NL8402179A - Werkwijze en inrichting voor het verzamelen van continu, in het bijzonder in een schubformatie, aankomende voortbrengsels, in het bijzonder drukprodukten. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het verzamelen van continu, in het bijzonder in een schubformatie, aankomende voortbrengsels, in het bijzonder drukprodukten. Download PDF

Info

Publication number
NL8402179A
NL8402179A NL8402179A NL8402179A NL8402179A NL 8402179 A NL8402179 A NL 8402179A NL 8402179 A NL8402179 A NL 8402179A NL 8402179 A NL8402179 A NL 8402179A NL 8402179 A NL8402179 A NL 8402179A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
formation
section
products
winding
articles
Prior art date
Application number
NL8402179A
Other languages
English (en)
Other versions
NL188086C (nl
NL188086B (nl
Original Assignee
Ferag Ag
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ferag Ag filed Critical Ferag Ag
Publication of NL8402179A publication Critical patent/NL8402179A/nl
Publication of NL188086B publication Critical patent/NL188086B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL188086C publication Critical patent/NL188086C/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H29/00Delivering or advancing articles from machines; Advancing articles to or into piles
    • B65H29/006Winding articles into rolls
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H2301/00Handling processes for sheets or webs
    • B65H2301/40Type of handling process
    • B65H2301/41Winding, unwinding
    • B65H2301/419Winding, unwinding from or to storage, i.e. the storage integrating winding or unwinding means
    • B65H2301/4192Winding, unwinding from or to storage, i.e. the storage integrating winding or unwinding means for handling articles of limited length in shingled formation
    • B65H2301/41922Winding, unwinding from or to storage, i.e. the storage integrating winding or unwinding means for handling articles of limited length in shingled formation and wound together with single belt like members
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H2701/00Handled material; Storage means
    • B65H2701/10Handled articles or webs
    • B65H2701/19Specific article or web
    • B65H2701/1932Signatures, folded printed matter, newspapers or parts thereof and books

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Discharge By Other Means (AREA)
  • Replacement Of Web Rolls (AREA)
  • Folding Of Thin Sheet-Like Materials, Special Discharging Devices, And Others (AREA)

