NL2022639B1

NL2022639B1 - Transformable cycle

Info

Publication number: NL2022639B1
Application number: NL2022639A
Authority: NL
Inventors: Rolf Carels Nikolai
Original assignee: Yaya B V
Priority date: 2019-02-26
Filing date: 2019-02-26
Publication date: 2020-09-01
Also published as: WO2020175981A1; EP3931072A1

Claims

CONCLUSIES

1. Een rijwiel (1, 101), in het bijzonder een vrachtrij- wiel, omvattende een eerste rijwieldeel (17, 117) en een tweede rijwieldeel (19, 119), waarbij het rijwiel {1, 101) een stuursamenstel (35, 135) omvat, omvattende een stuur (11, 111) in het eerste rijwiel- deel (17, 117) en een bestuurbaar wiel (5, 105) in het tweede rijwieldeel (19, 119) werkzaam met elkaar verbonden voor het besturen van het rijwiel (1, 101), waarbij het eerste rijwieldeel (17, 117) een eerste stuurdeel (53A, 153A) van het stuursamenstel (53, 153) omvat en het tweede rijwieldeel (19, 119) een tweede stuurdeel (53B, 153B) van de stuursamenstel (53, 153) omvat, waarbij de eerste en tweede rijwieldelen (17, 19; 117, 119) verstelbaar gekoppeld zijn voor het omkeerbaar transfor- meren van het rijwiel (1, 101) van een eerste, relatief lange, configuratie naar een tweede, relatief korte, configuratie met betrekking tot een lengterichting (L), met het kenmerk, dat de eerste en tweede stuurdelen (534, 53B; 153A, 153B) verplaatsbaar en werkzaam zijn verbonden draaibaar rond ten minste één rotatieas (A) die zich in hoofd- zaak in de lengterichting (L) uitstrekt voor het werkzaam overbrengen van stuuractie tussen het stuur (11, 111) en het stuurbare wiel (5, 105), waarbij bijvoorbeeld ten minste een eerste deel (59, 159) van het eerste stuurdeel (53A, 153A) draaibaar is rond een eerste rotatieas (A) en ten minste een tweede deel (61, 161) van het tweede stuurdeel (53B, 153B) draaibaar is rond een tweede rotatieas (A), de eerste en tweede rotatieassen (A, A) zich in de lengterichting (L) uitstrekken, de eerste en tweede delen (59, 61; 159, 161) verplaatsbaar zijn ten opzichte van elkaar in de lengterichting (L) en aandrijfbaar verbonden zijn voor het werkzaam overbrengen van stuuractie tussen het stuur (11, 111) en het bestuurbare wiel (5, 105) door rotatie van de eerste en tweede delen ( 59, 61; 159, 161) rond de eerste en tweede rotatieassen (A, A).

2. Een rijwiel (1, 101) volgens ten minste het inleidende deel van conclusie 1, bij voorkeur volgens één van de voor- gaande conclusies, waarbij het stuursamenstel (53, 153) ten minste één koppeling (67, 69, 73, 75; 167, 169, 173, 175) om- vat voor het werkzaam overbrengen van stuuractie tussen het stuur (11, 111) en het bestuurbare wiel (5, 105) in twee ver- schillende richtingen onder een niet-nulhoek ten opzichte van elkaar, bijvoorbeeld het stuursamenstel omvattende één of meer tandwielen, rondsels, wormwielen, tandheugels, kruiskoppelin- gen in het bijzonder cardankoppelingen, en stuurkabels, voor het werkzaam overbrengen van stuuractie tussen het stuur (11, 111) en het bestuurbare wiel (5, 105) langs een niet-lineair pad.

3. Een rijwiel (1, 101) volgens ten minste het inleidende deel van conclusie 1, bij voorkeur volgens één van de voor- gaande conclusies, omvattende, voor het omkeerbaar verschaffen van de transformatie van het rijwiel (1, 101) van de eerste naar de tweede configuratie, ten minste één van een spindel- en-moerkoppeling, een tandheugelkoppeling (47-49; 147-149), een trek- en tuierkoppeling en een transformatie-aan- drijfsamenstel, welk transformatie-aandrijfsamenstel één of meer kan omvatten van een bedieningshendels, pedalen en een transformatieaandrijvingsmotor (51, 151), bijvoorbeeld een elektromotor en/of een verbrandingsmotor.

4. Rijwiel (1, 101) volgens één van de voorgaande conclu- sies, waarbij het eerste rijwieldeel (17, 117) een verder wiel

(7, 107) omvat en ten minste één van een zadel (9, 109) en een voortstuwingsamenstel (16, 116) voor het aandrijven van het verdere wiel (7, 107), waarbij het voortstuwingssamenstel (16, 116) één of meer pedalen (35, 135), tandwielen, een ketting, een riem (39, 139), een cardankoppeling en een voortstuwingsmotor (41, 141) kan omvatten.

