NL8000682A - Mengsel van stereoisomeren van een alfa-cyaan-3- -(4-halogeenfenoxy)benzyl-2-(4-chloorfenyl) isovaleraat, werkwijze voor het bereiden daarvan en preparaat, dat dit mengsel bevat. - Google Patents

Mengsel van stereoisomeren van een alfa-cyaan-3- -(4-halogeenfenoxy)benzyl-2-(4-chloorfenyl) isovaleraat, werkwijze voor het bereiden daarvan en preparaat, dat dit mengsel bevat. Download PDF

Info

Publication number
NL8000682A
NL8000682A NL8000682A NL8000682A NL8000682A NL 8000682 A NL8000682 A NL 8000682A NL 8000682 A NL8000682 A NL 8000682A NL 8000682 A NL8000682 A NL 8000682A NL 8000682 A NL8000682 A NL 8000682A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
mixture
isomer
crystals
chlorophenyl
isovalerate
Prior art date
Application number
NL8000682A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Sumitomo Chemical Co
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Sumitomo Chemical Co filed Critical Sumitomo Chemical Co
Publication of NL8000682A publication Critical patent/NL8000682A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01NPRESERVATION OF BODIES OF HUMANS OR ANIMALS OR PLANTS OR PARTS THEREOF; BIOCIDES, e.g. AS DISINFECTANTS, AS PESTICIDES OR AS HERBICIDES; PEST REPELLANTS OR ATTRACTANTS; PLANT GROWTH REGULATORS
    • A01N37/00Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing organic compounds containing a carbon atom having three bonds to hetero atoms with at the most two bonds to halogen, e.g. carboxylic acids
    • A01N37/36Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing organic compounds containing a carbon atom having three bonds to hetero atoms with at the most two bonds to halogen, e.g. carboxylic acids containing at least one carboxylic group or a thio analogue, or a derivative thereof, and a singly bound oxygen or sulfur atom attached to the same carbon skeleton, this oxygen or sulfur atom not being a member of a carboxylic group or of a thio analogue, or of a derivative thereof, e.g. hydroxy-carboxylic acids
    • A01N37/38Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing organic compounds containing a carbon atom having three bonds to hetero atoms with at the most two bonds to halogen, e.g. carboxylic acids containing at least one carboxylic group or a thio analogue, or a derivative thereof, and a singly bound oxygen or sulfur atom attached to the same carbon skeleton, this oxygen or sulfur atom not being a member of a carboxylic group or of a thio analogue, or of a derivative thereof, e.g. hydroxy-carboxylic acids having at least one oxygen or sulfur atom attached to an aromatic ring system

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Agronomy & Crop Science (AREA)
  • Pest Control & Pesticides (AREA)
  • Plant Pathology (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Dentistry (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Agricultural Chemicals And Associated Chemicals (AREA)
  • Organic Low-Molecular-Weight Compounds And Preparation Thereof (AREA)

