NL1013077C2 - Kleppensamenstel, in het bijzonder voor een hydraulische ploegwentelinrichting. - Google Patents

Kleppensamenstel, in het bijzonder voor een hydraulische ploegwentelinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1013077C2
NL1013077C2 NL1013077A NL1013077A NL1013077C2 NL 1013077 C2 NL1013077 C2 NL 1013077C2 NL 1013077 A NL1013077 A NL 1013077A NL 1013077 A NL1013077 A NL 1013077A NL 1013077 C2 NL1013077 C2 NL 1013077C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
valve
port
pressure
pilot
reversing valve
Prior art date
Application number
NL1013077A
Other languages
English (en)
Inventor
Peter Everhardus Johannes Beld
Ronald Kooistra
Jacobus Johannes Josep Leblanc
Original Assignee
Applied Power Inc
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Applied Power Inc filed Critical Applied Power Inc
Priority to NL1013077A priority Critical patent/NL1013077C2/nl
Priority to PCT/NL2000/000650 priority patent/WO2001020970A1/en
Priority to EP00964779A priority patent/EP1211922B1/en
Priority to AT00964779T priority patent/ATE258368T1/de
Priority to DE60008000T priority patent/DE60008000T2/de
Application granted granted Critical
Publication of NL1013077C2 publication Critical patent/NL1013077C2/nl
Priority to NO20021242A priority patent/NO321888B1/no

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01BSOIL WORKING IN AGRICULTURE OR FORESTRY; PARTS, DETAILS, OR ACCESSORIES OF AGRICULTURAL MACHINES OR IMPLEMENTS, IN GENERAL
    • A01B3/00Ploughs with fixed plough-shares
    • A01B3/36Ploughs mounted on tractors
    • A01B3/40Alternating ploughs
    • A01B3/42Turn-wrest ploughs
    • A01B3/421Turn-wrest ploughs with a headstock frame made in one piece

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Soil Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Multiple-Way Valves (AREA)
  • Control And Other Processes For Unpacking Of Materials (AREA)
  • Advancing Webs (AREA)
  • Fluid-Pressure Circuits (AREA)
  • Load-Engaging Elements For Cranes (AREA)

