BE1019234A3 - Werkwijze voor het installeren van een scherminrichting in een kas of warenhuis. - Google Patents

Abstract

Een werkwijze voor het aanbrengen van een scherminrichting aan een kas of warenhuis met een steunconstructie alsmede een op de steunconstructie voorzien dek, omvat de stappen van: - het verschaffen van tenminste twee in wezen evenwijdige profielen die zijn ondersteund met betrekking tot de steunconstructie en waarvan tenminste één in dwarsrichting verplaatsbaar is, welke profielen beide een langsgeleiding omvatten,- het verschaffen van een schermdoek in opgerolde toestand, opgevouwen toestand en dergelijke,- het bevestigen van reeksen uit zich op onderlinge afstand van elkaar bevindende geleidingselementen aan telkens beide langsranden van het schermdoek,- het in samenwerking brengen van achtereenvolgens de geleidingselementen aan een der langsranden van het schermdoek met de langsgeleiding van een der profielen en het in samenwerking brengen van achtereenvolgens de geleidingselementen aan de andere langsrand van het schermdoek met de langsgeleiding van het andere profiel,- het verschuiven van het schermdoek en de bijhorende geleidingselementen langs de profielen.

Description

Werkwijze voor het installeren van een scherminrichting in een kas of warenhuis

De uitvinding heeft betrekking op scherminrichtingen zoals worden toegepast aan kassen en warenhuizen en dergelijke. Deze scherminrichtingen kunnen verschillende functies vervullen, zoals bijvoorbeeld het afschermen van de teelt tegen zonlicht, het tegengaan van lichtuitstraling, het isoleren van de teeltruimte tegen warmteverlies of omgekeerd tegen het binnentreden van warmte en dergelijke. Voor die doeleinden zijn verschillende typen scherminrichtingen bekend die gewoonlijk bestaan uit een aantal schermdoeken. Deze schermdoeken zijn enerzijds bevestigd aan een vast gedeelte van de kas, zoals aan een tralieligger, en die anderzijds zijn bevestigd aan een heen en weer beweegbaar schermprofiel. Daarbij worden de schermdoeken door middel van klemmen vastgezet aan de betreffende profielen en liggers. Van tijd tot tijd moeten de schermen worden verwisseld, waarbij dan de klemmen moeten worden losgenomen of losgetrokken en een nieuw schermdoek wederom met dergelijke klemmen moet worden vastgezet.

Hoewel een dergelijke wijze van installeren van het schermdoek gebruikelijke praktijk is, treden daarbij toch problemen op. Die problemen doen zich vooral voor bij kassen waarvan het dek op relatief grote hoogte ligt. In dat geval komen ook de schermen op een vrij hoog niveau te liggen. Daarbij moet bedacht worden dat het bevestigen van de schermen door middel van de klemmen met de hand geschiedt, hetgeen betekent dat het personeel met behulp van hoogwerkers de werkzaamheden moeten uitvoeren.

Vooral bij relatief hoge kassen betekent dit dat de hoogwerker voortdurend op en neer moet worden bewogen; het is namelijk om veiligheidsredenen niet toegestaan om de omhoog bewogen hoogwerker met daarin het personeel in de kas te verplaatsen. Gevolg daarvan is dat de traditionele wijze van het bevestigen van het schermdoek met behulp van klemmen tijdrovend en daardoor kostbaar is. Het doel van de uitvinding is daarom een werkwijze voor het installeren van een scherminrichting te verschaffen die efficiënter en daardoor minder kostbaar is.

Dat doel wordt bereikt door middel van een werkwijze voor het installeren van een scherminrichting in een kas of warenhuis, omvattende de stappen van; -het verschaffen van tenminste twee in wezen evenwijdige profielen die zijn ondersteund met betrekking tot de steunconstructie en waarvan tenminste één in dwarsrichting verplaatsbaar is, welke profielen beide een langsgeleiding omvatten, -het verschaffen van een schermdoek in opgerolde toestand, opgevouwen toestand en dergelijke, -het bevestigen van reeksen uit zich op onderlinge afstand van elkaar bevindende geleidingselementen aan telkens beide langsranden van het schermdoek, -het in samenwerking brengen van achtereenvolgens de geleidingselementen aan een der langsranden van het schermdoek met de langsgeleiding van een der profielen en het in samenwerking brengen van achtereenvolgens de geleidingselementen aan de andere langsrand van het schermdoek met de langsgeleiding van het andere profiel, -het verschuiven van het schermdoek en de bijbehorende geleidingselementen langs de profielen.

