NL8104208A - Inrichting voor het bewerken van de grond, in het bijzonder voor tuinen of parken. - Google Patents

Inrichting voor het bewerken van de grond, in het bijzonder voor tuinen of parken. Download PDF

Info

Publication number
NL8104208A
NL8104208A NL8104208A NL8104208A NL8104208A NL 8104208 A NL8104208 A NL 8104208A NL 8104208 A NL8104208 A NL 8104208A NL 8104208 A NL8104208 A NL 8104208A NL 8104208 A NL8104208 A NL 8104208A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
leveling plate
travel
drive
transverse
leg
Prior art date
Application number
NL8104208A
Other languages
English (en)
Other versions
NL187145C (nl
Original Assignee
Bucher Guyer Ag Masch
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Bucher Guyer Ag Masch filed Critical Bucher Guyer Ag Masch
Publication of NL8104208A publication Critical patent/NL8104208A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL187145C publication Critical patent/NL187145C/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01BSOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
    • A01B31/00Drags graders for field cultivators
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01BSOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
    • A01B19/00Harrows with non-rotating tools
    • A01B19/02Harrows with non-rotating tools with tools rigidly or elastically attached to a tool-frame
    • A01B19/06Harrows with non-rotating tools with tools rigidly or elastically attached to a tool-frame with tools or tool-frames moved to-and-fro mechanically

