NL8901574A - Inrichting voor het transport van een container, in het bijzonder een huisvuilcontainer. - Google Patents
Inrichting voor het transport van een container, in het bijzonder een huisvuilcontainer. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8901574A NL8901574A NL8901574A NL8901574A NL8901574A NL 8901574 A NL8901574 A NL 8901574A NL 8901574 A NL8901574 A NL 8901574A NL 8901574 A NL8901574 A NL 8901574A NL 8901574 A NL8901574 A NL 8901574A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- frame
- legs
- container
- cross beam
- extends
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65F—GATHERING OR REMOVAL OF DOMESTIC OR LIKE REFUSE
- B65F1/00—Refuse receptacles; Accessories therefor
- B65F1/14—Other constructional features; Accessories
- B65F1/1468—Means for facilitating the transport of the receptacle, e.g. wheels, rolls
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60P—VEHICLES ADAPTED FOR LOAD TRANSPORTATION OR TO TRANSPORT, TO CARRY, OR TO COMPRISE SPECIAL LOADS OR OBJECTS
- B60P1/00—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading
- B60P1/64—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading the load supporting or containing element being readily removable
- B60P1/6418—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading the load supporting or containing element being readily removable the load-transporting element being a container or similar
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Transportation (AREA)
- Body Structure For Vehicles (AREA)
Description
Inrichting voor het transport van een container, in het bijzonder een huisvuilcontainer.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het transport van een container, in het bijzonder een huisvuilcontainer. Dergelijke containers met een inhoud van 2,5 tot 5 m^ worden vaak gebruikt op kampeerterreinen en bungalowparken. De containers worden op bepaalde plaatsen neergezet en bezitten in de meeste gevallen vier kleine wielen om de container op een verharde vloer in het hefsysteem van een ophaalwagen te rijden.
De ophaalwagen, zoals een vuilnisauto, tilt dan de container op, ledigt deze en zet hem weer neer.
Een nadeel hierbij is, dat de plaatsen waar dergelijke containers worden neergezet goed bereikbaar moeten zijn voor de ophaalwagens, die in het algemeen te grote afmetingen hebben voor smalle recreatiewegen.
Ook heeft het wegdek van dergelijke wegen veel te lijden onder het grote gewicht van de ophaalwagens.
Een verder bezwaar van het op bepaalde plaatsen vrij toegankelijk opstellen van de containers is nog, dat deze vaak in korte tijd worden gevuld met afval dat ook op een andere manier had kunnen worden afgevoerd. Daarbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan glas, tuinafval, papier, bladeren en ook zelfs grote stukken huisraad.
De uitvinding beoogt nu deze bezwaren op te heffen en het mogelijk te maken een dergelijke container of meer dan één containers op te stellen in een afgesloten ruimte, die gemakkelijk toegankelijk is voor de ophaalwagen .
Verder wordt beoogd de container zelf te gebruiken als vuilnisophaalwagen, door deze op gezette tijden over het terrein heen te rijden.
De uitvinding verschaft daartoe een inrichting die een in hoofdzaak U-vormig freem omvat, dat zich bij het gebruik van de inrichting in een ongeveer horizontaal vlak bevindt en dat is voorzien van tenminste twee wielen waarvan de draaiingsassen in lijn met elkaar liggen en haaks op de beide poten van het freem lopen, zodanig dat het freem naar de container toe kan worden gereden waarbij de poten van het freem zich ter weerszijden van de container uitstrekken, welke poten zijn voorzien van middelen die in aangrijping kunnen worden gebracht met zich aan de container bevindende steunen, zodanig dat de container van de grond kan worden opgetild en daarna met behulp van de inrichting kan worden verreden, waartoe het freem is voorzien van middelen voor het koppelen ervan met een trekker of een auto.
Met behulp van een inrichting volgens de uitvinding kan de container gemakkelijk van de grond worden getild en over de wegen van een terrein worden verreden voor het ophalen van vuilnis.
