NL1024375C2 - Inrichting en werkwijze voor het verwerken van bloemen. - Google Patents

Inrichting en werkwijze voor het verwerken van bloemen. Download PDF

Info

Publication number
NL1024375C2
NL1024375C2 NL1024375A NL1024375A NL1024375C2 NL 1024375 C2 NL1024375 C2 NL 1024375C2 NL 1024375 A NL1024375 A NL 1024375A NL 1024375 A NL1024375 A NL 1024375A NL 1024375 C2 NL1024375 C2 NL 1024375C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
tooth
flowers
flower
row
teeth
Prior art date
Application number
NL1024375A
Other languages
English (en)
Inventor
Johannes Valk
Original Assignee
Havatec B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Havatec B V filed Critical Havatec B V
Priority to NL1024375A priority Critical patent/NL1024375C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1024375C2 publication Critical patent/NL1024375C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G5/00Floral handling
    • A01G5/02Apparatus for binding bouquets or wreaths

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Sorting Of Articles (AREA)

Description

Titel: Inrichting en werkwijze voor het verwerken van bloemen -
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het verwerken van bloemen.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het verwerken van bloemen. Met bloemen wordt in dit kader een geheel van steel en 5 bloemknop(pen) en eventueel bladeren enzovoort bedoeld. De soort verwerking van de bloemen is niet wezenlijk voor de uitvinding, maar kan bijvoorbeeld transporteren, bundelen, inspecteren, sorteren en/of verpakken van de bloemen omvatten.
Het is algemeen bekend dat het verwerken van bloemen, in het bijzonder het 10 inspecteren, sorteren, bundelen en verpakken hiervan een arbeidsintensieve bezigheid is , die men minstens ten dele zou willen automatiseren. Uit EP 930002, EP 0449386, NL 9302142, WO 99/00006 en NL 9200894 zijn bijvoorbeeld inrichtingen bekend die bloemen machinaal op vorkvormige houders plaatsen. Voor elk van deze inrichtingen is het echter vereist dat de 15 bloemen vooraf met de hand één voor één in de desbetreffende inrichtingen moeten worden geplaatst, hetgeen hoge arbeidskosten met zich meebrengt. Daarom wordt reeds lang gezocht naar efficiëntere methoden voor het invoeren van bloemen. In de stand der techniek wordt reeds geruime tijd geworsteld om mechanismen te vinden die geschikt zijn voor het efficiënt invoeren van 20 bloemen. Het doel is om de bloemen met meerdere tegelijk in te voeren en de bloemen vervolgens te ‘‘verenkelen”, dat wil zeggen individueel mechanisch manipuleerbaar te maken. Dit moet gebeuren met lage arbeidskosten, hoge capaciteit en zonder de bloemen en met name de bloemknoppen te beschadigen.
25 Nederlands octrooi No. 1017452, bijvoorbeeld, richt zich op het invoeren van tulpen die aan de bol worden opgehangen, met de bloemknoppen onder. De in dit document getoonde inrichting bevat een paar parallel lopende snaren om de tulpen te transporteren en een houder voorzien van een paar schuin naar de snaren aflopende staven waartussen de tulpen naar een ingangsopening 30 tussen het snarenpaar toe glijden. Bij gebruik worden de tulpen achter elkaar I 024 3 75
2 I
tussen de staven gehangen, waarbij zich een rij vormt die naar de snaren toe I
glijdt en daar wordt overgenomen, waardoor de tulpen tussen de snaren komen I
te hangen. In een cascade van telkens sneller lopende snarenparen worden de I
tulpen telkens versneld en zodoende uit elkaar getrokken. Aan een I
5 uitgangsopening van het laatste snarenpaar wordt elke tulp individueel met een
