NL9500379A - Werkwijze voor het behandelen van planten. - Google Patents

Werkwijze voor het behandelen van planten. Download PDF

Info

Publication number
NL9500379A
NL9500379A NL9500379A NL9500379A NL9500379A NL 9500379 A NL9500379 A NL 9500379A NL 9500379 A NL9500379 A NL 9500379A NL 9500379 A NL9500379 A NL 9500379A NL 9500379 A NL9500379 A NL 9500379A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
triazol
dimethyl
chloro
chlorophenyl
plants
Prior art date
Application number
NL9500379A
Other languages
English (en)
Inventor
Yuichi Otsu
Yuzuru Wada
Kunihiro Isono
Shinzaburo Sone
Shigeharu Koyama
Original Assignee
Bayer Agrochem Kk
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Bayer Agrochem Kk filed Critical Bayer Agrochem Kk
Publication of NL9500379A publication Critical patent/NL9500379A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01NPRESERVATION OF BODIES OF HUMANS OR ANIMALS OR PLANTS OR PARTS THEREOF; BIOCIDES, e.g. AS DISINFECTANTS, AS PESTICIDES OR AS HERBICIDES; PEST REPELLANTS OR ATTRACTANTS; PLANT GROWTH REGULATORS
    • A01N43/00Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing heterocyclic compounds
    • A01N43/64Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing heterocyclic compounds having rings with three nitrogen atoms as the only ring hetero atoms
    • A01N43/661,3,5-Triazines, not hydrogenated and not substituted at the ring nitrogen atoms
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01NPRESERVATION OF BODIES OF HUMANS OR ANIMALS OR PLANTS OR PARTS THEREOF; BIOCIDES, e.g. AS DISINFECTANTS, AS PESTICIDES OR AS HERBICIDES; PEST REPELLANTS OR ATTRACTANTS; PLANT GROWTH REGULATORS
    • A01N25/00Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators, characterised by their forms, or by their non-active ingredients or by their methods of application, e.g. seed treatment or sequential application; Substances for reducing the noxious effect of the active ingredients to organisms other than pests
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01NPRESERVATION OF BODIES OF HUMANS OR ANIMALS OR PLANTS OR PARTS THEREOF; BIOCIDES, e.g. AS DISINFECTANTS, AS PESTICIDES OR AS HERBICIDES; PEST REPELLANTS OR ATTRACTANTS; PLANT GROWTH REGULATORS
    • A01N25/00Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators, characterised by their forms, or by their non-active ingredients or by their methods of application, e.g. seed treatment or sequential application; Substances for reducing the noxious effect of the active ingredients to organisms other than pests
    • A01N25/34Shaped forms, e.g. sheets, not provided for in any other sub-group of this main group
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01NPRESERVATION OF BODIES OF HUMANS OR ANIMALS OR PLANTS OR PARTS THEREOF; BIOCIDES, e.g. AS DISINFECTANTS, AS PESTICIDES OR AS HERBICIDES; PEST REPELLANTS OR ATTRACTANTS; PLANT GROWTH REGULATORS
    • A01N43/00Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing heterocyclic compounds
    • A01N43/64Biocides, pest repellants or attractants, or plant growth regulators containing heterocyclic compounds having rings with three nitrogen atoms as the only ring hetero atoms
    • A01N43/647Triazoles; Hydrogenated triazoles
    • A01N43/6531,2,4-Triazoles; Hydrogenated 1,2,4-triazoles

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Wood Science & Technology (AREA)
  • Pest Control & Pesticides (AREA)
  • Plant Pathology (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Dentistry (AREA)
  • Agronomy & Crop Science (AREA)
  • Zoology (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Toxicology (AREA)
  • Agricultural Chemicals And Associated Chemicals (AREA)
  • Fertilizers (AREA)

