NL1004958C2 - Werkwijze voor het bereiden van cellulose vezels. - Google Patents

Werkwijze voor het bereiden van cellulose vezels. Download PDF

Info

Publication number
NL1004958C2
NL1004958C2 NL1004958A NL1004958A NL1004958C2 NL 1004958 C2 NL1004958 C2 NL 1004958C2 NL 1004958 A NL1004958 A NL 1004958A NL 1004958 A NL1004958 A NL 1004958A NL 1004958 C2 NL1004958 C2 NL 1004958C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cellulose
solution
fibers
added
international
Prior art date
Application number
NL1004958A
Other languages
English (en)
Inventor
Marco Ypma
Hendrik Maatman
Hanneke Boerstoel
Original Assignee
Akzo Nobel Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Akzo Nobel Nv filed Critical Akzo Nobel Nv
Priority to NL1004958A priority Critical patent/NL1004958C2/nl
Priority to CN97181307A priority patent/CN1077155C/zh
Priority to EP97953790A priority patent/EP1021601A1/en
Priority to PCT/EP1997/006955 priority patent/WO1998030741A1/en
Priority to US09/319,697 priority patent/US6156253A/en
Priority to JP53049598A priority patent/JP2001507766A/ja
Application granted granted Critical
Publication of NL1004958C2 publication Critical patent/NL1004958C2/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D01NATURAL OR MAN-MADE THREADS OR FIBRES; SPINNING
    • D01FCHEMICAL FEATURES IN THE MANUFACTURE OF ARTIFICIAL FILAMENTS, THREADS, FIBRES, BRISTLES OR RIBBONS; APPARATUS SPECIALLY ADAPTED FOR THE MANUFACTURE OF CARBON FILAMENTS
    • D01F2/00Monocomponent artificial filaments or the like of cellulose or cellulose derivatives; Manufacture thereof
    • D01F2/02Monocomponent artificial filaments or the like of cellulose or cellulose derivatives; Manufacture thereof from solutions of cellulose in acids, bases or salts

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • General Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Artificial Filaments (AREA)

