NL1002700C2 - Gootconstructie met afvoer voor een warenhuis. - Google Patents

Description

Gootconstructie met afvoer voor een warenhuis

De uitvinding heeft betrekking op een gootconstructie voor een warenhuis, omvattende een aan de bovenzijde open goot met tenminste 5 een afvoergat, op welk afvoergat een onder de goot bevestigde bak is aangesloten die in verbinding is met een afvoerpijp.

Een gootconstructie met een dergelijke afvoer is bekend. De bak bevordert een vlotte afvoer uit de goot, hetgeen vooral van belang is bij grote hoeveelheden neerslag per tijdseenheid. De bekende bak 10 bestaat uit een gelaste constructie, die door middel van bouten/moeren, lassen, of een combinatie van lijm en afdichtkit is bevestigd aan de goot.

Hoewel de bekende bak voldoet heeft hij toch verschillende nadelen. Allereerst is hij relatief duur, aangezien het vervaardigen 15 en op de goot aanbrengen daarvan arbeidsintensief is. Bovendien heeft de bak een bepaalde, vaste opvangcapaciteit die niet aangepast kan worden. Daarom moet een vrij grote voorraad worden aangehouden, die bakken met de meest gangbare capaciteiten omvat.

Doel van de uitvinding is een gootconstructie te verschaffen die 20 goedkoper is en waarvan de afvoercapaciteit eenvoudig kan worden aangepast. Dat doel wordt bereikt doordat de bak bestaat uit een profiel uit een stijf materiaal met een bodemdeel en opstaande wanden die aansluiten op de goot, alsmede twee tussen profiel en goot geplaatste eindschotten uit een relatief soepel materiaal.

25 De grootte en daarmee de capaciteit van de bak wordt voor een deel bepaald door de lengte van het profiel. De gewenste capaciteit kan aldus eenvoudig worden verkregen door het profiel op de gewenste lengte af te zagen. De eindschotten bezitten een vorm die is afgestemd op de opening tussen goot en profiel; dankzij het soepele karakter van 30 de eindschotten kunnen deze bovendien onder voorspanning worden aangebracht waardoor een uitstekende afdichting is verzekerd.

De voorkeur gaat uit naar een uitvoering waarbij de bovenrand van elke zijwand is omgezet, en samenwerkt met telkens een op de goot voorziene bevestigingsrichel. Het profiel kan daardoor met een 35 klikverbinding op de goot worden bevestigd. Het is dus niet nodig om de bak te bevestigen door middel van bouten, noch om bevestigingsgaten te boren. Dankzij het feit dat geen delen, zoals boutstelen of houtkoppen, in de bak of goot steken, is het gevaar voor verstopping 1002700 2 door meegevoerd vuil aanzienlijk geringer.

De bak kan snel en goedkoop op de goot worden aangebracht, ook al omdat het niet nodig is de bak af te dichten door middel van kit. Dit is een groot voordeel bij hergebruik en recycling (verschrotten), 5 aangezien daarbij geen kitresten behoeven te worden verwijderd. Een verder voordeel is dat de bak volgens de uitvinding ook weer snel en eenvoudig kan worden verwijderd, bij voorbeeld in verband met schoonmaakwerkzaamheden.

Om lekkage tussen bak en goot tegen te gaan kan onder elke 10 omgezette rand zich een vlak wanddeel bevinden dat aansluit, dat nauwsluitend en/of afdichtend samenwerkt, met een overeenkomstig vlak richeldeel.

De eindschotten, die zijn gevormd overeenkomstig de opening tussen profiel en goot, bestaan bij voorkeur uit een gesloten 15 celmateriaal. Daarbij kunnen de eindschotten onder voorspanning zijn opgenomen tussen profiel en goot voor het verschaffen van de gewenste dichtheid.

De uitvinding kan ook worden toegepast op een gootconstructie waarbij de goot een gesloten profiel is met een zich aan de bovenzijde 20 van het profiel bevindende buitengoot en condensopvanggoten, alsmede twee kokers waarvan een in verbinding is met de buitengoot en waarvan de ander in verbinding is met de condensopvanggoten, waarbij twee bakken met profielen en eindschotten zijn voorzien, waarvan de ene bak is aangesloten op de ene koker, en de andere bak op de andere koker.

