NL1000438C2 - Werkwijze voor het aanbrengen en weer verwijderen van schroefinjectieankers. - Google Patents

Description

5 955072/B/lhe

Korte aanduiding: Werkwijze voor het.aanbrengen en weer verwijderen van schroefinjeetieankers.

Bij schroef inject ieankers gaat het om buizen of holle stangen, die draaiend in de grond worden gebracht en waarvan het distale einde van een schroefblad is voorzien. Door de buisholte heen wordt onder druk een hydraulische 10 mortel ingebracht, die via in de buiswand aanwezige ope-ningen in de tussen de schroefbladwindingen opgesloten grond wordt geïnjecteerd ter versteviging van die grond-massa.

Dergelijke schroefinjectieankers worden op grote 15 schaal toegepast voor het verankeren van permanente grond en/of waterkerende constructies, het verankeren van tuien van mastconstructies, het in de bodem verankeren van tegen "opdrijven" te borgen betonconstructies en dergelijke.

Het komt echter vaak voor, dat dergelijke schroefan-20 kers slechts als tijdelijk trekanker dienst doen en na hun functie bij voorkeur weer dienen te worden verwijderd. Het verwijderen van een eenmaal in de grond gebracht schroef-injectieanker vergt echter het uitoefenen van momenten c.q. trekkrachten, die verre uitgaan boven die, waarmede 25 het anker eerder werd ingebracht c.q. waarop het anker was berekend. Daarbij treedt bovendien gemakkelijk breuk op in de ankerbuis op niet voorspelbare plaatsen.

Dit geldt met name ook voor schroefankers, waarvan de ankerbuis uit meerdere, met behulp van koppelmoffen aan 30 elkaar geschroefde secties bestaat. Daarbij komen de opeenvolgende ankerbuissecties c.q. verlengbuizen bij het in de grond brengen van het anker veelal onwrikbaar in de respectieve verbindingsmoffen vast te zitten. Daarbij gelukt het soms, de het laatst ingebrachte ankerbuissectie 35 door losschroeven te verwijderen. De dieper liggende ankerbuissecties blijven dan echter onbereikbaar in de bodem achter.

De uitvinding nu betreft een werkwijze voor het in de grond aanbrengen en weer verwijderen van een schroefinjec- 1000438 2 tieanker, omvattende het al draaiend in de grond drijven van een aan zijn distale einde van een schroefblad voorziene ankerbuis door op het proximale einde ervan een koppel uit te oefenen en het injecteren van de het op 5 diepte gebrachte schroefbladgedeelte van het anker omgevende grond met een hydraulische mortel, welke mortel door de ankerbuis en via openingen in de ankerbuiswand wordt ingebracht, zoals bijvoorbeeld bekend is uit de Nederlandse terinzagelegging 8403178.

10 De uitvinding beoogt deze werkwijze zodanig te verbe teren resp. zodanige voorwaarden te scheppen, dat het anker ook weer gemakkelijk is te verwijderen.

Volgens de uitvinding wordt dit doel daardoor bereikt, dat na het injecteren van de hydraulische mortel, 15 vóór het hard worden daarvan, de in de centrale ankerbuis-holte aanwezige mortel door uitspoelen wordt verwijderd en dat men ten behoeve van het weer verwijderen van het anker in de van mortel bevrijde ankerbuisholte een springlading aanbrengt, met welke springlading - door deze tot detone-20 ren te brengen - een explosiebreuk in de ankerbuis wordt bewerkstelligd, waarna men het aan de proximale zijde van deze explosiebreuk gelegen gedeelte van de ankerbuis uit de grond trekt.

Opgemerkt dient te worden, dat uit het Duitse Offen-25 legungsschrift 2 133 593 een werkwijze bekend is, waarbij een van openingen voorziene en aan zijn distale einde vast met een boorpuntstuk verbonden ankerbuis al draaiend in de grond wordt gebracht. Daarbij vindt het in de grond draaien plaats door middel van een hulpbuis, die de ankerbuis 30 omgeeft en geleidt en die aan zijn distale einde met koppeluitsparingen kan grijpen om corresponderende koppel-nokken van het boorpuntstuk. Nadat de ankerbuis met behulp van deze omgevende hulpbuis op de gewenste diepte is gebracht, wordt op het distale einde van de in lengte 35 beperkte ankerbuis een tweede hulpbuis aangesloten, via welke een verhardbare massa onder druk aan de ankerbuis kan worden toegevoerd. Onder gelijktijdig terugtrekken van 1000438 3 de eerste ankerbuis treedt de toegevoerde verhardbare massa door de openingen in de ankerbuiswand heen in de deze ankerbuis omgevende grondmassa, waardoor deze laatste wordt verstevigd en de ankerbuis stevig verankerd komt te 5 zitten. Voordat de verhardbare massa binnen de ankerbuis heeft kunnen verharden, wordt de ankerbuis vervolgens schoon gespoeld ten behoeve van het inbrengen van een trekstang, die daarbij in een binnen het distale einde van de ankerbuis gelegen schroefdraadstomp van het boorpunt-10 stuk wordt geschroefd. Deze trekstang vormt dus de eigenlijke trekverbinding tussen de in de grond verankerde ankerbuis en het maaiveld, zodat het op de trekstang uit te oefenen koppel slechts dient, om deze trekstang met het zich reeds op diepte bevindende boorpuntstuk te verbinden 15 en niet om dit boorpuntstuk tezamen met de ankerbuis in de bodem te schroeven, kan de trekstang naderhand ook weer met een betrekkelijk gering losdraaikoppel worden verwijderd.

Voorts is het uit het Franse octrooischrift 1.534.925 20 bekend een als trekanker toegepaste kabel, waarvan het distale einde op diepte in de grond verankerd zit en het proximale einde is verbonden met een grondkerend wandele-ment, naderhand uit de grond te verwijderen door toepassing van een elektrisch te ontsteken pyrotechnische la-25 ding, waarmede de kabel juist boven de verankeringsplaats door smelten wordt gebroken.

In het octrooischrift wordt aangegeven, dat de patroon met het pyrotechnische mengsel wordt aangebracht vóórdat de (grondkerende) constructie wordt aangebracht. 30 Niet aangegeven wordt hoe dit aanbrengen plaatsvindt.

Bij de werkwijze volgens de uitvinding is van doorsmelten van de ankerbuis geen sprake. Wezenlijk bij de werkwijze volgens de uitvinding is, dat de ankerbuis onder invloed van de door de springlading bewerkstelligde plaat-35 selijke drukverhoging bezwijkt.

Een praktische uitvoering van de werkwijze volgens de uitvinding bestaat daarin, dat men de uit een plastisch 1000438 4 springstoflichaam met een daarin opgenomen elektrisch slagpijpje bestaande springlading op de gewenste diepte in de ankerbuis brengt met behulp van een dunnere inbreng-buis, waartoe het cilindrische springstoflichaam op het 5 distale uiteinde van de inbrengbuis wordt vastgebonden door middel van een het springstoflichaam aan zijn distale einde afsluitende flens en een aan deze flens bevestigde, door het springstoflichaam en de inbrengbuis heen reikende trekdraad, waarbij men het springstoflichaam door aantrek-10 ken van de buiten het proximale einde van de inbrenghuls uitstekende trekdraad in axiale richting doet opstuiken en daarmede in radiale richting tegen de ankerbuiswand doet uitzetten en aandrukken, en men tenslotte de voor detonatie benodigde stroomtoevoer doet plaatsvinden via eveneens 15 door de inbrengbuis naar tot buiten het proximale einde van die buis geleide stroomgeleiders van het slagpijpje.

De uitvinding wordt hieronder aan de hand van de tekening met een uitvoeringsvoorbeeld nader toegelicht.

20 1000438

Claims (2)

1. Werkwijze voor het in de grond aanbrengen en weer verwijderen van een schroef inj eetieanker, omvattende het al draaiend in de grond drijven van een aan zijn distale einde van een schroefblad voorziene ankerbuis door 5 op het proximale einde ervan een koppel uit te oefenen en het injecteren van de het op diepte gebrachte schroefbladgedeelte van het anker omgevende grond met een hydraulische mortel, welke mortel door de ankerbuis en via openingen in de ankerbuiswand wordt ingebracht, 10 met het kenmerk, dat na het injecteren van de hydraulische mortel, vóór het hard worden daarvan, de in de centrale ankerbuisholte aanwezige mortel door uitspoelen wordt verwijderd en dat men ten behoeve van het weer verwijderen van het anker in de van mortel bevrijde ankerbuisholte een 15 springlading aanbrengt, met welke springlading - door deze tot detoneren te brengen, een explosiebreuk in de ankerbuis wordt bewerkstelligd, waarna men het aan de proximale zijde van deze explosiebreuk gelegen gedeelte van de ankerbuis uit de grond trekt.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat men de uit een plastisch springstof lichaam met een daarin opgenomen elektrisch slagpijpje bestaande springlading op de gewenste diepte in de ankerbuis brengt met behulp van een dunnere inbrengbuis, waartoe het cilindrische spring-25 stoflichaam op het distale uiteinde van de inbrengbuis wordt vastgebonden door middel van een het springstoflichaam aan zijn distale einde afsluitende flens en een aan deze flens bevestigde, door het springstoflichaam en de inbrengbuis heen reikende trekdraad, waarbij men het 30 springstoflichaam door aantrekken van de buiten het proximale einde van de inbrenghuls uitstekende trekdraad in axiale richting doet opstuiken en daarmede in radiale richting tegen de ankerbuiswand doet uitzetten en aandrukken, en men tenslotte de voor detonatie benodigde stroom-35 toevoer doet plaatsvinden via eveneens door de inbrengbuis naar tot buiten het proximale einde van die buis geleide stroomgeleiders van het slagpijpje. 1000438