Description

WERKWIJZE VOOR HET BEREIDEN VAN CELLULOSE VEZELS
De uitvinding betreft een werkwijze voor het bereiden van cellulose vezels uit 5 een optisch anisotrope oplossing die cellulose en/of cellulosederivaten bevat, door het extruderen van de oplossing door een corrosiebestendige spindop en het coaguleren van de aldus gevormde extrudaten.
Een dergelijke werkwijze is onder andere bekend uit WO 96/06208. Zoals 10 beschreven in deze aanvrage kunnen cellulose vezels worden verkregen door het verspinnen en coaguleren van een anisotrope oplossing van cellulose in een oplosmiddel dat fosforzuur en/of anhydriden daarvan en water bevat. In deze aanvrage is beschreven dat het gunstig is om bij het verspinnen van een dergelijke oplossing een corrosiebestendige spindop te gebruiken, bijvoorbeeld 15 een spindop die gemaakt is van een goud en platina bevattende legering. In WO 96/06208 zijn verschillende coagulatiemiddelen beschreven.
In de niet vóórgepubliceerde octrooiaanvrage PCT/EP 9604662 op naam van aanvraagster is een werkwijze beschreven voor het maken van cellulose vezels uit een anisotrope oplossing die celluloseformiaat bevat. Ook in deze aanvrage 20 is beschreven dat het gunstig is om bij het verspinnen van de oplossing een corrosiebestendige spindop te gebruiken, bijvoorbeeld een spindop die gemaakt is van een goud en platina bevattende legering. Bij de werkwijze beschreven in deze niet vóórgepubliceerde octrooiaanvrage worden de extrudaten gecoaguleerd in aceton en onder een lage spanning gewassen en 25 gedroogd.
De werkwijzen beschreven in bovengenoemde octrooiaanvragen zijn bijzonder geschikt voor het maken van cellulose vezels met zeer goede mechanische eigenschappen. De verkregen vezels hebben een breuksterkte die (veel) hoger 30 is dan de breuksterkte van bijvoorbeeld Cordenka®, i.e. een sterkte hoger dan 600 mN/tex. Derhalve zijn de beschreven vezels bijzonder geschikt voor 1004958 2 technische toepassingen, zoals bijvoorbeeld als versterkingsmateriaal in transportbanden, V-snaren en autobanden.
Belangrijk nadeel van de beschreven werkwijzen wordt gevonden in het gebruik 5 van organische oplosmiddelen als coagulatiemiddel (bijvoorbeeld aceton) teneinde vezels te verkrijgen met bovengenoemde goede mechanische eigenschappen. Het gebruik van dergelijke oplosmiddelen is echter minder gewenst in verband met a) de vereiste extra veiligheidsmaatregelen teneinde de kans op explosies 10 en/of brand te minimaliseren, b) de vereiste persoonlijke beschermingsmiddelen van het personeel dat werkzaam is met of in de buurt van een spinmachine, c) de additionele stappen die nodig zijn om het coagulatiemiddel te zuiveren van verontreinigingen.
15
De uitvinding betreft een coagulatiemiddel dat voor een belangrijk deel aan deze nadelen tegemoet komt, namelijk een vloeistof die hoofdzakelijk water bevat en waaraan kationen zijn toegevoegd.
20 In deze octrooiaanvrage worden met cellulose vezels zowel continu filamenten, vezels met korte lengte (kleiner dan 100 mm, i.e. stapel vezels), alsook vezels van langere lengte (> 100 mm) bedoeld. De vezels kunnen gebundeld zijn tot een garen, een lont, een streng, of verwerkt zijn tot een weefsel of een non-woven.
25
Onder fosforzuur worden in deze aanvrage alle anorganische zuren van fosfor verstaan, alsook mengsels daarvan. Orthofosforzuur is het zuur van vijfwaardig fosfor, i.e. H3P04. Het watervrije equivalent daarvan, i.e. het anhydride, is fosforpentoxide (P205). Behalve orthofosforzuur en fosforpentoxide bestaat, 30 afhankelijk van de hoeveelheid water in het systeem, een reeks zuren van 1004958 3 vijtwaardige fosfor met een waterbindend vermogen tussen fosforpentoxide en orthofosforzuur in, zoals bijvoorbeeld polyfosforzuur (Η6Ρ4013, PPA).
Bij de werkwijze volgens de uitvinding worden anisotrope oplossingen gebruikt 5 die cellulose en/of cellulosederivaten bevatten.
Er kunnen oplossingen gebruikt worden waarbij cellulose opgelost is in een organisch oplosmiddel, een mengsel van organische oplosmiddelen, een anorganisch oplosmiddel, een mengsel van anorganische oplosmiddelen, of in een mengsel van organische en anorganisch oplosmiddelen.
10 Verder kunnen oplossingen van cellulosederivaten gebruikt worden waarbij een cellulosederivaat of een mengsel van cellulosederivaten opgelost is in een organisch oplosmiddel, een mengsel van organische oplosmiddelen, een anorganisch oplosmiddel, een mengsel van anorganische oplosmiddelen, of in een mengsel van organische en anorganisch oplosmiddelen.
15
