NL8403412A - Werkwijze voor het draineren van een waterhoudende grondlaag alsmede draineerstrook voor het toepassen van de werkwijze. - Google Patents

Description

NO 32384 ; X-

Werkwijze voor het draineren van een waterhoudende grondlaag alsmede draineerstrook voor het toepassen van de werkwijze.

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het draineren van een waterhoudende grondlaag door in deze grondlaag draineerelementen 5 aan te brengen, zodanig, dat deze in verbinding kunnen komen met een over het van draineerelementen voorziene gebied aan te brengen watervoerende laag, welke laatstgenoemde laag naar boven toe wordt afgesloten door een water- en luchtdichte laag of foelie, waarna onder deze laag of foelie een drukverlaging wordt teweeggebracht.

10 Een dergelijke werkwijze is bekend uit bijvoorbeeld het Amerikaanse octrooischrift 2.615.307. Volgens deze bekende werkwijze wordt het te draineren gebied voorzien van in wezen in verticale richting in de waterhoudende laag geplaatste draineerelementen waarna over het te behandelen gebied een watervoerende laag wordt aangebracht, die kan 15 bestaan uit zand, grond of dergelijk materiaal en mengsels daarvan, die ook stro en dergelijke materialen kan bevatten.

Het aanbrengen van een dergelijke watervoerende laag is nodig om een voldoende snelle afvoer te garanderen van het water, dat via de draineerelementen uit de te behandelen grondlaag omhoog welt en moet 20 worden afgevoerd door de pomp of pompen, die onder de water- en luchtdichte laag of foelie een drukverlaging teweegbrengen. Het aanbrengen van een dergelijke watervoerende laag vormt een ernstige complicatie.

Niet alleen zijn de kosten hoog, maar het is vaak ook zeer moeilijk om een dergelijke laag aan te brengen op de weinig draagvermogen hebbende 25 waterhoudende laag.

Doel van de uitvinding is een werkwijze te verschaffen waarmee het op eenvoudige wijze mogelijk is een watervoerende laag te creëren.

Dit doel wordt overeenkomstig de uitvinding bereikt doordat als watervoerende laag een velvormige draineerstrook respectievelijk meerde-30 re op elkaar aansluitende velvormige draineerstroken, worden gelegd.

Een dergelijke velvormige draineerstrook kan gemakkelijk over het te behandelen gebied worden getrokken of afgerold zelfs zonder dat men het gebied behoeft te betreden. De draineerstrook kan uit goedkoop materiaal worden vervaardigd en bijvoorbeeld bestaan uit hetzelfde 35 materiaal als de draineerelementen. De draineerstrook kan vele uitvoeringsvormen hebben, zoals nader zullen worden beschreven. Het is van voordeel wanneer overeenkomstig de uitvinding tussen het watervoerende vel en de te behandelen grondlaag een- waterdoorlatende foelie wordt 3 \ ·.' 3 4 12 V ·'» 2 geplaatst. Deze gaat verstopping van de watervoerende laag tegen.

De velvormige draineerstrook, die als watervoerende laag dienst doet en die dus verschillende uitvoeringsvormen kan hebben, kan tegelijkertijd met de water- en luchtdichte laag of foelie en eventueel met de waterdoorlatende foelie worden geplaatst, maar het is ook mogelijk de diverse lagen achtereenvolgens te plaatsen.

De uitvinding zal thans nader worden toegelicht aan de hand van de tekeningen.

Fig. 1 toont een draineerstrook in doorsnede volgens de uitvinding.

Fig. 2 toont een randgedeelte van de draineerstrook van fig. 1 op grotere schaal-

Fig. 3 toont het overlappingsgebied van twee naast elkaar geplaatste draineerstroken.

Fig. 4 toont een aantal naast'elkaar geplaatste draineerstroken.

Fig. 5 toont een andere uitvoeringsvorm van de draineerstrook volgens de uitvinding.

Fig. 6,7 en 8 tonen in doorsnede varianten van de velvormige draineerstrook volgens de uitvinding, in het bijzonder van het watervoerende gedeelte daarvan.

De in fig. 1 getoonde draineerstrook bestaat uit filtermateriaal 1 op het bovenvlak waarvan een dichte foelie 2 is gehecht. Het filtermateriaal kan elk geschikt materiaal zijn, zoals een niet-geweven textiel-produkt.

De getoonde strook heeft een breedte van 50 meter en een lengte van bijvoorbeeld 100 meter of meer.

In deze 'draineerstrook zijn op afstanden van twee meter buisvormige draineerlichamen 3 aangebracht in de vorm van geperforeerde slangen. Onder deze slangen bevinden zich smalle stroken 4 van dicht foeliemate-riaal, die breder zijn dan de slangen zelf, waarbij tussen naburige stroken 4 een groot gebied overblijft.

Het foeliemateriaal is aan de randen om het filtermateriaal heenge-vouwen, zoals aangegeven bij 5. Het is echter ook mogelijk, in het bijzonder aan êên langsrand en zoals getoond in fig. 2, om de rand een U-vormig lichaam, bijvoorbeeld uit velvormig kunststofmateriaal aan te brengen, zoals aangegevenbij 6, welk lichaam is voorzien van een flap 7.

De op grotere schaal gegeven doorsnede van fig. 2 laat verder zien, dat de randstrook is verzwaard met een ketting 8 en dat verder op regelmatige afstanden evenwijdig aan de langsrichting en tussen de slangen 3 8403412 m 5 3 verzwaringen in de vorm van looddraden 9 zijn aangebracht, die zich bij voorkeur bevinden tussen de foelie 2 en het filtermateriaal 1.

