen en perchloorethyleen bevatte. Na dompeling gedurende 530 s in dit bad werd de treksluiting gedroogd in een hetelucht-kamer. De treksluiting was gereed voor een laatste controle en voor verpakking.
De treksluiting werd snel gekleurd op deze manier en vertoonde een aangenaam uiterlijk.
10
Voorbeeld XIV
Als boven werd een dompelkleuroplossing gemaakt uit de volgende bestanddelen: gewichtsdelen 15 40 gehydrogeneerde cycloalifatische diester met 2-ethylhexvlalcohol (Voorbeeld III) 40 propyleenglycoldibenzoaat 20 POE nonylfenyllauraat (Voorbeeld II) 20 1 Latyl Blue BCN 356
Deze dompelkleuroplossing werd gebruikt als in de voorbeelden IX-XI met dezelfde resultaten.
Voorbeeld XV
25 Een dompelkleuroplossing werd als boven gemaakt uit: gewichtsdelen (a) 20 POE nonylfenol (N;P. 8,5) 50 glyceryltribenzoaat 30 gehydrogeneerde cycloalifatische
30 diester volgens voorbeeld III
(Neodol 25) 2 blauwe kleurstof als een perskoek (b) 10 gehydrogeneerde cycloalifatische diester volgens voorbeeld III 35 (decylalcohol) 50 diethyleenglycoltolueencarboxylaat 50 geëthoxyleerd octylfenololeaat 1 gele kleurstof in de vorm van een perskoek 40 (c) 50 benzylbenzoaat 10 gehydrogeneerde cycloalifatische diester met 2-ethylhexanol 8 3 2. 0 3 ? 4 - 22 - 40 geëthoxyleerde dodecylfenol 1.5 groene kleurstof in de vorm van een perskoek
Bovenstaande oplossingen werden gebruikt voor kleu-5 ring van met textiel verwante voorwerpen onder oplevering van resultaten die vergelijkbaar zijn met de reeds bovenbeschrevene.
10 8320374
Claims (27)
1. Watervrij dompelkleurmengsel voor met kleding en textiel verwante voorwerpen, met het kenmerk, dat het een aromatische ester bevat met de formule ArCOOï^, ArCOO-R^OOCAr of (ArCOO^-R^, waarin R^ alkyleen met 2-8 koolstof- 5 atomen of polyoxyalkyleen met de formule “crH2r ^0CrH2r^ s' waar'“ in r 2 of 3 is en s 1 tot 15 is, betekent, R^ gesubstitueerde of ongesubstitueerde alkyl of alkenyl met 8-30 koolstofatomen betekent, R^ de rest van een polyhydrische alcohol met z hydro-xygroepen is, Ar gesubstitueerde of ongesubstitueerde mono- of 10 bicyclische aryl met tot aan 15 koolstofatomen betekent en z 3-6 is, in mengsel met tenminste 0,5 gew.% van een hulpkleur-middel en een organische kleurstof.
2. Mengsel volgens conclusie l,met het kenmerk, dat het hulpkleurmiddel een gealkoxyleerde alkylfenol 15 of een ester ervan is.
3. Mengsel volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de aromatische ester (ArCOO) - R- is. Z «5
4. Mengsel volgens conclusie 3,met het kenmerk, dat z 3 of 4 is.
5. Mengsel volgens conclusie 1, m e t hetken- m e r k, dat het hulpkleurmiddel een gealkoxyleerde alkylfenol of een ester ervan is en dat het tenminste 5 gew.% van het mengsel uitmaakt.
6. Mengsel volgens conclusie 1, m e t het ken- 25. e r k, dat het hulpkleurmiddel een gealkoxyleerde alkylfenol of ester ervan is en tot aan 80 gew.% van het mengsel uitmaakt.
7. Mengsel volgens conclusie 3,met het kenmerk, dat het verder een gealkoxyleerde ricinusolieverbin-ding, een gealkoxylèerde gehydrogeneerde ricinusolieverbinding, 30 een gealkoxyleerde primaire alkanol, een zout van een gefosfa-teerde gealkoxyleerde primaire alkanol of een mengsel ervan bevat.
