NL8403306A - Draadklem. - Google Patents

Description

^ * NO 32835 Draadkiem.

De uitvinding heeft betrekking op een draadkiem voor een kruisverbinding, in het bijzonder voor bevestiging van beweegbare schermen aan trekdraden in tuinbouwkassen, waarbij de klem aan een gespannen, buigzame, stijve draad 5 in hoofdzaak door wrijving stevig bevestigd is en de draad een kruisend recht lichaam door zijn spanning opsluit aan de draadkiem, met een in langsrichting van de gespannen draad zich uitstrekkend lichaam met twee op afstand van elkaar, loodrecht op de richting van de draad aangebrachte 10 inkameringen, één en ander zodanig, dat de gespannen draad door de ene inkamering heen en door de andere inkamering weer terug geleid is, zodat de gespannen draad een omlei-dingsbocht doorloopt.

Draadklemmen voor bevestiging aan één enkele draad 15 zijn in velerlei soorten bekend. Speciale draadklemmen voor een kruisverbinding van een gespannen draad met een kruisend recht lichaam zijn daarentegen schaars, in het bijzonder wanneer een snelle, eenvoudige bevestiging gewenst is. Uit het weekblad van het Centraal Bureau voor 20 de Tuinbouwveilingen, "Groenten en Fruit" van 9 december 1983 is op de blz. 32 en 33 een dergelijke draadkiem voor een kruisverbinding bekend. De montage van deze bekende draadkiem op de gespannen draad is moeilijk, omdat de klem ten behoeve van het doorrijgen van de gespannen draad door 25 de beide inkameringen, over diverse grote ruimtehoeken gezwenkt moet worden, terwijl ondertussen het op te sluiten kruisende rechte lichaam onder de omleidingsbocht van de gespannen draad voortdurend aanwezig moet blijven.

Naast de bovengenoemde moeilijke montage is het vaak ge-30 wenst om het kruisende rechte lichaam tijdelijk te kunnen verwijderen en weer te kunnen herplaatsen, zonder dat de draadkiem van de gespannen draad verwijderd behoeft te worden. Bovendien wordt het kruisende rechte lichaam door de steeds onder trekspanning staande omleidingsbocht, 35 stevig vastgeklemd tussen de gespannen draad en de draadkiem. Toch komt het veelvuldig voor, dat het juist gewenst is dat naar keuze het rechte kruisende lichaam niet alleen stevig, doch ook met geringe wrijving verschuifbaar door de 840 33 0 6 V t . * - 2 - draadkiem heen op de gewenste plaats op de gespannen draad bevestigd moet zijn.

De uitvinding beoogt een nieuwe draadkiem voor een kruisverbinding te verschaffen, welke niet alleen als 5 algemeen toepasbare draadkiem bruikbaar is, doch in het bijzonder gebruikt kan worden voor de bevestiging van beweegbare schermen in tuinbouwkassen. Daarbij zijn de genoemde trekdraden voor het openen en sluiten van de schermen identiek met de gespannen draad. Volgens de 10 uitvinding wordt de in de aanhef omschreven draadkiem daardoor gekenmerkt, dat de inkameringen aan éénzelfde zijde van het lichaam zijn gelegen, zodat drie nokken gevormd zijn, en dat in een nok tussen het einde van de draadkiem en de nabij gelegen inkamering, in het lichaam 15 aan de zijde van de gespannen draad een in hoofdzaak loodrecht erop staande groef (kruisgroef) is aangebracht voor het kruisende rechte lichaam.