Fig. 4 toont een aantal naast elkaar geplaatste draineerstroken van elk 50 meter breed en 100 meter lang, die elkaar overlappen in het 5 gebied 10, dat een breedte heeft van ongeveer 2 meter, welk gebied is aangegeven op iets grotere schaal in fig. 3.

Door de met kettingen 8 verzwaarde randstrook met flap 7, die aanligt op het lichte foeliebovenvlak 2 van de aangrenzende strook, wordt een afsluiting verkregen, die ervoor zorgt, dat ter plaatse van de 10 naden geen lekkage kan ontstaan.

De langvormige draineerlichamen monden allen uit nabij een dwarsrand alwaar zich een aansluitstrook 11 bevindt, waarop bij elke draineerstrook is aangesloten een afvoerleiding 12 met pomp 13. Deze pomp 13 met aandrijforgaan kan een gesloten eenheid zijn. Het water, dat 15 onder de draineerstrook aan de bodem wordt onttrokken, kan worden afgevoerd.

De in fig. 5 getoonde uitvoeringsvorm bestaat uit een water- en luchtdichte foelie 15, die aan de onderzijde is voorzien van evenwijdig aan elkaar verlopende ribben 16, waartussen zich stromingskanalen 17 20 bevinden en die samenwerkt met een waterdoorlatende foelie 18.

In plaats van de ribben 16 kunnen ook puntvormige uitsteeksels worden toegepast.

Fig. 6 toont een trapeziumvormig gegolfd geprofileerd materiaal 19, dat zich tussen een water- en luchtdichte foelie en een waterdoorlatende 25 foelie kan bevinden en daarmee tot een sandwich kan zijn verenigd.

Fig. 7 toont een watervoerend vel bestaande uit een foelie 20 met ribben 21 en 22 aan boven- respectievelijk ondervlak, die in samenwerking met de dichte respectievelijk waterdoorlatende foelie stromingskanalen 23 vormen.

30 Fig. 8 toont een watervoerend vel 24, dat bestaat uit een niet-ge- weven mat van vezels, die is geplaatst tussen de water- en luchtdichte foelie en de waterdoorlatende foelie.

3 i c: 412

Claims (15)

1. Werkwijze voor het draineren van een waterhoudende grondlaag door in deze grondlaag draineerelementen aan te brengen, zodanig, dat deze in verbinding kunnen komen met een over het van draineerelementen voorziene gebied aan te brengen watervoerende laag, welke laatstgenoemde laag naar 5 boven toe wordt afgesloten door een water- en luchtdichte laag of foelie, waarna onder deze laag of foelie een drukverlaging wordt teweeggebracht, met het kenmerk, dat als watervoerende laag een velvormige draineerstrook respectievelijk. meerdere op elkaar aansluitende velvormige draineerstroken worden gelegd.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat tussen de van draineerelementen voorziene grondlaag en de watervoerende velvormige draineerstrook of -stroken een waterdoorlatende foelie wordt geplaatst.

3. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de velvormige 15 draineerstrook respectievelijk -stroken en de water- en luchtdichte laag of foelie na elkaar worden geplaatst.

4. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de waterdoorla-tende foelie, de velvormige draineerstrook respectievelijk -stroken en de water- en luchtdichte laag of foelie na elkaar worden geplaatst.

5. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de velvormige draineerstrook respectievelijk -stroken en de water- en luchtdichte laag of foelie tegelijkertijd worden geplaatst.

6. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de waterdoorla-tende foelie, de velvormige draineerstrook respectievelijk -stroken en 25 de water- en luchtdichte laag of foelie tegelijkertijd worden geplaatst.

7. Watervoerend vel voor toepassing bij de werkwijze volgens een of meer der voorgaande conclusies 1 t/m 6, met het kenmerk, dat het vel bestaat uit gegolfd materiaal.

8. Watervoerend vel voor toepassing bij de werkwijze volgens conclusies 2-6, met het kenmerk, dat het vel is voorzien van evenwijdig aan elkaar - <> 4 0 3 4 1 2 * -5 verlopende ribben op één of beide vlakken.

9. Watervoerend vel voor toepassing bij de werkwijze volgens een of meer der voorgaande conclusies 2 t/m 6, met het kenmerk, dat het vel bestaat uit niet-geweven vezelmat.

10. Draineerstrook voor toepasisng bij de werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de water- en luchtdichte laag of foelie en het watvervoerende vel aan elkaar zijn gehecht respectievelijk één geheel vormen.

11. Draineerstrook voor toepassing bij de werkwijze volgens conclusie 6, 10 met het kenmerk, dat de waterdoorlatende foelie, het watervoerende vel en de water- en luchtdichte laag of foelie tot een sandwich aan elkaar zijn gehecht.

12. Draineerstrook volgens conclusie 10 of 11, met het kenmerk, dat het watervoerende vel bestaat uit stroken met daartussen evenwijdig aan 15 elkaar verlopende buisvormige draineerlichamen.

13. Draineerstrook volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat elke strook aan ten minste één langsrand is voorzien van een afdichtstrook.

14. Draineerstrook volgens een of meer der voorgaande conclusies 10 20 t/m 13, met het kenmerk, dat de langs rand of langsranden van de draineerstrook zijn verzwaard.

15. Draineerstrook volgens een of meer der voorgaande conclusies 12 t/m 14. met het kenmerk, dat zich tussen de buisvormige draineerlichamen en evenwijdig daaraan verzwaringselementen bevinden. 84)3412