NL1013596C2 - Werkwijze voor het vervaardigen van worsten, en houder voor het bevatten van worsten. - Google Patents

Description

Werkwijze voor het vervaardigen van worsten, en houder voor het bevatten van te bewerken worsten

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van droge 5 worsten door achtereenvolgens de bewerkingsstappen: A het vervaardigen van een nog te drogen halfproduct bestaande uit een met een worstvulling gevulde huid, en B het gedurende een periode van meer dan één dag drogen van het halfproduct. De uitvinding heeft tevens betrekking op een inrichting en een houder voor toepassing van de werkwijze.

10

Worsten worden ook wel onderverdeeld in onder andere de klassen gekookte worsten en droge worsten. Gekookte worsten zijn ook wel bekend als rookworsten, frankfurter worsten, gelderse worsten, enzovoorts. Droge worst dient gedurende langere tijd te worden gedroogd en ondergaat daarbij een fermentatieproces waarbij enerzijds middels 15 micro-organismen suikers in zuren worden omgezet zodat de pH-waarde van de worst daalt. Anderzijds neemt de wateractiviteit af hetgeen ondermeer een conserverende werking met zich mee brengt. Het droogproces vraagt doorgaans twee tot veertien dagen, maar kan in bijzondere situaties, zoals bijvoorbeeld bij droging van worsten welke van een schimmel worden voorzien, zelfs maanden duren. De droging vindt 20 gewoonlijk plaats bij een temperatuur van 20 tot 30 C. Volgens de stand der techniek worden de halfproducten voor droge worsten in een klimaatkamer opgehangen om aldus het droogproces te ondergaan. De halfproducten voor droge worsten bestaan uit worstddeeg welke in een natuurlijke darm of een voorgevormde huid uit collageen of cellulose is gebracht. Nadeel van deze bestaande werkwijze is dat het drogen van 25 worsten een niet volledig beheerste bewerking is. Daarnaast is het relatief arbeidsintensief de halfproducten op te hangen, in en uit een klimaatkamer te plaatsen, en de gedroogde worsten los te nemen.

♦

Doel van de onderhavige uitvinding is een werkwijze en inrichting te verschaffen 30 waarmee het droogproces voor droge worsten meer beheerst en doelmatiger kan worden uitgevoerd zodat deze worsten goedkoper en op eenvoudiger wijze vervaardigd kunnen worden met een uniform eindproduct.

1013596 -2-

De uitvinding verschaft daartoe een werkwijze van het in aanhef genoemde type, waarbij waarbij de halfproducten tijdens het drogen, al dan niet intermitterend, worden bewogen. Daarbij kunnen de halfproducten zodanig worden bewogen dat de oriëntatie wijzigt en/of dat zij worden verplaatst. Het bewegen van de halfproducten kan met al 5 dan niet regelmatige tijdsintervallen plaatsvinden, maar ook continue verplaatsing/oriëntatiewijziging van de worsten behoort tot de mogelijkheden. Verplaatsing al dan niet met oriëntatiewijziging van de worsten tijdens het drogen heeft als voordeel dat de droging meer uniform kan plaatsvinden. Wanneer de worsten op conventionele wijze worden gedroogd hangen ze stationair in een 10 droogruimte/klimaatkamer met een niet volledig homogene atmosfeer. De temperatuur en de luchtvochtigheid zullen niet overal in de ruimte gelijk zijn. Dit leidt tot een niet homogeen droogresultaat hetgeen invloed heeft op het fermentatieproces en dus op de smaak, houdbaarheid en andere kwaliteitsaspecten van de worst. Het geniet de voorkeur dat alle halfproducten een zelfde weg afleggen door de klimaatruimte, zodat alle 15 halfproducten in hoofdzaak aan dezelfde procescondities onderworpen worden met als resultaat een vrijwel homogene droging en derhalve een vrijwel constante kwaliteit. Weer een ander voordeel van verplaatsing, al dan niet met oriëntatiewijziging, van te drogen halffabrikaten is dat de droging kan worden verkort ten opzichte van het stationair hangend drogen van worststrengen omdat de worsten min of meer over him 20 hele oppervlak gelijkmatig drogen en het resterende water gelijkmatig in de worst verdeeld is. Nog een ander voordeel van het werkwijze overeenkomstig de uitvinding ten opzicht van het stationair hangend drogen van worsten is dat voorkomen kan worden dat de worsten tijdens het drogen meer of minder zullen uitzakken zodat de eindvorm van een gedroogde worst niet volledig beheersbaar en symmetrisch is.