Het schermdoek kan bij de werkwijze volgens de uitvinding gereed gehouden worden op de ondergrond en bijvoorbeeld toegevoerd worden op een zogenaamde buiswagen die verrijdbaar is over buizen die in verband met de verwarming aanwezig zijn op de ondergrond. Vervolgens behoeft slechts het schermdoek, en in het bijzonder de daaraan bevestigde geleidingselementen, in samenwerking te worden gebracht met het vaste profiel en het schermprofiel. Daartoe moeten eenmalig activiteiten op een relatief hoog niveau worden uitgevoerd. Zodra echter het voorste gedeelte van het schermdoek aan de profielen is bevestigd, kan het schermdoek langs de profielen getrokken worden over de gehele lengte van de profielen. Het is dan niet meer nodig om met de hand werkzaamheden op een relatief grote hoogte uit te voeren. Daardoor kan het aanbrengen van het schermdoek veiliger, efficiënter en tegen een lagere kostprijs worden uitgevoerd. ...

Het verschuiven van het schermdoek en de bijbehorende geleidingselementen langs de profielen kan eenvoudig voortgezet worden totdat het schermdoek zich over de gehele lengte der profielen uitstrekt. In dat verband bestaan de geleidingselementen bij voorkeur uit een materiaal dat een lage wrijvingscoëfficiënt bezit, zoals een kunststof met een lage wrijvingscoëfficiënt. Om te voorkomen dat het schermdoek tijdens bedrijf zou kunnen gaan verschuiven, kan de werkwijze tevens de stappen omvatten van het vastzetten van het schermdoek ten opzichte van de profielen, zoals door het verhogen van de wrijvingskracht tussen een geleiding en tenminste een der daarmee samenwerkende geleidingselementen.

Ook het vervangen van het schermdoek kan op een zelfde veilige en efficiënte wijze worden uitgevoerd. Het schermdoek kan eenvoudigweg uit de profielen worden getrokken en worden opgewikkeld of gestapeld in verband met het afvoeren daarvan. ,

Zoals hiervoor reeds genoemd kan het schermdoek op eenvoudige wijze worden aangebracht zonder dat het nodig is om over de gehele lengte van de profielen daartoe werkzaamheden uit te voeren. Dat kan in het bijzonder bereikt worden door de stappen van: -het plaatsen van een rol en dergelijke met het schermdoek op de ondergrond waarop zich de kas of het warenhuis bevindt, -het verschaffen van overbrengmiddelen die zich uitstrekken tussen de rol en dergelijke en de profielen, -het via de overbrengmiddelen overbrengen van het schermdoek vanaf de rol en dergelijke naar de profielen -het geleiden van de geleidingselementen in de overbrengmiddelen.

De rol of stapel met de voorraad schermdoek kan dus op werkhoogte worden geplaatst, waarna de overbrengmiddelen, die zich uitstrekken tussen > die voorraad schermdoek en de profielen op hoogte in de kasconstructie, kunnen worden aangebracht. De totale lengte van het schermdoek kan aldus afgenomen worden uit de voorraad, bijvoorbeeld afgerold worden van een rol of stapel, en via de overbrengmiddelen tot in de betreffende profielen worden geleid. Daarbij kunnen geschikte trekorganen worden toegepast, bijvoorbeeld een of meerdere kabels die zijn bevestigd aan het voorste eind van het schermdoek.

Zoals hiervoor beschreven wordt het schermdoek in de profielen geleid en vastgehouden door geleidingselementen. Deze geleidingselementen kunnen bijvoorbeeld af fabriek aan het schermdoek worden bevestigd. Vaak wordt echter een grotere lengte schermdoek opgenomen op een rol of stapel. In dat geval is het minder wenselijk om aan de zijranden van het schermdoek reeds vooraf geleidingselementen aan te brengen: de opgerolde randen met relatief dikke geleidingselementen zouden dan een zeer ongelijkmatig opgewikkelde rol of stapel opleveren.

In dat verband kan een verdere vereenvoudiging van het aanbrengen van een schermdoek worden verkregen door het toepassen van de stap van het direct na het van de rol of stapel nemen van het schermdoek en vóór het overbrengen van het schermdoek naar de profielen aanbrengen van de geleidingselementen aan beide langsranden van het schermdoek.

In dat verband omvat de werkwijze bij voorkeur de stappen van: -het opnemen van de geleidingselementen in de langsgeleidingen van de overbrengmiddelen, -het bevestigen van de langsranden van het schermdoek aan de geleidingselementen terwijl die zich in de langsgeleidingen van de overbrengmiddelen bevinden.

Op deze wijze wordt een zeer efficiënte hantering van de geleidingselementen verkregen. Deze bevinden zich aanvankelijk al in de langsgeleidingen, en worden in die toestand aan het schermdoek bevestigd. Het is dan niet meer nodig om de geleidingselementen, terwijl deze aan het schermdoek bevestigd zijn, één voor één in de langsgeleidingen te rijgen.

De vorm van de geleidingselementen en de vorm van de geleidingen van de profielen kunnen eveneens op vele verschillende manieren worden uitgevoerd. Voorwaarde daarbij is dat de geleidingselementen in langsrichting van de geleidingen verschuifbaar zijn, terwijl zij in dwarsrichting ten opzichte van de geleidingen worden vastgehouden. In dat verband omvat de werkwijze bij. voorkeur de stappen van: -het verschaffen van een basisprofiel en een schermprofiel voorzien van een dwarsdoorsnede met een ondersneden holte, welke ondersneden holten telkens deel uitmaken van de langsgeleidingen van die profielen, -het verschaffen van geleidingselementen met een dwarsdoorsnede die in wezen overeenkomt met de dwarsdoorsnede van de ondersneden holten.

Ook de stap van het bevestigen van het schermdoek aan de geleidingselementen kan op verschillende manieren worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld kan daartoe een lijm worden toegepast. De voorkeur gaat echter uit naar het bevestigen van de langsranden van het schermdoek aan de geleidingselementen door middel van een nietbewerking.

Volgens een andere mogelijkheid worden onderling door een strip verbonden geleidingselementen gebruikt. Deze geleidingselementen bevinden zich aan een rand van de strip, zodanig dat het schermdoek overlappend aan de strip kan worden bevestigd, zoals door lijmen, naaien en dergelijke. .............-

De werkwijze volgens de uitvinding kän worden toegepast bij hetaanbrengen van een enkel scherm tussen twee spanten, maar het is ook mogelijk om in een dergelijk gebied meerdere schermen aan te brengen. Indien bijvoorbeeld drie profielen zijn voorzien tussen telkens twee spanten, kunnen ook twee schermdoeken tussen telkens twee van die profielen worden aangebracht. Die twee profielen worden dan zo ver mogelijk uit elkaar verschoven, om het inrijgen van het schermdoek op de gewenste wijze te doen plaatsvinden.

De uitvinding betreft verder een installatie voor het uitvoeren van de hiervoor beschreven werkwijze. Deze installatie is bij voorkeur verrijdbaar door de kas, in het bijzonder op de buizen die zich op de bodem daarvan bevinden. In dat verband kan de installatie zijn uitgevoerd met een gestel, een op het gestel voorziene steuninrichting voor een rol en dergelijke met schermdóek, houdermiddelen voor het houden van een reeks geleidingselementen, eventueel toevoermiddelen voor het toevoeren van de geleidingselementen aan beide langsranden van het schermdoek; vastzetmiddelen voor het bevestigen van de geleidingselementen aan beide langsranden van het schermdoek alsmede overbrengmiddelen voor het overbrengen van het aan beide langsranden van geleidingselementen voorziene schermdoek naar zich bij de kas of het warenhuis behorende profielen die zijn voorzien van een geleiding voor de geleidingselementen.

Voor het geval dat gebruikgemaakt wordt van een voorraad schermdoek af fabriek, dat wil zeggen zonder daaraan bevestigde geleidingselementen, kunnen zich aan tegenoverliggende einden van de rol vastzetmiddelen bevinden voor het bevestigen van de geleidingselementen aan de zich aldaar bevindende langsranden van het schermdoek.

In bijzonder kunnen de overbrengmiddelen overbrengprofielen omvatten die elk zijn voorzien van een langsgeleiding voor de geleidingselementen, ter weerszijden van de rol. In verband met het storingsvrij geleiden van het schermdoek met de daaraan bevestigde geleidingselementen volgens een schuin baangêdéëlté en een daarop aansluitend gekromd baangedeelte kan elk overbrengprofiel een in wezen recht profielgedeelte bezitten dat zich schuin naar boven uitstrekt vanaf de rol een dergelijke, alsmede een op het rechte profielgedeelte aansluitende gekromde profielgedeelte, welke gekromde profielgedeelten aansluitbaar zijn op een schermprofiel respectievelijk op een bijbehorend vast profiel.

De uitvinding heeft tevens betrekking op de combinatie van een schermprofiel voor gebruik bij de hiervoor beschreven werkwijze alsmede een; hoeveelheid geleidingselementen, welk schermprofiel is voorzien van een langsgeleiding waarvan de dwarsdoorsnede overeenkomt met de dwarsdoorsnede van elk geleidingselement. Tevens heeft de uitvinding betrekking op de combinatie van een basisprofiel voor gebruik bij die werkwijze alsmede een hoeveelheid geleidingselementen, welk basisprofiel is voorzien van een langsgeleiding waarvan de dwarsdoorsnede overeenkomt met de dwarsdoorsnede van elk geleidingselement. Tenslotte betreft de uitvinding ook het schermprofiel, het basisprofiel en het geleidingselement voor gebruik in de werkwijze volgens de uitvinding.

Voor de variant van de werkwijze waarbij een tussenliggend profiel tussen het basisprofiel en het schermprofiel wordt toegepast, bezit het tussenliggende profiel aan weerszijden langsgeleidingen in elk waarvan de geleidingselementen van de schermdoeken kunnen worden opgenomen waartussen zich dat tussenliggende profiel bevindt. ...................

Het basisprofiel kan vast aan de kasconstructie zijn bevestigd, in het bijzonder aan een tralieligger. Het is echter ook mogelijk dat het basisprofiel verplaatsbaar in de kasconstructie is opgenomen, bijvoorbeeld indien twee schermen achter elkaar in een vak tussen twee tralieliggers worden toegepast.