Er behoeven geen wijzigingen aan de containers te worden aangebracht, zodat deze op de gebruikelijke manier door een ophaalwagen kunnen worden opgetild om te worden geledigd en weer teruggezet te worden.
Volgens een uitwerking van de uitvinding worden de middelen voor het optillen van de container gevormd door een zich boven het freem bevindend, in hoofdzaak U-vormig raamwerk waarvan de poten evenwijdig lopen met de poten van het freem, waarbij zich tussen het freem en het raamwerk middelen bevinden om het raamwerk in een richting haaks op het vlak ervan te verplaatsen.
Hierdoor wordt bereikt, dat beide zijden van de container nagenoeg gelijktijdig worden opgetild zodat geen ongunstige belastingen op het freem en het raamwerk worden uitgeoefend.
Een eenvoudige constructie wordt verkregen wanneer de poten van het freem en van het raamwerk met elkaar zijn verbonden door scharnierendten opzichte van de poten aangebrachte, in hoofdzaak evenwijdig aan elkaar lopende, stangen.
Daarbij kan zich tussen elk paar poten in een drukmedium bediende cilinder of een mechanisch bediende vijzel uitstrekken.
Op deze wijze kan het raamwerk ten opzichte van het van wielen voorziene freem omhoog worden gebracht om een container van de grond af te kunnen tillen.
De stangen kunnen daarbij zodanig tussen de poten van het freem en van het raamwerk zijn aangebracht en een zodanige lengte bezitten, dat zij bij het in de inrichting opnemen van een container door de vertikale stand heen bewegen voordat de container zijn eindstand in de inrichting bereikt waarbij hij tegen bepaalde delen van de inrichting aanligt.
De container kan daardoor ten opzichte van de inrichting een stabiele positie innemen. Bij het rijden over oneffen wegen zal dan geen gevaar bestaan dat de container vrij van de inrichting komt. Bij het gebruik van een drukmedium bediende cilinder kan de mediumdruk worden opgeheven nadat de container zijn stabiele stand heeft bereikt.
Verder is van belang om verschuiving van de container ten opzichte van het raamwerk tijdens het omhoog brengen van het samenstel zoveel mogelijk tegen te gaan.
Daartoe zullen de einden van de poten, liggend op afstand van de hen verbindende dwarsbalk, zijn voorzien van omhoog stekende lippen die samen kunnen werken met aan de container aangebrachte steunen, zodanig dat de container tussen de lippen en de genoemde dwarsbalk wordt opgesloten.
In de hiervoor genoemde eindstand kan dan bijvoorbeeld de dwarsbalk van het raamwerk aanliggen tegen een deel van het freem. Ook kan gelijktijdig de voorwand van de container aanliggen tegen een deel van het freem, zoals bijvoorbeeld de dwarsbalk die de poten van het freem met elkaar verbindt.
Ter verkrijging van een lichte en toch stabiele constructie kan de inrichting zodanig zijn uitgevoerd, dat de poten van het raamwerk verplaatsbaar zijn opgenomen tussen met het freem verbonden, in hoofdzaak haaks op
Vi rs-f- 'srl a V τγλτί ΤλλΊ- froom cfsan^iö rro 1 o T r? o r'C
Deze geleiders kunnen in het bijzonder dienen voor het opnemen van dwarskrachten, die bij het verrijden van een container op het raamwerk op kunnen treden.
De stabiliteit van de inrichting kan verder worden vergroot doordat elk van de poten van het freem is verbonden met een in hoofdzaak vertikaal lopende kolom, waarvan het ondereinde zich tot onder de betreffende poot uitstrekt en de wielas draagt en waarbij de boveneinden van de kolommen met elkaar zijn verbonden door middel van een horizontale balk, die zich bij het gebruik van de inrichting boven de container bevindt.