25 Bovendien wordt de kans dat er markeringen ten gevolge van het drogen op de worsten achterblijven aanzienlijk verkleind.

De Duitse octrooipublicatie DE 1 023 308 beschrijft een rookwagen met zwenkbaar opgehangen rookstangen. Aan de rookstangen, die zijn verbonden met eindloze 30 transporteurs, worden worsten gehangen zodanig dat de worsten tijdens het roken verplaatst kunnen worden. Aandrijving van de eindloze transporteurs is slechts mogelijk tijdens het verblijf van de rookwagen in de rookruimte. De in deze publicatie

T0135QR

-3- I t beschreven inrichting is, in tegenstelling tot de werkwijze en inrichting overeenkomstig de uitvinding, niet geschikt voor het langdurig drogen van halfproducten voor droge worst, noch voor geco-extrudeerde halfproducten vanwege het uitzakken van de producten tot een “peer-vorm”.

5

In een voorkeurstoepassing van de werkwijze wordt het halfproduct door middel van het concentrisch co-extmderen van een worstvulling en een de worstvulling omgevende huid vervaardigd. Aansluitend op het co-extrusieproces wordt een voordroog-behandeling uitgevoerd. Het co-extrusieproces wordt volgens de stand der techniek 10 toegepast bij de vervaardiging van gekookte worsten. De noodzakelijke droging vindt hetzij plaats door een hete luchtbehandeling, hetzij, volgens modernere ontwikkelingen, door de geco-extrudeerde worststreng die al dan niet is geportioneerd, door een verlengd zoutbad te leiden waarin bijvoorbeeld de contacttijden tussen worst en zout kunnen worden gevarieerd. Tot op heden werden halffabrikaten voor droge worsten 15 doorgaans vervaardigd middels het vullen (“stuffen”) van natuurlijke darm of een voorgevormde huid uit collageen of cellulose. Natuurlijke darm is een relatief kostbaar uitgangsmateriaal met niet constante afmetingen. Natuurlijke darm of voorgevormde kunstmatige darm wordt mechanisch gevuld met vleesdeeg. Het voordeel van coëxtrusie van vleesdeeg en kunstmatige huid is dat de fabricage van droge worsten 20 verregaand automatiseerbaar is met afgeleide voordelen voor de productieprijs en hygiëne. De handmatige beroering van de worsten wordt immers aanzienlijk beperkt of geheel uitgesloten. Bovendien wordt ook hierdoor wordt de beheersbaarheid van de kwaliteit van de geproduceerde worst vergroot. Door nu voor de vervaardiging van de halfproducten gebruik te maken van het concentrisch co-extruderen en voordrogen van 25 de halfproducten wordt de aansluitende noodzakelijke droogtijd verkort. In combinatie met andere factoren ten gevolge van de onderhavige uitvinding kan dit leiden tot een verkorting van de droogtijd tot wel 50 % ten opzichte van de stand van techniek. Ook is het voordelig dat de werkwijze overeenkomstig de uitvinding als continue bewerking kan worden uitgevoerd in plaats van het discrete bewerkingsproces van het stuffen 30 volgens de stand der techniek. Hierbij kan voordelig gebruik gemaakt worden van productielijnen die door aanvrager worden vervaardigd voor de geautomatiseerde 1013596 -4- productie van gekookte worsten. In deze productielijnen is de co-extrusieeenheid star gekoppeld met het opvolgende bewerkingsstation ten behoeve van voordroging.

Tijdens het drogen worden de halfproducten bij voorkeur in productdragers geplaatst.

5 Tevens heeft het de voorkeur dat de halfproducten zich tijdens het drogen in een in hoofdzaak horizontale positie bevinden. Aldus kan uitzakking van de halfproducten tijdens het drogen worden voorkomen. Een voordeel van het in hoofdzaak in horizontale positie drogen van de halfproducten is tevens dat het aan de onderzijde gelegen oppervlak, waar door uitzakking van water het meeste verdamping plaatsvindt, 10 relatief groot is.

