NL192169C - Ruimtediversiteitsontvanger. - Google Patents

Ruimtediversiteitsontvanger. Download PDF

Info

Publication number
NL192169C
NL192169C NL8402346A NL8402346A NL192169C NL 192169 C NL192169 C NL 192169C NL 8402346 A NL8402346 A NL 8402346A NL 8402346 A NL8402346 A NL 8402346A NL 192169 C NL192169 C NL 192169C
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
signal
signals
output
level
stage
Prior art date
Application number
NL8402346A
Other languages
English (en)
Other versions
NL192169B (nl
NL8402346A (nl
Original Assignee
Sony Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Priority claimed from JP58135583A external-priority patent/JPS6027238A/ja
Priority claimed from JP58147720A external-priority patent/JPS6039933A/ja
Application filed by Sony Corp filed Critical Sony Corp
Publication of NL8402346A publication Critical patent/NL8402346A/nl
Publication of NL192169B publication Critical patent/NL192169B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL192169C publication Critical patent/NL192169C/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04BTRANSMISSION
    • H04B7/00Radio transmission systems, i.e. using radiation field
    • H04B7/02Diversity systems; Multi-antenna system, i.e. transmission or reception using multiple antennas
    • H04B7/04Diversity systems; Multi-antenna system, i.e. transmission or reception using multiple antennas using two or more spaced independent antennas
    • H04B7/08Diversity systems; Multi-antenna system, i.e. transmission or reception using multiple antennas using two or more spaced independent antennas at the receiving station
    • H04B7/0802Diversity systems; Multi-antenna system, i.e. transmission or reception using multiple antennas using two or more spaced independent antennas at the receiving station using antenna selection
    • H04B7/0817Diversity systems; Multi-antenna system, i.e. transmission or reception using multiple antennas using two or more spaced independent antennas at the receiving station using antenna selection with multiple receivers and antenna path selection
    • H04B7/082Diversity systems; Multi-antenna system, i.e. transmission or reception using multiple antennas using two or more spaced independent antennas at the receiving station using antenna selection with multiple receivers and antenna path selection selecting best antenna path
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04BTRANSMISSION
    • H04B7/00Radio transmission systems, i.e. using radiation field
    • H04B7/02Diversity systems; Multi-antenna system, i.e. transmission or reception using multiple antennas
    • H04B7/04Diversity systems; Multi-antenna system, i.e. transmission or reception using multiple antennas using two or more spaced independent antennas
    • H04B7/08Diversity systems; Multi-antenna system, i.e. transmission or reception using multiple antennas using two or more spaced independent antennas at the receiving station
    • H04B7/0802Diversity systems; Multi-antenna system, i.e. transmission or reception using multiple antennas using two or more spaced independent antennas at the receiving station using antenna selection
    • H04B7/0831Compensation of the diversity switching process for non-uniform properties or faulty operations of the switches used in the diversity switching process

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Computer Networks & Wireless Communication (AREA)
  • Signal Processing (AREA)
  • Radio Transmission System (AREA)
  • Noise Elimination (AREA)