actuator overgezet naar een transportband met individuele ophangplaatsen I
voor individuele bloemen. Een voordeel van deze invoerinrichting is dat I
meerdere invoerrichtingen tegelijk kunnen worden gebruikt waarbij gebruik I
wordt gemaakt van een gemeenschappelijke transportband met I
10 ophangplaatsen voor de bloemen. Zodoende kan een hoge invoercapaciteit I
worden gerealiseerd. Deze invoerinrichting heeft echter ook enkele nadelen. I
Middels een stoot van de actuator tegen de steel van een bloem wordt deze I
bloem overgeschoten vanaf de snaren naar een ophangplaats van het I
gemeenschappelijke transportorgaan, waarbij de bloem zich tijdelijk in een vrije I
15 vlucht bevindt. Door onregelmatigheden in de bloemsteel en I
gewichtsverschillen tussen de bloemen onderling is dit een kritische overgang I
waarbij het voor kan komen dat de ophangplaats wordt gemist en de bloem op I
de grond valt. Een tweede nadeel is dat de steel van de bloemen niet in alle I
gevallen bestand is tegen de stoot van de actuator. Nederlands octrooi I
20 No. 1018013 maakt bij invoer gebruik van een veeltandige vork met lange I
tanden. Bij het invoeren kunnen de bloemen als een bos tussen de tanden van I
de vork geschoven worden. Vervolgens wordt telkens een paar tanden van de I
vork gescheiden, zodat er hoogstens een rij van bloemen die tussen het I
tandenpaar hangt overblijft. De bloemen worden vervolgens door meenemers I
25 vanaf het tandenpaar meegenomen. Ook aan deze oplossing kleven nadelen. I
Een eerste nadeel van deze oplossing is dat bij het invoeren van een bos I
bloemen tegelijk, de stelen van de bloemen verstrengeld kunnen blijven. Een I
tweede nadeel is dat bij het invoeren van een bos bloemen het regelmatig I
voorkomt dat er zich tussen tanden geen of slechts enkele bloemen bevinden, I
30 waardoor de capaciteit tegenvalt. I
In de Nederlandse octrooiaanvrage No. 1022550 wordt een invoer inrichting I
beschreven waarmee bloemen zoals gerbera’s efficiënt kunnen worden I
1024375 I
3 ingevoerd. In deze inrichting worden de gerbera’s groepsgewijs tussen een paar snaren ingebracht waarbij tijdens het inbrengen de bloemen met de hand ontstrengeld worden. Het ontstrengelen van de bloemen kan nog verder worden vergemakkelijkt door gebruik te maken van boven de snaren aangebrachte 5 steunelementen waarop de bloemen worden geschikt en van waaruit de bloemen kunnen worden overgenomen op de snaren.
Verder wordt in deze octrooiaanvrage beschreven hoe de bloemen individueel en één voor één kunnen worden overgenomen vanaf de snaren naar een transportelement waarmee meenemers meebewegen. Zodoende kunnen de 10 bloemen individueel worden meegenomen. In de praktijk is gebleken dat met deze invoerinrichting een invoercapaciteit kan worden gerealiseerd van maximaal 6000 - 7000 bloemen per uur. Dit is echter niet genoeg voor de vereiste capaciteit van bijvoorbeeld een sorteermachine voor gerbera’s. Het is daarom noodzakelijk om gebruik te maken van meerdere invoerinrichtingen 15 tegelijk en de bloemen uit de verschillende invoerinrichtingen te verzamelen in een gemeenschappelijke transporteur met ophangplaatsen. Hiervoor is de inrichting zoals beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage No. 1022550 niet geschikt.
20 Het is, onder meer, een doel van de uitvinding om te voorzien in een inrichting en werkwijze voor het verwerken van bloemen waarin de bloemen met hoge efficiëntie kunnen worden ingevoerd, waarbij het gevaar voor verstrengeling en/of beschadiging kan worden tegen gegaan, en waarmee het mogelijk is om de bloemen uit meerdere invoerinrichtingen te verzamelen in een 25 gemeenschappelijke transporteur met ophangplaatsen.
