NL7905885A - Ritssluiting. - Google Patents

Ritssluiting. Download PDF

Info

Publication number
NL7905885A
NL7905885A NL7905885A NL7905885A NL7905885A NL 7905885 A NL7905885 A NL 7905885A NL 7905885 A NL7905885 A NL 7905885A NL 7905885 A NL7905885 A NL 7905885A NL 7905885 A NL7905885 A NL 7905885A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
ridge
threads
pair
warp
ridges
Prior art date
Application number
NL7905885A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Yoshida Kogyo Kk
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Yoshida Kogyo Kk filed Critical Yoshida Kogyo Kk
Publication of NL7905885A publication Critical patent/NL7905885A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A44HABERDASHERY; JEWELLERY
    • A44BBUTTONS, PINS, BUCKLES, SLIDE FASTENERS, OR THE LIKE
    • A44B19/00Slide fasteners
    • A44B19/24Details
    • A44B19/34Stringer tapes; Flaps secured to stringers for covering the interlocking members
    • A44B19/343Knitted stringer tapes
    • DTEXTILES; PAPER
    • D04BRAIDING; LACE-MAKING; KNITTING; TRIMMINGS; NON-WOVEN FABRICS
    • D04BKNITTING
    • D04B21/00Warp knitting processes for the production of fabrics or articles not dependent on the use of particular machines; Fabrics or articles defined by such processes
    • D04B21/14Fabrics characterised by the incorporation by knitting, in one or more thread, fleece, or fabric layers, of reinforcing, binding, or decorative threads; Fabrics incorporating small auxiliary elements, e.g. for decorative purposes
    • D04B21/16Fabrics characterised by the incorporation by knitting, in one or more thread, fleece, or fabric layers, of reinforcing, binding, or decorative threads; Fabrics incorporating small auxiliary elements, e.g. for decorative purposes incorporating synthetic threads
    • DTEXTILES; PAPER
    • D10INDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBLASSES OF SECTION D, RELATING TO TEXTILES
    • D10BINDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBLASSES OF SECTION D, RELATING TO TEXTILES
    • D10B2501/00Wearing apparel
    • D10B2501/06Details of garments
    • D10B2501/063Fasteners
    • D10B2501/0631Slide fasteners
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T24/00Buckles, buttons, clasps, etc.
    • Y10T24/25Zipper or required component thereof
    • Y10T24/2518Zipper or required component thereof having coiled or bent continuous wire interlocking surface
    • Y10T24/2521Zipper or required component thereof having coiled or bent continuous wire interlocking surface with stringer tape having specific weave or knit pattern

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Slide Fasteners (AREA)
  • Knitting Of Fabric (AREA)