Description

Werkwi.ize voor het behandelen van planten
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een nieuwe werkwijze voor het aanbrengen van agrochemicaliën op planten door middel van tabletten.
Er zijn twee aanbreng-werkwijzen die tot nu toe het meeste zijn gebruikt voor het toedienen van agrochemicaliën aan planten.
De eerste werkwijze omvat het aanbrengen van de actieve bestanddelen door vloeibare formuleringen of vaste formuleringen in verpulverde vorm op de buitenkant van de te behandelen planten te sproeien. De tweede werkwijze bestaat uit het mengen van vloeibare of vaste formuleringen van de actieve bestanddelen met de bodem in de buurt van de wortels van de te behandelen planten.
Als men volgens de sproei-techniek werkt, wordt de plaats van werking snel door de versproeide actieve bestanddelen bereikt, zodat deze werkwijze wordt gekenmerkt doordat deze snel werkt. Een nadeel bij deze werkwijze is echter het feit dat het grootste gedeelte van de versproeide actieve bestanddelen in het algemeen op de grond terechtkomen en vervolgens worden weggevoerd van de behandelde zones, waardoor een betrekkelijk lage dosis van de actieve bestanddelen op de planten achterblijft. Verder is er het aanzienlijke risico dat de personen die de formuleringen ver-sproeien tijdens het versproeien van de formuleringen worden blootgesteld aan de chemicaliën.
Bij het werken volgens de tweede van de twee hiervoor genoemde werkwijzen, d.w.z. het mengen van de formuleringen met de bodem, is het risico dat de personen die de formuleringen aanbrengen worden verontreinigd met chemicaliën aanzienlijk kleiner. Deze werkwijze heeft echter het nadeel dat het gewenste effect alleen kan worden bereikt als tijdens de behandeling actieve bestanddelen met systemische eigenschappen worden gebruikt. Vergeleken met het aanbrengen door middel van sproeien heeft de meng-techniek het nadeel dat het biologisch effect van de actieve bestanddelen langzamer tot uiting komt, dat de effectieve hoeveelheden van de actieve bestanddelen bij de behandeling afnemen als gevolg van absorptie van de actieve bestanddelen in de bodem en door wegspoelen door besproeien met water en dat een groter risico van een langdurige resterende toxiciteit in de bodem inherent is.
Ten aanzien van het voorgaande is het uitermate gewenst een nieuwe bestrijdingswijze te ontwikkelen waarbij de hiervoor genoemde nadelen worden vermeden, door de actieve bestanddelen in een zo klein mogelijke hoeveelheid te gebruiken, terwijl nog steeds een zo groot mogelijk biologisch effect in stand wordt gehouden.
Verder is er reeds een werkwijze voor het beschermen van bomen ontworpen, welke werkwijze bestaat uit het boren van een gat in de stam van de boom en vervolgens een vloeibare formulering van biologisch actieve bestanddelen in het gat te injecteren, zodat de formulering geleidelijk doordringt in het inwendige van de boom, als een transfusie van medicamenten bij mensen. Voor het vloeibaar maken van de actieve bestanddelen vereist deze werkwijze echter een grote hoeveelheid oplosmiddelen en/of oppervlakte-actieve stoffen, welke toxisch kunnen zijn voor bomen. Bij dergelijke behandelingen nemen de hoeveelheden van de vloeibare formuleringen die worden aangebracht voor het beschermen van de bomen onvermijdelijk toe. Men moet dus lang wachten tot het doordringen van de vloeibare formuleringen in de bomen is voltooid. Na de behandeling is het tevens noodzakelijk dat de houders die de vloeibare formuleringen oorspronkelijk bevatten worden gewonnen, hetgeen betekent dat de werk-effi-ciëntie slecht is. Als grote hoeveelheden fytotoxische oplosmiddelen en oppervlakte-actieve stoffen in de bomen worden geïnjecteerd kan het weefsel van de stammen in de richting van de longitudinale groei bezwijken, waarbij de circulatie van water in het weefsel wordt gehinderd, en verder kunnen de geïnjecteerde vloeistoffen een uitgebreid bezwijken van de stam-vormende lagen, die zich in de buurt van de behandelde plaatsen bevinden en die belangrijk zijn voor de groei van de bomen, veroorzaken. Dit kan tot ernstige beschadigingen van de bomen, zoals het uitgebreid kloven aan het oppervlak van de bomen enzovoort, leiden. Dientengevolge is het uitermate gewenst een behandelwijze te ontwikkelen die snel kan worden uitgevoerd en die niet alleen volledig vrij is van risico's voor de operateurs, zodat deze niet worden blootgesteld aan chemicaliën, maar die tevens vrij is van fytotoxiciteit, hetgeen een remming van de groei van de bomen veroorzaakt.
Er is nu een nieuwe werkwijze voor het aanbrengen van agrochemi-caliën op planten gevonden, welke werkwijze bestaat uit het op het oppervlak van de planten aanbrengen van tabletten welke omvatten ten minste een agrochemisch actieve verbinding en ten minste een adjuvans dat bij kamertemperatuur vast, vloeibaar of pasta-achtig is en eventueel een of meer excipientia, eventueel gemengd met een of meer toevoegsels en/of water.
Tevens is het een doel van de onderhavige uitvinding agrochemische formuleringen in tabletvorm te verschaffen, welke omvatten ten minste een agrochemisch actieve verbinding en ten minste een adjuvans dat bij kamertemperatuur vast, vloeibaar of pasta-achtig is en - eventueel een of meer excipientia, eventueel gemengd met een of meer toevoegsels en/of water.
Het is zeer verrassend dat de werkwijze volgens de uitvinding uitermate effectief is voor het aanbrengen van agrochemicaliën op planten, omdat niet kon worden voorzien dat de samenstellingen in tabletvorm geschikt zijn voor het veroorzaken van een voldoende doordringing van de actieve bestanddelen in de planten.