Description

1 192169
Ruimtediversiteitsontvanger
De uitvinding heeft betrekking op een ruimtediversiteitsontvanger voor de ontvangst van radio-omroepsignalen, omvattende een eerste en een tweede antenne; een eerste en een tweede ontvangtrap, 5 die respectievelijk vertoonden zijn met de eerste en de tweede antenne en die elk een uitgangssignaal leveren bij aanwezigheid van de omroepsignalen; een detectietrap die vaststelt welke van de beide uitgangssignalen de grootste signaalruisverhouding heeft; en een omschakeltrap waaraan de beide uitgangssignalen worden toegevoerd en die in responsie op daaraan toegevoerde, van de signaalruis-verhoudingen van de beide uitgangssignalen afhankelijke besturingssignalen, één van de beide uitgangs-10 signalen doorschakelt naar een uitgangstrap.
Een dergelijke ontvanger is bekend uit de publicatie ’’Diversity receiving device for car” uit Patent Abstracts of Japan, section E, vol. 7, nr. 80 van 2 april 1983 KOKAI-nr. 58/7939.
Bij deze bekende diversiteitsontvanger wordt telkens een uitgangssignaal met de grootste signaalruisverhouding doorgeschakeld naar de uitgangstrap welke een audio-uitgangssignaal levert. Het bezwaar van 15 deze ontvanger is dat ongewenste pulsruis gegenereerd kan worden uit deze schakelverrichtingen en dat dit tot uiting kan komen in het audio-uitgangssignaal. Dit is met name merkbaar wanneer een ruimtediversiteitsontvanger wordt gebruikt in een voertuig, aangezien de plaats van de ontvanger over een relatief groot gebied verandert en de sterkte van het elektrische veld van het radiosignaal zeer frequent varieert, zodat frequent omschakeien plaats vindt. De pulsruis is met name merkbaar en bezwaarlijk wanneer de sterkte 20 van het elektrische veld van het radiosignaal relatief zwak is, in welk geval de uitgangssignalen zonder meer een overeenkomstig lage signaalruisverhouding hebben en een audio-uitgangssignaal produceren van lage kwaliteit.
De onderhavige uitvinding beoogt deze bezwaren te ondervangen.
Dit wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de detectietrap een blokkeersignaal afgeeft wanneer de 25 signaal ruisverhoudingen van de beide uitgangssignalen kleiner zijn dan een vooraf bepaalde waarde; dat in responsie op het blokkeersignaal zodanige besturingssignalen aan de omschakeltrap worden toegevoerd dat één van de beide uitgangssignalen, onafhankelijk van de momentane kleine signaalruisverhouding, wordt doorgeschakeld naar de uitgangstrap; en dat bij afwezigheid van het blokkeersignaal zodanige besturingssignalen worden toegevoerd aan de omschakeltrap, dat het signaal met de grootste signaalruis· 30 verhouding wordt doorgeschakeld naar de uitgangstrap.
De uitvinding zal nader worden loegelicht aan de hand van de tekening. In de tekening toont, c.q. tonen: figuur 1 een schema van een ruimtediversiteitsontvanger volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding, figuren 2A-2K signaalvormen, welke dienen voor een beter begrip van de werking van de uitvoerings-35 vorm volgens figuur 1, figuur 3 een schema van een alternatieve uitvoeringsvorm van een ruimtediversiteitsontvanger volgens de uitvinding, en figuren 4A-4K signaalvormen die dienen voor een beter begrip van de uitvoeringsvorm volgens figuur 3.
40 In figuur 1 is een uitvoeringsvorm van een ruimtediversiteitsontvanger volgens de uitvinding getekend, dienende voor de ontvangst van een frequentiegemoduleerd stereofonische signaal (FM-stereosignaal). De ruimtediversiteitsontvanger volgens figuur 1 omvat twee ontvangsteenheden 1A en 1B. De ontvangsteenheid 1A omvat een antenne 2A en een ingangstrap 3A. Een FM-stereosignaal wordt door de antenne 2A ontvangen en geleid naar de ingangstrap 3A, waar deze omgezet wordt in een frequentiegemoduleerd 45 tussenfrequent FM-MF-signaal Sa. De ontvangstschakeling 1B omvat een antenne 2B en een ingangstrap 3B. Een FM-stereosignaal wordt door de antenne 2B ontvangen en geleid naar de ingangstrap 3B teneinde in een FM-MF-signaal Sb te worden omgezet.
FM-MF-signalen SA en SB afkomstig van respectievelijk de eenheden 1A, 1B, worden geleid naar de ingangen 4A, 4B van een omschakeltrap 4, welke één van de signalen sA,sb leidt naar de uitgang 4E als 50 reactie op schakelbesturingssignalen die toegevoerd worden via de besturingsingangen 4C, 4D. Het signaal aan de uitgang 4E wordt via een tussenversterker 5 geleid naar de FM-detector 6 om gedemoduleerd te worden. Het uitgangssignaal van de FM-detector 6 gaat naar de stereodemodulator 7, waar het in audiofrequente linker- en rechterkanaaluitgangssignalen wordt gescheiden. De linker- en rechteruitgangs-signalen worden via audioversterkers 8L, 8R geleverd en dan geleid naar de uitgang 9L en 9R.
55 De signalen SA en SB uit de ontvangsteenheden respectievelijk 1A en 1B worden eveneens geleid naar een detectietrap 10, waar de niveaus van de signalen SA en SB met elkaar worden vergeleken om vast te stellen welke van deze signalen het hoogste niveau heeft. Met name worden de signalen SA en SB geleid 192169 2 naar amplitudedetectieschakelingen respectievelijk 11A, 11B, om in amplitude gedetecteerd te worden. De amplitudedetectieschakelingen 11A, 11B produceren gedetecteerde uitgangsspanningen va,vb, die in figuur 2A zijn weergegeven. De gedetecteerde uitgangsspanningen VA en VB worden geleid naar een spannings-vergelijker 12 om twee signalen XA en Xq te vormen die verschijnen aan de uitgangen van de schakeling 5 12. Wanneer het niveau van het signaal SA groter is dan het signaal SB en derhalve de gedetecteerde uitgangsspanning VA groter is dan de gedetecteerde uitgangsspanning VB, heeft signaal XA een hoog niveau en Xg een laag niveau, zoals de figuren 2B en 2C tonen. Wanneer het niveau van het signaal SA lager is dan het niveau van het signaal SB en derhalve de gedetecteerde uitgangsspanning VA lager is dan de gedetecteerde uitgangsspanning VB, neemt het signaal XA een laag en het signaal XB een hoog niveau 10 aan, hetgeen eveneens in de figuren 2B en 2C is aangeduid.
Een niveaubeoordelingsschakeling 20 maakt eveneens deel uit van de ontvanger uit figuur 1 om te beoordelen of ten minste één van de niveaus van de signalen sa,sb uit de ontvangsteenheden 1A, 1B gelijk is aan of hoger is dan een vooraf vastgesteld niveau, corresponderende met een benedenste grens van een signaal/ruisverhouding, of dat elk van de niveaus van de signalen SA en SB kleiner is dan het 15 vooraf vastgestelde niveau.
