NL8104168A - Kettinggebreidedraagband voor een ritssluiting. - Google Patents

Kettinggebreidedraagband voor een ritssluiting. Download PDF

Info

Publication number
NL8104168A
NL8104168A NL8104168A NL8104168A NL8104168A NL 8104168 A NL8104168 A NL 8104168A NL 8104168 A NL8104168 A NL 8104168A NL 8104168 A NL8104168 A NL 8104168A NL 8104168 A NL8104168 A NL 8104168A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
pattern
chain
knitted
web
ridge
Prior art date
Application number
NL8104168A
Other languages
English (en)
Other versions
NL186844B (nl
NL186844C (nl
Original Assignee
Yoshida Kogyo Kk
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from JP1980132995U external-priority patent/JPS5755314U/ja
Priority claimed from JP17640280U external-priority patent/JPS601603Y2/ja
Application filed by Yoshida Kogyo Kk filed Critical Yoshida Kogyo Kk
Publication of NL8104168A publication Critical patent/NL8104168A/nl
Publication of NL186844B publication Critical patent/NL186844B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL186844C publication Critical patent/NL186844C/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A44HABERDASHERY; JEWELLERY
    • A44BBUTTONS, PINS, BUCKLES, SLIDE FASTENERS, OR THE LIKE
    • A44B19/00Slide fasteners
    • A44B19/24Details
    • A44B19/34Stringer tapes; Flaps secured to stringers for covering the interlocking members
    • A44B19/343Knitted stringer tapes

Landscapes

  • Knitting Of Fabric (AREA)
  • Slide Fasteners (AREA)