In verband met de verwerkbaarheid van de oplossing bevat zij bij voorkeur 10 tot 30 gew.% cellulose en/of cellulose derivaten (gew.% betrokken op cellulose eenheden). Aan het oplosmiddel of aan de oplossing kunnen eventueel stoffen toegevoegd worden die het oplossen van cellulose en/of cellulosederivaten 20 vergemakkelijken of die de verwerkbaarheid van de oplossing ten goede komen, of hulpstoffen (additieven) bijvoorbeeld om degradatie van cellulose en/of cellulosederivaten zoveel mogelijk tegen te gaan, of kleurstoffen en dergelijke.
25 Bij de werkwijze volgens de uitvinding wordt de anisotrope oplossing geëxtrudeerd door een corrosiebestendige spindop, bij voorkeur bij een temperatuur tussen 0° en 100°C, waarbij de verblijftijd bij hoge temperatuur bij voorkeur zo kort mogelijk wordt gekozen. In bijzonder worden de oplossingen geëxtrudeerd bij een temperatuur tussen 20° en 70°C. Voor andere cellulose 30 concentraties in de oplossing geldt dat als de concentratie hoger is, de 1004958 4 spintemperatuur ook hoger gekozen zal worden dan het hierboven aangegeven bereik, teneinde te compenseren, o.a., voor de hogere viscositeit van de oplossing. Voor lagere concentraties geldt op analoge wijze dat een lagere spintemperatuur gekozen kan worden. Echter, bij verhoging van de 5 temperatuur van de oplossing neemt de kans op afbraak en/of reactie van cellulose met andere componenten in de oplossing toe.
Vezels met bijzonder goede eigenschappen kunnen worden verkregen met behulp van oplossingen die verkregen zijn uitgaande van cellulose en fosforzuur, zoals een oplossing van cellulose in fosforzuur bevat, welke 10 oplossing beschreven is in WO 96/06208 op naam van aanvraagster, of een oplossing die celluloseformiaat (verkregen door een reactie tussen cellulose en mierezuur) en fosforzuur bevat, welke oplossing onder andere is beschreven in de niet vóórgepubliceerde octrooiaanvrage PCT/EP 9604662 op naam van aanvraagster.
15
Het gewenste aantal spincapiilairen in de spindop hangt af van het gebruik van de te verkrijgen vezels. Zo kan een spindop gebruikt worden voor het maken van monofilamenten, maar het is eveneens mogelijk om een multifilament garen te maken met 20 tot 10000, meer in het bijzonder 100 tot 2000 20 filamenten. Voor het bereiden van een dergelijk multifilament garen uitgaande van een spinoplossing die een corrosief oplosmiddel bevat, bijvoorbeeld een spinoplossing die een zuur of een mengsel van zuren bevat, wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van een spindop zoals beschreven in WO 95/20696. Deze spindoppen zij gemaakt van een legering die goud en platina bevat. Eventueel 25 kan de spindop onderdeel zijn van een cluster spindop zoals beschreven in EP 168876.
In verband met de relatief hoge viscositeit van de anisotrope oplossing wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van corrosiebestendige spindoppen die rhodium en/of palladium bevatten. Zoals beschreven in WO 95/20696 zijn deze 1004958 5 spindoppen bijzonder geschikt voor het verspinnen van corrosieve en/of hoog visceuze oplossingen.
Bij de werkwijze volgens de uitvinding worden de gevormde extrudaten 5 gecoaguleerd in een vloeistof die hoofdzakelijk water bevat en waaraan kationen zijn toegevoegd. In deze octrooiaanvrage wordt hieronder verstaan een vloeistof die tenminste 50 gew.% water bevat en waaraan kationen zijn toegevoegd die niet afkomstig zijn uit de spinoplossing. Vezels met bijzonder gunstige eigenschappen (hoge breuksterkte) kunnen worden verkregen indien 10 de extrudaten geen of een zeer geringe zwelling vertonen als zij in contact gebracht worden met de coagulatievloeistof. Geen of een zeer geringe zwelling wordt in het bijzonder gevonden indien aan de coagulatievloeistof eenwaardige kationen zijn toegevoegd, zoals bijvoorbeeld Li+, Na+, K+ of NH4+.
De kationen kunnen aan de coagulatievloeistof worden toegevoegd, 15 bijvoorbeeld door het oplossen in de coagulatievloeistof van een zout welke de kationen bevat.
Mogelijk heeft het gebruik van een coagulatievloeistof die tenminste 50 gew.% water bevat ook een gunstig effect op de hittestabiliteit van de gevormde vezels.
20
Verder is gevonden dat de pH van de coagulatievloeistof mogelijk van invloed is op de mechanische eigenschappen van de verkregen vezels, met name op de breuksterkte ervan. Vezels met een hoge breuksterkte kunnen worden verkregen indien de pH van de coagulatievloeistof groter is dan 6.
25