In een andere voorkeurstoepassing van de werkwijze is de droogbehandeling ontkoppeld van het voorgaande continue productieproces. Het drogen is een zodanig langdurige behandeling dat het niet praktisch is deze star te koppelen met het 15 voortraject van de continue worstfabricage. Voor de ontkoppeling worden daartoe bij voorkeur de geco-extrudeerde halfproducten na voordroging overgezet van een met een co-extruder koppelbaar transportsysteem naar een opvolgend transportsysteem. Een dergelijke overzetting kan op eenvoudige wijze automatisch uitgevoerd worden. Middels de werkwijze overeenkomstig de uitvinding kan de gecoëxtrudeerde worst, na 20 enige in lijn uitgevoerde bewerkingen, uit de lijn genomen worden om in een klimaatkamer te worden geplaatst. Het aanvangstraject van de bestaande coëxtrusie-productielijnen kan daarmee ook worden aangewend voor de productie van droge worsten. Een belangrijk economisch voordeel is dat de gebruiksmogelijkheden van een kostbare coëxtrusie-productielijn hiermee toenemen hetgeen de terugverdientijd van zo 25 een lijn verkort. Het is bovendien voordelig wanneer de halfproducten worden overgezet naar een transportsysteem zodat de worsten automatisch beweegbaar en verder verwerkbaar zijn.

Bij voorkeur vindt tussen het op continue wijze co-extruderen van het halfproduct en 30 het drogen een opdeling plaats van het geëxtrudeerde halfproduct in afzonderlijke delen. De gesepareerde halfproducten kunnen hierdoor uit het continue productieproces worden genomen voor “batch”-gewijze verdere verwerking. Deze opdeling vindt bij 1013596 -5- voorkeur plaats tussen het co-extruderen en het voordrogen omdat de halfproducten hierdoor beter hanteerbaar, en dus beheersbaar, zijn dan wanneer zij nog onderling zijn verbonden tot een streng.

5 In een andere voorkeurstoepassing van de werkwijze worden de halfproducten overgezet naar een opvolgend stationair transportsysteem. Een dergelijk stationair transportsysteem voert de halfproducten door een geconditioneerde omgeving zodat het opvolgende drogen in een relatief kort tijdbestek wordt gerealiseerd. Het voordeel van een stationair transportsysteem is dat de benodigde handelingen voor het drogen 10 minimaal zijn: na overzetting hoeft nog slechts het opvolgend transportsysteem te worden doorgezet.

Als alternatief voor een stationair transportsysteem kunnen de halfproducten worden overgezet naar een opvolgend transportsysteem met verplaatsbare productdragers. Bij 15 voorkeur is het opvolgend transportsysteem als geheel verplaatsbaar tussen een laad/lospositie en ten minste een behandelruimte. De productdragers hebben als voordeel dat de indeling van een productieruimte flexibeler is; de locatie van een behandelruimte kan zich bijvoorbeeld op afstand bevinden van productielijn. Ook is het eenvoudiger mogelijk de handelruimten voor andere doeleinden in te zetten wanneer 20 deze niet zijn gevuld met één of meerdere productdragers.

Bij voorkeur worden de halfproducten tijdens het drogen zodanig bewogen dat de contactvlakken waarmee de halfproducten afsteunen wijzigen. Dit kan worden gerealiseerd tijdens verplaatsing of oriëntatiewijziging van de halfproducten, maar kan 25 ook onafhankelijk hiervan plaatsvinden. Aldus wordt de kans op ongewenste vervorming van de halfproducten op de contactvlakken beperkt. Nog een voordeel hiervan is dat de kans op ongewenste schimmelgroei op de contactlocaties vermindert.

In deze zij tevens opgemerkt dat bij het volgens de stand der techniek hangend drogen de kans op schimmelvorming aanwezig is daar waar worststrengen met elkaar in contact 30 komen. Met de werkwijze overeenkomstig de uitvinding is de positie van de halfproducten tijdens het drogen beter beheersbaar zodat de kans op ongewenst contact tussen te drogen halfproducten zeer klein is.

1013596 -6-

In weer. een andere voorkeurstoepassing van de werkwijze worden de worsten na de opvolgende droging overgezet naar een transporteur voor eindverwerking op continue wijze. Ook het laatste deel van het productieproces, dat bijvoorbeeld het inpakken kan 5 omvatten, kan aldus met minimaal benodigde mankracht worden uitgevoerd.