Description

* -ï-
Kettinggé^idedraagband voor een ritssluiting.
De uitvinding heeft betrekking op een kettinggebreide draagband voor een ritssluiting die geschikt is voor gebruik op gebreide stoffen.
Een kettinggebreide draagband voor ritssluitingen 5 is voorgesteld die een ribbelvrij grof gebied heeft dat zich uitstrekt tussen een paar van in dwarsrichting op afstand gelegen in lengterichting lopende kettinggebreide banen voor het doorlaten van lucht of het gemakkelijk bevestigen aan een gebreide stof, terwijl er een kqppeldraad is die de binnenste tegenover gelegen 10 ribbels (van kettingstekenj van de tsree banen over het ribbel-vrije gebied met elkaar verbindt. De binnenste ribbels omvatten zware of verdikte garens zoals versterkte garens voor het verstevigen of versterken van de tegenover gelegen randen van de banen langs het ribbelvrije gebied. Door deze verdikte garens 15 zwelt elke baan echter op verwerpelijke wijze aan het versterkte randgedeelte daarvan en heeft dus ongelijkmatige oppervlakken, waardoor de draagband lelijk wordt.
Volgens de uitvinding wordt een kettinggebreide draagband voor ritssluitingen geleverd die Bestaat uit een paar van 20 in lengterichting kettinggebreide banen die in zijdelingse richting op afstand van elkaar liggen met een ribbelvrij gebied daartussen en verbonden door een kqppeldraad die zich. uitstrekt over het ribbelvrije gebied. Voor het verstevigen of versterken van de binnenste tegenovergelegen randen van de banen langs 25 het ribbelvrije gebied, zijn de binnenste ribbel en de volgende of twee volgenden in elke baan dicht bij elkaar geplaatst.
Met deze opstelling zijn geen zware of verdikte garens nodig voor 4 de binnenste tegenover gelegen ribbels van de banen en daarom zijn er geen verdikte of in dikte toegenamen ribbels langs het 30 ribbelvrije gebied.
Het is dus een oogmerk van de uitvinding cm een kettinggebreide draagband voor ritssluitingen te leveren, waarin een paar van banen gelijkmatige oppervlakken heeft met geen verdikte 8104168 -2- > ί 5 % rlbbels langs een ribbelvrij gebied.
Ben ander oogmerk van de uitvinding is bet leveren van een kettinggebreide draagband voor ritssluitingen waarin een paar van banen voldoende is versterkt aan de inwendige tegenover 5 gelegen randen langs een ribbelvrij gebied.
Ben nog ander oogmerk van de uitvinding is het leveren van een kettinggebreide draagband voor ritssluitingen die voldoende weerstand biedt aan twist, in het bijzonder in een tweede baan van de band, waardoor bet mogelijk wordt gemaakt cm gemakkelijk en op 10 de juiste wijze de ritssluiting te bevestigen aan een gebreide stof, qp welk moment de draagband kan worden geplaatst op een reeks van breinaalden zonder hinder.
De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een 15 aantal uitvoeringsvormen van de draagband volgens de uitvinding is weergegeven, Xn de tekening toont:
Fig, 1 een gedeeltelijk bovenaanzicht van een ritssluiting met een paar kettinggebreide draagbanden volgens de uitvinding, fig. 2 een puntdiamgram voor een kettinggebreid 20 stofstelsel van de band volgens een eerste uitvoeringsvorm, fig. 3 een puntdiamgram voor een kettinggebreid stofstelsel van een gewijzigde draagbard van een tweede uitvoeringsvorm, fig. 4 een puntdiagtam voor een kettinggebreide 25 stofstelsel van, een gewijzigde draagband volgens een derde uitvoeringsvorm, fig, 5 een puntdiagram voor een kettinggebreid stofstelsel yap een dubbelgebreide draagband volgens ësn vierde uitvoeringsvorm, fig, 6 hetzelfde als in fig, 5 doch van, een vijfde 30 uitvoeringsvorm, fig, 7 een puntdiagram voor een kettinggebreid stofstelsel van een gewijzigd dubbelgebreide draagband volgens de zesde uitvoeringsvorm, en fig, 8 een gedeeltelijk schematisch perspectief 35 aanzicht van een paar kettinggebreide draagbanden ter toelichting 8104168 » » * -3- van de wijze waarop één van de banden is geplaatst qp een reeks van breinaalden.
Zeals in fig. 1 is weergegeven cravat een ritssluiting 10 voor toepassing cp een (niet weergegeven} gebreide stof een 5 paar draagbanden die elk een kettinggëbreide draagband 11 hebben die op en langs een in lengterichting lopende rand daarvan een reeks van sluitelementen 12 ondersteunen. De draagband 11 heeft een paar van eerste en tweede in lengterichting lopende kettinggabreide banen 13 en 14 die in dwarsrichting op 10 afstand van elkaar liggen net een ribbel 5 grof gebied 15 daartussen dat één of twee ribbels mist. Het ribbelvrije grove gebied 15 kan echter in breedte warden gevarieerd door Piet kiezen van een geschikt aantal van ribbels dat daaruit wordt weggelaten.
Zoals is weergegeven in fig. 2 heeft de eerste ketting-15 gebreide baan 13 een aantal van in langsrichting lopende ribbels 16 die kettingsteken 17 hebben net een patroon van 1-0/0-1.
De eerste baan 13 bevat ook tricotsteken 18 met een patroon van 1-2/1-0, een aantal inslagdraden 19 die zijn gelegd in een patroon van 0-0/4-4, en een aantal kettingdraden 21 die zijn gelegd in 20 een patroon van Q-Q/l-I, De uiterste ribbel 16c, waarlangs een reeks van sluitelementen 12 (fig. II moet worden ondersteund, cravat kettingsteken van een versterkt garen 20. De tweede ketting-gehreide baan 14 heeft een paar van in langsrichting lopende ribbels 22a en b die kettingsteken 23 hebben met een patroon van 25 l-Q/0-1. De tweede baan 14 bezit ode tricotsteken 24 met een patroon van 1-2/1-0, Aan het ribbelvrije grove gebied 15 zijn tsee ribbel weggelaten. De ingelegde inslagdraad 19 kan een alternatief patroon hebben van 0-1/4-3.