Description

V
* r
Yoshida Kogyo K.K. te Tokio, Japan Bitssluiting
De uitvinding heeft "betrekking op ritssluitingen en betreft meer in het bijzonder een ritssluiting met een kettinggebreide band.
Ritssluitingen hebben een in lengterichting lopende 5 ruimte tussen een paar van tegenover elkaar gelegen langsbandranden waarop eenjpaar van kcppelbare reeksen van sluitelementen zijn opgesteld.
Hoe breder de ruimte, hoe Binder zichtbaar de ritssluiting wordt en hoe groter de mogelijkheid dat hij zal splitsen onder invloed van plotselinge krachten. De ruimte wordt breder indien de sluitelementen 10 met grotere afmetingen zijn gemonteerd op de baudranden, hetgeen resulteert in onbedoelde "breuk” of splitsen van de ritssluitingketting.
Het Britse octrooischrift 1.299,919 beschrijft een kettinggebreide draagband die niet de mogelijkheid kan voorkomen dat zijn rand omhoog krult of op andere wijze onbruikbaar wordt voor het 15 op de juiste wijze aanbrengen van het sluitelement.
Het Amerikaanse octrooischrift 3.97^.5^9 beschrijft een kettinggebreide band voor een ritssluiting met een versterkt langs-randgedeelte waarop een reeks van sluitelementen is gemonteerd door middel van naaisteken. Een ritssluiting die gebruik maakt van een paar 20 van dergelijke kettinggebreide banden zal echter een grotere ruimte tussen de banden hebben indien grotere sluitelementen aan de tegenover elkaar gelegen baudranden worden vastgestikt.
Het is een oognerk van de uitvinding om een ritssluiting te leveren met een paar kettinggebreide draagbanden met een kleinere 25 ruimte tussen een paar van tegenover elkaar opgestelde langsranden waarop een paar van respectieve reeksen van sluitelementen worden gemonteerd.
Een ander oogmerk van de uitvinding is het leveren van 790 58 85 2 *· < een ritssluiting met een paar van kettinggebreide draagbanden die elk een langsrand hebben die zodanig is versterkt dat het daarop gemonteerde sluitelement zijn juiste verkzams stand kan houden bij het uitoefenen van uitwendige krachten.
5 Volgens de uitvinding bestaan de uiterste ribbels van de kettinggebreide banden alleen maar uit een enkele draad en zijn zij in aanraking verplaatst met de aangrenzende bixmenribbels door in dwars richting ingelegde draden die zich uitstrekken over d# ribbels in de kettinggebreide stoffen. De uiterste ribbels en de aangrenzende Ό binnenribbels worden dus in elke kettinggebreide stof verenigd voor het leveren van een enkelvoudige verbrede ribbel langs de langsrand van de stof. Met de kettinggebreide stoffen op gesteld tegenover elkaar en elk een respectieve reeks van sluitelementen daarop ondersteunen, wordt een kleine ruimte of vrije afstand geleverd tussen de tegenover 15 elkaar gelegen langsranden van de kettinggebreide stoffen.
De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin bij wijze van voorbeeld een uitvoeringsvorm van een draagband volgens de uitvinding is weergegeven. In de tekening toont: 20 Fig, 1 een dwarsdoorsnede van een bekende ritssluiting, flg. 2 een punt diagram voor een kettinggebreide stof volgens de uitvinding, fig. 3 een aanzicht van de steekpatronen voor de afzonderlijke draden die in de stof van fig. 2 worden gebruikt, en 25 fig. 1» op grotere schaal een doorsnede van een rits sluiting met een paar kettinggebreide draagbanden.