In de getekende uitvoering worden de signalen XA en XB uit de detectietrap 10 niet direct toegevoerd aan de besturingsingangen 4C, 4D van de omschakeltrap 4 als schakelbesturingssignalen, maar worden in plaats daarvan geleid naar een speciale schakelbesturingssignalen genererende schakeling 30. De schakeling 30 vormt de schakelbesturingssignalen ZA en ZB, die gevoerd worden naar de besturingsin-20 gangen 4C, 4D van de omschakeltrap 4 als reactie op een uitgangssignaal Wc uit de niveaubeoordelingsschakeling 20 en de signalen XA en XB, zoals nog nader wordt beschreven.
De gedetecteerde uitgangsspanningen VA en VB uit de detectoren 11Aen11Binde niveauvergelijkings-schakeling 10 worden geleid naar de spanningsvergelijkers respectievelijk 21A en 21B, en vergeleken met een referentiespanning VR in de niveaubeoordelingsschakeling 20. De spanningsvergelijkingsschakelingen 25 21A en 21B genereren vergelijkingsspanningen WA en WB als reactie op de vergelijkingen, zoals de figuren 2D en 2E aangeven. De vergelijkingsspanningen WA en WB worden geleid naar een NOF-poort 22. Ten minste één van de vergelijkingssignalen WA en WB uit de spanningsvergelijkers 21A en 21B heeft een hoog niveau en derhalve neemt het uitgangssignaal Wc uit de NOF-poort 22 een laag niveau aan, zoals figuur 2F toont, wanneer het niveau van ten minste één van de signalen SA en SB uit de ontvangsteenheden 1A en 30 1B groter is dan of gelijk is aan een vooraf vastgesteld niveau, in welk geval ten minste één van de gedetecteerde uitgangsspanningen VA en VB uit de amplitudedetectieschakelingen 11A, 11B groter is dan of gelijk is aan de referentiespanning VR. Anderzijds nemen beide signalen WA en WB een laag niveau aan er· neemt derhalve het uitgangssignaal Wc uit de NOF-poort 22 een hoog niveau aan, zoals figuur 2F toont, wanneer de niveaus van de signalen SA en SB uit de ontvangstschakelingen 1A en 1B kleiner zijn dan het 35 vooraf vastgestelde niveau, in welk geval beide gedetecteerde uitgangsspanningen VA en VB uit de amplitudedetectieschakelingen 11A en 11B lager zijn dan de referentiespanning vR. In de getekende uitvoeringsvorm, fungeert het uitgangssignaal Wc als een blokkeersignaal voor de omschakeltrap 4, zoals nog nader wordt verduidelijkt, wanneer het een hoog niveau aanneemt.
De schakelbesturingssignalen genererende schakeling 30 omvat een J-K flip-flop 31 met een voorinstel-40 aansluiting PR die via weerstand 32A verbonden is met de uitgang van de spanningsvergelijker 12 van waaruit het signaal XA wordt verkregen en die eveneens is verbonden met de collector van de transistor 34A. Een wisaansluiting CL van de flip-flop 31 is verbonden via een weerstand 32B met de uitgang van de spanningsvergelijker 12 waaruit het signaal XB wordt verkregen en eveneens verbonden met de collector van de transistor 34B. De basis van transistor 34A is via weerstand 33A verbonden met de uitgang van de 45 NOF-schakeling 22 en de emitter van transistor 34A ligt aan aarde. De basis van transistor 34B is via een weerstand 33B verbonden met de uitgang van de NOF-poort 22 en de emitter van de transistor 34B ligt aan aarde. Een aansluiting J, een klokaansluiting CP en een aansluiting K van de flip-flopschakeling 31 liggen aan aarde. De schakelbesturingssignalen ZA en Zg worden verkregen op de aansluitingen Q respectievelijk Q, van de flip-flop 31, die verbonden zijn met de besturingsaansluitingen 4C en 4CD van de omschakeltrap 50 4.
De uitvoeringsvorm volgens figuur 1 werkt als volgt:
Wanneer ten minste één van de ontvangen signalen relatief sterk is, hetgeen betekent dat ten minste één van de niveaus van de signalen SA en SB uit de ontvangeenheden respectievelijk 1A, 1B gelijk is aan of groter dan een vooraf vastgesteld niveau, levert de omschakeltrap 4 aan de middenfrequent versterker 5 het 55 signaal SA of SB met het hoogste niveau. Met name worden de omroepsignalen die ontvangen worden door de antennes 2A, 2B omgezet in signalen SA en SB, welke worden toegevoerd aan amplitudedetectoren 11A, 11B voor het vormen van gedetecteerde uitgangsspanningen, respectievelijk VA en VB. Wanneer ten minste 3 192169 één van de niveaus van de signalen SA, SB gelijk is aan of hoger dan een vooraf vastgesteld niveau, dat wii zeggen wanneer hetzij de gedetecteerde uitgangsspanning VA of VB (of beide) het vooraf vastgestelde niveau VR overschrijdt, neemt het uitgangssignaal Wc uit de niveaubeoordelingsschakeling 20 een laag niveau aan, zodat de transistoren 34A en 34B niet geleidend zijn. De gedetecteerde uitgangssignalen VA en 5 VB worden voorts geleid naar de spanningsvergelijker 12, die de signalen XA en XB genereert, die direct toegevoerd worden aan voorinstelaansluiting PR en wisaansluiting CL van de flip-flop 31. De aandacht wordt erop gevestigd dat de signalen YA en YB (de figuren 2G en 2H) respectievelijk op de voorinstelaansluiting PR en de wisaansluiting CL, dezelfde zijn als de signalen XA en XB (figuren 2B en 2C) uit de detectietrap 10 zolang het blokkeersignaal Wc op een laag niveau_verkeert (figuur 2F). Dienovereenkomstig 10 vallen de schakelbesturingssignalen ZA en Zg uit de aansluitingen Q en Q van de flip-flop 31 dan samen met signalen YA en YB die geleverd worden aan de aansluiting PR respectievelijk CL, zoals is aangegeven in de figuren 2I en 2J. Anders gezegd corresponderen de schakelsignalen ZA en ZB met de signalen XA en XB uit de niveauvergelijkingssschakeling 10, zolang het signaal Wc op een laag niveau verkeert.
Zoals figuur 2K toont, wordt dienovereenkomstig in de periode voor t1 en in de periode na t2 gedurende 15 welke perioden signaal Wc laag is, een diode DA in de omschakeltrap 4 geleidend gemaakt en een diode Db niet geleidend gemaakt, zodat het signaal SA wordt geleid naar de uitgangsklem 4E gedurende elk interval, gedurende hetwelk het niveau van het signaal SA groter is dan het niveau van het signaal SB. Anderzijds wordt, gedurende elk interval wanneer het niveau van het signaal SB groter is dan het niveau van het signaal SA, de diode DA niet geleidend gemaakt en wordt de diode DB geleidend, zodat het signaat 20 SB wordt geleid naar de uitgang 4E. Zoals in het voorgaande is beschreven, wordt het signaal SA of SB dat het hoogste niveau heeft gekozen om uitgevoerd te worden uit de omschakeltrap 4. Het zal duidelijk zijn dat het uitgangssignaal uit de kring 4 wordt gebruikt om de linker- en rechterkanaalaudio-uitgangssignalen die verschijnen op de uitgangen 9L, 9R te verkrijgen.