De eerste en tweede banen 13 en 14 zijn verbonden door 3Q een kcppeldraad 25 die een versterkt garen is dat gelegd is in het patroon van Q-Q/2-2/0-0/6-6/4-4/6-6, De op deze wijze ingelegde kcppeldraad 25 strekt zich dus in dwarsrichting uit over de ribbels 22a en b van de tweede baan 14, het ribbelvrije gebied 15, en een aangrenzend paar van de ribbels 16 van de 35 eerste baan 13 langs het ribbelvrije gebied 15, dat wil zeggen de 8104168 ϋ ΐ -4- binnenste ribbel 16a en de volgende ribbel 16b. De binnenste ribbel 16a wordt door de koppeldraad 25 in aanraking getrokken met of dicht tegen de volgende ribbels 16b, terwijl de ribbels 22a en b door dezelfde koppeldraad 25 in aanraking worden getrokken 5 of dicht tegen elkaar worden bewogen, waardoor een paar van tegenover gelegen verbrede en dus versterkte ribbels wordt verkregen langs het ribbelvrije gebied 15. Aangezien geen zware of verdikte garens, zoals versterkte garens worden gebruikt voor de ketting-steken van de ribbels 16a en b, 22a en b, heeft de verkregen 10 kettinggebreide draagband 12 een letterlijk plat oppervlak zonder verdikte ribbels in de banen 13 en 14 langs het ribbelvrije gebied 15.
Met deze opstelling is het mogelijk om de binnenste tegenover gelegen randen van de eerste en tweede banen 13 en 14 15 op voldoende, wijze te versterken of verstevigen zonder gebruik te maken van versterkte garens voor de kettingsteken van de ribbels 16a en 22a langs het ribbelvrije gebied JL5.
Pig. 3 illustreert een gewijzigde kettinggebreide draagband 3Q volgens een tweede idtvoeringsvorm. De draagband 30 20 heeft een kettinggebreide structuur die gelijkt op die van de draagband 11. van fig. 2 en wijkt daarvan slechts af, doordat de tweede kettinggebreide baan .14 een extra ribbel 31 van kettingsteken 32 heeft die zich uitstrekken langs de buitenrand van de baan 14. Met de draagband 30 kunnen precies dezelfde resultaten 25 worden bereikt als met de uitvoeringsvorm van fig. 2.
Fig, 4 toont een kettingebreida draagband 35 volgens een derde uitvoeringsvorm. De draagband 35 heeft een paar van eerste en tweede in langsricfiting lopende kettinggebreide hanen 36 en 37 die in dwarsrichting op afstand, van elkaar liggen 30 met een ribbelvrij grof gebied 38 daartussen dat een enkele ribbel mist, De eerste kettinggebreide baan 36 heeft een aantal van in langsrichting lopende ribbels 39 die kettingsteken 40 hebben met v een patroon van 1-ü/Q-l. De eerste baan 36 heeft ook. tricotsteken 41 met een patroon van 1-2/1-0, en een aantal inslagdraden 42 35 die zijn. gelegd in een patroon van 0-0/3-3, De uiterste ribbel 39c, 8104188 I. * * -5- waarlangs een reeks van sluitelementen 12 (fig. 1) moet worden ondersteund, cravat kettingsteken van een versterkt garen 42.
De tweede kettinggebreide baan 37 heeft een paar van in langs-richting lopende ribbels 44a en b die kettingsteken 45 hébben 5 met een patroon van 1-0/0-1. De tweede baan 37 heeft ook tricot-steken 46 van het patroon van 1-2/1-0.
De eerste en tweede banen 36 en 37 zijn verbonden door een koppeldraad 47 die een versterkt garen omvat dat is gelegd in het patroon van 0-0/5-5. De ingelegde koppeldraad 47 kan 10 een alternatief patroon hebben van 0-0/0-0/5-5. De op deze wijze ingelegde koppeldraad 47 loopt dus in dwarsrichting over de ribbels 44a en b van de tweede baan 37, het ribbelvrije gebied 38, en een aangrenzend paar van de ribbels 39 van ds eerste baan 36 langs het ribbelvrije gebied 38, dat wil zeggen de binnenste 15 ribbel 39a en de volgende ribbel 39b, De ribbels 39b en 44b worden door de koppeldraad 47 in aanraking met elkaar getrokken of dicht naar de respectieve binnenste ribbels 39a en 44a, waardoor een paar van tegenover gelegen verbrede en dus versterkte ribbels wordt geleverd langs het ribbelvrije gebied 38, Aangezien geen 20 zware of verdikte garens zoals versterkte garens worden toegepast voor de kettingsteken van de ribbels 39a en b en 44a en b, heeft de verkregen kettinggebreide draagband 35 in letterlijke zin platte oppervlakken zonder verdikte ribbels in de banen 36 en 37 langs het ribbelvrije gebied 38.
25 Mat deze opstelling is het, net zoals bij de uitvoerings vorm van de fig, 2 en 3, mogelijk cm de binnenste tegenover gelegen randen van de eerste en tweede banen 36 en 37 op voldoende wijze te versterken zonder gébruik te maken van versterkte garens voor de kettingsteken van de ribbels 39a en 44a langs het ribbelvrije 30 gebied 38.
Fig, 5 illustreert een kettinggebreide draagband 5Q volgens een vierde uitvoeringsvorm die is gemaakt op een breimachine die twee geleidingsstangen heeft en dus een dubbele structuur heeft.
De draagband 50.. heeft een paar van eerste en tweede in langsrichting 35 kettinggebreide banen 51 en 52 die in dwarsrichting op afstand van 8104168 κ -6- * elkaar liggen met een ribbelvrij grof gebied 53 daartussen dat twee ribbels mist» De draagband 50 heeft ook een van een zoom voorzien randgedeelte 54 waarlangs een redes van gevormde thermoplastische (niet weergegeven) sluitelementen moet worden gemonteerd, 5 Het van een zoom voorziene randgedeelte 54 omvat een kerndraad 55 die is gelegd in het patroon van 0-0/0-Q, tricotsteken 56 met een patroon van 2-0/4-6 r en tricotsteken 57 met een patroon van 4-6/2-0.