Als de tabletvormige samenstellingen volgens de werkwijze volgens de uitvinding op de planten worden aangebracht, is men er van verzekerd dat de samenstellingen voor een voldoende aanbrenging van de agrochemicaliën op de planten voor het verkrijgen van het gewenste effect zorgen, zelfs als de actieve verbindingen in een veel kleinere hoeveelheid worden gebruikt dan bij het gebruikelijk aanbrengen door middel van sproeien wordt gebruikt. Verder garandeert de werkwijze een effectieve bestrijding en wordt een ongewenste afgifte van de agrochemicaliën in het milieu vrijwel volledig vermeden. Tenslotte is er geen risico dat de operateurs worden blootgesteld aan nevels of sprays van chemicaliën. De onderhavige uitvinding verschaft dus een werkwijze voor het behandelen van planten die van grote betekenis is en die een grote mate van veiligheid heeft.
Een bijzonder voordeel van de werkwijze volgens de uitvinding is dat van te voren bepaalde hoeveelheden agrochemicaliën worden afgemeten en tot vormen worden verwerkt. De werkwijze is dus volledig veilig voor de operateurs omdat ze geen agrochemicaliën hoeven af te meten, welke bewerking er in veel gevallen verantwoordelijk voor is dat de operateurs met chemicaliën worden verontreinigd. Verder is de werkwijze arbeidsbesparend bij het bepalen van de gewenste dosis van de actieve bestanddelen. Door toepassing van de agrochemische formuleringen in tabletvorm kan in principe een voldoend bestrijdings-effect worden verkregen voor het bestrijden van alle ongewenste dierlijke organismen of schimmelziektes op het gehele plantenlichaam zonder dat dit fytotoxisch is voor de plant. Het is alleen vereist dat de tabletten op de steel-gedeelten van het plantenlichaam het dichtst bij de bodem worden aangebracht. Bovendien kunnen de tabletten ook op de niet gelignifieerde jonge takken in de buurt van nieuwe bladeren, waar door schimmelziektes of ongewenste dierlijke organismen zware schade is veroorzaakt, worden aangebracht. Tevens is het mogelijk de formuleringen in tabletvorm op het oppervlak van het planten-lichaam aan te brengen, nadat daarin, tot een mate die de groei van de planten niet stoort, sneden zijn aangebracht. Tenslotte kunnen de tabletten, in het geval van bomen, worden aangebracht op delen waar de schors is verwijderd.
De samenstellingen die voor de behandeling van planten volgens de werkwijze volgens de uitvinding moeten worden gebruikt bevatten een of meer agrochemisch actieve verbindingen, zoals verbindingen met pesticide werking, verbindingen met fungicide werking, middelen die de plantengroei regelen, enzovoort. Verbindingen met pesticide werking in de onderhavige context zijn verbindingen die geschikt zijn voor het bestrijden van in-sekten, mijten en/of wormen die de planten teisteren. Verbindingen met fungicide werking in de onderhavige context zijn verbindingen die geschikt zijn voor het bestrijden van schimmelziektes die de planten infecteren. Middelen die de plantengroei regelen in de onderhavige context zijn verbindingen die het metabolisme van een plant op een gewenste wijze beïnvloeden, zonder dat de plant wordt beschadigd. De samenstellingen die volgens de werkwijze volgens de uitvinding moeten worden gebruikt kunnen alle dergelijke agrochemische verbindingen, die systemische eigenschappen bezitten, bevatten.
De samenstellingen in tabletvorm die volgens de werkwijze volgens de uitvinding moeten worden gebruikt bevatten bij voorkeur een of meer van de volgende verbindingen: 1-(6-chloor-3-pyridylmethyl)-N-nitroimidazolidine-2-ylideenamine, N-cyaan-N- (2-chloor-5**pyridylmethyl) -N' -methylacetoamidine, 1-[N-(6-chloor-3-pyridylmethyl)-N-ethylamino]-l-methylamino-2-nitro-ethyleen, 1- (2-chloor~5-pyridylmethyl) -3,5“dimethyl-2-nitroiminohexahydro-l ,3.5“ triazine, 1- (2-chloor-5”thiazolylmethyl) -3,5~dimethyl-2-nitroiminohexahydro-l ,3.5" triazine, 0,0-dimethyl-0-3-methyl-4-(methylsulfinyl)fenylfosforthioaat, trans-1,4,5.6-tetrahydro-l-methyl-2-[2- (3-methyl-2-thienyl) vinyljpyri- midinetartraat, (-)—(S)-2,3.5»6-tetrahydro-6-fenylimidazo[2,1-b]thiazool-hydrochloride, 1- (4-chloorfenoxy)-3,3"dimethyl-l-(1,2,4-triazool-l-yl)-2-butanon, geheel-rac-1- (bifenyl-4-yloxy) -3.3~dimethyl-l- ((1H-1,2,4-triazool-l-yl) -butan-2-ol, 2- p-chloorfenyl-2-(lH-l,2,4-triazool-l-ylmethyl)hexaannitril, (R,S)-2-(2,4-dichloorfenyl)-1-(1H-1,2,4-triazool-l-yl)hexan-2-ol, 1 - [ 2 - (2,4 - di chloor fenyl) -4-propyl-1,3~dioxolaan-2-ylmethy1 ] - 1H-1,2,4-tri-azool, (E)-4-chloor-a,a,a-trifluor-N-(l-imidazool-l-yl-2-propopxyethylideen)-0-toluïdine, N-propyl-N-[2- (2,4,6-trichloorf enoxy) ethyl]imidazool-l-ylcarboxamide, pent-4-enyl -N-furfuryl-N-imidazool -1 -ylcarbonyl -DL-homoalaninaat, 2,4'-dichloor-α-(pyrimidine-5-yl)benzhydrylalcohol, (E) - (R,S) -1- (4-chloorfenyl) -4,4-dimethyl-2- (lH-l,2,4-triazool-l-yl)-l-penteen-3-ol, (E) - (S) -1- (4-chloorfenyl)-4,4-dimethyl-2- (1H-1,2,4-triazool-l-yl)penta-l-een-3-ol, (R, S) -1- (4-chloorfenyl) -4,4-dimethyl-3- (1H-1,2,4-triazool-l-ylmethyl)-pentan-3-ol, 2’,4'-dichloor-2-{3-pyridyl)acetofenon-(E,Z)-O-methyloxim, 1,4-bis-(2,2,2-trichloor-l-formamidoethyl)piperazine, (2RS,3RS)-1-(4-chloorfenyl)-4,4-dimethyl-2-(1H-1,2,4-triazool-l-yl)-pentan-3-ol, (±) -cis-4-[ 3- (4-tert-butylfenyl) -2-methylpropyl]-2,6-dimethylmorfoline en 2- (4-f luorf enyl) -2- (1,2,4-triazool-2-ylmethyl) -3“ (2-chloorfenyl) epoxy-ethaan.
De samenstellingen in tabletvorm die volgens de werkwijze volgens de uitvinding moeten worden gebruikt bevatten ten minste een adjuvans, dat bij kamertemperatuur vast, vloeibaar of pasta-achtig is. Dergelijke adj-uvantia worden bij voorkeur gekozen uit meerwaardige alcoholesters van vetzuren, polyalkyleenoxide-additieprodukten van meerwaardige alcoholesters van vetzuren, polyalkyleenoxide-vetzuuresters, polyalkyleenoxide-lanolinen, sorbitol-lanoline-derivaten, polyakyleenoxide-bijenwas, sorbi-tol-bijenwas-derivaten, polysacchariden, polysaccharide-derivaten, hogere alcoholen met ten minste acht koolstofatomen, polyalkyleenoxiden, ent-polymeren van polyalkyleenoxiden, blokpolymeren van polyalkyleenoxiden en willekeurige polymeren van polyalkyleenoxiden.