Het portaal, gevormd door de vertikale kolommen en de horizontale balk, zorgt voor het op de juiste onderlinge afstand houden van de poten van het ü-vormige freem en dient gelijktijdig voor het ondersteunen van de wielassen.
Λ
Daarbij kan erin worden'voorzien, dat de ondereinden van de beide vertikale kolommen, in de nabijheid van de wielassen, zijn verbonden met een stang die zich schuin naar de betreffende poot uitstrekt en daarmee is verbonden in de nabijheid van de dwarsbalk, die de poten met elkaar verbindt.
Hierdoor wordt dus een krachtendriehoek gevormd met de wielas in de nabijheid van êên der hoeken.
De horizontaal lopende balk, die de boveneinden van de beide kolommen met elkaar verbindt, zal zodanig worden geplaatst dat het openen van de deksels van de container niet wordt belemmerd.
Verder kan ter versteviging van het freem een tweede dwarsbalk zijn aangebracht, die evenwijdig loopt met de dwarsbalk die de poten van het U-vormige freem met elkaar verbindt en zich op enige afstand boven de eerste bevindt en aan de uiteinden vast is verbonden met de ene zijde van de geleiders waartussen de poten van het raamwerk verplaatsbaar zijn opgenomen.
De hoogte waarboven deze tweede dwarsbalk zich boven de eerste bevindt kan zodanig worden gekozen, dat zich vanaf de tweede dwarsbalk een steun uitstrekt die de middelen voor het koppelen van de inrichting met een trekker of een auto draagt.
De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, weergegeven in de tekening, waarin:
Fig.l schematisch een perspectivisch aanzicht toont van een inrichting volgens de uitvinding;
Fig.2 een achteraanzicht toont van de inrichting van fig.l met een daarin aangebrachte container; en
Fig.3 een zijaanzicht toont van de in fig.2 weergegeven inrichting.
De in de tekening weergegeven inrichting omvat een in hoofdzaak U-vormig freem 1, bestaande uit de twee poten 2 en de hen verbindende dwarsbalk 3. Elke poot 2 is verbonden met een in hoofdzaak vertikaal lopende kolom 4 en de boveneinden 5 van de kolommen 4 zijn met elkaar verbonden door middel van een horizontale balk 6. De ondereinden 7 van de kolommen 4 steken onder de poten 2 uit en zijn aan hun einden met de poot 2 verbonden door middel van een stang 8. De ondereinden 7 van de kolommen 4 dragen assen 9 waarop wielen 10 draaibaar zijn, die de inrichting ondersteunen.
Daar waar de poten 2 zijn verbonden met de dwarsbalk 3 bevinden zich de buitenste geleidingsplaten 11 en de binnenste geleidingsplaten 12 waarvan de functie nog nader zal worden toegelicht. Met de binnenste geleidingsplaten 12 is een dwarsbalk 13 verbonden, die evenwijdig loopt met de dwarsbalk 3 en daarmee nog is verbonden door enkele steunen 14. De dwarsbalk 13 is verbonden met de disselboom 15, die aan zijn vrije einde is voorzien van middelen 16 die bijvoorbeeld samen kunnen werken met de trekhaak van een trekker of auto. De disselboom 15 bestaat uit de twee schuin naar voren, naar elkaar toe lopende balken 17, de balken 18 en de met de balk 13 verbonden balken 19, die bij hun boveneinden zijn verbonden door middel van de horizontale balk 20.
De dwarsbalk 3 kan nog zijn voorzien van een steun 21, bijvoorbeeld voor het verschuifbaar en vastzetbaar daarin opnemen van een niet weergegeven poot, die de inrichting in los gekoppelde toestand kan ondersteunen.
Boven het U-vormige freem 1 bevindt zich het U-vormige raamwerk 22 bestaande uit de poten 23 en een dwarsbalk 24.