Fig. 1 toont een bekende ritssluiting 1 met een paar van kettinggebreide draagbanden 2 en 3 die op de tegenover elkaar gelegen langsranden een paar reeksen van sluitelementen U ondersteunen die 30 door stikseldraden 5 aan de draagbanden 2 en 3 zijn bevestigd. Er is een ruimte of afstand 6 tussen de tegenover elkaar gelegen randen van de draagbanden 2 en 3. De ruimte 6 maakt, indien hij zeer breed is, de ritssluiting 1 lelijk en leidt tot een slechte werking gedurende zijn gebruik. Bijvoorbeeld heeft de gesloten ritssluiting 1 de neiging 35 om te splitsen indien hij wordt belast, gebogen, of met een plotselinge 7905885 ? 3 < trekkracht vordt toelast.
Verder leidt, aangezien de stikseldraden 5 normaal door de toanden 2 en 3 lopen op een plaats tussen een uiterste ribbel en een volgende naar binnen geweven ribbel, het bevestigen van de sluit-5 elementen van verschillende afmetingen, in het bijzonder van grotere afmetingen, tot bredere ruimten tussen de draagbanden. Teneinde de ruimte constant te houden tussen de draagbanden die grotere sluit-elementen ondersteunen, is het gebruikelijk om de maat in een breimachine voor een ribbel met verschillende breedte te wisselen, hetgeen 10 echter een tijdrovende ingewikkelde procedure is.
In fig. 2 is een kettinggebreide stof 7 volgens de uitvinding weergegeven die bestaat uit een aantal evenwijdige langwerpige kettinggebreide banen 8 die zij aan zij zijn gekoppeld.
Elk van de kettinggebreide banen 8 heeft een aantal in lengte-15 richting lopende ribbels 9 die op elkaar zijn gesteld tussen een paar van eerste en tweede langsranden 10 en 11. Zoals het best in flg. 3 zichtbaar is, bestaat elke kettinggebreide baan 8 behalve in zijn uiterste ribbelgedeelte uit een aantal van eerste draden- 12 die zijn gebreid in een patroon van 0-1/1-0, een aantal van tweede draden 13 die zijn 20 gebreid in een patroon van 1-0/1-2, een aantal van derde draden 1k die zijn ingelegd in een patroon van H-VO-O, en een aantal van vierde doraden 15 die zijn gelegd in een patroon van 0-0/1-1.
Elke derde draad ik loopt in dwars richting over vier aangrenzende ribbels 9. Elke kettinggebreide baan 8 heeft een in lang3-25 richting lopend lan^randgedeelte 16 dat zich uitstrekt langs de eerste langsrand 10. Het langsrandgedeelte 16 bezit een eerste uiterste ribbel 17 aan de eerste langsrand 10, een tweede naar binnen gelegen ribbel 18, een derde naar binnen gelegen ribbel 19, en een vierde naar binnen gelegen ribbel 20.
30 33e eerste uiterste ribbel 17 wordt alleen maar gevormd met een van de eerste draden 12. Een van de in dwarsrichting ingelegde derde draden 1U' die zich uitstrekt over de eerste, tweede, derde en vierde ribbels 17» 18, 19 en 20 en samenweikt met de eerste en vierde ribbels 17 en 20, is dikker dan de andere in dwarsrichting ingelegde 35 derde draden 1^, Een van de eerste draden 12' die de tweede naar binnen- 7905885 k gelegen ribbel T8 vormt, is versterkt of dikker gemaakt dan de andere eerste draden 12. Het langsrandgedeelte 16 wordt dus versterkt voor het leveren van een stevige ondersteuning voor een reeks van sluit-elementen die later zal worden beschreven.
5 De eerste, tweede en derde ribbels 17-19 worden getrokken naar de vierde ribbel 20 door de respectieve in dwarsrichting ingelegde draden die samenwefken met de ribbels 17-19· Aangezien de eerste uiterste ribbel 17 alleen maar isqpgebouwd uit de eerste draad 12, is de eerste ribbel 17 het meest onstabiel geplaatst en dus in zijdelingse 10 richting verplaatst in hoofdzaak in aanraking met de tweede ribbel 18 door de spanning van de in gelegde draden 1V die naar binnen van de band wordt uitgeoefend en door het feit dat de tweede ribbel 18 stationair wordt gehouden door de verb in dings draad 21. De derde ribbel 19 is de tweede zwakste plaatsing en aangezien hij aanzienlijk is verplaatst 15 aan de vierde ribbel 20 door de spanning van de ingelegde draad 1¼.