Description

t
Mengsel van stereoisomeren van een a-cyaan-3-(4-halogeenfenoxy)benzyl-2“ (4-chloorfenyl)isovaleraat, werkwijze voor het bereiden daarvan en preparaat, dat dit mengsel bevat.
De uitvinding heeft betrekking op een sterk actief mengsel van stereoisomeren van een a-cyaan-3-(4-halogeenfenoxy) benzyl-2-(4-chloorfenyl)isovaleraat met de formule 1, waarin X een fluoratoom, een chlooratoom of een brcjomatoom voorstelt en * een 5 asymmetrisch koolstofatoom aanduidt, dat tenminste 60% bevat van een entantiomerenpaar van een verbinding met de formule 1 met een (S)-configuratie aan zowel de zuurrest als de alkoholrest, of nagenoeg uit het oenantiomerenpaar bestaat, een werkwijze voor het bereiden daarvan en een insecticide en/of acaricidepreparaat, dat dit mengsel 10 bevat.
a-Cyaan-3-(4-halogeenfenoxy)benzyl-2-(4-chloor-fenyl)isovaleraten met de formule 1 zijn waardevolle insecticiden en/of acariciden. Deze esters hebben een asymmetrisch koolstofatoom aan de zuurrest en één aan de alkoholrest. Een op de gebruikelijke 15 wijze verkregen ester is een mengsel, dat uit nagenoeg gelijke hoeveelheden van de vier isomeren bestaat.
Van deze optische isomeren wordt in de onderstaande tabel A een overzicht gegeven.
Tabel A
20 Afkortingen voor optische isomeren _zuurrest__
Alkoholrest (S)-configuratie racemisch (R)-configuratie (S)-configuratie Αα-isomeer a-isomeer Ba-isomeer racemisch A- isomeer "racemaat" B -isomeer 25 (R)-configuratie Αβ-isomeer β-isomeer Bβ-isomeer
Het oen antiomerenpaar van het Αβ-isomeer en het Βα-isomeer wordt aangeduid als Y-isomeer en het oenantiomeren- 8000682
V
2 r paar van het Αβ-isomeer en het Βα-isomeer als X-isomeer.
Act—isomeer, Bct-isomeer, Αβ-isomeer en Ββ-isomeer vertonen grote verschillen in insecticide en/of acaricidewerking en het Αα-isomeer, te weten een ester met een (S)-configuratie aan 5 zowel de zuur- als de alkoholrest heeft de sterkste activiteit.
Een esterracemaat met de formule 1, dat bereid is uit een gewoon racemaat, bevat bijna gelijke hoeveelheden van alle isomeren en heeft dan ook een activiteit, die slecht een kwart van de activiteit van het Αα-isomeer bedraagt. Een werkwijze voor het bereiden van een 10 ester met de formule 1 met een hoog gehalte aan Αα-isomeer zou om deze reden in de praktijk dan ook zeer voordelig zijn.
Mogelijke middelen voor het bereiken van dit doel zouden bijvoorbeeld zijn een werkwijze ter bereiding van een ester (A-isomeer) met een (S)-configuratie aan de zuurrest (dat wil zeggen 15 een mengsel van Αα-isomeer en Αβ-isomeer) een ester met een (S)-configuratie aan de alkoholrest (dat wil zeggen een mengsel van Αα-isomeer en Βα-isomeer) of het Αα-isomeer zelf. Men kan echter geen van deze werkwijzen uitvoeren zonder een optisch actieve uitgangsstof, die in het algemeen wordt verkregen door ingewikkelde 20 werkwijzen, te weten optische splitsing.
Combinaties van Αα-isomeer en Ββ-isomeer en van Αβ-isomeer en Βα-isomeer staan elk tot elkaar in verband als oenantio-merenpaar. De andere combinaties van isomeren zijn diastereomeren van elkaar. Indien er dan ook werkwijzen zouden worden ontwikkeld, 25 die een Y-isomeer kunnen opleveren, is het te verwachten dat de insecticide en/of acaricidewerking van een ester met de formule 1 in racemische vorm, die men langs conventionele weg kan verkrijgen, bijna het dubbele is, omdat het Y-isomeer wel 50% Αα-isomeer bevat.
Tot dusver heeft men diastereomeren gewonnen door 30 chromatografische methoden als kolomchromatografie, dunnelaagchromato-grafie en gaschromatografie. Men kan uit de ester met de formule 1 in racemische vorm Y-isomeer of X-isomeer afscheiden. Hoewel scheiding volgens deze chromatografische methoden in een laboratorium uitvoerbaar kan zijn, zijn zij op industriële schaal nagenoeg onmogelijk 35 uit te voeren.
8000682 i 3 >
Ten aanzien van a-cyaan-3-fenoxybenzyl-2-(4-chloorfenyl)isovaleraat werden eerder werkwijzen gevonden voor het verkrijgen van Y-isomeer of aan Y-isomeerrijke ester, waartoe kan 5 worden gewezen op de ter visie gelegde Japanse octrooiaanvragen 103831/79 en 103832/79. Ter gevolge van nader intensief onderzoek aan esters, waarvan de alkoholrest is afgeleid van een a-cyaan-3-(4-halogeenfenoxy)benzylalkohol werd thans gevonden, dat zelf bij de esters volgens de uitvinding, die met de formule 1 worden voorge-10 steld, de Y-ester kan worden gekristalliseerd en men kristallisatie van Y-ester uit een racemaatoplossing kan uitvoeren door toevoeging van een Y-esterkristal als entkristal. Het was tot dusver niet bekend, dat men de Y-ester kon laten kristalliseren en nog nieuwer is het feit, dat men de Y-ester uit de racemaatoplossing kan laten 15 kristalliseren. Tengevolge van verder onderzoek werd gevonden, dat aanwezigheid van een basische katalysator in het kristallisatiesysteem bijdraagt tot een sterke vergroting van de opbrengst aan kristallijn Y-isomeer en het aldus verkregen Y-isomeer een sterke insecticide en/of acaricidewerking heeft.
20 Er werd ook ‘gevonden, dat een verbinding met de formule 1, waarin X een fluor-atoom voorstelt (deze verbinding wordt in het gevolg als "p-fluorester" aangeduid) de sterkste insecticide en/of acaricidewerking heeft en deze verbinding is dan ook uit economisch oogpunt van groot belang.
25 Aldus heeft de uitvinding betrekking op een zeer eenvoudige en gemakkelijke werkwijze voor het bereiden van een mengsel van stereoisomeren van de ester met de formule 1 uit een op industriële schaal verkrijgbare racemische ester zonder dat men enige optische splitsing of andere ingewikkelde methode behoeft toe 30 te passen. Het verkregen mengsel heeft een Sterk effect bij het bestrijden van een aantal schadelijke insecten en/of mijten en heeft derhalve grote economische betekenis.
Men kan het mengsel van stereoisomeren van de ester met de formule 1 van de uitvinding bijvoorbeeld als volgt 35 verkrijgen:
Bij een methode laat men Y-isomeer kristallise- 0000882 ΐ k ren uit een oplossing van een racemaat met de formule 1, met of zonder enting met kristallen en in aan- of afwezigheid van een basische katalysator. Eventueel concentreert men de totale massa van een brij, die het gekristalliseerdeY-isomeer in aanwezigheid van een basische 5 katalysator bevat na verwijdering of inactivering van de katalysator, waardoor men een Y-isomeerrijke ester met de formule 1 verkrijgt.
Thans zullen nadere voorbeelden worden gegeven van de bereiding van het eindprodukt van de uitvinding.
Ten eerste kan men bijvoorbeeld Y-isomeer laten 10 kristalliseren uit een racemaatoplossing, die bereid is door 2—(4— chloorfenyDisovaleriaanzuur of een reactief derivaat daarvan te laten reageren met een a-cyaan-3-(4-halogeenfenoxy)benzylalkohol of een reactief derivaat daarvan of door een 2-(4-chloorfenyl)isovaleriaan-zuurhalogenide te laten reageren met een alkalizout van Pruisisch 15 zuur en een a-cyaan-3-(4-halogeenfenoxy)benzaldehyde, met of zonder enting met kristallen, in aan- of afwezigheid van een basische katalysator, gevolgd door afscheiding van de kristallen van de moederloog. Indien men kristallisatie en afscheiding van de kristallen in afwezigheid van een basische katalysator uitvoert, brengt men de 20 uit de moederloog gewonnen ester, die een vergrote hoeveelheid X-isomeer bevat, ter epimerisatie aan de alkoholrest in contact met een basische katalysator. Nadat de verhouding van X-isomeer tot Y-iso-meer een evenwicht heeft bereikt, voert men de kristallisatie verder uit, waardoor men het racemaat bijna kwantitatief in Y-isomeer kan 25 omzetten.