Het kan natuurlijk gebeuren dat beide ontvangen signalen een relatief lage kwaliteit hebben, dat wil 25 zeggen beide beneden het voorafbepaalde niveau zijn. Wanneer de niveaus van beide signalen SA en Sq kleiner zijn dan het vooraf vastgestelde niveau, wordt het signaal SA of SB dat voordien was geselecteerd, geleverd op de uitgang 4E en gebruikt om de linker- en rechterkanaalaudio-uitgangssignalen te verkrijgen. Met name wanneer de niveaus van beide signalen SA, SB laag zijn, zijn de gedetecteerde uitgangs-spanningen VA en VB uit de amplitudedetectoren 11A en 11B kleiner dan referentiespanning VR, zoals worcB 30 bepaald door de vergelijkingsschakelingen 21A en 21B. Het uitgangssignaal Wc van de niveaubeoordelingsschakeling 20 neemt dan een hoog niveau aan en fungeert als blokkeersignaal. Wanneer uitgangssignaal Wc met een hoog niveau wordt geleid naar de bases van de transistoren 34A en 34B, dan worden deze transistoren geleidend en worden de voorinstelaansluiting PR en de wisaansluiting CL van de flip-flop 31 geaard. Zoals in de figuren 21 en 2J is getoond, blijven dienovereenkomstig in de perioden tussen de 35 tijdstippen t1 en t2, de schakelbesturingssignalen ZA en Zb uit de aansluitingen Q en Q van flip-flop 31 in de toestand direct voorafgaande aan tijdstip t1f dat wil zeggen het tijdstip waarop de niveaus van de signalen SA en SB kleiner worden dan het vooraf vastgestelde niveau. Het schakelbesturingssignaal ZA neemt een laag niveau aan en het schakelbesturingssignaal ZB neemt een hoog niveau aan ongeacht de relatie tussen de niveaus van de signalen SA en SB. Dientengevolge schakelt de omschakeltrap 4 niet langer tussen de 40 signalen SA en SB en gaat voort met het toevoeren van het signaal dat direct voorafgaande aan het tijdstip t1 werd geselecteerd. Het zal duidelijk zijn dat in het getekende voorbeeld in de periode voorafgaande aan tijdstip tn, de diode DA niet geleidend is en de diode DB wel geleidt, zodat het signaal SB wordt geleid naar de uitgang 4E van de omschakeltrap 4, zoals is aangeduid in figuur 2K, in de periode tussen het tijdstip tT en tz- In de periode waarin de signalen SA en SB kleiner zijn dan het vooraf vastgestelde niveau, wordt dus 45 één van de signalen SA en SB continu toegevoerd uit de omschakeltrap 4 en gebruikt om daaruit de stereosignalen van het linker- en rechterkanaal te verkrijgen.
In de uitvoeringsvorm van figuur 1 gaat, zolang de niveaus van beide signalen SA en SB kleiner blijven dan het vooraf vastgestelde niveau, de omschakeltrap 4 voort met als uitgangssignaal het signaal SA of SB te leveren, dat het leverde direct voor het tijdstip waarop beide signalen SA en SB kleiner werden dan het 50 vooraf vastgestelde niveau. Als alternatief kan de ruimtediversiteitsontvanger zodanig worden ingericht, dat de schakelbesturingssignalen ZA en ZB steeds vooraf vastgestelde toestanden of configuraties innemen waarbij het schakelbesturingssignaal ZA een hoog niveau aanneemt en het schakelbesturingssignaal Zg een laag niveau wanneer de signalen SA en SB beide beneden het vooraf vastgestelde niveau liggen. In dat geval, zal de omschakeltrap 4 voortgaan met het toevoeren van het signaal SA op de uitgang 4E gedurende 55 de periode waarin de niveaus van beide signalen SA en SB kleiner zijn dan het vooraf vastgestelde niveau. Het zal duidelijk zijn dat in een dergelijk stelsel, diode DA geleidt en diode DB niet geleidt.
Het zal voorts duidelijk zijn, dat het de speciale schakelbesturingssignalen genererende circuit 30 in de 192169 4 uitvoering van figuur 1 weggelaten kan worden en de signalen XA en XB van de detectietrap 10 rechtstreeks toegevoerd kunnen worden aan de besturingsaansluitingen 4C en 4D van de omschakeltrap 4, in welk geval de spanningsvergelijker 12 welke deel uitmaakt van de schakeling 10 gestuurd wordt door het uitgangssignaal Wc van de niveaubeoordelingsschakeling 20. In een dergelijk geval worden, wanneer ten minste 5 één van de signalen SA en SB een niveau heeft gelijk aan of groter dan een voorafvastgesteld niveau, gedetecteerde uitgangsspanningen VA en VB uit de amplitudedetectieschakelingen 11A en 11B met elkaar vergeleken in de spanningsvergelijker 12 als reactie op een laag niveau van het uitgangssignaal Wc. De resulterende signalen XA en Xg van de spanningsvergelijker 12 indiceren, welke van de signalen SA en SB het hoogste niveau heeft. Wanneer de niveaus van beide signalen SA en SB beide kleiner zijn dan het 10 vooraf vastgestelde niveau, zal het resulterende hoge niveau van het signaal Wc de spanningsvergelijker 12 blokkeren voor een spanningsvergelijking. Het zal duidelijk zijn dat het uitgangssignaal Wc in een dergelijk geval zal fungeren als blokkeersignaal om de omschakeltrap 4 te blokkeren tegen omschakelen van het ene naar het andere van de signalen SA en SB. De signalen XA en XB uit de spanningsvergelijker 12 behouden een vooraf vastgestelde toestand doordat bijvoorbeeld, het signaal XA een hoog niveau aanneemt en het 15 signaal Xe een laag niveau, ongeacht de verhouding tussen de gedetecteerde uitgangsspanningen VA en VB van de amplitudedetectieschakelingen 11A en 11B.
Figuur 3 toont een andere uitvoeringsvorm van de ontvanger volgens de uitvinding, welke eveneens een FM-stereosignaal ontvangt en is voorzien van een paar ontvangsteenheden 40A en 40B. De ontvangsteenheid 40A omvat een antenne 41A, een ingangstrap 42A voor omzetten van een FM-stereosignaal dat 20 ontvangen wordt door de antenne 41A in-een FM-MF-signaal, een middenfrequent versterker 43A voor het versterken van het FM-MF-signaal uit de ingangstrap 42A en een FM-detector 44A voor het demoduleren van het FM-MF-signaal uit de versterker 43A voor het produceren van een gedemoduleerd signaal SA'. Op ' soortgelijke wijze bevat de ontvangsteenheid 40B een antenne 41B, een ingangstrap 42B, een midden-frequentversterker 43B en een FM-detector 44B die een gedemoduleerd signaal SB' levert.
25 De gedemoduleerde signalen SA' en SB' uit respectievelijk de ontvangsteenheden 40A en 40B worden toegevoerd aan de ingangen 4A en 4B van de omschakeltrap 4 (figuur 3b). Een van de gedemoduleerde signalen SA' en SB' wordt door de omschakeltrap 4 selectief toegevoerd aan de uitgang 4E als reactie op schakelbesturingssignalen die toegevoerd worden aan de besturingsaansluitingen 4C en 4D, zoals nog nader in detail zal worden beschreven. Het gedemoduleerde signaal op de aansluiting 4E wordt geleid naar 30 de stereodemodulator 45, waar het gescheiden wordt in linker- en rechterkanaal-uitgangssignalen SL en SR.
De gedemoduleerde signalen SA' en SB' uit respectievelijk de ontvangsteenheden 40A en 40B worden eveneens geleid naar een detectietrap 50 (figuur 3a). De niveaus van de ruiscomponenten in de gedemoduleerde signalen SA' en SB' worden vergeleken om vast te stellen welke van deze signalen het laagste ruisniveau bevat, dat wil zeggen dat de detectietrap 50 vaststelt welke van de signalen SA' en SB' de beste 35 signaal/ruis-verhouding bezit. De gedemoduleerde signalen SA' en SB' worden geleid naar hoogdoorlaat-filters respectievelijk 51A en 51B waarin de ruiscomponenten NA en NB met frequenties hoger dan een vooraf vastgestelde, bijvoorbeeld 60Khz, onttrokken worden aan de gedemoduleerde signalen SA' en SB'.