Als voorbeelden van dergelijke adjuvantia kunnen worden genoemd: meerwaardige esters van vetzuren, zoals sorbitanmonolauraat, sorbitan-monooleaat, sorbitantrioleaat, enz., polyalkyleenoxide-additieprodukten van meerwaardige alcoholesters van vetzuren, zoals polyoxyethyleensorbitanmonolauraat, polyoxyethyleen-sorbitanmonooleaat en polyoxyethyleensorbitantrioleaat, enz., vetzuuresters van polyalkyleenoxide, zoals polyoxyethyleenlauraat, poly- oxyethyleenoleaat en polyoxyethyleenstearaat, enz., polysacchariden zoals zetmeel, cellulose, sucrose, natuurrubber, carboxy-methylcellulose, methylcellulose, hydroxypropyleencellulose en sucrose-stearaat, enz., hogere alcoholen zoals laurylalcohol, enz., polyalkyleenoxiden, de entpolymeren daarvan, de blokpolymeren daarvan en de willekeurige polymeren daarvan, zoals polyethyleenglycol, poly-propyleenglycol, polyglycerol, polyoxyethyleen-oxypropyleen-blokpolymeer en polyoxyethyleen-polyoxypropyleen-blokpolymeer-glycerolether, enz.
Als voorbeelden van de adjuvantia die bij voorkeur worden toegepast bij de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding kunnen worden genoemd: sorbitanmonostearaat, polyoxyethyleensorbitantristearaat, polyethyleenglycol (#4000), polyethyleenglycol (#6000), oliezuur-polyethyleenglycol-ester, polyoxyethyleenlanoline, polyoxyethyleen-polyoxypropyleen-blok-polymeer, polyoxyethyleen-bijenwas, hydroxypropylcellulose, kristallijne cellulose, sucrosestearaat en carboxymethylcellulose.
De samenstellingen in tabletvorm die volgens de uitvinding moeten worden gebruikt kunnen een of meer excipientia, eventueel gemengd met een of meer toevoegsels en/of water, bevatten.
Als voorbeelden van excipientia kunnen lignine, lignine-derivaten en anorganische materialen, vertegenwoordigd door klei, talk, amorf sili-ciumdioxide, worden genoemd.
Toevoegsels in de onderhavige context zijn gebruikelijke componenten, die kunnen worden gebruikt in samenstellingen van het onderhavige type zonder dat de biologische eigenschappen van de samenstellingen verslechteren. Voorbeelden van dergelijke toevoegsels zijn stabiliseermidde-len, smeermiddelen, kleurstoffen en bindmiddelen.
Stabiliseermiddelen die de voorkeur hebben zijn antioxidantia en chemicaliën die in staat zijn tot het beschermen van de gevormde formuleringen tegen ongewenste afbraak die plaats kan vinden tijdens bewer-kingsprocessen, zoals bestralen met ultraviolette straling en extrusie. Een stabiliseermiddel, zoals bijvoorbeeld geëpoxydeerde sojaboonolie, kan worden gebruikt als secundaire weekmaker. Smeermiddelen die bij voorkeur worden gebruikt omvatten stearaten, stearinezuur en polyetheen met een laag molecuulgewicht. Deze verbindingen kunnen in een concentratie tot 20 gew.% in de samenstellingen worden gebruikt.
De concentratie van de agrochemicaliën in de tabletvormige samenstellingen die volgens de uitvinding moeten worden gebruikt kan binnen een betrekkelijk groot traject worden gevarieerd. In het algemeen bevat- ten de samenstellingen ongeveer 1 tot ongeveer 50 gewichtsdelen, bij voorkeur ongeveer 1 tot ongeveer 20 gewichtsdelen, van een of meer van de actieve bestanddelen per 100 gewichtsdelen van de formulering.
De concentratie van de adjuvantia in de tabletvormige samenstellingen die volgens de werkwijze volgens de uitvinding moeten worden gebruikt kan eveneens binnen een betrekkelijk groot traject worden gevarieerd. In het algemeen bevatten de samenstellingen ongeveer 50 tot 99 gewichtsdelen, bij voorkeur ongeveer 80 tot ongeveer 99 gewichtsdelen, van een of meer van de adjuvantia, eventueel gemengd met een of meer excipientia, andere toevoegsels en/of water, per 100 gewichtsdelen van de formulering.
De hoeveelheden van de actieve bestanddelen die moet worden gebruikt bij de werkwijze volgens de uitvinding kunnen eveneens, afhankelijk van het soort en de mate van activiteit van de actieve bestanddelen, binnen een bepaald traject worden gevarieerd.
De samenstellingen in tabletvorm die moeten worden gebruikt bij de werkwijze volgens de uitvinding kunnen volgens gebruikelijke bekende werkwijzen voor de bereiding van tabletten, zoals door middel van de extrusie-werkwijze, de spuitgiet-werkwijze, de persgiet-werkwijze (ta-bletteer-werkwijze), de smeltgiet-werkwijze en dergelijke, worden bereid.
Bij het behandelen van de planten volgens de werkwijze volgens de uitvinding worden de samenstellingen in tabletvorm aangebracht op de oppervlakken of stelen of stammen van plantenlichamen, waarbij de actieve bestanddelen kunnen doordringen in de plantenlichamen, waarbij de gewenste werking en effecten worden vertoond en dus een behandeling van de plant wordt verkregen.
De werkwijze volgens de uitvinding kan in het algemeen worden toegepast voor het bestrijden van allerlei soorten ongewenste dierlijke organismen die de planten teisteren. Als voorbeelden van insekten worden genoemd: uit de orde der Coleoptera, b.v. Callosobruchus chinensis, Sitophi-lus zeamais, Tribolium castaneum, Epilachna vigintioctomaculata, Agriotes fuscicollis, Anomala rufocuprea, Leptinotarsa decemlineata, Diabrotica spp., Monochamus alternatus, Lissorhoptrus oryzophilus, Lyctus bruneus; uit de orde der Lepidotera, b.v. Lymantria dispar, Malacosoma neustria, Pieris rapae, Spodoptera litura, Mamestra brassicae, Chilo suppressalis, Pyrausta nubilalis, Ephestia cautella, Adoxophyes orana, Carpocapsa pomo-nella, Agrotis fucosa, Galleria mellonella, Plutella maculipennis, Helio-this virescens, Phyllocnistis citrella; uit de orde der Hemiptera, b.v. Nephotettix cincticeps,. Nilaparvata lu-gens, Pseudococcus cornstocki, Unaspis yanonensis, Myzus persicae, Aphis pomi, Aphis gossypii, Rhopalosiphum pseudobrassicas, Stephantitis nashi, Nezara spp., Cimex lectularius, Trialeurodes vaporariorum, Psylla spp.; uit de orde der Orthoptera, b.v. Blatella germanica, Periplaheta america-na, Gryllotalpa africana, Locusta migratoria migratoriodes; uit de orde der Isoptera, b.v. Reticulitermes speratus, Coptotermes for-mosanus; uit de orde der Azaminura, b.v. Thrips palmi Karny; uit de orde der Diptera, b.v. Musea domestica, Aedes aegypti, Hylemia platura, Celux pipiens, Anopheles silnensis, Culex tritaeniorhynchus.