De uitvinding heeft betrekking op een verwerkingsin richting voor bloemen voorzien van: - een aanvoermechanisme voor het aanvoeren van bloemen die verticaal op rij hangen met aan een uiteinde van de rij een mee te nemen bloem; 30 - een reeks paren tanden met elk een voorgaande en een achteropkomende tand, welke achteropkomende tand in de lengterichting van de tanden beweegbaar is ten opzichte van een 1024375
voorgaande tand; I
- een transportorgaan om de reeks paren tanden relatief ten opzichte van I
de rij te bewegen in een transportrichting met een bewegingscomponent I
in een richting langs de rij, zodat de mee te nemen bloem als laatste I
5 gepasseerd wordt terwijl de tanden zich dwars op de rij uitstrekken en de I
voorgaande tand in de beweging voor de achteropkomende tand uit I
gaat; I
- een aandrijfmechanisme, ingericht om, wanneer een paar tanden de rij I
passeert, een achteropkomende tand van het paar tussen de mee te I
10 nemen bloem en een voorgaande bloem in de rij te duwen terwijl een I
voorgaande tand vrij gehouden wordt van de rij, teneinde de mee te I
nemen bloem met achteropkomende tand mee te nemen vanuit het I
aanvoermechanisme, I
- relatieve verplaatsingsmiddelen voor het, na het verlaten van het I
15 aanvoermechanisme, verplaatsen van de mee te nemen bloem ten I
opzichte van de voorgaande tand, totdat de bloem een zodanige positie I
ten opzichte van de voorgaande tand aanneemt dat de bloem tussen de I
voorgaande en de achteropkomende tand wordt ondersteund. I
Als aanvoermechanisme kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van een I
20 paar snaren waartussen de bloemen worden geleid en getransporteerd. I
Een achteropkomende tand van een paar tanden kan een bloem vanuit een I
aanvoermechanisme meenemen doordat deze tand op het juiste moment I
tussen een laatste bloem en een voorgaande bloem van een door een I
aanvoermechanisme aangevoerde rij bloemen wordt geduwd, terwijl een I
25 voorgaande tand van het paar vrij blijft van de rij. Voordat de meegenomen I
bloem vrijkomt uit het betreffende aanvoermechanisme dient deze bloem ten I
opzichte van de voorgaande tand verplaatst te worden naar een positie waarbij I
de bloem tussen beide genoemde tanden van het paar kan worden I
ondersteund. Hierbij kan op een voordelige wijze gebruik worden gemaakt van I
30 een geleidingselement waardoor de bloem, terwijl deze door achteropkomende I
tand langs betreffend geleidingselement wordt voortbewogen, door dit I
geleidingselement verschoven wordt in de lengterichting van de tanden naar I
1024375 I
5 een positie waarin de bloem tussen de voorgaande en de achteropkomende tand wordt ondersteund.
Om er voor te zorgen dat er telkens niet meer dan één bloem in een aanvoermechanisme beschikbaar is voor mee name door een 5 achteropkomende tand van een paar tanden is het voordelig gebruik te maken van een detector voor het detecteren van de bloemen in het aanvoermechanisme en een snelheidsregelaar voor het regelen van een snelheid van transport in het aanvoermechanisme.