Description

8132Q3/Rey/EB * .* -1-
Korte conciuiding: Inrichting voor het bewerken ναη de grond, in het bijzonder voor tuinen of parken.
De uitvinding heeft betrekking cp een inrichting voor het bewerken van de grond, in het bijzonder voor tuinen of parken, 5 omvattende een door een aandrijving over een te bewerken grondoppervlak verplaatsbaar, met het grondoppervlak in aangrijping te brengen en in een dwars op de voortbev/egingsrichting staande slingering te brengen grondbev/erkingsorgcan.
Het is bekend om voor het bewerken van de grond, in het 10 bijzonder bij het aanleggen van tuinen, parken en andere groengebieden, bodemfrezen, eggen en/of andere arondbewerkingsapparaten toe te passen, waarmee de aarde tot op een diepte van 50 cm wordt omgewerkt respektieveiijk losgemaakt. Hierbij moet meerdere malen over het terrein worden gereden, teneinde een losgemaakte boven-15 laag te verkrijgen. Deze machinale bewerking van de grond is echter niet toereikend om een voldoende vlak grondoppervlak te verkrijgen met een voor het zaaien noodzckelijke fijnheid, zodat het hierop volgend stukslaan van de van grote brokken voorziene grondmassa alsmede het vlckmaken van het fcodemoppervlak onvermij-20 delijk is. Gewoonlijk wordt deze arbeid uitgevoerd door middel van een schoffel en een hark voor het egaliseren van het bodem-oppervlak, wcarbij voor het vlakmcken in ieder geval het lestige harken noodzakelijk is. 8ij elkaar zijn deze bewerkingen zeer tijdrovend en duur. 'Bovendien wordt door het diepe frezen resp.
25 het losscheuren van de grond de capillaire laag vernietigd, waardoor de toevoer van vloeibare voedingsstoffen naar het zaad resp. de planten wordt verbroken.
Een ais eg uitgevoerde inrichting van het hiervoor genoemde type is reeds bekend uit de Zwitserse octrooischriften 30 310 738, 331 ICO, 332 396 en 448 588, waarbij het in een dwars op de voortbewegingsrichtina staande slingering te brengen grond-bewerkingsorgaan is voorzien van in de grond stekende tanden.
Deze diep in de grond grijpende in dwersrichting slingerende tanden versterken weliswaar de verkleinende werking van deze eg, doch 35 hierbij wordt de grond op een nadelige wijze alleen zeer diep omgewoeld, waarbij geen voor het zaaien geschikt vlak oppervlak wordt verkrecen.
8104208 ί -2-
De uitvinding beoogt een inrichting van het hiervoor genoemde type te verschaffen, waarbij de hiervoor genoemde nadelen worden vermeden, en de grond met aanzienlijk minder arbeid- en machinekosten zodanig kan worden bewerkt, dat bij het tegelijkertijd 5 behouden van een capillaire laag een voor het zaaien geschikt, nagenoeg vlak oppervlak ontstaat.
Dit oogmerk wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat het in de dwars op de voortbewegingsrichting staande slingering te brengen grondbewerkingsorgaan is voorzien van een egaliseerplaat. 10 Met behulp van deze konstruktie volgens de uitvinding wordt enerzijds de ingrijping van het grondbewerkingsorgaan in het grondoppervlak via de egaliseerplaat nauwkeurig op een bepaalde diepte ingesteld, hetgeen voor de bewerking van de bovenste grondlaag, de zogenaamde bovenlaag van zeer groot belang is. Hierdoor kan de voor 15 de toevoer van vloeibare voedingsstoffen noocizakelijke capillaire laag van de grond, die door de bekende grondbewerkingsmethode tengevolge yan het te diep losmaken van de grond wordt vernietigd, ongeschonden worden gehouden. Anderzijds wordt het loskomende materiaal door de egaliseerplaat, die over de bovenkant van de 20 oorspronkelijk harde, vaste grond beweegt, in beweging gehouden en voor de egaliseerplaat uitgeschoven. Achter de egaliseerplaat vormt zich zodoende een lossere, dunne bovenlaag, terwijl de verdichte capillaire laag hieronder behouden blijft. Zodoende is de toevoer van voedingsstoffen uit de grond verzekerd en ontstaat 25 tegelijkertijd een vlak, voor het zaaien geschikt oppervlak. Door de losse bovenlaag dringt ook zuurstof naar de wortels van de planten, waardoor de noodzakelijke ontwikkeling van bacteriën wordt bevorderd.
In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de 30 uitvinding is in de bewegingsrichting gezien achter de egaliseerplaat een stationaire dwarsbalk aangebracht. Deze dwarsbalk vult op doelmatige wijze de egaliserende werking van de egaliseerplaat aan en maakt het tevens mogelijk dat de inrichting met een groot oppervlak op het grondoppervlak rust en hierover wordt geleid.