De ruiscomponenten NA en NB worden geleid naar de detectieschakelingen 52A respectievelijk 52B voor het produceren van de gedetecteerde uitgangsspanningen VA' en VB', zoals figuur 4A toont.
40 De gedetecteerde uitgangsspanningen VA' en VB worden geleid naar een spanningsvergelijker 53 en daarin vergeleken voor het vormen van een paar signalen XA' en XB', welke aangeven welk signaal het beste signaal/ruis-verhouding heeft. Wanneer het niveau van de ruiscomponent NA in het gedemoduleerde signaal SA' kleiner is dan het niveau van de ruiscomponent NB in het gedemoduleerde signaal SB' en derhalve de gedetecteerde uitgangsspanning VA' lager is dan de gedetecteerde uitgangsspanning VB', 45 hetgeen betekent dat de signaal/ruis-verhouding van het gedemoduleerde signaal SA' groter is dan de signaal/ruis-verhouding van het gedemoduleerde signaal SB', neemt het signaal XA' een hoog niveau en het signaal XB' een laag niveau aan, zoals geïllustreerd is in de figuren 4B en 4C. Wanneer het niveau van de miscomponent NB in het gedemoduleerde signaal SB' kleiner is dan het niveau van de miscomponent NA in het gedemoduleerde signaal SA' en derhalve de gedetecteerde uitgangsspanning VB' lager is dan de 50 gedetecteerde uitgangsspanning VA', hetgeen betekent dat de signaal/ruis-verhouding van het gedemoduleerde signaal SB' groter is dan de signaal/misverhouding van de gedemoduleerde signaal SA' neemt het signaal XA' een laag niveau aan en het signaal XB' een hoog niveau, zoals de figuren 4B en 4C tonen.
De uitvoering van figuur 3 bevat voorts een niveaubeoordelingsschakeling 60 teneinde te beoordelen of ten minste één van de niveaus van de miscomponenten NA en NB in de gedemoduleerde signalen SA' en 55 SB' uit de ontvangsteenheden 40A en 40B, kleiner is dan een vooraf vastgesteid niveau corresponderend met een benedenste limiet van een signaal/ruis-verhouding. Met andere woorden beoordeelt de niveaubeoordelingsschakeling 60 of de niveaus van beide miscomponenten NA en NB deel uitmaken van de 5 192169 gedemoduleerde signalen respectievelijk SA' en SB', groter zijn dan of gelijk aan een vooraf vastgesteld niveau. Het zal duidelijk zijn dat in de uitvoering van figuur 3 de signalen SA en SB' uit de detectietrap 50 niet direct geleid worden naar de besturingsklemmen 4C en 4D van de omschakeltrap 4 als schakel-besturingssignalen maar in plaats daarvan worden geleid naar een besturingssignalen genererende 5 schakeling 30 die soortgelijk is aan die welke beschreven is aan de hand van figuur 1 en die schakel-besturingssignalen ZA en ZB genereert die worden geleid naar de besturingsaansluitingen 4C en 4D van de omschakeltrap 4. Het uitgangssignaal Wc' uit de niveaubeoordelingsschakeling 60 bestuurt de schakel· besturingssignalen genererende schakeling 30, zoals nog nader zal worden beschreven.
De gedetecteerde uitgangsspanningen VA' en VB' uit de detectieschakelingen 52A en 52B van de 10 detectietrap 50 worden geleid naar spanningsvergelijkers respectievelijk 61A en 61B, in de niveaubeoordelingsschakeling 60 en daar vergeleken met een referentiespanning VR' teneinde de signalen WA' respectievelijk WB' te geneieren (figuren 4D en 4D). De signalen WA' en WB' uit de spanningsvergelijkers 61A en 61B worden geleid naar de EN-poort 62. Dienovereenkomstig neemt ten minste één van de signalen WA' en WB' een laag niveau aan en neemt dus de uitgang Wc' uit de EN-poort 62 een laag niveau 15 aan, zoals figuur 4F toont, wanneer ten minste één van de niveaus van de ruiscomponenten NA en NB in de gedemoduleerde signalen SA' en SB kleiner is dan het vooraf vastgestelde niveau en ten minste één van de gedetecteerde uitgangsspanningen VA' en VB' kleiner is dan de referentiespanning VR'. Anderzijds neemt elk van de signalen WA' en WB' een hoog niveau aan en gaat dus het uitgangssignaal Wc' uit de EN-poort 62 hoog, zoals figuur 4F toont, wanneer beide niveaus van de ruiscomponenten NA en NB in de gedemodu-20 leerde signalen SA' en SB groter zijn dan of gelijk aan het vooraf vastgestelde niveau en beide gedetecteerde uitgangsspanningen VA' en VB' uit de detectieschakelingen 52A en 52B groter zijn dan of gelijk aan de referentiespanning VR'. In de getekende uitvoering, fungeert het uitgangssignaal Wc' als een blokkeer-signaal wanneer het een hoog niveau aanneemt teneinde het schakelen van de signalen SA' en SB' door de omschakeltrap 4 te voorkomen.
25 De schakelbesturingssignalen genererende schakeling 30 is met zijn voorinstelaansluiting PR van de JK flip-flop 31 PR verbonden via de weerstand 32A met de uitgang van de spanningsvergelijker 53, waaraan het signaal XA' wordt ontleend en met de collector van de transistor 34A. De wisaansluiting CL van de flip-flop 31 is via de weerstand 32B verbonden met de uitgang van de spanningsvergelijker 53, waaraan het signaal XB' wordt ontleend en met de collector van transistor 34B. De basis van transistor 34A is via de 30 weerstand 33A verbonden met de uitgang van de EN-poort 62. De emitters van de transistoren 34A en 34B liggen aan aarde. De basis van transistor 34B is via weerstand 33B verbonden met de uitgang van de EN-poort 62. De andere aansluitingen van de flip-flop 31 zijn verbonden zoals in figuur 1.
De uitvoering van figuur 3 werkt als volgt:
De ontvangsteenheden 40A en 40B produceren gedemoduleerde signalen SA' en Se' die worden geleid 35 naar de omschakeltrap 4 en naar de detectietrap 50 om gedetecteerde uitgangsspanningen VA' en VB' alsmede signalen XA en XB' te vormen. De gedetecteerde uitgangsspanningen VA' en V' worden geleid naar de niveaubeoordelingsschakeling 60, waar deze spanningen met de referentiespanning VR' voor het vormen van het uitgangssignaal Wc' worden vergeleken. Wanneer het niveau van de miscomponenten NA en Nb in ten minste één van de gedemoduleerde signalen SA' en SB' kleiner is dan het vooraf vastgestelde 40 niveau, neemt het uitgangssignaal Wc' uit de niveaubeoordelingsschakeling 60 een laag niveau aan, zodat de transistoren 34A en 34B niet geleidend worden. Dienovereenkomstig worden de signalen XA' en XB' uit de niveauvergelijkingsschakeling 50 respectievelijk toegevoerd aan de voorinstelaansluiting PR en de wisaansluiting CL van de flip-flop 31. Met andere woorden, de signalen YA' en YB' op de aansluiting PR en aansluiting CL zijn dezelfde als de signalen X/ en X^uit de detectietrap 30, zoals de figuren 4G en 4H 45 tonen. De schakelbesturingssignalen ZA en ZB uit de Q en Q klemmen van flip-flop 31 vallen samen met de signalen YA' en YB die worden geleid naar de voorinstelaansluiting PR en wisaansluiting CL, zoals respectievelijk is aangegeven in de figuren 4I en 4J en derhalve zijn de schakelbesturingssignalen ZA en ZB in principe hetzelfde als de signalen XA' en XB' uit de niveauvergelijkingsschakeling 50.