Description

\ è. . '* VO 6411
Titel: Werkwijze en inrichting voor het verzamelen van continu, in het bijzonder in een schubformatie, aankomende voortbrengsels, in het bijzonder drukprodukten.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het verzamelen van continu, in het bijzonder in een schubstroomi aankomende vlakke voortbrengsels, in het bijzonder drukprodukten, waarbij de voortbrengsels van een eerste deel van de aankomende formatie en de voortbrengselen van een 5 op het eerste deel volgend,tweede deel van de aankomende formatie na een vorig opwikkelen van voortbrengselen van de eerste deelformatie tot een tussenwikkel gelijktijdig met elkaar op een wikkelplaate tot een verzamel-wikkel opgewikkeld worden.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een inrichting voor het 10 verzamelen van door een toevoerinrichting continu, in het bijzonder in een schubstroom, toegevoerde vlakke voortbrengsels, in het bijzonder drukprodukten, met een in een eerste wikkelstation aan gebrachte, aan-drijfbare, eerste wikkelkem ter vorming van een verzamelwikkel, een in een tweede wikkelstation aangebrachte, in tegengestelde richtingen 15 aandrijfbare tweede wikkelkem ter vorming van een tussenwikkel en een toevoerinrichting voor de toevoer van de voortbrengsels van een gelijktijdig met de voortbrengsels van de op dit eerste deel volgende, tweede deel van de aankomende formatie naar het eerste wikkelstation en voor het toevoeren van voortbrengsels van het eerste deel van de aankomende 20 formatie naar het tweede wikkelstation-
Uit het Britse octrooischrift 2.111.028 is een werkwijze, respectievelijk een inrichting van dit type bekend, welke het vormen van een hoofd- of verzamelwikkel mogelijk maakt, waarvan de wikkellagen door twee boven elkaar liggende formaties gevormd zijn. Bij het lossen van 25 deze verzamelwikkel worden beide formaties met elkaar afgewikkeld en de ene formatie direkt weggevoerd, terwijl de andere formatie eerst tot een tussenwikkel opgewikkeld en dan in aansluiting aan de eerste formatie weggevoerd wordt. (3rits octrooischrift 2.112.758). Zowel bij het vormen als bij het lossen van de verzamelwikkel wordt een bepaalde, tijd voor 30 het veranderen van de draairichting van de tussenwikkel bij het omschakelen van opwikkelen op af wikkelen en omgekeerd benodigd. Dit is een 8402179 - 2. - , > reden, dat het bij zonder ruimte toegevoerde voortbrengsels niet zonder meer mogelijk is, met één tussenwikkel en één verzamelwikkel· alle aankomende voortbrengsels zodanig te verwerken, dat de met elkaar opgewikkelde formaties bij het lossen van de verzamelwikkel weer de vorming 5 van een formatie zonder tussenruimten mogelijk maken.
Aan de uitvinding ligt het probleem ten grondslag, een werkwijze, respectievelijk een inrichting van het hierboven bedoelde type te verschaffen, welke het op zo goedkoop mogelijke wijze toestaat, ook bij aankomst van voortbrengsels zonder tussenruimten, uit al deze voortbreng-10 seis een verzamelwikkel te vormen, waarin de met elkaar opgewikkelde formaties de voor een juist later afwikkelen noodzakelijke lengte en onderlinge stand hebben.
Dit wordt, volgens de uitvinding verkregen, doordat een aanvangs = sectie en een eindsectie van de eerste deelformatie van een tussen aan-15 vangs- en eindsectie liggende middensectie gescheiden worden en alleen de voortbrengsels van deze middensectie tot een tussenwikkel gewikkeld worden en dat dé aanvangs- en eindsecties voor het gemeenschappelijk opwikkelen van de beide deelformatieSctot de verzamelwikkel weer voor en achter aan de van de tussenwikkel afgewikkelde middensectie gevoegd 20 worden.
De inrichting voor het toepassen van de uitvinding is gekenmerkt door middelen voor het verdelen van het eerste deel van de aankomende formatie in een aanvangs- en eindsectie, alsmede een tussen deze laatste liggende middensectie en het toevoeren van de middensectie naar het 25 tweede wikkelstation, alsmede voor het voegen van de aanvangs- en eindsecties voor en achter de van de tussenwikkel gewikkelde middensectie voor het wikkelen op de eerste wikkelkem.
De aanvang en het einde van de voort gaande deelformaties worden .
aldus eerst van het middendeel gescheiden, .dat tot een tussenwikkel wordt 30 opgewikkeld en dan direkt vd<5r, respectievelijk in aansluiting aan het van de tussenwikkel afgewikkelde middendeel naar de verzamel- of hoofdwikkel gevoerd. Op deze wijze kan zelfs bij zonder tussenruimte aankomende voortbrengsels ook met slechts één tussenwikkel en slechts één verzamelwikkel de voor een veranderen van de draairichting van de tussen-35 wikkel noodzakelijke tijd gewonnen worden. Bovendien is het mogelijk, 8402179 ^ i - 3 - de voortgaande deelformatie langer uit te voeren dan de andere, direkt naar de verzamelwikkel toegevoerde deelformatie en deze laatste voor het gemeenschappelijk opwikkelen op de verzamelwikkel zodanig met de voortgaande deelformatie samen te brengen, dat deze aan beide einden uitsteekt.
5 Dit aan beide zijden uitsteken van de in de aankomende formatie voort-gaande deelformatie vormt een voorwaarde, dat bij het later afwikkelen voldoende tijd voor het omschakelen van de draairichting van de tussen-wikkel ter beschikking staat en dus wederom een formatie zonder tussenruimten gevormd kan worden.
10 Verdere uitvoeringsvormen en voordelen van de uitvinding 2ullen nog nader worden toegelicht.
De uitvinding wordt aan de hand van de tekening nader besproken. Daarin tonen schematisch en in zij-aanzicht; fig. 1 tot 6 een installatie voor het verzamelen van in een schub-15 formatie aankomende drukprodukten in de vorm van een verzamelwikkel in verschillende stadia van de wikkelvorming, fig. 7 de onderverdeling van de aankomende schubformatie in verschillende deelfozmaties en secties, en fig. 8 een uitslag van de verzamelwikkel.
20 In het hiernavolgende wordt met verwijzing naar fig. 1 de ophouw van de installatie voor het vormen van een verzamelwikkel nauwkeuriger beschreven. In de figuren 2 tot 6, welke met de uitvoeringsvorm van de installatie volgens fig. 1 overeenstemmen, zijn slechts nog de belangrijkste delen van een verwijzingscijfer voorzien.
25 De in de figuren getoonde installatie heeft twee wikkelstations of -plaatsen 1 en 2, welke via een toevoerinrichting 3 met een aanvoer-inrichting 4, welke de op te wikkelen drukprodukten 5 in een schubformatie S (fig. 7) aanvoert, in verbinding staan. In het wikkelstation 1 bevindt zich een opwikkel- en verzameleenheid 6, waarvan de opbouw en 30 de werking in het Britse octrooischrift 2.107.681 nader beschreven is.