Als men de kristallisatie in aanwezigheid van een basische katalysator uitvoert, kan men Y-isomeer kristallijn in een grotere hoeveelheid verkrijgen, dan aanvankelijk in het racemaat (gewoonlijk 50%) aanwezig was. De reden is, dat de basiche katalysa-30 tor epimerisatie aan het asymmetrische koolstofatoom in de alkoholrest veroorzaakt. Die tengevolge wordt X-isomeer, waaraan het gehalte in de moederloog door kristallisatie van Y-isomeer groter is geworden dan in de evenwichtstoestand, in Y-isomeer omgezet, waardoor een grotere hoeveelheid Y-isomeer wordt geproduceerd dan aanvankelijk aanwezig 35 was. In dit geval kan men de in de moederloog aanwezige ester winnen 8000692
V
5 en zuiveren ten gebruike als uitgangsstof voor de volgende kristallisatie.
Eventueel kan men inplaats van de moederloog te scheiden van de Y-isomeerkristallen, die men in aanwezigheid van 5 een basische katalysator heeft verkregen, de totale massa concentreren of aan andere geschikte maatregelen onderwerpen ter winning van het kristallijne Y-isomeer naast de moederloog, waardoor men een Y-isomeer-rijke ester verkrijgt. Bij deze eventuele andere werkwijze moet men na de kristallisatie de basische katalysator winnen of neutraliseren 10 (inactiveren) , omdat het Y'-isomeer anders mogelijk door epimerisatie aan de alkoholrest terugkeert tot het oorspronkelijke racemaat.
Deze eventuele andere werkwijze is uit industrieel en economisch oogpunt voordeliger dan andere werkwijzen, omdat men daardoor een doeltreffend gebruik maakt van het in de 15 moederloog achterblijvende Y-isomeer zonder dit te verliezen en omdat dit een eenvoudigere bewerking is.
Bij alle bovenbeschreven methoden is de verhouding van X-isomeer tot Y-isomeer in de ester, waarvan men uitgaat, bij voorkeur 1:1, maar in aanwezigheid van een basische 20 katalysator kan men elke verhouding gebruiken. Zowel de zure als de basische rest kan elke graad van optische zuiverheid hebben, maar de racemische vorm verdient de voorkeur.
Met nadruk wordt erop gewezen, dat men ter verkrijging van zuiverder Y-isomeer de aan Y-isomeer-rijke ester 25 met de formule 1 kan herkristalliseren.
Men gebruikt bij de werkwijze van de uitvinding in het algemeen een oplosmiddel, aangezien de als uitgangsstof gebruikte ester een vloeistof is, die bij de kristallisatie-temperatuur nauwelijks vloeibaar is. Men kan elk oplosmiddel gebruiken 30 zonder bepaalde beperking, mits het racemaat of het X- isomeer daarin matig oplossen en het Y-isomeer daarin voldoende weinig oplosbaar is. Voorbeelden van oplosmiddel zijn alifatische koolwaterstoffen, bijvoorbeeld hexaan, heptaan, enz., alicyclische koolwaterstoffen, bijvoorbeeld methylcyclohexaan, enz., lagere alkoholen, bijvoorbeeld 35 methanol, ethanol, enz. en oplosmiddelmengsels, die deze stoffen 8000532
V
6 bevatten. Hierbij verdienen de lagere alkoholen de voorkeur, waarbij methanol de meeste voorkeur verdient. Men kan de concentratie in de oplossing van de ester, waarvan men uitgaat, vrij kiezen tussen 1 en 95 gew.%, bijvoorkeur tussen 20 en 80 gew.%.
5 Men laat het Y-isomeer bijvoorkeur kristalli seren door enting met kristallen. Voorbeelden van entkristallen zijn het kristal van het Y-isomeer van de overeenkomstige ester. Er bestaat geen bepaalde beperking aan de te gebruiken hoeveelheid entkristal, maar gebruik van een grote hoeveelheid entkristallen 10 leidt in het algemeen tot een betere kristallisatie. De kristallisatie van Y-isomeer kan continu of semi-continu geschieden. In dit geval kan men het enten met kristallen slechts bij het begin van de kristallisatie van het Y-isomeer uitvoeren.
Voorbeelden van de basische katalysator zijn 15 stikstofhoudende basen als ammoniak, hydrazine, methylamine, ethyl- amine, n-propylamine, isopropylamine, n-butylamine, dimethylamine, diethylamine, di-n-propylamine, di-n-butylamine, trimethylamine, triethylamine, cyclohexylamine, ethyleendiamine, ethanolamine, pyrrolidine, piperidine, morfolino, aniline, 1-naftylamine, pyridine, 20 chinoline, 1,5-diazabicyclo/ 4,3,0 7-noneen-5, enz, fosforhoudende basen als trifenylfosfine, tri-n-butylfosfine, enz., kwaternaire ammoniumhydroxyden als tetramethylammoniumhydroxyde, tetra-n-butyl- · ammoniumhydroxyden, enz. metaalbevattende basen als natriumhydroxyden, kaliumhydroxyden, natriumcarbonaat, natriumcyanide, natriummethylaat, 25 natriumhydride, natriumamide, talk, bentoniet, enz., basische ionenuitwisselende harsen, enz., waarbij ammoniak en triethylamine de voorkeur verdienen.
Men kan de verhouding van katalysator tot ester, waarvan men uitgaat, vrij kiezen tussen 0,OOlen 100 mol.% 30 bijvoorkeur tussen 1 en 100 mol.%, indien de katalysator een zwakke base is als stikstofhoudende en fosforhoudende basen, enz. Sterke basen als kwaternair ammoniumhydroxyde, natriumhydroxyde, kalium-hydroxyde, natriumhydride, enz., worden bijvoorkeur gebruikt in een hoeveelheid van tenhoogste 10 mol.% teneinde belangrijke ontleding 35 van de katalysator te voorkomen.
8000682 * 7
Theoretisch kan men een kristallisatietemperatuur van minder dan het smeltpunt van het gewenste Y-isomeer gebruiken, maar in het algemeen voert men de werkwijze van de uitvinding uit bij een temperatuur, die meer dan 20 °C onder dit smeltpunt ligt 5 en bij voorkeur bij -50-0 °C.
De volgende voorbeelden lichten de uitvinding toe.
In deze voorbeelden is de verhouding van X-isomeer tot Y-isomeer gaschromatografisch geanalyseerd.
Voorbeeld I
10 Men loste 700 mg racemaat van p-fluorester met de formule 1, waarin X een fluoratoom voorstelt, op in hexaan en
adsorbeerde de oplossing aan een silicagelkolom (Lobor Columm, Size B
Lichroprep Si 60; een produkt van Merck Co.) en elueerde met een mengsel van hexaan en ethylacetaat, volumeverhouding 80:1. Men 15 onderwierp het eluaat aan gaschromatografie ter bepaling van de verhouding X-isomeer tot Y-isomeer. Fracties (Y-isomeer) die later tijdens de gaschromatografie werden geelueerd, werden gecombineerd en geconcentreerd tot 160 mg Y-isomeer. Men bewaarde het Y-isomeer in een koelkast bij 0°C, waarbij men kristallen verkreeg met een o 20 smeltpunt van 36-39 C.
Voorbeeld II
Men herhaalde de werkwijze van voorbeeld I ter afscheiding van Y-isomeer uit een racemaat van p-chloorester met de formule 1, waarin X een chlooratoom voorstelt, door chromatografie.
25 Smeltpunt 32-35 °C.
Voorbeeld III
Men herhaalde de werkwijze van voorbeeld I ter afscheiding van Y-isomeer van een racemaat van p-broomester met de formule 1, waarin X een broom-atoom voorstelt, door chromatografie. 30 Smeltpunt 38-41 °C.
Voorbeeld IV
Men loste 10 g racemaat van p-broomester op in 15 g methanol en koelde de oplossing tot -19°C. Bij de oplossing voegde men 0,1 g Y-isomeerkristallen en 0,1 g triethylamine en roerde 35 het verkregen mengsel 4 dagen bij -17 °C. Daarna voegde men een 8000682 ί 8 mengsel van 15 g tolueen en 15 g 1% zoutzuur toe en roerde het verkregen mengsel, waarna men het aan fasescheiding onderwierp.
De olielaag werd met water gewassen en geconcentreerd tot 9,8 g Y-isomeerrijke p-broomester met een verhouding van X-isomeer tot ς 22° Y-isomeer van 20:80. nD = 1,5801.
Voorbeeld V
Men loste 10 g p-chloorester op in 15 g methanol en koelde de oplossing tot -19 °C af. Men voegde bij de oplossing 0,1 g Y-isomeerkristallen en 0,4 ml 10,5% ammoniak-methanol-^ oplossing en roerde het verkregen mengsel 7 dagen bij -19 °C.
De kristallen werden afgefiltreerd. Gewassen met een kleine hoeveelheid koude methanol van mindér dan -10 °C en in vacuum gedroogd tot 6,2 g Y-isomeerkristallen met smeltpunt 40,0-42,5°C.