Als voorbeelden van mijten kunnen Tetranychus telarius, Tetranychus urticae, Panonychus citri, Aculops pelekassi, Tarsonemus spp., en dergelijke worden genoemd.
Als voorbeelden van wormen kunnen Meliodogny incognita, Bursaphelen-chus lignicolus Mamiya et Kiyohara, Aphelenchoides besseyi, Heterodera glycines, Pratylenchus spp., en dergelijke worden genoemd.
De werkwijze volgens de uitvinding kan eveneens in het algemeen worden toegepast bij het bestrijden van allerlei soorten schimmelziektes die de planten infecteren. Als voorbeelden van dergelijke schimmelziektes kunnen verschillende planteziekten bij planten worden genoemd, die worden veroorzaakt door Plasmodiophoromycetes, Oomycetes, Chytridiomycetes, Zygomycetes, Ascomycetes, Basidiomycetes, Deuteromycetes en die welke worden veroorzaakt door Pseudomonodaceae, Rhizobiaceae, Enterobacteria-ceae, Corynebacteriaceae en Streptomyceteceae.
De werkwijze volgens de uitvinding kan tevens worden gebruikt voor het aanbrengen van allerlei soorten middelen die de groei regelen, zoals verbindingen die de groei van planten verbeteren, die de groei versnellen, die de internodium-groei remmen enzovoort.
De werkwijze volgens de uitvinding kan worden toegepast voor de behandeling van verschillende planten waarop tabletten kunnen worden aangebracht. De werkwijze wordt bij voorkeur toegepast bij het behandelen van vruchtgewassen, bloemen en sierplanten en bomen, zoals bijvoorbeeld tomaten, eierplanten, komkommers, rozen, chrysanten, dennebomen, (zwarte den, rode den, lariks, gewone spar), Japanse ceder, japanse cypres enzovoort; verder Hiba-cypressen, kastanjebomen, appelbomen, pere-, perzik-, pruime-, kersebomen, dadelpruiraen enzovoort.
De bereiding van de samenstellingen in tabletvorm en de toepassing daarvan volgens de werkwijze volgens de uitvinding wordt geïllustreerd aan de hand van de volgende voorbeelden. De technische omvang van de uitvinding is echter op generlei wijze door de voorbeelden beperkt.
Voorbeelden
Voorbeelden van actieve componenten:
Imidaclopride: 1- (6-chloor-3-pyridylmethyl)-N-nitroimidazo- lidine-2-ylideenamine,
Triadimefon: 1-(4-chloorfenoxy)~3.3-dimethyl-l-(1,2,4-tri- azool-l-yl)-2-butanon,
Verbinding A: N-cyaan-N-(2-chloor-5-pyridylmethyl)-N'-methyl- acetoamidine,
Verbinding B: l-[N-(6-chloor-3-pyridylmethyl)-N-ethylamino]- 1-methy1amino-2-nitroethyleen.
De samenstellingen die moeten worden gebruikt bij de werkwijze volgens de uitvinding werden bereid door het innig mengen van de componenten die in de volgende voorbeelden worden genoemd in de weergegeven hoeveelheden en het vormen van tabletten door middel van een tabletteer-pers of door smeltgieten. De tabletten hadden in alle gevallen een diameter van 6 mm en een gewicht van 40 mg.
Figure NL9500379AD00101
Figure NL9500379AD00111
Figure NL9500379AD00121
Toepas s ingsvoorbeelden Voorbeeld A
Efficiëntie-tests bij groenten tegen bladluizen
Geteste gewassen: Komkommer (var. Suyo) en eierplant (var. Senryo ni gou). Bij deze test werden groenten in het groeistadium van 8 bladeren gebruikt.
Ongewenste dierlijke organismen: Bij deze test werden voor de kom kommer Aphis gossypii (wilde stam) en voor de eierplant Myzus persicae (tegen organofosfor- en carbamaat-insecticiden resistente stam) gebruikt.
Afmeting van het perceel en herhalingen: Per perceel twee planten in een pot (diameter 15 cm) en twee herhalingen.
Tijdstip van aanbrengen: In het begin van oktober.
Aanbreng-werkwij ze:
Een dag voor het aanbrengen werden aan iedere test-plant kunstmatig ongeveer 200 koppen van Aphis Gossypii of 120 koppen van Myzus persicae aangebracht. Schijfvormige tabletten (diameter 6 mm, dikte 1 mm) die hiervoor zijn beschreven (voorbeelden I, II, VIII, XII en XVI) en de tabletten van de vergelijkingsvoorbeelden 1, 2 en 3 werden geformuleerd. De tablet-formuleringen werden op een hoogte van 8 cm boven de grond op de testplanten aangebracht.
Figure NL9500379AD00131
Op de testdag werd Aphis gossypii in een hoeveelheid van 70 koppen per steel in het komkommer-testgebied en Myzus persicae in een hoeveelheid van 50 koppen per steel in het eierplant-testgebied geïnoculeerd.
Evaluatie-methode: Het aantal bladluizen dat de test-planten teistert werd vóór het aanbrengen en 7 dagen, 14 dagen en 21 dagen na het aanbrengen geteld. Na iedere evaluatie werden nog eens ongeveer 100 koppen van bladluizen op de test-plan ten aangebracht. Op de dag van de evaluatie werd tevens de fytotoxiciteit geëvalueerd en beoordeeld van 0 tot 5.
Schaal voor de evaluatie van de fytotoxiciteit: 0: geen fytotoxiciteit 1: Lichte necrose van de bladrand of een licht verkleuren van de bladeren 2: necrose van de bladrand of verkleuren van de bladeren 3: necrose van de bladrand, zelfs bij onderliggende bladeren k: fytotoxiciteit duidelijk met remming van de groei 5: volledig verweerd.
De testresultaten worden getoond in de tabellen A en B.
Tabel A
Testgewas: komkommer
Ongewenst dierlijk organisme: Aphis gossypii
Figure NL9500379AD00141
Tabel B
Testgewas: eierplant
Ongewenst dierlijk organisme: Myzus persicae
Figure NL9500379AD00151

