NL193429C - Cilinder voor een slot en sleutel met een bijpassend beveiligingselement. - Google Patents
Cilinder voor een slot en sleutel met een bijpassend beveiligingselement. Download PDFInfo
- Publication number
- NL193429C NL193429C NL8901849A NL8901849A NL193429C NL 193429 C NL193429 C NL 193429C NL 8901849 A NL8901849 A NL 8901849A NL 8901849 A NL8901849 A NL 8901849A NL 193429 C NL193429 C NL 193429C
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- key
- pin
- rocker
- flanks
- control pin
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E05—LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
- E05B—LOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
- E05B19/00—Keys; Accessories therefor
- E05B19/0017—Key profiles
- E05B19/0023—Key profiles characterized by variation of the contact surface between the key and the tumbler pins or plates
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E05—LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
- E05B—LOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
- E05B19/00—Keys; Accessories therefor
- E05B19/0017—Key profiles
- E05B19/0041—Key profiles characterized by the cross-section of the key blade in a plane perpendicular to the longitudinal axis of the key
- E05B19/0052—Rectangular flat keys
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y10—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
- Y10T—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
- Y10T70/00—Locks
- Y10T70/70—Operating mechanism
- Y10T70/7441—Key
- Y10T70/7486—Single key
- Y10T70/7508—Tumbler type
- Y10T70/7559—Cylinder type
- Y10T70/7565—Plural tumbler sets
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y10—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
- Y10T—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
- Y10T70/00—Locks
- Y10T70/70—Operating mechanism
- Y10T70/7441—Key
- Y10T70/7486—Single key
- Y10T70/7508—Tumbler type
- Y10T70/7559—Cylinder type
- Y10T70/7588—Rotary plug
- Y10T70/7593—Sliding tumblers
- Y10T70/7599—Transverse of plug
- Y10T70/7605—Pin tumblers
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y10—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
- Y10T—TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
- Y10T70/00—Locks
- Y10T70/70—Operating mechanism
- Y10T70/7441—Key
- Y10T70/778—Operating elements
- Y10T70/7791—Keys
- Y10T70/7881—Bitting
Landscapes
- Lock And Its Accessories (AREA)
- Burglar Alarm Systems (AREA)
- Mobile Radio Communication Systems (AREA)
- Snaps, Bayonet Connections, Set Pins, And Snap Rings (AREA)
Description
1 193429
Cilinder voor een slot en sleutel met een bijpassend beveiligingselement
De uitvinding heeft betrekking op een slotcilinder met sleutel, waarbij de cilinder een rotor en een stator heeft met radiale tuimelpennen die een conisch uiteinde bezitten en een eerste codering vormen en de 5 sleutel conische verdiepingen heeft, overeenkomend met de tuimelpennen, in welke cilinder ten minste één verdere pen aanwezig is die functioneert als controlepen, welke controlepen een zone heeft die wordt gevormd door een versnijding voor een flankcode, aanvullend op een dieptecode, en de sleutel een verdieping heeft corresponderend met de controlepen.
Een dergelijke slotcilinder met sleutel is bekend uit de Duitse octrooiaanvrage DE-A-3.136.314. Het 10 hieruit bekende type slotcilinder met sleutel is voorzien van verdiepingen die zijn afgestemd op tuimelpennen die op een aan een smalle rand van de sleutel aangebrachte zigzag codering werken; een dergelijk slot maakt het illegaal kopiëren of namaken van sleutels moeilijk.
Wettelijke beschermingsmaatregelen verbieden het kopiëren van sleutels en praktische beschermingsmaatregelen, welke een dergelijk kopiëren moeilijker maken, zijn reeds aanvaard.
15 Met het oog op de praktische maatregelen moet een verschil worden gemaakt met die, welke veiligheid verhogen en die, welke de fabricage moeilijker maken. Met het oog op deze laatste maatregel is de fabricage zo moeilijk gezien de mechanische omstandigheden, dat slechts goed uitgeruste personen zulke sleutels kunnen maken. Combinaties van bovengenoemde maatregelen bestaan om de praktische bescherming te bewerkstelligen.
20 Het probleem van de uitvinding is te voorzien in constructieve maatregelen, welke het produceren van sleutelkopieën moeilijker maken. Dit probleem wordt opgelost, doordat ten minste één van de tuimelpennen op de vlakke zijde van de sleutel werkt en dat de controlepen door zijn cilindrisch uiteinde een vorm heeft die verschilt van die van de tuimelpennen, waarbij het cilindrische uiteinde een diameter heeft overeenkomend met een extra code en de desbetreffende verdieping van een sleutel parallelle zijflanken heeft 25 waarvan de afstand correspondeert met de codediameter van het cilindrisch uiteinde van de controlepen om een flankcontrole met zijflankcode mogelijk te maken, waarbij de controlepen met de corresponderende verdieping een extra codering vormt met zowel een zijflank- als een dieptecontrole.
