NL8304316A - Werkwijze en inrichting voor het wannen van tabak. - Google Patents

Description

>► -1- 23640/Vk/mvl

Korte aanduiding: Werkwijze en inrichting voor het wannen van tabak.

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het wannen van een hoeveelheid tabakdeeltjes. De uitvinding heeft verder 5 betrekking op een inrichting voor het uitvoeren van een dergelijke werkwijze.

Bij het verwerken van tabak gebeurt het vaak bij verschillende bewerkingspunten dat een mengsel van lichtere tabakdeeltjes en zwaardere tabakdeeltjes ontstaat, welke deeltjes moeten zijn ge-10 scheiden om een verdere verwerking van de lichtere en/of zwaardere deeltjes mogelijk te maken. Wantechnieken van diverse soorten zijn tot nu toe voor dit doel toegepast.

Een dergelijke wanbewerking kan worden uitgevoerd op bijvoorbeeld gedorste tabakbladeren om de gewenste tabakblaadjes af 15 te scheiden van het ongewenste tabakstammateriaal. Een dergelijke wanbewerking kan ook worden uitgevoerd met het uiteindelijke mengsel van de gedorste tabak, bedoeld voor het vervaardigen van sigaretten ter verwijdering van het ongewenste stammateriaal. Een ander voorbeeld van een wanbewerking is de werkwijze voor het bewerken van materiaal af-20 komstig uit het gesneden produkt van totale tabakbladeren zoals beschreven in het Amerikaanse octrooi 4.233.996 en overgedragen aan aanvraagster, waarbij de beschrijving van dit octrooi als hier ingelast kan worden beschouwd, waarbij de zwaardere stukjes tabak die stam-gedeelten bevatten en gemengd met de lichtere stukjes zonder stam-25 gedeelten worden gescheiden. Verder wordt een wanbewerking ook uitgevoerd na het dorsen van de zwaardere stukjes om de stukjes afkomstig van de plaatjes af te scheiden van de stamgedeelten.

In het Amerikaanse octrooi 4.386.617 (7 juni 1983) is een werkwijze beschreven voor het verkrijgen van fijngemaakt tabak-30 stammateriaal waarbij het tabak-stammateriaal tot vezels wordt verwerkt tussen in tegengestelde richting roterende schijfvormige platen. Het materiaal dat zodoende wordt verkregen bevat gewooruijk zware fragmenten en vezelclusters die ongewenst zijn bij het eindgebruik van het fijngemaakte stammateriaal en daarom moet worden verwijderd.

35 Zodoende is er de noodzaak van enige vorm van scheiding of een wanbewerking ter verwijdering van de ongewenste zware fragmenten en de vezelclusters uit het fijngemaakte stammateriaal.

8304316 • €* -2- 23640/Vk/mvl

Een daarbij optredend probleem bij de bestaande tabakwan-bewerkingen, die in het algemeen berusten op een scheiding van de zwaardere deeltjes van de lichtere deeltjes in lucht op basis van de zwaartekracht, is dat een voldoende scheiding van het gewenste materiaal 5 ten opzichte van het ongewenste materiaal vaak niet kan worden verkregen en gewenst materiaal kan verloren gaan of een verdere bewerking is noodzakelijk bij een latere bewerkingsstap. Verder geldt dat wanneer het ongewenste materiaal de zware fractie is, hetgeen vaak het geval is, zwaarder materiaal dat samenklonteringen van het gewenste lichtere 10 materiaal bevat, deel uitmaakt van de zware fractie en zodoende gewenst materiaal verloren kan gaan.

Een voorbeeld van dergelijk materiaal is het clustervormige samenhangsel van fijngemaakt stammateriaal dat hierboven is aangegeven, verwijderd uit de gewenste, afzonderlijke, fijngemaakte stamdeeltjes 15 samen met de zware stamdeeltjes na het uitvoeren van een wanbewerking. Een ander voorbeeld zijn de vrije deeltjes van Oriental-tabakbladeren, die vaak worden verkregen wanneer oriëntale tabak wordt geopend en onderworpen aan een wanbewerking.

Daarom bestaat er behoefte aan een wanbewerking voor tabak 20 waarmee nagenoeg een volledige scheiding wordt verkregen van de lichtere deeltjes ten opzichte van de zwaardere deeltjes en waarbij de zwaardere deeltjes verder worden bewerkt, welke zwaardere deeltjes bestaan uit meerdere componenten van de gewenste lichtere deeltjes en de lichtere deeltjes hieruit worden gewonnen.