De eerste langs randen 10 van twee aangrenzende ketting-gebreide banen 8 zijn tegenover elkaar opgesteld» De twee aangrenzende kettinggebreide banen 8 worden langs de eerste in langsrichting lopende randen 10 verbonden door een verbindingsdraad 21 van kunststofvezels 20 die in water oplosbaar zijn op een eerste temperatuur. De verbindings draad 21 wordt ingelegd in een patroon van li-U/O-O en verbindt de tweede respectieve ribbels 18 in de twee aangrenzende kettinggebreide banen 8.
De onderling verbonden tweede ribbels 18 blijven op een 25 afstand van de respectieve derde ribbels 19, waardoor ruimten tussen de groeven 26 overblijven voor het ontvangen van stikseldraden 25, in welk geval de draden 25 op hun plaats worden gehouden door het toepassen van versterkte eerste draden 12' die de tweede ribbel 18 vormen.
30 De verdikte garens 12" die de tweede naar binnengelegen ribbel 18 vormen, dienen ook voor het verstijven van de tweede langs-rand 11 teneinde te voorkomen dat de laatste omhoog krult of op andere wijze wordt vervormd, De tweede langsrand 11 van aangrenzende kettinggebreide banen 8 zijn verbonden door een verbindingsdraad 22 van kunst-35 stofezels die in water oplosbaar zijn bij een tweede temperatuur die 790 5 8 85 9 , -4» 5 lager is dan de eerste temperatuur. De verb ladings draad 22 is gebreid in een patroon van 1-0/1-2 die de tegenover elkaar gelegen tweede landranden 11 met elkaar verbindt.
De kettinggebreide stof 7 wordt net warmte gefixeerd voorhet vasthouden van de op deze wijze verkregen breistof. De ketting-5 gebreide stof 7 wordt in water ondergedompeld bij een tweede tempera tuur voor bet oplossen van de verbindende draden 22. Een paar reeksen van sluitelementen worden vastgestikt aan de tegenover elkaar gelegen langsrandgedeelten 16 van een gekoppeld paar van de aangrenzende ketting-10 gebreide banen 8. De kettinggebreide banen 8 met de reeksen van sluit elementen worden ondergeö^canpeld in water op de eerste tenperatuur, zodat de verbindingsdraad 21 zicb verwijderd voor het scheiden van de kettinggebreide banen 8 van elkaar.
In fig. U omvat een ritssluiting 23 een paar van draag-15 banden die worden gevormd door een aangrenzend paar van de ketting gebreide banen 8 met de eerste langs randen 10 tegenover elkaar, en een paar van gekoppelde reeksen van sluitelementen 2h die zijn gemonteerd cp een platte zijde van elke band langs de langsrandgedeelten 16 daarvan door een paar van stikseldraden 25. Elke stikseldraad 25 loopt 20 door de bandbaan 8 op een van de tussengelegen groeven 26 tussen de tweede en derde ribbels 18 en 19.
Met een dergelijke opstelling bevinden de eerste en tweede ribbels 17 en 18 zich naar buiten van de stikseldraad 25 en worden bij elkaar gebracht tot een enkelvoudige verbrede ribbel langs de eerste 25 langsrand 10. De tegenover elkaar gelegen landranden van de ketting gebreide banen 8 worden dus dichter bij elkaar gebracht, zodat een relatief kleine ruimte of afstand 27 daartussen overblijft. Op hetzelfde moment wordt de eerste ribbel 17 belet om te krullen of te buigen, hetgeen anders plaats zou vinden in-dien er een ruimte zou zijn 30 tussen de eerste en tweede ribbels 17 en 18. Verder leveren de langs randgedeelten 16 waarin de ribbels 17-20 zijn samengedrukt, een stijf oppervlak voor de ondervleugel 28 van een schuif 29 teneinde gemakkelijk daarover te schuiven.
Binnen het kader van de conclusies vallen ook andere 35 uitvoeringsvormen dan in de tekening zijn weergegeven.
790 5 8 85

