NL1027652C2 - Voertuig met voeding voor externe installatie. - Google Patents

Description

♦

VOERTUIG MET VOEDING VOOR EXTERNE INSTALLATIE

5

De onderhavige uitvinding betreft een voertuig en een systeem met een dusdanig voertuig en ten minste één externe installatie, en een werkwijze.

Het voertuig omvat een verrijdbaar gestel, ten minste 10 één, met een voeding te bekrachtigen component op of aan het gestel, en een voedingsbron op of aan het gestel voor het verschaffen van de voeding aan de component.

Dergelijke voertuigen zijn algemeen bekend in gebruikelijke systemen. Bijvoorbeeld rijden vuilniswagens 15 langs verzamelplaatsen, waar containers staan opgesteld voor het legen daarvan, of langs ingegraven vuilstorten met daarop een te openen en/of te sluiten deksel. Ook zijn bekend: tankwagens, die langs tankstations routes rijden voor het vullen van de ondergrondse tanks van die stations. Het kan 20 hierbij onbemande tankstations betreffen met bijvoorbeeld een lichtinstallatie, die alleen bekrachtigd hoeft te worden, als personenauto's of vrachtwagens langskomen om te tanken of wanneer de tankwagen langs het tankstation komt voor het vullen van de ondergrondse tanks.

25 Daarbij doen de voertuigen vaak zeer veel verschillende, niet noodzakelijkerwijs op grote afstand van elkaar gelegen externe installaties aan, welke ook op zeer afgelegen locaties kunnen zijn verschaft. Daarin schuilen de nadelen van de bekende techniek. Voorbeeld in het geval van 30 afgelegen tankstations moeten elektrische voorzieningen worden aangelegd naar de afgelegen locatie voor het verlichten van zo'n tankstation en het in ieder geval voeden van ook de overige componenten van een elektrische 1027652 2 installatie ter plaatse. Door de afgelegenheid van zo'n tankstation is het aanleggen van elektrische voorzieningen kostbaar en tijdrovend, en is ongeautoriseerde toegang tot de ter plaatse verschafte elektrische voeding moeilijk tegen te 5 gaan en/of te beheersen. Bijvoorbeeld in het geval van een ondergrondse of ingegraven vuilstort met daarop een deksel wordt in een daardoor gevormde externe installatie een motor verschaft voor het selectief openen en/of sluiten van het deksel. Dergelijke ingegraven vuilstorten komen steeds meer 10 frequent voor op relatief korte afstanden van elkaar, en de deksels van dergelijke externe installaties moeten worden geopend, voordat een ingegraven houder kan worden geleegd in bijvoorbeeld een vuilniswagen. De daartoe toegepaste motor als actuator is gewoonlijk voorzien van een eigen 15 hydraulische pneumatische of meer in het bijzonder elektrische voeding. In het bijzonder een elektrische voeding, bijvoorbeeld een aansluiting op het lichtnet, moet in een dergelijke omgeving als die van een ingegraven vuilstort aan een veelvoud van gebruikelijke vereisten 20 voldoen in verband met de veiligheid en de betrouwbaarheid van het lichtnet. Omdat dergelijke ingegraven vuilstorten vaak op korte afstand van elkaar zijn gelegen, moeten deze maatregelen voor de veiligheid en betrouwbaarheid van het lichtnet op veel verschillende plaatsen op korte afstand van 25 elkaar worden getroffen, en daardoor lopen de kosten voor dergelijke ingegraven vuilstorten hoog op.

Volgens de onderhavige uitvinding worden de problemen met de bekende techniek verholpen of althans aanzienlijk verminderd door een voertuig in een systeem met als 30 onderscheidende eigenschap, dat het voertuig een met de voedingsbron verbonden externe aansluiting omvat, welke verbindbaar is met een externe installatie voor het selectief met de voeding bekrachtigen daarvan. Aldus komt de behoefte 1027652 3 te vervallen aan het verschaffen van aansluiting op het lichtnet van afgelegen locaties of op kort van elkaar gelegen locaties met hoge eisen aan veiligheid en betrouwbaarheid. Er zijn ook toepassingen, waar bijvoorbeeld gebruik wordt 5 gemaakt van een hydraulische pomp, en dan kan volgens de onderhavige uitvinding het voertuig een hydraulische voedingsbron omvatten, en hetzelfde geldt voor pneumatiek.