Uit het Amerikaanse octrooischrift US-A-3.494.157 is naast de gebruikelijke tuimelpennen een tweede type pen aanwezig die echter geen codering voor een sleutel vormt doch een door de sleutel bedienbare 30 additionele magnetische vergrendeling. Deze pen introduceert derhalve geen specifieke codering voor een sleutel.
Bij een slotcilinder met sleutel overeenkomstig de uitvinding kan de dieptecontrole voor een controlepen met een versnijding worden bepaald door een afsteuning van de versnijding op de randen van de zijflanken van de overeenkomstige verdieping. Daarnaast of in de plaats daarvan kan de dieptecontrole voor een 35 controlepen met cilindrisch uiteinde worden bepaald door een ondersteuning van het cilindrisch uiteinde op de bodem van een corresponderende verdieping. De uitvinding heeft behalve op een slotcilinder met sleutel ook betrekking op een sleutel voor een cilinderslot; deze sleutel heeft dan ten minste twee verdiepingen met twee over elkaar liggende evenwijdige flanken, loodrecht op het sleutelvlak, waarbij de afstand tussen de flanken van ten minste twee verdiepingen ongelijk is.
40
De inventieve bijzonderheden worden hierna in detail besproken met betrekking tot een uitvoeringsvorm en bijgaande tekeningen, waarin getoond is: figuur 1 een gedeelte van een sleutel S met een verdieping voor een controlepen K in de smalte zijde en een gebruikelijke tuimelpen aan de vlakke zijde; 45 figuur 2 als voorbeeld een controlepen K met een flankcode F, waarbij de pendiameter, penlengte en de versneden vlakken O, en Oz worden gebruikt voor coderingsdoeleinden; figuur 3 een verdieping voor een controlepen in een sleutel, waarbij als voorbeeld een controlepen zich bevindt op een versneden vlak O, en een andere controlepen op een versneden vlak o2. terwijl een derde pen een gebruikelijke tuimelpen is, welke niet deelneemt aan de constructieve maatregelen; 50 figuur 4 een doorsnede over de lijn IV-IV van figuur 3; figuur 5 een doorsnede over de lijn V-V van figuur 3; figuur 6 een andere uitvoeringsvorm voor de toepassing van een flankcode, waarin twee tuimelpennen zijn getoond, waarbij één van de verlaagde flanken is bewerkt en de andere niet; figuur 7 A, B op basis van figuur 3 tuimelpennen, welke de flanken van de verdieping aftasten tezamen 55 met die, welke de flanken van de weergegeven verdieping niet aftasten; figuur 8 een verkeerde sleutelkopie in samenhang met een tuimelpen, welke de flanken van de verdieping aftast; 193429 2 » figuur 9 een gebruikelijke tuimelpen in een verdieping met gecodeerde flank; figuur 10 A, B op basis van figuur 6 een controlepen, gevoegd in de verdieping met gecodeerde flank en een dergelijke niet-ingevoegde pen (werkend als een verzonken grenslijn).
5 De uitvinding is gebaseerd op de waarneming, gedaan in verband met het kopiëren van sleutels, hetgeen nu zodanig verbreid is, dat dit kan worden beschouwd als een onbenutte productiemarkt Het is nu niet langer een kwestie van het vervangen van sleutels, doch een markt voor het ongecontroleerd vervaardigen van kopieën of het namaken van sleutels. Het is duidelijk niet in het belang van de fabrikanten van sluitsystemen en hun klanten, indien sleutels, welke slechts dienen voor het geven van een selectieve 10 toegang, op een ongecontroleerde wijze gedistribueerd kunnen worden. Voor de sleutelgraveur is het zaak, dat deze ontwikkeling moeilijk kan worden gestopt tot op zekere hoogte echter wel kan worden verstoord.
Met het oog op het kopiëren, dat betekent het maken van sleutelkopieën, het maken van gereedschap en het bewerken van onbewerkte sleutels hebben berekeningen, welke zijn gemaakt, aangetoond, dat dit op doelmatige wijze kan plaatsvinden. Het resultaat is, dat thans het maken van sleutelkopieën in hoge mate 15 geautomatiseerd is en in plaats van een geschoolde specialist met de dienovereenkomstige kennis wordt gebruik gemaakt van gespecialiseerde machines, welke bediend kunnen worden door ongeschoold personeel. Het is dus voor gecompliceerde sleutels mogelijk deze te kopiëren door ongeschoold personeel onder toepassing van een eenvoudige behandeling. Dit is een belangrijk aspect op het gebied van het kopiëren van sleutels.