25 Vervolgens zal een uitvoeringsvoorbeeld van de gootconstructie volgens de uitvinding aan de hand van de figuren nader worden toegelicht.

Figuur 1 toont een gootconstructie volgens de uitvinding in perspectief en in dwarsdoorsnede.

30 Figuur 2 toont de gootconstructie volgens figuur 1, in langsdoorsnede.

De in figuur 1 en 2 weergegeven gootconstructie omvat een in zijn geheel met 1 aangeduide goot, die een buitengoot 2 voor de opvang van regenwater, alsmede condensgoten 3 voor de opvang van condenswater 35 bevat. Het regenwater is afkomstig van schuin naar beneden naar de buitengoot 2 lopende glaspanelen, die in figuur 1 niet zijn weergegeven. Het condenswater is afkomstig van de onderzijde van diezelfde glaspanelen, en druppelt in condensgoten 3· 1002700 3

De gootconstructie 1 bevat een bovenste koker 4 waarin het regenwater uit de buitengoot 2 opgenomen kan worden via meerdere achter elkaar liggende gaten 6 (zie in figuur 2). Verder is een onderkoker 7 aanwezig, waarin het condenswater via de gaten 8 kan 5 worden opgenomen.

Voor de afvoer van regenwater en condenswater zijn aparte afvoerpijpen 9 respectievelijk 10 aangebracht. Deze afvoerpijpen 9. 10 zijn aangesloten op bak 11 respectievelijk 12. Aangezien de bakken 11, 12, afgezien van de plaats waar de bijbehorende afvoerpijp 10 respectievelijk 10 is aangesloten, identiek zijn, zal slechts een beschrijving voor bak 11 worden gegeven.

De bak bestaat uit een profiel 13. bijvoorbeeld een geëxtrudeerd profiel, met een bodem 14, die in het midden kan zijn voorzien van een knik 15. alsmede wanden 16. De wanden 16 bezitten aan hun bovenzijden 15 een naar binnen wijzende bovenrand 17. die is gehaakt over de bevestigingsrichel 18 van de condensgoten 3· Direct aansluitend op de bovenrand 17 bezitten de condensgoten 3 een vlak richeldeel 19, terwijl de wanden 16 op hun beurt een vlak wanddeel 20 bezitten. De vlakke richeldelen 19 en wanddelen 20 liggen plat op elkaar, en worden 20 stevig tegen elkaar aan gehouden door de bovenranden 17. Daardoor is een goede afdichting van profiel 13 ten opzichte van de goot 1 verzekerd.

De schuin naar beneden wijzende bovenrand 17 maakt het bovendien mogelijk om het profiel 13 van onderaf op de goot 1, in het bijzonder 25 op de condensgoten 3 te klikken. Het is dus niet nodig om gaten te boren en schroefverbindingen aan te brengen ter bevestiging van het profiel 13-

De kopkanten van elke bak 11, 12 zijn afgesloten door eindschotten 21 uit een soepel materiaal, bijvoorbeeld een gesloten 30 celmateriaal. Deze eindschotten 21 bezitten aan de buitenkant een contour die overeenkomt met de inwendige contour van het profiel 13, alsmede de uitwendige contour van de onderzijde van goot 1. Bij voorkeur is hun afmeting iets groter dan de ruimte tussen goot 1 en profiel 13, waardoor de eindschotten 21 onder voorspanning tegen deze 35 onderdelen aanliggen. Aldus is ook op deze plaatsen een uitstekende afdichting verzekerd.

In de onderste koker 7 is, zoals te zien is in figuur 2, een gat 22 aangebracht via welk gat 22 het condenswater terecht kan komen in 1002700 i» bak 12.