Bij voorkeur is de externe aansluiting te extenderen in een richting van het voertuig af. Aldus kan een verbinding 10 worden gelegd voor het verschaffen van de voeding aan de externe installatie, nadat het voertuig de externe installatie althans bij benadering is genaderd. Dit kan de vorm hebben van een arm met, aan het ten opzichte van het voertuig distale uiteinde daarvan, een koppeling voor 15 doorgifte van de voeding aan de externe installatie. Zo'n arm kan een knikarm, een telescooparm, een zwenkarm of een andere extendeerbare configuratie zijn, hetgeen een gunstige, eenvoudige en elegante uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding oplevert. Bij voorkeur is dan de externe 20 aansluiting terzijde van het gestel ten opzichte van de rijrichting daarvan gepositioneerd. Dit is in het bijzonder gunstig, wanneer onderdelen van het voertuig, die moeten samenwerken met de externe installatie, ook terzijde van het voertuig zijn gepositioneerd, zodat de wisselwerking tussen 25 het voertuig en de externe installatie, en het overbrengen van voeding gelokaliseerd plaatsvindt terzijde van het voertuig. Echter, niet is uitgesloten, dat binnen het kader van de onderhavige uitvinding de externe installatie bijvoorbeeld aan de voorzijde van het voertuig is 30 aangebracht, en de onderdelen voor wisselwerking met de externe installatie terzijde daarvan. Ook andere configuraties zijn mogelijk.

1027652 4

Bij voorkeur omvat het voertuig een aandrijving en een besturing voor het extenderen van de externe aansluiting. Aldus kan het handmatig extenderen van de externe aansluiting en het eventueel tot stand brengen van contact tussen de 5 voedingsbron en de externe installatie overbodig worden gemaakt.

Bij voorkeur is de externe aansluiting te oriënteren op een aansluitpunt van de externe installatie. De één-op-één relatie tussen het aansluitpunt en de externe aansluiting 10 verhoogt het gebruiksgemak.

In een uitvoeringsvorm met een aandrijving en een besturing voor de externe aansluiting, die te oriënteren is op een aansluitpunt van de externe installatie is het gunstig, wanneer de besturing is ingericht voor automatische 15 aansluiting en/of contact van de externe aansluiting en het aansluitpunt. Aldus kan een handmatige ingreep voor het tot stand brengen van een voeding voor de externe installatie overbodig zijn, maar dergelijk handmatig handelen kan nog altijd wenselijk zijn in het geval, dat de besturing en/of de 20 aandrijving voor de externe aansluiting faalt. In een dusdanige configuratie kan het gunstig zijn, wanneer het voertuig verder omvat: een met de besturing verbonden beeldvormingssysteem voor plaatsbepaling van het aansluitpunt ten opzichte van althans het gestel. Dergelijke 25 beeldvormingssystemen staan ook wel bekend als "vision".

Daarbij kan gebruik worden gemaakt van een digitale camera in het beeldvormingssysteem om op basis van plaatsbepaling van het aansluitpunt van de externe installatie volledig automatische de externe aansluiting te kunnen sturen naar en 30 contact te maken met het aansluitpunt.

In een verdere uitvoeringsvorm kan het voertuig reinigingsmiddelen omvatten, welke op de externe aansluiting inwerken voor het reinigen daarvan. Dit kan in het bijzonder 1027652 5 gunstig zijn om te voorkomen/ dat vuil elektrisch, pneumatisch of hydraulisch, etc. contact belemmert of verhindert.