Claims (8)

1. Werkwijze voor het aanbrengen van agrochemicaliën op planten, met het kenmerk, dat tabletten die ten minste een agrochemisch actieve verbinding en ten minste een adjuvans dat bij kamertemperatuur vast, vloeibaar of pasta-achtig is en - eventueel een of meer excipientia, eventueel gemengd met een of meer toevoegsels en/of water, omvatten, worden aangebracht op het oppervlak van de planten.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat tabletten worden aangebracht die ten minste een agrochemisch actieve verbinding bevatten die is gekozen uit 1-(6-chloor-3-pyridylmethyl)-N-nitroimidazolidine-2-ylideenamine, N-cyaan-N-(2-chloor-5-pyridylmethyl)-N'-methylacetoamidine, 1- [N- {6-chloor-3-pyridylmethyl) -N-ethylamino]-l-methylamino-2-nitro-ethyleen, 1 - (2-chloor-5-pyridylmethyi) ~3,5“dimethyl-2-nitroiminohexahydro-l ,3.5” triazine, 1- (2-chloor-5_ thiazolylmethyl) -3,5“dimethyl-2-nitroiminohexahydro-l ,3.5“ triazine, 0,0-dimethyl-0-3~methyl-4-(methylsulfinyl)fenylfosforthioaat, trans-1,4,5» 6-tetrahydro-l-methyl-2-[2-(3“inethyl“2-thienyl)vinyl]pyri- midinetartraat, (-) - (S) -2,3 · 5»6-tetrahydro-6-fenylimidazo[2,1-b] thiazool-hydrochloride, 1- (4-chloorfenoxy) -3.3-dimethyl-l- (1,2,4-triazool-l-yl) -2-butanon, geheel-rac-1- (bifenyl-4-yloxy) -3.3"dimethyl-l- ((1H-1,2,4-triazool-l-yl)-butan-2-ol, 2- p-chloorf enyl-2-(1H-1,2,4-triazool-l-ylmethyl)hexaannitril, (R, S) -2- (2,4-dichloorf enyl )-1-( 1H-1,2,4-triazool-l-yl) hexan-2-ol, l-[2-(2,4-dichloorfenyl) -4-propyl-l, 3-dioxolaan-2-ylmethyl]-lH-l ,2,4-tri- azool, (E) -4-chloor-a,a,a-trifluor-N- (l-imidazool-l-yl-2-propopxyethylideen) -0-toluïdine, N-propyl-N-[2-(2,4,6-trichloorfenoxy)ethyl]imidazool-l-ylcarboxamide, pent-4 -enyl-N- fur furyl -N- imidazool-1 -ylcarbony 1-DL-homoal aninaat, 2,4' -dichloor-a-(pyrimidine-5-yl)benzhydrylalcohol, (E)-(R,S)-l-(4-chloorf enyl)-4,4-dimethyl-2-(lH-l, 2,4-triazool-l-yl )-l- penteen-3-ol, (E)-(S)-l-(4-chloorfenyl)-4,4-dimethyl-2-(lH-l,2,4-triazool-l-yl)penta-l-een-3-ol, (R, S) -1- (4-chloorf enyl) -4,4-dimethyl-3- (1H-1,2,4-triazool-l-ylmethyl) -pentan-3-ol, 2',4' -dichloor-2-(3-pyridyl)acetofenon-(E,Z)-O-methyloxim, 1,4-bis-(2,2,2-trichloor-l-formamidoethyl)piperazine, (2RS,3RS)-1-(4-chloorfenyl)-4,4-dimethyl-2-(1H-1,2,4-triazool-l-yl)-pentan-3-ol, (±)-cis-4-[3_(4-tert-butylfenyl)-2-methylpropyl]-2,6-dimethylmorfoline en 2- (4-fluorfenyl)-2- (1,2,4-triazool-2-ylmethyl)-3-(2-chloorfenyl)epoxy-ethaan.
3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat tabletten worden aangebracht die ten minste een adjuvans bevatten dat is gekozen uit meerwaardige alcoholesters van vetzuren, polyalkyleenoxide-additie-produkten van meerwaardige alcoholesters van vetzuren, polyalkyleenoxide-vetzuuresters, polyalkyleenoxide-lanolinen, sorbitol-lanoline-deri vaten, polyakyleenoxide-bijenwas, sorbitol-bijenwas-derivaten, polysacchariden, polysaccharide-derivaten, hogere alcoholen met ten minste acht koolstof-atomen, polyalkyleenoxiden, entpolymeren van polyalkyleenoxiden, blok-polymeren van polyalkyleenoxiden en willekeurige polymeren van polyalkyleenoxiden .
4. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat tabletten worden aangebracht die ten minste een adjuvans bevatten dat is gekozen uit sorbi tanmonostearaat, polyoxyethyleensorbitantristearaat, poly- ethyleenglycol (#4000), polyethyleenglycol (#6000), oliezuur-poly-ethyleengly coles ter, polyoxyethyleenlanoline, polyoxyethyleen-polyoxy- propyleen-blokpolymeer, polyoxyethyleen-bijenwas, hydroxypropylcellulose, kristallijne cellulose, sucrosestearaat en carboxymethylcellulose.
5· Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de agroche-misch actieve verbinding ten minste een verbinding met fungicide werking en/of ten minste een verbinding met pesticide werking is.
6. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de agro- chemisch actieve verbinding ten minste een middel is dat de groei van de plant regelt.
7. Samenstelling in tabletvorm, omvattende - ten minste een agrochemisch actieve verbinding en ten minste een adjuvans dat bij kamertemperatuur vast, vloeibaar of pasta-achtig is en eventueel een of meer excipientia, eventueel gemengd met een of meer toevoegsels en/of water.
8. Samenstelling volgens conclusie 7i met het kenmerk, dat de concentratie van de agrochemisch actieve verbindingen ongeveer 1 tot ongeveer 50 gewichtsdelen per 100 gewichtsdelen van de samenstelling bedraagt .
NL9500379A 1994-03-04 1995-02-24 Werkwijze voor het behandelen van planten. NL9500379A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP9458345A JPH07242501A (ja) 1994-03-04 1994-03-04 植物処理方法
JP5834594 1994-03-04