20 Van dit feit wordt door de uitvinding gebruik gemaakt. De maatregelen volgens de uitvinding doorbreken dit plan en maken het veel moeilijker sleutels te kopiëren of na te maken.
De uitvinding is gebaseerd op het onderbreken van een automatische volgorde van de kopieermachine en is in het bijzonder gericht op de maatregel dat ongeschoold personeel op hun machine kopieën kan maken, welke boven hun opleidingscapaciteit ligt. Het kopieerproces kan dan niet langer worden uitgevoerd 25 met een kopieermachine zonder de vakkennis van geschoold personeel.
De thans gebruikte kopieer-freesmiddelen maken gebruik van een basissleutel door het aftasten of volgen van een snijdende graveerstift, waarmede het mogelijk is verdiepingen of insnijdingen van het freesbeeld te maken. De graveerstift maakt verdiepingen in de onbewerkte sleutel, doordat deze worden afgetast door de bewerker van de sleutel, welke gekopieerd moet worden. In de meeste sluitsystemen is het 30 zaak, dat de sleutel met verdiepingen de tuimelpen op diepte in de open stand houdt. Verschillende soorten sleutels kunnen met één graveerstift gekopieerd worden, hetgeen het grote voordeel heeft, dat de sleutelfabrikanten niet voor elke sleuteltype een kopieermachine moeten aanschaffen en instellen. Aldus is hij in staat sleutelkopieën van goede kwaliteit te leveren met bescheiden opgeleid personeel. Een niet-standaardsleutel kan slechts met grote moeite en kosten worden gemaakt, omdat het niet de moeite waard 35 is de installatie voor enkele of slechts voor één sleutel in te stellen en te doen werken. Het is duidelijk, dat een sleutel met dergelijke beveiligingsmaatregelen een betere praktische bescherming geeft tegen ongeoorloofd kopiëren dan een sleutel zonder deze maatregel.
Deze maatregel bestaat uit het maken van één of meer extra en/of bestaande tuimelpennen tot controlepennen, welke een code controleert, die overeenstemt met een sleutelverdieping, welke niet 40 gemakkelijk door de graveerstift van de sleutelmaker kan worden gesimuleerd op de kopieerfreesmiddelen.
Voor het maken van dergelijke overeenstemmende verdiepingen is een verdere ontwikkeling van een ouder octrooi noodzakelijk, dat In de onderhavige uitvinding als opgenomen moet worden beschouwd. Deze methode is bekend uit het Zwitserse Octrooischrift 591.618.
De sleutelmaker mag niet in staat zijn de verdiepingen af te tasten op een wijze, welke noodzakelijk is 45 voor het kopiëren en hij mag evenmin in staat zijn verdiepingen te maken met de graveerstift, noodzakelijk voor een juiste werking. De minimum-eis is een aanpassing van de kopieermachine aan de nieuwe omstandigheden.
In het geval van de voorgestelde constructieve maatregelen is het beslissende punt niet langer de diepteaftasting, doch het aftasten van de flank van de verdieping. Het aftasten van de flank betekent het 50 aftasten of onderscheiden van de afstand tussen twee flanken van een verdieping. Wat bepalend is voor het aftasten van de flank Is niet langer uitsluitend de diepte van de insnijding, doch ook zijn breedte. De tuimelpen, welke het aftasten van de flank bewerkstelligt (teneinde deze te onderscheiden van een tuimelpen Z, welke de ruimte tussen de flanken niet controleert en verder aangeduid zal worden als controlepen K) moet gedimensioneerd zijn in overeenstemming met een gebruikelijke tuimelpen en moet in 55 de nabijheid van de scheidingslijn de noodzakelijke weerstand of diameter hebben. Het coderen van de flank wordt verkregen door een versnijding op de tuimelpen, welke een diameter variabel (gecodeerd) aftastgebied geeft. Aldus wordt een tweedimensionale code verkregen, nl. de dieptetrappen T0, T,, T2, T3, 3 193429 » enz. in samenhang met de flanktrappen F0, F1P F2 enz. hetgeen zeer gevoelig is met het tot nog toe gebruikelijke volumefrezen, waarmede een verdieping wordt gemaakt op de onbewerkte sleutel met een graveerstift, voorzien van een gemiddelde diameter, waarbij de werking wordt voortgezet totdat het hoogteniveau is bereikt. De tuimelpen, welke slechts gecodeerd is in één afmeting, d.w.z. niet gedimensio-5 neerd, zal in zijn boring zakken in een niet-gekwalificeerde verdieping en zal de scheidingslijn vrijgeven in het geval van de juiste diepte. In het geval van een tweedimensionale codering zal de juiste zetting in de richting van de verplaatsing van de tuimelpen, d.w.z. een zodanige diepte, dat de scheidingslijn vrijkomt, in geen geval plaatsvinden, tenzij de flankafstand, d.w.z. de andere afmeting, gelijktijdig strookt.