Door gebruik te maken van een transportorgaan met paren tanden volgens de 10 uitvinding is het mogelijk om bloemen vanuit meerdere aanvoermechanismen over te nemen in één gemeenschappelijk transportorgaan met paren tanden. Hiertoe is het voordelig gebruik te maken van tanden met een voldoende lengte waardoor het mogelijk is een bloem opgenomen door een paar tanden vanuit een eerste aanvoermechanisme over een relatief grote afstand te verplaatsen 15 langs de voorgaande en achteropkomende tand van het paar, waardoor de bloem zich vrij kan verplaatsen langs een tweede aanvoermechanisme. Voor gerberabloemen moet hierbij gedacht worden van een lengte van de tanden van 15-25 cm. Verder dient de vooruitgeduwde achteropkomende tand van het betreffende paar teruggeduwd te worden naar een positie waarin deze tand 20 vrijblijft van de rij bloemen van het tweede aanvoermechanisme. Een paar tanden dat, na het eerste aanvoermechanisme te zijn gepasseerd, geen bloem bevat, kan een bloem uit het tweede aanvoermechanisme opnemen.
Eventueel kan gebruik gemaakt worden van meer dan twee aanvoermechanismen en corresponderende rijen bloemen.
25
De uitvinding zal nu verder worden beschreven aan de hand van de volgende figuren. Hierin toont
Figuur 1 een bovenaanzicht van een verwerkingsinrichting voor bloemen.
Figuur 2 een bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm van een 30 aanvoermechanisme.
De verwerkingsinrichting omvat een eerste aanvoermechanisme 1, dat is voorzien van een paar snaren 9 en geleidewielen voor de snaren 14. Snaren 9 l 024 37 5
I 6 I
I lopen in hoofdzaak parallel aan elkaar, en tussen de snaren 9 kunnen bloemen I
I 3a, bijvoorbeeld met de hand via ingang 2 worden aangevoerd. Gemakshalve I
I zijn in de figuur alleen de stelen van de bloemen weergegeven. In het geval van I
I gerbera’s zullen de bloemen verticaal hangend met de stelen tussen de snaren I
I 5 naar beneden uitstekend en met de bloemknoppen rustend op de snaren I
I worden aangevoerd, echter het zal duidelijk zijn dat de inrichting ook geschikt is I
voor het verwerken van tulpenbloemen welke met de bloemknop naar beneden I
I en met de bloembollen rustend op de snaren worden ingevoerd. Voor de I
I verdere beschrijving van de figuur worden gerbera’s als voorbeeld I
I 10 aangehouden. I
I De figuur toont verder transportorgaan 4 voorzien van tandenparen 6 met elk I
I een voorgaande tand 7 en achteropkomende tand 8. De tanden zijn uitgevoerd I
I als rechte pennen welke parallel aan elkaar opgenomen zijn in I
I houderelementen 5 waarin de achteropkomende tanden verschuifbaar zijn I
I 15 opgenomen in de lengterichting van de tanden. Met pijl P wordt de I
I transportrichting aangegeven van het transport van tandenparen. Met pijl R I
I wordt de transportrichting aangegeven van de bloemen in het I
I aanvoermechanisme. Getoond wordt een tandenpaar 6a waarvan beide I
I tanden de rij bloemen in het eerste aanvoermechanisme vrij kan I
I 20 passeren. Bloemen worden ingevoerd door een menselijke operator via ingang I
I 2. Na invoeren steunen de bloemen met de bloemknop op de snaren en worden I
I de bloemen getransporteerd. Een detector 10 en een niet in de figuur I
I aangegeven snelheidsgeregelde aandrijving van de snaren zorgen ervoor dat I
I een mee te nemen bloem op een gedefinieerd tijdstip kan worden meegenomen I
I 25 door een achteropkomende tand van een tandenpaar. Een tandenpaar 6b wordt I
I getoond waarvan de achteropkomende tand vooruit is geduwd, met behulp van I
I een niet in de figuur weergegeven aandrijfmechanisme, tussen de bloem die I
I meegenomen dient te worden en een bloem die daarna meegenomen dient te I
I worden. Als aandrijfmechanisme kan bijvoorbeeld een schakelbare I
I 30 pneumatische cilinder worden gebruikt. Verder wordt een tandenpaar 6c I
I getoond waan/an de achteropkomende tand is teruggetrokken en het I
I tandenpaar een bloem bevat die naar een verdere positie op het tandenpaar is I