8. Mengsel volgens conclusie 3,met het kenmerk, dat Ar fenyl of tolyl is, R^ de rest van glycerine, 35 trimethylolpropaan of pentaerytritol is en dat het mengsel tenminste 5 gew.% van een gealkoxyleerde alkylfenol of een ester ervan bevat.
9. Mengsel volgens conclusie 3,met het kenmerk, dat Ar fenyl of tolyl is, R? de rest van glycerine, - 24 - triraethylolpropaan of pentaerytritol is en dat het mengsel tot aan 80 gew.% van een gealkoxyleerde alkylfenol of een ester ervan bevat.
10. Mengsel volgens conclusie 1, m e t het k e n -5m e r k, dat de organische kleurstof een dispersiekleurstof is.
11. Werkwijze voor het kleuren van met kleding en textiel verwante voorwerpen, die zijn gemaakt uit plastic, met het kenmerk, dat een te behandelen voorwerp wordt blootgesteld aan een mengsel volgens conclusie 1, dat op een 10 temperatuur van 100° C tot aan de temperatuur waarbij het plastic ontleedt wordt gehouden, gedurende een voor het bereiken van de gewenste mate van kleuring voldoende tijdsduur.
12. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het plastic polyester, polyamide, polyure- 15 thaan, eeh acrylmateriaal, gehalogeneerd polyolefine of epoxy is.
13. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het voorwerp gedurende tenminste 1 min bij een temperatuur van tenminste 140° C in het kleurmengsel wordt 20 gedompeld.
14. Werkwijze volgens conclusie 11, m e t het kenmerk, dat het voorwerp met het kleurmengsel wordt besproeid en in een bad of oven tot tenminste 140° C wordt verhit.
15. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat verder het gekleurde voorwerp wordt gereinigd met een gehalogeneerd oplosmiddel en dat het zo gereinigde voorwerp wordt gedroogd.
16. Werkwijze volgens conclusie 15,met het 30. e n m e r k, dat het gehalogeneerde oplosmiddel perchloor-ethyleen of trichloorethyleen is en dat het gehalogeneerde oplosmiddel wordt opgevangen en wordt teruggevoerd naar het proces.
17. Werkwijze voor het kleuren van met kleding en tex- 35 tiel verwante voorwerpen, die uit polyester, polyamide, poly- urethaan, een acrylmateriaal, gehalogeneerd polyolefine of epoxy zijn vervaardigd, met het kenmerk, dat een te behandelen voorwerp wordt blootgesteld aan een watervrij kleurmengsel volgens conclusie 3, dat op 120-235° C wordt ge- 40 houden, gedurende èen voor het bereiken van de gewenste mate 8320374 .. »· - 25 - van kleuring voldoende tijdsduur.
18. Werkwijze volgens conclusie 17, m e t het kenmerk, dat het voorwerp gedurende tenminste 1 min bij een temperatuur van tenminste 140° C in het kleurmengsel wordt 5 gedompeld.
19. Werkwijze volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat verder het gekleurde voorwerp wordt gedroogd, het voorwerp met een gehalogeneerd oplosmiddel wordt gereinigd en het zo gereindigde voorwerp wordt gedroogd.
20. Werkwijze voor het kleuren van met kleding en tex tiel verwante voorwerpen, die uit polyester, polyamide, poly-urethaan, een acrylmateriaal, gehalogeneerd polyolefine of epoxy zijn vervaardigd, met het kenmerk, dat het te behandelen voorwerp wordt blootgesteld aan een mengsel vol-15 gens conclusie 8, dat wordt gehouden op een temperatuur vanaf 100° C tot aan de temperatuur waarbij het plastic ontleedt, gedurende een voor het bereiken van de gewenste mate van kleuring voldoende tijdsduur.
21. Werkwijze volgens conclusie 20, met het 20kenmerk, dat het voorwerp tenminste gedurende 1 min bij een temperatuur van tenminste 140° C in het kleurmengsel wordt gedompeld.
22. Werkwijze volgens conclusie 15, m e t het kenmerk, dat een gedeelte van het watervrije dompelkleur- 25 stofmengsel wordt teruggewonnen en dat een gedeelte van de voor reiniging van het voorwerp gebruikte gehalogeneerde oplossing wordt teruggewonnen door destillatie en wordt teruggevoerd in het proces voor reiniging van volgende voorwerpen.