Claims (4)

1. Ritssluiting, met het kenmerk, dat hij bestaat uit: a) een paar van kettinggebreide draagbanden die elk een aantal van in lengterichting lopende ribbels hebben en afwisselende 5 groeven tussen een paar van eerste en tweede in lengterichting lopende randen van de band, waarbij beide kettinggebreide banden een aantal in dwars richting lopende draden anvatten die dwars overeen aantal van aangrenzende ribbels lopen, welke ribbels een eerste uiterste ribbel omvatten aan de eerste langsrand, een versterkte tweede naar binnengelegen 10 ribbel die grenst aan de eerste uiterste ribbel, een derde meer naar binnen gelegen ribbel die grenst aan de tweede ribbel, waarbij een van de in dwarsrichting lopende draden die samenwerkt met de eerste uiterste ribbel, dikker is dan de andere dwarsdraden, waarbij dé draagbanden die zijn uitgerust met de eerste in lengterichting lopende randen van b de draagbanden tegenover elkaar liggen en de in dwarsrichting lopende draden dienen voor het naar elkaar toe trekken van de uiterste ribbel en de tweede naar binnengelegen ribbel voor het begrenzen van een verbreed ribbel gedeelte, b) een paar reeksen van sluitelementen die zi jn gemon- 20 teerd op een platte zijde van de respectieve draagband langs de eerste in lengterichting lopende rand, en c) een paar steken van naaidraden die de respectieve reeksen van sluitelementen bevestigen aan de corresponderende draagbanden langs de eerste in lengterichting lopende randen, waarbij elk van de 25 steken van naaidraden loopt door de ene van de draagband in een groef tussen de tweede en de derde ribbels.
2. Ritssluiting volgens conclusie 1, met het kenmerk. dat elk van de dwarsdraden over vier aangrenzende ribbels loopt.
3. Ritssluiting volgens conclusie 2, met het kenmerk. 30 dat elk van de dwarsdraden een patroon heeft van U-U/0-0i U. Ritssluiting volgens conclusie 1, met het kenmeik. dat elk van de kettinggebreide banen een aantal van eerste draden omvat d/ie zijn gebreid in een patroon van 0-1/1-0, een aantal van tweede draden die zijn gebreid in een patroon van 1-0/1-2, een aantal van derde 35 draden met een patroon van h—h/0—0, en een aantal van vierde draden met 7905885 een patroon van 1-1/0-0, waarbij de eerste uiterste ribbel alleen maar is gevormd met een van de eerste draden.
5. Bitssluiting zoals weergegeven in de tekening en/of besproken aan de hand daarvan. 790 5 8 8 5
NL7905885A 1978-07-31 1979-07-31 Ritssluiting. NL7905885A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP10540678 1978-07-31
JP1978105406U JPS5925216Y2 (ja) 1978-07-31 1978-07-31 スライドフアスナ_用経編テ_プ

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL7905885A true NL7905885A (nl) 1980-02-04

Family

ID=14406723

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL7905885A NL7905885A (nl) 1978-07-31 1979-07-31 Ritssluiting.

Country Status (12)

Country Link
US (1) US4265003A (nl)
JP (1) JPS5925216Y2 (nl)
AU (1) AU522866B2 (nl)
BE (1) BE877991A (nl)
BR (1) BR7904947A (nl)
CA (1) CA1131891A (nl)
DE (1) DE2930910A1 (nl)
ES (1) ES245332Y (nl)
FR (1) FR2432568B1 (nl)
GB (1) GB2027078B (nl)
IT (1) IT1119335B (nl)
NL (1) NL7905885A (nl)

Families Citing this family (14)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS6225141Y2 (nl) * 1980-03-18 1987-06-27
JPS5712910U (nl) * 1980-06-25 1982-01-22
JPS5951808B2 (ja) * 1980-09-10 1984-12-15 ワイケイケイ株式会社 開離嵌插具付きスライドフアスナ−
AU529365B2 (en) * 1980-09-18 1983-06-02 Yoshida Kogyo K.K. Warp-knit slide fastener stringer tape
JPS60180516U (ja) * 1984-05-10 1985-11-30 ワイケイケイ株式会社 スライドフアスナ−
JPH04331895A (ja) * 1991-04-16 1992-11-19 Takano Co Ltd 電磁式カップリング
JP2624412B2 (ja) * 1991-09-30 1997-06-25 ワイケイケイ株式会社 隠しスライドファスナー用経編テープ
US5353486A (en) * 1992-11-13 1994-10-11 Minnesota Mining And Manufacturing Company Narrow fiberglass knit tape
JP3320560B2 (ja) * 1994-08-26 2002-09-03 ワイケイケイ株式会社 経メリヤス製ファスナーテープ
JP3407165B2 (ja) * 1995-05-18 2003-05-19 ワイケイケイ株式会社 編込みスライドファスナー
US20040118165A1 (en) * 2002-12-23 2004-06-24 Jui-Tung Hung Warp knitted fabric for zipper stitched thereon
JP4312676B2 (ja) * 2004-07-26 2009-08-12 Ykk株式会社 スライドファスナー用ストリンガー
WO2012042616A1 (ja) * 2010-09-29 2012-04-05 Ykk株式会社 編物製テープを備えたファスナーストリンガー
TWM508937U (zh) * 2015-02-26 2015-09-21 Charm Young Industry Co Ltd 針織經編隱形拉鍊帶

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2016141C2 (de) * 1970-04-04 1983-05-26 Opti Patent-, Forschungs- und Fabrikations-AG, 8750 Glarus Reißverschluß mit gewirkten Tragbändern
DE2016146C3 (de) * 1970-04-04 1979-12-13 Opti-Patent-Forschungs- Und Fabrikations- Ag, Glarus (Schweiz) Reißverschluß mit gewirkten Tragbändem
DE2016140C3 (de) * 1970-04-04 1979-08-02 Opti-Patent-, Forschungs- Und Fabrikations-Ag, Glarus (Schweiz) Kettengewirktes Tragbandpaar für Reißverschlüsse mit Verschlußgliedern
BE754689A (fr) * 1970-04-04 1971-01-18 Opti Holding Ag Bande textile d'attache pour rangees d'accrochage de fermeturesa glissiere
JPS5514253Y2 (nl) * 1973-08-28 1980-04-01
JPS5435767Y2 (nl) * 1973-11-30 1979-10-30

Also Published As

Publication number Publication date
IT7968587A0 (it) 1979-07-30
BE877991A (fr) 1979-11-16
FR2432568A1 (nl) 1980-02-29
JPS5523109U (nl) 1980-02-14
BR7904947A (pt) 1980-04-22
ES245332Y (es) 1980-06-16
ES245332U (es) 1979-12-16
GB2027078B (en) 1982-11-03
US4265003A (en) 1981-05-05
IT1119335B (it) 1986-03-10
AU4916479A (en) 1980-02-07
AU522866B2 (en) 1982-07-01
GB2027078A (en) 1980-02-13
JPS5925216Y2 (ja) 1984-07-25
CA1131891A (en) 1982-09-21
FR2432568B1 (nl) 1982-10-22
DE2930910A1 (de) 1980-02-28

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL7905885A (nl) Ritssluiting.
DE112013006554B4 (de) Reißverschlusskette ohne Tragband und Gegenstand mit Reißverschluss
US4103717A (en) Seam webbing
NL8101223A (nl) Ritssluiting.
CN103228167A (zh) 拉链条以及拉链
US3708836A (en) Warp-knit slide-fastener stringer
US9027367B2 (en) Knitted velcro sleeve
US4228566A (en) Slide fastener stringer
US5685177A (en) Knit slide fastener with reinforced edge section for attachment of chain
US10595595B2 (en) Curved slide fasteners and related systems
NL8100931A (nl) Ritssluitingdraagband voor gebreide stoffen.
KR960041451A (ko) 니트 슬라이드 파스너
NL7909029A (nl) Ritssluitingdraagband.
EP0815764B1 (en) Knit slide fastener stringer
NL8103482A (nl) Ritssluitingdraagband.
NL8005636A (nl) Ritssluitingdraagband met ventilatiegaten.
US4485532A (en) Separable slide fastener
US3983721A (en) Slide fastener tape
NL7905293A (nl) Kettinggebreide draagband voor ritssluitingen.
GB1492121A (en) Concealed sliding clasp fasteners
NL7907148A (nl) Losmaakbare ritssluitingketting en werkwijze voor het vervaardigen daarvan.
US4409802A (en) Warp-knit stringer tape for slide fasteners
US2703889A (en) Fastener for garments or the like
NL8105516A (nl) Ketting gebreide draagband voor ritssluiting.
NL8104128A (nl) Losmaakbare ritssluiting.

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
A85 Still pending on 85-01-01
BV The patent application has lapsed