I 1024375 7 verplaatst.
Geleidingselementen 12 en 13 zorgen er voor dat een door een achteropkomende tand meegenomen bloem verschoven wordt naar een positie waarin de bloemknop van de bloem door beide tanden van het betreffende paar 5 kan worden ondersteund dan wel naar een verder gelegen positie tussen de tanden. De lengte en vorm van het geleidingselement kan zo gekozen worden dat de bloem naar een positie wordt verplaatst dat deze vrij kan passeren langs een tweede aanvoermechanisme (niet in de figuur weergegeven). Zodoende kunnen bloemen welke in een eerste aanvoermechanisme zijn overgenomen 10 langs een volgend aanvoermechanisme vrij passeren. Hiermee wordt bereikt dat bloemen, welke via meerdere aanvoermechanismen tegelijk worden aangevoerd kunnen worden verzameld in een gemeenschappelijk transportorgaan waarin de bloemen op regelmatige afstanden van elkaar zijn opgenomen waarmee verdere verwerking van de bloemen met hoge capaciteit 15 mogelijk wordt.
Het zal duidelijk zijn dat de uitvinding niet beperkt is tot de getoonde uitvoeringsvorm. Allerlei variaties zijn mogelijk zonder van de uitvinding af te wijken. Zo kan bijvoorbeeld ook de voorgaande tand van het tandenpaar vooruit geduwd worden, bijvoorbeeld om te waarborgen dat de bloem tussen beide 20 tanden van het paar wordt ondersteund. In de hierboven beschreven figuur 1 zijn dan de voorgaande tanden ook verschuifbaar in houderelement 5. Een geleidingselement direct na de uitgang van het aanvoermechanisme kan dan achterwege blijven, terwijl een verder opgesteld tweede geleidingselement er vervolgens voor kan zorgen dat de bloem naar een andere positie op de tanden 25 wordt verplaatst.
De tanden zijn bij voorkeur uitgevoerd als rechte pennen, parallel aan elkaar en loodrecht op de transportrichting verplaatsbaar ten opzichte van elkaar. Tanden kunnen echter ook tevens in een richting evenwijdig aan de transportrichting ten opzichte van elkaar verplaatst worden.
30 Ook is het denkbaar dat meerdere bloemen op eenzelfde tandenpaar worden getransporteerd. Hiermee kan de verwerkingscapaciteit van de inrichting verder worden opgevoerd. In dit geval kan een eerste bloem vanuit een eerste 1 024375
I 8 I
I aanvoermechanisme worden meegenomen door een tandenpaar. Nadat deze I
I bloem met een geleidingselement is verplaatst naar een verdere positie op de I
I tanden kan met hetzelfde paar tanden een tweede bloem overgenomen worden I
I vanuit een tweede aanvoermechanisme. Eventueel kunnen er drie of nog meer I
I 5 bloemen op één paar tanden worden getransporteerd. De tanden dienen dan I
I voldoende lang uitgevoerd te worden. I
I In figuur 1 is een aanvoermechanisme weergegeven waarin de bloemen in een I
I richting ingevoerd worden evenwijdig aan het transportorgaan met I
I tandenparen. Het kan logistieke voordelen hebben om gerberabloemen in te I
I 10 voeren in een richting loodrecht op dit transportorgaan. Figuur 2 toont een I
I aanvoermechanisme waarmee dat mogelijk is. Via een snarenstelsel 21,22 en 9 I
I kunnen bloemen automatisch door een bocht worden geleid waarna bloemen I
I weer kunnen worden overgenomen. I
I De beschreven inrichting en werkwijze is geschikt voor bloemen die aan de I
I 15 bloemknop opgehangen worden verwerkt zoals bijvoorbeeld gerbera’s en rozen I
echter ook voor bolbloemen zoals tulpenbloemen welke opgehangen aan de bol I
I met de bloem onder worden verwerkt. Ook is de uitvinding geschikt voor takken I
I welke uitsteeksels bevatten waaraan de takken kunnen worden opgehangen. I
I 20 I
I 25 I
I 30 I
I 1024375