35 De egaliseerplaat van de inrichting volgens de uit vinding is doelmatig zodanig uitgevoerd, dat deze in dwarsdoorsnede de vorm heeft van een hoekstuk, waarvan één been zich in hoofdzaak evenwijdig aan het bodemcppervlak uitstrekt vanaf het hoekpunt tegen- 8104208 # ·# -3- gesteld can de voortbewegingsrichting en waarvan het andere been ongeveer loodrecht hierop naar boven is gericht. Hierbij is het ongeveer loodrechte been bij voorkeur geschikt om de losgemaakte grond voor zich uit te schuiven en in beweging te houden, terwijl 5 het evenwijdige been in hoofdzack egaliserend werkt.
Een met het oog op een eenvoudigere konstruktie4 gunstige uitvoeringsvorm onderscheidt zich, doordat de egaiiseerplaat door middel van stuurarmen aan de stationaire dwarsbalken is bevestigd en ten opzichte van de voortbewegingsrichting in dwarsrichting verft) schuifbaar is aangebracht.
Naast de door de stuurarmen op eenvoudige wijze verkregen dwarsgeleiding bij de dwars op de rijrichting plaats vindende slingering van de egaiiseerplaat wordt zodoende in funktioneel opzicht het volgende belangrijke voordeel verkregen dat de egaliseer-15 plaat tengevolge van de verdraaiing van de stuurarmen cm hun scharnierpunten een cirkelboogvormige heen en weergaande beweging uitvoert, waardoor het klein te maken resp. kleinaemaakte materiaal met een ruk naar voren wordt gestoten. Gebleken is dat deze extra voorwaartse beweging zeer gunstig werkt op de kwaliteit van de losse 20 bovenlaag.
Teneinde de egaiiseerplaat bij zijn dwars op de rijrichting staande slingering te geleiden, is de egaiiseerplaat volgens een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding dwars op de rijrichting glijdend bevestigd tussen de stationaire dwarsbalk en hierop aGr.ge-05 brachte celeidingsplaten. Hierbij is het in dit verband bijzonder doelmatig gebleken, dat het evenwijdig met het grondoppervlak lopende been van de egaiiseerplaat in hoofdzaak in één vlak met de stationaire dwarsbalk is aangebracht. Een gunstige oplossing van het probleem van de dwarsgeleiding wordt zodoende verkregen doordat het 30 evenwijdig met het grondoppervlak lopende been van de egaiiseerplaat in het gebied van de stationaire dwarsbalk is voorzien van een zich dwars op de rijrichting uitstrekkende, naar boven gerichte trap-vormige omzetting, waarbij de stationaire dwarsbalk door het naar boven omgezette gedeelte van het been wordt omvat ais giijgeleiding.
35 Volgens een andere in dit opzicht doelmatige uitvoerings vorm is het evenwijdig aan het grondoppervlak lopende been voorzien van een hierop aangebrachte dwarsplaat, die de stationaire dwarsbalk 8104208 i' * -4- omvat als een giljgeleiding.
Teneinde het naast het egaliseren noodzakelijk losmaken van de bovenlaag van de grond te kunnen uitvoeren, is de egaliseer-plaat volgens de uitvinding over zijn dwars op de rijrichting lopen-5 de werkbreedte voorzien -·ναη naar beneden in het grondoppervlak stekende tanden. Hierbij zijn de tanden volgens één uitvoeringsvorm van de uitvinding doelmatig in de rijrichting gezien aan de voorkant van de egaliseerpiaat aangebracht. Deze konstruktie blijkt bijzonder doelmatig, daar de bodem hierbij aan de voorkant vnn de egaliseer-· 10 plaat wordt losgemaakt, zodat de schuif- en egaliseerbewerking bijzonder efficient kan worden uitgevoerd. Met betrekking tot de uitvoering van de tanden is het doelmatig, de vrije uiteinden van de tanden spits toelopend uit te voeren. Vervolgens is het bijzonder gunstig gebleken voor het bepalen van de diepte tot waar het grond-15 oppervlak wordt losgemaakt, dat de lengte van de uitstekende tanden ongeveer 7 cm bedraagt.
Volgens de uitvinding wordt de dwars op de rijrichting staande slingering van de egaliseerpiaat verkregen door een dwars op de rijrichting slingerend, met de egaliseerpiaat verbonden aandrijf-20 as en een slingeraandrijving voorzien van een roterend aan te drijven aandrijfas. Met een dergelijke konstruktie is het bijvoorbeeld op eenvoudige wijze mogelijk, de inrichting aan te drijven door middel van een roterend aangedreven as van een geschikt trek-werktuig, dat losneembaar met de inrichting kan worden verbonden.
