NL8204479A - Een achter een middelbufferkoppeling aangebrachte inrichting voor het opnemen van bovenmatige schokken. - Google Patents

Description

ί : ! I ’ I ! VO 3897 i . .

j

Titel: Een achter een middelbufferkoppeling aangebrachte inrichting I voor het opnemen van bóvenmatige schokken.

De uitvinding heeft betrekking op een achter een middelbuffer-koppeling aangebrachte inrichting voor het opnemen van bovenmatige schokken in samejahang met een railvoertuig, dat aan de voorzijden een I klimbeveiliging heeft.

j 5 Bij een dergelijke inrichting volgens het Duitse octrooischrift 15302223 bepalen de wanddikte en de lengte van de binnenste holle cilinder beslissend de grootte van de opneembare schokken. Omdat de op de middelbufferkoppeling inwerkende normale schokken moeten worden opgenomen door een daarachter aangebracht trek- en stootmechanisme, 10 komt de inrichting voor het opnemen van schokken van meer dan 2 mN in aanmerking. Derhalve heeft de inrichting een betrekkelijk groot gewicht en in de eerste plaats een grote bouwlengte, waardoor de inbouwmogelijkheden begrensd zijn.

Verder is in het Duitse octrooischrift 1.912.049 voorgesteld om 15 de inrichting dubbelwandig uit te voeren om bij eenzelfde bouwlengte · grotere sChokkrachten te kunnen opnemen. Gebleken is echter, dat bij herhaalde schokbelasting aan de grens van het krachtopneemvermogen van de inrichting, deze aangezien zij in het krachtverloop van de schok is aangebracht, de capaciteit voor het opnemen van bovenmatige schokken 20 vermindert. Om hierbij een werkzame bescherming van de passagiers te verschaffen, wordt de voorzijde, in het bijzonder bij trams · en lucht-verkeerrijtuigen, uitgerust met een klimbeveiliging om te voorkomen, dat de rijtuigen zich bij een bovenmatig grote schok in elkaar vastliggen.

25 Aan de uitvinding is de opgave gesteld om bij de middelbuffer- koppelingan van de.in de aanhef omschreven soort, een uitvoering te verschaffen die het mogelijk maakt nog een andere vervormbare inrichting aan te brengen voor het opnemen van bovenmatige schokken.

Deze opgave wordt opgelost, doordat de boven de middelbuffer-30 koppeling liggende klimbeveiliging is bevestigd aan een schokbreker, die met tussenschakeling van een beveiliging tegen bovenmatige schokken is bevestigd aan het onderstel en via een lijf de middelbufferkoppeling 8204479 < Η I i ~ v ..... .............. --- - — « i * * ί i - 2 - i I * • p draagt, waarbij de voorzijde van de koppelkop buiten de voorzijde van de klimbeveiliging uitsteekt over een afstand, die overeenkomt met de diepte van het instuiken van de inrichting, en de afstand van de klimbeveiliging tot de voorzijde van het rijtuig overeenkomt met de diepte I 5 ’ van het instuiken van de beveiliging tegen bovenmatige schokken.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening, t · ; waarin: fig. 1 de middelbufferkoppeling in de normale stand toont, fig. 2 de stand toont van de middelbufferkoppeling na het opne- .10 men van een bovenmatige schok, r fig. 3 de stand toont van de middelbufferkoppeling en de klimbeveiliging na het opnemen van een aanvullende bovenmatige schok, fig. 4 een aanzicht is in de richting van de pijl IV-IV in fig. 1, en 15 fig. 5 een doorsnede is volgens de lijn V-V in fig. 1.

De middelbufferkoppeling bestaat uit de koppelkop 1 en de trek-stang 2, die op bekende wijze een trek- en stootinrichting 3 en een mechanisch vervormbare inrichting 4 voor het opnemen van bovenmatige schokken hebben. Op afstand evenwijdig met de middelbufferkoppeling is 20 onder het onderstel 5 een stootstang 6 axiaal verschuifbaar gelegerd in een geleiding 7, die aan een einde een klimbeveiliging 8 draagt en met het andere einde via een tegenleger 9 is verbonden met het onderstel 5. Via een lijf 10 is de middelbufferkoppeling zodanig horizontaal zwenkbaar bevestigd aan de stootstang 6,.dat de trekstang 2 en 25 de stootstang 6 in de gebruikelijke stand in een gemeenschappelijk loodrecht middenvlak van het onderstel 5 liggen, en de voorzijde la van de koppelkop 1 over een voorafbepaalde afstand a buiten de voorzijde 8a van de klimbeveiliging 8 uitsteekt, waarbij de afstand a overeenkomt met de diepte van het instuiken b van de inrichting 4.

30 De voorzijde 8a bestaat uit een aantal in rijen naast elkaar liggende, pyramidevormige uitsteeksels 11, en kan, zoals afgeheeld in fig. 5, driedelig zijn uitgevoerd, waarbij de afzonderlijke naast elkaar liggende klimbeveiligingen 8h, 8c en 8d door scharnieren 12 met elkaar zijn verbonden. Hierbij ligt de klimbeveiliging 8c even- 35 wijdig met de kopdrager van het onderstel, waarbij de klimbeveiligingen 8204479 fl r i “ : ‘ ...................... .....‘ ' ...............'

• I

! - 3 - I * 8b en 8d naar binnen getrokken' onder een hoek ten opzichte van de klim-i beveiliging 8c liggen om ook werkzaam te zijn bij flankerend rijden.

I De klimbeveiliging 8c is direkt bevestigd aan de stootstang 6, waarbij I * de kllmbeveiligingen 8b en 8d elk via een afzonderlijke, in lengte 1 \ l 5 ; Sastelbare stootstang 13, waarin een vervormbare beveiliging 14 .i · tegen bovenmatige. schokken is ingebouwd, schamierbaar aangrijpen op i de stootstang 6, met voordeel op het lijf 10. Tussen het lijf 10 en het tegénleger 9 is een beveiliging 15 tegen bovenmatige schokken ingebouwd | in de stootstang 6, van welke beveiliging de diepte van het instuiken c 1CL bij een vervorming overeenkomt met de afstand d van de voorzijde 8a tot de voorzijde van het rijtuig.

1 De gewoonlijk op de koppelkop 1 werkende schokkrachten worden opgenomen door het trek- en stoofcmechanisme 3, Bij een bovenmatige schok wordt deze door vervorming van de inrichting 4 opgenomen, waarbij 15 de middelbufferkoppeling zodanig wordt gestuikt, dat de.voorzijde la in een gemeenschappenjk vertikaal vlak ligt met de voorzijde 8a (fig.21. . Bij het plaatsvinden van nog een bovenmatige schok werkt.-deze. zowel op de klimbeveiliging 8 als op de middelbufferkoppeling, waarbij de schok enerzijds direkt en anderzijds via het lijf 10 in de stootstang 6 wordt 20 geleid envan-daar opgenomen door de beveiliging 15 tegen bovenmatige schokken.

Door het aanbrengen van de uitsteeksels 11 aan de voorzijde 8a worden bij een bovenmatige schok de tegen elkaar rijdende klimbeveili-gingen van de rijtuigen in elkaar vastgehaakt, en wordt het naar boven 25 en zijdelings uitwijken van de rijtuigen voorkomen.

8204479

Claims (2)

1. 2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de klim-15 beveiliging (8) bestaat uit drie afzonderlijke klimbeveiligingen (8b, 8c, 8d), die door scharnieren (12) met elkaar zijn verbonden, waarbij de klimbeveiliging (8c) direkt is verbonden met de stootstang (6), en de klimbeveiligingen (8b en d) elk via een in lengte nastelbare stootstang (13), waarin een vervormbare beveiliging (14) tegen bovenmatig 20 schokken is ingebouwd.
2. 3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de stootstang (13) horizontaal zwenkbaar is aangebracht aan het lijf (10). 8204479