Claims (8)

1. Verwerkingsinrichting voor bloemen omvattende : 5. een aanvoermechanisme voor het aanvoeren van bloemen die verticaal op rij hangen met aan een uiteinde van de rij een mee te nemen bloem; - een reeks paren tanden met elk een voorgaande en een achteropkomende tand, welke achteropkomende tand in de lengterichting van de tanden beweegbaar is ten opzichte van een 10 voorgaande tand; - een transportorgaan om de reeks paren tanden relatief ten opzichte van de rij te bewegen in een transportrichting met een bewegingscomponent in een richting langs de rij, zodat de mee te nemen bloem als laatste gepasseerd wordt terwijl de tanden zich dwars op de rij uitstrekken en de 15 voorgaande tand in de beweging voor de achteropkomende tand uit gaat; - een aandrijfmechanisme, ingericht om, wanneer een paar tanden de rij passeert, een achteropkomende tand van het paar tussen de mee te nemen bloem en een voorgaande bloem in de rij te duwen terwijl een 20 voorgaande tand vrij gehouden wordt van de rij, teneinde de mee te nemen bloem met achteropkomende tand mee te nemen vanuit het aanvoermechanisme, - relatieve verplaatsingsmiddelen voor het, na het verlaten van het aanvoermechanisme, verplaatsen van de mee te nemen bloem ten 25 opzichte van de voorgaande tand, totdat de bloem een zodanige positie ten opzichte van de voorgaande tand aanneemt dat de bloem tussen de voorgaande en de achteropkomende tand wordt ondersteund.
2. Verwerkingsinrichting volgens conclusie 1 waarin een verplaatsingsmiddel 30 wordt gevormd door een zodanig opgesteld geleidingselement waardoor de bloem, terwijl deze door achteropkomende tand langs betreffend geleidingselement wordt voortbewogen, door dit geleidingselement 1024375
10 I verschoven wordt in de lengterichting van de tanden naar een positie waarin I de bloem tussen de voorgaande en de achteropkomende tand wordt I ondersteund. I
3. Verwerkingsinrichting volgens conclusie 1 of 2 , voorzien van een detector I voor het detecteren van de bloemen in het aanvoermechanisme en een snelheidsregelaar voor het regelen van een snelheid van transport in het I aanvoermechanisme, zodat telkens niet meer dan één bloem beschikbaar is I voor meename door respectievelijke achteropkomende tanden. I
10 I
4. Werkwijze voor het verwerken van bloemen, omvattende de stappen van I - bloemen verticaal hangend op een rij aanvoeren met aan een uiteinde van de I rij een mee te nemen bloem; I - het verplaatsen van een reeks paren tanden met elk een voorgaande en een I 15 achteropkomende tand, in een richting langs de rij zodat de mee te nemen I bloem als laatste gepasseerd wordt terwijl de tanden zich dwars op de rij I uitstrekken en de voorgaande tand in de beweging voor de achteropkomende I tand uit gaat; I - wanneer een paar tanden de rij passeert, een achteropkomende tand van het I 20 paar tussen de mee te nemen bloem en een voorgaande bloem in de rij I duwen terwijl een voorgaande tand van het paar vrij gehouden wordt van de I - het meenemen van de bloem middels het voortduwen van deze bloem door I betreffende achteropkomende tand. I 25. verplaatsen van de meegenomen bloem ten opzichte van de voorgaande I tand, totdat de bloem een zodanige positie ten opzichte van de voorgaande I tand aanneemt dat de bloem tussen de voorgaande en de achteropkomende I tand wordt ondersteund. I
5. Werkwijze volgens conclusie 4 waarbij de relatieve verplaatsing van de I bloem ten opzichte van de voorgaande tand plaats vindt middels het I 1024375^ I verschuiven van de bloem in een richting vanaf de rij met een bewegingscomponent loodrecht op de rij.
6. Werkwijze volgens conclusie 4 waarbij de relatieve verplaatsing van de 5 bloem ten opzichte van de voorgaande tand plaats vindt middels het bijtrekken van de voorgaande tand bij de vooruit geduwde achteropkomende tand.
7. Werkwijze volgens één van de conclusies 4-6, waarbij bloemen met meerdere rijen tegelijk worden aangevoerd en waarbij bloemen die vanuit een 10 eerste rij zijn overgenomen in paren tanden langs betreffende tanden verschoven worden naar een positie waarin deze bloemen ongestoord een tweede rij bloemen kunnen passeren en waarbij paren tanden waarin geen bloemen vanuit een eerste rij zijn opgenomen, bloemen vanuit een tweede rij ovememen, waarbij tevens de achteropkomende tanden van paren tanden 15 waarin bloemen vanuit een eerste rij zijn opgenomen verplaatst worden in een richting vanaf de rijen bloemen zodat deze achteropkomende tanden bloemen een volgende rij niet kunnen raken.
8. Werkwijze volgens een van de conclusies 4-7, met het kenmerk dat deze 20 wordt toegepast voorafgaand aan het sorteren en/of bossen en/of verpakken van bloemen. 1024375-
NL1024375A 2003-09-25 2003-09-25 Inrichting en werkwijze voor het verwerken van bloemen. NL1024375C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1024375A NL1024375C2 (nl) 2003-09-25 2003-09-25 Inrichting en werkwijze voor het verwerken van bloemen.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1024375 2003-09-25
NL1024375A NL1024375C2 (nl) 2003-09-25 2003-09-25 Inrichting en werkwijze voor het verwerken van bloemen.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1024375C2 true NL1024375C2 (nl) 2005-03-29