25 Doelmatig wordt de slingeraandrijying gevormd door een krukmechanis-me in de vorm van een planedrwiel-aandrijving, waardoor gunstige loop-eigenschappen van de slingeraandrijving worden verkregen.
Bij een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm van de uitvinding is de slingeraandrijving aangebracht op de stationaire dwars-30 b&U>. Hierdoor ontstaat konstruktief een compakte eenheid, die bijzonder geschikt is om op eenvoudige wijze aan een ander irekvoertuig te worden gekoppeld.
Volgens een in het bijzonder doelmatige konstruktie van de inrichting volgens de uitvinding is de aandrijfas van de slinger-35 aandrijving gekoppeld met de egaliseerpiaat door een aan de egali-seerplaat bevestigde, met de aandrijfas in ingrijping te brengen meenemer.
Het hoge rendement en inzetbaarheid van de inrichting 8104208 iS- -5- volgens de uitvinding blijkt in het bijzonder in kombincstie met een inrichting, waarbij de rijaandrijving wordt gevormd door een éénassige trcktor met een van een roterende aandrijfas voorziene in de rijrichting lopende arm, waarbij de slingeraandrijving vol-5 gens de uitvinding direkt met het vrije uiteinde van de arm ken worden verbonden, en de aandrijfas van de slingeracndrijving vast met de roterende aandrijfas kan worden gekoppeld. Naast de bij het canleggen van tuinen belangrijk gemakkelijke manoevreerbaarheid van een dergelijke éénassige Iraktor, wordt hierdoor tevens het ]q voordeel verkregen, dat de inrichting kan worden verwisseld'met andere apparaten, zoals bijvoorbeeld een maaimachine.
Tot slot omvat de uitvinding tevens de gedachte dat volgens een andere uitvoeringsvorm op de dwars op de rijrichting staande slingeringen van de egaliseerplaat een in de rijrichting •J5 gerichte slingercomponent wordt gesuperponeerd. Deze gesuperponeer-de slingercomponent, die leidt tot een stootachtige beweging van de egaliseerplaat en de tanden in de rijrichting, is voor het losmaken uiterst voordelig. Voor het verkrijgen van deze slingercomponent kunnen alle geschikte bekende slingeraandrijvingen 2q worden toegepast.
De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de tekening.
Fig. 1 toont een zijaanzicht van een inrichting voor het bewerken van de grond in kombinatie met een éénassige trcktor als 25 aandrijving.
Fig. 2 is een bovenaanzicht van de inrichting volgens fig. 1.
Fig. 3 toont een vergrote doorsnede volgens de lijn JII-III in fig. 2.
30 Fig. 4 toont een bovenaanzicht van fig. 3.
Een in de fig. 1 en 2 in zijn geheel weergegeven inrichting voor het bewerken van de grond heeft als aandrijving een zelfrijdende door middel van stuurstangen 12 wendbare éénassige traktor 11, aan de voorzijde waarvan een roterend aangedreven acn-35 drijfas 13 voor een een bewerkingsapparaat opnemende arm 14 is bevestigd. De buisvormige arm 14 is verbonden met een acndrijfhuis 15 van een slingeracndrijving in de vorm van een zogenaamd Mroto-flexu-aandrijving of krukaandrijving 1ó, die is aangebracht op een 8KK208 -6- over de grond glijdende, dwars op de voortbewegingsrichting van de éénassige traktor Π staande dwarsbalk 17.
De uroto-flex"~aandrijving 16 heeft een planeetwiel-aandrijving bestaande uit een binnen het aaridrijfhuis 15 bevestigde 5 tandksans met een inwendige vertanding en een hiermee samenwerkend planeetwiel, dat is bevestigd op een concentrisch met c!e inwendige vertanding gelagerde krukas. Door de relatieve draai-bewegingen, enerzijds van de krukas om het middelpunt van de inwendige vertanding en anderzijds van de krukas om zijn eigen 10 rotatie-as, wordt de vertikale bewegingsrichting van een aan de uitgangszijde van de aandrijving met de krukas verbonden aandrijfas 18 geheel opgeheven. Deze aandrijfas beweegt zich zodoende slechts in horizontale richting heen en weer en werkt samen met een op een egaliseerplaat 28 aangebrachte meenemer 19.