Zoals aangegeven is in figuren 4A en 4K, wordt in de periode voor het tijdstip V en na het tijdstip t2' 50 diode Da in de omschakeltrap 4 geleidend en diode DB niet geleidend, zodat het gedemoduleerde signaal SA' wordt geleid naar de uitgang 4E van de omschakeltrap 4, wanneer het niveau van de miscomponent NA in het gedemoduleerde signaal SA' kleiner is dan het niveau van de miscomponent NB in het gedemoduleerde signaal SB'. Omgekeerd wanneer het signaal van de miscomponent NB in het gedemoduleerde signaal SB' kleiner is dan het niveau van miscomponent NA in het gedemoduleerde signaal SA', wordt diode 55 Da niet geleidend en diode DB geleidend, zodat het gedemoduleerde signaal SB' toegevoerd wordt aan de uitgang 4E. Het gedemoduleerde signaal SA' of SB' dat de laagste misniveaucomponent bevat, wordt derhalve geselecteerd voor het vormen van audiosignalen voor het linkerkanaal en het rechterkanaal.
192169 6
Wanneer beide omroepsignalen ruis bevatten, dat wil zeggen dat de ruiscomponenten in beide gedemoduleerde signalen SA' en SB' groter dan of gelijk aan een vooraf vastgesteld niveau worden, wordt het gedemoduleerde signaal SA' of SB' dat voordien toegevoerd werd vanuit de omschakettrap 4, verder geleverd en vindt geen omschakeling plaats. Met name wanneer de niveaus van beide miscomponenten NA 5 en Nb in de gedemoduleerde signalen SA' en Sb' groter dan of gelijk zijn aan het vooraf vastgestelde niveau, neemt het uitgangssignaal Wc' van de niveaubeoordelingsschakeling 60 een hoog niveau aan om te fungeren als een blokkeersignaal voor de omschakettrap 4. Met name worden de transistoren 34A en 34B geleidend gemaakt, zodat de voorinstelaansluiting PR en de wisklem CL van de flip-flop 31 geaard worden. Dientengevolge, zoals getekend is in figuren 4I en 4J in de periode tussen de tijdstippen t,' en t2', blijven 10 de signalen ZA en Zg die toegevoerd worden vanaf de klemmen Q en Q van de flip-flop 31 in een toestand waarin ze waren voorafgaande aan het tijdstip t/, dat wil zeggen voorafgaande aan het tijdstip waarop de niveaus van beide ruiscomponenten en NA en NB groter dan of gelijk aan het vooraf vastgestelde niveau werden. In het getekende geval, neemt, op het tijdstip t/ en daarna het tijdstip y het signaal ZA een laag niveau aan en neemt het signaal Ze een hoog niveau aan, zoals op het tijdstip direct voorafgaande aan de 15 tijd t/, ongeacht de daarop volgende verhouding tussen de niveaus van de miscomponenten NA en NB. Dientengevolge schakelt de omschakettrap 4 niet langer om tussen de gedemoduleerde signalen SA' en SB' en behoudt de toestand die bestond direct voorafgaande aan het tijdstip y. In dit voorbeeld wordt de diode Da niet geleidend en de diode DB geleidend, zodat het gedemoduleerde signaal SB' toegevoerd wordt aan de uitgang 4E van de omschakettrap 4, zoals is aangeduid in figuur 4K, in de tijdsperiode tussen tijdstip t/ 20 en tijdstip t2'. Een van de gedemoduleerde signalen SA' en SB' wordt dus continu geleverd zonder dat daartussen wordt geschakeld en dit signaal wordt gebruikt om de uitgangssignalen voor het linker- en rechterkanaal te verkrijgen. Het zal duidelijk zijn dat ongewenste pulsruis welke wordt veroorzaakt door de werking van de omschakettrap 4 wanneer de misniveaus in beide ontvangen signalen een vooraf vastgesteld niveau overschrijden, wordt vermeden.
25 In de uitvoering van figuur 3, wanneer de niveaus van beide miscomponenten NA en NB in de gedemoduleerde signalen SA' en SB' groter zijn dan of gelijk aan het vooraf vastgestelde niveau, worden de uitgangssignalen SL en SR van de stereodemodulator 45 niet direct geleid naar de uitgangen van de ontvanger, maar worden in plaats daarvan geleid naar de uitgangen via de bandonderdmkkings-schakelingen 70L en 70R, waarin de miscomponenten worden onderdrukt als reactie op het uitgangssignaal 30 Wc' en de gedetecteerde spanningen VA' en VB'.
In de getekende uitvoering, hebben de bandonderdmkkingsschakelingen 70L en 70R dezelfde configuratie en bevatten elk een ingang 71 waar het audio-uitgangssignaal SL of SR wordt ontvangen en een serieketen van een weerstand 72 en een condensator 73. De collector-emitter overgang van de transistor 74 en de collector-emitter overgang van de transistor 75 staan in serie tussen ingang 71 en aarde. De basis 35 van elke transistor 74 ligt aan een besturingsaansluiting 77. De basis van elke transistor 75 is via een spanningsdeter 76 verbonden met een tweede besturingsaansluiting 78. De uitgang 79 van de onderdrukkingsschakeling (70L en 70R) is gekoppeld met een veibindingspunt tussen de respectieve weerstand 72 en de condensator 73.
Het genereren van stuursignalen voor de bandonderdmkkingsschakelingen 70L en 70R zal in het 40 volgende worden beschreven. Een optelschakeling 80 (figuur 3A) ontvangt de gedetecteerde uitgangs-spanningen VA' en VB' uit de detectieschakelingen 52A en 52B en vomit een gemiddelde spanning Vc als volgt:
Vc = V2 (VA' + VB').
45 De optelschakeling 80 voert de gemiddelde spanning Vc toe aan besturingsaansluiting 77 van elke van de bandonderdmkkingsschakelingen 70L en 70R. De tweede besturingsaansluitingen 78 van de bandonderdmkkingsschakelingen 70L en 70R zijn verbonden met de uitgang van de niveaubeoordelingsschakeling 60 en ontvangen het uitgangssignaal Wc' daamit.
Zoals in het voorgaande is vermeld, neemt wanneer ten minste één van de niveaus van de ruis-50 componenten NA en NB in de gedemoduleerde signalen SA' en SB', kleiner is dan het vooraf vastgestelde niveau, het uitgangsniveau Wc' een laag niveau aan en worden de transistoren 75 in de bondonderdmk-schakeling 70L en 70R afgeschakeld. Dienovereenkomstig worden de uitgangssignalen SL en SR van de stereodemodulator 45 overgedragen via weerstanden 72 naar de uitgangen 79 zonder enige frequentieverandering. Wanneer de niveaus van de miscomponenten NA en NB in beide gedemoduleerde signalen SA' 55 en SB' groter zijn dan of gelijk aan het vooraf vastgestelde niveau, neemt het signaal Wc' een hoog niveau aan. De transistoren 75 worden dus ingeschakeld door het signaal Wc' en de transistoren 74 worden ingeschakeld door de gemiddelde spanning Vc uit de opteller 80, zodat de bandonderdrukschakelingen 70L