In verband met het hergebruik van de coagulatievloeistof in het spinproces is het bijzonder gunstig om aan de coagulatievloeistof een zout toe te voegen welk zout een anion bevat dat ook aanwezig is in de anisotrope (spin)oplossing. Zo is het bijvoorbeeld bijzonder gunstig, indien een anisotrope 30 oplossing van cellulose in een oplosmiddel dat fosforzuur en/of anhydriden 1004958 6 daarvan en water bevat verwerkt wordt volgens de werkwijze van de uitvinding, om aan de coagulatievloeistof een fosfaat toe te voegen, bijvoorbeeld een fosfaat dat Na+, K+ of NH4+ bevat.
5 Na coagulatie kan worden uitgewassen, al dan niet in combinatie met een neutraliserende behandeling. Het uitwassen kan geschieden door de gecoaguleerde vezels in een bak met het middel voor uitwassen te zetten, of door in een continu proces de vezels door een bak met de geschikte vloeistof te leiden en eerst dan op een rol te wikkelen. Volgens een voor de praktijk zeer 10 geschikte werkwijze wordt uitgewassen met behulp van wasplaten of met behulp van zogenaamde stuwstraalwassers, zoals beschreven in de Britse octrooispecificatie GB 762,959. Als middel voor het uitwassen kan bijvoorbeeld de coagulatievloeistof of water worden toegepast. Het uitwassen kan bij iedere temperatuur tussen het vriespunt en het kookpunt van het uitwasmiddel, bij 15 voorkeur in ieder geval beneden 100°C plaatsvinden. Eventueel kunnen de verkregen vezels geneutraliseerd worden. Dit is echter niet noodzakelijk.
De neutralisatie kan direct aansluitend op het wassen worden uitgevoerd, alsook tussen coagulatie en wasstap in. Ook kan men na het wassen de neutralisatie uitvoeren, gevolgd door een volgende wasstap.
20
Indien een oplossing toegepast wordt die cellulosederivaten bevat, dan dienen de vezels, die verkregen zijn door het verspinnen van de oplossing in een aparte stap geregenereerd te worden teneinde cellulose vezels te verkrijgen. In dat geval is het bijzonder gunstig om de neutralisatie stap te combineren met 25 de regeneratie. De regeneratie van de vezels wordt bij voorkeur uitgevoerd na het wassen van de vezels. Het is ook mogelijk om de vezels voor regeneratie te drogen. Regeneratie kan bijvoorbeeld plaatsvinden door verzeping, bijvoorbeeld met een loog oplossing, of door een hoge temperatuur stoombehandeling.
30 1004958 7
Er werd gevonden dat de spanning waarbij de vezels gewassen en gedroogd worden van invloed is op de mechanische eigenschappen van de vezels. Indien een hoge spanning wordt toegepast tijdens wassen en/of drogen, dan worden in het algemeen vezels verkregen met een relatief hoge modulus. 5 Indien een lage spanning wordt toegepast, dan worden in het algemeen vezels verkregen met een hoge breukrek.
De verkregen cellulose vezels hebben zeer goede mechanische eigenschappen zoals sterkte, modulus en gunstige rek. Door de anisotropie 10 van de oplossing en de mogelijkheid tot beïnvloeding van deze eigenschappen in het spinproces kunnen vezels worden verkregen die in vele toepassingen gewenst zijn.
Zo kunnen cellulose garens worden verkregen die een sterkte groter dan 500 mN/tex, en/of een maximale modulus bij een rek kleiner dan 2% van 15 tenminste 14 N/tex en een breukrek van tenminste 4% bezitten. De vezels hebben tevens een goede hechting aan rubber na toepassing van een enkele impregnering met gebruikelijke hechtingsmiddelen, zoals bijvoorbeeld dippen met een resorcinol-formaldehyde latex (RFL) mengsel. Het is echter ook mogelijk om vezels te maken met bijzonder gunstige eigenschappen voor 20 textiele toepassing.
Verder is het mogelijk om door de keuze van het aantal spingaten en de mate van verstrekking na extrusie, de lineaire dichtheid (titer) van de verkregen vezels of de vezelbundel te variëren. Zo is het mogelijk om vezels te maken met een elementair titer kleiner dan 2 dtex, meer bij voorkeur kleiner dan 1,5 25 dtex. Een lage elementair titer is met name gunstig bij de textiele toepassing van de vezels. Ook is het mogelijk om een vezelbundel, bijvoorbeeld een multifilament garen, te verkrijgen met een titer groter dan 500 dtex, meer in het bijzonder groter dan 1000 dtex. Een hoge garen of bundeltiter is, in kombinatie met een hoge breuksterkte, met name gunstig voor de technische toepassing 30 van de vezels.
1004958 8
De werkwijze volgens de onderhavige uitvinding biedt met name voor industriële toepassing bijzondere voordelen ten aanzien van hanteerbaarheid en veiligheid waarbij geen tot geringe corrosie van de toe te passen apparatuur 5 plaatsvindt en de terugwinning van de gebruikte chemicaliën relatief zeer eenvoudig is. Deze werkwijze is aanmerkelijk minder zwaar belastend voor het milieu dan bij de bekende industrieel toegepaste werkwijzen voor het maken van cellulose vezels. Eén en ander vindt zijn weerslag in een economisch zeer gunstig proces.