Dank zij het aanbrengen volgens de uitvinding van de beide inkameringen en de drie nokken aan éénzelfde zijde 20 van het lichaam van de draadkiem, worden de handelingen, benodigd voor het monteren of demonteren van de klem op de gespannen draad, sterk vereenvoudigd. Dank zij de hef-boomwerking, uitgeoefend door de middelste en één van de eindnokken op de gespannen draad, kan deze gemakkelijk 25 door kanteling in in hoofdzaak slechts één vlak, gemonteerd worden. Volgens het tweede kenmerk wordt het kruisende rechte lichaam opgesloten in de kruisgroef, aangebracht in één van de eindnokken. Daardoor is het op eenvoudige wijze mogelijk, eerst de draadkiem op de juiste plaats op 30 de gespannen draad aan te brengen en daarna pas het kruisende rechte lichaam in de kruisgroef aan te brengen. Ook hier sluit de gespannen draad door zijn spanning het kruisende rechte lichaam in de kruisgroef op, doch naar één zijde kan het kruisende lichaam gemakkelijk tussen de 35 nok met de kruisgroef en de gespannen draad door aangebracht en verwijderd worden.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm heeft de ene inkamering een axiale uitgestrektheid welke belangrijk geringer is dan die van de andere inkamering, doch ten 40 minste circa 1,5 maal de diameter van de gespannen draad 8403306 ά · - 3 - bedraagt. De bovengenoemde hefboomwerking maakt het mogelijk om de gespannen draad eerst met scherpere buiging om te leiden door de smallere inkamering en vervolgens met veel geringere benodigde kracht door de langere andere $ inkamering te leiden. Het zal duidelijk zijn, dat één en dezelfde draadkiem draden in een bepaald diametergebied kan opnemen en dat voor kabels met een groter of kleiner diametergebied, grotere of kleinere draadklemmen nodig zijn. Niettemin overlapt de draadkiem volgens de uitvinding 10 een relatief groot diametergebied van de gespannen draad. Afhankelijk van het te kiezen materiaal voor de draadkiem voor de gespannen draad en mede afhankelijk van de spanning in de draad, zal de draadkiem tussen geheel onverschuifbaar en relatief gemakkelijk verschuifbaar op de gespannen draad 15 bevestigd zijn. Zowel staaldraad als kunststof- of met kunststof beklede draden zijn toepasbaar voor de gespannen draad. Een sterke, weinig vloeiende kunststof, zoals bij- tpolyoxamethyleenj voorbeeld nylon of acetaalcopolymeer / is zeer geschikt voor de draadkiem, omdat deze materialen de draad niet 20 zullen kunnen beschadigen of kerven, noch in gemonteerde toestand en evenmin bij eventuele verschuiving over de gespannen draad. Het zal duidelijk zijn, dat het kruisende rechte lichaam eveneens verschillende afmetingen kan hebben, zolang dat lichaam maar in de kruisgroef past.

25 Daardoor is het eveneens mogelijk om de opsluiting in de kruisgroef praktisch naar willekeur tussen los en vast uit te voeren. In het algemeen zal de draadkiem op de gespannen draad als vaste verbinding toegepast worden, welke echter de mogelijkheid van slippen biedt in het geval van 30 overbelasting, zonder de gespannen draad te beschadigen. Evenals bij de bovenbeschreven bekende draadkiem bevindt zich het kruisende rechte lichaam aan dezelfde zijde van de gespannen draad als het grootste deel van de draadkiem.

In het bijzonder bij toepassingen met schermen in de 35 tuinbouw, is het gewenst dat opeenvolgende schermen elkaar in de sluitstand tochtvrij kunnen overlappen. Daarvoor is het van voordeel dat volgens een voorkeursuitvoeringsvorm de korte inkamering aan de zijde van de nok met de kruisgroef is gelegen. Bij een dergelijke toepassing wordt dan 40 de draadkiem zodanig op de gespannen draad bevestigd, dat 840 33 0 6 ' · i - 4 - het kruisende rechte lichaam aan de voorzijde van het scherm, gezien in sluitrichting, is gelegen.

Ten einde enerzijds het monteren van de draadkiem op de gespannen draad te vergemakkelijken en anderzijds een 5 eenmaal gemonteerde draadkiem voldoende te vergrendelen op de draad, zodat de klem onder een gebruikelijke dwarskracht of wringing niet van de draad losraakt, wordt de klem bij voorkeur zodanig uitgevoerd, dat in elk van de beide eindnokken aan de zijde van de gespannen draad, 10 tegen het lichaam aan, een langsgroef ten minste ter breedte van de diameter van de gespannen draad ingelaten is, dat de langsgroef een diepte heeft van circa de halve diameter van de gespannen draad, en 15 dat het draagvlak voor de gespannen draad op de middelste nok vlak is. Dank zij de diepte van de langsgroef van circa de halve diameter van de gespannen draad zal, dank zij de ronding van de draad zelf, na het overwinnen van de aanvangsweerstand, de klem boven een bepaald- erop uit-20 geoefend wringmoment gemakkelijk verwijderd kunnen worden van de gespannen draad.