Description

995143/HJB/lhe
Korte aanduiding: Kleppensamenstel, in het bijzonder voor een hydraulische ploegwentelinrichting.
De uitvinding betreft een kleppensamenstel voor het bewerkstelligen van een automatische omkering van de bewegingsrichting van een door een drukmedium, in het bijzonder hydraulische vloeistof, bediende actuator.
5 In het bijzonder voorziet de onderhavige uitvinding in de toepassing van het kleppensamenstel als onderdeel van een hydraulische bedieningsinrichting voor een wentelploeg.
In de landbouw wordt veel gebruik gemaakt van zogenaamde wentelploegen. Een wentelploeg wordt aan een tractor bevestigd 10 met een constructie die het mogelijk maakt naar keuze aan elk van beide zijden van de tractor te ploegen. De ploeg is draaibaar om een wentelas, die zich gewoonlijk in hoofdzaak horizontaal en in langsrichting van de tractor uitstrekt. Bij grote en zware ploegen is het gebruikelijk de ploeg eerst in een stand te brengen 15 die overeenkomt met een smalle ploegbreedte voordat de ploeg om zijn wentelas wordt gedraaid. Na het wentelen wordt de ploeg weer op de gewenste ploegbreedte ingesteld.
De twee hierboven genoemde hoofdbewegingen van de wentelploeg worden gebruikelijk gerealiseerd door middel van een 20 hydraulische bedieningsinrichting met bijbehorende actuators, in het bijzonder dubbelwerkende hydraulische cilinders. De aan deze cilinders toe te voeren hydraulische vloeistof onder druk wordt gewoonlijk geleverd door een hydraulische pompeenheid die op de tractor aanwezig is en die ondermeer een pomp en een 25 reservoir omvat.
Bekende hydraulische bedieningsinrichting voor wentelploegen met een of meer wentelcilinders en eventueel een breedte-instelcilinder zijn beschreven in EP 0 067 286, EP 0 434 531, EP 0 438 936, EP 0 758 718, FR 2 720 123, FR 2 765 924 en 30 in DE 43 11 275.
Indien de bestuurder van de tractor de ploeg wil wentelen, kan bij de bekende inrichtingen worden volstaan met het bedienen van een enkele knop, waarna de bewegingscyclus van de wentelcilinder en eventueel de breedteinstelcilinder automatisch 1013077 ’ - 2 - verloopt. Bij de wenteling van de ploeg schuift de zuigerstang van de wentelcilinder gewoonlijk eerst naar binnen en vervolgens weer naar buiten, zodat er dus een omkering van de bewegingsrichting van de zuigerstang plaatsvindt. Deze omkering 5 wordt op automatische wijze gerealiseerd door middel van een daarvoor bestemd kleppensamenstel, dat deel uitmaakt van de hydraulische bedieningsinrichting.
De bekende hydraulische bedieningsinrichtingen en met name het deel daarvan dat de automatische omkering van de 10 bewegingsrichting van de wentelcilinder (s) bewerkstelligt, hebben een aantal nadelen. Deze nadelen zijn vooral aanwezig bij ploegsystemen met twee wentelcilinders. Een eerste nadeel is dat de opbouw van de bekende kleppensamenstellen ongewenst complex is, hetgeen leidt tot een hoge kostprijs, tot kostbaar onderhoud 15 en tevens een ongewenst grote kans op storingen met zich meebrengt.
Een probleem van de bekende inrichtingen is verder dat het soms nodig is om tijdens het wentelen van de ploeg de beweging van de ploeg stop te zetten, bijvoorbeeld omdat men de ploeg nog niet aan de andere zijde op de grond wil plaatsen. Als men dan 20 later de wentelbeweging wil voortzetten, kan het bij sommige bekende kleppensamenstellen voorkomen dat de ploeg niet verder wentelt in die betreffende richting maar juist onbedoeld de andere kant op begint te bewegen. Het optreden van die ongewenste situatie blijkt ondermeer afhankelijk van de de uitvoering, met name het 25 gewicht, van de ploeg en de positie waarin de ploegwenteling is stopgezet. Die elementen bepalen namelijk de belasting op de wentelcilinder en daarmee de hydraulische werkdruk in het hydraulische systeem. Bij sommige bekende hydraulische bedieningsinrichtingen kan een bepaalde werkdruk ertoe leiden 30 dat de omkeerklep onbedoeld een andere stand inneemt en dus tot een onbedoelde verandering van de wentelrichting van de ploeg.
De onderhavige uitvinding beoogt bovengenoemde nadelen op te heffen.
Dit oogmerk wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt 35 door een kleppensamenstel volgens de conclusie 1.
Verder voordelige uitvoeringsvormen van het kleppensamenstel volgens de uitvinding, alsmede van een 1013077 ' - 3 - hydraulische bedieningsinrichting voor een wentelploeg voorzien van een dergelijk kleppensamenstel zijn beschreven in de conclusies en in de navolgende beschrijving aan de hand van de tekening. In de tekening toont: 5 fig. 1 schematisch een gedeelte van een hydraulische wentelploegbedieningsinrichting volgens de uitvinding, welk gedeelte het wentelen van de niet getoonde wentelploeg realiseert, figs. 2a-d in vier standen de beide ploegwentelcilinders van figuur 1 tijdens het wentelen van de ploeg, en 10 figs. 3-8 meer in detail een voorkeursuitvoeringsvorm van het kleppensamenstel dat de automatische omkering van de bewegingsrichting van een wentelcilinder in figs. 1 en 2 realiseert, waarbij verschillende schakeltoestanden van het kleppensamenstel zijn weergegeven.
15
In de figuren 1 en 2 zijn twee hydraulische ploegwentelcilinders 1, 2 te herkennen. De cilinders 1, 2 zijn van het dubbelwerkende type en hebben elk een zuiger/zuigerstangsamenstel 3, 4 alsmede een bodemzijdige 20 aansluitpoort 5,6 en een zuigerstangzijdige aansluitpoort 7,8.
De cilinders 1, 2 zijn geplaatst tussen een gestel 10 en een wentel juk 11, dat om een wentelas 12 draaibaar is gelagerd ten opzichte van het gestel 10. Het gestel 10 is op een of andere wijze bevestigd aan een niet getoonde tractor en het wenteljuk 25 11 maakt deel uit van een verder niet getoonde wentelploeg.
Opgemerkt wordt dat de in de figuren 2a-d getoonde opstelling van de wentelcilinders 1, 2 op zich bekend is. Overigens is ook een opstelling bekend waarin het wenteljuk 11 deel uitmaakt van de tractor of daaraan is bevestigd en het gestel 10 deel uitmaakt 30 van de ploeg. Het zal duidelijk zijn dat de onderhavige vinding ook in die situatie toepasbaar is.
Figuur 2a toont een eerste uiterste wentelstand, waarin bijvoorbeeld aan de rechterzijde van de tractor kan worden geploegd en figuur 2d toont een tweede uiterste wentelstand, waarin dan 35 aan de linkerzijde van de tractor kan worden geploegd. De figuren 2b en 2c tonen tussenstanden van het wenteljuk 11.
In figuur 1 is te herkennen dat bij elk van de 1013077 - - 4 - wentelcilinders 1, 2 een kleppensamenstel 20,20' volgens de uitvinding behoort, welke kleppensamenstellen identiek zijn uitgevoerd, zodat er hierna slechts het kleppensamenstel 20 in detail zal worden toegelicht.
5 In de figuren 2a-d is te zien dat bij het uitvoeren van een wenteling van de ploeg bij elke wentelcilinder 1,2 eerst het zuiger/zuigerstangsamenstel 3,4 wordt ingetrokken, totdat het zijn dode punt overeenkomstig de zover mogelijk ingetrokken stand bereikt, en dat het betreffende zuiger/zuigerstangsamenstel 3,4 10 vervolgens weer wordt uitgeschoven. Hierbij bereiken de zuiger/zuigerstangsamenstellen 3,4 op verschillende momenten hun dode punt (zie figs. 2b,2c).
Het kleppensamenstel 20 is zodanig uitgevoerd dat de omkering van de bewegingsrichting van het 15 zuiger/zuigerstangsamenstel 3 van de bijbehorende wentelcilinder 1 automatisch wordt gerealiseerd, waartoe het nodig is dat dan de hydraulische vloeistof niet langer aan de stangzijdige aansluitpoort 7 wordt toegevoerd maar aan de bodemzijdige aansluitpoort 8.
20 In figuur 1 is schematisch de opbouw van het kleppensamenstel 20 getoond, welke opbouw hierna zal worden besproken. De figuren 3-8 tonen een mogelijke realisatie van die schematisch weergegeven opbouw, waarbij alle onderdelen van het kleppensamenstel zijn ondergebracht in een gemeenschappelijk blok. 25 Het kleppensamenstel 20 omvat een eerste poort 21 en een tweede poort 22. Hierbij kan - afhankelijk van de schakeltoestand van een voor de kleppensamenstellen 20,20' geplaatste klep of ander kleppensamenstel 30 - de ene poort zijn verbonden met een bron voor de toevoer van hydraulische vloeistof 3 0 onder druk, in het bijzonder een pomp P, en de andere poort zijn verbonden met een in hoofdzaak drukloos reservoir voor hydraulische vloeistof T.
Het kleppensamenstel 20 omvat verder een derde poort 23 en een vierde poort 24, die hier respectievelijk zijn 35 aangesloten op de bodemzijdige poort 5 en de zuigerstangzijdige poort 7 van de cilinder 1.
Voorts omvat het kleppensamenstel 20 een omkeerklep 25 1013077 - 5 - met indirekte hydraulische bediening. Deze omkeerklep 25 is een twee-standen schuif klep met een schuif lichaam 26 (zie figs. 3-8) . Het schuif lichaam 26 kan een eerste en een tweede stand innemen, waarbij in de eerste stand de eerste poort 21 verbonden is met 5 derde poort 23 en tweede poort 22 verbonden is met vierde poort 24 . In de tweede stand van het schuif lichaam 26 is de eerste poort 21 verbonden met vierde poort 24 en is de tweede poort 22 verbonden met derde poort 23.
De verstelling van het schuif lichaam 26 van de ene naar 10 de andere stand en omgekeerd vindt op hydraulische wijze plaats en er is dus geen veerterugstelling naar een van beide standen zoals bij de eerder genoemde bekende kleppensamenstellen.
Voor de verstelling is het schuiflichaam 26 voorzien van een eerste stuuroppervlak 27, zodanig dat bij uitoefening 15 van een stuurdruk op dat stuuroppervlak 27 het schuiflichaam 26 naar de eerste stand wordt gedrukt. Verder is het schuiflichaam 26 voorzien van een tweede stuuroppervlak 28, zodanig dat bij uitoefening van een stuurdruk op dat stuuroppervlak 28 het schuiflichaam 26 naar de tweede stand wordt verschoven.
20 De regeling van de stuurdruk op de stuurdrukoppervlakken 27, 28 van de omkeerklep 25 vindt plaats middels een eerste voorstuurklep 40 en een tweede voorstuurklep 50.
De voorstuurkleppen 40, 50 zijn in hoofdzaak identiek uitgevoerd en hebben elk een bijbehorend voorstuurkleplichaam 25 41, 51. Bij elke voorstuurklep 40, 50 behoort een ingangspoort 42, 52, die respectievelijk is verbonden met de eerste poort 21 en de tweede poort 22 van kleppensamenstel 20. Verder heeft elke voorstuurklep 40, 50 een uitgangspoort 43, 53, die respectievelijk verbonden is met het eerste stuuroppervlak 27 en het tweede 30 stuuroppervlak 2 8 van het schuiflichaam 26 van de omkeerklep 25, respectievelijk via een leiding 44, 54.
Het voorstuurkleplichaam 41, 51 sluit in zijn gesloten stand (zie fig.3) de verbinding tussen de bijbehorende ingangspoort en uitgangspoort af. Bij elk voorstuurkleplichaam 41, 51 is een 35 sluitveer 45, 55 voorzien, die het voorstuurkleplichaam in de richting van zijn gesloten stand drukt. Verder is erin voorzien dat elk voorstuurkleplichaam 41, 51 een sluitoppervlak 46, 56 101 3077 1 - 6 - heeft, zodanig dat uitoefening van bepaalde hydraulische druk op dat sluitoppervlak 46, 56 het voorstuurkleplichaam 41, 51 naar de gesloten stand wordt gedrukt.
Het deel van het kleplichaam 41, 51 dat in de gesloten 5 stand van de betreffende voorstuurklep 40, 50 is blootgesteld aan de hydraulische druk bij de poort 21 of de poort 22 vormt een openingsoppervlak 47, 57, zodanig dat bij uitoefening van druk op dat openingsoppervlak het voorstuurkleplichaam naar geopende stand wordt gedrukt.
10 In de figuren 1 en 3-8 zijn verder een eerste terugslagklep 60 en een tweede terugslagklep 61 te herkennen, respectievelijk tussen het eerste stuuroppervlak 27 van omkeerklep 25 en de eerste poort 21 en tussen het tweede stuuroppervlak 28 van omkeerklep 25 en de tweede poort 22. De eerste en tweede terugslagklep 60, 15 61 zijn hier van het kogeltype met terugstelveer en sluiten in de richting van het betreffende stuuroppervlak 27, 28 van de omkeerklep 25. Overigens zou in plaats van een kogel ook bijvoorbeeld een kegel kunnen worden toegepast in de terugslagkleppen.
20 In het schema van figuur 1 is te herkennen dat de sluitstuuroppervlakken 46, 56 van de beide voorstuurkleppen 40, 50 zijn verbonden met derde poort 23, waartoe in figuren 3-8 de leidingen 65 en 66 zijn voorzien.
Verder is voorzien in een tegendrukinstelvoorziening 25 tussen de derde poort 23 en de omkeerklep 25. De tegendrukinstelvoorziening laat een stroming van hydraulische vloeistof van de derde poort 23 naar de omkeerklep 25 toe onder opwekking van een bepaalde tegendruk bij de derde poort 23, welke tegendruk, via de leidingen 65, 66, tevens wordt uitgeoefend op 3 0 de sluitstuuroppervlakken 46, 56 van de voorstuurkleppen 40, 50.
De drukinstelvoorziening omvat in dit voorbeeld een derde terugslagklep 67 tussen omkeerklep 25 en de derde poort 23, welke derde terugslagklep 67 sluit in de richting van de omkeerklep 25. Ook deze terugslagklep 67 is in dit voorbeeld van het kogeltype 35 met terugstelveer. Verder is parallel aan de derde terugslagklep 67 een tegendrukinstelklep 70 aangebracht tussen de derde poort 23 en de omkeerklep 25. Deze klep 70 heeft een kleplichaam 71, 1013077 ' - 7 - dat door terugstelmiddelen wordt belast in de richting van de gesloten stand en dat bij voldoende tegendruk bij derde poort 23 opent. Hierbij worden de terugstelmiddelen gevormd door een sluitveer 72. Verder is aan de zijde van de sluitveer 72 een 5 balansleiding 73 naar de omkeerklep 25 aanwezig. De leiding 73 dient om te voorkomen dat zich ten gevolge van lekolie druk opbouwt achter het kleplichaam 71 en beidt tevens de mogelijkheid een drukverschil te verschaffen overeenkomstig de spanning van de veer 72.
10 De omkeerklep 25 is voorzien van arrêteermiddelen 80, die een bistabiele werking van het schuiflichaam 26 realiseren, dat wil zeggen dat deze middelen 80 zijn ingericht om het schuiflichaam 26 in elk van beide schakelstanden te arrêteren. Hierbij zijn die arrêteermiddelen 80 zodanig ingericht dat een 15 verstelling van het schuiflichaam van de ene stand naar de andere stand mogelijk is bij bekrachtiging van een van beide stuuroppervlakken 27, 28 van de omkeerklep 25.
In de figuren 3-8 is een mogelijke uitvoering van de arrêteermiddelen getoond. Deze middelen 80 omvatten in dit 20 voorbeeld een pen 81, die onder veerbelasting van een niet getoonde veer tegen het schuiflichaam 26 drukt. Het schuiflichaam 26 is voorzien van twee conische vlakken 82, 83 waar de pen tegenaan kan liggen. De vlakken 82, 83 sluiten met hun grootste diameter in het midden op elkaar aan. Uiteraard zal het schuiflichaam 26 25 bij voorkeur een stand innemen, waarbij de pen 81 aanligt tegen de kleinste diameter van dit deel van het schuiflichaam 26. De arrêteermiddelen 80 bewerkstelligen dat het schuiflichaam 26 van de klep 25 zijn laatst ingestelde stand behoudt wanneer bij beide stuuroppervlakken 27, 28 geen hydraulische stuurdruk aanwezig 30 is en wanneer beide stuuroppervlakken met een gelijke stuurdruk worden belast. Het zal duidelijk zijn dat de arrêteermiddelen 80 ook anders uitgevoerd kunnen zijn om de beschreven "bistabiele" arrêteerwerking te verkrijgen.
Aan de hand van de figuren 3-8 in combinatie met figuur 35 1 zal hierna de werking van het kleppensamenstel 20 nader worden toegelicht, waarbij ervan wordt uitgegaan dat de wenteling wordt gerealiseerd beginnend vanaf de in figuur 2a getoonde eerste 013077 1 - 8 - uiterste wentelpositie.
In figuur 3 is het kleppensamenstel 20 getoond in de situatie dat er geen wenteling plaatsvindt en de klep 30 zich in de middenstand bevindt. In de in figuur 3 getoonde 5 uitgangssituatie bevindt de omkeerklep 25 zich in de tweede schakelstand, anders dan is getoond in het schema van figuur 1, zodat de eerste poort 21 is verbonden met de vierde poort 24 en de tweede poort 22 is verbonden met de derde poort 23.
Door bediening van de klep 30 (zie fig. 1) wordt vervolgens 10 de eerste poort 21 verbonden met de pomp P en de tweede poort 22 met het reservoir T. Via de omkeerklep 25 stroomt de hydraulische vloeistof naar de vierde poort 24 en dus naar de stangzijdige poort 7 van de cilinder 1. Hierdoor schuift het zuiger/zuigerstangsamenstel 3 in. Via de poort 5 stroomt 15 hydraulische vloeistof uit de cilinder 1 naar de derde poort 23 en opent de klep 70 (zie figuur 4) . De vloeistof stroomt dan langs de geopende klep 70 naar de omkeerklep 25 en van daar naar de tweede poort 22. Door de klep 70 wordt een tegendruk opgewekt, welke tegendruk ook werkt op de sluitoppervlakken 46, 56 van de 20 kleppen 40, 50 en de aldaar aanwezige veer assisteert. Hierdoor blijven deze kleppen 40, 50 gesloten, hetgeen is getoond in de f iguur 4.
Wanneer bij het inschuiven van het zuiger/zuigerstangsamenstel 3 het dode punt wordt bereikt (fig. 25 2b) valt de stroming via de poort 5 uit de cilinder 1 weg en dus valt ook de druk op de sluitoppervlakken 46, 56 weg. Tevens zal de druk bij de poort 21 stijgen omdat het zuiger/zuigerstangsamenstel 3 niet verder ingeschoven kan worden. Deze druk overwint de kracht van de veer 45 zodat de klep 40 opent, 30 hetgeen is te zien in figuur 5. Via de leiding 44 komt die druk bij het stuuroppervlak 27 van het schuiflichaam 26, zodat het schuiflichaam 26 naar zijn eerste schakelstand versteld wordt (zie figuur 5). Nu stroomt via de eerste poort 21 toegevoerde hydraulische vloeistof via de omkeerklep 25 naar de derde poort 35 23 en dus naar de bodemzijdige aansluitpoort 5 van de cilinder 1. De stangzijdige aansluitpoort 7 is nu via de vierde poort 24 verbonden met de tweede poort 22 en dus met het reservoir T. Aldus 1013077 1 - 9 - schuift het zuiger/zuigerstangsamenstel 3 van de cilinder 1 uit, waarbij de omkering van de bewegingsrichting van de cilinder 1 volledig automatisch is gerealiseerd. Het uitschuiven gaat door totdat deze volledig is (zie fig. 2d) en de tweede uiterste 5 wentelstand is bereikt.
Het zal duidelijk zijn dat voor de andere wentelcilinder 2 in feite dezelfde cyclus van toepassing is met als enige verschil dat de omkering van de bewegingsrichting op een later tijdstip plaatsvindt.
10 Wanneer nu een wenteling aanvangend vanuit de tweede uiterste stand (fig. 2d) gewenst is, is de cyclus behorend bij de cilinder 1 als volgt.
In eerste instantie bevindt het kleppensamenstel 20 zich in de toestand als getoond in figuur 6, waarbij de klep 30 (zie 15 fig. 1) zich dan in zijn middenstand bevindt.
Door bediening van de klep 30 kan worden bereikt dat de pomp P wordt verbonden met de tweede poort 22 en dat de eerste poort 21 wordt verbonden met het reservoir T. Via de omkeerklep 25 stroomt dan hydraulische vloeistof naar de vierde poort 24 20 en vandaar naar de stangzijdige aansluitpoort 7 van de cilinder 1. Als gevolg daarvan schuift het zuiger/zuigerstangsamenstel 3 in. De retourvloeistof van de cilinder 1 opent de klep 70 (zie fig. 7) en stroomt via de klep 70 en de omkeerklep 25 naar de eerste poort 21. Door de klep 70 wordt de tegendruk gerealiseerd 25 die op de sluitoppervlakken 46, 56 van de kleppen 40, 50 werkt, zodat die kleppen 40, 50 gesloten blijven (zie fig. 7).
Wanneer het zuiger/zuigerstangsamenstel 3 van de cilinder 1 zijn uiterst ingeschoven stand bereikt, valt de retourstroom weg - en daarmee de tegendruk bij de klep 70 - en zal de druk 30 bij de tweede poort 22 toenemen. Als gevolg daarvan opent de voorstuurklep 50 (zie fig. 8) en komt via de leiding 54 hydraulische druk op het stuuroppervlak 28 van het schuiflichaam 26. Hierdoor wordt het schuiflichaam 26 van de eerste stand naar de tweede stand versteld (zie fig. 8) . Hierdoor zal nu het 35 zuiger/zuigerstangsamenstel 3 van de cilinder 1 weer uitschuiven.
Ook nu zal duidelijk zijn dat de cyclus voor de cilinder 2 soortgelijk is, waarbij het moment van omkeren eerder ligt.
1013077* - 10 -
Indien tijdens de wentelcyclus de klep 30 wordt bediend en in de middenstand wordt geplaatst om het wentelen te onderbreken dan kan die cyclus door het opnieuw bedienen van die klep 30 in dezelfde richting worden voortgezet of, indien de klep 30 juist 5 in de andere stand wordt gezet, in de andere richting worden voortgezet.
Bij het kleppensamenstel volgens de uitvinding is de werking van de omkeerklep 25 zeer stabiel, met name vanwege de aanwezigheid van de arrêteermiddelen 80, dat wil zeggen de 10 verstelling van het schuiflichaam 26 is in hoge mate onafhankelijk van de werkdruk in het hydraulische systeem.
Het zal duidelijk zijn dat het kleppensamenstel 20 ook toepasbaar is bij een ploegwentelinrichting met een enkele wentelcilinder, hetgeen in de praktijk eveneens voorkomt. Verder 15 zal duidelijk zijn dat het kleppensamenstel volgens de uitvinding niet alleen toepasbaar is bij het wentelen van ploegen, maar bij elke opstelling waarin een automatische omkering van een door een drukmedium bediende actuator gewenst is. Overigens kan in plaats van hydraulische vloeistof ook perslucht of dergelijke 20 als drukmedium worden gebruikt.
Het kleppensamenstel 20 kan worden uitgevoerd als een volledig gesloten geheel, bij voorkeur in de vorm van een kleppenblok, zodat de werking niet van buitenaf kan worden gesaboteerd. Verder kan het kleppensamenstel 20 op elke gewenste 25 plaats worden opgesteld, bijvoorbeeld worden gecombineerd met een kleppensamenstel dat samenwerkt met de breedteinstelcilinder van een wentelploeg.
013077 '

Claims (12)

1. Kleppensamenstel (20,20') voor het bewerkstelligen van een automatische omkering van een door een drukmedium bediende actuator (1,2), in het bijzonder van een dubbelwerkende cilinder, omvattende: 5 - een eerste en tweede poort (21,22), die elk selectief aansluitbaar zijn op een toevoer voor een drukmedium (P) en de op een reservoir (T), - een derde en vierde poort (23,24), die aansluitbaar zijn op 10 de actuator (1,2), - een omkeerklep (25) met indirekte drukmedium bediening, omvattende: - een schuiflichaam (26), dat een eerste en een tweede stand kan innemen, waarbij in de eerste stand de eerste poort 15 (21) verbonden is met derde poort (23) en tweede poort (22) verbonden is met vierde poort (24) en waarbij in de tweede stand de eerste poort (21) verbonden is met de vierde poort (24) en de tweede poort (22) verbonden is met derde poort (23), - waarbij het schuiflichaam (26) is voorzien van een 20 eerste stuuroppervlak (27) , zodanig dat bij uitoefening van een stuurdruk op dat eerste stuuroppervlak (27) het schuiflichaam (26) naar de eerste stand wordt gedrukt, - en waarbij het schuif lichaam (26) is voorzien van een tweede stuuroppervlak (28) , zodanig dat bij uitoefening van een 25 stuurdruk op dat tweede stuuroppervlak (28) het schuiflichaam naar de tweede stand wordt gedrukt, - een eerste en een tweede voorstuurklep (40,50) met een bijbehorend voorstuurkleplichaam (41,51), waarbij de eerste en 30 de tweede voorstuurklep elk een ingangspoort (42,52) hebben, die respectievelijk is verbonden met de eerste en de tweede poort (21,22) van kleppensamenstel (20), en waarbij de eerste en de tweede voorstuurklep (40,50) elk een uitgangspoort (43,53) hebben, die verbonden is met de omkeerklep (25) , zodanig dat bij opening 35 van de eerste of de tweede voorstuurklep respectievelijk op het 1013077 - 12 - eerste of het tweede stuuroppervlak (27,28) van schuiflichaam (26) van de omkeerklep (25) een druk wordt uitgeoefend, - een tegendrukinstelvoorziening (67,70) tussen de derde poort 5 (23) en de omkeerklep (25), welke tegendrukinstelvoorziening (67,70) een stroming van drukmedium van de derde poort (23) naar de omkeerklep (25) toelaat onder opwekking van een tegendruk bij de derde poort (23), 10 waarbij elk van de voorstuurkleppen (40,50) zodanig is uitgevoerd dat het voorstuurkleplichaam (41,51) daarvan naar de gesloten stand wordt gedrukt onder invloed van de tegendruk van het drukmedium die heerst bij de derde poort (23) en die wordt opgewekt met de tegendrukinstelvoorziening (67,70), en zodanig dat de 15 voorstuurklep die ingangszijdig verbonden is met de op de toevoer (P) voor een drukmedium aangesloten eerste of tweede poort opent indien een stroming van drukmedium van de derde poort via de tegendrukinstelvoorziening naar de met het reservoir (T) verbonden eerste of tweede poort afwezig is - zodat geen tegendruk wordt 20 opgewekt - , waarbij door het openen van de betreffende voorstuurklep (40,50) een druk wordt uitgeoefend op een stuuroppervlak (27,28) van het schuiflichaam (26) van de omkeerklep (25) en het schuif lichaam (26) daardoor verschuift naar de andere stand. 25
2. Kleppensamenstel volgens conclusie 1, waarbij de omkeerklep (25) verder is voorzien van arrêteermiddelen (80,81,82,83), die zijn ingericht om het schuif lichaam (26) in elk van beide standen daarvan te kunnen arrêteren, welke arrêteermiddelen zijn ingericht 30 om een verstelling van het schuiflichaam (26) mogelijk te maken bij bekrachtiging van een stuuroppervlak (27,28) van de omkeerklep (25) .
3. Kleppensamenstel volgens conclusie 1 of 2, waarbij de 35 tegendrukinstelvoorziening een terugslagklep (67) omvat tussen de omkeerklep (25) en de derde poort (23), welke terugslagklep (67) sluit in de richting van de omkeerklep (25) , en verder een 1013077 - 13 - tegendrukinstelklep (70) met een kleplichaam (71), dat door terugstelmiddelen (72) wordt belast in de richting van de gesloten stand en dat bij een gewenste tegendruk bij derde poort (23) opent.
4. Kleppensamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij tussen het eerste stuuroppervlak (27) van de omkeerklep (25) en de eerste poort (21) en tussen het tweede stuuroppervlak (28) van omkeerklep (25) en de tweede poort (22) telkens een terugslagklep (60,61) is voorzien, welke terugslagklep 10 (60,61) sluiten in de richting van het betreffende stuuroppervlak (27,28) van de omkeerklep.
5. Kleppensamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij elk voorstuurkleplichaam (41,51) een 15 sluitoppervlak (46,56) heeft, zodanig dat bij uitoefening van druk op dat sluitoppervlak (46,56) het voorstuurkleplichaam (40,50) naar de gesloten stand wordt gedrukt.
6. Kleppensamenstel volgens een of meer van de voorgaande 20 conclusies, waarbij elk voorstuurkleplichaam (41,51) een openingsoppervlak (47,57) heeft, zodanig dat bij uitoefening van druk op dat openingsoppervlak het voorstuurkleplichaam naar geopende stand wordt gedrukt.
8. Kleppensamenstel voor het bewerkstelligen van een automatische omkering van een door een drukmedium bediende actuator (1) , in het bijzonder van een dubbelwerkende cilinder, omvattende: - een eerste en tweede poort (21,22), waarbij de ene poort 3 0 aansluitbaar is op een toevoer voor een drukmedium (P) en de andere op een reservoir (T), - een derde en vierde poort (23,24), die aansluitbaar zijn op de actuator, 35. een omkeerklep (25) met indirekte drukmedium bediening, omvattende: een schuiflichaam (26), dat een eerste en een tweede 10130T7 - 14 - stand kan innemen, waarbij in de eerste stand de eerste poort (21) verbonden is met derde poort (23) en tweede poort (22) verbonden is met vierde poort (24) en waarbij in de tweede stand de eerste poort (21) verbonden is met de vierde poort (24) en 5 de tweede poort (22) verbonden is met derde poort (23), - waarbij het schuiflichaam (26) is voorzien van een eerste stuuroppervlak (27) , zodanig dat bij uitoefening van een stuurdruk op dat stuuroppervlak (27) het schuif lichaam naar de eerste stand wordt gedrukt, 10. en waarbij het schuiflichaam (26) is voorzien van een tweede stuuroppervlak (28) , zodanig dat bij uitoefening van een stuurdruk op dat stuuroppervlak (28) het schuif lichaam naar de tweede stand wordt gedrukt, 15. een eerste en een tweede voorstuurklep (40,50) met een bijbehorend voorstuurkleplichaam (41,51), waarbij elke voorstuurklep een ingangspoort (42,52) heeft, die respectievelijk is verbonden met de eerste en de tweede poort (21,22) van kleppensamenstel (20), 20 en waarbij elke voorstuurklep (40,50) een uitgangspoort (43,53) heeft, die respectievelijk verbonden is met het eerste en het tweede stuuroppervlak (27,28) van schuiflichaam (26) van de omkeerklep (25), 25 waarbij verder elk voorstuurkleplichaam (41,51) een sluitoppervlak (46,56) heeft, zodanig dat uitoefening van druk op dat sluitoppervlak (46,56) het voorstuurkleplichaam (40,50) naarde gesloten stand wordt gedrukt, 30 waarbij verder elk voorstuurkleplichaam (41,51) een openingsoppervlak (47,57) heeft, zodanig dat bij uitoefening van druk op dat openingsoppervlak het voorstuurkleplichaam naar geopende stand wordt gedrukt, 35. een eerste en een tweede terugslagklep (60,61) , respectievelijk tussen het eerste stuuroppervlak (27) van de omkeerklep (25) en de eerste poort (21) en tussen het tweede stuuroppervlak (28) 1013077 * - 15 - van omkeerklep (25) en de tweede poort (22) , welke eerste en tweede terugslagklep (60,61) sluiten in de richting van het betreffende stuuroppervlak (27,28) van de omkeerklep, 5. waarbij de sluitoppervlakken (46,56) van de beide voorstuurkleppen zijn verbonden met derde poort (23), - een derde terugslagklep (67) tussen de omkeerklep (25) en de derde poort (23), welke derde terugslagklep (67) sluit in de 10 richting van de omkeerklep (25), - een tegendrukinstelklep (70) parallel aan de derde terugslagklep (67) tussen de derde poort (23) en de omkeerklep (25), welke tegendrukinstelklep (70) een stroming van drukmedium van de derde 15 poort (23) naar de omkeerklep (25) toelaat onder opwekking van een tegendruk bij de derde poort (23), welke tegendruk tevens wordt uitgeoefend op de sluitoppervlakken (46,56) van de voorstuurkleppen (40,50).
9. Bedieningsinrichting omvattende een kleppensamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij verder een dubbel werkende actuator (1) is voorzien met een bodemzijdige aansluitpoort (5) en een stangzijdige aansluitpoort (7) , en waarbij de derde poort (23) van het kleppensamenstel (20) verbonden is 25 met de bodemzijdige aansluitpoort (5) en de vierde poort (24) van het kleppensamenstel (20) verbonden is met de stangzijdige aansluitpoort (7).
10. Wentelinrichting omvattende een gestel, alsmede een om 3. een bijbehorende wentelas ten opzichte van het gestel wentelbaar lichaam, waarbij verder een dubbelwerkende actuator is voorzien, die tussen het gestel en het wentelbare lichaam is opgesteld voor het wentelen van het lichaam, zodanig dat daarbij de actuator tijdens de wenteling een omkering van zijn bewegingsrichting dient 35 te ondergaan, waarbij bij de actuator een kleppensamenstel volgens een of meer van de voorgaande conclusies is voorzien voor het automatisch verschaffen van de bewegingsomkering. 1013077 - 16 -
11. Wentelinrichting omvattende een gestel (10), alsmede een om een bijbehorende wentelas (12) ten opzichte van het gestel wentelbaar lichaam (11), waarbij verder een eerste en een tweede dubbelwerkende actuator (1,2) zijn voorzien, die tussen het gestel 5 en het wentelbare lichaam zijn opgesteld voor het wentelen van het lichaam, waarbij de actuators (1,2) een onderling verschillende oriëntatie hebben zodanig, dat daarbij de actuators tijdens de wenteling een omkering van hun bewegingsrichting dienen te ondergaan, en waarbij bij elk van de actuators een kleppensamenstel 10 (20,20') volgens een of meer van de voorgaande conclusies is voorzien voor het verschaffen van een automatische omkering van de bewegingsrichting.
11. Wentelinrichting volgens conclusie 10, waarbij het 15 wentelbare lichaam een ploeg is.
12. Wentelploeginrichting omvattende een om een wentelas draaibare ploeg, waarbij voor het wentelen van de ploeg een hydraulische wentelinrichting voorzien van een kleppensamenstel 20 volgens een of meer van de conclusies 1-9 is voorzien. 101307?
NL1013077A 1999-09-17 1999-09-17 Kleppensamenstel, in het bijzonder voor een hydraulische ploegwentelinrichting. NL1013077C2 (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1013077A NL1013077C2 (nl) 1999-09-17 1999-09-17 Kleppensamenstel, in het bijzonder voor een hydraulische ploegwentelinrichting.
PCT/NL2000/000650 WO2001020970A1 (en) 1999-09-17 2000-09-13 Valve assembly, in particular for a hydraulic plough turning device
EP00964779A EP1211922B1 (en) 1999-09-17 2000-09-13 Valve assembly, in particular for a hydraulic plough turning device
AT00964779T ATE258368T1 (de) 1999-09-17 2000-09-13 Klappensatz, insbesondere für eine hydraulische pflugschwenkvorrichtung
DE60008000T DE60008000T2 (de) 1999-09-17 2000-09-13 Klappensatz, insbesondere für eine hydraulische pflugschwenkvorrichtung
NO20021242A NO321888B1 (no) 1999-09-17 2002-03-13 Ventilsammenstilling, spesielt for en plogvendeanordning

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1013077 1999-09-17
NL1013077A NL1013077C2 (nl) 1999-09-17 1999-09-17 Kleppensamenstel, in het bijzonder voor een hydraulische ploegwentelinrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1013077C2 true NL1013077C2 (nl) 2001-03-20

Family

ID=19769892

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1013077A NL1013077C2 (nl) 1999-09-17 1999-09-17 Kleppensamenstel, in het bijzonder voor een hydraulische ploegwentelinrichting.

Country Status (6)

Country Link
EP (1) EP1211922B1 (nl)
AT (1) ATE258368T1 (nl)
DE (1) DE60008000T2 (nl)
NL (1) NL1013077C2 (nl)
NO (1) NO321888B1 (nl)
WO (1) WO2001020970A1 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NO330483B1 (no) * 2008-02-11 2011-04-26 Hytorc Norge As Fremgangsmate og anordning for a styre en resiprokerende aktuator

Citations (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR992359A (fr) * 1944-06-22 1951-10-17 Dispositif d'inversion automatique pour commande de vérin hydraulique
US3385166A (en) * 1966-08-15 1968-05-28 Airmatic Valve Inc Pneumatic reciprocating valve
DE2716262A1 (de) * 1977-04-13 1978-10-19 Hengstler Hydraulik Drehvorrichtung fuer einen drehpflug
EP0067286A1 (de) 1981-06-15 1982-12-22 EMIL WEBER FABRIK FÜR ÖLHYDRAULIK GMBH & CO. Steuervorrichtung für das Verschwenken eines Drehpfluges
DE3212285A1 (de) * 1982-04-02 1983-10-13 Integral Hydraulik & Co, 4000 Düsseldorf Umsteuereinrichtung zum automatischen umsteuern einer kolben-zylinder-einheit, insbesondere eines pflugwendezylinders
EP0434531A1 (fr) 1989-12-22 1991-06-26 Power Packer France Sa Dispositif pour faire effectuer automatiquement un aller-retour à un vérin double effet hydraulique
EP0438936A1 (fr) 1989-12-22 1991-07-31 Power Packer France Sa Dispositif pour faire effectuer automatiquement un aller-retour à un vérin double effet hydraulique
DE4311275A1 (de) 1993-04-06 1994-10-13 Weber Hydraulik Gmbh Folgesteuerung bzw. Vorrangschaltung für einen Drehpflug mit Pflugrahmeneinschwenkung
FR2720123A1 (fr) 1994-05-19 1995-11-24 France Power Packer Sa Automatisme de commande hydraulique, notamment pour charrue.
EP0758718A1 (en) 1995-08-11 1997-02-19 Applied Power Inc. Plough turning device
EP0890748A1 (fr) * 1997-07-10 1999-01-13 Kuhn-Huard S.A. Dispositif de commande d'une charrue

Patent Citations (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR992359A (fr) * 1944-06-22 1951-10-17 Dispositif d'inversion automatique pour commande de vérin hydraulique
US3385166A (en) * 1966-08-15 1968-05-28 Airmatic Valve Inc Pneumatic reciprocating valve
DE2716262A1 (de) * 1977-04-13 1978-10-19 Hengstler Hydraulik Drehvorrichtung fuer einen drehpflug
EP0067286A1 (de) 1981-06-15 1982-12-22 EMIL WEBER FABRIK FÜR ÖLHYDRAULIK GMBH & CO. Steuervorrichtung für das Verschwenken eines Drehpfluges
DE3212285A1 (de) * 1982-04-02 1983-10-13 Integral Hydraulik & Co, 4000 Düsseldorf Umsteuereinrichtung zum automatischen umsteuern einer kolben-zylinder-einheit, insbesondere eines pflugwendezylinders
EP0434531A1 (fr) 1989-12-22 1991-06-26 Power Packer France Sa Dispositif pour faire effectuer automatiquement un aller-retour à un vérin double effet hydraulique
EP0438936A1 (fr) 1989-12-22 1991-07-31 Power Packer France Sa Dispositif pour faire effectuer automatiquement un aller-retour à un vérin double effet hydraulique
DE4311275A1 (de) 1993-04-06 1994-10-13 Weber Hydraulik Gmbh Folgesteuerung bzw. Vorrangschaltung für einen Drehpflug mit Pflugrahmeneinschwenkung
FR2720123A1 (fr) 1994-05-19 1995-11-24 France Power Packer Sa Automatisme de commande hydraulique, notamment pour charrue.
EP0758718A1 (en) 1995-08-11 1997-02-19 Applied Power Inc. Plough turning device
EP0890748A1 (fr) * 1997-07-10 1999-01-13 Kuhn-Huard S.A. Dispositif de commande d'une charrue
FR2765924A1 (fr) 1997-07-10 1999-01-15 Kuhn Huard Sa Dispositif permettant de commander deux verins

Also Published As

Publication number Publication date
NO20021242L (no) 2002-05-15
WO2001020970A1 (en) 2001-03-29
EP1211922A1 (en) 2002-06-12
EP1211922B1 (en) 2004-01-28
ATE258368T1 (de) 2004-02-15
DE60008000T2 (de) 2004-12-09
NO20021242D0 (no) 2002-03-13
NO321888B1 (no) 2006-07-17
DE60008000D1 (de) 2004-03-04

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP1766146B1 (de) Hubwerksventilanordnung
NL9300474A (nl) Hydraulische bedieningsinrichting.
EP1574626B1 (de) Hydraulisches passives Federungssystem
WO2006007811A1 (de) Druckmittelbetriebene schlagvorrichtung, insbesondere hydraulikhammer
EP1752587A1 (de) Hydraulische Anordnung
WO1992020921A1 (de) Überlast-schutzeinrichtung für einen als brennkraftmaschine ausgebildeten antriebsmotor einer hauptpumpe eines hydraulischen druckversorgungsaggregats
JPS63225701A (ja) 液圧制御装置
DE19834955B4 (de) Hydrostatisches Antriebssystem
EP0598736B1 (de) Hydraulische steuerungseinrichtung für eine dickstoffpumpe
NL1013077C2 (nl) Kleppensamenstel, in het bijzonder voor een hydraulische ploegwentelinrichting.
DE102007028864A1 (de) Hydraulische Steueranordnung
EP2365226A1 (en) Hydraulic system
CN106143603A (zh) 液压转向系统
JP4707827B2 (ja) 回生の間に圧力を均等化する油圧回路
NL1000971C2 (nl) Ploegwentelinrichting.
AT409521B (de) Betätigungsanordnung für schwenkbare teile an fahrzeugen
DE3908985C2 (nl)
NL1020827C2 (nl) Ploegwentelinrichting.
CN105697587B (zh) 用于防止作业车辆的变速器内的离心离合器锁定的系统和方法
Hu et al. Multi–function realization using an integrated programmable e/h control valve
US3437166A (en) Steering system for vehicles
AT410821B (de) Betätigungsanordnung für um eine drehachse schwenkbare teile an fahrzeugen
US6327931B1 (en) Control device
DE4135013A1 (de) Hydraulisches antriebssystem
US3439709A (en) Hydraulic draft control valve

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20060401