10
Aldus worden op zeer gunstige wijze cellulose vezels verkregen die bijzonder geschikt zijn zowel voor de toepassing van mechanisch belaste rubber artikelen, zoals voertuigbanden, transportbanden, rubber slangen en dergelijke geschikt zijn, alsook voor textiele toepassing. De vezels met een hoge sterkte 15 en modulus zijn bijzonder geschikt voor de versterking van voertuigbanden, zoals bijvoorbeeld auto- en truckbanden.
In het algemeen vormen de verkregen vezels een alternatief voor industriële en/of textiele garens zoals nylon, rayon, polyester en aramide. De vezels 20 kunnen tevens tot pulp worden verwerkt. Dergelijke pulp, al dan niet vermengd met andere materialen zoals koolstof-, glas-, aramide-, polyketon-pulp is zeer goed bruikbaar als versterkingsmateriaal, bijvoorbeeld voor asfalt, cement, en/of frictiematerialen.
25 1004958 9
Meetmethoden Anisotropie bepaling
De anisotropie van de spinoplossing werd visueel bepaald met behulp van een 5 polarisatie microscoop (Jenaval (100x)). Hiertoe werd ongeveer 100 mg van de te bepalen oplossing tussen twee objectglaasjes gebracht en op een Mettler FP 82 hot stage plaat gebracht, waarna de verwarming werd aangezet en het monster met ongeveer 5°C/min verwarmd. Bij de overgang anisotroop naar isotroop, i.e. van gekleurd (dubbelbrekend) naar zwart, wordt bij nagenoeg 10 zwart de temperatuur afgelezen. Deze temperatuur wordt de overgangstemperatuur Tni genoemd. De visuele beoordeling tijdens de faseovergang werd vergeleken met een intensiteitsmeting met behulp van een foto-gevoelige cel, geplaatst op de microscoop. Voor deze intensiteitsmeting werd monster van 10-30 μιη op een microscoopglaasje gebracht zodanig dat geen 15 kleuren meer zichtbaar waren bij gebruik van gekruiste polarisatoren. Er werd verwarmd als hierboven beschreven. Met behulp van de fotogevoelige cel, aangesloten op een recorder, werd de intensiteit als funktie van de tijd geschreven. Boven een zekere temperatuur (verschillend voor verschillende oplossingen) vond een lineaire afname van de intensiteit plaats. Door deze lijn 20 te extrapoleren naar intensiteit 0 werd de Tnj gevonden. Deze gevonden waarde bleek steeds goed overeen te komen met de waarde als gevonden met de hierboven genoemde methode. Isotrope oplossingen vertonen geen dubbelbreking bij kamertemperatuur. Dit betekent dat Tni lager zal zijn dan 25°C. Het is echter mogelijk dat dergelijke oplossingen geen 25 isotropie/anisotropie overgang vertonen.
DP bepaling
De polymerisatiegraad (DP) van de cellulose werd bepaald met behulp van een Ubbelohde type 1 (k=0,01). Hiertoe werden de te meten cellulose monsters na 30 neutralisatie gedurende 16 uur bij 50°C onder vacuüm gedroogd, of de 1004958 10 hoeveelheid water in het cueen/water mengsel werd gecorrigeerd voor het water in de cellulose. Hiermee werd een 0,3 gew.% cellulose bevattende oplossing met behulp van een cueen/water mengsel (1/1) vervaardigd. Van de aldus verkregen oplossing werden de viscositeitsverhouding (vise, verh., of ηΓ0() 5 bepaald, waaruit vervolgens de grensviscositeit [η] werd bepaald volgens de formule: . . vise. verh.-1 [η] =-x 100 c + (k x c x (vise. verh.-1)) 10 waarin c = cellulose concentratie van de oplossing (g/dl), en k = constant = 0,25
Uit deze formule werd de polymerisatiegraad DP bepaald volgens: DP = (voor [η] <450 ml / g), or 15 0,42 DP076 = (voor [η] > 450 ml / g) 2,29
De DP bepaling van de cellulose in de oplossing geschiedde als hierboven beschreven na de volgende behandeling: 20 g van de oplossing werd in een Waring Blender (1 liter) gebracht, hieraan werd 400 ml water toegevoegd en vervolgens werd gedurende 10 minuten 20 gemixed op de hoogste stand. Het verkregen mengsel werd overgebracht op een zeef en grondig gewassen met water. Tenslotte werd geneutraliseerd met een 2%-ige NaHC03 oplossing gedurende enkele minuten, en nagewassen met water tot een pH van ongeveer 7. Van het verkregen produkt werd de DP bepaald als hierboven beschreven vanaf het maken van de 25 cueen/water/cellulose oplossing.
1004958 11
Mechanische eigenschappen
De mechanische eigenschappen van afzonderlijke vezels/filamenten en garens zijn bepaald volgens ASTM norm D2256-90, onder toepassing van de volgende instellingen.