Het realiseren van een verdere, nl. de derde dimensie van de code is van minder belang, aangezien de 10 relatieve beweging tussen de tuimelaar en de sleutel en de noodzaak voor het inbrengen en verwijderen van de tuimelaar met betrekking tot de verdieping, geen code behoeft. De versnijding, welke resulteert uit de flankcode kan worden gebruikt als extra binaire code 01 en 02. Slechts één van de controletuimelaars met b.v. O,, 02; T0, T1P T2, T3; B0, B„ B2, heeft 24 code-mogelijkheden. Zelfs in het geval van het wisselen van gereedschap en een opnieuw instellen is er geen grotere kans van 1:1 voor het verkrijgen van een 15 juist functionerende sleutel, omdat nl. de parameters 01 en o2, aanwezig op de versnijding en op het grensvlak, niet duidelijk en ondubbelzinnig bepaald kunnen worden.
Deze maatregel verhindert dus effectief bovenbedoelde kopieerwerking. Het is niet mogelijk de O-parameter te bepalen (grensvlak) en kan slechts worden gereduceerd met een onzekerheid van 1:1.
Voor de minder geschoolde sleutelgraveur, welke een constante kopiekarakteristiek op dat deel van de 20 machine verwacht, vormt een sleutel met een verdieping voor één of meer controlepennen een grote hindernis in twee opzichten, nl. het bepalen van de verdieping en het nemen van de juiste maatregelen voor het verkrijgen van een bruikbare kopie.
Deze maatregel betekent het opnieuw instellen van de machine, in het algemeen slechts vóór één sleutel, hetgeen niet duurder mag zijn dan een andere sleutel, waarbij extra maatregelen ook niet noodzake-25 lijk zijn.
Voor de gerechtigde graveur of sleutelfabrikant, welke de originele sleutel maakt en de noodzakelijke maatregelen toepast voor kopieerdoeleinden, (bijv. een kopieerinstallatie voor een aantal doorgangen in dezelfde handeling) en uit een zuiver organisatorisch standpunt de extra moeite kan spreiden over een groot aantal te kopiëren sleutels, welke de klant een extra veiligheid verschaft, betekent dit echter geen 30 extra kosten-factor.
Figuur 1 toont een sleutel S in de smalle zijde waarvan een verdieping aanwezig is voor een controlepen K en waarvan de vlakke zijde voorzien is van een verdieping voor een tuimelpen Z. In elk van deze twee * verdiepingen is een betreffende pen weergegeven. Met het oog op de controlepen is de zone van de tweedimensionale code aangegeven als een flankcode met de letter F. De controlepen kan uiteraard ook 35 aan de platte zijde liggen.
De verschillende parameters van een controlepen zijn weergegeven in figuur 2 en worden vervolgens door trappen in de breedte van de pen, nl. B0-B2 (drie trappen voor een flankaftasting), de trappen in de penlengte, nl. T0-T3 (vier trappen voor een diepteaftasting) en twee grensvlakken O, en 02, welke op willekeurige wijze aangebracht kunnen zijn met betrekking tot de dieptetrappen, waarbij op het eindvlak het 40 versnijdingsvlak het referentievlak vormt voor de diepteaftasting.
Hierdoor is het mogelijk op verrassende wijze de 24 mogelijkheden voor één sleutel geheim te houden.
Figuur 3 toont deze mogelijkheid tot geheimhouding op een langsverdieping, waarin drie pennen zijn weergegeven, welke de scheidingslijn SL blokkeren of vrijgeven. De langsverdieping is op de flanken gecodeerd, d.w.z. is iets nauwer dan een normale verdieping, zoals deze bij standaard-sleutels aanwezig is. 45 Van links naar rechts is de mogelijkheid getekend van een normale tuimelpen Z, welke, als gevolg van een grotere diameter, niet in de verdieping kan treden en derhalve de scheidingslijn SL blokkeert maar glijdt over de op de flanken gecodeerde verdieping op dezelfde wijze, alsof deze niet aanwezig was. De controlepen K is aan de langszijde zowel op diepte als op lengte gecodeerd met betrekking tot het grensvlak 02, gelegen op de bodem van de verdieping en geeft de scheidingslijn SL vrij in het geval van 50 een correcte lengte en dikte, zodat een openend verdraaien mogelijk is. De meest rechtse controlepen is op diepte en lengte gecodeerd met betrekking tot het grensvlak Ot, doch komt niet op de bodem van de verdieping en rust op het grensvlak 01t hetgeen een dieptecode voor de verdraaiing is. De controlepen geeft dus de scheidingslijn vrij. In dit geval is er een 1:1 mogelijkheid tot geheimhouding van de dieptecode en bij het aflezen van de cilinder is het niet duidelijk welk van de twee grensvlakken dient als referentievlak 55 voor die code.