Daarenboven verschaft de uitvinding bovendien een inrichting voor het vervaardigen van droge worsten omvattende: middelen voor het vervaardigen van halfproducten bestaande uit met een nog te drogen worstvulling gevulde huid, en 10 een houder voor het, in een droogruimte, drogen van meerdere halffabrikaten voor droge worsten, met een gestel waarin tenminste één eindloze transporteur is aangebracht, welke transporteur is voorzien van meerdere productdragers en waarbij de transporteur met productdragers verplaatsbaar is ten opzichte van het gestel. De houder van een dergelijke inrichting kan op een vaste positie worden beladen en/of ontladen 15 doordat wanneer een specifieke productdrager is gevuld resp. is geleegd de transporteur kan worden doorgezet voor het vullen/legen van een volgende productdrager. De productdragers, die bij voorkeur zijn ingericht voor het in min of meer horizontale positie bevatten van worsten, zijn daarnaast verplaatsbaar middels de transporteur om vervorming van worsten, zoals bovengaand is beschreven, te voorkomen.

20

In een voorkeursuitvoering omvatten de middelen voor het vervaardigen van halfproducten een co-extrusieunit. Met een co-extrusieunit kunnen op doelmatige wijze halfproducten worden vervaardigd waarbij de uitvinding het in het bijzonder ook mogelijk maakt halfproducten voor droge worsten middels co-extrusie te vervaardigen. 25 Andere voordelen van het co-extruderen van halfproducten voor droge worsten zijn reeds bovengaand beschreven.

De houder van de inrichting kan zijn voorzien van een aandrijving voor de transporteur en/of koppelmiddelen voor het met een externe aandrijving koppelen van de 30 transporteur. Er kan worden gekozen voor het middels een eigen of een externe krachtbron aandrijven van de transporteur van de houder. Ook is het mogelijk beide aandrijfmogelijkheden in één houder te verenigen, bijvoorbeeld om bij het 1013596 -7- beladen/ontladen van de houder een externe krachtbron te gebruiken en om bij het doorzetten van de ketting op afstand van een laad/losstation een eigen krachtbron te gebruiken.

5 In een voorkeursuitvoering van de houder van de inrichting zijn de productdragers zwenkbaar aan de transporteur bevestigd. Door het verplaatsen van de transporteur kunnen de afzonderlijke productdragers, bijvoorbeeld manden of korven, door massatraagheid in beweging worden gebracht. Ook is het mogelijk de zwenkbare producthouders te laten samenwerken met ten minste één aanslag waardoor de 10 productdragers een gedwongen beweging ondergaan. Ook is het mogelijk dat de houder is ingericht voor het doorlaten van tenminste één externe aanslag voor samenwerking met de zwenkbare productdragers bij het ontladen van de houder. Bij het nabij een laad-/losstation plaatsen van de houder kan aldus een uitwendige aanslag die bijvoorbeeld deel uitmaakt van het laad-/losstation worden aangewend voor het gedwongen 15 verplaatsen van de productdragers. Een aanslag kan naar wens verplaatsbaar zijn tussen bijvoorbeeld een werkzame en een niet-werkzame stand. Als alternatief is het ook mogelijk dat de verplaatsbare aanslag deel uitmaakt van het gestel van de houder.

In weer een andere voorkeursuitvoering is het gestel van de houder van de inrichting 20 uitgevoerd als een verrijdbare kar. Een dergelijke houder kan eenvoudig worden verreden tussen een laad-/losstation en een bewerkingsstation, zoals een klimaatkamer.

Als alternatief voor de houder uitgevoerd als een verrijdbare kar kan er ook gekozen worden voor een houder waarbij het gestel is samengebouwd met de droogruimte 25 waarbij het transporttraject volledig in de droogruimte is gelegen. In een voorkeursuitvoering omvat de met het gestel samengebouwde ruimte een afsluitbare toegangs/uitgangsopening. Een stationaire opstelling van de houder heeft als voordeel dat er geen karren verreden hoeven te worden hetgeen het nog eenvoudiger maakt ook dit deel van het proces te mechaniseren danwel te automatiseren.