15 Zoals blijkt uit fig. 3, is de egaliseerplaat 28 in dwarsdoorsnede hoekvormig uitgevoerd en loopt één been 29 vanaf het hoekpunt 40 van het hoekstuk tegengesteld aan de voortbewegingsrichting evenwijdig met het grondoppervlak 41 en rust glijdend op dit oppervlak. Het andere been 30 van de hoekvormig uitgevoerde 20 egaliseerplaat 28 loopt vanaf het hoekpunt 40 ongeveer loodrecht naar boven en heeft bij de in fig. 3 weergegeven uitvoeringsvorm ten opzichte van de rijrichting een enigszins schuin naar achteren gelegen stand. Bovendien is zowel bij de in fig. 1 als bij de in fig. 3 weergegeven uitvoeringsvorm het evenwijdig met het grond-25 oppervlak 41 lopende been 29 in hetzelfde vlak aangebracht, als de stationaire dwarsbalk 17.
Bij de in fig. 3 weergegeven uitvoeringsvorm is op het ten opzichte van het grondoppervlak evenwijdige been 29 een bijvoorbeeld door schroeven 43 hieraan bevestigde dv/arsplaat 20 ge-30 plaatst, die glijdend om de stationaire dwarsbalk 17 grijpt. De meenemer 19 is hierbij op deze, een slingerbalk voorstellende dwars-plaat 20 bevestigd. Door het losnemen van de schroeven 43 kan de egaliseerplaat 28 van de dwarsplaat 20 worden gescheiden, zodat de aan slijtage onderhevige egaliseerplaat 28 gemakkelijk kan worden 35 verwisseld.
In tegenstelling hiermee is bij dë in fig. 1 weergegeven uitvoeringsvorm het ten opzichte van het grondoppervlak evenwijdige 8104208 -7- been 29 ven de egcliseerplaat 28 in het gebied van de stationaire dwarsbalk 17 voorzien ven een naar boven gerichte trapvormige omzetting 42, die zich dwars op de voortbewegingsrichting over het been 29 uitstrekt. Het verhoogde gedeelte 20' van het been 29 5 grijpt hierbij op dezelfde wijze als de dwarsplaat 20 bij de in fig. 3 weergegeven uitvoeringsvorm glijdend over de stationaire dwarsbalk 17. Evenals bij de uitvoeringsvorm volgens fig. 3, waarbij de meenemer 19 op de de slingerbalk vormende dwarsplaat 20 is bevestigd, is de meenemer 19 bij de in fig. 1 weergegeven uitvoe-10 ringsvorm op het de slingerbalk vormende verhoogde gedeelte 20’ bevestigd.
In de beide uitvoeringsvormen van fig. 1 resp. 3 is de slingerbalk 20 resp. 20' verschuifbaar geleid door een neerhoud-inrichting 21 aan de dwarsbalk 17. De neerhoudinrichting 21 bestaat 15 uit een aantal trapvormige geleidingsplaten 22, waarvan het bovenste gedeelte 44 los op de slingerbalk 20 rust en waarvan het onderste gedeelte 45 aan de stationaire dwarsbalk 17 is vastgeschroefd. Door middel van een stelschroef 23 en bevestigingsschroe-ven 24 kan de geleidingsplaat 22 worden versteld en worden vastge-20 zet, teneinde de tijdens het gebruik ontstane slijtageplekken gelijkmatig te kunnen verdelen.
Overigens wordt de slingerbalk 20 resp. 20' vastgehouden met tenminste twee stuurarmen in de vorm van hefbomen 25, die enerzijds met de slingerbalk 20 resp. 20’ en anderzijds met de 25 stationaire dwarsbalk 17 zijn verbonden. Hiertoe zijn de slingerbalk 20 resp. 20’ en de stationaire dwarsbalk 17 voorzien van vertikaal staande tappen 26, 27, waaraan de hefboomarmen 25 vast zijn gelagerd, zoals dit in de fig. 3 en 4 nader is aangegeven.
ïn plaats van de door de hefboomarmen 25 veroorzaakte 30 enigszins cirkelboogvormige dwarsbeweging van de slingerbalk 20 resp. 20* kan bij een andere uitvoeringsvorm van de inrichting met een uit in elkaar passende vormen bestaande geleiding een volkomen rechtlijnige heen en weergaande beweging worden verkregen.
Zoals vervolgens blijkt uit de fig. 1 tof 4, zijn aan 35 de door het ongeveer vertikaal gerichte been 30 gevormde voorkant van de egaliseerplaat 28 stiftvormice tanden 31 op afstanden van elkaar over >de gehele, zich dwars op de voortbewegingsrichting uit- 8104208 -8- strekkende breedte van de egaliseerplaat 28 aangebracht. Deze tanden steken met hun vrije onderste uiteinden 46 buiten het evenwijdig met het grondoppervlak 41 lopende been 29 van de egaliseerplaat 28 uit en dringen in de grond. Daar de egaliseerplaat 28 met de 5 tanden 31 het sterkst onderhevig zijn aan slijtage, is deze uitwisselbaar gemaakt. De tanden 31 zijn bij voorkeur cilindrisch uit-aevoerd, doch kunnen echter ook elke andere dwarsdoorsnede hebben. De onderste uiteinden 46 kunnen kegelvormig zijn uitgevoerd met een spits uiteinde. ïndien bij een uitvoeringsvorm van de inrich-10 ting de tanden zodanige afmetingen hebben dat zij ongeveer 7 cm in de grond steken, en deze grond omwerken, wordt de grond tot een maximale diepte van 10 cm omgewoeld, zodat een losse dunne bovenlaag ontstaat, terwijl hieronder cTe vastere capillaire laag behouden blijft.
3104208