25 Volgens de uitvinding wordt een wanbewerking verkregen voor het afscheiden van een hoeveelheid deeltjesvormig tabakmateriaal zodat een eerste fractie wordt verkregen die de lichtere tabakdeeltjes bevat en een tweede fractie die de zwaardere tabakdeeltjes bevat, waarbij de hoeveelheid deeltjesvormig tabakmateriaal wordt toegevoerd aan een in 30 het algemeen naar boven gerichte luchtstroom, waarbij het tabakmateriaal nagenoeg aanwezig is in de vorm van afzonderlijk gescheiden deeltjes en de luchtstroom een voldoende snelheid heeft om de lichtere deeltjes mee te voeren, maar een onvoldoende snelheid om de zwaardere deeltjes mee te voeren. Omdat de tabakdeeltjes worden toegevoerd aan de luchtstroom 35 in gescheiden toestand, wordt elk tabakdeeltje beïnvloed door de luchtstroom op de beoogde wijze, zodat een nagenoeg volledige scheiding kan plaatshebben van de lichtere deeltjes uit de zwaardere deeltjes, hetgeen 8304316 -3- 23640/Vk/mvl in tegenstelling is met de bekende werkwijzen.

De werkwijze voor het wannen van een hoeveelheid tabak-deeltjes volgens de uitvinding wordt dan ook hierdoor gekenmerkt, dat de hoeveelheid tabakdeeltjes wordt geopend ter vorming van een lichte 5 fractie van afzonderlijke gescheiden deeltjes en een zware fractie, waarbij de afzonderlijke deeltjes van de lichte fractie worden meegevoerd in een gasstroom met een snelheid waarbij de zware fractie niet wordt meegevoerd en het verzamelen van de zware fractie.

Zoals boven aangegeven kan de zware fractie die wordt ver-10 kregen uit deze wanbewerking agglomeraten bevatten van de fractie van het lichtere materiaal door de weerstand van enkele deeltjes tegen de scheiding voor het toepassen van de scheidingsbewerking van de deeltjes voordat de deeltjes worden onderworpen aan de naar boven gerichte luchtstroom. Volgens een ander aspekt van de uitvinding worden 15 deze agglomeraten verzameld en onderworpen aan een verdere mechanische bewerking om de aërodynamische karakteristieken van de agglomeraten te veranderen. Na de mechanische bewerking worden de agglomeraatdeeltjes blootgesteld aan een naar boven gerichte luchtstroom, die de deeltjes meevoert naar boven, waarbij de afgescheiden afzonderlijke deeltjes 20 worden meegevoerd, doch waarbij de agglomeraten opnieuw worden verzameld en bewerkt totdat alle afzonderlijke deeltjes zijn afgescheiden van elkaar en naar boven gevoerd in de luchtstroom.

Volgens een ander aspekt van de uitvinding wordt een inrichting verkregen voor het uitvoeren van de bovenbeschreven werkwijze.

25 Nieuwe wanapparatuur omvat een opening voor het toevoeren van een bepaalde hoeveelheid tabak en de tabak wordt toegevoerd aan een huis, waardoor een naar boven gerichte lucht stroomt. Verder omvat de nieuwe wanapparatuur organen voor het opnieuw scheiden binnen het huis om een herhaalde behandeling voor het openen van tabakmateriaal mogelijk te 30 maken ter vorming van de afzonderlijke deeltjes hieruit.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van het fijngemaakte tabakmateriaal waaruit de lichtere fractie het gewenste produkt is, bij voorkeur het fijngemaakte tabak-stammateriaal, maar dat ook fijngemaakt plaatjesmateriaal bevat en mogelijk ander tabakmateriaal 35 verkregen in de vorm van stukjes. Het zal echter duidelijk zijn dat de uitvinding in het algemeen toepasbaar is op elk bewerkt tabakmateriaal dat fracties met een verschillend gewicht bevat, welke fracties moeten 8304318 ir . ? -4- 23640/Vk/mvl worden, gescheiden van elkaar voor verdere bewerking, met inbegrip van de hierboven beschreven materialen.