Voorbeeld VI 15
Men loste 8,09 g p-fluorester op m 8,09 g methanol en 8,09 g heptaan en koelde de oplossing tot -15 °C af.
Bij de oplossing voegde men 0,94 ml 8,4% ammoniak-methanoloplossing en 10 mg Y-isomeerkristallen en roerde het verkregen mengsel 3 dagen als zodanig. Daarna voegde men bij het systeem 0,26 ml azijn- 20
zuur, filtreerde de kristallen af, waste met 10 ml koude heptaan van -20 tot -10°C en droogde tot 4,83 g kristallen met smeltpunt 42-45°C. Voorbeeld VII
Men loste 2,02 g p-chloorester op in 4,04 g methanol en koelde de oplossing tot -10 °C af. Bij de oplossing 25 voegde men 10 mg Y-isomeerkristallen en 0,34 ml 8,4% ammoniak-methanoloplossing en roerde het verkregen mengsel 3 dagen. Daarna voegde men bij het systeem 1 ml 10% zoutzuur, 5 ml tolueen en 5 ml water en liet het systeem onder roeren bij 20-25 °C staan. Daarna verwijderde men de waterlaag en waste de olielaag tweemaal met water en 30 concentreerde tot 1,99 g Y-isomeerrijke p-chloorester met een verhouding van X-isomeer tot Y-isomeer van 30:70.
22 5°
n^f = 1,5739 Voorbeeld VIII
Men loste 11,2 g p-fluorester op in 16,8 g
O C
^ methanol en koelde de oplossing tot -30 °C af. Bij de oplossing voegde 8000682 Ί 9 men 0,46 ml triethylamine en 0,5 g Y-isomeerkristallen en roerde het mengsel 3 dagen als zodanig. Daarna voegde men bij het systeem 3 ml 10%-zoutzuur, 20 ml water en 20 ml tolueen en liet het mengsel onder roeren bij 20-25 °C staan, waarna men het aan fasescheiding onder- 5 wierp. De aldus afgescheide olielaag werd tweemaal met water gewassen en geconcentreerd tot 10,95 g Y-isomeerrijke p-fluorester met een verhouding van X-isomeer tot Y-isomeer van 18:82.
22 5° = 1,5610.
Voorbeeld IX
10 Men loste 5,0 g p-fluorester op in 10,0 g methanol en koelde de oplossing tot -10 °C af. Bij de oplossing voegde men 0,58 ml 8,4% ammoniak-methanoloplossing en 10 mg Y-isomeer kristallen en roerde het verkregen mengsel 2 dagen. Daarna voegde men bij het systeem 2 ml 10%-zoutzuur, 10 ml tolueen en 20 ml water 15 en liet het mengsel onder roeren bij 20-25 °C staan, waarna men het aan fasescheiding onderwierp. De aldus afgescheide olielaag werd tweemaal gewassen met water en geconcentreerd tot 9,85 g Y-isomeerrijke p-fluorester met een verhouding van X-isomeer tot Y-isomeer van 32:68.
23° 20 nj = 1,5601
De insecticiden en/of acariciden van de uitvinding zijn zeer doeltreffend voor het bestrijden van de hieronder genoemde schadelijke insecten op oogstplanten, fruitbomen, groenten, bossen en houtbegroeiing, besmettende insecten en schadelijke insecten op 25 vee, vertonen een sterke insecticide en/of acaricidewerking en resterende werking tegen deze schadelijke insecten en zijn weinig toxisch voor muizen, ratten en andere zoogdieren. Om deze reden bestaan er geen bepaalde beperkingen aan het terrein, waarop men de verbindingen van de uitvinding voordelig kan toepassen. Aldus kan men ze toepassen 30 op de 1. Orde van de Hemiptera, met name op de: witte rugplanten-sprinkhaan, kleine bruine plantensprinkhaan, bruine plantensprinkhaan, groene rijstbladsprinkhaan, graanluis, groene perzikluis, katoenluis, koolluis, gewone groene stinkkever, azalea-35 kantvleugelluis en citrusvlieg.
8000682 > 10 2. Orde van de Lepidoptera, met name op de: perzikbladvreter, theebladvreter, appelbladvreter, citroenbladvreter, zwartrugmot, zomerfruitroller, theeroller, rijststengelboorder, grasbladroller, maisboorder, dennemot, tentrups, akebiabladacjtige mot, 5 wapenworm, koolwapenworm, tabakskerfworm en kleine citrushond.
3. Orde van de Coleoptera, met name op de: gestreepte vliegkever, duikelbladkever, rijstbladkever, rijstplant-tor, azukiboontor, koperschaver en sojakever.
4. Orde van de Diptera, met name op de: IQ gele koortsmug, anofeles, gewone mug, huisvlieg, uienmade, groene fles-vlieg, vleesvlieg en rijstbladvreter.
5. Orde van de Orthoptera, met name op de : kortvleugelige rijstsprinkhaan.
6. Orde van de Isoptera, met name op de: 15 Formosaanse onderaardse termiet en Japanse termiet.
7. Orde van Blattoidea, met name op de:
Duitse kakkerlak, Amerikaanse kakkerlak en rookbruine kakkerlak.
8. Orde van de Acarina met name op de karmijtmijt, tweevlekkige spinmijt, sugispinmijt, rode citrusmijt, 20 Europese rode mijt, Japanse citrusroestmijt, cyclaammijt en runderteek.
Mén kan de verbindingen van de uitvinding in het veld toepassen zonder ze te combineren met andere bestanddelen, maar het is gebruikerlijker een preparaat te bereiden onder gebruikmaking 25 van een drager, dat de hantering als bestrijdingsmiddel vergemakkelijkt en het preparaat na geschikte verdunning te gebruiken. Men kan elk gewenst preparaat bereiden, bijvoorbeeld een emulgeerbaar concentraat, een bevochtigbaar poeder, een verstuifpreparaat, korrels, fijne korrels, een olie, een aerosol, een thermisch uitrookmiddel (bijvoorbeeld een 30 muggenspiraal of een elektrische muggenverdrijver, enz.), een sproei als een mist, een nietthermisch rookmiddel en een vergiftig lokaas, uit de verbindingen van de uitvinding zonder dat daaraan bijzondere voorwaarden gebonden zijn waartoe men de werkwijze kan toepassen, die bij de bereiding van algemene agrichemicaliën gebruikelijk zijn. De bereide 35 preparaten kunnen voor verschillende doeleinden worden toegepast.
80006?? 11
Men kan twee of meer verbindingen van de uitvinding combineren tot een sterkere insecticide en/of acaricidewerking. De insecticide en/of acaricidewerking van een verbinding van de uitvinding kan ook worden vergroot door vermenging met bekende synergistica 5 voor pyrethroiden als / 2-(2-butoxyethoxy)ethoxy_7-4,5-methyleendioxy-2-propyl-tolueen (verder aangeduid als piperonylbutoxyde (PBO)), 1,2-methyleendioxy-4-/ 2-(octylsulfinyl)propyl /benzeen (verder aangeduid als sulfoxyde), 4-(3,4-methyleendioxufenyl)-5-methyl-l,3-dioxan (verder aangeduid als safroxan), N-(2-ethylhexyl)bicyclo/ 2,2,1J-10 hept-5-een-2,3-dicarboximide (verder aangeduid als MGK-264), octachloor-dipropylethyl (aangeduid als S-421), isobronylthiocyanoacetaat (verder aangeduid als thaniet), enz. en bekende effectieve synergistica voor allethrine en pyrethrine.
15 Hoewel de verbindingen van de uitvinding bestand zijn tegen licht, warmte en oxydatie, kan men een stabilere verbinding verkrijgen door opneming van een geschikte hoeveelheid antioxydant, UV absorbeerder of stabilisator als een fenolderivaat, bijvoorbeeld BHT of BHA, een bisfenolderivaat, arylaminen als fenyl--naftylamine, 20 fenyl- -naftylamine en een condensatieprodukt 'van fenetidine en aceton, of een benzofenonverbinding.
Men kan preparaten voor meerdere doeleinden bereiden of een synergistisch effect veroorzaken door de verbindingen van de uitvinding te combineren met andere fysiologische actieve, stoffen 25 als allethrine, N-(chrysanthemoylmethyl)-3,4/5,6-tetrahydroftalimide (verder aangeduid als tetramethrine), 5-benzyl-3-furylmethylchrysanthe-maat (verder aangeduid als resmethrine), 3-fenoxybenzylchrysanthemaat, 5-propargylfurfurylchrysanthemaat, en andere bekende cyclopropaancar-bonzuuresters en isomeren daarvan, of pyrethrumextract, organofosforin-30 secticiden en acariciden als 0,0-dimetyyl-0-(3-methyl-4-nitrofenyl)-fosforthioaat (verder aangeduid als genitrothion), O,O-dimethyl-O-4-cyanfenylfosforthioaat (verder aangeduid als cyanofos) en 0,0-dimethyl-0-(2,2-dichloorvinyl)fosfaat (verder aangeduid als dichloorfase), carbamaten met insecticidewerking als 1-naftyl-N-methylcarbamaat, 35 3,4-dimethylfenyl-N-methylcarbamaat, m-tolyl-N-methylcarbamaat, 0-sec- butylfenyl-N-methylcarbamaat, O-isopropoxy-fenyl-N-methylcarbamaat, 8600632 12 3-methyl-4-dimethylaminofenyl-N-monomethylcarbamaat en 4-dimethyl-amino-3,5-xylylmethylcarbamaat en andere insecticiden, acariciden, fungiciden, nematociden, herbiciden, plantengroeiregelaars, kunstmesten, pesticiden tegen microorganismen, insexthormonen en andere pesticiden.
5 Men kan de verbindingen van de uitvinding in een insecticide en/of acaricidepreparaat opnemen in een hoeveelheid van bijvoorkeur 0,001-80%, liefst van 0,01-50%.
De sterke insecticide en/of acaricidewerking van de verbindingen van de uitvinding wordt nader beschreven aan de 10 hand van de volgende preparaatvoorbeelden en proeven.
Verbinding betekenis X Voorbeeld van de uit- in de formu- Nr.
vinding nr. Ie_ _ (1) X : F 1 (2) X : Cl 5 -15 (3) X : Br 3 (4) X : Br 4 (5) X : F 9
Preparaat-voorbeeld I
Men vermengde 10 delen van elk der verbindin- 20 gen van de uitvinding 1, 2, 3, 4 en 5 met 15 delen Sorpol 3005x (een geregistreerd handelsmerk van Toho Chemical Co., Ltd) en 75 delen xyleen en roerde het mengsel grondig onder verkrijging van een 10% emulgeerbaar concentraat.
Preparaatvoorbeeld II 25
Men loste 0,5 delen van elk van de verbindingen van de uitvinding 1, 2, 3, 4 en 5 op in 20 delen aceton. Men voegde bij de oplossing 99,5 delen kleiaarde met een deeltjesgrootte van 0,5 mm en roerde het mengsel grondig. De aceton werd afgedestilleerd onder verkrijging van een 0,5% verstuifbaar poeder.
30
Preparaatvoorbeeld III
Men vermengde 0,2 delen van elk van de verbindingen van de uitvinding 1, 2, 3 en 4 met 2 delen m-tolyl-N- methylcarbamaat en 0,3 delen PAP (isopropylfosfaat) en loste het mengsel op in 20 delen aceton. Men voegde bij de oplossing 97,5 delen 35 kleiaarde met een deeltjesgrootte van 0,05 mm en roerde het mengsel 8000632 13 grondig. Men destilleerde de aceton af onder verkrijging van een 2,2% verstuifbaar poeder.
Preparaatvoorbeeld IV
Men vermengde 50 delen van elk van de 5 verbindingen van de uitvinding 1, 2, 3 en 4 grondig met Sorpol 5029-0 (speciale anionogene oppervlakteactieve stof). Bij dit mengsel voegde men 45 delen diatomeeenaarde met een deeltjesgrootte van 0,05 mm en roerde het verkregen mengsel grondig onder verkrijging van een 50% bevochtigbaar poeder.
10 Preparaatvoorbeeld V
Men vermengde 10 delen van elk van de » verbindingen van de uitvinding 1, 2, 3 en 4 met 2,0 delen dimethyl-
S-methylcarbamoylmethylfosforothionaat. Bij dit mengsel voegde men 5 delen Sorpol 3005x (boven beschreven) en 80 delen diatomeeenaarde 15 van 0,05 mm deeltjesgrootte. Het verkregen mengsel werd grondig geroerd onder verkrijging van een 30% bevochtigbaar poeder. Preparaatvoorbeeld VI
Men vermengde 2 delen van elk van de verbindingen van de uitvinding 1, 2, 3 en 4 grondig met 2 delen 20 natriumligninesulfonaat (bindmiddel) en 96 delen kleiaarde (drager) in een aanwrijfinrichting. Men voegde onder roerde aan het mengsel water toe in een hoeveelheid van 10 gew.%, berekend op het mengsel. Men leidde het verkregen mengsel door een granuleerinrichting onder vorming van korrels, die men daarna aan de lucht dr’oogde tot een 25 2% korrel.
Preparaatvoorbeeld VII
Men loste 0,5 delen verbinding I van de uitvinding op in lamppetroleum onder vorming van een totaal van 100 delen ter verkrijging van een Q,5% olie.
30 Preparaatvoorbeeld VIII
Men loste een mengsel van 0,5 delen verbinding 2 van de uitvinding en 2 delen PBO (zie boven) op in lamppetroleum tot een totaal van 100 delen onder verkrijging van een 0,5% olie.
8000682 14
Uit de volgende proefvoorbeelden blijkt, dat de aldus bereide insecticiden en acariciden van de uitvinding een sterke werking hebben.
5 In de volgende proefvoorbeelden verwerkte men het "racemaat" (conventioneel produkt) van elk van de verbindingen met de formule 1 op dezelfde wijze als in elk proefvoorbeeld, waarna men het als vergelijkingsverbinding gebruikte.
Referentieverbinding a: verbinding met de formule
10 1, waarin X = F
b: verbinding met de formule 1, waarin X =* Cl c: verbinding met de formule 1, waarin X = Br
15 Proefvoorbeeld I
Men verdunde elk van de emulgeerbare concentraten, bereid uit de verbindingen van de uitvinding, 1, 2, 3, 4 en 5 volgens preparaatvoorbeeld I met water tot een vooraf vastgestelde concentratie en voegde aan de oplossing een kleefmiddel toe in een hoeveelheid 20 van 1 ml per 3000 ml oplossing, welk kleefmiddel 20% alkylfenolpoly-ethyleenglycolether en 12% zout van ligninesulfonzuur bevatte. Men dompelde in elke oplossing gedurende 1 min. koolbladeren van twee maanden na het inzaaien. Voorts dompelde men in elke oplossing gedurende 10 sec. 10 larven van de tabakskerfworm in het derde stadium.
25 Daarna liet men bladeren en kerfwormen aan de lucht drogen en bracht ze elk in een plasticbeker met een middellijn van 10 cm en een hoogte van 4 cm. 48 Uur later beoordeelde men overleving en sterfte ter berekening van de LC^ (gemiddelde letale concentratie in dpm).
30 8000632 15
Verbinding DC Relatief effect (dpmT (vergelijkingsverbinding: 100)
Verbinding 1 2,1 238
Verbinding 5 3,3 152
Vergelijkings- 5,0 100 verbinding a _
Verbinding 2 8,1 188
Vergelijkings- 15,1 100 verbinding b
Verbinding 3 9,5 211
Verbinding 4 12,0 167
Vergelijkings- 20,0 100 verbinding c
Proefvoorbeeld II
Men verdunde de verbindingen 1, 2, 3, 4 en 5 met aceton tot een voorafbepaalde concentratie en bracht 0,5 μΐ van elke oplossing plaatselijk met een injektiespuit aan op de thorax van een vrouwelijke volwassen huisvlieg van de CSMA-stam.
De vliegen werden in een plasticbeker gebracht met een middellijn van 12 cm, waarin zich absorberend katoen bevond, geïmpregneerd met 3% suikerwater. 24 Uur later beoordeelde men overleving en sterfte ter bepaling van de LD^q gemiddelde letale dosis, yg/insect).
Verbinding Relatief effect TïïÜ/ (vergelijkingsverbinding: 100) insect
Verbinding 1 0,020 205
Vergelijkings- 0,041 100 verbinding a _______
Verbinding 2 0,029 214
Vergelijkings- 0,062 100 verbinding b _
Verbinding 3 0,040 200
Verbinding 4 0,051 157
Vergelijkings- 0,080 100 verbinding c 8000632 16
Proefvoorbeeld III
Men bracht de verstuifbare poeder, bereid uit de verbindingen van de uitvinding 1, 2,3 en 4 volgens de werkwijze van preparaatvoorbeeld II aan op rijstzaailingen, die elk waren 5 geplant in een pot van 7,5 cm en een leeftijd van 20 dagen na het zaaien hadden. Men gebruikte een klokvatverstuiver voor het aanbrengen van elk verstuifbaar poeder bij een druk van 200 mm Hg in een hoeveelheid van 2 kg/10 are. Na de behandeling omsloot men elke pot met een metaalgaaskooi, waarin men ongeveer 30 volwassen 10 groene rijstbladsprinkhanen losliet. 24 Uur later beoordeelde men overleving en sterfte, waarbij men vond, dat de bladsprinkhanen volledig gedood waren.
Proefvoorbeeld IV
Men bracht 10 tot 15 vrouwelijke volwassen 15 karmijnmijten op telkens een blad van gepote bonen (tweebladssta-dium) 9 dagen na het zaaien. Na gedurende 1 week staan in een ruimte van een constante temperatuur van 27 °C, zag men een groep mijten in verschillende groeistadia op de bonen. Elk van de emulgeerbare concentraten, bereid uit de verbindingen van de uitvinding 1 en 2 20 volgens voorbeeld I werd verdund met de 500-voudige hoeveelheid water en op een draaitafel op de bonen aangebracht in een hoeveelheid van 10 ml/pot. Een 10 dagen later uitgevoerde waarneming liet zien, dat de van mijten bevrijde bonen lichtelijk waren beschadigd.
25 8 0 0 0 6 1 2