De eerste kettinggebreide baan 51, die in het verlengde 10 ligt van het van een zoom voorziene randgedeelte 54, heeft een aantal van in langsrichting lopende ribbels 58 die kettingsteken 59 hebben met een patroon van 2-0/0-2/0—2/2-0. De eerste baan 51 heeft ook tricotsteken 60 met een patroon van 2-4/2-0, en een . aantal inslagdraden 61 die zijn gelegd in een patroonbaan 4-4/8-8/ 15 4-4/0-0. De tweede kettinggebreide baan 52 heeft een paar van in - langsrichting lopende ribbels 62a en b die kettingsteken 63 hebben met een patroon van 2-0/0-2/0-2/2-0. De tweede baan 52 bezit ook tricotsteken 64 met een patroon van 2-4/2-0 .
De eerste en tweede banen 51 en 52 zijn verbonden door 20 een koppeldraad 65 met een versterkt garen dat is gelegd in een patroon van 8-8/12-12/8-8/12-12/8-8/12-12/12-12/0-0/4-4/0-0/4-4/0-0/ 4-4/0-0/0-0/12-12. Eën' extra koppeldraad 56 kan zijn gelegd in een patroon van 4-4/0-0/4-4/0-0/4-4/0-0/0-0/12-12/8-8/12-12/8-8/ 12-12/8-8/12-12/12-12/Q-O, zoals is aangeduid door gebroken lijnen. 25 Elk. van de kqppeldraden 65 en 66 die op deze wijze zijn ingelegd, strekken zich in dwarsrichting uit over’ de ribbels 62a en b van de tweede baan 52, het ribbelvrije gebied 53, en een aangrenzend paar . van de ribbels 58 van de eerste baan 51 langs het ribbelvrije gebied 53, dat wil zeggen' de binnenste ribbel' 58a en de volgende 30 ribbel 58b. De ribbels :5&5ai 62d worden' door de koppeldraden 65 en 66 in aanraking met elkaar getrokken of dicht naar de respectieve ribbels. 58a en 62a getrokken,waardoor een' paar van tegenover gelegen verbrede en dus versterkte ribbels wordt verkregen langs bet ribbelvrije gebied' 53, Aangezien geen zware of verdikte garens 35 worden gebruikt voor de kettingsteken van de ribbels 48a en b, 8104168
V
ft -7- 62a en b, heeft de verkregen kettinggebreide draagband 50 in letterlijke zin platte oppervlakken zonder verdikte ribbels in de banen 51 en 52 langs het rihbelvrije gebied 53. Deze opstelling levert dezelfde resultaten als de uitvoeringsvormen van de fig.
5 2, 3 en 4.
Fig. 6 toont een gewijzigde kettinggebreide draagband 70 volgens een vijfde uitvoeringsvorm. De draagband 70 heeft een dubbelgebreide structuur die gelijkt op die van de draagband 50 van fig. 5 en wijkt daarvan slechts af, doordat de kqppeldraden 10 65 en 66 zijn vervangen door een enkele kqppeldraad 71 die is gelegd in het patroon van 6-6/12-12/6-6/0-0, met dezelfde resultaten als de uitvoeringsvorm van fig. 5.
Fig. 7 illustreert een kettinggebreide draagband 75 volgens een zesde uitvoeringsvorm, die is gemaakt qp een breimachine 15 met twee geleidingsstangen en dus een dubbelgebreid stelsel heeft.
De draagband 75 heeft een paar van eerste en tweede banen 76 en 77 die in dwarsrichting qp afstand van elkaar liggen met een ribbel-vrij grof gebied 78 daartussen dat twee ribbels mist. De draagband 75 heeft ook een van een zoom voorziene randgedeelte 79 waarlangs 20 een reeks van gevormde thermoplastische (niet weergegevenl sluit-elementen moet worden gemonteerd. Het van een zoem voorziene randgedeelte 79 bezit een kerndraad 8Q die is gelegd in een patroon 0-Q/0-Q, triootsbeken 81 met een patroon van 2-0/4-6/, en tricot-stefeen 82 met een patroon van 4-6/2-0.
25 De eerste kettinggebreide baan 76, dia in een vlak ligt met het van een zoem voorziene randgedeelte 79, heeft een aantal, van in langsrichting lopende ribbels 83 die kettingsteken 84 hebben met een patroon van 2-Q/Q-2/Q-2. De eerste baan 76 heeft ook tricotstefcen 85 met een patroon van 2-4/2-0, en een aantal 30 inslagdraden 86 die zijn gelégd in een patroon van 0-0/4-4/6-6/4-4. De twaede kettinggebreide baan 77 heeft drie in langsrichting lopende ribbels 87a, b en c die kettingsteken 88 hebben met een patroon van 2-Q/Q-2/Q-2. De tweede baan 77 heeft ook tricots teken 89 met een patroon van 2-4/2-0, en een inslagdraad 90 die is 35 gelegd in een patroon van Q-0/4-4/6-6/4-4, De eerste en tweede 8104168 -8- banen 76 en 77 zijn verbanden door een koppeldraad 91 die is gelegd in het patroon van 0-0/8-8/6-6/8-8/8-8/0-0/2-2/0-0. De koppeldraad 91 die op deze wijze is gelegd loopt in dwarsrichting tussen de binnenste tegenover gelegen ribbels 83a en 85a van de eerste en 5 tweede banen 76 en 77 over het ribbelvrije gebied 78.
Aan de tweede baan 76 worden de twee ribbels 87b en c getrokken door de ingelegde inslagdraad 90 in aanraking met elkaar of dicht tegen de binnenste ribbels 87a, waardoor een enkelvoudige verbrede en dus versterkte ribbel wordt geleverd 10 langs het ribbelvrije gebied 78.
Aangezien geen zware of verdikte garens worden gebruikt voor de kettingsteken van de ribbels 83a, 87a, bene, heeft de verkregen kettinggebreide draagband 75 in letterlijke zin platte oppervlakken zonder verwerpelijke verdikte ribbels in de banen 76 15 en 77 Y langs het ribbelvrije gebied 73. Verder is de draagband 75 voldoende bestand tegen een twist, in het bijzonder in de tweede baan 76, waardoor een gemakkelijke en juiste bevestiging wordt toegestaan van de ritssluiting aan een (niet weergegeven), gebreide stof, op welk ironent de draagband 75 kan worden geplaatst 20 op een reeks van breinaalden 91 (fig. 81 zonder hinder.
Binnen' het kader van de conclusies vallen ook andere uitvoeringsvormen dan in de tekening zijn weergegeven, 8104168