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9500379A true NL9500379A (nl) 1995-10-02

Family

ID=13081740

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9500379A NL9500379A (nl) 1994-03-04 1995-02-24 Werkwijze voor het behandelen van planten.

Country Status (11)

Country Link
US (1) US5883045A (nl)
JP (1) JPH07242501A (nl)
KR (1) KR950030794A (nl)
BE (1) BE1009742A5 (nl)
DE (1) DE19506094A1 (nl)
ES (1) ES2113803B1 (nl)
FR (1) FR2716772A1 (nl)
GR (1) GR1002665B (nl)
IT (1) IT1282939B1 (nl)
NL (1) NL9500379A (nl)
PT (1) PT101664B (nl)

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE4426753A1 (de) * 1994-07-28 1996-02-01 Bayer Ag Mittel zur Bekämpfung von Pflanzenschädlingen
JP3835834B2 (ja) * 1995-03-15 2006-10-18 バイエルクロップサイエンス株式会社 植物処理用貼付剤
CO5231151A1 (es) * 1999-10-13 2002-12-27 Novartis Ag Metodo para mejorar el crecimiento de las plantas
JP3805599B2 (ja) * 2000-04-10 2006-08-02 花王株式会社 植物活力剤
US20040224847A1 (en) * 2002-04-10 2004-11-11 Robert Senn Method for improving plant growth
WO2005044006A1 (en) * 2003-11-05 2005-05-19 Battelle Memorial Institute Quick dissolving agrochemical products
US8114659B2 (en) 2008-01-14 2012-02-14 Robert William Rawson Apparatus and method for catalytic treatment of a media
US20090197765A1 (en) * 2008-02-05 2009-08-06 Arysta Lifescience North America, Llc Solid formulation of low melting active compound
US10561137B1 (en) 2016-09-06 2020-02-18 Dennis R. Dullinger Weed-e-bug