De poten 2 en 23 van respectievelijk het freem 1 en het raamwerk 22 zijn met elkaar verbonden door middel van stangen 25, die scharnierbaar zijn om de assen 26. Tussen twee poten 2 en 23 in bevindt zich verder de hydraulische cilinder 27, die scharnierend is verbonden met de beide poten in de scharnierpunten 28.
De poten 23 zijn aan hun ene einde voorzien van omhoog stekende lippen 29, die bij het opnemen van een container 30 in de inrichting samenwerken met aan de container aangebrachte steunen 31.
De steunen 31 van de container 30 dienen er eveneens toe om de container op te kunnen nemen ' . door de aan een vuilnisauto aanwezige middelen, zodanig dat de inhoud van de container in de auto kan worden gestort.
Bij het gebruik van de inrichting wordt deze in de richting van de pijl P in fig.l naar een container toegereden, zodanig dat de poten 2 en 23 zich langs de zijden van de container uitstrekken. Het raamwerk 22 bevindt zich dan ongeveer in de positie als aangegeven in fig. 1.
Vervolgens wordt het raamwek 22 door middel van de hydraulische cilinder 27 omhooggebracht en het verzwenkt daarbij in de richting van de pijl R, als aangegeven in fig.l. Daarbij wordt ervoor gezorgd, dat de achterste steunen 31 van de container 30 aanliggen tegen de lippen 29 van de poten 23, zoals dit is aangegeven in fig.3. Daarbij zal de voorwand van de container nagenoeg aanliggen tegen de dwarsbalk 24 van het raamwerk 22, zodat de container ten opzichte van het raamwerk slechts een geringe verplaatsing uit kan voeren.
Tijdens de verzwenking van het raamwerk 22 verplaatsen de poten 23 zich tussen de, met het freem 1 verbonden, geleidingsplaten 11 en 12.
In de eindstand, zoals deze is weergegeven in de fig.2 en 3 kan de dwarsbalk 24 aanliggen tegen de balken 19 of 20 en de voorwand van de container kan eventueel aanliggen tegen de dwarsbalken 3 en/of 13. Doordat de stangen 25 door de vertikale stand heen zijn verzwenkt en de container dus in zijn geheel weer iets is gezakt ten opzichte van zijn hoogste stand, zal de container een stabiele stand innemen ten opzichte van de inrichting. Daardoor is het niet noodzakelijk dat de olie in de hydraulische cilinder onder druk blijft staan. Deze oliedruk kan worden verkregen door een directe koppeling met de oliedrukleiding zoals deze bijvoorbeeld in de meeste gevallen aanwezig is op een trekker. Ook kan gebruik worden gemaakt van een pomp die wordt aangedreven door middel van een elektromotor, die zijn stroom betrekt van de accu van het trekkende voertuig.
In plaats van een hydraulische cilinder kan ook gebruik worden gemaakt van mechanisch bedienbare vijzels, die dan bij voorkeur met elkaar zullen worden gekoppeld.
Al deze mogelijkheden zullen echter voor een deskundige duidelijk zijn en behoeven geen nadere toelichting.
-conclusies-
Claims (11)
1. Inrichting voor het transporteren van een container, in het bijzonder een huisvuilcontainer, met het kenmerk, dat de inrichting een in hoofdzaak U-vormig freem (1) omvat, dat zich bij het gebruik van de inrichting in een ongeveer horizontaal vlak bevindt en dat is voorzien van tenminste twee wielen (10) waarvan de draaiingsassen (9) in lijn met elkaar liggen en haaks op de beide poten (2) van het freem (1) lopen, zodanig dat het freem (1) naar de container (30) toe kan worden gereden waarbij de poten (2) zich ter weerszijden van de container uitstrekken, welke poten (2) zijn voorzien van middelen (22) die in aangrijping kunnen worden gebracht met zich aan de container (30) bevindende steunen (31) zodanig dat de container van de grond kan worden opgetild en daarna met behulp van de inrichting kan worden verreden, waartoe het freem (1) is voorzien van middelen (15) voor het koppelen ervan met een trekker of een auto.