Figuren 4 en 5 tonen in detail de twee controlepennen volgens figuur 3 meteen flankcode in de verdieping van de sleutel. Zoals is opgemerkt, is het slechts mogelijk onderscheid te maken tussen een 193429 4 verdieping met een flankcode en een normale verdieping door een nauwkeurige meting, omdat de vorm nauwelijks verschilt. Het enige verschil is enkele tienden millimeters in de breedte van de verdieping, hetgeen met het blote oog niet waarneembaar is. Figuur 4 toont een controlepen K in een betreffende verdieping in de sleutel S. De code kan b.v. worden gelezen als 02; T2; B1t d.w.z. drie parameters op 5 dezelfde controlepen en er kunnen er één of meer aanwezig zijn in de cilinder van het slot, terwijl de bijbehorende sleutel een overeenstemmend aantal verdiepingen heeft met een flankcode.
Figuur 5 toont tevens een controlepen, welke een hindernis kan vormen en de code kan b.v. zijn O·,; T0; B2. De dieptecode is gerelateerd aan de scheidingslijn SL op de grensvlakken, zodat de versnijding geheim blijft als mogelijke referentie. Bij de controlepennen volgens figuren 4 en 5 is de gecodeerde flankzone 10 aangeduid door F. Figuur 2 toont dit in gearceerde vorm en het betreft hier een tweedimensionale codering.
Figuur 6, 7a en 7B tonen een uitvoeringsvorm, waarbij omgekeerd functionerend een tuimelpen dient voor de controle van niet-juiste flanken. De wijze waarop dit geschiedt wordt hierna met betrekking tot de figuren 8 en 10 toegelicht.
Figuur 6 toont een gedeelte van een rotor 1 binnen een stator 2. In het sleutelkanaal van de rotor bevindt 15 zich een sleutel S met twee op de flanken gecodeerde, smalle zijdelingse verdiepingen (bodem en top) en flanken 8. Het is duidelijk, dat de verdiepingen met flankcode ook gemaakt kunnen worden aan de brede zijde van de sleutel en er kunnen er één of meer daarvan aanwezig zijn tezamen met niet op de flanken gecodeerde verdiepingen. Verzonken in de verdieping is een tuimelpen weergegeven, welke de flankcode controleert met het deel F2 en de grensvlakken 012, O^. Een andere tuimelpen K, bv. achter de 20 pen «2 is eveneens weergegeven en het controlegedeelte F1 met grensvlakken 01t, 021 en welke niet in de verdieping kan treden. De twee tuimelpennen K, en l^ zijn zodanig aangebracht met betrekking tot de scheidingslijn SL, dat deze laatste vrijkomt voor een openend verdraaien. Volledigheidshalve is een tegen-tuimelpen 4 eveneens in de stator 2 weergegeven.
De tuimelpen K, is zodanig geconstrueerd, dat het controledeel F, niet in één van de op de flank 25 gecodeerde verdieping kan treden, b.v. als gevolg van een grotere diameter van de grootste flankafstand. Deze tuimelpen controleert het sleutelvak zodanig, dat bij elke inzakkende beweging de scheidingslijn wordt geblokkeerd.
Evenals figuur 3 toont figuur 7A een langsdoorsnede door een stator 2, rotor 1 en een sleutel S met een op de flanken gecodeerde rij verdiepingen, waarbij in dat geval één achterflank 8 te zien is. Er zijn vier 30 tuimelpennen K,-K4 van links naar rechts. Tuimelpen K, is, zoals toegelicht met betrekking tot figuur 6 een tuimelpen, welke het sleuteloppervlak controleert en heeft een verzonken grenslijn. Tuimelpennen K2-K4 zijn op de flank gecodeerde pennen met b.v. de navolgende openende code: K2 (T=0; B=x); K3 (T=3; B=1); K4 (T=4; B=2), waarin x willekeurig is.
De reeks verdiepingen welke verband houden met deze tweedimensionale code is weergegeven in figuur 35 7B, waarbij deze van boven gezien is. De horizontaal gearceerde delen zijn verlaagde en verhoogde vlakken met een aangepaste hellingshoek, waarbij de verticaal gearceerde delen de controlevlakken zijn voor de diepte Tx, terwijl de niet-gearceerde oppervlakken het vak Jlanduiden dat, als boven bedoeld, eveneens een controlevlak kan zijn.
Het is duidelijk hoe de extra flankcode kan worden gebruikt om het kopieerproces moeilijker te maken.