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0254196A1 (de) * 1986-07-17 1988-01-27 CELAFLOR GmbH Vorrichtung zur transcuticularen Applikation von Wirkstoffen an Pflanzen
EP0564945A1 (en) * 1992-04-09 1993-10-13 Nihon Bayer Agrochem K.K. A method of controlling harmful insects

Family Cites Families (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3622677A (en) * 1969-07-07 1971-11-23 Staley Mfg Co A E Compressed tablets containing compacted starch as binder-disintegrant ingredient
US3673181A (en) * 1970-06-25 1972-06-27 Stauffer Chemical Co Oxime carbamate phosphate, phosphonate, phosphinate and phosphoroamidates and compositions and their utility
US4123525A (en) * 1973-06-15 1978-10-31 Ogawa & Co., Ltd. Sublimable insecticidal compositions containing triisopropyl- or tritertiary-butyl-s-trioxane carriers
US4017505A (en) * 1974-05-06 1977-04-12 Merck & Co., Inc. 1-(N-Octylthiocarbonyl)-2-(4-thiazolyl)benzimidazole
SE7803658L (sv) * 1977-06-21 1978-12-22 Du Pont Herbicid
SU948366A1 (ru) * 1979-02-26 1982-08-07 Симферопольский государственный университет им.М.В.Фрунзе Способ введени в растение биологически активного вещества
US5201925A (en) * 1986-07-17 1993-04-13 Celaflor Gmbh Device for transcuticular application of active substances to plants
AU617229B2 (en) * 1988-12-27 1991-11-21 Sumitomo Chemical Company, Limited Pyrazole compounds, and their production and use
DE3922366A1 (de) * 1989-07-07 1991-01-17 Lohmann Therapie Syst Lts Vorrichtung zur abgabe systemischer wirkstoffe an pflanzen und verwendung derselben
GB9206821D0 (en) * 1992-03-28 1992-05-13 Pilkington Controlled Release Dispersible products
JPH0672804A (ja) * 1992-04-08 1994-03-15 Sumitomo Chem Co Ltd 農薬錠剤

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0254196A1 (de) * 1986-07-17 1988-01-27 CELAFLOR GmbH Vorrichtung zur transcuticularen Applikation von Wirkstoffen an Pflanzen
EP0564945A1 (en) * 1992-04-09 1993-10-13 Nihon Bayer Agrochem K.K. A method of controlling harmful insects

Also Published As

Publication number Publication date
GR950100091A (en) 1995-11-30
ES2113803A1 (es) 1998-05-01
IT1282939B1 (it) 1998-04-02
PT101664B (pt) 1997-08-29
BE1009742A5 (fr) 1997-07-01
DE19506094A1 (de) 1995-09-07
FR2716772A1 (fr) 1995-09-08
US5883045A (en) 1999-03-16
ITMI950393A1 (it) 1996-09-01
KR950030794A (ko) 1995-12-18
PT101664A (pt) 1995-09-12
ITMI950393A0 (it) 1995-03-01
JPH07242501A (ja) 1995-09-19
ES2113803B1 (es) 1999-04-01
GR1002665B (el) 1997-04-14

Similar Documents

Publication Publication Date Title
FI94206C (fi) Propikonatsolia ja tebukonatsolia sisältävät synergistiset koostumukset
HU228029B1 (en) Insecticidal sinergetical combinations including an insecticide from the chloronicotinyl family and an insecticide having a pyrazole, pyrrole or phenylimidazole group
CN101427684B (zh) 一种含有氯啶菌酯与三唑类杀菌剂的杀真菌组合物
RU2098962C1 (ru) Фунгицидное средство и способ борьбы с грибками
KR920000230A (ko) 종자 드레싱용 살균제 조성물
NL9500379A (nl) Werkwijze voor het behandelen van planten.
JP2809494B2 (ja) 2―(チオシアノメチルチオ)ベンゾチアゾール及び三ハロゲン化フェノールの配合組成物並びにその使用法
KR100414386B1 (ko) 식물처리용 패치제제
NL8402979A (nl) Werkwijze voor het bestrijden van vaatverwelkingsziekten bij gewassen, in het bijzonder de iepeziekte.
EP0488945B1 (de) Fungizide Mittel
NL9500378A (nl) Pasta-achtige samenstellingen voor het bestrijden van ongewenste dierlijke organismen en schimmelziektes bij planten.
NL194658C (nl) Preparaten met fungicide werking en werkwijze voor het gebruik ervan.
US6936571B2 (en) Fungicidal composition containing PQDs
JPS61268602A (ja) ゴキブリ抑制用新規組成物および方法
EP0617890B1 (en) Synergistic insecticidal compositions
JPH0647537B2 (ja) アゾ−ル含有乳化性濃厚液
JPH0784365B2 (ja) 農園芸用の殺虫組成物
EP0187291A2 (en) Improved efficacy of fungicides for wood treatment by the addition of chlorpyrifos
JPH07291802A (ja) ペースト状農薬製剤
CS238648B2 (en) Fungicide agent
US4904683A (en) Emulsifiable concentrates containing azoles
JP2024053663A (ja) 植物害虫防除剤、長期薬効持続植物害虫防除剤、及び、植物害虫防除方法
CA1038752A (fr) Application d'antifongiques a la protection des semences
US4132785A (en) Isopropyl parathion as an insecticide for treating soil
Ganesha Halikatti et al. Toxicity of newer insecticides on adults of Cryptolaemus montrouzieri M. under laboratory condition.

Legal Events

Date Code Title Description
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BV The patent application has lapsed