23. Werkwijze volgens conclusie 22, m e t het 30kenmerk, dat het van het voorwerp door drogen verwijderde oplosmiddel in de werkwijze wordt teruggeleid en dat de kleurstof uit het oplosmiddel wordt gewonnen door destillatie en wordt teruggevoerd in het proces.
24. Werkwijze voor het kleuren van met kleding en tex-35 tiel verwante synthetische voorwerpen, met het kenmerk, dat een te behandelen voorwerp wordt gedompeld in een watervrij vloeibaar mengsel, dat een aromatische ester met hoog kookpunt, een hulpkleurmiddel en een organische kleurstof bevat, en op 120-235° C wordt gehouden, gedurende een voor het 40 bereiken van de gewenste mate van kleuring voldoende tijdsduur. 8320374 - 26 -
25. Werkwijze voor het kleuren van met kleding en textiel verwante voorwerpen, die uit plastic zijn gemaakt, met het kenmerk, dat het te behandelen voorwerp wordt blootgesteld aan een mengsel volgens conclusie 1, waarin de 5 aromatische ester ArCOOI^ of ArCOO-R^-OOCAr is en dat het mengsel tenminste 5 gew.% bevat van een cycloalifatische diester met formule I van het formuleblad, waarin R gesubstitueerde of ongesubstitueerde rechte of vertakte alkyl met 4-20 koolstof- atomen, polyoxyalkyleen met formule R"(OC H„ ) of gefosfa- x n 10 teerd polyoxyalkyleen met formule (HO)7P(=0) (OC H- ) OC H, - δ x faX n x ax of een zout ervan, waarin (C H, O) (C0H.O) -, (C-H^O) - of X ΑΧ Π A 41 Ij. «j u n (C„H.0) - (CoH,0) - is, betekent; R' H of ArCO betekent; Ar 2 4 p 3 6 q gesubstitueerde of ongesubstitueerde mono- of bicyclische aryl met tot 15 koolstofatomen voorstelt, x 2 of 3 is n 2-22 is 15 en de som van p + q n is en dat het mengsel op een temperatuur vanaf 100° C tot aan de temperatuur waarbij het plastic ontleedt, wordt gehouden gedurende een voor het bereiken van de gewenste mate van kleuring voldoende tijdsduur.
26. Werkwijze volgens conclusie 25, m e t het 20. e n m e r k, dat het mengsel tenminste 5 gew.% van een hulp-kleurmiddel bevat, dat is gekozen uit de groep van gealkoxy-leerde alkylfenolen en esters ervan.
27. Werkwijze volgens conclusie 25, m e t het k e n m e r k, dat het mengsel tenminste 5 gew.% hulpkleurmiddel 25 bevat, dat is gekozen uit de groep van gealkoxyleerde alkylfenolen en esters ervan, en dat de organische kleurstof een dispersiekleurstof is. 8320374
Applications Claiming Priority (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
US44061182A | 1982-11-10 | 1982-11-10 | |
US44061182 | 1982-11-10 | ||
PCT/US1983/001760 WO1984001972A1 (en) | 1982-11-10 | 1983-11-10 | Waterless dip dye composition and method of use thereof for textile-related materials |
US8301760 | 1983-11-10 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8320374A true NL8320374A (nl) | 1984-10-01 |
Family
ID=23749466
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8320374A NL8320374A (nl) | 1982-11-10 | 1983-11-10 | Watervrij dompelkleurmengsel en werkwijze voor de toepassing ervan voor met textiel verwante materialen. |
Country Status (5)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0124606A4 (nl) |
DE (1) | DE3390325T1 (nl) |
GB (1) | GB2140463B (nl) |
NL (1) | NL8320374A (nl) |
WO (1) | WO1984001972A1 (nl) |
Families Citing this family (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE3590079T1 (de) * | 1984-02-27 | 1986-02-06 | Robert Buchanan Greenville S.C. Wilson | Färbemischung und Verfahren zur Verwendung derselben zum Färben von thermoplastischen Materialien |
GB2233540A (en) * | 1989-07-12 | 1991-01-16 | Michael J Cooke | Capillary seed propagating system |
CN113026382A (zh) * | 2021-02-22 | 2021-06-25 | 苏州图延模具有限公司 | 一种cnc加工pmma透明件的上色技术 |