Claims (13)

1. Kèttinggebreide draagband voor een ritssluiting net een paar reeksen van sluitelementen, anvattende: een eerste baan voor het ondersteunen langs een in langsrichting lopende rand daarvan van één sluitelementreeks van de ritssluiting, 5 welke eerste baan een aantal van in langsrichting lopende ribbels van kettingsteken heeft, een tweede baan die in dwarsrichting cp afstand ligt van dé eerste baan met een ribbelvrij gebied daartussen dat is afgekeerd van de ene in langsrichting lopende rand van de eerste baan, en een koppeldraad die de eerste en 10 tweede banen over het ribbelvrije gebied verbindt, met het kenmerk, dat een groep (hierna te noemen eerste groep! van aangrenzende ribbels van de tweede baan die zich- uitstrekken langs het ribbelvrije gebied, dicht tegen elkaar zijn opgesteld.
2. Kèttinggebreide draagband volgens conclusie 1, 15 met het kenmerk, dat een groep (hierna te noemen tsreede groep} van aangrenzende ribbels van de eerste baan die zich uitstrekken langs het ribbelvrije gebied dicht tegen elkaar is opgesteld.
3. Kèttinggebreide draagband volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat da koppeldraad is gelegd in de eerste en 20 tweede banen en zich in dwarsrichting uitstrekt als in de ribbels van de eerste en tweede groepen en het ribbelvrije gebied.
4. Kèttinggebreide draagband volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de ingelegde koppeldraad een patroon heeft van 0-0/2-2/Q-Ü/6-6/4-4/6-6. 25
5. Kèttinggebreide draagband volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de ingelegde koppeldraad een patroon heeft van Q-0/5-5.
6,. Kèttinggebreide draagband volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de ingelegde koppeldraad een patroon heeft 30 van 8-8/12-12/8-8/12-12/8-8/12-12/12-12/0-0/4-4/0-0/4-4/0-0/4-4/0-0/
0-Q/12—12.
7. Kèttinggebreide draagband volgens conclusie 6 met een extra koppeldraad, met het kenmerk, dat deze koppeldraad is gelegd in da eerste en tweede banen in een patroon van 35 4-4/0-0/4-4/0-0/4-4/0-0/0-0/12-12/8-8/12-12/8-8/12-12/8-8/12-12/ 8104168 -10- V v 12-12/0-0.
8. Kettinggebreide draagband volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de ingelegde koppeldraad een patroon heeft van 6-6/12-12/6-6/0-0.
9. Kettinggebreide draagband volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tweede baan een inslagdraad is die zich in dwarsrichtlng uitstrekt over de ribbels van de eerste groep.
10. Kettinggebreide draagband volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de inslagdraad is gelegd in het patroon van 10 0-0/4-4/6-6/4-4.
11. Kettinggebreide draagband volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de draagband zich in dwarsriditing uitstrekt tussen een paar van binnenste tegenover elkaar gelegen ribbels van. de eerste en tweede banen over het ribbelvrije gebied.
12. Kettinggebreide draagband volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de koppeldraad is gelegd in het patroon van 0-0/8-8/6-6/8-8/8-8/0-0/2-2/0-0.
13. Kettinggebreide draagband zoals weergegeven in de tekening en/of bespreken aan de hand daarvan. 8104168
NLAANVRAGE8104168,A 1980-09-18 1981-09-09 Kettinggebreide draagband voor een ritssluiting. NL186844C (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP13299580 1980-09-18
JP1980132995U JPS5755314U (nl) 1980-09-18 1980-09-18
JP17640280 1980-12-09
JP17640280U JPS601603Y2 (ja) 1980-12-09 1980-12-09 スライドフアスナ−