Een werkwijze volgens de uitvinding voor het behandelen van het fijngemaakte tabakmateriaal bestemd om te worden gerookt, omvat het 5 toevoeren van fijngemaakt tabakmateriaal uit een reservoir dat een hoeveelheid van het fijngemaakte tabakmateriaal bevat; het openen van het fijngemaakte tabakmateriaal zodat een afgemeten stroom wordt verkregen, van afgescheiden deeltjes van elkaar, waarbij de nagenoeg gescheiden deeltjes worden toegevoerd aan een in het algemeen naar 10 boven gerichte gasstroom met een snelheid die voldoende is om de gewenste lichtere deeltjes mee te voeren, doch onvoldoende om de ongewenste zwaardere deeltjes mee te voeren en waarbij het deeltjesvormige tabakmateriaal van de lichtere fractie in een nagenoeg gescheiden toestand wordt verkregen in de gasstroom, terwijl het tabakmateriaal van de 15 deeltjes uit de zwaardere fractie in de gasstroom naar beneden vallen.

Door het eerst een afgemeten stroom te.vormen van fijngemaakt tabakmateriaal en daarna de deeltjes te verwijderen uit de afgemeten stroom, wordt een nagenoeg volledige scheiding verkregen van de deeltjes van elkaar, zodat de deeltjes terechtkomen in de naar boven 20 gerichte draaggasstroom, hetgeen gewoonlijk een luchtstroom is, in gescheiden toestand, zodat het wannen in een lichte en zware fractie makkelijk kan worden verkregen.

Zoals eerder opgemerkt is een gedeelte van het fijngemaakte tabakmateriaal bestand tegen het openen door deze bewerking en de ver-25 kregen agglomeraten of klonters van het gewenste materiaal worden afgescheiden door middel van de luchtstroom en meegevoerd met de zwaardere fractie.

Omdat deze agglomeraten potentieel geschikt fijngemaakt tabakmateriaal bevatten, is het gewenst dat dit fijngemaakte tabak-30 materiaal wordt meegevoerd met de rest van het gewenste fijngemaakte tabakmateriaal met behulp van de luchtstroom. Volgens een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm volgens de uitvinding wordt de zwaardere fractie verzameld in de bovenbeschreven wanbewerking en verder onderworpen aan een bewerking om het materiaal te openen en te wannen, waarbij 35 de agglomeraten worden geopend en gescheiden in afzonderlijke deeltjes waarbij deze dan worden meegevoerd in een in het algemeen naar boven gerichte gasstroom, gewoonlijk een luchtstroom, om te worden samenge- 8304316 -5- 23640/Vk/mvl bracht met de dragende gasstroom uit de hoofd-wanbewerking. Enkele agglomeraten kunnen nog bestand zijn tegen een dergelijke scheiding van de afzonderlijke agglomeraatdeeltjes, zoals vaak het geval zal zijn wanneer agglomeraten of klonters van fijngemaakt stammateriaal 5 met elkaar zijn verweven, zodat verschillende bewerkingen voor het opnieuw openen moeten worden uitgevoerd voordat een volledige opening en afscheiding van alle deeltjes in de agglomeraten van elkaar kunnen worden verkregen.

De later uit te voeren openingsbewerkingen kunnen worden 10 uitgevoerd op een hoeveelheid tabakmateriaal dat agglomeraten bevat van tabakdeeltjes, al of niet met ongewenste zware tabakdeeltjes, op de een of andere wijze verkregen, niet alleen als resultaat van de specifieke wanbewerking van de oorspronkelijke hoeveelheid tabakmateriaal.

De heropeningsbewerking kan worden uitgevoerd op een of andere samen-15 geklonterde vorm van tabakdeeltjes, met inbegrip van bijvoorbeeld klonters kleingemaakt stammateriaal en vulsel van Oriental-tabakbladeren.

De werkwijze voor het behandelen van de hoeveelheden tabakmateriaal met zware stamfragmenten en kleingemaakte stamagglomeraten omvat het onderwerpen van de hoeveelheid aan een openingsbewerking zodat 20 de scheiding wordt bewerkstelligd van enkele van de afzonderlijke deeltjes van het kleingemaakte stammateriaal in de agglomeraten, terwijl het zware stammateriaal nagenoeg onaangetast blijft. De afgescheiden afzonderlijke deeltjes van het fijngemaakte stammateriaal worden meegevoerd in een naar boven gerichte gasstroom zonder dat de zware deeltjes 25 van het stammateriaal worden meegevoerd, waarbij de niet geopende hoeveelheden van de agglomeraten worden gerecirculeerd naar de scheidings-bewerking en het meevoeren, recirculeren en scheidingsbewerking worden herhaald totdat de agglomeraten volledig zijn gescheiden in afzonderlijke deeltjes.

30 Zoals beschreven in het Amerikaanse octrooi 4.386.617 wordt het fijngemaakte stammateriaal afgevoerd uit de luchtstroom waarin het eerst is gebracht vanuit het apparaat voor het fijnmaken en gedeeltelijk kan worden gedroogd wanneer het materiaal wordt verkregen uit de fijnmaakinrichting zodat het vochtgehalte ongeveer 19 tot 35 ongeveer 35 gew.% bedraagt, waarbij conventionele droogapparatuur wordt toegepast voor tabak, zoals een roterende val-droger. De wanbewerking volgens de uitvinding wordt gewoonlijk uitgevoerd op dit 8304318 * ** -6- 23640/Vk/mvl gedeeltelijk gedroogde materiaal van het fijngemaakte stammateriaal, waarbij de zwaardere fractie of het wanmateriaal, bij voorkeur na het opnieuw te hebben gescheiden, wordt gerecirculeerd naar de fijnmaak-inrichting ter verdere bewerking indien dit is gewenst.

5 De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de volgende beschrijving, waarbij is verwezen naar de bijgevoegde tekening, waarin schematisch de wanapparatuur volgens de uitvinding is aangegeven.

Met verwijzing naar de tekening kan worden gesteld dat daarin wanapparatuur is aangegeven voor een wanbewerking van het fijnge-10 maakte stammateriaal. Het principe dat in de tekening is weergegeven is toepasbaar op een grote variëteit van tabakmaterialen zoals eerder vermeld. Het fijngemaakte stammateriaal voor de wanbewerking wordt toegevoerd aan een houderbuis 12 ter vorming van een massa 14 fijngemaakt stammateriaal dat de gewenste lichtere deeltjes bevat en de 15 ongewenste zwaardere deeltjes. Bij het uiteinde van de houderbuis 12, waarin de massa 14 is aangebracht, zijn een paar roterende rollen 16 voor het afmeten geplaatst. Elke rol heeft een aantal pennen 18 die radiaal uitsteken vanaf het oppervlak. De pennen 18 van de rollèn 16 zijn zodanig aangebracht, dat in de opening 19 tussen de rollen 16 de 20 pennen 18 in lijn liggen.

De rollen 16 roteren in tegengestelde richting, zodat de pennen 18 samenwerking in opening 19 tussen de rollen 16 om de gewenste hoeveelheid fijngemaakt materiaal tussen de rollen 16 te regelen en af te meten uit de massa van het fijngemaakte stammateriaal 16. De 25 hoeveelheid fijngemaakt stammateriaal dat wordt afgemeten door de rollen 16 kan worden gevarieerd door het variëren van de rotatiesnelheid van de rollen.

Een derde rol 20 is aangebracht onder en op een nagenoeg gelijke afstand van de rollen 16 en omvat radiaal gerichte 30 pennen 22. Een gebogen wandgedeelte 24 met gewoonlijk nagenoeg hetzelfde centrum van kromming als rol 20 is aangebracht als een geleidingsopper-vlak voor de stroom van de fijngemaakte stamdeeltjes in een gebogen pad rond rol 20 terwijl de pennen 25 naar boven uitsteken vanaf het gekromde oppervlak 25 naar rol 20. De pennen 22 van rol 20 en de 35 naar boven gerichte pennen 25 werken samen om een scheiding te bewerkstelligen van de afzonderlijke fijngemaakte stamdeeltjes van elkaar wanneer de afgemeten stroom wordt verdergevoerd over het gekromde opper- 8304316 -7- 23640/Vk/mvl vlak 24. Wanneer de gescheiden stamdeeltjes het rechtere deel bereiken van het gekromde oppervlak 24, worden ze uitgestoten als een in het algemeen horizontaal bewegende stroom 26 van gescheiden tabakstamdeeltjes naar en omhullend gedeelte 28. Een rollenset, geschikt cm te worden 5 toegepast als rollen 16 en 20 is nader beschreven in het Britse octrooi 1.556.370.

Een naar boven gerichte luchtstroom 30 wordt aan het omhullend gedeelte 28 toegevoerd via toevoerleiding 32 onder de invloed van een verlaagde druk die wordt uitgeoefend op het binnenste van 10 omhulsel 28 en komt tegen de horizontaal bewegende stroom 26 van de afgescheiden tabak in de vorm van de fijngemaakte stamdeeltjes die in het omhulsel 28 worden geleid. De stroomsnelheid van de luchtstroom 30 wordt ingesteld op een waarde zodat de gewenste lichtere deeltjes 34 een lichtere fractie van het fijngemaakte stammateriaal 14 vormen en 15 worden meegevoerd door een naar boven gerichte luchtstroom 30 naar een leiding 36, waardoor de verlaagde druk wordt uitgeoefend op het binnenste gedeelte van het omhullende gedeelte 28, terwijl deze in een nagenoeg gescheiden omstandigheid blijven en de zwaardere deeltjes 38 bestaande uit de zwaardere fractie van de kleingemaakte plaatjes van materiaal 14 20 niet worden meegevoerd en vallen in een gebogen pad 39 op een verzamelend oppervlak 40.

Op deze manier wordt een luchtstroom verkregen die de gesuspendeerde fijngemaakte stamdeeltjes hierin verdeeld bevat onder gescheiden omstandigheden en vrij van de niet gewenste moeilijk te 25 verwerken, zware stamdeeltjes en klonters bestaande uit de fijngemaakte stamdeeltjes. De tabakdeeltjes 34 die onderworpen zijn geweest aan de wanbewerking en worden meegevoerd met de luchtstroom 30, en afgevoerd uit de wanapparatuur 10 onder nagenoeg gescheiden omstandigheden in leiding 36, kunnen worden verzameld en toegepast indien dit is gewenst 30 om bijvoorbeeld te worden gemengd met fijngemaakt plaatjesvormig materiaal volgens een werkwijze vermeld in het Britse octrooi 2.115.681, ter vorming van een mengsel geschikt voor het vervaardigen van sigaretten.

Een drijfrol 44 met een hoge snelheid met radiaal 35 uitstekende pennen 45 die samenwerken met een gekromd oppervlak 46 met pennen 47 die hieruit steken dient voor het behandelen van de zware fractie, verzameld op oppervlak 40 ten einde de aggregaten van het 8304316 -8- 23640/Vk/ravl ♦ gewenste stammateriaal dat hierin aanwezig is te openen en af te scheiden.

De bewerking van de zware fractie 42 met behulp van de samenwerkende pennen 45 van rol 44 en de pennen 47 die uit het gekromde 5 oppervlak 46 steken, geeft een stroom tabak-stamdeeltjes 48 die worden afgestoten vanaf het uiteinde van het gebogen oppervlak 46. Deze stroom 48 komt in aanraking met de naar boven gerichte luchtstroom 50, die het omhulsel 28 wordt ingevoerd via een aan de onderzijde gelegen toevoeropening 52 onder invloed van de verlaagde druk in het omhulsel 10 28. De bewerking van de zware fractie geeft enige scheiding van de afzonderlijke deeltjes van het fijngemaakte stammateriaal, doch vaak wordt een volledige scheiding van de afzonderlijke deeltjes van de agglomeraten niet verkregen. De stroomsnelheid van de luchtstroom 50 wordt ingesteld op een zodanige waarde dat de afzonderlijke opnieuw 15 gescheiden, fijngemaakte stammateriaaldeeltjes 54 worden meegevoerd met de naar boven gerichte luchtstroom 50, terwijl de ongewenste zware stamdeeltjes nagenoeg onaangetast blijven en de gedeeltelijk behandelde agglomeraten naar boven worden gevoerd tot nabij de zwaardere stroom 39· De luchtstroom 50 met het meegevoerde tabak-stammateriaal 54 komt 20 samen met stroom 34 en wordt zodoende uit het omhulsel 28 afgevoerd via leiding 36.

De stroom 56 met het zware stammateriaal valt tenslotte terug in een kromme en wordt verzameld op het hellende oppervlak 58 op de tegenover gelegen zijde van omhulsel 28 ten opzichte van het wiel 44 25 waarmee de tweede scheiding wordt uitgevoerd, van waaruit het materiaal naar beneden kan glijden naar een verzamelinrichting (niet weergegeven). De zware stamdeeltjes die aldus worden verzameld kunnen verder worden verwerkt op een hiertoe gewenste wijze.

De gedeeltelijk geopende agglomeraten in stroom 60 worden 30 meegevoerd met de stroom 39 van de zware fractie en op deze wijze gerecirculeerd naar het verzameloppervlak 40, van waaruit ze verder worden bewerkt. De werkwijze voor het gedeeltelijk openen en recirculeren van de agglomeraten wordt herhaaldelijk uitgevoerd totdat alle afzonderlijke tabakstamdeeltjes van het agglomeraat waarvan wordt uitgegaan, 35 zijn gescheiden van elkaar.

Het fijngemaakte stammateriaal 14 dat onderworpen is aan een wanbewerking door de bovenbeschreven werkwijze, kan een hiertoe 8304316 Λ « * -9- 23640/Vk/mvl geschikt vochtgehalte hebben. Het verdient de voorkeur cm de wan-bewerking uit te voeren op fijngemaakt stammateriaal met een middelmatig vochtgehalte, waarbij een verdere droging naar het uiteindelijke vochtgehalte voor de verwerking tot sigaretten wordt uitgevoerd, omdat 5 het fijngemaakte stammateriaal niet de neiging heeft om in kwaliteit achteruit te gaan door de openingsbewerkingen bij een dergelijk vochtgehalte. Verder kan de uiteindelijke droogbewerking van het fijngemaakte stammateriaal tot het gewenste uiteindelijke vochtgehalte effectiever worden uitgevoerd op deeltjes die reeds zijn geopend en gescheiden, met 10 name wanneer een selectieve droogbewerking wordt uitgevoerd zoals beschreven in het Britse octrooi 2.117.881.

Samengevat wordt volgens de onderhavige uitvinding een werkwijze verkregen voor het openen en wannen van tabakmateriaal ter verwijdering van de ongewenste zwaardere deeltjes, welke werkwijze van 15 voordeel is ter verkrijging van tabak die is onderworpen aan een wan-bewerking in een verbeterde vorm voor de verdere verwerking en de uiteindelijke vorming van tabakvulstaven. Binnen het kader van de uitvinding zijn voor een deskundige modificaties mogelijk

Zodoende heeft de uitvinding betrekking op het wannen van 20 fijngemaakt tabak-stammateriaal of ander deeltjesvormig tabakmateriaal, welke wanbewerking wordt uitgevoerd door het toevoeren van een afgemeten hoeveelheid fijngemaakt stammateriaal uit een reservoir en het daarna bewerken van de toegevoerde deeltjes zodat deze worden geopend en van elkaar gescheiden. De verkregen stroom van gescheiden afzonderlijke 25 deeltjes van het fijngemaakte tabak-stammateriaal wordt afgestoten naar een naar boven gerichte luchtstroom om een gewenste lichtere fractie van de deeltjes mee te voeren en een scheiding uit te voeren. De ongewenste zware fractie valt in het scheidingsorgaan en wordt verzameld.

De verzamelde zware fractie wordt bij voorkeur opnieuw bewerkt om de 30 agglomeraten van het fijngemaakte stammateriaal aanwezig in de zware fractie te scheiden in afzonderlijke deeltjes die daarna worden meegevoerd in een tweede naar boven gerichte luchtstroom die vervolgens samengaat met de eerste gasstroom.

8304316

Claims (12)

1. Werkwijze voor het wannen van een hoeveelheid tabak-deeltjes, met het kenmerk, dat de hoeveelheid tabakdeeltjes wordt 5 geopend ter vorming van een lichte fractie van afzonderlijke gescheiden deeltjes en een zware fractie, waarbij de afzonderlijke deeltjes van de lichte fractie worden meegevoerd in een gasstroom met een snelheid waarbij de zware fractie niet wordt meegevoerd en het verzamelen van de zware fractie.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de openingsstap een aanzienlijke hoeveelheid tabakdeeltjes geeft in een nagenoeg gescheiden toestand en het meevoeren wordt uitgevoerd door de geopende tabakmassa te onderwerpen aan een gasstroom die nagenoeg naar boven stroomt met een snelheid die voldoende is om de lichtere 15 tabakdeeltjes mee te voeren, doch onvoldoende om de zwaardere tabak deelt jes mee te voeren.

3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het geheel van tabakdeeltjes aanwezig is in een reservoir, de tabakdeeltjes in een afgemeten hoeveelheid worden afgevoerd uit de houder voordat de 20 openingsbewerking wordt uitgevoerd en de geopende tabak wordt blootgesteld aan een naar boven gerichte luchtstroom waarbij de nagenoeg gescheiden tabakdeeltjes worden afgevoerd in een nagenoeg horizontale richting in de naar boven gerichte luchtstroom.

4. Werkwijze volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat 25 de verzamelde zware fractie,agglomeraten bevat van lichtere tabakdeeltjes en ongewenste zware tabakdeeltjes en de agglomeraten verder worden bewerkt om te worden geopend en om de lichtere fragmenten die hierin aanwezig zijn mee te voeren in de naar boven gerichte luchtstroom.

5- Werkwijze volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de 30 agglomeraten verder worden bewerkt door het verwijderen van de lichte deeltjes uit de agglomeraten, het meevoeren van deze deeltjes in de naar boven gerichte luchtstroom, het verzamelen van de resterende agglomeraten en het herhalen van de openingsbewerking, het meevoeren en verzamelen totdat alle lichte fragmenten zijn afgescheiden uit de 35 agglomeraten.

6. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de massa van de tabakdeeltjes agglomeraten bevat van de gewenste tabak- 8304316 -11- 23640/Vk/mvl deeltjes, de zware fractie agglomeraten bevat van de gewenste tabak-deeltjes waaruit enkele gewenste deeltjes zijn verwijderd door de openingsbewerking en de opening en het verzamelen van een zware fractie die agglomeraten bevat, welke bewerkingen worden voortgezet 5 totdat alle gewenste tabakdeeltjes zijn vrijgemaakt uit de agglomeraten.

7· Werkwijze volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk, dat de massa van de tabakdeeltjes verkregen uit het fijnmaken van het tabak-stammateriaal wordt uitgevoerd en de agglomeraten zijn daarbij agglomeraten van het fijngemaakte stammateriaal.

8. Inrichting voor het uitvoeren van een bewerking van een hoeveelheid tabakdeeltjes, welke inrichting een omhulsel omvat met een toevoer voor een gasstroom ter vorming van een in het algemeen naar boven gerichte gasstroom en organen voor het toevoeren van tabakdeeltjes in de naar boven gerichte gasstroom, met het kenmerk, dat 15 openings- en afstootorganen (20, 44) aanwezig zijn voor het openen van de tabakdeeltjes en scheiden van de deeltjes van elkaar en voor het daarna afstoten van de afgescheiden deeltjes in de naar boven gerichte gasstroom.

9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat 20 een voorraadvat (12) is aangebracht voor het bewaren van de hoeveelheid tabakdeeltjes en een toevoerorgaan (16) voor het afgemeten toevoeren van tabakdeeltjes uit het lager gelegen uiteinde van reservoir (12) naar het openings- en afstootorgaan (20).

10. Inrichting volgens conclusie 9, .met het kenmerk, dat 25 het toevoerorgaan (16) is samengesteld uit een paar rollen of walsen, waarbij het openingsorgaan en afstootorgaan (20) een derde rol (20) omvat in samenwerking met het rollenpaar (16) en een gekromd geleidings-oppervlak (24) met een centrum van kromming overeenkomend met dat van de derde rol (20) en stationaire pennen (25) afkomstig van het geleidings-30 oppervlak (24) en samenwerkend met de radiaal uitstekende pennen (22) die afkomstig zijn van de derde rol (20) om de scheiding van de tabakdeeltjes van elkaar te kunnen bewerkstelligen.

11. Inrichting volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat een verzameloppervlak (40) is aangebracht in het omhulsel, aange- 35 bracht om hierop de afgestoten tabakdeeltjes op te vangen die niet zijn meegevoerd met de naar boven gerichte gasstroom en een tweede openings- en afstootorgaan (44) aangebracht in samenwerking met het verzameloppervlak. 8304315 « V -12- 23640/Vk/mvl

12. Inrichting volgens conclusie 8 of 11, met het kenmerk, dat het openings- en afstootorgaan (44) bestaat uit een prikrol en een gebogen stationair geleidingsoppervlak (46) met een centrum van kromming overeenkomend met dat van de prikrol (44), een aantal pennen (4/) die 5 zich naar buiten richten vanaf het staionaire oppervlak (46) en saraen-werken met de naar buiten uitstekende pennen (22) die zijn aangebracht op de prikrol (44) om een scheiding te bewerkstelligen tussen de tabak-deeltjes. 8304316