5 De afzonderlijke vezels/filamenten werden geklemd met behulp van Arnitel® klemvlakjes van 10x10 mm. De filamenten werden gedurende 16 uur geconditioneerd bij 20°C en 65% relatieve vochtigheid. De inspanlengte bedroeg 20 mm, en de filamenten werden gerekt bij een constante verlenging van 10 mm/min.
10 De garen eigenschappen werden bepaald aan garens die werden geklemd met behulp van Instron 4C klemmen. De garens werden gedurende 16 uur geconditioneerd bij 20°C en 65% relatieve vochtigheid. De inspanlengte bedroeg 500 mm, en de garens werden gerekt bij een constante verlenging van 50 mm/min. De garens werden van een twijn voorzien, waarbij het aantal 15 toeren per meter 4000/Vtiter [dtex] bedroeg.
De filament titer, uitgedrukt in dtex, is berekend op basis van de functionele resonantie frequentie (ASTM D 1577-66, deel 25, 1968) of, in geval van bepaling van de garentiter, middels weging.
20 De sterkte, verlenging, en initiële modulus werden verkregen uit de kracht-verlengingscurve en de gemeten filament- of garentiter.
De initiële modulus (In. Mod.) is gedefinieerd als de maximale modulus bij een rek kleiner dan 2%. De eind modulus is gedefinieerd als de maximale modulus bij een rek groter dan 2%.
25
Voor elke gegeven meetwaarde voor afzonderlijke filamenten werd de gemiddelde waarde genomen van 10 alzonderlijke bepalingen. Voor de meetwaarde van garens werd de gemiddelde waarde genomen van 5 afzonderlijke bepalingen.
30 1004958 12
Voorbeelden
De uitvinding wordt verder toegelicht aan de hand van enige voorbeelden. De 5 uitvinding is echter niet beperkt tot deze voorbeelden.
Voorbeeld 1
Een cellulose oplossing, verkregen volgens de werkwijze beschreven in WO 96/06208, bevattende 18 gew.% cellulose (Buckeye V60, DP=820), 58 10 gew.% P205 en water, werd bij 46°C geëxtrudeerd door een corrosiebestendige spindop gemaakt van een goud, platina, palladium en rhodium legering zoals beschreven in WO 95/20696, die voorzien was van 375 spincapillairen met een diameter van 65 μίτι elk. De geëxtrudeerde oplossing werd door een luchtspleet van 15 mm geleid en in een badcoagulator gecoaguleerd in water waaraan een 15 zout was toegevoegd. Het aldus verkregen garen werd gewassen met water, geaviveerd en gedroogd bij 150°C.
Tijdens het experiment werd de samenstelling van de coagulatievloeistof gevarieerd. Ook werden sommige garens na het wassen geneutraliseerd met 2,5 gew.% soda oplossing (Na2C03). Van de aldus verkregen monsters werden 20 de mechanische eigenschappen van de garens en van de filamenten bepaald. De resultaten van de garens (met een titer van 1100 - 1200 dtex) zijn weergegeven in Tabel 1, de resultaten van de filamenten zijn weergegeven in tabel 2.
1004958 13
Tabel 1. (Gareneigenschappen)
Coagulatie bad T^g ρΗ^ neutralisatie BT EaB IM water + (°C) (mN/tex) (%) (N/tex) 1a 20 gew.% (NH4)2HP04 24 ±lï - 454 6^5 Ï97 1b 20 gew.% (NH4)2HP04 24 ±11 + 451 6.7 19.4 1c 20 gew.% K3P04 29 ± 7 - 497 6.4 19.2 1d 20 gew.% K3P04 37 ± 7 + 488 6.9 18.6 1e 5 gew.% ZnS04 23 ± 4 - 260 10.1 12.0 1f 5 gew.% ZnS04 23 ± 4 + 260 10.6 11.5 waarbij T^g = temperatuur van de coagulatievloeistof, pHcoag = zuurgraad van de coagulatievloeistof, BT = breuksterkte, EaB = breukrek en IM = 5 initiële modulus
Tabel 2 (Filamenteigenschappen)
Titer BT ÉaB ÏM
(dtex) (mN/tex) (%) (N/tex) ia 2.9 (± 8%) 480 (± 8%) 6.1 (± 10%) 26.4 (± 6%) 1b 2.8 (±6%) 490 (±6%) 7.2 (±10%) 26.0 (± 5%) 1c 3.0 (±6%) 510 (±10%) 6.7 (±16%) 24.9 (±4%) 1d 2.9 (±9%) 510 (±18%) 6.6 (±19%) 25.0 (± 9%) 1e 3.0 (±4%) 280 (±6%) 10.8 (±11%) 16.8 (±5%) if 3.0 (±6%) 260 (±12%) 10.1 (±16%) 16.4 (±7%) 10 Voorbeeld 2
De cellulose oplossing uit voorbeeld 1 werd op de wijze zoals vermeld in dit voorbeeld versponnen bij 62°C. De geëxtrudeerde oplossing werd door een luchtspleet van 35 mm geleid en in een valcoagulator gecoaguleerd in water van 5-10°C waaraan K3P04 was toegevoegd. Het aldus verkregen garen werd 1004958 14 gewassen met water, geaviveerd, gedroogd bij 150°C en opgewikkeld met een snelheid van 100 m/min.
Tijdens het experiment werd de concentratie K3P04 in de coagulatievloeistof gevarieerd. Ook werden sommige garens na het wassen geneutraliseerd met 5 2,5 gew.% soda oplossing (Na2C03). Van de aldus verkregen monsters met een titer van 700 - 750 dtex werden de mechanische eigenschappen van de garens bepaald. Enige resultaten zijn weergegeven in Tabel 3
Tabel 3
Concentratie K3P04 in neutralisatie BT EaB IM
de coagulatievloeistof (mN/tex) (%) (N/tex) 1 gew.% + 306 6.8 15.5 303 6.9 15.3 5 gew.% + 458 5.6 20.4 446 5.4 20.0 10 gew.% + 478 5.4 20.7 467 5.3 20.3 15 gew.% + 521 5.3 21.2 515 5.3 21.2 25 gew.% + 519 5.3 20.9 506 5.3 20.9 10 1004958

Claims (5)

1. Werkwijze voor het bereiden van cellulose vezels uit een optisch anisotrope oplossing die cellulose en/of cellulosederivaten bevat, door 5 het extruderen van de oplossing door een corrosiebestendige spindop en het coaguleren van de aldus gevormde extrudaten in een coagulatiemiddel, met het kenmerk, dat het coagulatiemiddel een vloeistof is die hoofdzakelijk water bevat waaraan kationen zijn toegevoegd 10
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het coagulatiemiddel een vloeistof is die hoofdzakelijk water bevat waaraan eenwaardige kationen zijn toegevoegd.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat als eenwaardige kationen Lf, Na+, K+, of NH4+ zijn toegevoegd.
4. Werkwijze volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de oplossing fosforzuur bevat. 20
5. Werkwijze volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de kationen als een fosfaatzout worden toegevoegd 1004958 SAMENWERKINGSVERDRAG (PCT) RAPPORT BETREFFENDE NIEUWHEIDSONDERZOEK VAN INTERNATIONAAL tVPE IDENTIFIKATIE VAN DE NATIONALE AANVRAGE Kenmerk van de aanvrager ol van de gemachtigde ACR 2564 PDNL Nederlandse asnvrtge nr. Indieningsdatum 1004958 9 januari 1997 Ingeroepen voorrangsdatum Aanvrager (Naam) AKZO NOBEL N.V. Datum van het verzoek vooreen onderzoek van internationaal type Door de Instantie voor Internationaal Onderzoek (ISA) aan net verzoek voor een onderzoek van internationaal type toegekend nr. 13 januari 1997 SN 28781 NL I. CLASSIFICATIE VAN HET ONDERWERP (bij toepassing van verschillende classificaties,alle classificatiesymbolen opgeven) Volgens de Internationele classificatie (IPC) Int. Cl.6: D 01 F 2/02 II. ONDERZOCHTE GEBIEDEN VAN DE TECHNIEK _ Onderzochte minimum documentatie Classificatiesysteem Classificatiesymoolen Int. Cl.6 D 01 F Onderzoen» andere documentatie den de minimum documentatie voor zover dergelijke documenten m de onderzochte geDieden zijn opgenomen / Hl- ! | GEEN ONDERZOEK MOGELIJK VOOR BEPAALDE CONCLUSIES (opmerkingen oo aanvullingsblad) I iJ - ~ ------- / i I IV. 1 1 GEBREK AAN EENHEID VAN UITVINDING (opmerkingen op aanvullingsblad)_| form PCT,'IS Α/Γ01 (»1 07,1979
NL1004958A 1997-01-09 1997-01-09 Werkwijze voor het bereiden van cellulose vezels. NL1004958C2 (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1004958A NL1004958C2 (nl) 1997-01-09 1997-01-09 Werkwijze voor het bereiden van cellulose vezels.
CN97181307A CN1077155C (zh) 1997-01-09 1997-12-03 纤维素纤维的制备方法
EP97953790A EP1021601A1 (en) 1997-01-09 1997-12-03 Process for preparing cellulose fibres
PCT/EP1997/006955 WO1998030741A1 (en) 1997-01-09 1997-12-03 Process for preparing cellulose fibres
US09/319,697 US6156253A (en) 1997-01-09 1997-12-03 Process for preparing cellulose fibers
JP53049598A JP2001507766A (ja) 1997-01-09 1997-12-03 セルロース繊維の製造法

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1004958A NL1004958C2 (nl) 1997-01-09 1997-01-09 Werkwijze voor het bereiden van cellulose vezels.
NL1004958 1997-01-09

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1004958C2 true NL1004958C2 (nl) 1998-07-13

Family

ID=19764182

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1004958A NL1004958C2 (nl) 1997-01-09 1997-01-09 Werkwijze voor het bereiden van cellulose vezels.

Country Status (6)

Country Link
US (1) US6156253A (nl)
EP (1) EP1021601A1 (nl)
JP (1) JP2001507766A (nl)
CN (1) CN1077155C (nl)
NL (1) NL1004958C2 (nl)
WO (1) WO1998030741A1 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
ATE200695T1 (de) * 1996-10-18 2001-05-15 Michelin Rech Tech Wässrige koagulationsmittel für flüssigkristalllösungen auf basis von cellulosehaltigen materialen

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS60209006A (ja) * 1984-04-02 1985-10-21 Iwao Tabuse セルロ−スの紡糸方法
JPH07189019A (ja) * 1993-12-22 1995-07-25 Kohjin Co Ltd 再生セルロース成形品の製造方法
WO1997030198A1 (en) * 1996-02-14 1997-08-21 Akzo Nobel N.V. Cellulose fibres and filaments having a high elongation at break

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB762959A (en) * 1953-10-02 1956-12-05 Courtaulds Ltd Improvements in and relating to the treatment of threads with fluids
GB8418135D0 (en) * 1984-07-17 1984-08-22 Shell Int Research Preparation of carboxylic acid esters of hydroxy sulfonates
EP0741805B1 (en) * 1994-01-31 2001-11-28 Akzo Nobel N.V. Spinneret of gold and platinum-containing alloy
EP0777768B1 (en) * 1994-08-19 1999-06-02 Akzo Nobel N.V. Cellulose solutions and products made therefrom
BR9508614A (pt) * 1994-08-19 1997-12-30 Akzo Nobel Nv Processo para a preparação de extrudados de celulose artigo de borracha e pneu de veículo
JP3646323B2 (ja) * 1994-09-28 2005-05-11 井関農機株式会社 トラクターの旋回制御装置
NL1001692C2 (nl) * 1995-11-20 1997-05-21 Akzo Nobel Nv Werkwijze voor de bereiding van geregenereerde cellulose filamenten.
JPH1164866A (ja) * 1997-08-25 1999-03-05 Ricoh Co Ltd 液晶表示装置の製造方法

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPS60209006A (ja) * 1984-04-02 1985-10-21 Iwao Tabuse セルロ−スの紡糸方法
JPH07189019A (ja) * 1993-12-22 1995-07-25 Kohjin Co Ltd 再生セルロース成形品の製造方法
WO1997030198A1 (en) * 1996-02-14 1997-08-21 Akzo Nobel N.V. Cellulose fibres and filaments having a high elongation at break

Non-Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 010, no. 071 (C - 334) 20 March 1986 (1986-03-20) *
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 095, no. 010 30 November 1995 (1995-11-30) *

Also Published As

Publication number Publication date
JP2001507766A (ja) 2001-06-12
CN1077155C (zh) 2002-01-02
WO1998030741A1 (en) 1998-07-16
CN1244222A (zh) 2000-02-09
US6156253A (en) 2000-12-05
EP1021601A1 (en) 2000-07-26

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1001692C2 (nl) Werkwijze voor de bereiding van geregenereerde cellulose filamenten.
EP1116752B1 (en) Polyketone solution
CA2017827C (en) Pvp/para-aramid fibers and process for making them
US5817801A (en) Cellulose solutions and products made therefrom
NL7904495A (nl) Werkwijze ter vervaardiging van vezels uit poly-p-fe- nyleentereftaalamide en de aldus vervaardigde producten
US5938971A (en) Liquid crystal solutions having a base of cellulose and at least one phosphoric acid
WO1996006207A1 (en) Process for making cellulose extrudates
NL1004958C2 (nl) Werkwijze voor het bereiden van cellulose vezels.
JP2000505508A (ja) 高い破断時の伸びを有するセルロースファイバー及びフィラメント
JPH11502901A (ja) 工業的用途のためのセルロースヤーン及びコード
US6427736B1 (en) Cellulose fiber for tire
EP2862964B1 (en) Para-type wholly aromatic copolyamide drawn fiber and production method therefor
EP0397160B1 (en) Process for making fibers with improved hydrolytic stability
RU2194101C2 (ru) Целлюлозные волокна жидкокристаллического происхождения с сильным удлинением при разрыве и способы их получения
US5135687A (en) Process for making PVP/para-aramid fibers
US5804120A (en) Process for making cellulose extrudates
US6342296B1 (en) Aqueous coagulating agent for liquid-crystal solutions with base of cellulose materials
EP0427280B1 (en) Fibers of sulfonated poly(P-phenylene terephthalamide)
JPH10329507A (ja) ゴム補強用ディップコード
WO1997030197A1 (en) Process for preparing cellulose yarn having a high tenacity
JPS6071709A (ja) 新規な繊維
JPH01207435A (ja) ゴム補強用コードおよびその製造法
JPH0333211A (ja) 耐熱水性ポリビニルアルコール系繊維およびその製造法

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
SD Assignments of patents

Owner name: ACORDIS INDUSTRIAL FIBERS B.V.

Owner name: CORDENKA GMBH

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20160201