Wordt de draadkiem volgens de uitvinding toegepast op een beweegbare gespannen draad, zoals bijvoorbeeld voor beweegbare schermen in de tuinbouw, dan is het gewenst dat 25 de draad met de klem gemakkelijk over eventueel aanwezige dwarsbalken of dwarsdraden heen kan glijden zonder te blijven haken of de gespannen draad teveel uit zijn baan te drijven. Daartoe wordt de draadkiem bij voorkeur daardoor gekenmerkt, dat het oppervlak van de middelste nok 30 aan de tegenover de gespannen draad gelegen zijde en het aansluitende vlak van het lichaam van de klem een convex cilindrisch oppervlak hebben met grote kromtestraal, en/of dat de einden van dit oppervlak stroken met de vrije zijde van de in de langsgroeven gelegen gespannen draad, ten 35 einde een schaatsvormig geleidingsvlak te vormen bij verplaatsing van de draadkiem over andere lichamen, zoals dwarsdraden of dwarsbalken. Dank zij het feit dat het kruisende rechte lichaam bij toepassing bij beweegbare schermen in de tuinbouw boven de gespannen draad gelegen 40 is en de draadkiem aan de onderzijde schaatsvormig is, kan 84 0 3 3 0 6 * « - 5 - het gehele scherm zonder haperen over veelal aanwezige steundraadbedden heen en weer verplaatst worden. Onder normaal bedrijf zal het in de kruisgroef aangebrachte kruisende rechte lichaam vrijwel nooit kunnen losraken uit 5 de draadkiem, ook bij overbelasting. Niettemin kan, zoals reeds eerder gesteld, het kruisende rechte lichaam er uitschieten of de draadkiem zelf gaan verschuiven over de gespannen draad in het geval van volledig vastlopen, zonder dat er breuk1 optreedt.

10 Het kruisende vaste lichaam zal veelal eveneens een rechte draad zijn met cirkelvormige doorsnede'. Indien dit het geval is, is het van voordeel wanneer de kruisgroef voor de kruisdraad een bodem met cirkelvormige doorsnede heeft met een, een weinig vernauwde overgang naar de open 15 zijde van de groef, een en ander zodanig, dat een op te nemen kruisdraad met enige druk erin insnapbaar is.

Daarbij is het mogelijk door een juiste keuze van de diameter van de draad ten opzichte van die van de cirkelboogvormige kruisgroef, dat de kruisdraad tussen gemakkelijk 20 glijdend tot stevig vastgeklemd in de draadkiem opgesloten is.

De draadkiem voor de kruisverbinding volgens de uitvinding kan niet alleen als zelfstandige klem gebruikt worden, zoals boven beschreven. De klem kan ook als drager 25 dienst doen voor diverse hulpstukken. Daartoe is volgens een voorkeursuitvoeringsvorm in het lichaam van de draadkiem in het gebied van de middelste nok een achtersneden, bijvoorbeeld zwaluwstaartvormige, inkamering aangebracht, welke evenwijdig loopt aan de kruisgroef. Deze inkamering 30 kan, in het bijzonder bij toepassing van beweegbare schermen in de tuinbouw, gebruikt worden voor het erin bevestigen van een rechte, starre profielbalk als kruisend recht lichaam in plaats van de eerder genoemde rechte draad.

Ten einde de profielbalk eenvoudig van vorm te houden, 35 licht van gewicht en geschikt voor gelijktijdige vast- klemming van bijvoorbeeld schermmateriaal, kan de profielbalk bij voorkeur een gootvormige doorsnede hebben, van welke de beide einden zodanig binnenwaarts omgezet zijn, dat de kruisende profielbalk daarmee insnapbaar is in zowel 40 de achtersneden inkamering als in de kruisgroef van het 84 0 33 0 6 'I » - 6 - lichaam, zodat het lichaam van de draadkiem en de kruisende profielbalk loodrecht en vast of glijdend ingesnapt zijn ten opzichte van elkaar.

De bovengenoemde achtersneden inkamering voor opname 5 van hulpstukken kan er eveneens voor gebruikt worden om een uitstekende arm, voorzien van een met de achtersneden inkamering corresponderend insteekdeel, in deze inkamering in te steken en aldus aan de draadkiem vast te zetten. Bij toepassing van beweegbare schermen in de tuinbouw zijn deze 10 uitstekende armen of meenemers vaak gewenst om bij geopend scherm het zigzag gevouwen schermmateriaal bijeen te houden ten einde zo min mogelijk invallend licht weg te nemen. Indien daarentegen een voor licht doorlaatbaar scherm gebruikt wordt, bijvoorbeeld voor warmtelsolatie, is het 15 gewenst dat het gesloten scherm zo min mogelijk lichtinval wegneemt. Daarom is het van voordeel dat de uitstekende arm zich in de omgeving van het midden van de draadkiem bevindt, zodat het scherm gedeeltelijk doorgetrokken kan worden tot onder spantbalken, tegen welker zijkant de uit-20 stekende arm dan komt te rusten in de gesloten stand.