Claims (17)

1. Inrichting voor het bewerken van de grond, in het bijzonder voor tuinen en parken omvattende een door een aandrijving over een te bewerken grondoppervlak verplaatsbaar, in ingrijping met het grondoppervlak te brengen en in een dwars op de voortbe- 5 wegingsrichting staande slingering te brengen grcndbewerkingsorgaan, met het kenmerk, dat het in de dwars op de voortbe-wegingsrichting staande slingering te brengen grondbewerkingsorgaan is voorzien van een egaliseerplaat (23).
2. Inrichting volgens conclusie 1,met het ken-10 ra e r k, dat met betrekking tot de voortbewegingsrichting achter de egaliseerplaat (28) een stationaire dwarsbalk (17) is aangebracht.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de egaliseerplaat (28) in dwarsdoorsnede hoekvormig is uitgevoerd, waarvan één been (29) zich vanaf het hoekpunt 15 (40) in hoofdzaak evenwijdig met het bodemoppervlak (41) tegengesteld aan de rijrichting uitstrekt en het andere been (30) ongeveer loodrecht hierop naar boven is gericht.
4. Inrichting volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat de egaliseerplaat (28) door middel van stuur- 20 armen (25) aan de stationaire dwarsbalk (17) is bevestigd en ten opzichte van de voortbewegingsrichting in dwarsrichting verschuifbaar is aangebracht.
5. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 2-4, met het kenmerk, dat de egaliseerplaat (28) dwars op 25 de tussen de stationaire dwarsbalk (17) en hierop aangebrachte geleidingsplaten (22) staande voortbewegingsrichting verschuifbaar is bevestigd.
6. Inrichting volgens één der conclusies 3-5, met het kenmerk, dat het evenwijdig aan het grondoppervlak (41) 30 lopende been (29) van de egaliseerplaat (28) in hoofdzaak in één vlak met de stationaire dwarsbalk (17) is aangebracht. 8104208 ' -70-
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het evenwijdig aan het grondoppervlak (41) lopende been (29) van de egaliseerplaat (28) in het gebied van de stationaire dwarsbalk (17) is voorzien van een dwars op de voortbewegingsrich- 5 ting staande, naar bovln gerichte trapvormige omzetting (42), waarbij de stationaire dwarsbalk (17) als glijgeleiding wordt omvat door het verhoogde gebied (20’) van het been (29).
8. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het evenwijdig met het grondoppervlak lopende been (29) 10 is voorzien van een hierop aangebrachte dwarsplaat (20) die de stationaire dwarsbalk (77) als glijgeleiding omvat.
9. Inrichting volgens één der conclusies 1-8, met het kenmerk, dat de egaliseerplaat (28) over zijn dwars op de rijrichting staande breedte is voorzien van naar beneden in het grond- 15 oppervlak (41) stekende tanden (31).
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de tanden (31) ten opzichte van de voortbewegings-richting aan de voorkant van de egaliseerplaat (28) zijn aangebracht.
11. Inrichting volgens conclusie 9 /of 10, m e t het 20. e n m e r k, dat de vrije uiteinden (46) van de tanden (31) spits toelopend zijn uitgevoerd.
12. Inrichting volgens één der conclusies 9-17, met het kenmerk, dat de lengte van de uitstekende tanden (31) ongeveer 7 cm bedraagt*
13. Inrichting volgens één der conclusies 1-72, met het kenmerk, dat de dwars op de rijrichting staande slingering van de egaliseerplaat (28) wordt verkregen door een dwars op de voortbewegingsrichting slingerende aan de egaliseerplaat (28) gekoppelde aandrijfas (18) en een van een roterend aandrijfbare aan-30 drijfas voorziene slingeraandrijving (16).
14. Inrichting volgens conclusie 13, met het ken merk, dat de slingeraandrijving (16) wordt gevormd door een kruk-aandrijving in de vorm van een planeetwiel-aandrijving. 8104208 - * -11- Ίδ. Inrichting volgens conclusie 13 of 14, m e t het kenmerk, dat de slingeraandrijving (16) op de stationaire dwarsbalk (17) is aangebracht.
16. Inrichting volgens één der conclusies 13-15, met 5 het kenmerk, dat de aandrijfas en de slingercandrijving (16) is verbonden met een aan de egaliseerplaat (28) bevestigde, met de aandrijfas (18) in ingrijping te brengen meenemer (19).
17. Inrichting volgens één der conclusies 13-16, waarbij de vooribewegingsaandrijving wordt gevormd door een éénassige trcktor 10 met een van een roterende aandrijfas voorziene, in de rijrichting lopende arm, met het kenmerk, dat de slingeraandrijving (16) direkt met het vrije uiteinde van de arm (14) kan worden verbonden, waarbij de aandrijfas van de slingeraandrijving (16) kan worden gekoppeld met de roterende aandrijfas (13).
18. Inrichting volgens één der conclusies 1-18, met het kenmerk, dat op de dwars op de voortbewegingsrichting staande slingering van de egaliseerplaat (28) een in de voortbewegingsrichting lopende slingercomponent kan worden gesuperponeerd. 8104208
NLAANVRAGE8104208,A 1980-10-02 1981-09-11 Inrichting voor het bewerken van de bovenlaag van de grond, in het bijzonder voor tuinen en parken. NL187145C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
CH735380 1980-10-02
CH7353/80A CH648724A5 (de) 1980-10-02 1980-10-02 Vorrichtung zur bodenbearbeitung, insbesondere fuer garten- oder parkanlagen.