Claims (13)

1. Mengsel van stereoisomeren van een a-cyaan- 3-(4-halogeenfenoxy) benzyl-2-(4-chloorfenyl)isovaleraat met de formule 1, waarin X een fluor-, chloor- of broomatoom voorstelt en £ een 5 asymmetrisch koolstofatoom aanduidt, dat tenminste 60% bevat van een oenantiomerenpaar van een verbinding met de formule 1 met een (S)-configuratie aan zowel de zuurrest als de alkoholrest en eenoenantiomeer daarvan bevat met een (R)-configuratie aan zowel de zuurrest als de alkoholrest.
2. Oenantiomerenpaar van stereoisomeren van een a-cyaan-3-(4-halogeenfenoxy)benzy1-2-(4-chloorfenyl)isovaleraat met de formule 1, waarin X een fluor-, chloor- of broomatoom voorstelt en i een asymmetrisch koolstofatoom aanduidt, bestaande uit een verbinding met de formule 1 met een (S)-configuratie aan zowel de 15 zuurrest als de alkoholrest en eenoenantiomeer daarvan met een (R)-configuratie aan de zowel de zuur- als de alkoholrest, dat nagenoeg vrij is van andere stereoisomeren.
3. Mengsel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat X een fluoratoom voorstelt. 20 4.Oenantiomerenpaar volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat X een fluoratoom voorstelt.
5. Werkwijze voor het bereiden van het enantio-merenpaar van conclusie 2 met het kenmerk, dat men ditoenantiomeren-paar laat kristalliseren uit een oplossing van het a-cyaa'n-3-(4-halogeen- 25 fenoxy)benzy1-2-(4-chloorfenyl)isovaleraat, met of zonder enting met kristallen, in aanwezigheid of afwezigheid van een basische katalysator en de kristallen van de moederloog scheidt.
6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat men de kristallisatie in aanwezigheid van een 30 basische katalysator uitvoert.
7. Werkwijze voor het bereiden van het mengsel van conclusie 10, met het kenmerk, dat men hetoenantiomerenpaar laat kristalliseren uit een oplossing van het a-cyaan-3-(4-halogeen-fenoxy)benzyl-2-(4-chloorfenyl)isovaleraat, met of zonder enting met 35 kristallen, in aanwezigheid van een basische katalysator en de kristal- 8 0 0 0 6 3 1 len van het enantiomerenpaar samen met het a-cyaan-3-(4-halogeen-fenoxy)benzyl-2-(4-chloorfenyl)isovaleraat, dat zich in de moederloog bevindt, wint.
8. Werkwijze volgens conclusie 5 of 7, 5 met het kenmerk, dat de basische katalysator een stikstofhoudende base is.
9. Werkwijze volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de stikstofhoudende base ammoniak of triethyl-amine is.
10. Werkwijze volgens conclusie 5 of 7, met het kenmerk, dat men een oplosmiddel in de vorm van een lagere · alkohol, een alifatische koolwaterstof, een alicyclische koolwaterstof of een mengsel daarvan of een oplosmiddel dat tenminste één en van deze oplosmiddel/ bevat, als oplosmiddel voor de kristallisatie 15 gebruik ti ll. Werkwijze volgens conclusie 5 of 7, met het kenmerk, dat men met kristallen ent.
12. Werkwijze volgens conclusie 5 of 7, met het kenmerk, dat men de kristallisatie continu of semicontinu 20 laat plaatshebben.
13. Insecticide en/of acaricidepreparaat, met het kenmerk, dat het als actief bestanddeel een insecticide en/of acaricide hoeveelheid mengsel volgens conclusie 1 bevat.
14. Werkwijze voor het bestrijden van 25 insecten en/of mijten, met het kenmerk, dat men de insecten en/of mijten in aanraking brengt met een insecticide en/of acaricide hoeveelheid mengsel volgens conclusie 1.
15. Werkwijze voor het bestrijden van insecten en/of acari, met het kenmerk, dat men hiertoe een mengsel 30 gebruikt volgens conclusie 1. 8000532 J. I '''Jij: •V*
NL8000682A 1979-02-06 1980-02-04 Mengsel van stereoisomeren van een alfa-cyaan-3- -(4-halogeenfenoxy)benzyl-2-(4-chloorfenyl) isovaleraat, werkwijze voor het bereiden daarvan en preparaat, dat dit mengsel bevat. NL8000682A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP1303479A JPS55104253A (en) 1979-02-06 1979-02-06 Stereoisomer of more active carboxylic ester, method of obtaining it, insecticide and acaricide comprising it
JP1303479 1979-02-06