Aldus ligt ook het kruisende rechte lichaam onder de spantbalk, zodat de gehele inrichting nauwelijks enige lichtinval wegneemt. Dit vormt een belangrijke verbetering tegenover alle bekende inrichtingen.

25 Wederom bij toepassing van beweegbare schermen in de tuinbouw, worden veelvuldig zogenaamde opwaaidraden toegepast, welke een weinig hoger gelegen zijn dan de gespannen draden en evenwijdig ermee. Zij dienen eventueel opwaaien van het schermmateriaal, vooral in de gesloten positie, 30 zoveel mogelijk te beperken. De afstand bedraagt daarbij in het algemeen slechts enkele centimeters. De draadkiem volgens de uitvinding, voorzien van de bovengenoemde uitstekende arm, wordt voor een dergelijke uitvoering met opwaaidraden bij voorkeur daardoor gekenmerkt, dat in 35 het vrije einde van de uitstekende arm een opening met verende afsluiting is aangebracht voor opname van het oog van een op een opwaaidraad gemonteerde schuif, en dat aan het vrije einde van de uitstekende arm een door ruggen begrensde uitholling is aangebracht tegenover het verwij-40 derde einde van de opening, zodanig dat het oog van de 8403306 Μ » - 7 - schuif in 90° verdraaide stand in de opening inbrengbaar is, en dat in op de opwaaidraad gemonteerde bedrijfsstand de schuif met haar schuifdeel met speling in de uitholling past, doch door de ruggen tegen verder zijdelings kantelen 5 beveiligd is. De glijdend op de opwaaidraden gemonteerde schuiven zijn op zich bekend, doch een met speling opgesloten positionering van deze schuiven aan het einde van de uitstekende arm heeft het voordeel, dat de afstand tussen de opwaaidraden en de eronder gelegen gespannen 10 trekdraden steeds constant blijft, in het bijzonder op die plaats waar dit het meest noodzakelijk is, namelijk ter plaatse van de uitstekende armen, die het zigzag vouwen van het schermmateriaal controleren. Dank zij de verende afsluiting van de opening in het vrije einde van de uit-15 stekende arm, kan de opwaaidraad-schuif snel en gemakkelijk gemonteerd of gedemonteerd worden.

Uit het bovenstaande volgt, dat de draadkiem met uitstekende arm en opwaaidraad-schuif gemakkelijk gemonteerd en gedemonteerd kan worden. Dit is van belang omdat tot nu 20 toe het schermmateriaal ten minste eenmaal per jaar vervangen moet worden, omdat het door invloeden van het licht, van condensaat en vooral door het voortdurend openen en sluiten, bros wordt, breekt en slijt.

Het zal duidelijk zijn dat de draadkiem volgens de 25 uitvinding niet alleen toepasbaar is bij beweegbare schermen onder het dak van tuinbouwkassen, doch ook hellend en verticaal als front- en zijgevelschermen. Het zal voor de vakman duidelijk zijn, dat alle bekende schermmaterialen toepasbaar zijn bij gebruik met de draadkiem volgens de 30 uitvinding.

Onderstaand worden aan de hand van de bijgevoegde figuren een aantal voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding als voorbeeld nader toegelicht.

Fig. 1 en 2 tonen een draadkiem voor een kruisverbin-35 ding zoals toegepast bij beweegbare schermen in tuinbouwkassen volgens de stand van de techniek; fig. 3 toont een draadkiem volgens de uitvinding overeenkomstig die van de fig. 1 en 2, doch gezien tegen de onderzijde; 40 fig. 4 en-5 tonen nadere details van de draadkiem 840 33 0 6 '* 6 - 8 - volgens fig. 3; fig. 6 toont een schuif voor een opwaaidraad; fig. 7 toont een uitstekende arm, geschikt voor bevestiging op de draadkiem volgens fig. 3, 4 en 5; 5 fig. 8 toont de combinatie van de draadkiem met de uitstekende arm en de opwaaidraadschuif volgens de uitvinding; fig. 9 toont de draadkiem volgens fig. 3, waarbij voor het kruisende rechte lichaam de kruisdraad vervangen 10 is door een insnapbare profielbalk.

Ter vereenvoudiging van de navolgende beschrijving zal er veelvuldig sprake zijn van linker, rechter, boven, onder, voor, achter, enz., -zijde. Dit dient dan in samenhang met de afgebeelde positie van de diverse delen gele-15 zen te worden. Het zal echter duidelijk zijn dat de draadkiem, de uitstekende arm en ook de schuif in alle mogelijke posities en standen toepasbaar zijn en dat de bovengenoemde aanduidingen derhalve geen beperking inhouden. Voorzover in het onderstaande toepassing in tuinbouwkassen 20 beschreven wordt, is het veelal gebruikelijk dat de delen gebruikt worden in een positie zoals fig. 1, 2 en 8 aangeven, waarbij boven de gespannen trekdraad een evenwijdig daarmee gespannen opwaaidraad aanwezig is. Ook dit is echter geen beperking, omdat reeds bij de zijgevels verti-25 caal beweegbare schermen toegepast worden.

De bekende draadkiem volgens de fig. 1 en 2 bestaat in hoofdzaak uit een lichaam 1. Dit lichaam wordt met behulp van twee inkameringen 4 en 5 zodanig op de gespannen draad 2 gemonteerd, dat de draad. 2 over de middelste nok 30 tussen de inkameringen heengeleid is en onder de andere nokken doorloopt. Daarbij wordt de omleidingsbocht 21 in de gespannen draad gebracht, zodat de draadkiem ten gevolge van de eigen veerkracht van het draadmateriaal, doch vooral door de trekspanning in de draad 2, stevig vastgeklemd 35 wordt. De bekende draadkiem heeft scherpe randen als begrenzing van de inkameringen 4 en 5, zodat de gespannen draad aldaar gekerfd kan worden en bij eventueel gewelddadig verschuiven langs de draad, deze ernstig kan bescha-'digen en zelfs doorsnijden. Ook bij de montage op de ge-40 spannen draad kunnen de scherpe kanten reeds ongewenste 840 33 0 6 * f * - 9 - kerven in de draad veroorzaken. Tussen de middelste nok en de omleidingsbocht 21 wordt het kruisende rechte lichaam dat hier de vorm heeft van een kruisdraad 3, vastgeklemd.

De draadkiem 1 kan voorzien zijn van een uitstekende arm 5 10, welke aan één einde van het lichaam 1 van de draadkiem bevestigd is. Bij toepassing met beweegbare schermen in tuinbouwkassen, kan de uitstekende arm 10 gebruikt worden om bij het openen en opvouwen van het scherm 31 dit opvouwen gelijkmatig te doen plaatsvinden, ten einde de 10 levensduur van het schermmateriaal te verlengen en de vermindering van de lichtinval zoveel mogelijk te beperken door een zo compact mogelijke zigzag-opvouwing. Daarbij is het schermmateriaal bevestigd aan de kruisdraad 3 tussen de op afstand van elkaar gelegen evenwijdige trekdraden 2.

15 (In de beschrijving van alle figuren zijn de hoofdonderdelen genummerd t/m 12 en hun details door een erachter geplaatst cijfer: lees bijvoorbeeld: 10-4).

In de fig. 3, 4 en 5 is de draadkiem volgens de uitvinding afgebeeld. Met de bekende draadkiem volgens de 20 fig. 1 en 2 overeenkomende delen hebben overeenkomstige verwijzingscijfers gekregen. De draadkiem 1 wordt bevestigd op de gespannen draad 2. Hij is bestemd voor het vormen van een kruisverbinding met de kruisende draad 3.

De draadkiem 1 heeft aan de zijkant twee inkameringen 4 en 25 5, zodat de nokken 6, 7 en 8 gevormd worden. Het zijvlak % dat in hoofdzaak evenwijdig loopt met het vlak door de elkaar kruisende draden 2 en 3 en waarbij de beide einden van de draadkiem stroken met de gespannen draad 2, is enigszins convex met grote kromtestraal uitgevoerd. Bij 30 toepassing van de draadkiem in tuinbouwkassen vormt het convexe vlak 91 het ondervlak, zodat voor die toepassing de draadkiem in fig. 3 ondersteboven is weergegeven. De inkamering 4 is in de richting van de gespannen draad 2 korter dan de inkamering 5, zodat de omleidingsbocht 21 35 ter plaatse van de inkamering 4 scherper is dan bij de inkamering 5. Bij de montage dient derhalve eerst de inkamering 4 over de rechtdoor lopende gespannen draad 2 gebracht te worden, zodat met behulp van de hefboomwerking door de nabij elkaar gelegen nokken 6 en 7 het gemakkelijk 40 is, de gespannen draad 2 zover door te buigen, dat de draad 840 33 0 8 * * o - 10 - 2 over de nok 8 gesnapt kan worden. Aldus ontstaat de omleidingsbocht 21 in de gespannen draad 2.

In de fig. 4 en 5 213η nadere details van de draadkiem weergegeven. Voor de gespannen draad 2 zijn in de 5 beide eindnokken 6 en 8 langsgroeven 63 en 68 aangebracht met een breedte van ten minste de diameter van de draad 2 en een diepte van circa diens halve diameter. Ter vergemakkelijking van de montage zijn de naar binnen gerichte zijpunten 64 en 68 van de nokken 6 respectievelijk 8 af-10 geschuind. In tegenstelling tot de nokken 6 en 8 is het draagvlak 73 voor de gespannen draad 2 van de middelste nok 7 vlak. De bovenzijde in fig. 4 van de nok 7 strookt met het convexe vlak 91 van het lichaam 9. De in de nok 6 aangebrachte kruisgroef 61 heeft een halfcirkelvormige 15 doorsnede, welke aan de zijde van de opening een geringe vernauwing heeft en naar de 'open zijde toe zoekerflanken 62 heeft. De diameter en de vernauwing van de kruisgroef '61 dienen ten opzichte van.de diameter van de kruisdraad 3 zodanig gekozen te worden, dat de draad hetzij gemakkelijk 20 glijdend tot stevig ingeklemd opgenomen kan worden. Bovendien wordt de kruisdraad 3 door de gespannen draad 2 eveneens in de kruisgroef gedrukt.

Van de draadkiem volgens de uitvinding zal in veel gevallen niet alleen gevraagd worden dat hij de kruisver-25 binding tussen de draden 2 en 3 verzorgt, doch dat hij bovendien als drager kan fungeren voor hulpstukken. Daarvoor is, zoals fig. 5 toont, een zwaluwstaartvormige achtersneden inkamering 92 aangebracht, en bij voorkeur in het gebied van de nok 7, dat wil zeggen in het gebied 30 van het midden van de draadkiem. De inkamering 92 opent met de sleuf 93 naar de van het convexe oppervlak 91 afgekeerde zijde van de draadkiem.

Fig. 6 toont een hulpstuk dat bij toepassing van de draadkiem bij beweegbare schermen in tuinbouwkassen veel-35 vuldig benodigd wordt. Met 10 is een uitstekende arm aangeduid, welke met zijn T-vormig einde 102, 103 in de inkamering 92, 93 van de draadkiem klemmend ingebracht kan worden. Deze uitstekende arm functioneert dan overeenkomstig aan de uitstekende arm van de bekende draadkiem 40 afgebeeld in de fig. 1 en 2 om het zigzag opvouwen van het 840 33 o 6 » * - 11 - schermmateriaal 31 te controleren. Aangezien echter de dunne en lichte schennen in de tuinbouwkassen gemakkelijk door tocht of wind op kunnen waaien, zijn meestal op enige centimeters boven deze schermen zogenaamde opwaai-5 draden gespannen, en wel evenwijdig aan de gespannen draad 2, welke in die toepassing als trekdraad voor het openen, sluiten en dragen van de schermen dienst doet. Het is belangrijk om de onderlinge afstand tussen de trekdraad 2 en de opwaaidraad 116 (fig. 8) te handhaven. Voor die functie 10 kan met voordeel de uitstekende arm 10 eveneens gebruikt worden. Hij is daartoe aan zijn vrije einde voorzien van een langwerpige opening 104, welke afgesloten is door een verende borglip 105, welke de opening 104 op een geringe spleet 106 na afsluit. Het einde van de uitstekende arm 10 15 bevat, een uitholling 107, welke aan beide zijden begrensd is door nokken 108. Tussen het verwijderde einde van de opening 104 en de bodem van de uitholling 107 bevindt zich de dam 110. De in fig. 7 afgebeelde opwaaidraad-schuif 11 is op beweeglijke wijze monteerbaar op het einde van de 20 uitstekende arm. De schuif 11 omvat daartoe een cilindrisch deel 111 met een boring 112 met welke de schuif met speling over de opwaaidraad 116 aangebracht kan worden. Daartoe is de schuif 11 gespleten bij 113 en kan elastisch verend geopend worden voor plaatsing over de opwaaidraad 116. De 25 schuif 11 is verder voorzien van een dubbele beugel 114, welke een in de richting van de opwaaidraad 116 langwerpig oog 115 bevat. In fig. 8 is de beugel met uitstekende arm en schuif in gemonteerde toestand afgebeeld. Daarbij kan bijvoorbeeld eerst de schuif op de opwaaidraad 116 gemon-30 teerd worden. Vervolgens wordt de uitstekende arm 10 in horizontale positie gebracht, zodat het deel 109 door het oog 115 gebracht kan worden, waarbij de verende tong 105 tijdelijk ingedrukt wordt. Vervolgens wordt de uitstekende arm wederom gebracht in de in fig. 6 en 8 afgebeelde stand 35 ten opzichte van de schuif 11, zodat de schuif 11 de nodige bewegingsvrijheid behoudt ten opzichte van de uitstekende arm 10, doch beveiligd is tegen zijdelings kantelen.

Ten slotte wordt het T-vormige ondereinde 102, 103 van de uitstekende arm 10 in de inkamering 92, 93 van de draad-40 klem geschoven. Het spreekt voor de vakman vanzelf, dat 840 33 0 6 - 12 - andere montagevolgorden eveneens mogelijk zijn. De combinatie zoals afgebeeld in fig. 8 is in het bijzonder geschikt voor toepassing bij de beschreven beweegbare schermen in tuinbouwkassen. De uitstekende arm 10 bestuurt dan 5 het zigzag vouwen van het schermmateriaal met behulp van zijn brede platte zijde, waardoor slijtage van het schermmateriaal tot een minimum wordt beperkt.

In fig. 9 is een alternatieve uitvoering afgebeeld van de draadkiem volgens de uitvinding, toegepast bij een 10 kruisverbinding. De kruisdraad 3 is hier echter vervangen door een rechte profielbalk 12, welke de gespannen draad 2 kruist. De in fig. 9 afgebeelde profielbalk heeft een gootvormige doorsnede met een bodem 121, en twee opstaande zijkanten 122 en 124. Beide zijkanten zijn naar binnen toe 15 omgezet bij 123 respectievelijk 125. De lengte en afmetingen van de omgezette zijkant 122, 123 is aangepast aan het uiteinde van de nok 6 en de zoekerkant 62 van de opening van de kruisgroef 61. Opdat de naar binnen omgezette rand 123 van de profielbalk 12 voldoende plaatsruimte vindt 20 onder de gespannen draad 2 zijn de einden 94 (fig. 3) van het vlak 9 ter plaatse van de nok 6 teruggenomen (in fig.

3 lager gelegen dan het verlengde van het convexe oppervlak 91). Het andere omgezette einde 124, 125 van het gootvormig profiel 12 valt in de zwaluwstaartvormige 25 achtersneden inkamering 92, 93 van de draadkiem. Zoals fig. 9 toont, kan de uitstekende arm 10 naast de omgezette rand 124, 125 eveneens in de inkamering 92, 93 aangebracht worden. Voor diverse uitvoeringen van beweegbare schermen is toepassing van een profielbalk 12 inplaats van een 30 kruisdraad 3 aantrekkelijk in verband met bevestiging, overlapping in de gesloten stand en dergelijke. Het zal duidelijk zijn dat van de profielbalk 12 slechts de wezenlijke delen afgebeeld zijn, doch dat de balk van eventuele andere ribben en dergelijke kan zijn voorzien ten behoeve 35 van afdichting, bevestiging en dergelijke van bijvoorbeeld het schermmateriaal of om een aanslag of afdichting te vormen tegen spanten en dergelijke van bijvoorbeeld tuinbouwkassen. Ter voorkoming van misverstanden zij er nog op gewezen, dat in de fig. 8 en 9 een aanzicht afgebeeld is, 40 schuin omhoog kijkende, zoals gebruikelijk bij toepassing in tuinbouwkassen.

Claims (11)

1. Draadkiem voor een kruisverbinding, in het bijzonder voor bevestiging van beweegbare schermen aan trekdraden in tuinbouwkassen, waarbij de klem aan een gespannen, buigzame, stijve draad in hoofdzaak door wrijving stevig 5 bevestigd is en de draad een kruisend recht lichaam door zijn spanning opsluit aan de draadkiem, met een in langsrichting van de gespannen draad zich uitstrekkend lichaam met twee op afstand van elkaar loodrecht op de richting van de draad aangebrachte inkameringen, 10 een en ander zodanig, dat de gespannen draad door de ene inkamering heen en door de andere inkamering weer terug geleid is, zodat de gespannen draad een omleidingsbocht doorloopt, met het kenmerk, dat de inkameringen (4, 5) aan eenzelfde zijde van het 15 lichaam (9) zijn gelegen, zodat drie nokken (6, 7, 8) gevormd zijn, en dat in een nok (6) tussen het einde van de draadkiem en de nabij gelegen inkamering (4), in het lichaam (9) aan de zijde van de gespannen draad (2) een in hoofdzaak lood-20 recht erop staande groef (61, 62) '(kruisgroef) is aangebracht voor het kruisende rechte lichaam (3; 12).

2. Draadkiem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ene inkamering (4) een axiale uitgestrektheid heeft welke belangrijk geringer is dan die 25 van de andere inkamering (5), doch ten minste circa 1,5 maal de diameter van de gespannen draad (2) bedraagt.

3. Draadkiem volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de korte inkamering (4) aan de zijde van de nok (6) met de kruisgroef (61, 62) is gelegen.

4. Draadkiem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in elk van de beide eindnokken (6, 8) aan de zijde van de gespannen draad (2), tegen het lichaam (9) aan, een langsgroef (63, 83) ten minste ter breedte van de diameter 35 van de gespannen draad (2) ingelaten is, dat de langsgroef (63, 83) een diepte heeft van circa de halve diameter van de gespannen draad (2), en dat het draagvlak (73) voor de gespannen draad (2) op de 8403306 r ,- * - 14 - middelste nok (7) vlak is.

5. Draadkiem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de einden van de nokken (6, 8) zodanig afgeschuind zijn, dat zij 5 zoek- of inloopkanten (63 , 83) vormen voor het in de om-leidingsbocht (21) geleiden van de gespannen draad (2) hij de montage van de draadkiem op die gespannen draad.

6. Draadkiem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het opper- 10 vlak van de middelste nok (91) aan de tegenover de gespannen draad (2) gelegen zijde en het aansluitende vlak (91) van het lichaam (9) van de klem een convex cilindrisch oppervlak hebben met grote kromtestraal, en/of dat de einden van dit oppervlak stroken met de vrije zijde van de 15 in de langsgroeven gelegen gespannen draad, ten einde een schaatsvormig geleidingsvlak te vormen bij verplaatsing van de draadkiem over andere lichamen, zoals dwarsdraden of dwarsbalken.

7. Draadkiem volgens één of meer van de voorgaande 20 conclusies, waarbij het kruisende vaste lichaam een rechte draad is, met het kenmerk, dat de kruis-groef (61, 62) voor de kruisdraad een bodem (61) met cirkelboogvormige doorsnede heeft met een, een weinig vernauwde overgang naar de open zijde (62) van de gfoef, 25 een en ander zodanig dat een op te nemen kruisdraad (3) met enige druk erin insnapbaar is.

8. Draadkiem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat in het lichaam (9) in het gebied van de middelste nok (7) een 30 achtersneden, bijvoorbeeld zwaluwstaartvormige, inkame-ring (92, 93) is aangebracht, welke evenwijdig loopt aan de kruisgroef (61, 62).

9. Draadkiem volgens één of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het 35 kruisende rechte lichaam de vorm heeft van een profiel-balk (12) met gootvormige doorsnede (121, 122, 124), van welke de beide einden (123, 125) zodanig binnenwaarts omgezet zijn, dat de kruisende profielbalk daarmee insnapbaar is in de achtersneden inkamering (92, 93) en de 40 kruisgroef (61, 62) van het lichaam, zodat het lichaam (9) 840 33 0 6 Ψ s ·» - 15 - en de kruisende profielbalk (12) loodrecht en vast of glijdend ingesnapt aan elkaar bevestigd zijn.

10. Draadkiem volgens één of meer van de conclusies 1-8, met het kenmerk, dat een uitstekende 5 arm (10), voorzien van een met de achtersneden inkamering corresponderend insteekdeel (102, 103) in deze inkamering (92, 93) insteekbaar en aldus aan de draadkiem vast be-vestigbaar is.

11. Draadkiem volgens conclusie 10 en bestemd voor 10 gebruik met beweegbare schermen, gelegen tussen gespannen trekdraden en hoger gelegen evenwijdige opwaaidraden, met het kenmerk, dat in het vrije einde van de uitstekende arm een opening (104) met verende afsluiting (105, 106) is aangebracht 15 voor opname van het oog (115) van een op een opwaaidraad gemonteerde schuif (11), en dat aan het vrije einde van de uitstekende arm (10) een door ruggen (108) begrensde uitholling (107) is aangebracht tegenover het verwijderde einde van de opening (104), 20 zodanig dat het oog (115) van de schuif (11) in 90° verdraaide stand in de opening (104) inbrengbaar is, en dat in op de opwaaidraad (116) gemonteerde bedrijfsstand (fig. 8) de schuif (11) met haar schuifdeel (111) met speling in de uitholling (107) past, doch door de ruggen 25 (108) tegen verder zijdelings kantelen beveiligd is. 8403306