30

Naast de inrichting zoals bovengaand beschreven omvat de uitvinding afzonderlijk ook de houder die deel uitmaakt van de inrichting.

1013596 -8-

De onderhavige uitvinding wordt verder verduidelijkt aan de hand van de in navolgende figuren weergegeven niet-limitatieve uitvoeringsvoorbeelden. Hierin toont: figuur 1 een schematisch bovenaanzicht op een inrichting voor worstproductie waarmee naar keuze geheel in lijn of gedeeltelijk in lijn en gedeeltelijk batchgewijs worsten 5 kunnen worden vervaardigd, figuur 2 een schematisch driedimensionaal aanzicht op een als kar uitgevoerde houder overeenkomstig de onderhavige uitvinding voor het bevatten van worsten, en figuur 3 een schematisch driedimensionaalaanzicht op een stationair uitgevoerde houder als alternatief voor de in figuur 2 getoonde houder.

10

Figuur 1 toont een inrichting 1 waarin middels een pomp 2 vleesdeeg aan een coëxtmsieunit 3 wordt toegevoerd. Op korte afstand achter de co-extrusieunit 3 staat een eerste pekelbad 4 opgesteld voor een eerste stabilisatie van de collageenhuid van de worst. Middels een krimper 5 wordt de worststreng opgedeeld in worsten met een 15 gewenste lengte. De afzonderlijke worsten worden vervolgens door een tunnel 6 naar een drooginrichting 7 geleid waarin de worsten gedurende maximaal enkele tientallen minuten verblijven. De star met de co-extrusieunit 3 gekoppelde transporteur waarmee de worsten door de tunnel 6 en de drooginrichting 7 worden geleid is in deze figuur niet zichtbaar maar bestaat bijvoorbeeld uit een ketting waaraan korven zijn opgehangen 20 (conform WO 99/13729).

Achter de drooginrichting 7 staat een rookinrichting 8 waarin de voorgedroogde halfproducten een (bijvoorbeeld vloeibare) rookbewerking ondergaan. De halfproducten afkomstig uit de rookinrichting 8 worden na droging middels een transportband 9 aan 25 inpakmachines 10 toegevoerd. Daarna kunnen de verpakte worsten aan een pasteuriseerinrichting 11 met een koelsectie 12 worden toegevoerd. De verpakte en gepasteuriseerde worsten zullen de inrichting langs een uitgang 13 verlaten.

Tot zover betreft de beschrijving van figuur 1 een bestaande inrichting waarmee 30 gekookte worsten worden vervaardigd. Droge worsten kunnen niet volgens de bovengaand beschreven productievoortgang worden vervaardigd daar zij aanzienlijk langer gedroogd moeten worden dan enkele tientallen minuten. Het droogproces voor 1013596 -9- droge worsten vraagt ten minste enige dagen en geschiedt bij relatief lage temperaturen om garing van het halfproduct te voorkomen.

Overeenkomstig de uitvinding zijn nu ook geco-extrudeerde droge worsten te 5 produceren. Daartoe wordt een pomp 14 met een geschikte vleesdeeg gevoed. Een co-extrusieunit 15 ontvangt het vleesdeeg welk samen met de te extruderen huid een basis voor een droge worst vormt. Een krimper 16 deelt, na passage door het eerste pekelbad 4, het geco-extrudeerde halfproduct op in delen. De gesepareerde halfproducten lopen via een deel van de tunnel 6, door de drooginrichting 7 en langs de rookinrichting 8 10 welke wordt “gebypassed”, om vervolgens onderlangs teruggevoerd te worden naar een afgetakt lijndeel 17. Dit afgetakte lijndeel 17 is voorzien van laadstations 18. Op de laadstations 18 zijn houders 19 aansluitbaar zodanig dat de halfproducten automatisch in de houders 19 geladen kunnen worden. Overigens zij opgemerkt dat de inrichting 1 twee extrusieunits 3,15 bevat met twee bijbehorende pompen 2,14 maar dat dit slechts 15 een uitvoeringvariant is; het is ook mogelijk de inrichting 1 uit te voeren met slechts een enkele extrusieunit 3 of 15 en pomp 2 of 14.

Wanneer een houder 19 voldoende is beladen wordt deze verplaatst naar één van de klimaatkamers 20 voor het gedurende langere tijd drogen van de halfproducten.