40 Een sleutel met deze code is gevoeliger voor onbevoegd kopiëren. Op een niet-gekwalificeerde kopieermachine kan altijd een sleutel worden gemaakt, maar deze kan niet worden gebruikt voor een bijbehorende cilinder. Zelfs wanneer deze dezelfde hindernis vormt voor een wettelijke bezitter van de sleutel, welke gekopieerd moet worden, heeft deze dezelfde bescherming op veelal dezelfde wijze als de beschermingsmiddelen bij het bankwezen, hetgeen waarborgt, dat de wettelijke gebruiker zijn geld niet zonder moeite kan 45 verkrijgen.
Bepaalde moeilijkheden, welke resulteren uit deze maatregel zijn getoond in de figuren 8-10, welke de rotor van een cilinderslot tonen met een sleutelkanaal, alsmede een sleutel met zijdelingse ondiepe insnijdingen in samenhang met een tuimelpen.
Figuur 8 toont een verdieping gemaakt met een gebruikelijke kopieerfreesmachine, zonder de bewerkte 50 flank en met een controlepen, welke daarin kan zakken en uiteraard de scheidingslijn geblokkeerd houdt. Een tuimelpen, welke het sleutelvak controleert met de verlaagde grenslijn houdt de scheidingslijn eveneens geblokkeerd.
Figuur 9 toont het effect, wanneer een normale tuimelpen over een verdieping met een flankcode wordt bewogen, waarbij de scheidingslijn geblokkeerd blijft.
55 Figuren 10A en 10B tonen elk een op de flanken gecodeerde verdieping, welke een op de flanken gecodeerde tuimelpen in de openende stand brengt (figuur 10A) of een tuimelpen, welke het sleutelvak controleert (figuur 10B). Dit toont de dubbele beveiligende werking, welke door deze oplossing wordt
Claims (4)
1. Slotcilinder met sleutel, waarbij de cilinder een rotor en een stator heeft met radiale tuimelpennen (Z) die 35 een conisch uiteinde bezitten en een eerste codering vormen en de sleutel conische verdiepingen heeft, overeenkomend met de tuimelpennen, in welke cilinder ten minste één verdere pen aanwezig is die functioneert als controlepen (K), welke controlepen (K) een zone heeft die wordt gevormd door een versnijding (O) voor een flankcode (F), aanvullend op een dieptecode (T), en de sleutel (S) een verdieping heeft, corresponderend met de controlepen (K), met het kenmerk, dat ten minste één van de tuimelpennen 40 (Z) op de vlakke zijde van de sleutel (S) werkt en dat de controlepen (K) door zijn cilindrisch uiteinde een vorm heeft die verschilt van die van de tuimelpennen (Z), waarbij het cilindrische uiteinde een diameter (B) heeft overeenkomend met een extra code en de desbetreffende verdieping van de sleutel (S) parallelle zijflanken (8) heeft waarvan de afstand correspondeert met de codediameter (B) van het cilindrisch uiteinde van de controlepen (K) om een flankcontrole met zijflankcode (B) mogelijk te maken, waarbij de controlepen 45 (K) met de corresponderende verdieping een extra codering vormt met zowel een zijflank- als een dieptecontrole.
2. Slotcilinder met sleutel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de dieptecontrole voor een controlepen (K) met een versnijding (O.,) wordt bepaald door een afsteuning van de versnijding (O.,) op de randen van de zijflanken van de overeenkomstige verdieping.
3. Slotcilinder met sleutel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de dieptecontrole voor een controlepen (K) met cilindrisch uiteinde wordt bepaald door een ondersteuning van het cilindrisch uiteinde (02) op de bodem van een corresponderende verdieping. 193429 6
4. Sleutel voor een cilinderslot volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat deze ten minste twee verdiepingen heeft met twee over elkaar liggende evenwijdige flanken (8), loodrecht op het sleuteMak en dat de afstand tussen de flanken van ten minste twee verdiepingen ongelijk is. Hierbij 3 bladen tekening
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
CH3184/88A CH675894A5 (nl) | 1988-08-27 | 1988-08-27 | |
CH318488 | 1988-08-27 |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8901849A NL8901849A (nl) | 1990-03-16 |