Family

ID=34617530

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1024375A NL1024375C2 (nl) 2003-09-25 2003-09-25 Inrichting en werkwijze voor het verwerken van bloemen.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1024375C2 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2005840C2 (nl) * 2010-12-08 2012-06-11 Florian Holding B V Werkwijze en inrichting voor de verwerking van bloemen waarin afstanden tussen steeleinden bij transport van achtereenvolgende bloemen worden aangepast.

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2005840C2 (nl) * 2010-12-08 2012-06-11 Florian Holding B V Werkwijze en inrichting voor de verwerking van bloemen waarin afstanden tussen steeleinden bij transport van achtereenvolgende bloemen worden aangepast.

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5157899A (en) Method of and apparatus for sorting and bundling flowers
CN107361113B (zh) 直接悬挂线
NL8301756A (nl) Inrichting voor het opnemen van staafvormig materiaal.
US9415523B2 (en) Systems and methods of continuous conveyor feeding
JP5000135B2 (ja) 自動化プランター
US4875571A (en) Unloading method and apparatus for a cable finishing system
NL1024375C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het verwerken van bloemen.
NL1031333C2 (nl) Inrichting voor het verwerken van bloemen.
CN113522912A (zh) 瓶子清洗机和用于将瓶子输送到瓶子清洗机中的方法
EP3235740A1 (en) Method and plant for feeding products, in particular confectionery products, to a packaging machine
NL1006410C1 (nl) Werkwijze voor het oogsten, transporteren en sorteren van rozen, en transportstelsel voor rozen.
HUE030406T2 (hu) Eljárás és berendezés tubusok és dobozok csomagolásához
NL1012981C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het bossen van bloemen.
NL1006029C2 (nl) Transportstelsel voor het transporteren van rozen naar een sorteermachine.
NL1022550C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het verwerken van bloemen.
NL1020432C1 (nl) Werkwijze en inrichting voor het oogsten, transporteren en verenkelen van bloemen en takken.
CZ327394A3 (en) Method of depositing and separating tubes and a spinning machine with a device for making the same
NL9302142A (nl) Stelsel voor het toevoeren van bloemen aan een bloemenverwerkingsinrichting.
NL2003705C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het verwerken van bloemen.
NL1001993C2 (nl) Werkwijze voor het in een hoes verpakken van een bos bloemen of dergelijke.
NL9300969A (nl) Werkwijze en inrichting voor het op klasse sorteren van planten.
JPH1190351A (ja) 農産物の選別装置及びこの装置の運転方法
NL1030316C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het hanteren van snijbloemen.
NL1011963C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het bepalen van de eigenschappen van een gewas.
NL1018970C2 (nl) Bloemorientatiewijziging bij bossen.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
TD Modifications of names of proprietors of patents

Owner name: FLORIAN HOLDING B.V.

Effective date: 20070420

MK Patent expired because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20230924