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8000682A true NL8000682A (nl) 1980-08-08

Family

ID=11821831

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8000682A NL8000682A (nl) 1979-02-06 1980-02-04 Mengsel van stereoisomeren van een alfa-cyaan-3- -(4-halogeenfenoxy)benzyl-2-(4-chloorfenyl) isovaleraat, werkwijze voor het bereiden daarvan en preparaat, dat dit mengsel bevat.

Country Status (20)

Country Link
US (1) US4279924A (nl)
JP (1) JPS55104253A (nl)
AU (1) AU529664B2 (nl)
BE (1) BE881550A (nl)
BR (1) BR8000634A (nl)
CA (1) CA1145353A (nl)
DE (1) DE3004368A1 (nl)
DK (1) DK49380A (nl)
FR (1) FR2448526A1 (nl)
GB (1) GB2041366A (nl)
GR (1) GR74073B (nl)
HU (1) HU182181B (nl)
IL (1) IL59314A0 (nl)
IT (1) IT8047804A0 (nl)
NL (1) NL8000682A (nl)
NZ (1) NZ192812A (nl)
PL (1) PL221803A1 (nl)
PT (1) PT70781A (nl)
TR (1) TR20576A (nl)
ZA (1) ZA80667B (nl)

Families Citing this family (18)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS56133253A (en) * 1980-03-24 1981-10-19 Sumitomo Chem Co Ltd Optical isomer of cyanohydrin ester, its production and insecticide and acaricide containing the same as effective ingredient
JPS56167654A (en) * 1980-05-28 1981-12-23 Sumitomo Chem Co Ltd Method for obtaining stereoisomeric mixture of more highly active phenylacetic ester derivative
DE3167334D1 (en) * 1980-10-20 1985-01-03 Sumitomo Chemical Co Preparation of insecticidal optically active isovalerate esters
JPS5793948A (en) * 1980-12-02 1982-06-11 Sumitomo Chem Co Ltd Preparation of stereoisomer mixture of higher active phenylacetic ester derivative
US4350642A (en) * 1981-03-16 1982-09-21 Shell Oil Company Process for preparation of a pesticidal phenylacetate enantiomer pair
FR2512815B1 (fr) * 1981-04-16 1989-04-14 Roussel Uclaf Nouveaux derives de l'acide cyclopropane carboxylique, leur procede de preparation, leur application a la lutte contre les parasites
US6099850A (en) * 1981-10-26 2000-08-08 Battelle Memorial Institute Termite and boring insect barrier for the protection of wooden structures
US6331308B1 (en) 1981-10-26 2001-12-18 Battelle Memorial Institute Method and apparatus for providing long term protection from intrusion by insects and other cold blooded animals
US6060076A (en) * 1981-10-26 2000-05-09 Battelle Memorial Institute Method and apparatus for providing long term protection from intrusion by insects and other cold blooded animals
US5925368A (en) * 1981-10-26 1999-07-20 Battelle Memorial Institute Protection of wooden objects in direct contact with soil from pest invasion
EP0107296B1 (en) * 1982-10-18 1987-07-15 Imperial Chemical Industries Plc Insecticidal product and preparation thereof
JPS59155350A (ja) * 1983-02-24 1984-09-04 Nippon Kayaku Co Ltd 高活性なα−シアノ−m−フエノキシベンジル−2,2−ジクロル−1−(p−エトキシフエニル)シクロプロパンカルボン酸エステルの光学異性体混合物、その製造方法およびそれを有効成分として含有する殺虫剤
US6319511B1 (en) 1989-09-01 2001-11-20 Battelle Memorial Institute Termite and boring insect barrier for the protection of wooden structures
US6572872B2 (en) 1989-09-01 2003-06-03 Battelle Memorial Institute Method and apparatus for providing long term protection from intrusion by insects and other cold blooded animals
US6852328B1 (en) 1989-09-01 2005-02-08 Battelle Memorial Institute K1-53 Method and device for protection of wooden objects proximate soil from pest invasion
JPH03236364A (ja) * 1990-08-09 1991-10-22 Nippon Kayaku Co Ltd 高活性なα―シアノ―m―フェノキシベンジル―2,2―ジクロル―1―(p―エトキシフェニル)シクロプロパンカルボン酸エステルの光学異性体混合物、その製造方法およびそれを有効成分として含有する殺虫剤
US5856271A (en) * 1995-06-07 1999-01-05 Battelle Memorial Institute Method of making controlled released devices
US5985304A (en) 1998-02-25 1999-11-16 Battelle Memorial Institute Barrier preventing wood pest access to wooden structures