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8104168A true NL8104168A (nl) 1982-04-16
NL186844B NL186844B (nl) 1990-10-16
NL186844C NL186844C (nl) 1991-03-18

Family

ID=26467437

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE8104168,A NL186844C (nl) 1980-09-18 1981-09-09 Kettinggebreide draagband voor een ritssluiting.

Country Status (12)

Country Link
US (1) US4419868A (nl)
AU (1) AU529365B2 (nl)
BE (1) BE890381A (nl)
BR (1) BR8106051A (nl)
CA (1) CA1163817A (nl)
DE (1) DE3136823C2 (nl)
ES (2) ES268670Y (nl)
FR (1) FR2490080A1 (nl)
GB (1) GB2084202B (nl)
HK (1) HK63688A (nl)
IT (1) IT1144873B (nl)
NL (1) NL186844C (nl)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS5948083B2 (ja) * 1980-07-12 1984-11-24 ワイケイケイ株式会社 開離嵌插具付きスライドフアスナ−
JP3464140B2 (ja) * 1998-03-20 2003-11-05 Ykk株式会社 スライドファスナー用経編テープ
JP3707982B2 (ja) * 2000-03-08 2005-10-19 Ykk株式会社 経編組織からなるスライドファスナー用テープ
TWM508937U (zh) * 2015-02-26 2015-09-21 Charm Young Industry Co Ltd 針織經編隱形拉鍊帶

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2016140C3 (de) * 1970-04-04 1979-08-02 Opti-Patent-, Forschungs- Und Fabrikations-Ag, Glarus (Schweiz) Kettengewirktes Tragbandpaar für Reißverschlüsse mit Verschlußgliedern
JPS5435763Y2 (nl) * 1973-11-19 1979-10-30
JPS5224161Y2 (nl) * 1974-10-17 1977-06-01
JPS51135709A (en) * 1975-05-19 1976-11-24 Canon Kk Electrostatic printing method
DE2626664C3 (de) * 1976-06-15 1980-01-17 Optilon W. Erich Heilmann Gmbh, Cham (Schweiz) Kettengewirktes Tragband für einen Reißverschluß
JPS54159040A (en) * 1978-06-05 1979-12-15 Yoshida Kogyo Kk Fastener element train made of synthetic resin
JPS5925216Y2 (ja) * 1978-07-31 1984-07-25 ワイケイケイ株式会社 スライドフアスナ_用経編テ_プ
JPS6130494Y2 (nl) * 1979-11-27 1986-09-06

Also Published As

Publication number Publication date
BE890381A (fr) 1982-01-18
ES266909U (es) 1983-06-01
ES268670U (es) 1983-06-01
AU7476581A (en) 1982-03-25
US4419868A (en) 1983-12-13
IT8168220A0 (it) 1981-09-17
AU529365B2 (en) 1983-06-02
DE3136823C2 (de) 1984-09-27
CA1163817A (en) 1984-03-20
NL186844B (nl) 1990-10-16
FR2490080B1 (nl) 1984-12-07
FR2490080A1 (fr) 1982-03-19
ES268670Y (es) 1983-12-01
NL186844C (nl) 1991-03-18
HK63688A (en) 1988-08-26
ES266909Y (es) 1983-12-01
DE3136823A1 (de) 1982-04-01
IT1144873B (it) 1986-10-29
GB2084202B (en) 1984-11-07
GB2084202A (en) 1982-04-07
BR8106051A (pt) 1982-06-08

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US3762002A (en) Slide-fastener stringer with knit tape
US6706376B1 (en) Textile mesh structure, in particular, a geotextile
US6848281B2 (en) Stretchable warp knitted fabric
US3685474A (en) Method of making side-fastener stringers
US3714683A (en) Slide-fastener stringer with stitched-on coupling element
NL8101223A (nl) Ritssluiting.
US3708836A (en) Warp-knit slide-fastener stringer
US9027367B2 (en) Knitted velcro sleeve
KR970001638A (ko) 슬라이드 파스너용 날실 편성 테이프
US3965833A (en) Slide-fastener stringer with warp-knit support tapes
NL8104168A (nl) Kettinggebreidedraagband voor een ritssluiting.
SE446367B (sv) Varpstickat berband for en dragkedjehelft
EP0743025A2 (en) Knit slide fastener
NL7905885A (nl) Ritssluiting.
KR910015263A (ko) 플라스틱 단일 필라멘트로 만들어진 커플링 부재의 두 헬리컬 행을 구비한 미끄럼 패스너
NL8100931A (nl) Ritssluitingdraagband voor gebreide stoffen.
US3983721A (en) Slide fastener tape
US4015449A (en) Slide fastener tape
NL8005636A (nl) Ritssluitingdraagband met ventilatiegaten.
NL7905293A (nl) Kettinggebreide draagband voor ritssluitingen.
NL8105612A (nl) Kettinggebreide draagband voor ritssluitingen.
NL8105516A (nl) Ketting gebreide draagband voor ritssluiting.
KR840000620B1 (ko) 개리 감삽구가 붙은 슬라이드 파스너
US4064602A (en) Warp-knit slide fastener stringer half and method of making same
JPH032976B2 (nl)

Legal Events

Date Code Title Description
A85 Still pending on 85-01-01
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee