NL8403009A

NL8403009A - Pijpklem.

Info

Publication number: NL8403009A
Application number: NL8403009A
Authority: NL
Original assignee: Odonnell & Ass
Priority date: 1983-10-04
Filing date: 1984-10-03
Publication date: 1985-05-01
Also published as: CA1248156A; GB8424991D0; GB2147677B; ES292574Y; FR2552853A1; SE458710B; ES536429A0; JPS6078196A; CH663832A5; US4572548A; FR2552853B1; IN161502B; IT1178017B; GB2147677A; SE8404951L; ES292574U; KR850003780A; DE3436446A1; FI843892L; SE8404951D0

Description

Λ

Pijpklem.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een nieuwe pijpklem, omvattende een eerste paar ringen die axiaal tegenover elkaar liggen, waarbij de binnenmiddellijn van elke ring aan het buitenvlak kleiner is dan de binnenmiddellijn van elke ring 5 aan het binnenvlak, waarbij elke ring van het eerste paar ringen bestaat uit tenminste twee omtreksdelen, middelen die een beweging in langsrichting van tegenover elkaar liggende omtreksdelen buitenwaarts van elkaar af verhinderen, tenminste éën tweede ring die bestaat uit tenminste twee met elkaar verbonden omtreksdelen die 10 het eerste paar ringen aan de buitenzijde omgeven en die een radiale buitenwaartse beweging van het eerste paar ringen verhinderen.

In pijpleidingstelsels, die onderhevig zijn aan span-ningscorrosie, kunnen scheuren in omtreksrichting ontstaan. Deze scheuren ontstaan in het algemeen in de door warmte beïnvloede zones, 15 waarin pijpen aan elkaar zijn gelast en strekken zich niet alleen in omtreksrichting van de pijp uit, maar ook door de dikte van de pijpwand. De pijpen verliezen zodoende hun sterkte en zullen van elkaar losgaan, hetgeen leidt tot lekkage van het zich daarin bevindende medium.

20 Pijpen met opgespoorde scheuren zijn wel gerepareerd door een gelaste bekleding. Wanneer echter in de pijpen eenmaal scheuren zijn ontstaan, kunnen zij ook in de toegevoegde gelaste bekleding ontstaan. Om deze reden zijn gelaste bekledingen geen succes geweest voor het uitsluiten van de gevaren van scheuren in 25 omtreksrichting, die in pijpleidingstelsels ontstaan.

Gevonden is een nieuwe pijpklem, die de einden van pijpen of pijpfittingen werkzaam bij elkaar zal houden, zelfs als de bovengenoemde scheuren zich over de gehele omtrek van de pijpen of pijpfittingen en/of door de wanden daarvan uitstrekken. De 30 nieuwe pijpklem zal ter plaatse van de las ook drukspanningen in axiale en omtreksrichting opwekken, waardoor de groeisnelheid van 8403009 - 2 - de scheuren wordt verminderd.

De nieuwe pijpklem omvat een eerste paar ringen die axiaal tegenover elkaar liggen, waarbij de binnenmiddellijn van elke ring aan het buitenvlak kleiner is dan de binnenmiddellijn van 5 elke ring aan het binnenvlak, waarbij elke ring van het eerste paar ringen bestaat uit tenminste twee omtreksdelen, middelen die een beweging in langsrichting van tegenover elkaar liggende omtreksdelen buitenwaarts van elkaar af verhinderen, tenminste één tweede ring die bestaat uit. tenminste twee met elkaar verbonden omtreks-10 · delen, die het eerste paar ringen aan de buitenzijde omgeven en die een radiale buitenwaartse beweging van het eerste paar ringen verhinderen.

De nieuwe in de beschrijving en de conclusies beschreven pijpklem kan beter worden toegelicht aan de hand van de bij-15 gaande tekening.

Fig. 1 is een perspectivisch aanzicht van de nieuwe pijpklem, die is gemonteerd op een pijp die reeds is voorzien van een gelaste bekleding.

Fig. 2 is een doorsnede volgens de lijn II-II in fig. 1. 20 Fig. 3 komt overeen met fig. 2, maar dan bij een pijp- leidingstelsel, dat niet is voorzien van een gelaste bekleding, maar waarbij een gewijzigde uitvoeringsvorm van de nieuwe pijpklem volgens de figuren 1 en 2 is toegepast.

In de figuren 1 en 2 zijn tegen elkaar aanliggende 25 pijpen, die aan elkaar zijn gelast door een omtrekslasnaad 6, aangeduid met de verwijzingscijfers2 en 4. In de pijp 4 is reeds een scheur 8 in omtreksrichting ontstaan en op de lasnaad 6 is in om-treksrichting een gelaste bekleding 10 aangebracht, om het uitééngaan van de pijpen 2 en 4 te verhinderen.

30 De figuren 1 en 2 tonen de nieuwe pijpklem volgens de uitvinding op zijn plaats in de beschreven situatie, welke pijpklem de einden van de pijpen 2 en 4 werkzaam bij elkaar zal houden en de stand van de pijpeinden ten opzichte van elkaar zal stabiliseren, waarbij reeds een gelaste bekleding is toegepast. Een eerste 8403009 -3 - F * paar ringen 12 en 14 heeft aan het buitenvlak 16 respectievelijk 18 een binnenmiddellijn, die kleiner is dan de binnenmiddellijk van elke ring aan het binnenvlak 20 respectievelijk 22. Elke ring van het eerste paar ringen bestaat uit tenminste twee omtreksdelen. Dit 5 blijkt uit fig. 1, waarin omtreksdelen 24, 26 en 28 van de ring 12 zijn getekend. De ring 14 en de overblijvende gedeeltaivan de ringen 12 en 14 bestaan eveneens uit omtreksdelen. De ringen 12 en 14 zijn voorzien van geschikte middelen, om een beweging in langs-richting van tegenover elkaar liggende omtreksdelen buitenwaarts 10 van elkaar af te verhinderen. Dit kan bijvoorbeeld worden gedaan door de middelen te gebruiken, die in de figuren 1 en 2 zijn getekend. Zo kunnen tegenover elkaar liggende omtreksdelen van de ringen 12 en 14 zijn voorzien van op één lijn liggende openingen 30 en 32, waardoor een bout 34 steekt, die aan beide einden is 15 voorzien van schroefdraad, waarop een borgring 36 is aangebracht en een moer 38 is geschroefd. Teneinde een radiale buitenwaartse beweging van het eerste paar ringen 12 en 14 te verhinderen, is tenminste één tweede ring 40 aangebracht, die bestaat uit tenminste twee omtreksdelen 42 en 44, die op geschikte wijze met elkaar zijn 20 verbonden. Dit kan bijvoorbeeld worden gedaan, door de middelen te gebruiken die in. fig. 1 zijn getekend, waarbij de tweede ring 40 is voorzien van tenminste één paar spiesleuven 46, waarin een dubbele borgspie 48 past.

Fig. 3 toont een uitvoeringsvorm van de nieuwe pijp-25 klem volgens de uitvinding, die geschikt kan worden gebruikt in een pijpleidingstelsel, dat niet is voorzien van een gelaste bekleding.

De uitvoeringsvorm volgens fig. 3 is identiek aan die volgens de figuren 1 en 2, behalve dat zij is voorzien van tenminste éénderde ring 50, die bestaat uit tenminste twee omtreksdelen, soortgelijk 30 aan de eerste twee paren ringen en die een buitenoppervlak 52 heeft, waarvan de vorm overeenkomt met die van de binnenoppervlakken 54 van het eerste paar ringen. De binnenoppervlakken van de derde ring passen op de buitenoppervlakken van de pijpen 2 en 4. Bij voorkeur zijn geschikte middelen aangebracht om een zijdelingse beweging 8403009 J5* - 4 - van de nieuwe pijpklem op de pijpen te verhinderen. Dit kan bijvoorbeeld worden gedaan door de middelen te gebruiken, die in fig. 3 zijn getekend. Zo kan de derde ring 50 zijn voorzien van omtreks-groeven 56, die liggen tegenover omtreksgroeven 58 in de pijpen 5 2 en 4 en waarin gebogen stangen 60 kunnen worden opgenomen. Der gelijke middelen verhinderen op doelmatige wijze een beweging in langsrichting van de derde ring 50. op de pijpen 2 en 4.

Vanzelfsprekend kunnen in de bovenbeschreven uitvoeriigs -vormen van de pijpklem volgens de uitvinding vele wijzigingen en 10 veranderingen worden aangebracht, zonder buiten de geest en de omvang. van de uitvinding te gaan en daarom gelden slechts die beperkingen, die in de bijgaande conclusies zijn aangegeven.

8403009

Claims

1. Nieuwe pijpklem, gekenmerkt door een eerste paar ringen die axiaal tegenover elkaar liggen, waarbij de binnenmiddel-lijn van elke ring aan het buitenvlak kleiner is dan de binnen-middellijn van elke ring aan het binnenvlak en waarbij elke ring 5 van het eerste paar ringen bestaat uit tenminste twee omtreksdelen, door middelen die een beweging van tegenover elkaar liggende omtreksdelen buitenwaarts van elkaar af verhinderen en doordat tenminste één tweede ring hestaat uit tenminste twee met elkaar verbonden omtreksdelen, die het eerste paar ringen aan de buitenzijde 10 omgeven en die een radiale buitenwaartse beweging van het eerste paar ringen verhinderen.

2. Nieuwe pijpklem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het eerste paar ringen is voorzien van tenminste één paar axiaal tegenover elkaar liggende openingen, dat een bout in het 15 paar openingen is gemonteerd en dat op elk einde van de bout middelen zijn aangebracht, die een buitenwaartse beweging van de omtreksdelen in buitenwaartse richting van elkaar af verhinderen.

3. Nieuwe pijpklem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de pijpklem bovendien is voorzien van tenminste één ring, die 20 bestaat uit tenminste twee omtreksdelen, die een buitenoppervlak hebben, waarvan de vorm overeenkomt met die van het binnenopper-vlak van het eerste paar ringen. '

4. Nieuwe pijpklem volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de laatstgenoemde ring een binnenoppervlak heeft, waarvan de 25 vorm overeenkomt met het buitenoppervlak van een pijp, die daarin past.

5. Nieuwe pijpklem volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de laatsgenoemde ring is voorzien van middelen die een beweging in langsrichting van de laatstgenoemde ring op de pijp verhinderen.

6. Nieuwe pijpklem volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de laatsgenoemde ring is voorzien van omtreksgroeven, - die liggen tegenover omtreksgroéven in het buitenoppervlak van de pijp en waarin gebogen stangen kunnen worden opgenomen, om een be- 8403 0.0 0 - 6 - ^ v j weging in langsrichting van de laatsgenoemde ring op de pijp te verhinderen.

7. Nieuwe pijpklem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tweede ring bestaat uit twee omtreksdelen. 8403009 φ/;0 0 /