2. Inrichting volgens conclusie 1, m e t het kenmer k, dat de middelen voor het optillen van de container (30) worden gevormd door een zich boven het freem (1) bevindend, in hoofdzaak ü-vormig raamwerk (22) waarvan de poten (23) evenwijdig lopen met de poten (2) van het freem (1), waarbij zich tussen het freem (1) en het raamwerk (22) middelen (25,27) bevinden om het raamwerk (22) in een richting haaks op het vlak ervan te verplaatsen.
3. Inrichting volgens conclusie 2, m e t het kenmerk, dat de poten (2) van het freem (1) en de poten (23) van het raamwerk (22) met elkaar zijn verbonden door scharnierend ten opzichte van de poten (2, 23) aangebrachte, in hoofdzaak evenwijdig aan elkaar lopende, stangen (25).
4. Inrichting volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat zich tussen elk paar poten (2, 23) in een drukmedium-bediende cilinder (27) of een mechanisch bediende vijzel uitstrekt.
5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat de stangen (25) zodanig tussen de poten (2,23) van het freem (1) en van het raamwek (22) zijn aangebracht en een zodanige lengte bezitten, dat zij bij het in de inrichting opnemen van een container (30) door de vertikale stand heen bewegen voordat de container zijn eindstand in de inrichting bereikt waarbij hij tegen bepaalde delen van de inrichting aanligt.
6. Inrichting volgens één der conclusies 2-5, met het kenmerk, dat de einden van de poten (23) , liggend op afstand van de hen verbindende dwarsbalk (24), zijn voorzien van omhoog stekende lippen (29) die samen kunnen werken met aan de container (30) aangebrachte steunen (31), zodanig dat de container (30) tussen de lippen (29) en de genoemde dwarsbalk (24) wordt opgesloten.
7. Inrichting volgens één der conclusies 2 tot 6,met het kenmerk, dat de poten (23) van het raamwerk (22) verplaatsbaar zijn opgenomen tussen met het freem (1) verbonden, in hoofdzaak haaks op het vlak van het freem (1) staande geleiders (11,12).
8. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat elk van de poten (2) van het freem (1) is verbonden met een in hoofdzaak vertikaal lopende kolom (4) waarvan het ondereinde (7) zich tot onder de betreffende poot (2) uitstrekt en de wielas (9) draagt en waarbij de boveneinden (5) van de kolommen (4) met elkaar zijn verbonden door middel van een horizontale balk (6), die zich bij het gebruik van de inrichting boven de container (30) bevindt.
9. Inrichting volgens conclusie 8, m e t het kenmerk, dat de ondereinden (7) van de beide vertikale kolommen (4), in de nabijheid van de wielassen (9), zijn verbonden met een stang (8) die zich schuin naar de betreffende poot (2) uitstrekt en daarmee is verbonden in de nabijheid van de dwarsbalk (3), die de poten (2) met elkaar verbindt.
10. Inrichting volgens één der conclusies 7-9, met het kenmerk, dat evenwijdig met de dwarsbalk (3) die de poten (2) van het U-vormige freem (1) met elkaar verbindt een tweede dwarsbalk (13) is aangebracht die zich op enige afstand boven de eerste (3) bevindt en aan de uiteinden vast is verbonden met de ene zijde van de geleiders (12) waartussen de poten (23) van het raamwerk (22) verplaatsbaar zijn opgenomen.
11. Inrichting volgens conclusie 10, me t het kenmerk, dat zich vanaf de tweede dwarsbalk (13) een steun 815) uitstrekt die de middelen (16) voor het koppelen van de inrichting met een trekker of een auto draagt.