Family Cites Families (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR81369E (fr) * | 1954-09-09 | 1963-09-13 | Hoechst Ag | Procédé de modification des propriétés d'objets moulés en polyesters aromatiques |
DE86374C (nl) * | 1971-09-24 | |||
US4293305A (en) * | 1979-11-01 | 1981-10-06 | Northwestern Laboratories, Inc. | Diester composition and textile processing compositions therefrom |
US4394126A (en) * | 1979-11-01 | 1983-07-19 | Wilson Robert B | Diester composition and textile processing compositions therefrom |
CH651603A5 (en) * | 1981-12-24 | 1985-09-30 | Sandoz Ag | Dyeing assistant |
-
1983
- 1983-11-10 DE DE19833390325 patent/DE3390325T1/de not_active Withdrawn
- 1983-11-10 EP EP19830903880 patent/EP0124606A4/en not_active Withdrawn
- 1983-11-10 WO PCT/US1983/001760 patent/WO1984001972A1/en not_active Application Discontinuation
- 1983-11-10 GB GB08416539A patent/GB2140463B/en not_active Expired
- 1983-11-10 NL NL8320374A patent/NL8320374A/nl unknown
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
GB2140463B (en) | 1987-04-15 |
EP0124606A4 (en) | 1985-09-18 |
DE3390325T1 (de) | 1985-01-24 |
EP0124606A1 (en) | 1984-11-14 |
WO1984001972A1 (en) | 1984-05-24 |
GB2140463A (en) | 1984-11-28 |
GB8416539D0 (en) | 1984-08-01 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4608056A (en) | Dye composition and method of use thereof for coloring thermoplastic materials | |
US4229172A (en) | Disperse dyeing of polyester with benzalketo derivatives as carriers: benzalacetone, methyl cinnamate etc. | |
US4293305A (en) | Diester composition and textile processing compositions therefrom | |
JPS6135170B2 (nl) | ||
DE2153366C3 (de) | Polyglykolätherverbindungen, Verfahren zu deren Herstellung und deren Verwendung | |
US4529405A (en) | Waterless dye composition and method of use thereof for coloring thermoplastic materials | |
US4609375A (en) | Waterless dip dye composition and method of use thereof for textile-related materials | |
NL8320374A (nl) | Watervrij dompelkleurmengsel en werkwijze voor de toepassing ervan voor met textiel verwante materialen. | |
US4722738A (en) | Process to decolorize dye composition and method of use thereof for coloring thermoplastic articles | |
US4581035A (en) | Waterless dye composition and method of use thereof for coloring thermoplastic articles | |
US4661117A (en) | Waterless dip dye composition and method of use thereof for synthetic articles | |
US4708719A (en) | Disperse dye composition for use in solvent dyeing | |
NL8320379A (nl) | Watervrij dompelkleurmengsel alsmede werkwijze voor het gebruik ervan voor synthetische voorwerpen. | |
DE2837085C2 (de) | Egalisiermittel und Verfahren zum Hochtemperaturfärben von synthetischen hydrophoben Fasermaterialien | |
JPS59502112A (ja) | 無水浸漬染料組成物および繊維製品関連材料に対するその使用法 | |
JP2612945B2 (ja) | 疎水性繊維材料の染色用担体 | |
JPH1181145A (ja) | 織物材料に低分子量副生成物の沈着を防止するための改質脂肪族アミンの用途 | |
US3093438A (en) | Assisting dyeing of synthetic fibers with | |
WO1988000607A1 (en) | Dye composition and method of use thereof for coloring thermoplastic articles | |
JPH03122118A (ja) | 酸化アルキレンと酸化スチレンとのアリールアルカノールへの重付加物 | |
WO1990001084A1 (en) | Composition and method of use thereof for treating plastic articles | |
KR820002253B1 (ko) | "폴리에스테르 섬유 또는 이들을 함유하는 섬유직물을 염색하는 방법" | |
DE2606513A1 (de) | Verfahren zur herstellung von in wasser schwerloeslichen anthrachinonfarbstoffen | |
FR2493362A1 (fr) | Diester cycloaliphatique, composition contenant ce diester et destinee au traitement d'appretage de textiles synthetiques, et textiles obtenus | |
JPS62243888A (ja) | ポリアミド系繊維用染色助剤 |