5. Rijwiel (1, 101) volgens één van de voorgaande conclu- sies, waarbij het eerste rijwieldeel (17, 117) een eerste framedeel (3A, 103A) omvat en het tweede rijwieldeel (19, 119) een tweede framedeel (3B, 103B) omvat, waarbij ten minste een deel (43, 45; 143, 145) van de eerste en tweede framedelen (3A, 3B; 103A, 103B) telescopisch ten opzichte van elkaar zijn.

6. Rijwiel (1, 101) volgens één van de voorgaande conclu- sies, omvattende een laadruimte (13, 113) verbonden met de eerste en tweede rijwieldelen (17, 19; 117, 119), waarbij de laadruimte (13, 113) reversibel vervormbaar is geassocieerd met de transformatie van het rijwiel (1, 101) tussen de eerste en tweede configuratie.

7. Rijwielrijwiel (1, 101) volgens conclusie 6, waarbij het eerste rijwieldeel (17, 117) een eerste laadruimtedeel (21, 121) van de laadruimte (13, 113) omvat en het tweede rij- wieldeel (19, 119) een tweede laadruimtedeel (23, 123) van de laadruimte (13, 113) omvat.

8. Rijwielrijwiel (1, 101) volgens conclusie 6 of 7, waarbij de laadruimte (13, 113) omkeerbaar vervormbaar is doordat ten minste een deel van de eerste en tweede laadruim- tedelen (21, 23; 121, 123) verplaatsbaar zijn ten opzichte van elkaar in de lengterichting (L) voor het verstellen van een laadvolume van de laadruimte (13, 113).

9. Rijwielrijwiel (1, 101) volgens een der voorgaande conclusies 6-8, waarbij de laadruimte (13, 113) reversibel vervormbaar is doordat ten minste een deel van de laadruimte (13, 113) telescopisch is.

10. Rijwielkringloop (1, 101) volgens een der voorgaande conclusies, omvattende een laadruimte (13, 113) aangebracht tussen het stuur (11, 111) en het bestuurbare wiel (5, 105).

11. Rijwiel (1, 101) volgens een der voorgaande conclu- sies, omvattende een laadruimte (13, 113), waarbij de laadruimte (13, 113) opstaande wanden (25, 27, 29, 31; 125, 127, 129, 131) omvat die ten minste gedeeltelijk een holte (C) definiëren, in het bijzonder een één of meer passagiers ruimte verschaffende holte, en/of waarbij de laadruimte (13, 113) een passagierszetel omvat, in het bijzonder omvattende een of meer zittingen, ten minste gedeeltelijk omvat in de holte (C).

12. Rijwiel (1, 101) volgens één der voorgaande conclu- sies, omvattende een laadruimte (13, 113), waarbij de laadruimte (13, 113) opstaande zijwanden (27, 31; 27, 131) om- vat ten opzichte van de lengterichting (L), die in de eerste, relatief lange configuratie van het rijwiel (1, 101) ten min- ste een deel van een holte (C) van de laadruimte (13, 113) definiëren en in de tweede, relatief korte configuratie, zich ten minste gedeeltelijk uitstrekken vanuit de laadruimte (13, 113), en mogelijk ten minste één van een wielruimte en een ge- bruikerslichaamsdeelruimte (U), in het bijzonder een beenruimte.

13. Rijwiel {1 101) volgens één der voorgaande conclu- sies, waarbij het stuursamenstel (53, 153) een deel (57, 59, 61, 69, 81; 157, 159, 161, 169, 181) omvat dat verplaatsbaar is voor het werkzaam overbrengen van stuuractie tussen het stuur (11, 111) en het bestuurbare wiel (5, 105), dat zich uitstrekt aan een zijde van het stuur (11, 111) tegenover het bestuurbare wiel (5, 105) en dat draaibaar is rond een rota- tieas die weggericht is van het stuurbare wiel (5, 105) ten opzichte van het stuur (11, 111).

14. Rijwiel (1, 101) volgens conclusie 13, waarbij een hoek van de rotatieas van ten minste een deel van het stuursa- menstel (53, 153) ten opzichte van een vlak loodrecht op de lengterichting (L) en tussen het stuurbare wiel (5, 105) en het stuur (11, 111) tegengesteld is aan een hoek tussen een stuuras (W) van het bestuurbare wiel (5, 105) en het vlak.

15. Rijwiel (1, 101) volgens één van de voorgaande con- clusies, waarbij het stuursamenstel (53, 153) in hoofdzaak volledig is ingesloten binnen een rijwielframe (3, 103).