Claims (1)

  1. 7 192169 en 70R als laagdooriaatfilters fungeren. Dienovereenkomstig worden de uitgangssignalen S, en SR overgedragen door de bandonderdrukschakelingen 70L en 70R naar de uitgangsklem 79, met de hoogfrequentbanddelen, dat wil zeggen het deel waar de miscomponenten NA en NB gelegen zijn, in onderdrukte toestand. In de uitvoering volgens figuur 3 is het gewenst dat des te hoger de gemiddelde 5 spanning Vc uit de opteller 80 is, des te lager de afsnijfrequentie van de laagdooriaatfilters gevormd door de bandonderdrukschakelingen 70L en 70R is. In de uitvoering van figuur 3 gaat de omschakeltrap 4 verder met het toevoeren van het gedemoduteerde signaal SA' of SB', dat geleverd werd op een tijdstip waarop de niveaus van beide miscomponenten NA en Nb groter werden dan of gelijk aan een voorafvastgesteld niveau. Een mimtediversiteitsontvanger soortgelijk 10 aan die uit figuur 3, kan ook zodanig ingericht zijn dat de schakelbesturingssignalen ZA en Zg vooraf vastgestelde toestanden aannemen wanneer beide miscomponenten NA en NB het vooraf vastgestelde niveau overschrijden. Het schakelbestuursignaal ZA bijvoorbeeld kan een hoog niveau aannemen en het schakelbestuursignaal Zg kan een laag niveau aannemen wanneer beide miscomponenten NA en NB groter zijn dan of gelijk aan het vooraf vastgestelde niveau. Op dat moment wordt diode DA geleidend en DB niet 15 geleidend, zodat het gedemoduteerde signaal SA' geleverd wordt aan klem 4E. Volgens een verdere modificatie van de uitvoeringsvorm volgens figuur 3, kunnen de signalen XA' en Xe' uit de detectietrap 50 direct geleverd worden aan de besturingsaansluitingen 4C en 4D van de omschakel-trap 4 en wordt het uitgangssignaal Wc' uit de schakeling 60 gebruikt om de spanningsvergelijker 53 te sturen. In een dergelijk geval, wanneer ten minste één van de niveaus van de miscomponenten NA en Hg 20 kleiner is dan het vooraf vastgestelde niveau, wordt de spanningsvergelijker 53 werkzaam gemaakt door het uitgangssignaal Wc' voor het vergelijken van de gedetecteerde spanningen VA' en VB'. De spanningsvergelijker 53 levert de signalen XA' en XB' om aan te geven welke van de gedemoduteerde signalen SA' en Sb' de laagste misniveaucomponent heeft. Wanneer de niveaus van beide miscomponenten NA en NB groter zijn dan of gelijk aan het vooraf vastgestelde niveau, wordt de spanningsvergelijker 53 onwerkzaam 25 gemaakt om een spanningsveigelijking uit te voeren als reactie op het uitgangssignaal Wc', dat fungeert als blokkeersignaal en nemen de signalen XA' en XB' vooraf vastgestelde waarden aan. Het signaal XA' kan bijvoorbeeld een hoog niveau krijgen, terwijl het signaal XB' een laag niveau heeft ongeacht de verhouding tussen de gedetecteerde uitgangsspanningen VA' en VB'. 30 Ruimtediversiteitsontvanger voor de ontvangst van radio-omroepsignalen, omvattende een eerste en een tweede antenne; een eerste en een tweede ontvangtrap, die respectievelijk verbonden zijn met de eerste en 35 de tweede antenne en die elk een uitgangssignaal leveren bij aanwezigheid van de omroepsignalen,- een detectietrap die vaststelt welke van de beide uitgangssignalen de grootste signaalmisverhouding heeft; en een omschakeltrap waaraan de beide uitgangssignalen worden toegevoerd en die in responsie op daaraan toegevoerde, van de signaalmisveihoudingen van de beide uitgangssignalen afhankelijke besturings-signalen, één van de beide uitgangssignalen doorschakelt naar een uitgangstrap, met het kenmerk, dat de 40 ontvanger is voorzien van een niveaubeoordelingstrap die is ingericht om een blokkeersignaal af te geven wanneer de signaalmisveihoudingen van de beide uitgangssignalen kleiner zijn dan een vooraf bepaalde waarde; dat in responsie op het blokkeersignaal zodanige besturingssignalen aan de omschakeltrap worden toegevoerd dat één van de beide uitgangssignalen, onafhankelijk van de momentane kleine signaalmisverhouding, wordt doorgeschakeld naar de uitgangstrap; en dat bij afwezigheid van het blokkeersignaal 45 zodanige besturingssignalen worden toegevoerd aan de omschakeltrap, dat het signaal met de grootste signaalmisverhouding wordt doorgeschakeld naar de uitgangstrap. Hierbij 5 bladen tekening
NL8402346A 1983-07-25 1984-07-25 Ruimtediversiteitsontvanger. NL192169C (nl)

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP13558383 1983-07-25
JP58135583A JPS6027238A (ja) 1983-07-25 1983-07-25 受信機
JP58147720A JPS6039933A (ja) 1983-08-12 1983-08-12 Fm受信機
JP14772083 1983-08-12

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8402346A NL8402346A (nl) 1985-02-18
NL192169B NL192169B (nl) 1996-10-01
NL192169C true NL192169C (nl) 1997-02-04

Family

ID=26469403

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8402346A NL192169C (nl) 1983-07-25 1984-07-25 Ruimtediversiteitsontvanger.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US4578819A (nl)
AT (1) AT393577B (nl)
CA (1) CA1218115A (nl)
DE (1) DE3427473A1 (nl)
FR (1) FR2550032B1 (nl)
GB (1) GB2144947B (nl)
NL (1) NL192169C (nl)

Families Citing this family (27)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4742568A (en) * 1985-06-10 1988-05-03 Nec Corporation Receiver for antenna switching diversity systems
JPS61284125A (ja) * 1985-06-11 1986-12-15 Nec Corp ダイバ−シチ受信方式
JPH0683127B2 (ja) * 1985-07-22 1994-10-19 日本電気株式会社 ダイバーシチ受信無線機
DE3612235A1 (de) * 1986-04-11 1987-10-15 Blaupunkt Werke Gmbh Verfahren und schaltungsanordnung zum empfang von radiowellen mit mehreren antennen
JPS6387081A (ja) * 1986-09-30 1988-04-18 Toshiba Corp モニタテレビジヨン装置
US5204904A (en) * 1986-12-01 1993-04-20 Carver Corporation Apparatus for receiving and processing frequency modulated electromagnetic signals
DE3641109A1 (de) * 1986-12-02 1988-08-25 Lindenmeier Heinz Signaldiversity-anlage fuer den mobilen empfang
JP2622972B2 (ja) * 1987-09-17 1997-06-25 三洋電機株式会社 Fmラジオ受信機
FR2626111B1 (fr) * 1988-01-20 1990-04-27 Saint Gobain Vitrage Systeme d'antennes pour vehicule
DE3814900A1 (de) * 1988-05-03 1989-11-23 Hirschmann Richard Gmbh Co Empfangsverfahren und empfangs-antennensystem fuer mobilen empfang
JPH0338932A (ja) * 1989-07-06 1991-02-20 Oki Electric Ind Co Ltd スペースダイバーシチ方式
US5224121A (en) * 1992-06-04 1993-06-29 Motorola, Inc. Rolling synthesizer method for baseband slow frequency hopping
US5430759A (en) * 1992-08-20 1995-07-04 Nexus 1994 Limited Low-power frequency-hopped spread spectrum reverse paging system
US5335246A (en) * 1992-08-20 1994-08-02 Nexus Telecommunication Systems, Ltd. Pager with reverse paging facility
IL104264A (en) * 1992-08-20 1996-07-23 Nexus Telecomm Syst Remote location determination system
US5351274A (en) * 1993-08-20 1994-09-27 General Electric Company Post detection selection combining diversity receivers for mobile and indoor radio channels
KR960009446B1 (en) * 1993-12-23 1996-07-19 Hyundai Electronics Ind A diversity device of gps antenna
GB2308530B (en) * 1995-12-21 2000-03-22 Nokia Mobile Phones Ltd Antenna selection control circuitry
US6839543B1 (en) * 1996-09-09 2005-01-04 Victory Industrial Corporation Method and system for detecting and discriminating multipath signals
JPH1098423A (ja) * 1996-09-20 1998-04-14 Sumitomo Wiring Syst Ltd 放送受信システムおよび放送受信システムの制御方法
KR19980033998A (ko) * 1996-11-04 1998-08-05 김광호 무선 전송 시스템에서 공간 다이버시티를 적용한 수신 장치 및 방법
SE508290C2 (sv) * 1997-01-21 1998-09-21 Ericsson Telefon Ab L M Mottagaranordning för två frekvensband
US5911124A (en) * 1997-02-03 1999-06-08 Motorola, Inc. Method and apparatus for applying echo mitigation in a communication device
US6009307A (en) * 1997-05-13 1999-12-28 Qualcomm Incorporated Multiple antenna detecting and selecting
DE19743123B4 (de) * 1997-09-30 2005-11-24 Harman Becker Automotive Systems (Xsys Division) Gmbh Verfahren und Schaltungsanordnung zur Auswahl eines von mehreren Empfängern einer Diversity-Empfangsanlage
US7248843B2 (en) * 2003-11-07 2007-07-24 Ge Medical Systems Information Technologies, Inc. Antenna selection system and method
US7640040B2 (en) * 2005-08-22 2009-12-29 Kyocera Corporation Systems and methods for tuning an antenna configuration in a mobile communication device

Family Cites Families (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB825785A (en) * 1956-10-17 1959-12-23 Collins Radio Co Single sideband diversity system
FR1499243A (fr) * 1966-08-04 1967-10-27 Thomson Houston Comp Francaise Perfectionnements aux procédés et dispositifs de réception en diversité
DE1591144B2 (de) * 1967-11-28 1976-12-16 Gottstein, Dietrich, 8026 Ebenhausen Empfangseinrichtung mit mindestens zwei empfaengerzuegen und einer automatischen umschalteinrichtung
CA1065020A (en) * 1974-06-27 1979-10-23 William L. Hatton High reliability diversity communications system
US4035729A (en) * 1976-05-21 1977-07-12 General Electric Company Audio signal quality indicating circuit
JPS56168442A (en) * 1980-05-30 1981-12-24 Nissan Motor Co Ltd Diversity receiver for car
JPS5733834A (en) * 1980-08-07 1982-02-24 Clarion Co Ltd Frequency modulation noise reducing circuit
US4403343A (en) * 1980-09-30 1983-09-06 Clarion Co., Ltd. Diversity receiver
GB2096865B (en) * 1981-03-26 1984-12-12 Ferranti Ltd Diversity receivers
JPS587939A (ja) * 1981-07-08 1983-01-17 Nissan Motor Co Ltd 車両用ダイバ−シテイ受信装置
JPS5880939A (ja) * 1981-11-09 1983-05-16 Sony Corp アンテナ装置
JPS58191538A (ja) * 1982-04-30 1983-11-08 Clarion Co Ltd 車載用ダイバ−シテイ受信装置

Also Published As

Publication number Publication date
FR2550032A1 (fr) 1985-02-01
NL192169B (nl) 1996-10-01
ATA240784A (de) 1991-04-15
US4578819A (en) 1986-03-25
CA1218115A (en) 1987-02-17
GB8418788D0 (en) 1984-08-30
AT393577B (de) 1991-11-11
GB2144947B (en) 1987-02-04
GB2144947A (en) 1985-03-13
FR2550032B1 (fr) 1987-01-02
NL8402346A (nl) 1985-02-18
DE3427473A1 (de) 1985-02-14

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL192169C (nl) Ruimtediversiteitsontvanger.
US4380824A (en) Receiving reproducing system
US5134707A (en) Satellite receiver
US4399325A (en) Demodulating circuit for controlling stereo separation
US5784465A (en) Stereo receiver
EP0399557B1 (en) FM stereo receiver
US4512031A (en) Arrangement for receiving TV-signals having left and right stereo sound signals
US4466115A (en) FM Stereo signal demodulator
US4827153A (en) Circuit arrangement for optionally connecting signal sources to a signal sink
US4710958A (en) Circuit for controlling separation and high-cut operation of a stereo demodulator in an FM radio receiver
JPS5920212B2 (ja) ステレオ復調装置
NL192284C (nl) Televisieontvanger van het voor demodulatie van een stereo-omroepsignaal geschikt type.
US5752178A (en) Waveform identity discriminating circuit
JP3195897B2 (ja) ステレオ受信機
JPS6317257B2 (nl)
JP2723187B2 (ja) 音声多重復調回路
JP3120457B2 (ja) ダイバーシティ方式のfm受信装置
JPS6223161Y2 (nl)
JPS6223501B2 (nl)
JP3119490B2 (ja) ダイバーシティ方式のfm受信装置
JPH06197087A (ja) ステレオ放送信号受信装置
JP4121267B2 (ja) 音声多重信号復調装置
JPH0314848Y2 (nl)
JPH0431609B2 (nl)
US3339024A (en) Time sampling stereophonic receiver circuit

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20030201