NL193429B NL193429B (nl) | 1999-06-01 |
NL193429C true NL193429C (nl) | 1999-10-04 |
Family
ID=4250451
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8901849A NL193429C (nl) | 1988-08-27 | 1989-07-18 | Cilinder voor een slot en sleutel met een bijpassend beveiligingselement. |
Country Status (20)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US5101648A (nl) |
JP (1) | JP2791581B2 (nl) |
AT (1) | AT396502B (nl) |
AU (1) | AU623162B2 (nl) |
BE (1) | BE1003425A3 (nl) |
CA (1) | CA1328174C (nl) |
CH (1) | CH675894A5 (nl) |
DE (1) | DE3920940C2 (nl) |
DK (1) | DK170309B1 (nl) |
ES (1) | ES2014882A6 (nl) |
FI (1) | FI90460C (nl) |
FR (1) | FR2635808B1 (nl) |
GB (1) | GB2222200B (nl) |
HK (1) | HK16694A (nl) |
IT (1) | IT1231002B (nl) |
LU (1) | LU87544A1 (nl) |
NL (1) | NL193429C (nl) |
NO (1) | NO303913B1 (nl) |
SE (1) | SE469184B (nl) |
SG (1) | SG58093G (nl) |
Families Citing this family (16)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CH679507A5 (nl) * | 1989-12-15 | 1992-02-28 | Bauer Kaba Ag | |
DE9409290U1 (de) * | 1994-06-08 | 1994-09-22 | Knauer, Helga, 91054 Erlangen | Zuhaltestiftsystem zur Erweiterung der Schließvariationsmöglichkeiten |
US5615566A (en) * | 1995-09-18 | 1997-04-01 | Brandt; Greg N. | Cylinder lock and key |
US5615565A (en) * | 1995-09-19 | 1997-04-01 | Medeco Security Locks, Inc. | Keys for cylinder locks |
AU6411200A (en) * | 2000-04-11 | 2001-10-18 | Kaba Schliesssysteme Ag | Safety turning-key |
US7028517B2 (en) * | 2003-07-09 | 2006-04-18 | Kaba High Security Locks Corporation | Cylinder lock with programmable keyway |
US6983630B2 (en) * | 2003-07-09 | 2006-01-10 | Kaba Ilco Corp. | Programmable cylinder lock system |
DE102004003034B4 (de) * | 2003-10-17 | 2006-04-13 | Dom Sicherheitstechnik Gmbh & Co Kg | Schließvorrichtung und Flachschlüssel |
US7392676B2 (en) * | 2004-08-02 | 2008-07-01 | Kaba Ilco Corp. | Key blank with projection |
US7181941B2 (en) * | 2004-08-02 | 2007-02-27 | Kaba Ilco Corp. | Lock system with improved auxiliary pin tumbler stack |
AT501473B8 (de) * | 2005-01-18 | 2007-02-15 | Evva Werke | Flachschlüssel |
AT502746B1 (de) * | 2005-04-14 | 2007-11-15 | Evva Werke | Zylinderschloss sowie flachschlüssel |
SE528842C2 (sv) * | 2005-08-05 | 2007-02-27 | Winloc Ag | Lås- och nyckelsystem med förbättrade tillhållare i låset |
US20080110220A1 (en) * | 2006-11-10 | 2008-05-15 | Talleres De Escoriaza S.A. | Security device for lock cylinders |
SE0802056A2 (sv) * | 2008-09-30 | 2010-07-20 | Winloc Ag | Lås- och nyckelkombination med ett stort antal koder |
WO2013169760A1 (en) * | 2012-05-08 | 2013-11-14 | Schlage Lock Company Llc | Variable section key and lock |
Family Cites Families (24)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US1958603A (en) * | 1932-11-29 | 1934-05-15 | William T Bacon | Lock |
US3151477A (en) * | 1961-06-19 | 1964-10-06 | Balestrini Roberto Horacio | Cylinder locks |
CH405099A (de) * | 1962-12-04 | 1965-12-31 | Haemmerle Karl | Zylinderschloss |
US3293893A (en) * | 1965-04-08 | 1966-12-27 | Chesler Abraham | Pin tumbler lock |
US3348392A (en) * | 1965-05-12 | 1967-10-24 | Schreiber Joseph | Master-keying system |
BE664635A (nl) * | 1965-05-28 | 1900-01-01 | ||
US3464243A (en) * | 1967-06-28 | 1969-09-02 | Gen Alarm Corp | Cylinder lock |
US3494157A (en) * | 1968-08-01 | 1970-02-10 | Ilco Corp | Magnetic lock |
SU430219A1 (ru) * | 1968-10-31 | 1974-05-30 | В. С. Ильющенко | Ключ к цилиндровому замку |
US3656328A (en) * | 1970-06-03 | 1972-04-18 | Benjamin F Hughes | Lock assembly |
SE343366B (nl) * | 1971-05-27 | 1972-03-06 | Stenberg Flygt Ab | |
JPS5115730U (nl) * | 1974-07-23 | 1976-02-04 | ||
CH591618A5 (nl) * | 1975-09-11 | 1977-09-30 | Bauer Kaba Ag | |
CH591001A5 (nl) * | 1975-09-11 | 1977-08-31 | Bauer Kaba Ag | |
JPS5245557A (en) * | 1975-10-09 | 1977-04-11 | Akinori Mizuno | Method and device for exfoliation of flux of deteriorated arc welding bar |