In nog een andere uitvoeringsvorm kan het voertuig 5 met de externe aansluiting samenhangende communicatiemiddelen omvatten voor uitwisseling van gebruiksgegevens. Dergelijke gebruiksgegevens kunnen omvatten: vulgegevens van een houder van een ingegraven vuilstort, autorisatiegegevens met betrekking tot het gebruik van de externe installatie in 10 samenhang met het voertuig, besturingsgegevens voor het in-of uitschakelen van een verlichting bij de externe installatie, besturingsgegevens voor het in- of uitschakelen van pompmiddelen, etc.

Hieronder zal een enkele, niet-limitatieve 15 uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding worden beschreven onder verwijzing naar de bijgevoegde figuur, waarbij wordt opgemerkt, dat al uit het voorgaande blijkt, dat diverse andere uitvoeringsvormen mogelijk zijn binnen het kader van de onderhavige uitvinding.

20 In de figuur is een vuilniswagen 1 getoond, welke bedoeld en geschikt is voor het legen van een houder 3 van een ingegraven vuilstort 2. De ingegraven vuilstort 2 omvat een deksel 4 met een zuil 5 voor het inwerpen van vuilnis, dat dan in de houder 3 terechtkomt. De vuilniswagen 1 zelf 25 omvat een instortopening 6, waarbij middelen zijn aangebracht voor het aangrijpen van de houder 3, het uit de ingegraven vuilstort 2 heffen van de houder 3, en het legen van de houder 3 in een laadruimte 7 van de vuilniswagen 1.

Voorafgaand aan het legen van de houder 3 dient het 30 deksel 4 van de ingegraven vuilstort 2 opengezwenkt te worden in de richting van pijl A. Daartoe is een tandheugelbaan 8 verschaft, waarop een elektromotor 9 inwerkt in de ingegraven vuilstort 2. Deze elektromotor 9 bevindt zich ondergronds in, 1027652 6 naast of bij de ingegraven vuilstort 2. Bij de ingegraven vuilstort 2 is geen aansluiting verschaft op het lichtnet, en wordt, volgens de onderhavige uitvinding, de motor 9 bekrachtigd met voeding van een voedingsbron op, aan of bij 5 de vuilniswagen 1. Deze voedingsbron kan worden gevormd door de accu of de dynamo van de vuilniswagen 1 in het motorcompartiment 10 daarvan.

Aan de zijkant ten opzichte van de rijrichting van de vuilniswagen 1 is een extendeerbare arm 11 aangebracht met 10 aan het distale uiteinde ten opzichte van de vuilniswagen 1 zelf een koppeling 12. De koppeling 12 is vormgegeven en ingericht om contact tot stand te brengen met een staander 13, welke stationair is opgesteld in de nabijheid van de ingegraven vuilstort 2. Tussen de staander 13 en de 15 elektromotor 9 lopen geleiders 14 voor het verschaffen van voeding, welke van de vuilniswagen 1 afkomstig is, aan de elektromotor 9, als de koppeling 12 contact maakt met de staander 13. Aldus behoeft ook voor de elektromotor 9 geen accu of aansluiting op het lichtnet te worden verschaft.

20 De in de figuur weergegeven arm 11 is een gecombineerde knik- en zwenkarm. Opgemerkt wordt, dat ook andere soorten armen te gebruiken zijn, zoals bijvoorbeeld een telescooparm, etc. Van belang is hierbij, dat een externe aansluiting wordt gevormd door de combinatie van de arm 11 en 25 de koppeling 12 voor het verschaffen van voeding aan een door bijvoorbeeld de elektromotor 9 gevormde actuator bij de als ingegraven vuilstort vormgegeven externe installatie.

Evenzeer kan bij de ingegraven vuilstort 2 een verlichting zijn geplaatst, die ook kan worden gevoed vanuit de 30 vuilniswagen 1.

Voor het verschaffen van voeding aan de als ingegraven vuilstort 2 vormgegeven externe installatie wordt de door de arm 11 en de koppeling 12 gevormde externe 1027652 7 aansluiting georiënteerd op een door de staander 13 vormgegeven aansluitpunt. Daartoe wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van een aandrijving en een besturing voor althans de ! arm, zodat een chauffeur van de vuilniswagen 1 niet uit de 5 cabine hoeft te komen, zodat een volledig geautomatiseerd ! systeem volgens de onderhavige uitvinding kan worden verschaft. Daarbij kan zelfs gebruik worden gemaakt van een beeldvormingssysteem, waarvan een bij voorkeur digitale camera 15 aan de zijkant van de vuilniswagen 1 is 10 aangebracht, en welke is verbonden met een (niet getoonde) besturing voor doorgifte van beeld voor plaatsbepaling van de staander 13, die het aansluitpunt vormt voor de externe aansluiting 11, 12. Uit het beeld van de camera 15 kan de plaats van de staander 13 worden bepaald, waarna de (niet 15 getoonde) besturing in samenwerking met een (niet getoonde) aandrijving van de externe aansluiting 11, 12 voeding voor de externe installatie 2 kan bewerkstelligen.

Tevens zijn aan de vuilniswagen 1 reinigingsmiddelen verschaft in de vorm van een sproeier 16 voor het reinigen 20 van althans de koppeling 12 van de externe aansluiting 11, 12.

Verder wordt opgemerkt, dat de koppeling 12 en de staander 13 zijn ingericht voor het niet alleen verschaffen van voeding aan de externe installatie 2, maar tevens voor 25 uitwisseling van gebruiksgegevens. Hiertoe omvat de vuilniswagen 1 communicatiemiddelen, die de gebruiksgegevens kunnen uitwisselen met communicatiemiddelen van de externe installatie 2. Dit is niet-limitatief en symbolisch getoond, doordat meer dan twee geleiders 14 zijn verschaft, waarbij 30 twee geleiders 14 nodig zijn voor het verschaffen van elektrische voeding en een derde geleider 14 kan worden gebruikt voor uitwisseling van de gebruiksgegevens.

1027652 8

Het zal duidelijk zijn, dat na kennisneming van de voorgaande beschrijving van een zeer specifieke, maar niet-limitatieve uitvoeringsvorm, zich vele alternatieve en aanvullende uitvoeringsvormen aan de vakman zullen opdringen.

5 Deze zijn allen gelegen binnen de beschermingsomvang, zoals die is gedefinieerd in de bijgevoegde conclusies, tenzij het een uitvoeringsvorm betreft, die in wezenlijke opzichten afwijkt van de geest of definitie volgens de conclusies van de uitvinding. Zo is het mogelijk, dat het voertuig geen 10 vuilniswagen is, maar een tankwagen voor het bevoorraden van een tankstation, dat in hoofdzaak onbemand is en waarbij een verlichting van het tankstation vanuit een dergelijke tankwagen kan worden ingeschakeld of uitgeschakeld. De actuator van de externe installatie kan in het bijzonder ook 15 pneumatisch of hydraulisch zijn en is aldus niet beperkt tot een elektrische voeding. Hiertoe zal een andere vormgeving van de koppeling worden gebruikt dan die, welke hierboven is beschreven en in de figuur is getoond. In het geval van een ingegraven vuilstort als die, welke hierboven is beschreven 20 en in de figuur is getoond, kan een compensatie, bijvoorbeeld een mechanische compensatie, zijn verschaft voor het gewicht van het deksel over de houder, zodat een zeer lichte elektromotor 9 toe te passen is, en een voeding in de vorm van laagspanning op bijvoorbeeld 24V mogelijk is. Als 25 reinigingsmiddelen is een sproeier getoond en beschreven.

Deze kan vloeistof sproeien over de koppeling, maar dat kan juist in het geval van een elektrische voeding ongunstig zijn. Dan kan de sproeier ook bedoeld en ingericht zijn voor het genereren van een luchtstroom voor het schoonblazen van 30 de koppeling.

1027652

Claims (18)

1. Voertuig, omvattende: een verrijdbaar gestel; ten 5 minste één, met een voeding te bekrachtigen component op of aan het gestel; en een voedingsbron op of aan het gestel voor het verschaffen van de voeding aan de component, gekenmerkt door een met de voedingsbron verbonden externe aansluiting, welke verbindbaar is met een externe installatie 10 voor het selectief met de voeding bekrachtigen daarvan.

2. Voertuig volgens conclusie 1, waarbij de voeding er één is uit een groep, welke omvat: elektriciteit, in het bijzonder laagspanning; hydrauliek; pneumatiek, etcetera.

3. Voertuig volgens conclusie 1 of 2, waarbij de 15 externe aansluiting te extenderen is in een richting van het voertuig af.

4. Voertuig volgens conclusie 3, waarbij de externe aansluiting een arm aan het voertuig omvat met aan het ten opzichte van het voertuig distale uiteinde van de arm een 20 koppeling voor doorgifte van de voeding aan de externe installatie.

5. Voertuig volgens conclusie'4, waarbij de arm er één is uit een groep, welke omvat: een knikarm, een telescooparm, een zwenkarm, een gecombineerde knik- en 25 zwenkarm, etcetera.

6. Voertuig volgens conclusie 3, 4 of 5, waarbij de externe aansluiting ter zijde van het gestel ten opzichte van de rijrichting daarvan is gepositioneerd.

7. Voertuig volgens ten minste één van de conclusies 30 3-6, verder omvattende een aandrijving en een besturing voor het extenderen van de externe aansluiting. 1027652 *

8. Voertuig volgens ten minste één van de conclusies 3-7, waarbij de externe aansluiting te oriënteren is op een aansluitpunt van de externe installatie.

9. Voertuig volgens conclusies 7 en 8, waarbij de 5 besturing is ingericht om de externe aansluiting met de aandrijving automatisch te sturen naar en/of in contact te brengen met het aansluitpunt.

10. Voertuig volgens ten conclusie 9, verder omvattende een met de besturing verbonden 10 beeldvormingssysteem voor plaatsbepaling van het aansluitpunt ten opzichte van althans het gestel.

11. Voertuig volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, verder omvattende reinigingsmiddelen, welke op de externe aansluiting inwerken voor het reinigen daarvan.

12. Voertuig volgens ten minste één van de voorgaande conclusies, verder omvattende met de externe aansluiting samenhangende communicatiemiddelen voor uitwisseling van gebruiksgegevens.

13. Systeem, omvattende een voertuig volgens ten 20 minste één van de voorgaande conclusies en ten minste één externe installatie, welke via de externe aansluiting te verbinden is met de voedingsbron van het voertuig voor bekrachtiging van de externe installatie.

14. Systeem volgens conclusie 13, waarbij de externe 25 installatie er één is uit een groep, welke omvat: een tankplaats voor inname door het voertuig van brandstof met selectief in te schakelen verlichting; een pomp met selectief in te schakelen pompmiddelen; een ingegraven vuilstort met een selectief te openen deksel, bij voorkeur met een het 30 gewicht van het deksel ten minste ten dele compenserend mechanisch systeem; een met een selectief te openen en/of te sluiten hek omgeven inrichting; etcetera. 1027852 ·.

15. Systeem volgens conclusie 13 of 14, waarbij de externe installatie een actuator omvat, welke er één is uit een groep, welke omvat: een elektrische motor; een hydraulisch apparaat; een pneumatisch apparaat; etcetera.

16. Systeem volgens ten minste één van de conclusies 13, 14 en 15, waarbij de externe installatie communicatiemiddelen omvat voor uitwisseling van gebruiksgegevens met communicatiemiddelen van het voertuig via de externe aansluiting daarvan.

17. Systeem volgens ten minste één van de conclusies 13 - 16, waarbij het voertuig een vuilniswagen is, en de externe installatie een ingegraven vuilstort is, welke een selectief met een actuator zonder voedingsbron in de externe installatie te openen en/of te sluiten deksel omvat, waarbij 15 de voedingsbron via de externe aansluiting met de actuator te verbinden is.

18. Werkwijze, omvattende: het rijden met een voertuig volgens ten minste één van de conclusies 1-12 naar ten minste één externe installatie in een systeem volgens ten 20 minste één van de conclusies 13 - 16; en het met een voedingsbron op of aan het gestel van het voertuig selectief bekrachtigen van de externe installatie. 1027652