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8901574A NL8901574A (nl) | 1989-06-22 | 1989-06-22 | Inrichting voor het transport van een container, in het bijzonder een huisvuilcontainer. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8901574 | 1989-06-22 | ||
NL8901574A NL8901574A (nl) | 1989-06-22 | 1989-06-22 | Inrichting voor het transport van een container, in het bijzonder een huisvuilcontainer. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8901574A true NL8901574A (nl) | 1991-01-16 |
Family
ID=19854880
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8901574A NL8901574A (nl) | 1989-06-22 | 1989-06-22 | Inrichting voor het transport van een container, in het bijzonder een huisvuilcontainer. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL8901574A (nl) |
Cited By (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0777621A1 (en) * | 1995-07-17 | 1997-06-11 | Farnow Pty. Limited | Transporters for refuse containers |
WO2007020245A1 (en) * | 2005-08-12 | 2007-02-22 | Ray Lawless | Moveable support for a waste container |
FR2946967A1 (fr) * | 2009-06-17 | 2010-12-24 | Sita France | Procede pour evacuer des dechets en zone urbaine,et vehicule de collecte. |
-
1989
- 1989-06-22 NL NL8901574A patent/NL8901574A/nl not_active Application Discontinuation
Cited By (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0777621A1 (en) * | 1995-07-17 | 1997-06-11 | Farnow Pty. Limited | Transporters for refuse containers |
EP0777621A4 (en) * | 1995-07-17 | 1999-03-10 | Farnow Pty Limited | TRANSPORTATION DEVICE FOR WASTE BIN |
WO2007020245A1 (en) * | 2005-08-12 | 2007-02-22 | Ray Lawless | Moveable support for a waste container |
FR2946967A1 (fr) * | 2009-06-17 | 2010-12-24 | Sita France | Procede pour evacuer des dechets en zone urbaine,et vehicule de collecte. |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US5297914A (en) | Mobile ramp for unloading trucks | |
US4902188A (en) | Trolley carrier | |
US7114905B2 (en) | Methods and apparatus for loading a trailer | |
NL1021790C1 (nl) | Werkwijze en inrichting voor het op onderstellen afsteunen van zelfdragende lading. | |
US3084970A (en) | Vehicle carrying tractor-trailer | |
NL8601358A (nl) | Vorkheftruck en voertuig voor het vervoer daarvan. | |
NL8901574A (nl) | Inrichting voor het transport van een container, in het bijzonder een huisvuilcontainer. | |
NL9002216A (nl) | Werkwijze en inrichting voor het verzamelen en vervoeren van huisvuil of dergelijke. | |
NL9400615A (nl) | Inrichting voor het slopen van automobielen. | |
US6368047B1 (en) | Log trailer | |
US3559830A (en) | Collection units | |
NL9100003A (nl) | Voertuig, en werkwijze voor het laden/lossen daarvan. | |
NL2008124C2 (nl) | Aanhangwagen, omvattende een chassis met een aantal wielen, alsmede een op het chassis geplaatste opbouwmodule. | |
US3584749A (en) | Motorized collector | |
NL1038270C2 (nl) | Verplaatser voor minicontainer. | |
FR2704814A1 (fr) | Matériel permettant la manutention de charges lourdes. | |
NL8303537A (nl) | Wegvoertuig met een verwijderbare last-dragende bovenbouw, in het bijzonder een voertuig-dragende bovenbouw. | |
FR2522597A1 (fr) | Appareil pour la manutention de charges | |
EP0662068A1 (en) | Load transport vehicles | |
US3861545A (en) | Power driven articulated container transporting device | |
NL8300147A (nl) | Transportinrichting. | |
AU623094B2 (en) | Vertically adjustable trailer | |
NL2000658C2 (nl) | Inrichting en werkwijze voor het transporteren en positioneren van bestratingselementen. | |
BE1003191A7 (nl) | Verrijdbare inrichting te gebruiken bij het plukken van vruchten. | |
US5221174A (en) | Field shuttle with end mounted lift |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BV | The patent application has lapsed |