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE2615435C2 (de) 1976-04-09 1984-02-09 Bayer Ag, 5090 Leverkusen Substituierte Phenoxybenzyloxycarbonylderivate, Verfahren zu ihrer Herstellung und ihre Verwendung als Insektizide und Akarizide
FR2375161A1 (fr) * 1976-04-23 1978-07-21 Roussel Uclaf Procede de transformation d'un ester d'acide chiral d'alcool secondaire a-cyane optiquement actif de structure (r) en ester d'acide chiral d'alcool secondaire a-cyane de structure (s)
JPS5324019A (en) 1976-08-18 1978-03-06 Sumitomo Chem Co Ltd Inspecticide comprising optically active isomer of alpha-cyano-3-phenoxybenzyl-2-(4-chlorophenyl)-isovalerate as an effective component
GB1594299A (en) 1977-06-10 1981-07-30 Sumitomo Chemical Co Chloro- alkoxy- and alkyl-substituted aryl carboxylates processes for producing them and their acaricidal and insecticidal use
CH635563A5 (fr) 1977-07-07 1983-04-15 Sumitomo Chemical Co Procede pour la preparation d'un alpha-cyano-3-phenoxybenzyle optiquement actif.
CA1215717A (en) 1977-09-26 1986-12-23 Samuel B. Soloway Process for converting a stereoisomeric ester into its diastereoisomer
JPS54103831A (en) 1978-01-27 1979-08-15 Sumitomo Chem Co Ltd Separation of stereoisomers of higher active cyanoo33 phenoxybenzyl 22*44chlorophenyl**isovalerate
US4176195A (en) * 1978-07-20 1979-11-27 Sumitomo Chemical Company, Limited Pesticidal α-cyanobenzyl ester enantiomer pair

Also Published As

Publication number Publication date
AU529664B2 (en) 1983-06-16
CA1145353A (en) 1983-04-26
IL59314A0 (en) 1980-05-30
GR74073B (nl) 1984-06-06
PT70781A (en) 1980-03-01
AU5459580A (en) 1980-08-14
BR8000634A (pt) 1980-10-21
GB2041366A (en) 1980-09-10
PL221803A1 (nl) 1980-12-15
JPS55104253A (en) 1980-08-09
BE881550A (fr) 1980-05-30
TR20576A (tr) 1982-01-21
DE3004368A1 (de) 1980-08-14
ZA80667B (en) 1981-07-29
IT8047804A0 (it) 1980-02-05
HU182181B (en) 1983-12-28
US4279924A (en) 1981-07-21
FR2448526A1 (fr) 1980-09-05
NZ192812A (en) 1981-11-19
DK49380A (da) 1980-08-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8000682A (nl) Mengsel van stereoisomeren van een alfa-cyaan-3- -(4-halogeenfenoxy)benzyl-2-(4-chloorfenyl) isovaleraat, werkwijze voor het bereiden daarvan en preparaat, dat dit mengsel bevat.
NL8000681A (nl) Optisch actief alfa-cyaan-3-(4-halogeenfenoxy)benzyl- -2-(4-chloorfenyl)-isovaleraat, werkwijze voor het bereiden daarvan en preparaat, dat deze stof bevat.
US4845126A (en) Insecticidal composition comprising more than one active ingredient
US3934023A (en) Insecticidal d-cis, trans-chrysanthemates
JPH0542402B2 (nl)
Gunawardena et al. Host attractants for red weevil, Rhynchophorus ferrugineus: Identification, electrophysiological activity, and laboratory bioassay
EP0036774B1 (en) Preparation of insecticidal optically active alpha-cyano-3-phenoxybenzyl 2-(4-substituted-phenyl)isovalerates
US4307036A (en) Method for preparing a mixture of stereoisomers of α-cyano-3-phenoxybenzyl 2-(4-substituted-phenyl)isovalerates
CA1263402A (en) Insecticidal ester
EP0174739B1 (en) Process for obtaining an insecticidal product and composites thereof
CA1237143A (fr) Cyclopropane carboxylates a structure allenique, leur procede et leurs intermediaires de preparation, leur application a la lutte contre les parasites et les compositions les renfermant
CA1248117A (fr) Derives de l'acide cyclopropane carboxylique, leur preparation, et leur application a la lutte contre les parasites
CH638179A5 (fr) Esters d'acides cyclopropane carboxyliques portant une chaine chloree ou bromee, procede de preparation et compositions insecticides.
EP0145179B1 (en) Halo((phenoxypyridyl)methyl)esters, process for their preparation and their use as insecticides
CZ288927B6 (cs) Insekticidní prostředek, směs izomerů cypermetrinu a způsob hubení hmyzích škůdců
JPS6346739B2 (nl)
Brooker et al. Insecticidal activity of certain benzodioxolyl carbamates
CH655302A5 (fr) Esters d'alcools aromatiques ou heteroaromatiques, leur procede et moyens de mise en oeuvre du procede, leur utilisation dans la lutte contre les ectoparasites et les compositions les renfermant.
US20150050236A1 (en) Composition for attracting male blueberry spanworm moth
FR2514007A1 (fr) Amidates d'acide thiophosphorique, leur preparation et leur utilisation comme insecticide, acaricide et/ou nematocide
WO1994017662A1 (de) (e,z)8-tetradecenylacetat, verfahren zu dessen herstellung sowie dessen verwendung zur bekämpfung von lepidopteren
FR2522323A2 (fr) Nouveaux derives de l'acide cyclopropane carboxylique, leur procede de preparation, leur application a la lutte contre les parasites
JPS63122674A (ja) ベンズイミダゾール化合物
DK149423B (da) Insecticid

Legal Events

Date Code Title Description
BV The patent application has lapsed