20 Wanneer de bewerking in een klimaatkamer 20 is voltooid kan de houder 19 worden verplaatst naar één van de losstations 21 die in deze figuur aansluiten op de transportband 9 zodat de gedroogde worsten over de inpakmachines 10 en optioneel de pasteuriseerinrichting 11 kunnen worden gevoerd voor het laatste deel van het productieproces. De in deze figuur weergegeven integratie van een productielijn voor 25 gekookte worst met de middelen voor het vervaardigen van droge worst kan nog veder gaand worden uitgevoerd. Zo is het mogelijk met slechts een enkele co-extrusieunit 3 beide worsttypen te vervaardigen. Daarvoor is het dan wel gewenst dat het pekelbad 4 in respectievelijk uit de lijn kan worden geplaatst afhankelijk van het type worst dat vervaardigd gaat worden.

30

Figuur 2 toont een houder 19 in de vorm van een droogwagen 22. Een gestel 23 van de wagen 22 is voorzien van wielen 24 voor een eenvoudige verplaatsing van de houder 1013596 -10- 19. Met het gestel 23 zijn keerwielen 25 samengebouwd waarlangs twee transportkettingen 26 evenwijdig verplaatsbaar zijn. Tussen de transportkettingen 26 zijn zwenkbare korven 28 opgehangen voor het bevatten van worsten. Voor de duidelijkheid is in deze figuur slechts één korf 28 getekend. In werkelijkheid zijn er 5 tussen de overstaande kettingen 26 een zeer groot aantal korven 28 aangebracht.

De droogwagen 22 is voorts voorzien van een uitkragend asdeel 37 met een daarop bevestigd tandwiel 38 waarmee met behulp van een (niet weergegeven) uitwendige krachtbron de transportkettingen 26 kunnen worden verplaatst in het gestel 23. De 10 droogwagen 22 bevat verder een aandrijfcilinder 30 welke onder tussenkomst van hefboom 31 met ratelmechanismen aangrijpt op een keerwiel 25. Met behulp van de aandrijfcilinder 30 kunnen de transportkettingen 26 met stap-rustbeweging worden doorgezet, bijvoorbeeld om te voorkomen dat halfproducten door te lang stilliggen gaan vervormen en om te zorgen dat alle halfproducten een gelijke droogbehandeling 15 ondergaan. Opgemerkt zij dat naar keuze de droogwagen 22 ook kan worden uitgevoerd met slechts enkel een uitkragend asdeel 37 met een daarop bevestigd tandwiel 38 of slechts enkel een aandrijfcilinder 30 in plaats van beiden. Wanneer zowel een uitkragend asdeel 37 met een daarop bevestigd tandwiel 38 en een aandrijfcilinder 30 aanwezig zijn is de keuze van gebruik van één van beiden vrij bij zowel het 20 laden/lossen als het doorzetten tijdens drogen. Voor het spannen van de kettingen 26 is de droogwagen 22 voorzien van een kettingspanner 29.

Figuur 3 toont een alternatief voor de droogwagen 22. In een behuizing 32 van een klimaatkamer is stationair een gestel 33 geplaatst. Het gestel 33 is dubbel uitgevoerd 25 zodanig dat hierin tweemaal twee transportkettingen 26 zijn opgenomen.

Toevoer/afvoeropeningen 34 in de behuizing 32 zijn afsluitbaar met schuifdeuren 35.

De kettingen 26 zijn verplaatsbaar middels een stationaire aandrijving 36. In de praktijk blijken korven 28 met een breedte van 1 tot 1,5 meter voordelig te werken. De lengte van de kettingen 26 kan bij een stationair gestel 33 enkele honderden meters bedragen, 30 waaraan duizenden korven 28 zijn opgehangen.

1013596 -11-

Alhoewel de uitvinding is beschreven aan de hand van slechts enkele uitvoeringsvoorbeelden zal het eenieder duidelijk zijn dat de uitvinding geenszins tot de beschreven en getoonde uitvoeringsvoorbeelden is beperkt. Integendeel zijn binnen het kader van de uitvinding voor een vakman nog vele variaties mogelijk.

5 1013596

Claims (26)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van droge worsten door achtereenvolgens de bewerkingsstappen: 5. het vervaardigen van een nog te drogen halfproduct bestaande uit een met een worstvulling gevulde huid, en B het gedurende een periode van meer dan één dag drogen van het halfproduct, waarbij de halfproducten tijdens het drogen, al dan niet intermitterend, worden bewogen. 10

2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de halfproducten zodanig worden bewogen dat de oriëntatie wijzigt.

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij de halfproducten zodanig worden 15 bewogen dat zij worden verplaatst.

4. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het halfproduct door middel van het concentrisch co-extruderen van een worstvulling en een de worstvulling omgevende huid wordt vervaardigd en aansluitend een voordroogbehandeling wordt 20 uitgevoerd.

5. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de halfproducten tijdens het drogen in productdragers zijn geplaatst.

6. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de halfproducten zich tijdens het drogen in een in hoofdzaak horizontale positie bevinden.

7. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij tenminste de droogbehandeling is ontkoppeld van het voorgaande productieproces. 30 1013596 -13-

8. Werkwijze volgens één der conclusies 4-7, waarbij de geco-extrudeerde halfproducten na voordroging worden overgezet van een met een co-extruder gekoppeld transportsysteem naar een opvolgend transportsysteem.

9. Werkwijze volgens een der conclusies 4-8 waarbij tussen het op continue wijze co-extmderen van het halfproduct en het drogen een opdeling plaatsvindt van het geco-extrudeerde halfproduct in afzonderlijke delen.

10. Werkwijze volgens conclusie 9, waarbij opdeling tussen het co-extruderen en 10 het voordrogen plaatsvindt.

11. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het halfproduct wordt overgezet naar een opvolgend stationair transportsysteem.

12. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de halfproducten worden overgezet naar een opvolgend transportsysteem met verplaatsbare productdragers.

13. Werkwijze volgens conclusie 12, waarbij het opvolgend transportsysteem als 20 geheel verplaatsbaar is tussen een laad/lospositie en ten minste een behandelruimte.

14. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de halfproducten tijdens het drogen zodanig bewogen worden dat contactvlakken waarmee de halfproducten afsteunen wijzigen. 25

15. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de halfproducten na de droging worden overgezet naar een transporteur voor eindverwerking op continue wijze.

16. Inrichting voor het vervaardigen van droge worsten omvattende: - middelen voor het vervaardigen van halfproducten bestaande uit met een nog te drogen worstvulling gevulde huid, en 1 01 3596 -14- - een houder voor het, in een droogruimte, drogen van meerdere halffabrikaten voor droge worsten, met een gestel waarin tenminste één eindloze transporteur is aangebracht, welke transporteur is voorzien van meerdere productdragers en waarbij de transporteur met productdragers verplaatsbaar is ten opzichte van het gestel. 5

17. Inrichting volgens conclusie 16, waarbij de middelen voor het vervaardigen van halfproducten een co-extrusieunit omvatten.

18. Inrichting volgens conclusie 16 of 17, waarbij de houder tevens een aandrijving 10 omvat voor het doorzetten van de transporteur.

19. Inrichting volgens een der conclusies 16-18, waarbij de productdragers zijn ingericht voor het in min of meer horizontale positie bevatten van worsten.

20. Inrichting volgens een der conclusies 16-19, waarbij de houder koppelmiddelen omvat voor het met een externe aandrijving koppelen van de transporteur.

21. Inrichting volgens een der conclusies 16-20, waarbij de productdragers zwenkbaar aan de transporteur zijn bevestigd. 20

22. Inrichting volgens conclusie 21, waarbij het gestel is voorzien van tenminste één aanslag welke samenwerkt met de zwenkbaar opgehangen productdragers.

23. Inrichting volgens een der conclusies 16-22, waarbij het gestel van de houder is 25 uitgevoerd als een verrijdbare kar.

24. Inrichting volgens een der conclusies 16-23, waarbij het gestel is samengebouwd met de droogruimte, en het transporttraject volledig in de droogruimte is gelegen. 30

25. Inrichting volgens conclusie 24, waarbij de met het gestel samengebouwde ruimte een afsluitbare toegangs-/uitgangsopening omvat. 1013596 -15-

26. Houder kennelijk deel uitmakend van een inrichting volgens één der conclusies 16-25. 1013596