Via gat 6 in buitengoot 2, gat 23 in de bovenkoker 4, alsmede een tweede gat 2k in de onderkoker 7 komt het regenwater terecht in bak 11. Om te verhinderen dat condenswater en regenwater zich met elkaar 5 vermengen, is in de onderkoker 7 een schot geplaatst, tussen de gaten 22 en 2**.

Op bekende wijze is de goot 1 aan zijn kopkant afgesloten door een afsluitschot 26, dat de buitengoot 2, de bovenkoker 4, alsmede de onderkoker 7 afsluit.

10 1002700

Claims (10)

1. Gootconstructie voor een warenhuis, omvattende een aan de bovenzijde open goot (1) met tenminste een afvoergat (22, 24), op welk 5 afvoergat (22, 24) een onder de goot (1) bevestigde bak (11, 12) is aangesloten die in verbinding is met een afvoerpijp (9, 10) met het kenmerk dat de bak (11, 12) bestaat uit een profiel (13) uit een stijf materiaal met een bodemdeel (14) en opstaande wanden (16) die aansluiten op de goot (1), alsmede twee tussen profiel (13) en goot 10 (1) geplaatste eindschotten (21) uit een relatief soepel materiaal.

2. Gootconstructie volgens conclusie 1, waarbij elke bovenrand (17) van elke opstaande wand (16) van de bak (11, 12) is omgezet, en samenwerkt met telkens een op de goot (1) voorziene bevestigingsrichel 15 (18).

3- Gootconstructie volgens conclusie 2, waarbij de bovenrand (17) van de bak (11, 12) en de bevestigingsrichel (18) van de goot (1) telkens door middel van een klikverbinding samenwerken. 20

4. Gootconstructie volgens conclusie 2 of 3. waarbij onder elke omgezette bovenrand (17) een vlak wanddeel (20) aansluit dat nauwsluitend en/of afdichtend samenwerkt met een overeenkomstig vlak richeldeel (19). 25

5- Gootconstructie volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de eindschotten (21) zijn gevormd overeenkomstig de opening tussen profiel (13) en goot (1), en uit een gesloten celmateriaal bestaan.

6. Gootconstructie volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de eindschotten (21) onder voorspanning zijn opgenomen tussen profiel (13) en goot (1).

7. Gootconstructie volgens een der voorgaande conclusies, waarbij 35 de goot (1) een gesloten profiel is met een zich aan de bovenzijde van het profiel bevindende buitengoot (2) en condensopvanggoten (3). alsmede één koker die in verbinding is met de buitengoot (2), en de bak is aangesloten op de koker. 1002700

8. Gootconstructie volgens conclusie 7. waarbij de koker door een scheidingsschot in twee kokerdelen is verdeeld, waarvan een kokerdeel in verbinding staat met de buitengoot en de ene bak, en waarvan het andere kokerdeel in verbinding staat met de condensopvanggoten en een 5 tweede bak.

9- Gootconstructie voor een warenhuis, omvattende een aan de bovenzijde open goot uit een gesloten profiel die condensopvanggoten bevat, een koker die in verbinding staat met de condensopvanggoten, 10 alsmede een onder het profiel bevestigde bak die in verbinding staat met de koker en met een afvoerpijp met het kenmerk dat de bak (11, 12) bestaat uit een profiel (13) uit een stijf materiaal met een bodemdeel (1*0 en opstaande wanden (16) die aansluiten op de goot (1), alsmede twee tussen profiel (13) en goot (1) geplaatste eindschotten (21) uit 15 een relatief soepel materiaal.

10. Gootconstructie volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de goot (1) een gesloten profiel is met een zich aan de bovenzijde van het profiel bevindende buitengoot (2) en 20 condensopvanggoten (3), alsmede twee kokers (4, 7) waarvan de één {k) in verbinding is met de buitengoot (2) en waarvan de ander (7) in verbinding is met de condensopvanggoten (3), waarbij twee bakken (11, 12. met profielen (13) en eindschotten (21) zijn voorzien, waarvan de ene bak (11) is aangesloten op de ene koker (4), en de andere bak (12) 25 op de andere koker (7). l 1002700