CH606714A5 (nl) * | 1976-05-20 | 1978-11-15 | Bauer Kaba Ag | |
US4193277A (en) * | 1978-02-08 | 1980-03-18 | Lo Jiuan P | Lock body with locking pins opened or closed by the cylindrical key bar |
CH638585A5 (de) * | 1979-04-24 | 1983-09-30 | Ernst Keller | Schliessanlage mit einer vielzahl voneinander abweichender schliessungsmoeglichkeiten. |
GB2078843B (en) * | 1980-06-25 | 1984-02-22 | Keller Ernst | Improvements relating to locks and keys |
JPS5715778A (en) * | 1980-06-27 | 1982-01-27 | Keller Ernst | Rotary cylinder lock |
CH651350A5 (en) * | 1980-09-05 | 1985-09-13 | Ernst Keller | Cylinder lock with a reversible key |
DE3136314A1 (de) * | 1981-09-12 | 1983-03-24 | Fa. Wilhelm Karrenberg, 5620 Velbert | Flachschluessel fuer schliesszylinder |
SE440528B (sv) * | 1983-12-22 | 1985-08-05 | Gkn Stenman Ab | Anordning vid cylinderlas |
FR2577969A1 (fr) * | 1985-02-27 | 1986-08-29 | Microphot | Serrure a cylindre a pistons pour clef a empreintes en creux |
-
1988
- 1988-08-27 CH CH3184/88A patent/CH675894A5/de not_active IP Right Cessation
-
1989
- 1989-06-26 AT AT0155289A patent/AT396502B/de not_active IP Right Cessation
- 1989-06-27 DE DE3920940A patent/DE3920940C2/de not_active Expired - Lifetime
- 1989-06-28 DK DK323189A patent/DK170309B1/da not_active IP Right Cessation
- 1989-06-29 LU LU87544A patent/LU87544A1/de unknown
- 1989-07-13 CA CA000605621A patent/CA1328174C/en not_active Expired - Lifetime
- 1989-07-14 GB GB8916168A patent/GB2222200B/en not_active Expired - Lifetime
- 1989-07-18 NL NL8901849A patent/NL193429C/nl not_active IP Right Cessation
- 1989-07-26 IT IT8921327A patent/IT1231002B/it active
- 1989-07-31 AU AU39132/89A patent/AU623162B2/en not_active Expired
- 1989-08-01 FI FI893641A patent/FI90460C/fi active IP Right Grant
- 1989-08-07 FR FR8910601A patent/FR2635808B1/fr not_active Expired - Lifetime
- 1989-08-18 JP JP1214017A patent/JP2791581B2/ja not_active Expired - Lifetime
- 1989-08-23 BE BE8900898A patent/BE1003425A3/fr not_active IP Right Cessation
- 1989-08-24 SE SE8902810A patent/SE469184B/sv not_active IP Right Cessation
- 1989-08-24 ES ES8902930A patent/ES2014882A6/es not_active Expired - Lifetime
- 1989-08-25 NO NO893432A patent/NO303913B1/no not_active IP Right Cessation
-
1990
- 1990-10-15 US US07/598,769 patent/US5101648A/en not_active Expired - Lifetime
-
1993
- 1993-05-04 SG SG580/93A patent/SG58093G/en unknown
-
1994
- 1994-03-03 HK HK166/94A patent/HK16694A/xx not_active IP Right Cessation
Also Published As
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL193429C (nl) | Cilinder voor een slot en sleutel met een bijpassend beveiligingselement. | |
US5438857A (en) | Lock cylinder and key as well as key blank with matched security device | |
EP0737265B1 (en) | Cylinder lock and key combination including a profiled key | |
AU684879B2 (en) | Hierarchical cylinder lock and key system | |
JP2009235895A (ja) | 安全錠用キー及び錠シリンダー | |
AU714767B2 (en) | Improved keys for cylinder locks | |
EP0651846A1 (en) | IMPROVED PIN PINS AND CORRESPONDING KEYS FOR BARREL LOCKS. | |
AU2007200425B2 (en) | Cylinder lock as well as flat key | |
PL176491B1 (pl) | Klucz płaski i klucz płaski z wkładką bębenkową | |
CN103688007B (zh) | 与柱形锁相配的平板钥匙及柱形锁 | |
CZ281010B6 (cs) | Klíč a válcový zámek | |
CZ33198A3 (cs) | Plochý klíč pro zámek s válcovou vložkou | |
US11542724B1 (en) | Key blank, a key, and a cylinder lock and key combination | |
AU2022345413A1 (en) | Key, lock system, lock cylinder and production method | |
CA3226764A1 (en) | A key blank, a key, and a cylinder lock and key combination |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
DNT | Communications of changes of names of applicants whose applications have been laid open to public inspection |
Free format text: KABA SCHLIESSSYSTEME AG |
|
V4 | Discontinued because of reaching the maximum lifetime of a patent |
Effective date: 20090718 |