Deze afwikkel- en verzameleenheid 6 heeft een beweegbaar frame 7 in de vorm van een lagerstoel. In het frame 7 is draaibaar een wikkelkem 8 gelagerd, welke op niet nader weergegeven wijze in de richting van de pijl A aandrijfbaar is. In het frame 7 is voorts een voorraadrol 8 met 35 een wikkelband 10 gelagerd. Deze wikkelband 10, welke uit trekvast 8402179 - 4- i s materiaal bestaat, is aan zijn ene einde vast met de wikkelkern 8 verbonden. Bij het-'.draaien van de wikkelkern 8 wordt deze wikkelband 10 van de voorraadrol 9 afgetrokken en door niet nader weergegeven middelen onder trekspanning gezet. Bij bet andere wikkelstation 2 bevindt zich 5 een tweede wikkelkern 11, welke draaibaar gelagerd is en op eveneens niet weergegeven wijze in de richting van de pijl B of in de richting van de pijl C aangedreven kan worden. Met deze wikkelkern 11 is het ene einde van. een wikkelband 12 uit trekvast materiaal verbonden,· welke bij het draaien van de wikkelkern 11 van een voorraadrol 9 afgewikkeld, 10 respectievelijk op deze laatste gewikkeld wordt. Er zijn niet nader weergegeven middelen aanwezig, om de wikkelband 12 bij het wikkelen op de wikkelkern 11 onder trekspanning te zetten.
De toevoerinrichting 4 is als transporteur 14 van bekende constructie uitgevoerd, waarvan de opbouw in het..Amerikaanse octrooischrift 15 3.955.667 nader toegelicht is. Deze transporteur 14 heeft in de transport- richting D gezien achter elkaar aangebrachte grijpers 15, welke afzonderlijk uitschakelbaar zijn. en de drukprodukten 5 aan hun voorlopende kant aanvatten. Voor het openen van de grijpers zijn in de transportrichting D gezien, achter elkaar en op enige afstand twee uitschakelinrichtingen 20 16 en 17 aangebracht.
De op de toevoerinrichting 4 aansluitende aanvoerinrichting 3 heeft een door 18 aangeduide hoofdtak, alsmede een zijtak 19. Een deel van de door de aanvoerinrichting 4 toegevoerde drukprodukten 5 wordt op nog nader te beschrijven wijze via de hoofdtak 18 hetzij naar het 25 eerste wikkelstation 1 of het tweede wikkelstation 2 gevoerd. Een deel van de door de transporteur 14 toegevoerde drukprodukten 5 wordt op eveneens nog te beschrijven wijze via de zijtak 19 gevoerd, welke in de hoofdtak 18 uitmondt. In. de hoofdtak 18 is een eerste bandtransporteur 20 aangebracht, welke zich onder de transporteur 14 bevindt. Op deze eerste 30 bandtransparteur...20.isluiten.andere bandtransporteurs 21, 22 en 23 aan.
Op de bandtransporteur 23 volgt een in hoofdzaak vertikaal verlopend transporttraject,-dat voor het grootste deel door twee tegenover elkaar liggende en daartussen een transportspleet vormende bandtransporteurs 24 en 25 bepaald wordt. Op deze bandtransporteurs 24, 25 sluit een niet 35 nader weergegeven wissel 26 aan, waarbij de hoofdtak 18 in twee naar 84 0 2 1 7 9 é # - 5 - opzij toe verlopende transportwegen 27 en 28 verdeeld wordt. In de trans-portweg 27 is een bandtransporteur 29 aangebracht, waarop een andere, als wip uitgevoerde bandtransporteur 30 aansluit. Deze laatste is aan -zijn naar de bandtransporteur 29 toegeke er de... èihde om een haaks op het 5 vlak van tekening staande as zwenkbaar gelagerd. Onder de wip 30 is een andere wip 31 aangebracht, welke eveneens als bandtransporteur uitgeveerd en onder de wikkelkern 8 aangebracht is en zich tot deze uitstrekt. De wip 31 is aan zijn einde 31a eveneens om een as zwenkbaar gelagerd, welke haaks op het vlak van-tekening staat.
10 In de andere transportweg 28 is een op de wissel 26 aansluitende bandtransporteur 32 aangebracht, welke aan zijn naar de wissel 26 toegekeerde einde eveneens om een haaks op het vlak van tekening staande as zwenkbaar gelagerd is. Op de bandtransporteur 32 sluit een als wip uitgevoerde bandtransporteur 32 aan, welke onder de wikkelkern 11 is aan-15 gebracht en zich tot deze uitstrekt. De wip 33 is aan zijn door 33a aangeduide einde om een as zwenkbaar, welke haaks op het vlak van tekening staat. De wip 33 staat via een bandtransporteur 34 mét de naar de wikkelkern 8 leidende wip 31 in verbinding.
Onder de bandtransporteur 20 is een bandtransporteur 35 aangebracht, 20 welke bij een zijtak 19 behoort- Op deze bandtransporteur 35 sluit een als wip uitgevoerde andere bandtransporteur 36 aan, welke aan zijn einde 26a om een haaks op het vlak van tekening staande as zwenkbaar is. De beide bandtransporteurs 35 en 36 zijn in de richting van de pijl F of in de richting van de pijl F' aandrijfbaar. Onder deze beide bandtrans-25 porteurs 35 en 36 bevindt zich een bandtransporteur 37 met transport- richting G. Deze laatste staat via een bandtraasporteur 38 met de band-transporteur 23 van de hoofdtak 18 in verbinding. Aan de tegenover de bandtransporteur 38 liggende zijde sluit de bandtransporteur 37 aan op de uitlaat van een keerinrichting 39, waarvan de inloop op de band-30 transporteur 36 aansluitbaar is. De keerinrichting 39 heeft een keer-trommel 40, welke om zijn haaks op het vlak van tekening staande as 40a in de richting van de pijl H draaibaar is. Deze keertrommel 40 wordt door tenminste een aandrijfband 41 of niet nader weergegeven wijze aangedreven. Over een gedeelte van de omtrek van keertrommel 40 verloopt het 35 ene part van een eindloze steunband 42, welke via keerrollen geleid is en in de richting van de pijl X- op niet nader weergegeven wijze omlopend 8402179 f * - 6 - aangedreven wordt. Tussen de keertrommel 40, respectievelijk de aandrijf-band 41 en het genoemde part van de steunband 42 wordt een transport-spleet gevormde
Zoals reeds vermeld en uit het onderste gedeelte in figuur 7 zicht-5 baar brengt de transporteur 14 de op te wikkelen drukprodukten 5 in een schubformatie S, waarin steeds elk drukprodukt 5 het daarvoor lopende drukprodukt overlapt.. Dit betekent, dat in de aankomende schubformatie S de voorlopende kant 5a, welke in de regel de vouwkant van het drukprodukt is, boven ligt, terwijl de nalopende kant 5b door het steeds volgende 10 drukprodukt 5 bedekt is. De in de door de transporteur 14 toegevoerde schubstroom S bovenliggende zijde van de drukprodukten 5 is met 5c aangeduid.. Het bovenste gedeelte in fig. 7, waarin de aankomende schubformatie S slecht schematisch is weergegeven, dient ertoe, de op nog te beschrijven wijze plaatsvindende onderverdeling van de toegevoerde schub-15 formatie S' te verduidelijken. Zoals uit de tekening blijkt, wordt de schubformatie S steeds in een eerste, vooruitlopende deelformatie 45, respectievelijk 145 en in een daaropaansluitende, tweede deelformatie 46 onderverdeeld. De eerste deelformatie 45 wordt dan nog in een aanvangssectie 45a (gestippeld weergegeven), een middensectie 45b (door streep-20 puntlijnen weergegeven) en een eindsectie 45o (wederom gestippeld weergegeven) onderverdeeld. Elk van deze deelformaties en secties 45a, 45b, 45c en 46 bestaat uit een min of meer groot aantal schubvormig over elkaar heen liggende drukprodukten 5. De eerste deelformatie 45 is langer dan de tweede deelformatie 46. De aanvangs- en eindsectie 45a, respec-25 tievelijk 45c is aanzienlijk korter dan de middensectie 45b. In het hiernavolgende wordt nu het verloop van het opwikkelen van de aankomende drukprodukten 5 tot een verzamelwikkel nader besproken.
Aan het begin bevindt de bandtransporteur 36 zich in zijn bovenste, door getrokken lijnen weergegeven stand en wordt evenals de aansluitende 30 bandtransporteur 35 in de richting van de pijl F' aangedreven. De uit-schakelinrichting 16 is ingeschakeld en bewerkstelligt het openen van die grijpers 15, welke de drukprodukten 5 van de aanvangssectie 45a aanvoeren. De aanvangssectie 45a wordt dus op de bandtransporteur 36 afgelegd en op de bandtransporteur 35 gevoerd. De bandtransporteurs. 35 35 en 36 worden na het afleggen van de aanvangssecties 45a stilgezet.
8402179
Jr * - 7 -
Zodra het laatste drukprodukt 5 van de aanvangssectie 45 a is af gegeven,· wórdt de uitschakelinrichting 16 in werking gesteld en de daaropvolgende grijper! 15, welke nu de drukprodukten 5 van de middelste sectie 45b aanvoeren, lopen zonder geopend te worden langs de uitschakelinrichting 16 5 en naar de ingeschakelde uitschakelinrichting 17. De door het openen van de grijpers 15 door deze uitschakelinrichting 17 vrijgegeven drukprodukten 5 van de middelste sectie 45b worden op de bandtransporteur 20 van de hoofdtak 18 afgelegd en worden via deze hoofdtak in de richting van de pijl E naar de wissel 26 getransporteerd. Pig. 1 toont dit stadium 10 van het opwikkelproces. De drukprodukten 5 hebben binnen de via de hoofdtak 18 naar de wissel 26 gevoerde sectie 45b dezelfde stand als in de aankomende schubstroom S. In fig. la is de onderlinge stand van de drukprodukten 5 in de op de bandtransporteur 35 afgelegde aanvangssectie 45a getekend.
15 De wissel 26 is zodanig gesteld, dat de middelste sectie 45b naar de transportweg 28 geleid, dat wil zeggen via de bandtransporteurs 32 en 33 naar de wikkelkem 11 gevoerd wordt. Deze laatste wordt in de richting van de pijl B aangedreven, zodat..de middelste sectie 45b tezamen met de wikkelband 12 op de wikkelkem 11 tot een tussenwikkel 47 opgewikkeld 20 wordt (fig. 2). Zoals fig. 2 aantoont, hebben de drukprodukten 5 vanwege het keren van de middelste sectie 45b binnen deze sectie een andere onderlinge stand dan binnen de toegevoerde schubformatie S. In de naar de' wikkelkem 11, respectievelijk de tussenwikkel 47 lopende formatie ligt nu elk drukprodukt 5 op het daaropvolgende drukprodukt. De voorlopende 25 kant 5a wordt weliswaar nog steeds door deze produktkant (vouwkant) gevormd, als in de aankomende schubstroom S, doch bevindt deze doorlopende kant 5a zich nu aan de onderzijde van de formatie. De in de aankomende schubstroom S bovenliggende zijde 5c bevindt zich in elk geval aan de onderzijde van de formatie.
30 Terwijl de middelste sectie 45b op de beschreven wijze tot een tussenwikkel 47 wordt opgewikkeld, wordt de zich op de bandtransporteur 35 bevindende aanvangssectie 45a na voorafgaand omschakelen van de wip 26 in de gestippelde stand in de richting van de pijl F naar de inloop van de keerinrichting 39 gevoerd. Na het doorlopenwan de keer-35 inrichting 39 komt de aanvangssectie 45a op de bandtransporteur 37, 8402179 φ * - 8 - waarop deze vooreerst in de wachtstand blijft, zoals dit in fig. 2 is weergegeven. In de zich op de bandtransporteur 37 bevindende aanvangs-sectie 45a hebben de drukprodukten 5 de in fig. 2b getoonde onderlinge stand. In de transportrichting G van de bandtransporteur 37 gezien, ligt 5 weliswaar elk drukprodukt zonder meer op het voorafgaande drukprodukt, doch wordt de voorlopende kant 5b door die kant gevormd, welke in de aankomende schubformatie S de nalopende kant vormt. Overigens ligt nu de door· 5c aangeduide· zijde van de drukprodukten 5, welke in de· aankomende schubformatie S de bovenzijde was, op de onderzijde van de formatie.
10 Zoals uit fig. 2 verder volgt., wordt de voorste uitschakelinrich ting 16 weer ingeschakeld, zodra die grijper 15, welke het laatste drukprodukt van de middelste sectie 45b toevoerde.,, deze uitschakelinrichting 16 gepasseerd is. Aldus worden de navolgende drukprodukten.15, welke tot de eindsectie 45c behoren, evenals hiervoor de produkten van de 15 aanvangssectie 45a op de bandtransporteur 36 afgelegd en naar de bandtransporteur 35 getransporteerd, waarop de eindsectie 45c een wachtstand inneemt, zoals dit uit fig. 3 blijkt.
Heeft het achtereinde van de middelste sectie 45b de plaats- gepasseerd, waar de zijtak 19 in de hoofdtak 18 uitmondt, wordt de aanvangs-20 sectie 45a door de bandtransporteurs- 37 en 38 naar de bandtransporteur 23 en dus in de hoofdtak 18 geleid. De aanvangssectie 45a volgt nu de middelste sectie 45b langs de hoöfdtak 18 op een bepaalde afstand. De ruimte tussen middelste sectie 45b en aanvangssectie 45a is in fig. 3 met 48 aangeduid.
25 Zodra het achtereinde van de middelste sectie 45b de wissel 46 gepasseerd is, wordt de wissel 26 op de transportweg 23 omgeschakeld, hetgeen de oorzaak is dat de produkten 5 van de aanvangssectie 45a naar de wikkelkem 8 in het wikkelstation 1 gevoerd worden (fig. 4) .
Zoals uit fig. 4 verder blijkt, wordt de uitschakelinrichting 16 30 weer uitgeschakeld, zodra alle produkten 5 van de eindsectie 45c uit de aankomende schubformatie S gelost zijn. De navolgende drukprodukten, welke reeds tot de tweede deelformatie 46 behoren, worden nu evenals de produkten van de middelste sectie 45b op de bandtransporteur 20 van de hoofdtak 18 af gelegd en via deze naar de wissel 26 en -vandaar na-ar de 35 wikkelkem 8 getransporteerd. Omdat, zoals reeds vermeld, de aanvangs- 8402179 • £ - 9 - sectie 45a niet zonder ruimte op.de middelste sectie 45b aansluit, doch op enige afstand daarvan het verfcikale transporttraject van de hoofdtak 13 doorloopt, komt in het bereik van af de monding van de zijtak 19 het voorste einde 46’ van de tweede deelformatie 46 boven het achter-5 einde 45a’ van de aanvangssectie 45a te liggen, zoals dit uit fig. 4 blijkt. Terwijl de tweede deelformatie 46 via de hoofdtak 18 naar het wikkelstation 1 gevoerd wordt, wordt de eindsectie 45c evenals vroeger de aanvangssectie 45a langs de zijtak 19 bewogen en na het doorlopen van de keerinrichting 39 in een wachtstand op de bandtransporteur 37 10 gebracht (fig. 4). Terwijl nu de aanvangssectie 45a via de transportweg 27 haar de wikkelkern 8 loopt, kan nu de wikkelkern 11 met de tussen-wikkel 47 geremd en in tegengestelde zin, dat wil zeggen in de richting van de pijl C, aangedreven worden. Gelijktijdig wordt de draairichting van de voorraadrol 16 en de transportrichting van de· bandtransporteur 33 15 gekeerd. De drukprodukten van de middelste-sectie 45b worden nu van de tussenwikkel 47.· afgewikkeld en via de bandtransporteurs 33 én 34 naar de bandtransporteur 31 gebracht. Het afwikkelproces wordt zodanig bestuurd, dat in het trefpunt van de bandtransporteurs 30, 31 de middelste sectie 45b zonder ruimte op de reeds op de wikkelkern 8 aankomende aanvangs-20 sectie 45a aansluit. Op dit trefpunt van de bandtransporteurs 30 en 31 vindt dan aansluitend het op elkaar leggen van de middelste sectie 45b van de eerste deelformatie 45 en de tweede deelformatie 46 plaats, zoals dit uit fig. 5 blijkt. De aanvangssectie 45a en de beide boven elkaar liggende secties 46 en 45b worden tezamen met de wikkelband 10 op de 25 wikkelkern 8 tot een verzamelwikkel 49 opgewikkeld, zoals dit in het reeds eerder genoemde Britse octrooischrift 2.111.028 nader is toegelicht.
Zoals de figuren 4a en 5a tonen, hebben de drukprodukten in de betreffende transportrichting E', respectievelijk K gezien, binnen, de beide naar de wikkelkern 8 toelopende formaties 45a en 45b dezelfde 30 stand. Elk drukprodukt 5 ligt op een voorafgaand- drukprodukt, zodat de voorlopende kant 5b naar de wikkelkern 8 toe, respectievelijk de zich daarop vormende verzamelwikkel 49 gekeerd is. Deze voorlopende kant 5b wordt door de in de aankomende schubstroom S nalopende kant gevormd.
In de tweede deelformatie 46 hebben de drukprodukten 5 dus ook dezelfde 35 stand als in de aankomende schubstroom S, zoals dit in fig. 5b getekend 8402179 T i - 10 - is. Ook. in de tweede deelformatie 46 zijn dus de voorlopende kanten 5a van de drukprodukten 5 naar de wikkelkern 8, respectievelijk de verzamelwikkel 49 toegekeerd.
De zich op de bandtransporteur 37 in de wachtstand zich bevindende 5 eindsectie 45c wordt op een geschikt tijdstip door de bandtransporteurs 37 en 38 in de richting, van de pijl D voortgeschoven en naar de hoofdtak. 19 gevoerd. Hier treft de aanvang 45c' van de eindsectie 45c het . einde 46" van de tweede deelformatie 46, zodat een overlapping van de aanvang 45c' en het einde- 46" van de beide formaties 45c en 46 ontstaat, 10 zoals- dit in fig. 5 te zien is. De eindsectie 45c wordt via de transport-weg 27 naar de verzamelwikkel 49 gevoerd. In het trefpunt van de beide transporteurs 30 en 31 sluit nu de eindsectie 45c, waarin de drukprodukten 5 dezelfde stand hebben als binnen de aanvangssectie 45a en de middelste sectie 45b (figuren 4a en 5a), direkt op de middelste sectie 15 45b aan. De eindsectie 45c wordt nu eveneens op de verzamelwikkel 49 gewikkeld.
Zoals de figuren 5 en 6 tonen, worden de op de tweede deelformatie
'J
46 volgende drukprodukten 5 van de aankomende schubformatis opnieuw, op de beschreven wijze hetzij naar de zijtak 19 of de hoofdtak 18 gevoerd.
20 in deze figuren 5 en 6 is de volgende deelformatie door 1.45 en zijn de aanvangs- en. middelste secties door 145a. en 145b aangeduid. Door het brengen van de eindsectie 45c van de zijtak 19- naar de hoofdtak 18 zodanig, dat een overlapping tussen deze eindsectie 45c en de tweede deelformatie 46 plaatsvindt, is het mogelijk, tussen de eindsectie 45c 25 en de middelste sectie 145b van de navolgende deelformatie 145 een ruimte 50 (fig, 6) te vormen, welke een storingsvrij omschakelen.van de wissel 26 mogelijk maakt, zodat deze sectie 145b weer naar het wikkel-station 2 toegevoerd kan worden. Tussen het tijdstip, waarin de middelste sectie 45b volledig van de wikkelkern 11 afgewikkeld is en het tijdstip, 30 waarop de middelste sectie 145b van de volgende deelformatie 145 de wissel 26 bereikt en op de transportweg 27 geleid wordt, staat nu voldoende tijd ter beschikking, om de wikkelkern 11 opnieuw in de opwikkel-r zin, dat wil zeggen in de richting van de pijl B, in draaiing te brengen.
Terwijl de middelste sectie 145b van de volgende deelformatie 145 35 in het wikkelstation 2 tot een tussenwikkel wordt gewikkeld, kan de 8402179 - 11 -
a S
opwikkel- en verzameleenheid 6 met de gerede verzamelwikkel 49 tegen een nieuwe opwikkel- en verzameleénheid met een lege wikkelkem 8 uitgewisseld worden, zoals dit in het reeds vroeger genoemde Britse octrooi-schrift 2.111.028 uitvoerig verduidelijkt is.
5 In fig. 8 is de uitslag van de verzamelwikkel 49 getoond. Zoals daaruit blijkt, is de eerste deelformatie 45, welke in elke wikkelstand van de verzamelwikkel 49 buiten ligt, langer dan de tweede deelformatie 46. Deze laatste overlapt, zoals beschreven, met zijn einden 46' en 46" de aanvangs-,.respectievelijk eindsectie 45a, respectievelijk 45c. Zoals 10 uit het onderste gedeelte van fig. 8 blijkt, hebben de drukprodukten 5 in de eerste deelformatie 45 een andere stand van in de tweede deelformatie 46. De in de aankomende schubförmatie S bovenliggende zijde 5c bevindt zich in de tweede deelformatie 46 eveneens boven, dat wil zeggen naar de. wikkelkem 8 toegekeerd, terwijl deze zijde 5c in de eerste 15 deelformatie 45 onder, dat wil zeggen op de van de wikkelkem 8 af gekeerde zijde van de deelformatie 45, ligt. Deze onderscheidelijke stand van de drukprodukten 5 in de beide deelformaties 45 en 46 maken hetmu mogelijk, bij het hiernavolgend lossen, van de verzamelwikkels 49 op de in het Britse octrooischrift 2.112.758 beschreven wijze, wederom een 20 schubförmatie te vormen, waarin de drukprodukten 5 dezelfde stand hebben als in de oorspronkelijke, door de transporteur 14 aangevoerde schub-formatie S. Het uitsteken van de schubdeelformatie 45 buiten de tweede deelformatie 46 aan de beide einden is nu een voorwaarde, dat in de bij het af wikkelen opnieuw gevormde schubförmatie geen ruimtes optreden.
25 Omdat, zoals reeds vermeld, bij beide deelformaties 45 en 46 de voorlopende kanten 5b, respectievelijk 5a aan de van de wikkelkem 8, respectievelijk de verzamelwikkel 49 toegekeerde zijde van de betreffende deelformatie 45, 46 ligt, is het nu mogelijk, dat elke wikkelstand, welke door de beide op elkaar liggende deelformaties 45 en 46 30 gevormd wordt, tijdens het opwikkelproces ten opzichte van de volgende buitenste wikkellaag zonder onderling blokkeren in de draaizin A van de wikkelkem kan draaien. Deze vrijheid van een relatieve verdraaiing tussen naburige wikkellagen maakt het mogelijk, de wikkel 49 van binnen uit op de wijze van een horlogeveer op te draaien en aldus de wikkel 49 35 te verstevigen.
8402179 - 12 -
Door tiet verdelen van de eerste, vooruitlopende deelforma-tie 45 in een aanvangssectie 45a, een middelste sectie 45b en een eind-sectie 45c voor de vorming van de tussenwikkel 47 en het voeren van de aanvangs- en eindsectie 45a, 45c volgens een zijtak 19 is het nu mogelijk, 5 de voor het omschakelen van de draairichtingen B, respectievelijk C van de wikkelkern 11 noodzakelijke tijd te winnen en bovendien ruimtes 48 en 50 te vormen, welke een storingsvrij omschakelen van de wissel 26 moge-lijk maken. Aldus kunnen ook bij een zonder ruimtes aanvoeren van de drukprodukten 5 alle drukprodukten met één verzamelwikkelstation 1 en 10 één tussenwikkelstation 2 verwerkt worden; Door middel van de in de zijtak 19 aangebrachte keerinrichting 39 kan op eenvoudige wijze bereikt worden, dat de drukprodukten ook binnen de aanvangs- en de eindsectie 45a en 45c de gewenste juiste stand hebben, dat wil zeggen dezelfde stand als binnen de naar het wikkelstation 1 toelopende middelste 15 sectie 45b. Het is duidelijk, dat op de beschreven wijze ook andere vlakke voortbrengsels dan drukprodukten tot een verzamelwikkel kunnen worden opgewikkeld.
» 8402179

Claims (15)

  1. 2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de middelste sectie (45b) van de eerste deelformatie (45) langs de, via een zijtak (19) geleide aanvangssectie (45a) naar de tussenwikkelplaats (2) gevoerd wordt en dat na het langsvoeren van de middelste sectie (45b) de aan- 20 vangssectie (45a) naar de wikkelplaats (1) getransporteerd wordt.
  2. 3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de aanvangssectie (45a) bij voorkeur op enige afstand (48) achter de middelste sectie (45b) volgens een gemeenschappelijk transporttraject (24, 25) getransporteerd wordt.
  3. 4. Werkwijze volgens.-een van de conclusies 1 tot 3, met het kenmerk, dat de tweede deelformatie (46) langs de via een zijtak (19) geleide eindsectie (45c) van de eerste deelformatie (45) naar de wikkelplaats (1) gevoerd wordt.
  4. 5. Werkwijze volgens de conclusies 2 en 4, met het kenmerk, dat de 30 tweede deelformatie (46) met zijn einden (46', 46" ) het achtereinde' (46a1) van de aanvangssectie (46) en het voorste einde (46c‘) van de eindsectie (46c) overlappend met de aanvangs- en eindsectie (46a, 46c) samengebracht wordt. 8402179 ^ V - 14 -
  5. 6. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 5, met het kenmerk, dat de voortbrengsels (5) van de tweede deelformatie (46a) op de voortbrengsels (5) van de eerste deelformatie (45) gelegd worden.
  6. 7. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 6, met het kenmerk, 5 dat de voortbrengsels (5) zowel naar de tussenwikkel (47) als de verzamelwikkel (49) in een onder de draaiingsas liggend bereik toegevoerd en tezamen met een onder trekspanning staande wikkelband (10, 12) opgewikkeld worden. 8. " Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 7, met het kenmerk, 10 dat de voortbrengsels (5) van de middelste sectie (45b) met hun in de aankomende formatie (S) bovenliggende zijde (5c) naar onderen gekeerd naar de tussenwikkel (47) gevoerd worden en dat de voortbrengsels (5) van de aanvangs- en eindsectie (45a, 45c) voor het opwikkelen tot een verzamelwikkel (49) zodanig gekeerd worden, dat hun in de aankomende 15 formatie (S) bovenliggende zijde (5c) naar onderen komt te liggen.
  7. 9. Werkwijze volgens een van de conclusies 1 tot 8, met het kenmerk, dat bij in schubformatie (S) aankomende voortbrengsels (5) de beide deel-formaties (45, 46) met de voorlopende kanten (5a, 5b) van de voortbrengsels (5) naar' de verzamelwikkel (49) toegekeerd, daarnaar toe- 20 gevoerd, worden.
  8. 10. Werkwijze volgens, een van de conclusies 1 tot 9, met het kenmerk, dat bij in schubformatie (S) aankomende voortbrengsels (5) de middelste sectie (45c) van de eerste deelformatie (45) met de nalopende kant (5b) van de voortbrengsels (5) naar de tussenwikkel (47) toegekeerd, daar- 25 naar toegevoerd wordt.
  9. 11. Inrichting voor het verzamelen van door een toevoerinrichting continu, in het bijzonder in een schubstroom, toegevoerde vlakke voortbrengsels, in het bijzonder drukprodukten, met een in;.een eerste wikkel-station aangebrachte, aandrijfbare, eerste wikkelkera.ter vorming van een 30 verzamelwikkel, een in een tweede wikkelstation aangebrachte,· in tegengestelde richtingen aandrijfbare tweede wikkelkern ter vorming van een tussenwikkel en een toevoerinrichting voor deetoevoer van de voortbrengsels van een gelijktijdig met de voortbrengsels van de op dit eerste deel volgende, tweede deel van de aankomende formatie naar het eerste 35 wikkelstation en voor het toevoeren van voortbrengsels van het eerste 8402173 - 15 - deel van de aankomende formatie naar het tweede wikkelstation, geken.—.. merkt door middelen (16, 17; 18, 19; 3) voor het verdelen van het eerste deel (45) van de aankomende formatie (S) in een aanvangs- en een eindsectie (45a, 45c) alsmede een tussen deze laatste liggende middelste 5 sectie (45b) en het toevoeren van de middelste sectie (45b) naar het tweede wikkelstation (2) , alsmede voor het voegen van de aanvangs-r en middelste sectie (45a, 45c) voor en achterrde van de tussenwikkel (47) gewikkelde middelste sectie (45b) voor het wikkelen op de eerste wikkel-kem (8) .
  10. 12. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de toevoer- inrichting (3) een de van de aanvoerinrichting (4) overgenomen voortbrengsels (5) naar het eerste, respectievelijk tweede wikkelstation (1,2) voerende hoofdtak (18) en tenminste één op de aanvoerinrichting (4) aansluitende en in de hoofdtak (18) uitmondende zijtak (19) heeft, waar- 15 over de voortbrengsels (5) van de aanvangs-,- en eindsectie (45a, 45c) van de eerste deelformatie (45) gevoerd zijn.
  11. 13. Inrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de hoofdtak (18) twee, elk naar een van de wikkelstations (1, 2) voerende transportweg (27, 28) alsmede een omschakelstation (26) voor het naar 20 keuze beladen van een van de transportwegen (27, 28) met voortbrengsels (5X heeft en dat de zijtak (19) stroomafwaarts van de2e omschakelin-richting (26) in de hoofdtak (18) uitmondt.
  12. 14. Inrichting volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat in de zijtak (19) een inrichting (39) voor het keren van de voortbrengsels (5) 25 van de aanvangs- en eindsectie (45a, 45c) van de eerste deelformatie (45) zodanig, dat de bovenzijde (5c) van de voortbrengsels (5) naar onderen komt te liggen, aangebracht is.
  13. 15. Inrichting volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat in de zijtak (19) onder de to ©voerinrichting (4) twee boven elkaar aangebrachte, 30 bij voorkeur onafhankelijk van elkaar aandrijfbare transporteurs (35, 36? 37) met tegengestelde transportrichtingen (F, G) aanwezig zijn, welke via een keerinrichting (39) voor het omkeren van de aanvangs- en eindsectie (45a, 45c) om een dwars, bij voorkeur haaks, op de transport-richting (F, G) van de transporteurs (35, 36; 37) verlopende as (40a) 35 met elkaar verbonden zijn. 8402179 rf1 •v - 16 -
  14. 16. Inrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de hoofdtak (13) een tussen de aanvoerinrichting (4) en de transporteurs (35, 36; 37) van de zijtak. (19) aangebrachte transporteur-(20) voor het overnemen van de· voortbrengsels (5) van de middelste sectie (45b) van de eerste deel- 5 formatie (45) en de tweede deelformatie (46) van de aanvoerinrichting (4) , heeft.. 17. inrichting volgens een van de conclusies 12 tot 16, met het kenmerk, dat de toevoerinrichting 1(4) op onderlinge afstanden aan een trek-orgaan bevestigde en afzonderlijk uitschakelbare grijpers (15) heeft en 10 dat twee bij de hoofdtak (18), respectievelijk de zijtak (19) behorende uitschakelinrichtingen (16, 17) voor de grijper-(15) aanwezig zijn, omnaar keuze de hoofd— of de zijtak (13, 19) met voortbrengsels (5) te beladen.
  15. 18. Inrichting volgens een van de conclusies 11 tot 17, met het kenmerk, dat elke wikkelkern (8, 11) met een onder trekspanning te brengen 15 en tussen de wikkellagen te wikkelen wikkelband (10, 12) verbonden is. 8402179
NLAANVRAGE8402179,A 1983-07-29 1984-07-10 Werkwijze voor het verzamelen van in een continue, in het bijzonder schubvormige stroom toegevoerde buigzame produkten, alsmede inrichting voor het uitvoeren van die werkwijze. NL188086C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
CH4162/83A CH662102A5 (de) 1983-07-29 1983-07-29 Verfahren und vorrichtung zum speichern von kontinuierlich, insbesondere in einer schuppenformation anfallenden erzeugnissen, insbesondere druckprodukten.
CH416283 1983-07-29

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL8402179A true NL8402179A (nl) 1985-02-18
NL188086B NL188086B (nl) 1991-11-01
NL188086C NL188086C (nl) 1992-04-01

Family

ID=4270957

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NLAANVRAGE8402179,A NL188086C (nl) 1983-07-29 1984-07-10 Werkwijze voor het verzamelen van in een continue, in het bijzonder schubvormige stroom toegevoerde buigzame produkten, alsmede inrichting voor het uitvoeren van die werkwijze.

Country Status (16)

Country Link
US (1) US4597243A (nl)
JP (1) JPH0725451B2 (nl)
AT (1) AT394020B (nl)
AU (1) AU557524B2 (nl)
BE (1) BE900187A (nl)
CA (1) CA1223285A (nl)
CH (1) CH662102A5 (nl)
DE (1) DE3425673A1 (nl)
FI (1) FI76046C (nl)
FR (1) FR2549810B1 (nl)
GB (1) GB2144108B (nl)
IT (1) IT1176468B (nl)
NL (1) NL188086C (nl)
SE (1) SE460897B (nl)
SG (1) SG65287G (nl)
ZA (1) ZA845751B (nl)

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CH664138A5 (de) * 1984-10-12 1988-02-15 Grapha Holding Ag Fliessfertigungsstrecke fuer druckerzeugnisse.
CH670245A5 (nl) * 1986-01-20 1989-05-31 Ferag Ag
FR2639904B1 (fr) * 1988-12-01 1991-07-05 Marion Louis Procede et moyens d'ensachage de plusieurs compresses, ainsi que le sachet obtenu
CH685992A5 (de) * 1992-07-22 1995-11-30 Grapha Holding Ag Einrichtung fur die Verarbeitung von Druckprodukten.
DK0677470T3 (da) * 1994-04-15 1998-10-07 Ferag Ag Fremgangsmåde til lagring af fladeformede produkter
CH690300A5 (de) * 1995-09-20 2000-07-14 Ferag Ag Verfahren zur Zuführung von Druckprodukten in Form von Schuppenströmen zu Verarbeitungsstationen und Anordnung zur Durchführung des Verfahrens.
DE19950710B4 (de) * 1999-10-21 2005-08-18 Vits Verwaltungs Gmbh Anlage zum Trocknen und Kühlen und zum anschließenden Aufwickeln oder Querschneiden einer Papierbahn
JP3976552B2 (ja) * 2001-11-19 2007-09-19 株式会社タカキタ ロールベーラ
CH705026A2 (de) 2011-05-16 2012-11-30 Ferag Ag Einrichtung und Verfahren zur Erzeugung eines lückenlosen Schuppenstromes aus flächigen Produkteinheiten, insbesondere Druckprodukten.

Family Cites Families (14)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1902312A (en) * 1929-07-05 1933-03-21 Rous Bernard Duplex roll of corrugated paper and method and means for making the same
CH468295A (de) * 1967-11-21 1969-02-15 Ferag Ag Verfahren zum Verarbeiten von in kontinuierlicher Schuppenformation anfallenden Roherzeugnissen in einer Produktionsstrasse, sowie Produktionsstrasse zur Durchführung des Verfahrens
DE1954684A1 (de) * 1969-10-30 1971-05-06 Siegener Ag Geisweid Eisenkons Verbundplatte aus Profilblech und Beton
BE821235R (fr) * 1973-10-26 1975-02-17 Caissons en acier et leur utilisation en vue de l'execution de poteaux ou de pieux mixtes acier-beton.
CH592562A5 (nl) * 1974-05-28 1977-10-31 Ferag Ag
AT331473B (de) * 1974-09-12 1976-08-25 Rosenberger Gertrude Aus schwachen blechen gefertigtes bauelement
CH596061A5 (nl) * 1976-01-16 1978-02-28 Ferag Ag
FI57295C (fi) * 1979-02-28 1980-07-10 Vainionpaeae Pentti W Foerbundsplattprofil
DE2931162A1 (de) * 1979-08-01 1981-02-05 Hudo Werk Kg Als hohle, mit beton ausgiessbare saeule ausgebildetes bauelement
CH642602A5 (de) * 1980-07-15 1984-04-30 Ferag Ag Einrichtung zum stapeln von im schuppenstrom anfallenden druckprodukten, wie zeitungen, zeitschriften und dergleichen.
CH652701A5 (de) * 1981-02-03 1985-11-29 Ferag Ag Verfahren und einrichtung zur erzielung eines langzeitpressungseffekts bei druckprodukten, insbesondere zeitungen.
CH652699A5 (de) * 1981-10-12 1985-11-29 Ferag Ag Einrichtung zum speichern von in einer schuppenformation anfallenden flaechigen erzeugnissen, insbesondere druckprodukten.
CH654554A5 (de) * 1981-12-09 1986-02-28 Ferag Ag Verfahren und vorrichtung zur entnahme von auf einen wickelkern aufgewickelten flaechigen erzeugnissen, vorzugsweise druckprodukten.
CH654553A5 (de) * 1981-12-09 1986-02-28 Ferag Ag Verfahren und vorrichtung zum speichern von kontinuierlich, insbesondere in einem schuppenstrom, anfallenden flaechigen erzeugnissen, vorzugsweise druckprodukten.

Also Published As

Publication number Publication date
FI76046B (fi) 1988-05-31
JPS60102361A (ja) 1985-06-06
CH662102A5 (de) 1987-09-15
AU3123884A (en) 1985-01-31
IT8422033A0 (it) 1984-07-25
SE8403894L (sv) 1985-01-30
SE460897B (sv) 1989-12-04
FR2549810A1 (fr) 1985-02-01
ZA845751B (en) 1985-03-27
AT394020B (de) 1992-01-27
FI842974A (fi) 1985-01-30
FI842974A0 (fi) 1984-07-26
GB2144108A (en) 1985-02-27
DE3425673A1 (de) 1985-02-07
FR2549810B1 (fr) 1987-03-20
SG65287G (en) 1988-02-19
AU557524B2 (en) 1986-12-24
FI76046C (fi) 1988-09-09
US4597243A (en) 1986-07-01
GB2144108B (en) 1987-06-17
NL188086C (nl) 1992-04-01
CA1223285A (en) 1987-06-23
JPH0725451B2 (ja) 1995-03-22
ATA208184A (de) 1991-07-15
IT1176468B (it) 1987-08-18
BE900187A (fr) 1985-01-21
GB8419267D0 (en) 1984-08-30
DE3425673C2 (nl) 1988-11-03
SE8403894D0 (sv) 1984-07-27
NL188086B (nl) 1991-11-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4604851A (en) Method and apparatus for the intermediate storage of printed products arriving in an imbricated product formation such as newspapers, periodicals and the like
US5727367A (en) Packing method and apparatus
CA1187117A (en) Apparatus for the storage of flat products arriving in an imbricated formation, especially printed products
NL8204779A (nl) Werkwijze en inrichting voor het ontnemen van op een wikkelkern gewikkelde vlakke voortbrengselen, bij voorkeur drukprodukten.
US4684118A (en) Apparatus for temporary storage of printed products between successive processing machines of a production line
NL8204777A (nl) Werkwijze en inrichting voor het verzamelen van continu, in het bijzonder in een schubstroom, toegevoerde vlakke voortbrengselen, bij voorkeur drukprodukten.
US20020095913A1 (en) Method and apparatus for covering printed products with a packaging material
CA2259405A1 (en) Apparatus for bringing pressroom products to processing stations
US4606173A (en) Method and apparatus for the intermediate storage of printed products arriving in an imbricated product formation
NL8402179A (nl) Werkwijze en inrichting voor het verzamelen van continu, in het bijzonder in een schubformatie, aankomende voortbrengsels, in het bijzonder drukprodukten.
RU2390481C2 (ru) Способ и устройство для упаковки плоских объектов
US4953843A (en) Method of, and apparatus for, loading a singling installation for printed products
JP2000118835A (ja) 個別に運ばれる平坦な物体を重なった形態で前進コンベア上に堆積させる装置
FI75790C (fi) Foerfarande och anordning foer uppbevarande av i oeverlappande formation ankommande tryckprodukter, saosom tidningar, tidskrifter o.dyl.
US4569488A (en) Method of, and apparatus for, processing two product formations, each formed by substantially flat products, especially printed products
NL8301910A (nl) Werkwijze en inrichting voor het verwerken van een toegevoerde rij schubvormig gerangschikte, platte produkten en in het bijzonder drukwerkprodukten.
US4595192A (en) Method and apparatus for processing substantially flat products, especially printed products, unwound from a storage coil or package
US5722216A (en) Process for storing sheet-like products
US4909453A (en) Method of and apparatus for processing flat products, especially printed products, arriving in an imbricated formation
US4452443A (en) Apparatus for distributing continuously supplied tube sections to three production lines for making sacks

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee