BE1014361A3

BE1014361A3 - Inrichting voor het verplaatsen van een last, in het bijzonder verreiker of hijskraan.

Info

Publication number: BE1014361A3
Application number: BE2001/0579A
Authority: BE
Inventors: Lille Allebroer Leo Alix De
Original assignee: Lille Allebroer Leo Alix De
Priority date: 2001-09-05
Filing date: 2001-09-05
Publication date: 2003-09-02
Also published as: EP1291312A3; EP1291312A2; ES2343943T3; EP1291312B1; DE60236056D1; ATE465120T1

Abstract

Inrichting voor het verplaatsen van een last, in hoofdzaak bestaande uit een platform met een in het verticale vlak beweegbare telescopische giek, een aan het vrije einde van de giek bevestigde middelen voor het afneembare aanbrengen van werktuigen, zoals steekvorken, een door het platform gedragen lier voor een langs de giek geleide hijskabel met een haak voor de last, waarbij aan het vrije einde van de giek een uithouder voorzien van een vaste topschijf voor de kabel, scharnierbaar is gemonteerd waarbij de lengte van de uithouder zodanig is dat gezien in het verticale vlak voor alle standen van de giek de vallijn langs de topschijf vrijloopt van die bevestigingsmiddelen van de giek, waardoor de inrichting beter als hijswerktuig kan fungeren. De inrichting kan voorts zijn uitgevoerd met een synchrone aansturing van de hijskabel en de telescopische giek.

Description

INRICHTING VOOR HET VERPLAATSEN VAN EEN LAST, IN HET BIJZONDER VERREIKER OF HIJSKRAAN.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het verplaatsen van een last, in hoofdzaak bestaande uit een platform met een in het verticale vlak beweegbare telescopische giek, een aan het vrije einde van de giek bevestigde middelen voor het afneembaar aanbrengen van werktuigen, zoals steekvorken, een door het platform gedragen lier voor een langs de giek geleide hijskabel met een haak voor de last.

Een dergelijke inrichting wordt gewoonlijk gebruikt voor grondverzetdoeleinden respectievelijk lastenver- plaatsing, waartoe de telescooparm wordt voorzien van een verwisselbaar werktuig. Een dergelijk voertuig heet in het vakgebied ook wel een "verreiker". Deze machine wordt daartoe van een aantal passende werktuigen voorzien, bijvoorbeeld een graaf- of grijpwerktuig, vorken voor gebruik bij pallets, en een takel voor hijsdoeleinden.

Voorts kan een hefplatform worden aangebracht voor het heffen van arbeiders, zoals schilders en dergelijke.

De uitvinding beoogt de inrichting van de in aanhef genoemde types zodanig te wijzigen dat deze beter als hijswerktuig werkzaam kan zijn.

Daartoe onderscheidt de inrichting zich volgens de uitvinding doordat aan het vrije einde van de giek een uithouder voorzien van een vaste topschijf voor de kabel, scharnierbaar is gemonteerd, waarbij de lengte van de uithouder zodanig is dat gezien in het verticale vlak voor alle standen van de giek de vallijn langs de top- schijf vrijloopt van die bevestigingsmiddelen aan de giek.

Dankzij de toepassing van de uithouder is het moge- lijk om een grotere reikwijdte te verkrijgen, hetgeen echter tot een bepaalde hoekstand van de giek ten opzich- te van de horizontaal mogelijk is.

Dankzij het scharnier kan de uithouder ten opzichte van de giek worden geknikt, waardoor de verreiker tot maximale hoogte kan werken.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een inrich- ting voor het verplaatsen van een last, in hoofdzaak bestaande uit een platform met een in het verticale vlak beweegbare telescopische giek, een door het platform gedragen lier voor een langs de giek geleide hijskabel met een haak voor de last.

Een dergelijke inrichting welke een willekeurige hijskraan met telescopische mast kan zijn, onderscheidt zich volgens de uitvinding doordat aan het vrije einde van de giek een uithouder voorzien van een vaste top- schijf voor de kabel, scharnierbaar is gemonteerd, waar- bij de lengte van de uithouder zodanig is dat gezien in het verticale vlak voor alle standen van de giek de vallijn langs de topschijf vrijloopt van die bevesti- gingsmiddelen aan de giek.

Het voordeel van deze uitvoering is dat bij het verlengen van de telescopische giek, dat wil zeggen bij het uit elkaar schuiven van de secties van de giek de hijskabel synchroon meeloopt, zodat de machinist van de hijskraan zich slechts behoeft te concentreren op de te hijsen last, die bij het verlengen of verkorten van de giek in een bepaalde hoekstand dezelfde hoogte behoudt.

Bovengenoemde en andere kenmerken van de uitvinding worden toegelicht in de hieronder staande figuurbeschrij- ving van een tweetal uitvoeringsvoorbeelden.

In de tekening toont:
Fig. 1: een perspectivisch aanzicht van een mobiel platform in de gebruiksstand; Fig. 2 : detail van de top van de giek toegepast bij die uit figuur 1; Fig. 3 : met figuur 2 overeenkomend detail van de top van de giek met geknikte uithouder toegepast bij de inrichting uit figuur 1; Fig. 4 : positie van de uithouder bij gebruik van de verreiker met andere werktuigen;

Fig. 5 : schematische weergave van de synchrone besturing bij een telescoopgiek en de hijskabel.

In figuur 1 is met het cijfer 1 het mobiele platform aangegeven, dat op willekeurige wijze kan zijn vervaar- digd. Op de vier hoekpunten is het mobiele platform 1 uitgevoerd met stempels, welke op bekende wijze in- en uitstelbaar zijn teneinde het platform in de gebruikstoe- stand stabiel te kunnen opstellen. Op het platform 1 is een draaigestel 3 aangebracht, dat hier is uitgevoerd met een telescooparm in de vorm van een viertal in elkaar schuifbare pijpsecties 3.

Aan het vrije einde van de telescooparm 4, dat wil zeggen het van de scharnieras 5 afgekeerde einde, is een koppelorgaan 7 aangebracht, dat normaal gesproken wordt gebruikt voor het aankoppelen van willekeurige werktui- gen, bijvoorbeeld vorken voor palletgebruik, gravers voor graafdoeleinden, en andersoortige werktuigen.

Volgens de uitvinding is aan het boveneinde van de giek een uithouder 8 gemonteerd, welke hieronder nader wordt toegelicht aan de hand van de figuren 2 en 3. Deze uithouder is in het bijzonder bedoeld voor het verlengen van de giek 4 zodanig dat de giek met uithouder 8 één lange giekboom kan vormen voor een hijswerktuig, één en ander zodanig dat via geleidingen een hijskabel 9 langs de giek en de uithouder 8 kan worden geleid. De kabel 9 wordt om een aangedreven trommel 10 op- respectievelijk afgewikkeld en is aan het vrije einde voorzien van een haak 11 voor een last L.

In figuur 2 is een detail van de uithouder 8 te zien, die scharnierend aan het eind van de telescoopgiek 4 is gemonteerd. In de stand volgens figuur 2 is de uithouder 8 in het verlengde van de giek 4 en loopt de kabel 9 om een topschijf 12 die om een as 13 vrij draai- baar tussen montageplaten 14 draaibaar is opgenomen.

Bij de scharnieras 15, welke tevens de rotatie-as is van een tweede kabelschijf 16 is de uithouder 8 met een tweetal steuplaten 17 draaibaar ten opzichte van het giekeinde.

In de stand van figuur 3 is de uithouder geknikt ten opzichte van de giek 4, hetgeen door de machinist met de hand kan plaatsvinden indien de giek is ingetrokken en omlaag is gezwenkt, waarbij met bekende pen-gatverbindin- gen de borgstanden kunnen worden bereikt.

Het verschil tussen werking van de stand in figuur 2, respectievelijk 3 is dat de giek in de stand volgens figuur 2 een hellingshoek van al met de horizontaal kan bereiken, daarentegen in figuur 3 met a2, die groter is dan al. Eén en ander is mogelijk omdat door de geknikte stand de vallijn langs de buitenzijde van de topschijf 12 altijd langs de bevestingsmiddelen 7 voor de andere werktuigen loopt.

Dankzij deze constructie is het mogelijk om hetzij in de verlengde stand volgens figuur 2 een grotere reik- wijdte te verkrijgen, hetzij in de stand volgens figuur 3 een maximale hoogte te bereiken.

In figuur 4 is te zien dat de uithouder tevens is voorzien van een tweede scharnieras 20, welke zich lood- recht op die eerste scharnieras 15 uitstrekt. Hiermee is de uithouder 8 langs de giek 4 te klappen waardoor de telescooparm 4 met de bevestigingsmiddelen 7 voor de andere werktuigen vrij bereikbaar wordt.

In figuur 5 is schematisch een schakelschema weerge- geven, waarbij de secties van de giek 4 worden gemonito- red door een rolwiel 25 waarlangs een magneetsensor 26 de rotatie, dat wil zeggen de afgelegde afstand van de secties ten opzichte van de andere sectie waarneemt. Het afgegeven signaal van de magneetsensor wordt gevoed aan een electronisch circuit 27, dat tevens informatie ont- vangt van een tweede magneetsensor 28 die samenwerkt met een rolwiel 29 dat afrolt op de beweegbare hijskabel 9.

Bij het verlengen, respectievelijk verkorten van de giek 4 zullen de secties uit of in elkaar bewegen volgens de pijl P1. Deze beweging wordt waargenomen door de sensor 25,26, terwijl tegelijkertijd de motor van de liertrommel wordt aangestuurd, waarbij de verplaatsing van de hijskabel 9 wordt gemeten door de sensor 28,29.

De beide van de magneetsensoren 26, 28 afgegeven signalen worden vergeleken in het vergelijkingscircuit 27, die vervolgens de motor van de liertrommel 10 bijstuurt bij verschillen.

Met deze uitvoering wordt de machinist niet afgeleid en kan zich 100% concentreren op de last.

Binnen het kader van de uitvinding is het mogelijk een dergelijk compensatiesysteem volgens figuur 5 toe te passen op elke willekeurige kraan met telescooparm.

Uitteraard kan deze ook worden toegepast op de hierboven beschreven verreiker zoals getoond in de tekeningen. De uitvinding is niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsmogelijkheid.

Claims

CONCLUSIES.

1. Inrichting voor het verplaatsen van een last, in hoofdzaak bestaande uit een platform met een in het verticale vlak beweegbare telescopische giek, een aan het vrije einde van de giek bevestigde middelen voor het afneembaar aanbrengen van werktuigen, zoals steekvorken, een door het platform gedragen lier voor een langs de giek geleide hijskabel met een haak voor de last, met het kenmerk, dat aan het vrije einde van de giek een uithou- der voorzien van een vaste topschijf voor de kabel, scharnierbaar is gemonteerd, waarbij de lengte van de uithouder zodanig is dat gezien in het verticale vlak voor alle standen van de giek de vallijn langs de top- schijf vrijloopt van die bevestigingsmiddelen aan de giek.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat bij het scharnier tussen uithouder en de giek een tweede kabelschijf is aangebracht.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de scharnierlijn tussen de uithouder en de giek, door de draaiingsas van de tweede kabelschijf ligt.

4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een tweede scharnier-as loodrecht op de eerste as tussen giek en uithouder is aangebracht.

5. Inrichting voor het verplaatsen van een last, in hoofdzaak bestaande uit een platform met een in het verticale vlak beweegbare telescopische giek, een door het platform gedragen lier voor een langs de giek geleide hijskabel met een haak voor de last, met het kenmerk, dat een schakelcircuit voor het synchroon met de motor voor de telescoop giek aansturen van de liermotor is aange- bracht.

6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat het schakelcircuit is voorzien van een verplaatsings sensor voor een gieksectie en een verplaatsingsensor voor de hijskabel, waarbij een door signalen van de sensoren <Desc/Clms Page number 7> gevoed vergelijkingscircuit bij afwijking in de verplaat- singen de liermotor aanstuurt.

7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies 1-4, voorzien van een synchroonbesturing van de liermotor met die van de telescopische giek volgens een de conclusies 5 of 6.