De uitvinding betreft tevens een geleidingselement voor gebruik bij de werkwijze zoals hiervoor beschreven. Dit geleidingselement heeft bij voorkeur een langwerpig lichaam met een in wezen constante dwarsdoorsnede, welke lichaam aan tenminste een der einden daarvan smaller wordend is uitgevoerd, alsmede een aan dat lichaam voorzien bevestigingsmiddel waaraan een schermdoek bevestigbaar is.. Dat lichaam heeft aan een of beide tegenoverliggende einden smaller wordende afschuiningen ter vergemakkelijking van het verplaatsen van het geleidingselement in de ondersneden holte van de profielen.

De uitvinding betreft tevens een scherminstallatie zoals verkregen door de hiervoor beschreven werkwijze, omvattende tenminste twee profielen die elk zijn voorzien van een zich in langsrichting uitstrekkende ondersneden holten alsmede een schermdoek met telkens zich aan de langsranden op onderlinge afstand van elkaar zich bevindende reeksen geleidingselementen die zijn opgenomen in telkens de ondersneden holte van een bijbehorend profiel.

Verder betreft de uitvinding een schermdoeksamenstel, omvattende een schermdoek alsmede zich aan beide langsranden van het schermdoek zich in langsrichting uitstrekkende reeksen uit zich op afstand van elkaar bevindende geleidingselementen. Bij voorkeur zijn de geleidingselementeii onderling verbonden door een strip die zich aan een zijde van de geleidingselementen daarlangs uitstrekt, aan welke strip het schermdoek is bevestigd.

De uitvinding betreft ook een reeks uit meerdere geleidingselementen zoals hiervoor beschreven, welke geleidingselementen onderling zijn verbonden door tussenstukken. Daarbij kan een strip zijn voorzien aan een langsrand waarvan zich de geleidingselementen bevinden. .............

Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.

Figuur 1 toont een aanzicht in perspectief van een kas met een scherminstallatie volgends de uitvinding

Figuur 2 toont het aanzicht volgens II van figuurl met het vaste profiel.

Figuur 3 toont het aanzicht volgens III van figuur 1 met het schermprofiel.

Figuur 4 toont een aanzicht in perspectief van de kas tijdens het aanbrengen van het schermdoek.

Figuur 5 toont een zijaanzicht van een installatie voor het uitvoeren van genoemde werkwijze.

Figuur 6 toont de doorsneden volgens VI-VI van figuur 5.

Figuur 7 toont een variant met dubbele schermen.

Figuur 8 toont een reeks geleidingselementen......................

Figuur 9 toont de dwarsdoorsnede volgens IX-IX van figuur 8.

De in Figuur 1 weergegeven kas omvat een aantal kolommen 1 waarop spanten 2 zijn ondersteund. Op deze spanten 2 is de kapconstructie ondersteund. Deze kapconstructie omvat goten 3 ten opzichte waarvan roeden 4 schuin omhoog zijn gericht. Op de roeden 4 zijn de nokken 5 ondersteund. Tussen deze roeden 4, de goten 3 en de nokken 5 zijn glasplaten 6 opgenomen.

In deze kasconstructie is ter hoogte van de liggers 2 de scherminstallatie 13 volgens de uitvinding aangebracht. Deze scherminstallatie 13 omvat op bekende wijze een aantal schermdoeken 7, waarvan telkens een eind is verbonden aan het vaste profiel 18 dat is bevestigd aan de ondergordingen of draagbalken 14 die onderdeel uitmaken van de spanten 2. Het andere eind van de schermdoeken 7 is verbonden aan de schermprofielen 8. Deze schermprofielen 8 zijn op bekende wijze heen en weer verplaatsbaar tussen telkens twee liggers. 2. In dat verband zijn de schermprofielen 8, door middel van een op zich bekende koppeling 15 verbonden met de draadvormige aandrijving 16. Deze aandrijvingen 16 zorgen ervoor dat de schermdoeken 7 kunnen worden overgebracht tussen een gesloten en een geopende positie: in Figuur 1 is een tussenliggende positie afgebeeld. De schermdoeken 7 zijn door de draden 17 ondersteund tegen doorzakken. Ook boven de schermdoeken 7 kunnen draden zijn voorzien (niet weergegeven), teneinde opwaaien daarvan tegen te gaan.

Bij de traditionele scherminstallaties zijn de schermdoeken 7 door middel van aparte klemmen uit verenstaal verbonden met de schermprofielen. Dergelijke klemmen uit verenstaal moeten stuk voor stük handmatig worden bevestigd, enerzijds aan de vaste profielen 18 en anderzijds aan de op hoogte in de kas aangebrachte schermprofielen 8. Vooral bij hoge kassen is dat een tijdrovend en risicovol proces. Bij de scherminstallatie volgens de uitvinding kunnen de schermdoeken 7 langs de vaste profielen 18 en de schermprofielen 8 worden getrokken, waarbij tegelijkertijd de. bevestiging tussen de schermdoeken en de schermprofielen tot stand komt.

Omdat te bereiken is een gedeelte van de bevestigingsmiddelen waarmee de schermdoeken 7 aan de schermprofielen zijn verbonden, geïntegreerd in de schermprofielen. In dit verband wordt verwezen naar Figuur 2, waarbij een vast profiel 18 volgens de uitvinding is weergegeven (dat door middel van bevestigingsklemmen 19 is bevestigd aan de ondergording 14 van de tralieligger 2). Het vaste profiel 18 heeft een ondersneden holte 20. Over de lengte van het schermdoek 7 zijn regelmatig verspreid meerdere geleidingselementen 21 aangebracht, zodanig dat het schermdoek 7 over zijn gehele lengte betrouwbaar aan het vaste profiel kan worden vastgehouderi. Van belang is verder dat de geleidingselementen 21 verschuifbaar zijn in de ondersneden holte, zoals hieronder zal worden toegelicht. Figuur 3 toont dat het schermprofiel 8 eveneens is voorzien van een ondersneden holte 20 waarin geleidingselementen 21 zijn opgenomen die zijn bevestigd aan de andere rand van het schermdoek 7. Ook in dit geval zijn de geleidingselementen 21 verschuifbaar in de ondersneden holte 20. ........

Dankzij deze verschuifbaarheid van de geleidingselementen 21 ten opzichte van de profielen 8, 18 kan het schermdoek 7 langs de schermprofielen 18 worden verschoven, totdat het schermdoek 7 zich uitstrekt over de gehele lengte van de profielen 8, 18. In dit uitvoeringsvoorbeeld bezitten de geleidingselementen 21 een langwerpige vorm met een in wezen T-vormige dwarsdoorsnede. Aan beide uiteinden zijn de geleidingselementen 21 afgeschuind, zodanig dat ze goed verschuifbaar zijn in de profielen en bij eventuele overgangen tussen achtereenvolgende profielen niet kunnen blijven haken. Vervolgens kan het schermdoek worden vastgezet door de profielen bijvoorbeeld plaatselijk te vormen, zodanig dat bepaalde van de geleidingselementen 21 worden vastgeklemd in de ondersneden holte 20. Ook is het mogelijk dikkere geleidingselementen aan de einden van het schermdoek toe te passen, waardoor een betrouwbare bevestiging ontstaat.

Wanneer de schermdoeken aldus in de profielen 8, 18 kunnen worden geschoven,, kan het met de hand aanbrengen van metalen klemmen achterwege blijven. Dit betekent een belangrijke verbetering en vereenvoudiging .van de werkzaamheden die samenhangen met het aanbrengen van de scherminstallatie. In het voorbeeld van figuur 4 is weergegeven op welke wijze het aldus aanbrengen van het schermdoek 7 kan plaatsvinden. Daarbij wordt een installatie 23 toegepast, die ook in zijaanzicht in figuur 5 is weergegeven. Deze installatie bestaat uit een wagen 10, waarop een rol 11 met het schermdoek 7 is geplaatst. De wagen 10 heeft wielen 12, zodanig dat deze verrijdbaar is over bijvoorbeeld de verwarmingsbuizen 9 of andere rails die zich op de bodem in een kas bevinden. Aldus kan de wagen 10 geplaatst worden bij elk paar spanten 14, zoals weergegeven in figuur 4.

In verband met het aanbrengen van het schermdoek 7, wordt het betreffende schermprofiel 8 tot tegen het spant 14 verschoven dat zich tegenover het spant 14 bevindt waar aan het vaste profiel 18 is bevestigd. Zoals getoond in figuur 5 worden vervolgens uit die profielen 8, 18 delen 30 verwijderd, zodanig dat overbrengprofielen aangebracht kunnen worden. Deze overbrengprofielen omvatten, een gekromd overbrengprofiel 28, dat geplaatst wordt in de ruimte die is ontstaan door de delen 30 te verwijderen en dat een ondersneden holte heeft die overeenkomt met de ondersneden holte 20 van de profielen 8,18 (zie ook de dwarsdoorsnede van Figuur 6).

Op elk gekromd overbrengprofiel 28 wordt vervolgens een schuin geplaatst, recht overbrengprofiel 27 aangesloten. Deze overbrengprofielen 27 lopen schuin naar beneden naar de wagen 10, in het bijzonder tot nabij de rol 11. Aan de onderzijde van elk schuin geplaatst overbrengprofiel 27 bevindt zich een nietmachine 24 , waaraan via .

de toevoerband 26 geleidingselementen 21 worden toegevoerd vanuit de trilvuller 25. Door middel van de nietmachine worden deze geleidingselementen 21 door middel van nieten 31 vastgezet aan een betreffende rand van het schermdoek 7 (zie figuur 6), en vervolgens worden deze geleidingselementen 21 in de ondersneden holte 20 van het schuin geplaatste overbrengprofiel 27 geschoven.

In verband met een efficiënte bevestiging van de geleidingselementen 21 aan het schermdoek 7, worden deze geleidingselementen vooraf opgenomen in een geleiding in de nietmachine. Daarna wordt het schermdoek door de nietmachine bevestigd aan.de geleidingselementen. Vervolgens worden de geleidingselementen met het doek in het overbrengprofiel 27 getrokken.

Aan het vrije eind van het schermdoek 7 wordt een trekinrichting 29 bevestigd, zodanig dat het schermdoek omhoog door de overbrengprofielen 27, 28 en vervolgens horizontaal door de profielen 8,18 wordt getrokken. De snelheid waarmee dit geschiedt is afgestemd op de werkingssnelheid van de nietmachine 29, zodanig dat steeds verzekerd is dat de betreffende rand van het schermdoek op geschikte afstanden door de geleidingselementen 21 is ondersteund in de profielen.

Nadat het schermdoek 7 geheel in de profielen 8, 18 is getrokken, worden de overbrengprofielen verwijderd. Het deel van de profielen 8, 18 en dat aanvankelijk verwijderd was, wordt weer teruggezet in de onderbreking 30. Tot slot kan het schermdoek 7 dan ook door het laatste deel van de profielen 8, 18 worden getrokken. Nadat aldus het schermdoek 7 compleet is aangebracht, kan. .dit. definitief ..worden vastgezet door bijvoorbeeld de profielen plaatselijk samen te drukken, dan wel door geleidingselementen met een overmaat toe te passen.

De variant van figuur 7 toont een wijze van aanbrengen van dubbele schermdoeken 7. Eerst is het linker schermdoek aangebracht op de hiervoor beschreven wijze. Daarna is het linker schermprofiel 8 geheel naar links bewogen, waarbij het linker schermdoek 7 samengedrukt tot een pakket. Ook het rechter schermprofiel 8, dat aanligt tegen het linker schermprofiel 8, wordt naar links bewogen.

Tussen dat rechter schermprofiel 8 en het rechter, vaste schermprofiel 18 kan nu eveneens op de hiervoor beschreven wijze het rechter schermdoek 7 worden ingeregen. Daarmee is de installatie van beide schermdoeken 7 gereed.

Het voorbeeld van Figuur 7 toont slechts een enkele variant, waarbij in het midden twee schermprofielen 8 zijn toegepast die wel tegen elkaar aanliggen, maar los van elkaar zijn in verband met het naar links en rechts openen van beide schermdoeken 7. Het is echter ook mogelijk om in het midden een enkel schermprofiel toe te passen met aan weerszijden ondersneden holten 20, en bijvoorbeeld het schermprofiei aan de uiterste rechterzijde beweegbaar uit te voeren in verband met het volledig openen van de schermen.

In het hiervoor getoonde uitvoeringsvoorbeeld zijn de geleidingselementen ieder afzonderlijk aan het schermdoek bevestigd. Bij het uitvoeringsvoorbeeld van de figuren 8 en 9 is dat niet nodig. De geleidingselementen 21 zijn daarbij gevormd aan een strip 32, die zich zijdelings langs de geleidingelementen uitstrekt. Het, schermdoek 7 kan aan de strip worden bevestigd, zoals door naaien of lijmen. In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld is het schermdoek 7 in de kruissneden 33 gedrukt. De geleidingselementen hebben een kruisvormige doorsnede, die is afgestemd op de vorm van de ondersneden holte van het profiel.

Lijst van verwijzingstekens 1. Kolom 2. Spant 3. Goot 4. Roede 5. Nok 6. Glasplaat 7. Schermdoek 8. Schermprofiel 9. Verwarmingsbuizen of rails 10. Wagen 11. Rol met schermdoek 12. Wielen 13. Scherminstallatie 14. Draagbalk of ondergording 15. Koppeling 16. Draadvormige aandrijving 17. Steundraad 18. Basisprofiel of vast profiel 19. Bevestigingsklem 20. Langsgeleiding of Ondersneden holte profielen 8,18 21. Geleidingselement 22. Ondersteuning overbrengprofielen 23. Bevestigingsinstallatie 24. Nietmachine 25. Trilvuller 26. Toevoerband 27. Recht overbrengprofiel 28. Gekromd overbrengprofiel 29. Trekinrichting 30. Onderbreking in profielen 8,18 31. Niet 32. Strip 33. Kruissnede

Claims (29)

1. Werkwijze voor het aanbrengen van een scherminrichting aan een kas of warenhuis met een steunconstructie alsmede een op de steunconstructie voorzien dek, omvattende de stappen van: -het verschaffen van tenminste twee in wezen evenwijdige profielen (8, 18) die zijn ondersteund met betrekking tot de steunconstructie en waarvan tenminste één in dwarsrichting verplaatsbaar is, welke profielen beide een langsgeleiding (20) omvatten, -het verschaffen van een schermdoek (7) in opgerolde toestand, opgevouwen toestand en dergelijke, -het bevestigen van reeksen uit zich op onderlinge afstand van elkaar bevindende geleidingselementen (21) aan telkens beide langsranden van het schermdoek (7), -het in samenwerking brengen van achtereenvolgens de geleidingselementen (21) aan een der langsranden van het schermdoek (7) met de langsgeleiding (20) van een der profielen (8) en het in samenwerking brengen van achtereenvolgens de geleidingselementen (21) aan de andere langsrand van het schermdoek (7) met de langsgeleiding (20) van het andere profiel (18), -het verschuiven van het schermdoek (7) en de bijbehorende geleidingselerhenten (21) langs de profielen (8,18).

2. Werkwijze volgens conclusie 1, omvattende de stap van: -het voortzetten van het verschuiven van het schermdoek (7) en de bijbehorende geleidingselementen (21) langs de langsgeleidingen (20) totdat het schermdoek (7) zich over in wezen de gehele lengte der profielen (8,18) uitstrekt.

. .. 3..Werkwijze volgens conclusie 1 of2,omvattende de stapwan: -het vastzetten van het schermdoek (7) ten opzichte van de profielen (8,18), zoals door het verhogen van de wrij vingskracht tussen een geleiding (20) en tenminste een der daarmee samenwerkende geleidingselementen (21).

4. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, omvattende de stappen van: -het plaatsen van een rol (11) en dergelijke met het schermdoek (7) op de ondergrond waarop zich de kas of het warenhuis bevindt, -het verschaffen van overbrengmiddelen (27,28) die zich uitstrekken tussen de rol (11) en dergelijke en de profielen (8, 18), -het via de overbrengmiddelen (27, 28) overbrengen van het schermdoek (7) met geleidingselementen (21) vanaf de rol (11) en dergelijke naar de profielen (8,18).

5. Werkwijze volgens conclusie 4, omvattende de stap van:. , -het direct na het van de rol (11) en dergelijke nemen van het schermdoek (7) aanbrengen van de geleidingselementen (21) aan beide langsranden van het. schermdoek (7).

6. Werkwijze volgens conclusie 5, omvattende de stappen van: -het opnemen van de geleidingselementen (21) in de langsgeleidingen (20) van de overbrengmiddelen (27,28), -het bevestigen van de langsranden van het schermdoek (7) aan de geleidingselementen (21) terwijl die zich in de langsgeleidingen (20) van de overbrengmiddelen (27,28) bevinden.

7. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, omvattende de stappen van: ................ · -het verschaffen van profielen (8, 18) voorzien van een dwarsdoorsnede met een ondersneden holte, welke ondersneden holten telkens deel uitmaken van de langsgeleidingen (20) van die profielen (8, 18), -het verschaffen van geleidingselementen (21) met een dwarsdoorsnede die in wezen overeenkomt met de dwarsdoorsnede van de ondersneden holten.

8. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, omvattende de stap van: -het bevestigen van de langsranden van het schermdoek (7) aan de geleidingselementen (21) door middel van een bevestigingsmachine (24), zoals een nietmachine.

9. Werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, omvattende de stappen van: -het verschaffen van eên vast basisprofiel (18) dat 'i's bevestigd aan dé’ steunconstructie van de kas of het warenhuis, -het verschaffen van een schermprofiel (8) dat heen en weer verplaatsbaar is ondersteund op zich dwars ten opzichte van de profielen (8,18) uitstrekkende steundraden (17).

10. Werkwijze volgens conclusies 9, omvattende de stappen van: -het verschaffen van een verder verplaatsbaar schermprofiel dat heen en weer verplaatsbaar is ondersteund op zich dwars ten opzichte van de profielen uitstrekkende steundraden (17), welk verder schermprofiel aan weerszijden een langsgeleiding heeft, -het verschaffen van een tweede schermdoek (7) in opgerolde toestand, opgevouwen toestand en dergelijke, -het bevestigen van reeksen uit zich op onderlinge afstand van elkaar bevindende geleidingselementen (21) aan telkens beide làngsrandéri van het tweede schérmdoek, " -het in samenwerking brengen van achtereenvolgens de geleidingselementen (21) aan een der langsranden van het tweede schermdoek met de langsgeleiding (20) van beide schermprofielen, -het verschuiven van het tweede schermdoek en de bijbehorende geleidingselementen (21) langs beide schermprofielen.

11. Installatie voor het uitvoeren van de werkwijze volgens een der voorgaande conclusies, omvattende een gestel, een op het gestel voorziene steuninrichting (23) voor een rol (11) en dergelijke met schermdoek, houdermiddelen (25) voor het houden van een reeks geleidingselementen, eventueel toevoermiddelen (26) voor het toevoeren van de geleidingselementen aan beide langsranden van het schermdoek, vastzetmiddelen (24) voor het bevestigen van de geleidingselementen aan beide langsranden van het schermdoek alsmede overbrengmiddelen (27) voor het overbrengen van het aan beide langsranden van geleidingselementen voorziene schermdoek naar zich in de constructie van een kas of warenhuis bevindende profielen (8, 18) die zijn voorzien van een geleiding voor de geleidingselementen.

12. Installatie volgens conclusie 11, waarbij zich aan tegenoverliggende einden van de rol (11) vastzetmiddelen (24), zoals een nietmachine, bevinden voor het. bevestigen van de geleidingselementen (21) aan de zich aldaar bevindende langsranden van het schermdoek (7).

13. Installatie volgens conclusie 11 of 12, waarbij de overbrengmiddelen overbrengprofielen (27, 28) omvatten die elk zijn voorzien van een langsgeleiding (20) voor de geleidingselementen (21).

14. Installatie volgens conclusie 13 , waarbij zich ter weerszijden van de rol (11) telkens een overbrengprofiel (27,28) bevindt. ........... u

15. Installatie volgens conclusie 13 of 14, waarbij elk overbrengprofiel een in wezen recht profïelgedeelte (27) bezit dat zich schuin naar boven uitstrekt vanaf de rol (11) een dergelijke, alsmede een op het rechte profielgedeelte aansluitende gekromd . profielgedeelte (28), welke gekromde profielgedeelten aansluitbaar zijn op een schermprofiel respectievelijk op een bijbehorende basisprofiel. ....... .....

16. In combinatie, een schermprofiel (8) voor gebruik bij de werkwijze volgens een der conclusies 1-10, alsmede een hoeveelheid geleidingselementen (21), welk schermprofiel (8) is voorzien van een langsgeleiding (18) waarvan de dwarsdoorsnede overeenkomt met de dwarsdoorsnede van elk geleidingselement (21).

17. In combinatie, een basisprofiel (18) voor gebruik bij de werkwijze volgens een der conclusies 1-10, alsmede een hoeveelheid geleidingselementen (21), welk basisprofiel (8) is voorzien van een langsgeleiding (18) waarvan de dwarsdoorsnede overeenkomt met de dwarsdoorsnede van elk geleidingselement (21).

18. Geleidingselement (21) voor gebruik bij de werkwijze volgens een der conclusies 1-10, omvattende een langwerpig lichaam met een in wezen constante dwarsdoorsnede, welke lichaam aan tenminste een der einden daarvan smaller wordend is uitgevoerd, alsmede een aan dat lichaam voorzien bevestigingsmiddel waaraan een schermdoek bevestigbaar is.

19. Reeks uit meerdere geleidingselementen volgens conclusie 18, welke geleidingselementen onderling zijn verbonden door tussenstukken.

20. Reeks volgens conclusie 19, waarbij een strip is voorzien aan een langsrand waarvan zich de geleidingselementen bevinden.

21. Scherminstallatie verkregen door middel van de werkwijze volgens een der' conclusies 1-10, omvattende tenminste twee profielen (8, 18) die elk zijn voorzien van een zich in langsrichting uitstrekkende ondersneden holte (20), alsmede een schermdoek (7) met telkens zich aan de langsranden op onderlinge afstand van elkaar bevindende reeksen geleidingselementen (21) die zijn opgenomen in telkens de ondersneden holte van een bijbehorend profiel (8,18).

22. Scherminstallatie volgens conclusie 21, waarbij tenminste zich nabij de uiteinden van de profielen (8, 18) zich bevindende geleidingselementen (21) met relatief hoge slipweerstand zijn vastgezet ten opzichte van de profielen (8,18).

23. Scherminstallatie volgens conclusie 21 of 22, waarbij geieidïhgselèmëiiten ' (21 ) verschuifbaar zijn ten opzichte van de langsprofielen (8, 18).

24. Scherminstallatie volgens een der conclusies 21-23, waarbij geleidingsdraden (17) zijn voorzien die zich dwars uitstrekken ten opzichte van de profielen (8, 18), en de profielen (8, 18) draadgeleidingen bezitten door middel waarvan de geleidingsdraden zijn gelokaliseerd ten opzichte van de profielen, (8, ,18). ,

25. Schermdoeksamenstel, omvattende een schermdoek (7) alsmede zich aan beide langsranden van het schermdoek zich in langsrichting uitstrekkende reeksen uit zich op afstand van elkaar bevindende geleidingselementen (21).

26. Schermdoeksamenstel volgens conclusie 25, waarbij de geleidingselementen (21) aan telkens een langsrand van het schermdoek (7) onderling zijn verbonden door tussenstukken.

27. Schermdoeksamenstel volgens conclusie 26, waarbij de geleidingselementen onderling zijn verbonden door en strip die zich aan een zijde van de geleidingselementen daarlangs uitstrekt, aan welke strip het schermdoek is bevestigd.

28. Schermdoeksamenstel volgens conclusie 27, waarbij de geleidingselementen een kruisvormige dwarsdoorsnede bezitten.

29. Kas of warenhuis, omvattende een steunconstructie met een op het dek voorziene de steunconstructie, alsmede een scherminstallatie volgens een der conclusies 21-24.