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL8104208A true NL8104208A (nl) 1982-05-03
NL187145C NL187145C (nl) 1991-06-17

Family

ID=4323805

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE8104208,A NL187145C (nl) 1980-10-02 1981-09-11 Inrichting voor het bewerken van de bovenlaag van de grond, in het bijzonder voor tuinen en parken.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US4558745A (nl)
AT (1) AT387489B (nl)
CH (1) CH648724A5 (nl)
DE (2) DE8026930U1 (nl)
FR (1) FR2491285B1 (nl)
IT (1) IT1145943B (nl)
NL (1) NL187145C (nl)
WO (1) WO1982001114A1 (nl)

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3477457D1 (en) * 1983-11-09 1989-05-03 Mullers & Backhaus Kg Harrow
DE3340456A1 (de) * 1983-11-09 1985-05-15 Müllers & Backhaus KG, 5144 Wegberg Egge
DE3343272A1 (de) * 1983-11-30 1985-06-05 Carl J. 5160 Düren Ley Bodenaufbereitungseinrichtung
US5441116A (en) * 1993-10-04 1995-08-15 Rodriguez; Hermando H. Multiple purpose agricultural power tool
FR2959095B1 (fr) * 2010-04-21 2013-04-26 Pellenc Sa Appareil motorise portatif pour le travail du sol
CN104488379A (zh) * 2014-11-25 2015-04-08 广西高农机械有限公司 微型松土机
CN104472034A (zh) * 2014-11-25 2015-04-01 广西高农机械有限公司 智能松土机

Family Cites Families (25)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US269494A (en) * 1882-12-19 Harrow-frame
US1481148A (en) * 1922-12-05 1924-01-15 Fred A Preuss Hooked fork
US1917604A (en) * 1931-04-30 1933-07-11 Avery Power Machinery Co Sickle guard and shield
US2011687A (en) * 1933-05-29 1935-08-20 Charles M Millican Zigzag harrow
US2038498A (en) * 1934-11-26 1936-04-21 Jaeger Machine Co Road finishing apparatus
CH240713A (de) * 1941-03-08 1946-01-15 Huerlimann Hans Motoregge.
CH294262A (de) * 1951-09-07 1953-11-15 Portmann & Co H Motormäher, der ein an Stelle des Mähbalkens montierbares Aggregat zum Eggen besitzt.
CH311100A (de) * 1954-04-15 1955-11-30 Buehlmann Josef Bodenlockerungs- und Zerkleinerungsmaschine für landwirtschaftlichen Gebrauch.
FR1105007A (fr) * 1954-05-21 1955-11-25 Herse à mouvement alternatif à monter sur motofaucheuse
US2744456A (en) * 1954-07-13 1956-05-08 Blaw Knox Co Conditioner for smoothing and vibrating concrete
CH310738A (de) * 1955-03-04 1955-11-15 Huerlimann Hans Motoregge
DE1022404B (de) * 1956-02-06 1958-01-09 Howaldt Fa Fritz Bodenverfeinerungsgeraet
CH332396A (fr) * 1956-11-22 1958-09-15 Chauvet Robert Herse mécanique
DE1915330U (de) * 1964-04-09 1965-05-06 Gerhard Marquardt Egge zur bearbeitung landwirtschaftlicher nutzflaechen.
FI40241B (nl) * 1964-09-28 1968-07-31 Frans Fredrik Koskenmaeki
NL6501462A (nl) * 1965-02-05 1966-08-08
DE1258645B (de) * 1965-10-29 1968-01-11 Ernst Beck Ruettelegge mit einem durch Zapfwelle angetriebenen Rotationskoerper
DE1963630U (de) * 1967-04-13 1967-07-06 Amazonen Werke Dreyer H Ruettelegge.
NL130340C (nl) * 1967-04-25
DE1975980U (de) * 1967-10-10 1967-12-28 Amazonen Werke Dreyer H Ruettelegge.
US3500936A (en) * 1967-11-01 1970-03-17 Murlan Arleigh Vigen Cultivator attachment
SE370751B (nl) * 1972-12-13 1974-10-28 Dynapac Maskin Ab
US4030873A (en) * 1976-04-26 1977-06-21 Lewis T. Morrison Vibrating concrete screed
NL7610861A (nl) * 1976-10-01 1978-04-04 Lely Nv C Van Der Grondbewerkingsmachine.
US4224995A (en) * 1978-08-21 1980-09-30 Alberger Richard C Device for removing palmetto bushes

Also Published As

Publication number Publication date
NL187145C (nl) 1991-06-17
CH648724A5 (de) 1985-04-15
DE3038046C2 (de) 1989-08-31
ATA361381A (de) 1988-07-15
AT387489B (de) 1989-01-25
IT1145943B (it) 1986-11-12
US4558745A (en) 1985-12-17
DE8026930U1 (de) 1984-10-11
FR2491285B1 (fr) 1985-11-15
DE3038046A1 (de) 1982-05-06
IT8112635A0 (it) 1981-09-28
WO1982001114A1 (en) 1982-04-15
FR2491285A1 (fr) 1982-04-09

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0407896B1 (de) Bodenbearbeitungsmaschine für Reihenkulturen
NL8104208A (nl) Inrichting voor het bewerken van de grond, in het bijzonder voor tuinen of parken.
CA1135125A (en) Grain drill
DE4333310A1 (de) Bodenbearbeitungsmaschine in gelenkiger Ausführung zur Betätigung von Mehrzweckwerkzeugen und mehreren Werkzeugen
US4250969A (en) Mechanical hoe
NL193433C (nl) Grondbewerkingsmachine.
DE1022404B (de) Bodenverfeinerungsgeraet
USRE32405E (en) Farming implement particularly for row cultivation
JP2004024077A (ja) 除草作業機
RU2619456C1 (ru) Устройство для предпосевной обработки почвы
SU1268122A1 (ru) Комбинированное орудие дл безотвальной обработки почвы
EP0203474B1 (de) Rüttelegge
US2744459A (en) Oscillating weeder and cultivator for tractors
US2125359A (en) Adjustable rod weeder point
US880457A (en) Motor-driven cultivating-machine.
RU225628U1 (ru) Плуг-рыхлитель
US413836A (en) Isaac sylvester
RU220920U1 (ru) Почвообрабатывающее орудие
NL8801489A (nl) Grondbewerkingsmachine.
RU2315457C1 (ru) Комбинированное орудие для основной обработки почвы
US15654A (en) Improvement in plows
RU2127965C1 (ru) Почвообрабатывающее орудие
NL1005389C2 (nl) Grondbewerkings-machine zoals een rotorkopeg of dergelijke.
DE2922077A1 (de) Ausschwenkbare fraese fuer die bodenkultivierung
US2789492A (en) Hand guided, self-propelled cultivating device

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee