NL1007724C2 - Afvalinzamelvoertuig met zijbeladingsinrichting, voorzien van camerabewaking. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Afvalinzaroelvoertuig met zijbeladingsinrichting, voorzien van camerabewaking.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een afvalinzamel-voertuig, omvattende een cabine, een chassis met laadbak voor afval, een ten minste gedeeltelijk automatische zijbeladingsinrichting voor het opnemen van afvalcontainers en het ledigen daarvan, een persin-5 richting voor het persen van afval in de laadbak.

Een dergelijk afvalinzaroelvoertuig roet ten minste gedeeltelijk automatische zijbeladingsinrichting is bekend, waarbij de zijbeladingsinrichting door de chauffeur naar een te ledigen container wordt bewogen, de container wordt opgenomen en vervolgens automatisch wordt 10 behandeld. Teneinde de werking van de zijbeladingsinrichting te controleren, alsmede waar te nemen of er zich geen gevaarlijke situaties binnen het werkgebied van de zijbeladingsinrichting voordoen, dient de chauffeur voortdurend in zijn zijspiegel (s) of achterom te kijken, hetgeen een inspannende en geconcentreerde bezigheid is. Daarnaast is 15 het zicht (¾) het werkgebied via de zijspiegel (s) beperkt als gevolg van dode hoeken. Dit beperkte zicht wordt verder versterkt door het feit dat de chauffeur in het algemeen niet aan dezelfde zijde als de zijbeladingsinrichting zit, maar aan de andere zijde.

In algemene zin heeft de onderhavige uitvinding ten doel een 20 afvalinzamelvoertuig te verschaffen, waarbij de chauffeur tijdens het in werking zijn van de ten minste gedeeltelijk automatische zijbeladingsinrichting minder inspannende werkzaamheden dient te verrichten teneinde de werking van de zijbeladingsinrichting te controleren.

De uitvinding heeft verder ten doel een afvalinzaroelvoertuig te 25 verschaffen, waarvan de veiligheid tijdens het in bedrijf zijn van het afvalinzamelvoertuig is vergroot.

De bovenstaande doelstellingen worden bereikt roet een afvalinzaroelvoertuig van het hierboven beschreven type, waarbij volgens de uitvinding het voertuig is voorzien van beeldopnamemiddelen voor het op-30 nemen van een beeld van het werkgebied van de zijbeladingsinrichting, die zijn verbonden met beeldweergavemiddelen in de cabine, alsmede voorzien van in de cabine opgestelde bekrachtigingsmiddelen om in te grijpen in de werking van de ten minste gedeeltelijk automatische zijbeladingsinrichting.

• ? * "» * ' > Λ 2

Bij het afvalinzamelvoertuig volgens de uitvinding wordt het met de beeldcpnamemiddelen opgenomen beeld van het werkgebied van de zij-beladingsinrichting doorgegeven aan beeldweergavemiddelen, die in de cabine van het voertuig zijn opgesteld. Zodoende behoeft de chauffeur 5 van het voertuig zich tijdens het in bedrijf zijn van de ten minste gedeeltelijk automatische zijbeladingsinrichting nu slechts te concentreren op het werkgebied van de zijbeladings inrichting met behulp van de beeldweergavemiddelen, bijvoorbeeld een monitor, die op het dashboard is geplaatst. De beeldcpnamemiddelen kunnen bijvoorbeeld een of 10 meer camera's omvatten, die desgewenst vanuit de cabine scherp gesteld en/of verdraaid kunnen worden. De chauffeur kan aldus onmiddellijk ingrijpen, zodra bijvoorbeeld personen zich in de directe nabijheid van de in werking zijnde zijbeladings inrichting vertonen, of andere mogelijk gevaarlijke situaties zich in het werkgebied voordoen. Eveneens 15 ziet hij, zodra zich een storing in de werking van de zijbeladingsin-richting voordoet, bijvoorbeeld wanneer een container op onjuiste wijze wordt aangegrepen, dit op de beeldweergavemiddelen en kan hij direct ingrijpen, zoals bijvoorbeeld de werking van de zijbeladingsin-richting direct stopzetten met behulp van de in de cabine aanwezige 20 bekrachtigingsmiddelen, zoals een schakelaar, of een bij voorkeur toegepaste "hold-to-run"-knop.

Onder de in deze aanvrage gebezigde uitdrukking "ten minste gedeeltelijk automatische zijbeladingsinrichting" dient enerzijds een zijbeladingsinrichting te worden verstaan waarbij het afhandelen van 25 een aangeboden afvalcontainer gedeeltelijk handmatig, bijvoorbeeld ofwel het plaatsen van de container bij de zijbeladingsinrichting door een bedieningspersoon en wegzetten na ledigen van de container, ofwel het positioneren van de zijbeladingsinrichting bij een container en het opnemen daarvan door de chauffeur met behulp van besturingsmidde-30 len voor de zijbeladingsinrichting, zoals een joystick, en gedeeltelijk automatisch, bijvoorbeeld het omhoog brengen, ledigen en vervolgens weer omlaag bewegen van de container plaatsvindt, en anderzijds een volautomatische zijbeladingsinrichting. Bij de laatste variant verricht de zijbeladingsinrichting alle handelingen inclusief het de-35 tecteren en opnemen tot aan het weer terugzetten van de geleegde container.

Gebruikelijk bevindt de zijbeladingsinrichting zich aan de trot- Ί007724 3 toirzijde van het voertuig. Teneinde een "goed" zicht op het werkgebied van de zijbeladingsinrichting te hebben via de zijspiegel (s) zou de chauffeur eveneens aan de beladingszijde dienen te zitten, hetgeen echter de veiligheid tijdens het gewoon besturen van het voertuig ver-5 mindert. Bij het afvalinzamelvoertuig volgens de uitvinding zijn het goede zicht en de rijveiligheid verzekerd, enerzijds door de toegepaste cameratechniek en anderzijds door bij voorkeur toegepaste chauf-feurpositie aan de tegenover de zijbeladingsinrichting liggende zijkant van het voertuig. Zou de chauffeur aan de zijde van de zijbela-10 dingsinrichting zitten, dan zou hij zich omdraaien can een direct zicht op de zijbeladingsinrichting en het werkgebied daarvan te verkrijgen. Een dergelijke houding is uit gezondheidsoverwegingen ongewenst vanwege de belasting van de nek en rug. De positie van de chauffeur aan de tegenoverliggende zijde van de zijbeladingsinrichting geeft geen di-15 reet zicht op de zijbeladingsinrichting en het werkgebied daarvan, en dwingt zodoende de chauffeur zijn aandacht volledig op de beeldweerga-vemiddelen te richten. Daarbij neemt de chauffeur een betere houding aan.

Opgemerkt dient verder te worden dat een afvalinzamelvoertuig 20 met zijbeladingsinrichting uit EP-A-0 463 386 bekend is, waarbij beeldcpnamemiddelen, d.w.z een televisiecamera, toegepast worden, doch in dat geval cm de zijbeladingsinrichting ten opzichte van een te ledigen container grof te positioneren. Deze grove positionering leidt ertoe dat de chauffeur zich concentreert op de werking van de zijbela-25 dingsinrichting zelf en niet op de veiligheid in het werkgebied van de zijbeladingsinrichting. Wanneer deze grove positionering is uitgevoerd, wordt een zichzelf centrerende opnamekam van de zijbeladingsinrichting in aanraking gébracht met deze afvalcontainer, die vervolgens wordt opgepakt, in de laadbak geledigd en weer teruggezet.

30 Bij voorkeur zijn de beeldopnamemiddelen zodanig op het afvalin zamelvoertuig opgesteld, dat deze een overzicht van het werkgebied van de zijbeladingsinrichting vanerf de cpstelpos it ie van de containers tot aan de kantelpositie van de containers in de persinrichting van het voertuig weergeven.

35 Bij een voorkeursuitvoeringsvorm van het afvalinzamelvoertuig volgens de uitvinding zijn eveneens tweede beeldcpnamemiddelen voor het opnemen van een beeld van het werkgebied van de persinrichting 1007724 4 voorzien, welke tweede beeldcpnamemiddelen zijn verbonden met de beeldweergavemiddelen in de cabine. Bij deze voorkeursuitvoeringsvorm zijn tweede beeldopnamemiddelen, bijvoorbeeld een of meer camera’s, zodanig op het werkgebied van de persinrichting gericht, dat met be-5 hulp van het aldus verkregen beeld de werking van de persinrichting lean worden gecontroleerd vanuit de cabine zelf. D.w.z. dat bij deze uitvoeringsvorm het beeld afkomstig van de eerste beeldopnamemiddelen laat zien hoe de zijbeladingsinrichting vanuit een rustpositie naar een op te nemen afvalcontainer beweegt, deze vervolgens opneemt en 10 naar de kantelpositie boven de persinrichting toe beweegt, terwijl het beeld van de tweede beeldopnamemiddelen laat zien hoe de afvalcontainer in die positie wordt gekanteld en het aldus in een perstrog gestorte afval door een persschot in de laadbak wordt gestuwd.

Teneinde op het juiste moment van beeld te verwisselen kan tus-15 sen de beeldopnamemiddelen en de beeldweergavemiddelen een besturingseenheid voor het selecteren van het door te geven beeld van de beeldopnamemiddelen zijn opgesteld. Deze besturingseenheid kan op zijn beurt aan detectiemiddelen zijn gekoppeld, die de aanwezigheid van de afvalcontainer in de kantelpositie daarvan detecteren. Wanneer deze 20 positie is bereikt en de detectiemiddelen deze stand hebben waargenomen, schakelt de besturingseenheid over op het beeld van de tweede cpnamemiddelen, waarna zodra de opnamekam en emmerstoel van de zijbeladingsinrichting opnieuw zijwaarts uitschuiven cm de lege container terug te zetten en een nieuwe op te nemen, de besturingseenheid terug-25 schakelt naar het beeld van het werkgebied van de zijbeladingsinrichting.

Bij een andere uitvoeringsvorm zijn de beeldweergavemiddelen zo ingericht, dat meerdere beelden tegelijkertijd kunnen worden weergegeven, bijvoorbeeld naast of boven elkaar. Op deze wijze heeft de chauf-30 feur vanuit de cabine zicht op zowel het werkgebied van de zijbeladingsinrichting, als dat van de persinrichting. Deze uitvoeringsvorm van de beeldweergavemiddelen is eveneens voordelig wanneer de beeldopnamemiddelen, die op een werkgebied zijn gericht, meerdere camera’s omvatten.

35 De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin de enige figuur een schematisch bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm van een afvalinzamelvoertuig volgens de uitvinding is.

.007724 5

Een afvalinzamelvoertuig is in zijn geheel roet verwijzingscijfer 1 aangeduid. Het voertuig 1 omvat een chassis 2 met aan de voorzijde een cabine 3. Verder is op het chassis 2 aan de achterzijde daarvan een laadbak 4 opgesteld. Een persinrichting 5 bevindt zich tussen de 5 chauffeurscabine 3 en de laadbak 4. De persinrichting 5 omvat een persschot 6, dat door middel van hydraulische cilinders 7 heen en weer in de langsrichting van het voertuig verplaatsbaar is. Met verwijzingscijfer 8 is de schematisch weergegeven volautomatisch werkende zijbeladingsinrichting voor het opnemen van afvalcontainers 9 aange- 10 duid. In de geschetste situatie bevindt een opnamékam 10 van de zijbeladingsinrichting 8 zich in de nabijheid van de container 9 teneinde deze op te nemen. De hierboven beschreven inrichtingen zijn alle in het vak bekend, zodat van een gedetailleerde beschrijving daarvan wordt afgezien.

15 Een eerste televisiecamera 11 is op de rechtervoorhoek van de persinrichting 5 opgesteld en zodanig gericht, dat deze het gehele werkgebied van de zijbeladinginrichting 8 opneemt, zoals in de fig. is aangeduid. Het aldus opgenomen beeld wordt via niet weergegeven verbindingslijnen e.d. doorgegeven aan een in de cabine 3 opgestelde roo- 20 nitor 13 naast een chauffeur 14. Verder is een tweede televisiecamera 12 op de 1 inkerachterhoék van de persinrichting 5 zodanig opgesteld, dat deze een beeld geeft van het werkgebied van de persinrichting 5, alsmede van de kantelpositie van een container voor het ledigen van de inhoud daarvan in de persinrichting 5.

25 De chauffeur 14 in de cabine 3 kan op de monitor 13 aldus het gehele werkgebied van de zijbeladingsinrichting 8 en van de persinrichting 5 zien. In de cabine 3 is verder een "hold-to-run"-knop opgesteld, die de chauffeur 14 dient te bedienen teneinde de volautomatische besturing van de zijbeladingsinrichting 8 in werking te stellen.

30 Zodra hij op de monitor 13 een roogelijk gevaarlijke situatie in het werkgebied van de aldus bewaakte zijbeladingsinrichting 8 of persinrichting 5 waarneemt, of er storingen in de werking van een van beide daarvan optreden, kan hij onmiddellijk de werking stopzetten door de veiligheidsknop 15 los te laten.

35 Zoals hierboven reeds eerder is vermeld, kan een niet weergege ven besturingseenheid tussen de camera's 11, respectielijk 12 en het beeldscherm 13 zijn opgenoraen, die de beide beeldsignalen, afkomstig 1007724 6 van de camera's, tegelijkertijd of op geregelde wijze elkaar afwisselend op het beeldscherm projecteert.

Opgemerkt dient te worden dat camera's als achteruitrijbeveili-ging op afvalinzamelvoertuigen reeds bekend zijn. Deze camera's zijn 5 gericht op het gebied achter de vrachtwagen en geven het aldus opgenomen beeld door aan een in de cabine opgesteld scherm.

1007724

Claims (6)

1. Afvalinzamelvoertuig (1), omvattende een cabine (3), een chassis (2) met laadbak (4) voor afval, een ten minste gedeeltelijk automatische zijbeladingsinrichting (8) voor het opnemen van afvalcontainers (9) en het ledigen daarvan, een persinrichting (5) voor het persen van 5 afval in de laadbak (4), met het kenmerk dat het voertuig is voorzien van beeldopnamemiddelen (11) voor het opnemen van een beeld van het werkgebied van de zijbeladingsinrichting (8), die zijn verbonden met beeldweergavemiddelen (13) in de cabine (3), alsmede voorzien van in de cabine (3) opgestelde bekrachtigingsmiddelen (15) cm in te grijpen 10 in de werking van de ten minste gedeeltelijk automatische zijbeladingsinrichting (8).

2. Afvalinzamelvoertuig volgens conclusie l, met het kenmerk dat de bekrachtigingsmiddelen (15) een "hold-to-runM-kncp (15) omvatten.

3. Afvalinzamelvoertuig volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk 15 dat het afvalinzamelvoertuig (1) tweede beeldopnamemiddelen (12) voor het opnemen van een beeld van het werkgebied van de persinrichting (5) canvat, welke middelen (12) zijn verbonden met de beeldweergavemiddelen (13) in de cabine (3).

4. Afvalinzamelvoertuig volgens één van de voorgaande conclusies, 20 met het kenmerk dat tussen de beeldopnamemiddelen (11, 12) en beeldweergavemiddelen (13) een besturingseenheid voor het selecteren van het door te geven beeld van de beeldopnamemiddelen (11, 12) is opgesteld.

5. Afvalinzamelvoertuig volgens één van de voorgaande conclusies 1- 25 3, met het kenmerk dat de beeldweergavemiddelen (13) zo zijn ingericht dat meerdere beelden tegelijkertijd kunnen worden weergegeven.

6. Afvalinzamelvoertuig volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de zitplaats voor een chauffeur (14) en de zijbeladingsinrichting (8) zich aan verschillende zijden van het voertuig 30 (1) bevinden. 1007724